You are on page 1of 108

Roy By J.H.

Lok

idepotnr. 19519

knollok@zonnet.nl j.h.lok@rsgtrompmeesters.nl 06 14916363

.1 INT. TITELSEQUENTIE- DAG We zien hoe een potlood zwierig over een tekenvel schiet waar al een aardige opzet op staat. In het midden van het blad staat een dik aangezette blokletter R, daar omheen een aantal demonische figuren met hoorntjes, doodshoofdgezichten, martelwerktuig en nog meer parafernalia die doorgaands geassocieerd worden met het horrorgenre. De tekenhand is eerst bezig met wat schaduwtinten in een monsterlijke klauw, vervolgens schiet hij naar een ander deel van het papier en werkt aan een brandend skelet. Ondertussen lopen de titels door het beeld. Na het skelet ontstaat de letter O. De hand verdwijnt even uit beeld, vervolgens komt een ander potlood in beeld. De letter krijgt een rode tint. Nu ontstaat er langs de rand van het papier een kader, waarlangs een hitsige paaldanseres gerealiseerd wordt. We zien ontblote borsten, wulpse heupen maar toch een demonisch gezicht. Tot slot komt tussen alle helse afbeeldingen als laatst de letter Y in beeld. De hele tekening komt van bovenaf in beeld. De letters ROY blijven in beeld hangen terwijl de tekening weggepakt wordt door de tekenhand. .2 INT. TEKENLOKAAL- DAG We volgen een jongen op de rug bezien over de schouder. Hij heeft een long sleeve donkerblauw shirt aan met daarover heen een zwart T-shirt. Hij heeft half lang donkerblond haar met lichte krul tot net boven zijn schouders. Als hij opstaat, wordt duidelijk dat we in een klaslokaal zijn. De enkele tafeltjes zijn in nette rijen geordend en worden bevolkt door leerlingen van diverse pluimage; sommige hangen languit, weer anderen zitten omgekeerd met elkaar te kletsen, weer anderen zijn met de tekenopdracht bezig. Hij loopt langs een aantal tafeltjes naar voren en gaat achter een meisje staan dat in een geanimeerd gesprekje verwikkeld is met de tekenleraar, deze zit olijk achter zijn bureau en houdt een tekening omhoog. TEKENLERAAR Nou, Chantal. Zie ik toch een paard, hoe zou dat nou komen? CHANTAL Meneer, dat weet u toch wel? TEKENLERAAR Ja ja, ik lees ook de krant. Gefeliciteerd nog trouwens, leuke foto ook. Alweer de eerste prijs toch? Chantal straalt en moet licht blozen. Ze knikt, dan zet ze haar handen in de rug en kijkt naar haar tekening.

2.

TEKENLERAAR Maar goed, eens even kijken. Nou, een paard is een edel dier. Dat heb je wel goed gedaan. Vooruit, een acht. De tekenleraar noteert een acht op de achterzijde van de tekening en overhandigt het aan Chantal die breed grijnzend naar haar vriendinnen terugloopt. De leraar, achter in de veertig, wollen trui, krullend haar, ziekenfondsbrilletje en een ringbaardje, gebaart naar de wachtende jongen. TEKENLERAAR Roy. Roy zien we nu ten voeten uit. Het is een jongen met diepliggende maar toch heldere een alerte blik. Hij heeft een beetje een een volle mond. Zijn zwarte T-shirt heeft punkband. Daaronder draagt hij een zwarte broek en legerkistjes. ietwat bleke groene ogen en scherpe neus en een logo van een nauwsluitende

Hij komt naar de tafel en legt de tekening op het bureau. De leraar zucht, pakt de tekening op, kijkt er even twee seconden naar, en noteert dan op de achterkant een cijfer. Hij geeft het terug aan Roy. TEKENLERAAR Dit kunstje kennen we nou wel Roy, een zeven. Roy neemt zonder blikken of blozen de tekening aan en loopt terug naar zijn plek. Hij gaat zitten en pakt zijn agenda uit de tas. Het cijfer schrijft hij op. Een meisje met lang donkerblond haar en bleek gezicht leunt vanachter haar tafel opzij en kijkt Roy vragend aan. Ze heeft een aantal strengen haar in een donkere kleur geverfd en draagt zwaar aangezette eyeliner om de ogen. Verder draagt ze een neusring. Ze vraagt hem: MEISJE En? ROY Een zeven. MEISJE WAAT? Belachelijk, hoe kan dat nou. Das echt een vette tekening. ROY Ach, ik weet van wie het komt. Kan me eigenlijk ook niks schelen.

3.

Het meisje neemt hier geen genoegen mee. Ze heet Nathalie en is sinds april vorig jaar min of meer bevriend geraakt met Roy. Nu ze bij toeval ook nog in dezelfde stamklas zitten zijn ze sinds de start van het schooljaar bijna onafscheidelijk. Roy heeft bewust voor het cultuur en maatschappij profiel gekozen vanwege zijn grote tekentalent, maar Nathalie heeft andere motieven. Ze weet dat ze erg zwak is in de exacte vakken, dus bleef dit profiel als enige optie over. Dat haar keuze vooral te maken heeft met Roy ontkend ze vooralsnog stellig. NATHALIE Pff, je hebt gewoon pech dat je geen meisje bent. Hij geeft meisjes altijd hogere cijfers. ROY hm. Laat es zien dan, wat heb jij gemaakt? Nathalie bedekt haar tekening met haar handen. NATHALIE Nee, ik vind het een stomme tekening. Jij kunt het veel beter. ROY Toe es, misschien kan ik je helpen. Na enig gesputter haalt ze haar handen weg. Roy leunt naar haar tafeltje en knijpt even met zijn ogen terwijl hij naar de tekening staart. NATHALIE De letters gaan nog wel, maar ik krijg die handen niet goed. ROY Ja, handen zijn lastig. Wacht maar...Kijkt hij? NATHALIE Nee, maar..laat maar, de bel gaat toch zo. Om hen heen klinkt geschuifel van tassen, het volume van pratende leerlingen in de klas neemt toe. Roy pakt zijn potlood en gaat aan het werk. De tekenleraar brult door de klas. TEKENLERAAR Denk eraan jongens, volgende week donderdag wil ik alle tekeningen in mijn bezit hebben!

4. GEROEP VANUIT DE KLAS Kan niet, dan hebben we excursie! Excursie meneer! TEKENLERAAR Oh ja, nou dan eh..Die week daarop, noteer het in je agenda! Enkele leerlingen staan op en lopen al richting de deur. Anderen zijn nog druk aan het inpakken. TEKENLERAAR Wacht even op de be.... Maar hij wordt door de schoolbel afgesneden. ROY (TERWIJL HIJ INPAKT) Wat hebben we nu? NATHALIE Pauze. .3 INT.THUIS WOONKAMER - DAG In de woonkamer staat een slanke vrouw achter een strijkplank kleding te sorteren. Ze heeft lang piekerig haar dat met een hoofdband naar achteren getrokken wordt. Ze draagt een luchtige witte blouse, daaronder een kort spijkerrokje met een gestreepte panty en laarsjes. In haar oren heeft ze grote oorbellen. Het is de moeder van Roy. Ze wordt met enig genoegen afgeleid van haar taak door een man die een arm om haar middel gooit en haar tegen zich aan drukt. Hij draagt een bleke spijkerbroek en een gestreept overhemd, heeft donkerblond haar, een drie dagenbaard, een oorbelletje en een tatoeage op zijn onderarm. Voor de tv zit een klein meisje van twee en half op de grond omringd door speelgoed. ze vergaapt zich aan een tv aflevering van Dora the Explorer. De woonkamer en keuken worden gescheiden door een laag wandje dat tevens dienst doet als bar. De vrouw, ze heet Heleen, pakt een sigaret uit de mond van de man en neemt een teug wanneer er een buitendeur dicht knalt en er gestommel op de trap hoorbaar is. Ze kijkt op, blaast gerriteerd rook uit en drukt de sigaret uit in de asbak op de bar. Ze loopt op hoge poten naar de gang en roept aan de voet van de trap: HELEEN Roy! Zeggen we tegenwoordig geen gedag meer? Van boven aan de trap horen we Roy zeggen:

5.

ROY Oh sorry, hoi! HELEEN Kom even naar beneden en hang je jas even fatsoenlijk op! ROY Maham! HELEEN Kom op! Heleen staat met de armen over elkaar naar boven te kijken. Roy loopt met een diepe zucht en zware stappen naar beneden. Als hij bijna bij haar is tikt ze even met de wijsvinger tegen haar wang. Roy buigt zich voorover om een zuinig kusje te geven als Heleen hem met twee armen vast grijpt. HELEEN Kom hier jij! Ze knuffelt hem stevig. Ze wrijft even door zijn haar. Dan ruikt ze even aan zijn schouder en kijkt hem argwanend aan. HELEEN Je hebt toch niet weer geblowd h? ROY Mam, je weet toch dat ik dat nooit doe. In ieder geval niet onder schooltijd. HELEEN Denk erom jij. Roy lacht een beetje en raapt zijn legergroene jas op van de grond. HELEEN Kom es mee, ik wil je even aan iemand voorstellen. Ze gebaart Roy naar de woonkamer te komen. Deze loopt gedwee achter haar aan. Als ze de woonkamer binnenkomen, ziet hij de man bij de bar staan. Hij kijkt de man met enige reserve aan. HELEEN Roy , dit is Richard. Richard dit is mijn hevig puberende zoon Roy. Richard heft zijn flesje bier omhoog.

6.

RICHARD kerel. ROY Ja hoi.. Mam, ik ga naar boven. Ik moet nog ontzettend veel doen. HELEEN H, kom. Doe niet zo flauw. Ik maak wat thee, dat huiswerk kan straks wel. Roy heeft zich al omgedraaid en loopt weer richting de trap. ROY Later. Heleen wendt zich verontschuldigend tot Richard en kijkt daarna vertwijfeld naar de gang. RICHARD Laat hem maar joh, geeft niks. Heleen zucht, rolt met haar ogen en loopt dan met hangende schouders in de armen van Richard. .4 INT. THUIS/ROYS KAMER- MIDDAG We zien een middelkleine kamer. Op de muren is geen enkel plekje onbedekt, overal hangen posters van metalbands als Slayer, GWARR, Slipknot, Iron maiden. Filmposters van Hellraiser, the exorcist en nog een aantal. De muur aan de raamkant is gereserveerd voor eigen werk, waar Roy zijn nieuwste creatie ( de schoolopdracht) aan toevoegt met kneedgum. In de kamer staat een hoogslaper. Het bed is bereikbaar via een trappetje. Onder het bed staat een bureautafel. Het blad is bezaaid met tekenspullen, tijdschriften, schoolboeken en een monitor. Verder hangen er een aantal fotos. Het is echt een uitgeleefd jongenshol en de retraite van Roy, de staat van de kamer verraad de frequentie waarmee hij deze ruimte bewoond. Hij zet een lampje aan en tikt wat op het toetsenbord, op de monitor komt MSN messenger tot leven. Roy loopt naar het raam en zet deze open. Hij gaat in een luie stoel nabij de vensterbank zitten en steekt een half opgerookte joint op. De rook blaast hij naar het raam. Uit zijn broekzak vist hij zijn mobieltje en speelt er een beetje mee. Dan komt het bekende geluid van een inkomend bericht. Hij legt zijn joint in een asbak op de vensterbank en loopt gebogen naar de computer. Hij glimlacht als hij ziet wie hem een bericht stuurt.

7. ROY Ok, laat maar es zien dan. Hij klikt op een link en een YouTube filmpje springt tevoorschijn. We zien hoe een jonge knaap een mislukte truc uitvoert op zijn skateboard onder begeleiding van een stevig rocknummer. Roy loopt achteruit en lacht. Dan gaat zijn mobiel af. Hij laat zich in de luie stoel ploffen en met de joint in de mond beantwoord hij de oproep. ROY Hey hey. NATHALIE( DOOR DE TELEFOON): Hey. Ben je thuis? ROY Ja. Zit net te kijken naar het filmpje van Sjoerd. NATHALIE O ja, had ik al gezien. Wat een sukkel. ROY (GRINNIKT) Lachen man. Ik zou alleen een andere manier hebben verzonnen om niet naar school te hoeven. NATHALIE Tsja. H, waar ik over bel. Je gaat vanavond toch nog wel heen h? ROY yess, hoezo? Nathalie zit onderuitgezakt op een grote bank in een modern en luxe ingerichte woonkamer. Naast haar op de bank ligt een geopende zak chips en drie afstandsbedieningen. Tegenover haar hangt een grote plasma tv in de mute stand, afgestemd op een muziekzender. NATHALIE Nou, ik mag alleen maar gaan als iemand vanavond met me mee naar huis fietst, daarom. ROY Geen probleem. Ik breng je wel thuis. Kheb er zin in. NATHALIE Ik ook. Met wie ga je vanavond? Roy laat zijn joint in een blikje cola vallen, pakt een bus axe spray en spuit dat in de kamer rond.

8.

ROY Met Bram en Johan, maar die willen eerst indrinken in de keet. Lijkt me zelf niet zon goed idee. Ik wil niet al lam zijn voor het begint. Met wie ga jij? NATHALIE Misschien kan ik opfietsen met Jetta. ROY Wie? NATHALIE Jetta, je weet wel, uit 4C? Iedereen kent haar beter als Sletta, die gaat ook. woont hier twee straten verderop. Die emo. ROY O, die. Ga je daar mee fietsen? Wat vreselijk voor je (grinnink). NATHALIE Vertel mij wat. Vandaar mijn vraag of ik met jou mee terug kan. Sletta zal vanavond weer in een hoek liggen vozen met Jan en alleman denk ik. Dan moet ik daar weer op wachten. Roy heeft een kladblokje gepakt en begint wat gedachteloos te tekenen, hij lacht. ROY Wil je dan niet weten wat haar nieuwste verovering wordt? Nathalie trekt haar knien op de bank en pakt een longdrink glas cola van een bijzettafeltje. NATHALIE Nh, daar heb ik zo mijn bronnen voor. Maar wat ga jij doen dan? Ze neemt een slok. ROY Ik ga zo eerst de stad in, broodje kebab scoren. Ik heb niet zo veel zin om thuis te eten. NATHALIE Hoezo?

9.

Roy kijkt vanuit zijn stoel naar zijn kamerdeur en dempt zijn stem wat. ROY Mijn moeder heeft weer een nieuwe lover, een of andere vage gast. Nummer zoveel. Ze zitten beneden aan elkaar te frunniken, heb ik niet zo veel zin in. NATHALIE Is dat die met die zweetplekken en die dikke bril? ROY He, had ik jou dat verteld? Nou ja, eh, nee. Dit is weer een ander. Ik heb zo mijn eigen Sletta in huis, zeg maar. NATHALIE Wat rot. ROY Ach ja. Wat doe je er aan? Het is even stil. Nathalie kijkt op haar horloge, dan beginnen ze allebei tegelijk te praten. NATHALIE/ROY Wil je..? / Zal ik..? ROY Zal ik anders eerst naar je toekomen? NATHALIE Graag. ROY Is de kust dan veilig? NATHALIE Mijn moeder heeft koopavond en papa zit nog steeds in Duitsland. Dus ja, geen probleem. Laat die kebab maar zitten, ik knal er wel een pizza in. ROY Kee dan, zie je straks. NATHALIE Tot zo!

10.

Terwijl Roy opgehangen heeft houdt Nathalie de telefoon nog even tegen haar oor en kijkt met glanzende ogen en rode wangen voor zich uit. Dan kijkt ze naar haar gsm en drukt tenslotte op uit. .5 INT. DE TAMBOERIJN- AVOND De Tamboerijn is een middelgroot muziek- en cultuurcentrum en voor veel jongeren de enige plek in de regio waar redelijke grote acts optreden. Elke vrijdag staan er concerten gepland, en de zaal is ook deze keer afgeladen. We zien veel jongeren uit het alternatieve metal circuit. Het bier vloeit rijkelijk en er hangt een joviale sfeer. Roy en Nathalie staan bijna vooraan het podium en schreeuwen in elkaars oor om de luide muziek te overstemmen. Door een groepje hossende jongens verliest Roy een deel van zijn bier, hij kijkt gergerd over zijn schouder. Een man met brede schouders en een kale kop komt met een microfoon het podium op. De muziek wordt weggedraaid en de menigte begint te juichen en applaudisseren. MAN Dames en heren, jongens en meisjes. Welkom allemaal in de Tamboerijn, hebben jullie er een beetje zin in?! ( gejuich van de menigte) Ok, De heren van de Ragdol Posse zijn nog niet binnen maar we hebben in ieder geval een fantastische openingsact voor jullie gevonden. De SLUMDOGS zijn hier! Jawel! ( gejuich en gejoel). De man kijkt over zijn schouder en ziet hoe een aantal langharige jongens met instrumenten bezig zijn. En van hen loopt naar de man toe en zegt iets in zijn oor. De man knikt. Meer bandleden komen het podium op. MAN Ok. Ze hebben nog tien minuten nodig om alles klaar te zetten. Dus we moeten nog eventjes wachten. Nog tien minuten en we gaan los, veel plezier allemaal! De muziek wordt weer hard aangezet. Roy schreeuwt in Nathalies oor:

11.

ROY Ik ga nog even wat bier halen. Wil je ook n? Nathalie knikt, en grijpt hem dan bij de mouw. NATHALIE Wacht, ik loop even mee. Ze worstelen zich door de menigte. Roy knikt hier en daar, krijgt soms een klop op de schouder. Nathalie wordt af en toe ruw omver gelopen, ze houdt zich met moeite staande. Als ze bij de bar aankomen, draait Roy zich om en kijkt bezorgt naar Nathalie. ROY Gaat het? Nathalie ziet een beetje bleek en pips. NATHALIE Zo warm, pfff. ROY Kom, we gaan even naar buiten. NATHALIE Nee joh, dat hoeft niet. Het begint zo. ROY Geloof me, dat duurt nog wel even. Bovendien heb ik het ook warm. Roy wacht haar antwoord niet af en trek haar mee naar de uitgang. .6 EXT. DE TAMBOERIJN- AVOND Roy en Nathalie lopen door de entree naar buiten, de koude nacht in. Roy heeft twee jassen over zijn arm hangen. Nathalie leunt even met haar hand op de muur een beetje voorover. Roy staat er een beetje onhandig bij, hij laat even een hand zweven boven haar rug maar trekt deze vervolgens weer weg. Om hen heen lopen mensen de Tamboerijn in en uit. Roy kijkt om hem heen en trekt Nathalie aan haar mouw mee het looppad af richting straat. ROY Kom eens mee. Ik ken een Coole plek. NATHALIE En het concert dan?

12.

ROY Hm. Eerst komt het voorprogramma. En in de Tamboerijn betekent tien minuten wachten eerder een half uur. Dus we hebben nog wel even. Kom, ik beloof je dat je het echt vet vindt. Nathalie kijkt hem met de nodige argwaan aan, ze reikt haar arm uit. NATHALIE Mag ik dan in ieder geval mijn jas aan? .7 EXT. KERKHOF- AVOND Roy laat zich vallen van een hoog stenen muurtje en houdt zijn armen open om Nathalie op te vangen. Als ook Nathalie beneden is en haar handen afveegt kijkt ze eerst geschrokken en daarna lacht ze een beetje zenuwachtig. Ze kijkt om zich heen en ziet een oud kerkhof. Het kerkhof ligt direct aan een oude kerk en is in tijden niet onderhouden, getuige de met korstmos bedekte grafzerken en het hoge gras. Hier en daar liggen verdorde bloemen. NATHALIE Een beetje creepy, maar ok. Het past wel bij jou denk ik. ROY Vet h? Sommige van deze graven zijn wel meer dan honderd jaar. Hier, moet je kijken. Roy loopt naar een massieve eik dat midden in het veld staat. Hij knielt neer aan de voet van de boom. Nathalie komt voorzichtig dichterbij. In het zwakke oranje licht van de straatlantaarn achter het muurtje zien we hoe hij in een kaal stukje bast Roy gekrast heeft. ROY Ik heb mijn plekje al gereserveerd hier. Ho, pas op je loopt over een graf! Nathalie springt verschrikt opzij. Roy lacht. NATHALIE Eikel! Nathalie geeft hem een mep. Roy grinnikt en staat op. Hij zucht eens diep.

13.

ROY Vind je het eng? NATHALIE Eng weet ik niet, maar ik zou niet voor de lol op een kerkhof rondlopen, zeker niet rond middernacht. ROY hmm. Ik vind het wel wat hebben. Op een of andere manier hangt hier een hele geladen sfeer. Vind je niet? NATHALIE Wat bedoel je? ROY Nou, gewoon het idee dat hier dode mensen liggen en dat er misschien wel een paar zijn die ons nu bekijken. Vanaf een graf, achter een boom, in de lucht. NATHALIE Gatver, wat eng. Zullen we maar gaan? Ik weet niet, ik heb het gevoel dat we hier de rust verstoren. ROY Ah, dus jij voelt het ook? NATHALIE Ja, vind je dat gek? Als er al zoiets bestaat als geesten dan zou een kerkhof wel een logische plek zijn om ze te vinden. Straks maken we ze nog kwaad. ROY Neh, dan zou ik dat wel merken. Ik ben namelijk paranormaal begaafd. Wist je niet h? Nathalie knijpt haar lippen samen. NATHALIE Ja hoor. ROY Nee, echt! Wacht even..

14.

Roy voert een kleine show op. Hij houdt zijn arm gestrekt voor zich uit en wijst met open handpalm naar Nathalie. Met zijn andere hand knijpt hij in zijn voorhoofd. De handpalm wappert op en neer. ROY Ik voel...ehm..Ja, ik voel dat jij een beetje gespannen bent. Nathalie komt dichter bij hem staan. NATHALIE Goh, knap. En wat ga je daar aan doen Uri Geller? Roy grabbelt in zijn binnenzak en tovert een joint tevoorschijn, hij presenteert het met een grote grijns op zijn gezicht. Nathalie rolt met haar ogen. .8 EXT. KERKHOF- AVOND Roy en Nathalie liggen allebei op hun rug naar de sterrenhemel te staren. Om hen heen liggen losse bladeren, takken en wat zwerfvuil. Achter hen staat de hoge stenen muur. NATHALIE Ben jij bang voor de dood? ROY Die kerel met een lang gewaad, een skelettekop en een zeis? Neuh, kom maar op. NATHALIE Haa haa..Je weet wat ik bedoel. ROY Nou, ik zou zeggen, ja omdat ik nog jong ben en nog heel veel in het leven wil doen. Zou toch jammer zijn als daar een einde aan komt. NATHALIE Zoals wat? ROY Poeh, ehm. Het poollicht zien, walvissen aaien, naar Australi en Amerika gaan, dat soort dingen. Oh, en ik zou beslist niet als maagd willen sterven.

15.

Wauw, durf

NATHALIE je dat toe te geven?

ROY Pff, daar is niks aan. Iedereen roept wel stoer dat ie het al gedaan heeft maar ik weet bijna wel zeker dat drie kwart van alle zestienjarigen nog maagd is. NATHALIE Ik zeg niks... ROY Hoeft ook niet, ik weet het toch al. Nathalie draait zich op haar zij en steunt op haar elleboog, ze snurft door de neus. NATHALIE snrf. Ja hoor. ROY jaha. Ik ben toch paranormaal begaafd, weet je nog? Maar eh, wat zou jij nog willen doen voor je dood gaat dan? NATHALIE Nou, van dat maagd zijn is geen probleem, maar dat weet je al dus...en verder...Ja, toch de wereld zien. De wereldwonderen. Oh, en op de top van de Himalaya staan lijkt me ook waanzinnig. ROY Ik zou nog wel eens in de ruimte willen zijn. Dat gaan we nog wel meemaken denk ik, over veertig jaar of zo. Maar ja, dan moet er niks met me gebeuren in die tijd. Ik denk eerlijk gezegd dat ik de veertig niet ga halen. NATHALIE Hoe kom je daar nou bij? ROY Live fast, die Young and leave a good looking corpse. NATHALIE Nou ik wil gewoon oud worden, het liefst met iemand. Net zoals mijn oma en opa. Dat vind ik zo

16. NATHALIE mooi, zo lang lief en leed met elkaar delen. Dat is best wel bijzonder. Het is even stil. Roy steekt opnieuw een joint op ( was uitgegaan), neemt een trek en biedt hem aan Nathalie aan. Die weigert. Hij blaast uit. ROY Ik ben wel bang voor de dood. Natuurlijk is het jammer dat je leven dan voorbij is, maar ik ben schijtens benauwd voor wat me te wachten staat als het zover is. Word ik een geest, ga ik naar de hemel of naar de hel? NATHALIE Ja, er moet wel iets zijn na de dood. Daar geloof ik wel in. ROY Ik ook. Ik weet zeker dat ik een ziel heb, ik ben niet alleen maar een lichaam. Roy denkt even na, dan. ROY: Weet je? Soms, als ik helemaal alleen op mijn kamer zit dan voel ik wel eens een soort van aanwezigheid. Het lijkt dan net alsof er iemand zijn handen op mijn schouders legt. NATHALIE Bah, wat eng! ROY Juist niet! Het voelt heel vertrouwd, ik weet bijna zeker dat mijn vader dan bij me is. NATHALIE Wauw, dat is eigenlijk wel mooi. ROY Uhuh, best wel. Altijd als ik het een beetje moeilijk heb of als er thuis weer gezeik is dan doe ik mijn ogen dicht en probeer ik hem weer te herinneren. Dan voelt het net alsof ie er ook echt weer is. Nathalie kruipt dichter tegen Roy aan, ze legt even een hand op zijn schouder.

17. NATHALIE Mis je hem? ROY Na vijf jaar wordt het wel minder, maar ja. Zeker. Dan klinken er voetstappen achter het muurtje. Nathalie en Roy komen vanuit hun liggende positie beide overeind. Roy legt zijn wijsvinger tegen zijn mond. Ze zetten zich schrap. Een hese stem klinkt hardop vanachter het muurtje. HESE STEM Zegh, wat gebeurt daar achter. Willen jullie daar wel even heel rap vandaan komen? Jullie staan op verboden terrein! Bij Roy begint het te dagen en hij moet grinniken. Nathalie kijkt hem vragend aan. ROY Leuk Bram, kom maar tevoorschijn. Ze horen geschuifel en gesteun. Boven hun hoofd aan de rand van het muurtje komt een hoofd met piekerig bruin haar tevoorschijn. BRAM Ik dacht al dat ik wat rook. Oh sorry, je hebt gezelschap. Zal ik jullie alleen laten? Nathalie kijkt Roy verwachtingsvol aan maar deze heeft nu meer oog voor zijn kameraad. Ze slaat haar ogen neer. Roy kijkt op naar Bram en houdt zijn saffie omhoog. ROY Nh, kom maar. Dr is nog genoeg. Bram laat zich zakken langs het muurtje, veegt zijn handen af aan zijn vale spijkerbroek en fatsoeneert zijn kleren. Hij klapt Roy, die inmiddels is gaan staan, op de schouder. BRAM Hey man. Hey Nathalie. Nathalie grijpt Roys aangeboden hand en komt overeind. Bram neemt de joint over van Roy maar laat eerst een boer en wankelt even op de benen. Nathalie houdt haar ene mouw voor de mond en wappert met de ander. BRAM Voorprogramma is net klaar. Volkomen ruk, een of andere Indie pop rotzooi. Ik dacht al, waar zit die gast?

18.

ROY We gingen even een luchtje scheppen. BRAM Hahaha, lekker fris op een kerkhof. NATHALIE Hebben ze een tijd genoemd? Hoe laat begint de Raggdoll Posse? Achter de stenen muur klinken plots voetbal jalalas en oergeluiden, een gezellig dronkemansconcert. STEM Hey Brammetje, wat doe je daar man? Zit je daar stiekem alleen te blowen? Wel wat bewaren h? ANDERE STEM Heb je hem gevonden? BRAM Ja, hij zit hier. STEM Logische plek voor RRRare RRRoy. ROY Is dat Johan?, hey modderfokker! STEM (HEES) Waazaaap!? ANDERE STEM Komen jullie nog? Het gaat zo weer beginnen. ROY Ja, we komen eraan. Bram slaat zijn arm om Nathalie, maar zij duwt deze weg. Ze lopen naar de muur. BRAM Ik wil je wel een kontje geven? NATHALIE In je dromen loser. ROY GRINNIKT Auw, die zit!

19. Hij vouwt zijn handen en gaat iets door de hurken. Nathalie stapt er in en klimt de muur over. Als Bram zijn been optilt om Nathalies voorbeeld te volgen trekt Roy zijn armen terug en geeft Bram een duw. Bram kukelt omver. Terwijl Roy over de muur verdwijnt, zet Bram een stemmetje op. BRAM ( BRILSMURF IMITATIE) H, wacht op mij! Terwijl de scne in een fade out naar zwart gaat horen we wat geluiden van het concert, harde muziek en een uitzinnig publiek. .9 INT. ROYS KAMEROCHTEND

Roy komt overeind. Hij ligt in zijn hoogslaper. De vorige nacht heeft duidelijk zijn sporen achtergelaten. Zijn haar is plakkerig en hij knijpt met zijn ogen tegen het daglicht. Hij gaapt even en rekt zich uit, maar dan spitst hij zijn oren. Van beneden klinken gesmoorde geluiden, maar de geluidsterkte laat er geen twijfel over bestaan. Er is iets gaande. Roy slaakt een zucht. Hij laat zijn benen over de bedrand vallen, krabt even aan zijn borstkas en springt dan van het bed naar beneden. Hij grist een T-shirt van een stoel, en trekt deze snel aan. Beneden knalt een deur dicht. Hij trekt zijn spijkerbroek aan en loopt de kamer uit. .10 INT. KEUKEN- OCHTEND We volgen Roy terwijl hij vanaf de trap de keuken binnenloopt. Hij opent de koelkast en pakt een plastic fles melk. Hij verwijdert de dop, ruikt even en zet vervolgens de fles aan zijn mond. Er vindt een luide discussie plaats in de woonkamer. Terwijl Roy de melk weg klokt horen we Heleen zeggen: HELEEN Dat doe je nou altijd! Het enige wat ik van je vraag is gewoon een beetje hulp en dan kom je hier om mij de grond in te trappen. Verdomme! We zien onscherp langs Roy in close up hoe Heleen met luide stem tekeer gaat tegen een oudere slanke en zilvergrijze dame. Ze heeft haar haren in een grote knot gebonden en ze draagt een bril met zwaar montuur. Verder een blauw gebloemde jurk met een paars sjaaltje. Het is Roys oma. OMA Luister nou, ik wil je helpen. Dat weet je toch? Ik wil alleen maar zeggen dat...

20.

HELEEN Ja hou maar op. Waarom kun je me gewoon niet mijn eigen leven laten leiden? Ik zit niet te wachten op advies. Altijd dat gezeik! Roy loopt naar een hoger keukenkastje, opent deze, kijkt even rond en haalt er dan een pak cornflakes uit. Hij deponeert dit in een kom en dumpt daar een lading melk overheen. OMA Maar kind toch, waar komt nou ineens die hoge telefoonrekening vandaan? Dat kan toch niet zomaar? Of heb je nog meer achterstallige rekeningen? HELEEN Gaat je niks aan, geef me nou gewoon maar dat geld dan kan ik dadelijk wat brood gaan halen. Emily heeft honger. OMA Wacht eens even, wat heb je gisteren met die vijftig Euro gedaan dan? Roy pakt een lepel, deponeert die in het bord richting de deur. HELEEN Ik moest wasmiddel hebben en een pak luiers, weet je wat dat kost? H H, WACHT EENS EVEN JIJ, Waar gaat dat naartoe? Roy wendt zich tot zijn moeder. ROY Ook goedemorgen. HELEEN Hier komen jij, eten doen we aan tafel. Straks vind ik die rotzooi weer terug op je kamer, en wie mag dat dan opruimen? Roy kijkt gerriteerd en moet de nodige moeite doen om onverschilligheid te veinzen. ROY Zoek het lekker uit! en loopt zo

21.

Heleen ziet kans om even onder de druk van haar moeder uit te komen en stort zich gretig op haar recalcitrante zoon. Als Roy bijna bij de deur is heeft Heleen zijn arm gegrepen en trekt hem ruw terug. HELEEN Wat zeg jij daar? OMA Heleen, laat die jongen nou. Roy probeert zich los te trekken maar in de worsteling die ontstaat, vliegt het bord cornflakes uit zijn handen. Het knalt tegen de zijkant van het barretje en valt daarna op de grond. De melk en de cornflakes liggen verspreid over de keukenvloer en op het tapijt. Door de klap begint Emily, het zusje van Roy dat zo even nog braaf voor de tv zat, te huilen. Oma loopt op haar af en neemt haar in de armen. Heleen beziet de chaos. Haar onderlip begint te trillen. Als ze haar twee jarige dochter ziet huilen, knapt er iets en de tranen beginnen te lopen. Roy, moedeloos en boos, geeft haar het laatste zetje. ROY Geweldig, leuk mam. HELEEN ( KRIJSEND): Verdomme! Ze verdwijnt door de woonkamerdeur. Roy buigt zich over de scherven van het bord. Hij raapt de grote stukken op en pakt met zijn vingers wat cornflakes. Ondertussen wordt de voordeur met een luide knal dichtgeslagen. OMA Roy. ROY! Laat maar liggen, ik ruim dat wel op. Kom maar. Roy komt omhoog , loopt naar de woonkamer en laat zich zwaar vallen in de bank. Oma is inmiddels ook gaan zitten en wiegt Emily heen en weer. Die is inmiddels weer rustig geworden. Roy trekt zijn knien op en zet zijn blote voeten op de bank. OMA Het valt ook allemaal niet mee, h? ROY Tsja. OMA Ik weet niet waar ze zit met haar hoofd. Ik heb nog zo gezegd; Eerst de rekeningen, dan het

22.

OMA eten. Heeft ze die kleren ook nieuw? ROY Ja, mama heeft het maar weer druk. OMA Hoezo druk? ROY Ze zit uren aan de telefoon. Aan tafel tijdens het eten zit ze steeds te smsen. Gisteren was hier ene Richard, haar nieuwe lover. Daarom heeft ze ook die kleren gekocht, om hem in te palmen. OMA Wat is dat voor een vent? ROY Weet ik veel, boeit me niet. Oma kijkt even voor zich uit, dan, met enige berusting. OMA Nou snap ik het. ( zucht) Roy kijkt zijn oma kwaad aan, hij begrijpt haar reactie niet. ROY Ik vind het anders knap waardeloos, ik schaam me dood. Het lijkt wel een inloophuis. De ene is net een jaar weg en de volgende staat al weer op de stoep. Het is niet eerlijk! Niet voor mij en ook niet voor Emily. OMA Ja, dat is ook niet leuk. Maar goed, je moeder heeft in korte tijd dan ook veel meegemaakt. ROY hmf, wij toch allemaal? Ze verraad pappa! OMA Ach lieverd, zo moet je niet denken. Je vader zou willen dat jullie allemaal gelukkig zijn en je moeder is daar naar op zoek.

23.

OMA Tsja, en soms maakt ze daarin wel eens een onverstandige keuze. Maar goed, gelukkig zijn wij er nog om een beetje te helpen. Of niet? ROY Hmf. Oma heeft Emily inmiddels losgelaten. Ze ziet dat Roy een inwendige worsteling beleefd. Ze kijkt hem vol compassie en mededogen aan. Dan schud ze even kort het hoofd, komt overeind en vraagt: OMA Kom, ik maak wat lekkers voor je. Loop maar even mee dan kun je vertellen hoe het was gisteren. Oma staat op en loopt voor Roy langs het beeld uit, Roy kijkt haar even aan en staat dan ook op. .11 INT. GANG/WOONKAMER- MIDDAG De deur naar de woonkamer staat open. Op de voorgrond zien we hoe Heleen met Emily op de arm rondloopt en met een plastic boekje in de weer is. In de gang zien we Oma die de jas aantrekt. Roy is bij haar. Hij geeft zijn oma bij de voordeur een stevige knuffel. Ze legt haar hand op zijn schouder en kijkt hem aan. OMA Ik heb een verrassing voor je. Hier. Ze overhandigt hem een dikke enveloppe. OMA Stop het maar gauw weg, dadelijk in je jaszak. Het is een verrassing voor volgende week als je in de Ardennen bent. ROY Wat is het? OMA Dat verklap ik niet. Ik zeg alleen dat het van je opa is geweest. Doe weg voor je moeder het ziet. ROY Nou, bedankt.

24.

Oma heeft de voordeur al open, ze draait zich nog een keer om en roept. OMA Doehoeg! Vanuit de woonkamer wappert Heleen met de arm van Emily. HELEEN Dag. Zeg maar, dag! .12 INT. ROYS KAMER- AVOND We zien in een korte sequentie en onder begeleiding van muziek het bureaublad van Roy dat bezaaid is met potloden, krijtjes, stiften, en tekeningen. Het beeld glijdt over een aantal, we zien onder andere: Een laantje in de natuur met een bomenrij in perspectief, de bomen hebben kale dorre takken en merkwaardige oogbollen in de stam. Een dreigende wolkenlucht hangt er boven. Uit de lucht valt een monsterlijk wezentje met vleermuisvleugels. Op een velletje met lijntjes zien we een aangevreten zombiehand, uitgevoerd in blauwe balpen. De hand heeft een dolk in de hand. Een kano dat over een kolkende rivier vaart, in de golven doemen demonische gezichten op. De kano is leeg. Een goed geslaagd portret van Nathalie, uitgevoerd in zacht grafiet potlood. Ze kijkt dromerig naar links. We zien de handen van Roy bezig met een landschap. Een berghelling staat er al in en Roy zet in vlotte lijnen een indianenbrug neer, plus nog wat bomen. Het beeld glijdt verder over het bureaublad langs een schoolbrief met een aanhef over de Ardennen excursie. Omas enveloppe ligt open, er steekt een handgeschreven briefje uit samen met een briefje van vijftig, een oud kompas en een mes. De hand van Roy pakt het mes en zijn vingers inspecteren het. Op de achtergrond tegen de muur staan een aantal boeken van diverse horrorauteurs, zoals H.P. Lovecraft, Philip K. Dick, Clive Barker, James Herbert, Stephen King en Dante Alighieris Inferno. Het mes wordt neergelegd en met nieuwe ijver gaat het verder met de tekening. We zien Roy op de rug aan zijn bureautafel onder de hoogslaper zitten. Onder het warme licht van een bureaulamp zien we hoe hij voorovergebogen met de tekening bezig is. Naast zijn bureau zien we een grote rugzak op de grond staan, aan de zijvakjes hangen een paar sneakers en een veldfles. Het beeld wordt plotseling zwart wanneer een gedaante op de voorgrond voor het beeld langs gaat. De begeleidende muziek zakt met een holle echo weg terwijl de

25. figuur rechts schuin achter Roy gaat staan. In close up zien we hoe Roy in een soort trance koortsachtig aan het werk is. In opperste concentratie gaat Roy verder als er links van hem donkere moeilijk definieerbare hand verschijnt die hem zachtjes in de schouders knijpt. Roy kijkt even op van zijn tekening, hij glimlacht. Dan baad hij in een zee van licht. De zwarte hand schiet weg. Roy kijkt opzij. In de deuropening van zijn kamer staat Emily. Zijn kleine zusje pruilt en wrijft in haar ogen. Hij staat op en loopt naar haar toe, gaat door zijn knien en tilt haar op. Het beeld gaat langzaam naar de tekening. ROY Kom, ik breng je naar bed. Terwijl Emily op de overloop in Roys armen lichtjes protesteert en Roy haar kalm tot stilte maant zien we in de tekening hoe de indianenbrug in een gapende muil met vier rijen tanden van een demon eindigt. Om het verwrongen gelaat doemen grijpende klauwen op, aangezet in diepe potloodstrepen. Fade out. .13 INT. BUS- OCHTEND Het is vroeg in de morgen. Door het raam van de bus zien we de ochtendschemering, de voorbij schietende landerijen zijn grotendeels nog in nevelen gehuld. We vallen in een gesprek tussen Bram, een klein opdondertje met bruin piekerig haar en kameraad van Roy, en Johan, lang blond haar in een staart. Ze zitten naast elkaar in de bus. BRAM Kan jij je nog dat schoolfeest herinneren vorig jaar? Daar schijnt het te zijn gebeurd. JOHAN Serieus? BRAM Ik zweer het je. Sylvia met meneer de Jager. JOHAN Gadverdamme, maar hoe? BRAM Ok, geloof het of niet maar ze zijn betrapt in het toestellenhok. Hij met zijn broek naar beneden en zij met een mondvol de jagerworst.

26.

JOHAN Uck! Geen wonder dat ze goede cijfers haalde voor bio. Hoe oud is zij eigenlijk? BRAM Poeh, Ze zat in het examenjaar, dus eh..17, nu achttien denk ik. Ze zit niet meer op school. JOHAN Nou ja, als het nu zou zijn gebeurd was het officieel niet meer strafbaar. Toch? Hoe oud is hij eigenlijk? BRAM Pff. Oud.. 40 of zo. Hey Stefan. Bram leunt voorover en tikt iemand in de stoel voor hem op de schouder. Tussen de kier van de twee stoelen zien we een gezicht gerriteerd kijken. BRAM Hoe oud is meneer de Jager? STEFAN Wie? Van economie bedoel je? BRAM Nee, bio. STEFAN Weet ik veel, oud. Stefan draait zich weer om. JOHAN: Blijft smerig, maar ik kan hem geen ongelijk geven. Sylvia is best een lekker wijf, daar zou ik ook wel mee het hok in willen duiken. BRAM Ja ( zucht), alleen jammer dat ze van oude kaas houdt en niet van jonge. ( met een stemmetje) Deze week in de bolus: De Jagerkaas, lang gerijpt in de broek. Hahaha. JOHAN Ieuw! Ben ik even blij dat ik al gegeten heb, snrf!

27.

BRAM Als Sylvia nou even geduld heeft heb ik aan het eind van de week ook een aardig potje belegen paturain gespaard! HAHAHA! Bram en Johan proesten het uit van het lachen. Johan trekt een grimas waarbij hij zijn boventanden ontbloot. Een aantal medeleerlingen kijken door het gangpad naar het tweetal, sommigen gergerd, anderen glimlachend. Stefan draait zich om in zijn stoel en hangt op de stoelleuning. STEFAN ( MET EEN GLIMLACH) Tsjongejonge, het is nog maar half negen en je begint nu al met die vuiligheid. Johan veegt de tranen uit zijn ogen, onder een piepend hihihi. Bram, opkijkend naar Stefan. BRAM Heb jij nooit Bio gehad van de Jager? STEFAN Nee, van Wiegersma. Maar hij zit toch niet meer bij ons op school? BRAM Nee, precies! STEFAN En jij zegt dat hij het met een leerling heeft gedaan? Dat ie daarom niet meer op school is? BRAM Dat is het gerucht op het schoolplein ja. Maar, de Jager was een rare hoor.Ken je het spermaverhaal? JOHAN ( stemmetje) De Jager Sperma, voor al u soepen en sausen. Hihi. Bram en Stefan kijken Johan even stilzwijgend aan. JOHAN Ahem. BRAM ( HEIMELIJK) t Schijnt dat de Jager een aantal jaren geleden voor een practicum over seksuele

28.

BRAM ( HEIMELIJK) voorlichting zijn eigen sperma heeft gebruikt. STEFAN Ja hoor, tuurlijk. BRAM Serieus, de leerlingen werden in duos verdeeld en ieder paar kreeg met een pipet een druppel wit vocht om onder de microscoop te bestuderen. Een kakkineuze jongen met een gestreepte poloshirt en kaki plooibroek zit aan de andere kant van het gangpad tegenover de jongens en bemoeit zich met het gesprek. KAKJONGEN Hallo, das een broodje aapverhaal. Die is al erg oud hoor. STEFAN Leuk Bram. BRAM Toch is het echt gebeurt. Ga maar na: Hoe kom je als biologie docent aan zogenaamd ( aanhalingstekens) dierensperma dat nog vers genoeg is om onder de microscoop te bestuderen? Sperma overleeft hooguit 45 uur buiten het lichaam. We zien een meisje met zware make up en rood haar met roze strengen achter de leuningen van Bram en Johan opduiken. Ze draagt meerdere piercings. Het is Jetta. JETTA Wie heeft het hier over sperma? KAKJONGEN Aha, kijk aan. Een expert. Jetta steekt haar gepiercte tong uit en steekt haar middelvinger op. De kakjongen maakt een oe geluid en stoot zijn kameraad naast hem aan. JOHAN Tsja, zit wel wat in. Lijkt me een beetje onhandig om bij een dier zoiets af te tappen.

29.

KAKJONGEN Laat dat maar aan Jetta over, die heeft flink geoefend in de manege. Is het niet? De jongen maakt een high five met zijn buurman die grinnikend naar Jetta kijkt. Stefan straalt een natuurlijk soort gezag uit en weet de jongen met een dreigende blik eronder te krijgen. STEFAN H stakker, bemoei jij je nou maar met je eigen hockey vriendje. Daar zo, omdraaien. De kakjongen draait zich om en kijkt zijn kameraad schouderophalend en nee schuddend aan. Jetta bedankt Stefan met een veelbetekenende blik. BRAM Het heeft ook wel wat. Ik bedoel; hoeveel generaties van kinderen hebben wel niet naar het zaad van de Jager gekeken? Die man moet haast wel een soort van god complex hebben gehad. ( stemmetje) Aanschouw mijn levenselixer! Bram houdt met de laatste woorden een flesje drinken omhoog en neemt dan een flinke slok. Johan proest het opnieuw uit. Jetta laat zich terugzakken met een grimas. Stefan grinnikt. STEFAN Lekker dan. Dan suist er iets door de lucht en raakt Stefan tegen zijn slaap. Hij kijkt woedend opzij en ziet de kakjongen tegen zijn kameraad grinniken. Stefan draait zich terug in zijn stoel, zet een been in het gangpad en duwt met volle kracht en twee handen tegen de kakjongen aan. Met de borst vooruit en gebalde vuisten haalt hij zijn kin op. STEFAN Hey klootzak, kom dan.. Voor uit de bus klinkt een bulderende stem STEM Hey, is het afgelopen daar?! ZITTEN, NU! Stefans ogen spugen vuur. De kakjongen reageert met een sneer.

30.

KAKJONGEN Ja, gedraag je nou eens! De bulderende stem is afkomstig van meneer Verbeek, de gymleraar van de school. VERBEEK Remco? PAS OP! Stefan kijkt mokkend voor zich uit, Remco de kakjongen haalt zijn schouders op maar zijn vuurrode wangen verraden dat hij toch wel onder de indruk is. Het beeld verplaatst zich naar de voorzijde van de bus. Verbeek draait zich terug in zijn stoel. Hij heeft een trainingsjasje met het logo van de school aan en halflang stroblond haar. Met zijn gegroefde en pokdalige gezicht is hij een imposante verschijning. Aan een half woord heeft hij doorgaans genoeg. De excursie naar de Ardennen is vooral zijn initiatief en ook dit jaar is hij de cordinator van het geheel. Hij zucht eens diep en kijkt opzij. Naast hem zit mevrouw Reinders, lerares Frans. REINDERS Nou, dat begint al vroeg. Ze heeft een spits gezicht, een kort geknipt roodpaarsig kapsel en een kort groen leren jasje. Naast de grof gebouwde Verbeek is zij een fragiele verschijning. VERBEEK Ach ja. Maar maak je niet druk, dit valt nog mee. REINDERS Ik ken Stefan van vorig jaar, toen was het ook al geen lieverdje. Als ie zich maar weet te gedragen. VERBEEK k ben de klassen rond gegaan en heb de regels doorgenomen, hij kent de sancties. Het zal wel meevallen. Ze kunnen nu elkaars bloed wel drinken maar aan het eind van de week zul je zien dat ze elkaar broederlijk in de armen vallen. REINDERS Je zou het nu niet zeggen. VERBEEK Vergis je niet, we gaan ze behoorlijk afbeulen deze week. Ze komen zichzelf meerdere keren

31. VERBEEK tegen, voor sommigen wordt het misschien zelfs te zwaar, maar goed: ze konden ook naar Tsjechi of Parijs, dus. REINDERS Nou, t zijn toch allemaal jonge mensen, die kunnen wel wat hebben? VERBEEK Hahaha, let maar op. Straks begint het al. Blaren! Elk jaar zeg ik weer; denk aan je schoenen! Maar elk jaar is het weer raak. Dan komen ze met sportschoentjes aanzetten. Verbeek kijkt even het gangpad in. VERBEEK Ja, het zal mij niets verbazen dat er straks zelfs een paar op hakken aan de tocht beginnen. REINDERS O jee, wat doe je dan met de kinderen die niet meer verder kunnen? VERBEEK Daar hoef je je niet druk om te maken. Jij loopt gewoon lekker mee met de kinderen. Hilda loopt meestal achteraan en vormt de bezemploeg. Als er lieden uitvallen, vangt zij ze op. Als er een gewonde tussen zit die echt niet meer verder kan neemt zij contact op met de organisatie, die komen dan met een auto of quad. Hilda Vermeer, een ietwat gezette vrouw van middelbare leeftijd, kijkt even op bij het horen van haar naam, Ze zit achter Verbeek en Reinders. Naast haar zit nog een mannelijke collega maar die is nog in dromenland. Ze leunt even voorover en loert over haar leesbril heen. VERMEER Je mag ook wel in de bezemploeg hoor, hoef je niet zo veel te lopen. Beetje rondrijden achterop een quad met een stoere kerel, hartstikke leuk hoor. Laat Wim maar Sjouwen!

32.

REINDERS Klinkt wel aantrekkelijk, hm. Het beeld verplaatst naar halverwege de bus. Nathalie kijkt naar buiten, af en toe knikt ze en soms mompelt ze een bevestiging uit beleefdheid. Het meisje naast haar aan de andere kant van het gangpad is nieuw in de klas en met haar grote bolle ogen en lange gebit niet bepaald de populairste van het stel. Ze kletst honderduit over haar ervaringen met schoolreisjes op haar vorige school, maar Nathalie registreert het nauwelijks. Ze kijkt even naast haar naar Roy die met zijn rug tegen het raam leunt. Hij zit onderuit gezakt en slaapt. In close up zien we hoe hij een rusteloze droom heeft. .14 INT./EXT. ROYS DROOM- NACHT

In een heldere maanverlichte nacht schiet het beeld van boom naar boom. We horen iemand hijgen van het rennen. Heel even zien we een flits van een man met een bleek gelaat en grote blauwe ogen die ons triest over zijn schouder aankijkt. De man zit op een krukje in een werkschuur. Dan weer het beeld in het bos. De snelheid waarmee het beeld ( 1e persoon) door het nachtelijke bos zich verplaatst is te zien aan het voorbijschietende bladerdak voor een volle maan. Dan, als het beeld weer recht staat, zien we een geasfalteerd weggetje dat door bomen geflankeerd wordt. Om de 50 meter brand een strandlantaarn een bleek wit licht. In de verte zien we een gestalte midden op de weg staan, hij zwaait. Het beeld gaat naar links en we zien Roy, hijgend van het rennen naar de gestalte kijken. ROY Pap, wacht! Een lage krassende keelklank zorgt ervoor dat Roy zich meteen omdraait. Het akelige geluid vindt bijval door twee, dan drie andere bijna dierlijke geluiden. We zien hoe de straatlantaarns van achteren naar voren n voor n uitvallen. Roy zet het op een rennen. Het beeld komt schokkend in drie tot vier zoombewegingen bij de gestalte midden op de weg. Roy stapt vanuit het duistere bos zomaar een werkschuur binnen. Voor hem zit zijn vader in een vuile werkbroek en hemd voorover gebogen op een kruk met de rug naar Roy toe. Hij richt zijn hoofd op en kijkt over zijn schouder naar zijn zoon. PAP Het spijt me. Plotseling klinkt er een bons.

33.

.15 INT. BUS- OCHTEND De bus is over een obstakel op de weg gereden waardoor iedereen lichtjes opveert van de stoelen. Roy schommelt wakker. Als hij zijn ogen opent ziet hij dat Nathalie glimlachend naar hem kijkt. Hij glimlacht terug en komt kreunend overeind. Hij wrijft even in zijn ogen en knippert. Hij kijkt door het raam. NATHALIE Ben je al wakker? ROY hnm, nauwelijks... NATHALIE Had je een slechte droom? ROY Hoezo? NATHALIE Je zat zo te fronzen. ROY Neu, ik lag niet zo lekker. Zitten we nog in Nederland? NATHALIE Yep. ROY BLAAST Lekker dan. t Schiet niet echt op. NATHALIE O, maar het gaat sneller dan je denkt. Het is denk ik zon vier uur rijden, dus we zijn over de helft. ROY Heb ik nog iets gemist? NATHALIE Een klein opstootje vooraan. Verder niks, of nee, wacht. Je hebt het boeiende levensverhaal van haar nog niet gehoord. Nathalie knikt even opzij en Roy ziet hoe het meisje met de bolle ogen en lange tanden tegen iemand achter haar aan het kletsen is. ROY o. kee. Liever niet.

34.

Roy kijkt wat voor zich uit, dan schuin langs het gangpad naar buiten. Het is even stil. Nathalie kijkt hem een poosje aan en lijkt zich voor te bereiden hem een vraag te stellen. NATHALIE Heeft je moeder je vanmorgen gebracht? Roy rolt even met zijn ogen. ROY Ja. Ze maakte er weer een mooi drama van. Ik schaamde me dood. Staat ze daar te janken en mij knuffels en kusjes te geven. Ik voelde de ogen in mijn rug. NATHALIE Ach, das toch lief? ROY Volgens mij allemaal komedie. Ze is allang blij dat ik weg ben, heeft ze het rijk mooi voor zichzelf. NATHALIE Is dat zo? ROY Wat dacht jij? Ik weet bijna wel zeker dat ze die kerel weer in huis haalt. NATHALIE Ik denk dat ze je echt vreselijk gaat missen. Jullie zijn toch onafscheidelijk geweest sinds eh, nou ja.. ROY Sinds de dood van mijn vader? Tsja, misschien.. En jij? NATHALIE Wat? ROY Wie heeft jou gebracht vanmorgen? NATHALIE O. Mijn zus is dit weekend komen logeren dus ik kon vanmorgen met haar meerijden.

35.

ROY Had je moeder het weer te druk? NATHALIE Nee, mama had vanmorgen een migraine aanval dus ze zag het niet zo zitten om te rijden. ROY O sorry. Nathalie kijkt Roy schuin glimlachend aan. NATHALIE Al goed. Snoepje? Nathalie houdt hem een zakje snoep voor en Roy pakt er n uit. Hij kijkt op zijn mobieltje. ROY Nog twee uurtjes. Van bovenaf zien we de bus over de snelweg verder rijden naar zijn uiteindelijke bestemming. .16 INT. SLAAPKAMER HELEEN- OCHTEND Heleen en Richard laten zich achterover op het bed vallen. Ze zijn verwikkeld in een woeste vrijpartij. Heleen gromt en kreunt alsof haar leven er van af hangt. Richard speelt het zweterige spel mee . Hij werpt haar van zich af en bestijgt haar van achteren, hij brengt zijn gezicht naast het hare en plaatst zijn hand over haar kin. Heleen kreunt met ontblote tanden en hapt naar zijn vinger. Richard voert het ritme op. Even later ligt Heleen languit op het verkreukelde bed. Ze rookt een sigaret en kijkt dromerig naar het plafond. Richard staat een tijdje in de hal iets te bestuderen, komt dan de kamer binnen met een dienblad met koffie en twee borden met gesmeerde croissants. Hij draagt zijn overhemd los aan met daar onder een boxershort. RICHARD Waar heb je die kunstwerken in de hal vandaan? Heleen komt een beetje overeind en snoert haar badjas dicht, ze kijkt hem even vragend aan. HELEEN Kunstwerken?.. Oh, je bedoelt die tekeningen? Haha, laat het hem maar niet horen, anders gaat ie nog naast zijn schoenen lopen.

36.

RICHARD Van Roy?! Maar, ze zijn fantastisch! Heleen, trekt aan haar sigaret en blaast dan uit. HELEEN Hmm, ffffff, en dit zijn nog redelijk milde tekeningen. Je zou voor de aardigheid eens op zijn kamer moeten kijken. Ik denk dat je dat dan weer minder fantastisch vind. RICHARD Goh, knap hoor. Richard zet het dienblad op het nachtkastje naast hem neer. Hij steekt een sigaret op en gaat naast Heleen liggen op het bed, dat in een halve zitstand is gezet. HELEEN Ja, hij heeft zeker talent. Je zou hem eens moeten zien. Als hij bezig is met een tekening is hij volledig van de wereld . Dan kun je roepen en schreeuwen wat je wilt maar je komt er niet doorheen. Richard streelt Heleen over haar rug. RICHARD Van wie heeft ie het? Heleen drukt haar sigaret uit. HELEEN Niet van mij. Was dat maar zo. Richard zoent Heleen in haar nek en knuffelt haar. RICHARD Ik vind je anders behoorlijk creatief. Heleen glimlacht en pakt zijn hand. Ze kijkt even voor zich uit. HELEEN Ik ben ongelooflijk blij dat hij een hobby gevonden heeft en dat hij er erg goed in is, is natuurlijk fijn...

37. RICHARD Maar? HELEEN Zijn tekeningen zijn zo gewelddadig, zo gruwelijk. Als ik dat allemaal zie denk ik toch aan wat er allemaal in dat koppie omgaat. RICHARD Ach, hij is jong. Kinderen hebben veel fantasie. Heleen schudt haar hoofd. HELEEN Dit is anders. Eerst tekende hij landschappen, huisjes met lachende zonnetjes en zo. Hij verzon strips met superhelden en maakte prachtige karikaturen. Na de dood van zijn vader veranderde de toon. Het werd donkerder, duister. Heleen draait zich naar Richard om. HELEEN Ewans dood heeft een diepe indruk op hem gemaakt. Hij praat er nooit over. Het is een echte binnenvetter. De dokter zei dat Roy door te tekenen een manier heeft gevonden om de dood van zijn vader te verwerken, dus ik zou me geen zorgen hoeven maken. Toch.. RICHARD Het lijkt me een stabiele jongen, een typische puber.. HELEEN Tsja, kon ik hem maar bereiken. Hij praat niet over zijn gevoelens. Als hij nou eens die energie op een andere manier gebruikt. Ik ben zo bang dat op een gegeven moment ook de tekeningen niet meer helpen. Dan.. Heleen schudt zachtjes haar hoofd en grijpt haar ellebogen. Richard grijpt Heleen bij de schouders en kijkt haar diep in de ogen.

38.

RICHARD Gaat het? HELEEN ( zucht) Ja, dank je. Hoor mij nou eens ratelen. Straks krijg je een heel raar beeld van hem. t Is een schat, echt waar. Ik hoop dat je me nog leuk genoeg vind om hem te leren kennen. Richard haalt een enkele streng haren uit Heleens gezicht. RICHARD Komt goed. Ik ben wel wat gewend. En geloof me maar als ik zeg dat ik je een fantastische vrouw vind. Daar moet je niet aan twijfelen. Ze omhelzen elkaar. Richard wil een nieuwe ronde in de vrijage maar als Heleen op de alarmklok op het nachtkastje kijkt houdt ze hem met lichte tegenzin van zich af. HELEEN Ik moet Emily dadelijk halen. Heleen trekt een strakke spijkerbroek aan en grijpt haar bh van de stoel. HELEEN Ben je hier zo nog? Richard stopt een croissant in zijn mond. RICHARD Ja hoor. Heleen vertrekt naar de badkamer. .17 INT. ROYS KAMER- OCHTEND Langzaam gaat de deur van Roys kamer naar binnen open en behoedzaam verschijnt het hoofd van Richard om de hoek. Hij stapt de kamer binnen en na een vluchtige blik door het gehele vertrek loopt hij doelbewust naar de wand met tekeningen. Over zijn schouder glijdt het beeld langs verschillende tekeningen. Sommige zijn uitgevoerd in houtskool, anderen in cont krijt of potlood. Een aantal fragmenten komen voorbij; lugubere gehangenen in verre staat van ontbinding, martelwerktuigen met veel bloed, zeer gewelddadige slachtingen, rondvliegende ledematen. Richard ziet op het bureau aan de zijkant een grote tekenmap staan. Als hij deze openvouwt komen meer tekeningen tevoorschijn. Hij kijkt over zijn schouders,

39. alsof hij iets hoort. Even lijkt het alsof de drukkende atmosfeer bijna tastbaar wordt doordat de wanden in een camerabeweging groter lijken te worden. Richard klapt de map dicht en loopt de kamer uit. .17 INT. KEUKEN -MIDDAG Als Heleen met Emily op de arm wat onhandig de woonkamer binnen komt lopen heeft Richard zijn jas net aangetrokken en staat op het punt weg te gaan. HELEEN Ach, ga je weg? RICHARD Ja, ik moet over een uur beginnen. Vind je het goed dat ik deze mee neem? Richard houdt de groene tekenmap van Roy in de lucht. HELEEN Goh, ik weet niet of dat zon goed idee is. Waarom eigenlijk? RICHARD Ik beloof je dat ik het morgen weer terug leg, hij zal nooit weten dat het weg is geweest. Ik wil het even aan iemand laten zien. HELEEN Ik zou het niet doen, Roy is altijd erg zuinig op zijn tekeningen. Het is zeker niet bedoeld om ergens opgehangen of getoond te worden. RICHARD Heleen. Je zei dat je je zorgen maakte over Roy. Laat mij maar even begaan, ik beloof je dat ik het beste met jou en je zoon voor heb. Ik wil het aan een paar deskundigen laten zien. Verontschuldigend loopt Richard naar haar toe, plant een vlugge kus op haar wang, aait ruw over Emilys bol en loopt de woonkamer uit. HELEEN Ik heb al meerdere dokters gesproken. Wat denk je dat..? Heleen kan haar zin niet afmaken. Vanuit de gang roept hij nog vlug iets.

40. RICHARD Ik leg het je nog wel uit. Doeg! De buitendeur klapt dicht. HELEEN Nou. .19 EXT. ARDENNER BOS- MIDDAG We zien bij een partij boomstammen in het bos een groepje jongeren in een kringetje staan. Het is wat druilerig weer. Stefan, Johan, Bram en Roy bespreken de te volgen tactiek voor een opdracht die zij via een formulier van meneer Verbeek in de bus gekregen hebben. Kort ervoor zijn alle deelnemers in groepen uit de bus gezet met een formulier en een gps toestel. Elke goed uitgevoerde opdracht levert de juiste cordinaten op voor de volgende locatie, waar een nieuwe opdracht wacht. Elke goed uitgevoerde opdracht brengt de groep dichter bij de eindlocatie, waar de bagage en het avondeten wacht. Stefan is redelijk competitief ingesteld en wil als winnaar over de eindstreep lopen. STEFAN Ok ok. Voor cordinaat x: Hoeveel stammen telt de vierde stapel langs het pad? Dat hebben we. JOHAN Ja, 23. BRAM Nee, 24, toch? STEFAN Jongens, wat is het nou? BRAM Dit is stom man. Wat doen we hier eigenlijk? STEFAN Hey, kom op. Ik wil die pot winnen. JOHAN Ja, Bram. Hoe eerder we dit klaar hebben hoe sneller we kunnen relaxen. Roy heeft zich een beetje buiten de groep geplaatst. Hij kijkt wat gespannen om zich heen. Bram gaat tegen de stapel leunen met een voet. Hij schopt tegen een tak.

41.

BRAM Ik vind het anders knap waardeloos. Waar slaat dit op? We worden zo maar de bus uitgeflikkerd en moeten in dit weer maar terug zien te komen. Wat is daar nou aan? Ik bedoel: Ik wil best wel sportief doen, maar niet gelijk de eerste dag. STEFAN Ben jij nou een vent? Dit is nog maar het begin, morgen wordt het nog vetter! JOHAN Wat dan? STEFAN Dan gaan we bergbeklimmen, abseilen en over de indianenbrug. BRAM Ja, jij kikt wel op die gevaarlijke dingen. Nou ik niet, ik heb eerst wat tijd nodig om te acclimatiseren. Roy kijkt even zenuwachtig achter zich. Dan keert ie zich weer tot de groep. JOHAN Accli wat? BRAM Even wennen. We zitten hier wel een stuk hoger hoor. IJle lucht en zo. STEFAN Hahaha. We zitten hier op 500 meter hoogte, das peanuts man. Snrf! BRAM Roy, zeg jij er eens wat van. ROY H? BRAM: Hallo! Wel even opletten h? Jij vindt dit toch ook allemaal bullshit?

42. ROY Schiet nou maar op. Ik wil hier weg. STEFAN Ik toets 23 in. Dan..voor het y cordinaat: Het aantal stapels hout vermenigvuldigd met 9,5. Dat is.. JOHAN 9,5 keer 8 is..76. Stefan toetst het tweede getal in. STEFAN Hebbes! Ok, we gaan. De groep beweegt zich voorwaarts door het natte woud. Bram blijft nog even aanlummelen maar komt dan toch in beweging. Hij komt naast Roy lopen. BRAM Wat is er met jou aan de hand? Roy klemt zijn kaken op elkaar en kijkt strak voor zich uit. ROY Niks, ijle lucht denk ik. BRAM Hey, horen jullie dat? Zie je wel dat ik gelijk heb? Bram loopt vooruit. Roy kijkt omhoog naar het bladerdak. Even ziet hij een vage donkere gestalte gehurkt op een tak zitten, maar als hij even knippert met zijn ogen is het net zo snel weer verdwenen. Roy slaat zijn ogen neer en knijpt even in zijn neusbrug. Vanuit een hogere positie zien we, vanachter een tak, het groepje jongens verder trekken. .20 EXT. ACCOMMODATIE 1- AVOND Meneer Verbeek en mevrouw Reinders staan naast elkaar op een kleine grasweide. Het druilerige weer van de middag heeft plaatsgemaakt voor een zwoele avondzon. Het veld wordt aan weerskanten geflankeerd door dennenbomen. Achter hen is een middelgroot eenvoudig stenen gebouw zichtbaar met er voor een klein betegeld pleintje. Om de twee leraren staan en zitten verschillende groepen leerlingen. Sommige van hen doen zich tegoed aan een plastic bord macaroni, anderen drinken fris uit plastic bekertjes. Hier en daar wordt een sigaret gerookt.

43.

VERBEEK Jongens en meisjes, ik heb even geen versterker mee dus ik doe het even zo. Ik hoop dat iedereen me kan verstaan, ook daar achterin. Goed, We hebben de eerste activiteit er op zitten vandaag en ik ben trots jullie mede te delen dat jullie allemaal binnen de toegestane tijd zijn binnen gekomen. Er wordt wat lauw gereageerd, hier en daar klinkt wat zacht geklap. VERBEEK Nou nou, dat mag wel wat enthousiaster. Laat eens even een flink applaus horen voor jezelf! Er wordt nu iets harder geapplaudisseerd. VERBEEK Mevrouw Reinders? REINDERS Goed jongens, ik heb hier de uitslagen van de GPS challenge voor me en ik moet zeggen dat het een spannende strijd is geweest tussen twee teams. Ze gingen lang gelijk op, maar in de laatste twee opdrachten trokken ze de winst naar zich toe. Jullie applaus voor... Het Aapje team! Een groepje van drie meiden en een jongen steken de armen in de lucht en juichen. Om hen heen wordt geklapt en gefloten. Uit een enkele keel klinkt ook boe geroep. Een aantal leerlingen staan op en er wordt lustig op los gepraat. VERBEEK De prijs..Wacht even nog...De prijs voor het Aapjeteam is natuurlijk de eer van de dag, maar daarnaast zijn ze vandaag en morgen vrijgesteld van corvee. De rest van jullie: OPRUIMEN! Mevrouw Vermeer en meneer de Vries ( dit was de slapende collega docent in de bus) lopen het veldje op met geopende vuilniszakken alwaar de leerlingen hun bordjes en bekers in deponeren. Het beeld schuift laag over de grond langs verschillende samenscholende groepjes. Een enkele leerling zit met ontblote voeten op de grond zijn zolen te

44.

masseren. Voor sommige bleek de eerste tocht te voet voor de nodige problemen te zorgen. Roy tilt een grote lege pan op en loopt naar het stenen gebouw. Nathalie komt met een paar messen en lepels naast hem lopen. NATHALIE Hey. ROY Hey. NATHALIE Waren jullie toevallig dat andere team? ROY Wat? NATHALIE In de nek aan nek race, Stefan was zo fanatiek. ROY Oh, weet ik niet. NATHALIE Wij waren volgens mij 1 na laatste. Die nieuwe zat in ons team, Miranda heet ze. Nou, wat een drama. Die is echt dom! We waren bij de brug voor onze derde opdracht. Die met dat water, weet je wel? ROY O ja. NATHALIE Dus wij afmeten, met de maatbekers. Je weet wel dat je de hoeveelheid in centiliters moest berekenen. Weet je wat zij gedaan had? Had ze het in deciliters berekend. Dus zij voert dat in de gps in. Nou dan weet je wel wat er gebeurde. ROY Nou? NATHALIE We waren hopeloos verdwaald, het duurde een vol half uur voordat we beseften dat er iets fout gegaan was. Nou ja, toen was de

45.

NATHALIE achterstand nooit meer in te halen. ROY Tsja. NATHALIE Ik wil nieuwelingen best een kans geven maar, jemig, dan moet ze niet zo verschrikkelijk irritant doen. ROY Ach. NATHALIE Ik breng maar wat bestek naar voren, dan heb ik mijn plicht weer gedaan. ROY Precies. Roy en Nathalie zijn inmiddels het stenen gebouw binnen gegaan. Het is een lange schuur. Het voorste gedeelte is eenvoudig ingericht. Helder verlicht met tl lampen en veel lange tafels en bankjes. Er is ook een barretje. Achter het barretje bevindt zich een eenvoudige keuken met twee gasstellen en vrij lange spoelbakken. Roy en Nathalie brengen de spullen daar naar toe. Halverwege het gebouw staat een muur haaks op de lengte. Aan de ene zijde een deur voor de jongens slaapvertrekken, aan de andere zijde die voor de meisjes. Roy en Nathalie deponeren hun pan en bestek in de spoelbak en lopen dan samen weer naar buiten. NATHALIE Gaat het? Je bent wat afwezig. ROY Ja, het gaat wel weer. Sorry. NATHALIE Is er iets gebeurt of zo? ROY Nee, dat niet. Maar ik voel me op een of andere manier niet zo op mijn gemak hier. Terwijl ze naar buiten lopen is de zon bijna achter de horizon verdwenen. Een goud rode gloed daalt neer op het veld. Het duurt niet lang meer of het zal donker worden. Onder het lopen komt het groepje jongens in beeld, waaronder Bram.

46.

Roy houdt zijn passen een beetje in, hij wil Nathalie iets toevertrouwen zonder dat zijn kameraden er lucht van krijgen. Hij draait zich naar haar toe. ROY, ZACHT Ik heb een sterk gevoel van dj vu, alsof ik alles al eens eerder heb gezien hier. En af en toe heb ik het idee dat iets of iemand mij in de gaten houdt. Als Nathalie hem enigszins bevreemd aankijkt hersteld hij zich. ROY Het zal wel heimwee zijn... NATHALIE Tsja, je bent natuurlijk lang niet van je moeder gescheiden geweest. Typisch mamas kindje. Roy geeft haar een duwtje, lacherig. ROY Hey, pas op jij! Nathalie grinnikt, dan kijkt ze verschrikt langs Roy. NATHALIE O help. Daar is ze weer. Roy draait zich om en ziet Miranda, het meisje met de lange tanden en bolle ogen op hen af lopen. MIRANDA Hoi Nathalie, ik heb de anderen ook al gesproken. Ik wil je alleen maar zeggen dat het me spijt dat ik de verkeerde getallen heb gebruikt. Ik kan mezelf wel voor mijn kop slaan. Nathalie voelt zich nu toch wat ellendig. NATHALIE Oh, nou. Eh, maakt niet uit. Volgende keer beter dan maar, h? Miranda, ken je Roy al? Miranda steekt haar hand uit naar Roy. Hij geeft haar een stevige handdruk. MIRANDA Aangenaam kennis te maken Roy.

47.

ROY Hallo, insgelijks.. MIRANDA Ik ga maar weer verder, ik moet nog even wat doen. Ik spreek jullie later wel. Als Miranda wegloopt, kijken Roy en Nathalie elkaar aan. ROY Ze valt toch eigenlijk best wel mee. NATHALIE Ja, misschien was ik iets te snel met mijn oordeel. Johan heeft een gitaar gekregen van meneer Verbeek en begint eerst staand wat losse akkoorden aan te slaan. Hij draait aan de knoppen en stemt hem. Nathalie kijkt even naar Johan, dan naar Roy. NATHALIE Vet. .21 EXT. ACCOMMODATIE 1- AVOND Johan speelt een aantal evergreens op de gitaar die vrolijk meegezongen worden. Jongelui zitten of hangen rond een kampvuur dat knappend in een vuurbak brand. Er hangt een gemoedelijke en lome sfeer. Aan een aantal stokken worden stukjes brooddeeg gaar gebakken. Stefan zit in kleermakerszit terwijl hij het hoofd van zijn vriendin in zijn schoot heeft. Ze lachen beide hartelijk om een anekdote die aan ons voorbijgegaan is. Bram zit naast Nathalie en klets honderduit over een gewaagd avontuur in de klas. BRAM Wat denk je dat hij toen zei? Nathalie kijkt naar de heldere sterrenhemel. NATHALIE/BRAM (TEGELIJK) Dus dat gebruik jij als haargel! BRAM Had ik dit al verteld? O, nou ja. Het blijft leuk. Nathalie zucht eens diep en kijkt wat om zich heen. Bram haalt een pakje kauwgum tevoorschijn en biedt een aan. Nathalie schudt haar hoofd.

48.

BRAM Zoek je iemand? NATHALIE Ja, heb jij Roy gezien? BRAM Nee, hij is volgens mij al een tijdje weg. Maar maak je niet druk, ik ben bij je. NATHALIE Bedankt, dat is een hele troost. .22 EXT. RAVIJN- AVOND Roy loopt zon kilometer verwijderd van de accommodatie langs de rand van een ravijn. Het is een heldere nacht. Een volle maan en de sterren verlichten een half open plek. In het dal onder hem branden hier en daar wat lichtjes. Het is doodstil. Roy stopt even. Hij zet zijn voet op een boomstam en neemt een slokje van zijn meegebrachte plastic beker. Dan steekt ineens een wind op. De boomtoppen beginnen te ruisen, takken beginnen te kraken. De wind tilt zijn haar uit zijn gezicht. Dan lijkt het alsof de maan in snel tempo van positie wisselt. Schaduwen verplaatsen zich en worden langer, dan weer korter. Als Roy naar boven kijkt ziet hij de maan nog steeds op de zelfde plek staan. Wanneer hij zich omdraait vangt hij nog net een glimp op van een donkere vage gestalte met grote scherpe klauwen. Hij knijpt met zijn ogen en ziet dan dat het niets meer was dan een schaduw van een dode boom. In het dal zien we een donkere wolk naar binnen rollen. Roy laat zijn tong even langs zijn kiezen gaan en kijkt naar de vallei. Hij proeft een rare smaak in zijn mond en spoelt het weg met het laatste bodempje dat in zijn beker zat. Hij knijpt het bekertje fijn en schrikt. Twaalf meter voor hem staat een grote duistere gestalte, gekleed in wat lijkt op een donkere monnikspij. Het gelaat is volledig onder de monnikskap in duisternis gehuld. Roy slaakt een kreet en zet een paar stappen naar achteren. Hij kijkt snel over zijn schouder. Tussen een partij bomen ziet hij in de verte de rest van de groep rond het kampvuur zitten. Als hij weer terugdraait is de gestalte nog maar vier meter van hem verwijderd. ROY W.wat? Roy ziet hoe de gedaante zijn armen langzaam spreid in een open gebaar. De handen die uit de mouwen steken zien eruit alsof ze in verre staat van ontbinding zijn. Roy houdt zijn handen in een afwerend gebaar voor zich uit en blijft

49. langzaam achteruit lopen. Zijn hak blijft steken achter een boomwortel en hij valt achterover. Hij komt hard op zijn billen terecht. Angstig kijkt hij op maar de gedaante is verdwenen. Links en rechts, maar er is niets te zien, behalve een dode grillig gevormde boom met wijde takken die enkele meters verder op staat. Aan de stam wappert een gescheurde donkere plastic zak. Roy knijpt in zijn neusbrug, haalt zijn handen over zijn gezicht alsof hij zich wast en zucht eens diep. Zachtjes schud hij zijn hoofd, draait zich om en loopt richting het kamp. Na enige ogenblikken komt Jetta van achter een boom tevoorschijn. Ze giechelt een beetje, achter de bomen klinkt nog meer gegiechel. JETTA ( HARD FLUISTEREND) Hey Roy. Wat doe jij hier nou weer in je uppie? ROY Niets, wat doen jullie daar? JETTA We maken een beetje plezier. Wil je ook wat? T is bijna op. Jetta pakt iets vanachter de boom. Het is een joint die bijna tot het filter opgerookt is. ROY Ik dacht al dat ik wat rook. Nee dank je, even geen geblow voor mij. JETTA Hm, dan niet. Hey, je zegt verder niks h? ROY Geen probleem, als je het niet erg vind loop ik even door. JETTA Wacht, ik loop met je mee. Jetta stopt een kauwgum in haar mond, haakt de arm van Roy in de hare en samen stappen ze verder. .23 EXT. ACCOMMODATIE 1- AVOND Nathalie is van haar plaats opgestaan en naar de lange tafel gelopen. Daar pakt ze een fles fris en schenkt opnieuw een plastic bekerglas vol. Hilda Vermeer staat samen met meneer de Vries achter de tafel, ze hebben een geanimeerd gesprek. Meneer de Vries ziet Nathalie bij de tafel staan.

50.

DE VRIES Hoi Nathalie, heb je het een beetje naar de zin? NATHALIE Hmhm. DE VRIES Hoe gaat het met je zus, ze zit toch in Groningen? Wat doet ze ook al weer, eh kom, SPH? NATHALIE Klopt, maar ze zit in Maastricht. Nathalie ziet Roy vanuit de bosrand tevoorschijn komen. Vlug pakt ze een tweede beker en vult deze eveneens. Ze maakt aanstalten weer terug te gaan naar de groep. DE VRIES Oh, nou. Doe haar maar de groeten. NATHALIE Ja, zal ik doen. Ze loopt met het de twee bekers terug naar het vuur. De ruimte naast haar oude plekje is nog steeds leeg, aan de andere kant zit Bram te kletsen met Stefan. Ze gaat zitten en kijkt even de groep rond, dan ziet ze Roy buiten de kring zitten. Jetta staat voorover gebogen achter hem. Ze laat haar arm langs zijn borstkas glijden en buigt zich over hem heen. Roys gezicht verdwijnt even achter haar rode haardos. Nathalies ogen glimmen en ze kijkt even naar de grond. De moed zakt haar in de schoenen. Ze neemt een slok van het ene bekertje en tikt Bram tegen de schouder. Hij kijkt even op van zijn gesprek met Stephan en ziet hoe Nathalie hem een bekertje drinken aanbiedt. Hij knikt en neemt het bekertje aan. Nathalie weet met moeite een glimlach te forceren. Als ze weer naar voren kijkt ziet ze alleen Jetta op de rug, ze kan niet goed zien of Roy er nog bij zit of niet. Ze vreest het ergste. ROY Kom eens mee. Nathalie schrikt en draait zich om. Ze ziet hoe Roy zijn hand uitsteekt. Ze neemt zijn hand aan en laat zich overeind trekken. Hij brengt zijn gezicht dichtbij de hare. ROY (ZACHT) Niet gelijk kijken, maar zie je Jetta nog zitten?

51.

NATHALIE Eh, nou...Ja, ze kijkt naar..m Roy laat Nathalie niet uitspreken maar brengt zijn lippen naar de hare en zoent haar. Eerst opzichtig met gesloten mond, een flinke smakkerd. Roy houdt Nathalie met beide armen om de middel vast en kijkt haar aan. Nathalie kijkt een beetje verward, ze weet niet of Roy het meent of niet. Ze besluit om de gok te wagen en dit keer zelf het initiatief te nemen. Nu is zij degene die de zoen geeft. Ze wrijft met haar handen over zijn rug. Beide zoenen met gesloten ogen. De tweede zoen is teder, zoet en duurt enkele tientallen seconden. Dan, als de kus verbroken is slaakt Nathalie een diepe zucht en omhelst Roy. Met een hand woelt ze door zijn haar en ze brengt haar voorhoofd naar zijn borstkas. ROY Wow, dat was.. NATHALIE Geweldig. ROY Kom. Roy trekt Nathalie mee, even verder van het kamp vandaan. Uit de drukte en het licht. Ze lopen door een stuk dennenbos, onder hun voeten kraken de takken. De volle maan werpt een zacht heldere gloed over het geheel. ROY Ik vind je geweldig. Eigenlijk al vanaf de zomervakantie. Ik kon niet wachten om weer naar school te mogen. Eerst dacht ik dat je nog verkering had, dus ik durfde toen nog niets te doen. Na een paar leuk met je aandurfde, vriendschap zetten. maanden was het zo dat ik het niet Ik wilde onze niet op het spel

NATHALIE Ik ook! Ik was bang dat je me zou afwijzen en dat alles kapot zou gaan. Ik zou de pijn niet kunnen verdragen. Roy streelt haar haren. Ze lopen verder. NATHALIE We gaan nu wel erg ver. Waar gaan we naartoe?

52.

ROY Wacht maar, je zult het zo zien. NATHALIE Roy, je wilt dit toch nog steeds? Het heeft niets met Jetta te maken? ROY Ik kwam hier net vandaan toen Jetta zo stoned als een garnaal mij praktisch besprong. Ik heb haar een beetje ondersteund terwijl we terugliepen. Ze zat zo met mij te flirten dat ik realiseerde dat mijn hart ergens anders lag. Dus, ja. Het heeft alles te maken met Jetta, ik weet nu wat ik wil. We zijn er. Roy en Nathalie zijn bij het uitzicht over het dal aanbeland. Langzaam gaan ze door de knien en gaan zitten. NATHALIE Wow, wat mooi! Roy kijkt even over zijn schouder naar de dode grillige boom die hem zo-even een angstig moment bezorgde. Dan laten ze zich samen langzaam zakken en ze zoenen opnieuw. Lang en hartstochtelijk. Het beeld gaat naar een groot totaal van het dal met de heldere sterrenhemel. Fade out. .24 INT. LUNCHCAF- OCHTEND Heleen heeft een lunchafspraak met Richard. Ze zitten samen op een verwarmd terras bij een lunchroom ergens in de stad. Het is er behoorlijk rustig. Er is maar een handjevol mensen aanwezig. Heleen zipt aan haar koffie, Richard neemt een hap van een grote sandwich. RICHARD Lekker? Hij knikt met zijn hoofd naar het bord van Heleen. Deze knikt instemmend. HELEEN Heerlijk, dank je wel. Dan doen we de laatste tijd niet meer zo vaak. RICHARD Graag gedaan. Het is even stil, dan:

53.

RICHARD Ik heb trouwens de tekeningen nog niet terug. Ik hoop dat je het niet erg vind? HELEEN Wat wil je er nou precies mee doen? RICHARD Ik heb de map overgedragen aan een goede vriend van me. Die is, zeg maar, een specialist. HELEEN Hoezo specialist? RICHARD Het is een helderziende. Maar niet zon charlatan zoals in de kranten staat. HELEEN Maar.. Waarom zou je dat doen? RICHARD Ok. Je zult dit wel vreemd vinden..Laat ik maar zeggen dat ik dingen wat scherper aanvoel dan de meeste mensen. HELEEN H? Je bedoelt..maar dan... RICHARD Ik ben zeker geen helderziende, en ik doe er verder ook niets mee, maar toen ik Roys kamer binnenging kreeg ik meteen negatieve signalen. Een zwaar beklemmend gevoel alsof er een onzichtbare aanwezigheid was die mij per se weg wilde hebben. Dat gevoel werd nog eens sterker toen ik bij zijn tekeningen kwam. HELEEN Ik weet even niet wat ik moet zeggen. RICHARD Je vindt het raar. Tsja, ik had het kunnen stilhouden... HELEEN Nee. Dat niet, ik bedoel. Ik had het zo nog nooit bekeken. Kijk,

54.

HELEEN dat gevoel heb ik ook wel als ik die tekeningen zie, maar dan denk ik niet meteen aan paranormale zaken. Het komt eerder door een soort schuldgevoel dat ik in zijn priv domein kom. RICHARD Dit is anders. Je had gelijk. Zijn tekeningen zijn inderdaad te gewelddadig en gruwelijk voor iemand van zijn leeftijd. Het is terecht dat je je zorgen maakt. Heleen zucht eens diep. HELEEN Ik geloof dat je me verkeerd begrepen hebt. Ik maak me inderdaad zorgen maar dat heeft niets te maken met iets bovennatuurlijks. RICHARD ( MET VOLLE MOND) Maar, waarom zou hij al die narigheid in zijn tekeningen stoppen? Dokter van de iemand stress HELEEN de Jager zei dat de aard tekeningen typisch is voor met een post traumatisch syndroom.

RICHARD Vanwege de dood van zijn vader. HELEEN Precies. RICHARD Maar toch, ze zijn behoorlijk expliciet. Die dokter is natuurlijk ook niet kritisch ten opzichte van de tekeningen. Of heeft het iets met de manier waarop zijn vader is overleden? Heleen zet haar koffie neer en friemelt met haar pakje sigaretten. Ze schuift onrustig op haar stoel. RICHARD Sorry, ik ga te ver. Dat gaat me ook niets aan.

55. HELEEN Nee, nee. Je mag best weten wat er precies gebeurd is. Ik bedoel..( steekt een sigaret op) De hele gebeurtenis heeft een behoorlijke impact op ons leven gehad. Ik zit niet voor niets nog thuis.... RICHARD Heleen, je hoeft het me niet te vertellen als je het te pijnlijk vind. Ik heb alle tijd. Richard pakt Heleen haar hand vast en knijpt er zachtjes in. Heleen blaast de rook opzij. HELEEN Ik heb je nooit verteld hoe Ewan om het leven gekomen is. Heleen kijkt even om zich heen om er van verzekerd te zijn dat ze dit gesprek in alle rust kunnen voeren. Op het overdekte terras zitten verder geen klanten dus de kust is veilig. Heleen slikt even. HELEEN Ewan heeft zelfmoord gepleegd. Ik vond hem bungelend aan een koord in de werkschuur. RICHARD Wat vreselijk! HELEEN Voor mij kwam het niet als verrassing. Hij was al een lange tijd ziek. RICHARD Ziek? Was hij terminaal of zo? HELEEN Nee nee, niet zo. Anders, meer psychisch. Heleen ziet Richard even worstelen met deze informatie, haastig voegt ze er aan toe: HELEEN Dat was in de loop der jaren zo gegroeid. In het begin was er nog niets aan de hand. RICHARD Wat was hij voor iemand? Hoe heb je hem leren kennen?

56.

HELEEN Weet je zeker dat je dat wil horen? Ik wil je niet vermoeien met mijn tragische leventje. RICHARD Graag. Het hoort bij jou en maakt je tot wie je bent. HELEEN goed dan. Ik leerde Ewan kennen op een feestje zeventien jaar geleden. Een lange kerel met lang donker haar in een staart en helder blauwe ogen. Hij had zon prachtig melancholische blik. Ik was op slag verliefd. Hij kwam uit Schotland, had een huis in Edingburgh maar was bijna altijd van huis. Hij voer samen met mijn broer op een groot productieschip. Eerst leek het een bevlieging maar na een jaar werd de relatie zo serieus dat hij alles in Schotland opgaf. We gingen samenwonen in Den Haag. Ik was toen net een maand zwanger van Roy. .25 INT./EXT. FLASHBACK HELEEN DAG

De stem van Heleen gaat als voice over verder in een sequentie van beelden die het leven van Ewan en Heleen laat zien. Af en toe keren we terug in de lunchroom. HELEEN (VOICE OVER) De eerste paar jaren waren we erg gelukkig. We waren apetrots op onze kleine Roy. Ewan was gestopt met de baan op het schip en ging als automonteur een eigen bedrijfje beginnen. De eerste twee jaren gingen best goed, maar daarna ging het hard minder. Ewan was een fantastische monteur, hij had echt gouden handen, maar voor het runnen van een bedrijf heb je meer nodig. Hij was niet zo goed met getallen en afspraken maken. Het bedrijf heeft zon vijf jaar bestaan voordat de stekker er uit werd getrokken.

57.

HELEEN ( VOICE OVER) Ewan voelde het faillissement als een persoonlijk falen en nam het zwaar op. Hij werd somber, chagrijnig. Hij kon zomaar vanuit het niets woede uitbarstingen krijgen en het volgende moment weer vrolijk zijn. Na zon uitbarsting sloeg hij soms helemaal dicht. Je kon hem dan niet meer bereiken. Dan sloot zich op in de werkschuur en kwam de volgende dag weer tevoorschijn alsof er niets was gebeurd. In het begin van onze relatie had hij ook wel eens van die buien, maar dan veel minder heftig. .26 INT. LUNCHROOM- OCHTEND RICHARD Heeft ie je geslagen? HELEEN Nee, dat nooit. Hij vernielde wel eens spullen maar heeft mij nooit geslagen. Als hij zon driftbui had veranderde hij in een compleet ander mens. Iemand waar ik behoorlijk bang van werd. Na een paar maanden was ik het helemaal zat. .27 INT./EXT. FLASHBACK- DAG HELEEN ( VOICE OVER) Ik gaf hem een keuze: Of hij liet zich onderzoeken door een arts of we zouden uit elkaar gaan. Hij besloot zich te laten onderzoeken. De dokters waren er al snel uit: Manisch depressief. RICHARD ( VOICE OVER) Had hij dat in Schotland ook al dan? HELEEN ( VOICE OVER) Dat weet ik niet. Hij praatte niet graag over zijn eigen jeugd, dus ik weet niet of hij die ziekte hier kreeg of dat hij het altijd al had.

58.

De medicijnen in combinatie met therapie zorgden in ieder geval voor wat verbetering maar ik had het gevoel dat ik daarmee ook de oude Ewan had verloren. Hij vlakte in alles af, bij het onverschillige af. Het was hartverscheurend om te zien. Roy deed zo zijn best voor zijn vader, maar Ewan was niet in staat een goede vader te zijn. Op achtjarige leeftijd tekende Roy de prachtigste landschappen, met wilde dieren en verbluffende wolkenluchten. In het midden tekende hij altijd een man, goed gebouwd, stoer en met een glimlach op het gezicht. Roy tekende Ewan altijd als held, de ideale vader die hij in het echte leven nooit kreeg. ( snik) Sorry. .28 INT. LUNCHROOM- OCHTEND Heleen barst in tranen uit. Richard biedt haar een zakdoek aan die ze aanneemt. Ze dept haar ogen droog. HELEEN Het is alweer een tijd geleden dat ik het verteld heb. Ik hoop niet dat je me een enorme aansteller vind? RICHARD Alsjeblieft, nee zeg. Iedereen zou zo reageren. Je hebt altijd het beste voor met je kinderen en toch zie je ze lijden. HELEEN Precies. RICHARD Bleef je daarom bij hem, om Roy? Je had op dat moment ook voor jezelf kunnen kiezen. HELEEN Dat was het niet alleen. Ik hield nog steeds van hem. Ik kon hem vanwege zijn ziekte ook niet laten vallen. Ik was bang dat hij dat niet zou trekken. Natuurlijk heb ik vaak op het punt gestaan om mijn koffers te pakken en samen met Roy naar mijn moeder te gaan. Maar ik durfde Ewan niet alleen te laten.

59.

.29 INT/EXT. FLASHBACK HELEEN- DAG HELEEN( VOICE OVER) Na een tijdje besloot ik een vakantie te boeken naar Edinburgh. We hadden er eigenlijk geen geld voor en Ewan was aanvankelijk niet blij met het plan maar mijn moeder heeft me met de financin geholpen. Hij had ooit eens gezegd dat hij geen moeite had met het achterlaten van zijn geboorteland en dat niets hem daarmee verbond maar ik hoopte met het bezoek een beetje de oude Ewan terug te krijgen. Dat was gelukt. We hebben zijn geboorteplaats en ouderlijk huis bezocht, en hebben twee dagen gelogeerd bij een neef in Musselburg. We schroefden de medicatie terug en ook dat leek te helpen. Eenmaal thuis kon Ewan aan de slag bij een vakgarage. Dat gaf hem weer wat eigen waarde. Hij ging s ochtends fluitend naar zijn werk en hij had wat meer aandacht voor Roy. Hij stond elke zaterdag langs de lijn op het voetbalveld en ging zelfs mee naar ouderavonden. Tot zon zeven jaar geleden. Het was op een zondag. Ewan was in de garage wat aan het sleutelen aan een oude auto, ik geloof een Ford taunus, een soort priv project van hem. Roy en ik zaten in de tuin, mijn moeder was op visite. Plotseling kwam er een hels kabaal uit de garage. Ik vroeg mijn moeder om Roy bij zich te houden en ben gaan kijken. Eenmaal in de garage zag ik een enorme bende. Ewan ging compleet door het lint. Met een moersleutel ramde hij de radio aan gort. Kort ervoor had hij al een aantal wandcontactdozen vernield en andere elektrische apparatuur kort en klein geslagen. Ik rende op hem af en hield zijn arm vast. Ik vroeg hem wat hij in vredesnaam aan het doen was. Hij vertelde dat hij

60.

HELEEN( VOICE OVER) geen keus had. In de radio en de stopcontacten zaten antennes die hem aan het afluisteren waren. Verder gaf de radio hem rare commandos. Er kwamen stemmen uit die hem vertelden dat wij kwaadaardig waren en moesten worden opgeruimd. Na een verhoogde dosis lithium kalmeerde hij een beetje en de volgende dag zijn we weer naar de dokter gegaan. Die kwam met weer een nieuwe diagnose. De psychoses die Ewan kreeg leken erg op een vorm van schizofrenie. Alles stond in ieder geval met elkaar in verband. Het ene moment was hij super vrolijk, dan weer depressief, dan totaal onverschillig en daar bovenop had hij ook nog eens angstpsychoses. Ewan heeft nooit iets over zijn familie verteld maar de dokters legden uit dat in negen van de tien gevallen het een erfelijke aandoening was. Het kon niet op. Ewan kreeg er een compleet nieuw pakket met pillen en therapie bij. Hij kwam opnieuw in de ziektewet en niet veel later werd hij volledig arbeidsongeschikt verklaard. Dat zette alles nog meer in een stroomversnelling. Hij zat thuis en voelde zich nutteloos. Hij begon zich meer en meer af te zonderen en op te sluiten in de schuur. Ik zat opgescheept met een patint in plaats van een partner. Ik vond het vreselijk voor hem, maar de liefde was nou wel over voor mij. Er was te veel gebeurd. Ik kon hem niet meer als gelijkwaardig beschouwen, behalve Roy. Die verafgoodde hem. Zijn vader was een held. Ik probeerde hem wel duidelijk te maken dat zijn vader ziek was maar hij knikte dan alleen maar. Ik vond het ergens altijd spannend als hij alleen de werkschuur binnenliep. Hij was per slot van rekening nog maar

61.

HELEEN( VOICE OVER) een jaar of negen toen dit zich allemaal afspeelde, maar Roy kwam altijd weer tevreden de schuur uit met dikke verhalen over draken en ridders. .30 INT. LUNCHROOM- MIDDAG HELEEN Vijf jaar geleden heeft hij dan uiteindelijk besloten om uit het leven te stappen. Ik was ontzettend verdrietig. De man waar ik twaalf jaar lang mee heb geleefd door dik en dun was er ineens niet meer. Maar ik was ook opgelucht, aan de kwelling kwam voor hem en voor ons nu toch een eind. Ik ben blij dat ik hem vond en niet Roy. Dat is hem gelukkig bespaard gebleven. Richard steekt een sigaret op en overhandigt het aan Heleen. RICHARD Heftig allemaal. HELEEN Ach ja. Ffff ( rook uitblazend). Heleen schraapt even haar keel. Richard schenkt een glas water uit een karaf in en geeft haar het glas. Ze dankt hem en neemt een paar slokken. Dan kijkt ze hem enigszins afwachtend aan. Ze trekt een knie omhoog en zet een voet op de stoel. Ze pruilt wat met haar mond. HELEEN Dus..Nu weet je het. RICHARD Ik ben blij dat je me dit hebt verteld. Je hebt het nogal voor de kiezen gehad. Ik denk dat ik het allemaal wat beter begrijp. HELEEN En? RICHARD Het is nogal wat. Roy weet wat zijn vader is overkomen?

62.

HELEEN Hij was elf toen het was gebeurd. Dokter de Jager leek het het beste als we open kaart speelden. Het was het moeilijkste wat ik ooit heb moeten doen in mijn hele leven. Roy was troosteloos, maar later maakte zijn verdriet plaats voor een soort boosheid. Pappa had de strijd opgegeven, zo zei hij dat. En daarmee was de kous voor hem af. Twee maanden na de dood van zijn vader hield Roy erover op. Hij wilde er niet meer over praten, ook niet bij de psychiater. RICHARD En toen begonnen de tekeningen. HELEEN Precies. En daarom ben ik dus ook zo bezorgd om hem. De dingen die hij tekent zijn zo gruwelijk dat ik bang ben dat hij hetzelfde heeft als zijn vader. RICHARD Je bedoelt dat hij ook last heeft van psychoses? HELEEN Ja. De dokter heeft me verzekerd dat dit onmogelijk is, maar toch. Negen van de tien gevallen hebben met erfelijke aanleg te maken. Ik vind het zon akelige gedachte dat ik er echt wakker van lig. Dan komt er een ober bij hun tafeltje en vraagt aan Richard of ze nog iets willen bestellen. RICHARD We kunnen wel iets sterkers gebruiken. Ik ga voor een biertje. Jij? HELEEN Ik weet niet, eh. Ja, doe ook maar een biertje. Heleen wacht tot de ober verdwenen is. HELEEN Ik wou dat het echt iets paranormaals was, dat al die narigheid wat hij tekent echt buiten hemzelf ligt, maar gezien

63.

HELEEN onze geschiedenis kan ik dat niet geloven. Richard kijkt even voor zich uit. RICHARD Nee, je hebt vast gelijk. Dat was achteraf misschien niet zo handig van me, ik zal morgen de tekeningen weer terugleggen. Belooft. Maar toch... Heleen kijkt hem vragend aan. HELEEN Hm? RICHARD Je zei dat Roy altijd alleen in de werkschuur kwam als Ewan daar aan het sleutelen was.. HELEEN Je bedoelt toch niet? O nee, dat zou Ewan nooit doen! Hij zou Roy nooit fysiek.. Haastig onderbreekt Richard Heleen haar gedachte. RICHARD Nee, dat bedoel ik ook niet. Je zei toch dat Roy altijd met dikke verhalen uit die schuur vandaan kwam? Heleen staart even voor zich uit. HELEEN Draken en Ridders. RICHARD Kijk naar de tekeningen. Heleen, wat gebeurde er precies in die werkschuur? .31 INT. FLASHBACK/WERKSCHUUR- DAG We zien Ewan in zijn werkoverall vanachter de motorkap van een oude Ford tevoorschijn komen. De auto staat op een brug en is hoger. Hij kijkt ons vriendelijk aan. Hij wijst naar de werkbank en vraagt naar iets, maar het geluid is vervormd en klinkt gedempt, ver weg. Een hand ( de hand van een jongere Roy) pakt een moersleutel en overhandigd

64.

die aan Ewan. Terwijl Ewan de moersleutel aanneemt horen we Roy in een voice over. ROY ( VOICE OVER) Wat moet ik doen? Ik weet niet hoe lang ik het nog kan tegenhouden. Je moet me helpen. Ewan, gaat door zijn knien, pakt Roy ( 1e en kijkt ons indringend aan. Hij zegt iets wijst met een met olie bedekte vinger naar haalt theatraal diep adem. Zijn bewegingen vertraagd. ROY ( VOICE OVER) Focus. Open your mind. Ewan kijkt even over zijn schouder, dan kijkt hij naar beneden. Hij haalt iets tevoorschijn. Als het beeld de handeling naar beneden volgt zien we hoe Ewan een boekje in zijn hand houdt. Naast vette vingerafdrukken zien we een handgeschreven brij aan onsamenhangende woorden, codes, formules en pentagrammen. Het beeld gaat terug naar Ewan. Hij kijkt ons dwingend aan en duwt het boekje samen met een pen in Roy ( 1e persoon)zijn handen. ROY ( VOICE OVER)/ EWAN (TEGELIJK): Its the only way. DO IT!... Het wordt even helemaal zwart. Dan komt Ewan opnieuw in beeld, ditmaal met de rug naar ons toe op een krukje. Gevangen in een spotlicht met om hem heen enkel duisternis. Hij kijkt ons over de schouder wat meewarig aan. EWAN ( GEDEMPTE STEM) Het spijt me. Het beeld beweegt zich naar Ewan. We kijken over zijn schouder. Zijn armen zijn bedekt met zwarte smerige vlekken. Op zijn schoot ligt een opgerolde waslijn, met twee handen houdt hij een lus vast. Ewan kijkt naar ons op, het beeld vervaagt en gaat over in de volgende scne. .32 EXT. RIVIER- MIDDAG Het gezicht van Ewan gaat langzaam over in het gezicht van Roy. Zijn halflange donkerblonde haren zweven rond zijn gezicht. Hij is onderwater. Dan kan hij zijn adem niet langer vasthouden, wat lucht ontsnapt uit zijn mond. Even lijkt hij te twijfelen of hij wel naar boven zal gaan maar zijn longen schreeuwen om lucht en zijn instinct neemt het over. Hij komt proestend boven water. Joelend en schreeuwend wordt hij onthaald. Roy beweegt zich half zwemmend en half trekkend aan een koord naar een persoon) vast onhoorbaars, zijn slaap en worden licht

65. houten vlot dat op het water drijft. Het is een zelfgebouwd vehikel gemaakt van blauwe plastic regentonnen, touw, houten takken en planken. Op het vlot zitten Stefan, Bram en Johan enthousiast te joelen. BRAM Ik dacht dat ik gek was, maar jij bent echt gek! JOHAN Cool man. Letterlijk, hahaha. Is het niet koud? Roy trekt zich op aan het koord en komt onder het vlot terecht. Hij kijkt door een smalle opening in de bodem naar de drie jongens. Hij knijpt even in zijn neus en strijkt zijn haar glad. ROY Neu, het valt best mee als je er eenmaal in zit. Hoe lang was ik onder water? STEFAN 58 seconden. Net geen minuut. Van een afstandje zien we hoe Roy zich op het vlot hijst. Hij wordt geholpen door Stefan. In een milde stroming dalen zij de rivier af. Aan de flanken van de rivier rijzen statige loofbomen en sparren, de lage zon verraad het tijdstip. Het is wat later in de middag. De jongens dobberen rustig verder. Stefan stuurt het vlot door af en toe met een lange stok in het water te duwen. Door de stroming blijven de peddels werkeloos liggen. Roy wrijft met zijn handen door zijn natte haren en kijkt met gesloten ogen in naar de zon. BRAM Hey Roy, jammer dat je weer boven kwam. Ik had je bijna met een peddel onder water gehouden. ROY O ja? hoezo? Is de liefde over? BRAM Ja. JOHAN Bram is een slechte verliezer, of niet Bram? BRAM Nh, ik gun het je van harte. We hadden het eigenlijk allemaal wel zien aankomen.

66.

ROY Wat? BRAM Wat? Jij en Nathalie natuurlijk. ROY Oh dat.. Roy kijkt even dromerig voor zich uit. BRAM Kijk dat nou, tjonge. Je hebt het wel te pakken. H, wel bij de les blijven. Als je zo blijft zwijmelen, winnen we nooit en dat vind Stefan niet zo leuk. STEFAN Haahaa, leuk Bram, maar dit keer maakt het me geen zak uit. JOHAN Het is ook wel eens leuk om als laatste binnen te komen. Dat zou ook een prestatie kunnen zijn. De jongens drijven verder. Dan horen ze vanuit de bossen een motorgeronk. De met megafoon versterkte stem van Verbeek schalt: VERBEEK Jongens, tempo. Over een kwartier gaan de dammen weer open, dus dan moet je binnen zijn. Peddelen, HUP HUP! STEFAN Ik geloof dat we deze keer echt de laatste zijn. JOHAN Maakt het wat uit als de dam open is? STEFAN Als je van wildwater varen houdt niet, maar ik denk dat ons vlot niet bestand is tegen de woeste golven. De jongens pakken de peddels en maken haast, op weg naar de eindhalte.

67.

.33 EXT. ACCOMMODATIE 1- AVOND De avond is over het kampement neergedaald. Het kampvuur brand weer. Er omheen zitten verschillende jongeren. Ook Jetta, Johan en Bram zijn aanwezig en hebben hoorbaar plezier. Roy en Nathalie lopen hand in hand van de betonnen schuur naar de lange tafel. Roy neemt twee flesjes fris en neemt die in n hand mee. Langzaam kuieren ze naar het vuur. NATHALIE Laatste nacht alweer hier. ROY O? NATHALIE Jullie waren wat later vandaag, dus heb je het niet gehoord. Morgen gaan we lopen naar de nieuwe accommodatie, n of ander tentenkamp. ROY hm. Ik zie mogelijkheden. Roy trekt Nathalie naar zich toe en slaat zijn armen om haar middel. Hij brengt zijn mond bij haar oor. ROY Geen betonnen muren meer. Nathalie kijkt langs Roy naar mevrouw Reinders. Die staat even verderop in een stomend hete beker te blazen. Ze kijkt Nathalie recht aan. NATHALIE Ik denk niet dat het wat uitmaakt. Ze houden ons als haviken in de gaten. Roy laat Nathalie los, ze lopen verder. ROY Hoe lang hebben we nog? Nathalie kijkt op haar horloge. NATHALIE Nog een klein uurtje. ROY Zullen we dan maar?

68. .34 EXT. RAVIJN- AVOND Even later zitten Roy en Nathalie naast elkaar. Ze nemen het uitzicht over het dal in zich op. Nathalie heeft haar armen iets naar achteren staan ter ondersteuning. Ze haalt haar schouders op en zucht eens diep. Ze kijkt even opzij. Roy kijkt wat dromerig voor zich uit. NATHALIE Konden we hier maar altijd blijven. Jij en ik, zo bij elkaar. Ik heb de hele dag het gevoel alsof ik droom. Roy kijkt haar aan. ROY Ik ook. Roy wrijft even over haar rug. Nathalie slaat haar ogen even neer. Ze gaat wat meer rechtop zitten en brengt haar handen in haar schoot. Ze piekert even. NATHALIE Wat gebeurt er als we weer terug zijn? ROY Hoezo? NATHALIE Nou, we komen dan allebei weer in de oude situatie terecht. Misschien is het wel deze plek dat ons samen brengt. Als dat wegvalt.. ROY Ben je mal? Ik ben gek op je. Dat verandert echt niet als we weer thuis zijn. Sterker nog, ik zou niets liever willen dan weer naar huis te gaan. NATHALIE Vanwege je moeder? ROY Nee zeg! Iets anders. Roy kijkt weer voor zich uit. Hij betreurt dat hij dit gezegd heeft. Nathalie kijkt hem bezorgd aan. NATHALIE Iets anders? Roy lijkt een afweging te maken, uiteindelijk zegt hij:

69. ROY Ik weet het niet. Ik voel me een beetje raar. Nathalie kijkt hem even verbaast aan. ROY Ja, nee, niet zo. Ik bedoel. Ongemakkelijk. Niet door jou hoor! Maar, deze plek; hier in de Ardennen. Ik probeerde het je gisteren ook al te vertellen. Als Nathalie hem enigszins verward aankijkt vervolgt hij: ROY Sinds we hier zijn heb ik het gevoel alsof ik bekeken wordt. NATHALIE Je bedoelt door de leiding? ROY Nee, door iets anders. Hoe zal ik dit zeggen..Door iets akeligs. Het is net alsof ik bespioneerd wordt. Telkens als ik in een bepaalde richting kijk zie ik nog net een vage indruk van een donker iets. NATHALIE Je bedoelt in je dromen? ROY Nee, gewoon overdag. Vanaf het moment dat we de bus uitstapten was het al raak. Op een of andere manier hangt hier een negatieve energie waar ik gevoelig voor ben. Ik weet bijna wel zeker dat ik al eens eerder hier ben geweest, zo voelt dat tenminste. NATHALIE Maar hoe kan dat dan? ROY Ik weet het niet. Ik snap er zelf ook niets van. En ding weet ik wel: Sinds wij gisteren samen, nou ja, je weet wel zijn, is het wat beter. Dat geef ik niet op, ook niet als we weer thuis zijn. Roy omhelst Nathalie. Ze wisselen een innige zoen uit. Nathalie duwt Roy zachtjes van zich af.

70.

NATHALIE Wacht eens even, je zei dat het wat beter is. Bedoel je dat het niet helemaal over is? ROY Nee, maar misschien wordt het beter als we morgen bij het tentenkamp zijn. NATHALIE Heb je dat gevoel nu ook? Worden we nu ook bekeken? ROY Nee, laat maar. Vergeet wat ik heb gezegd. Het zal wel tussen mijn oren zitten. NATHALIE Maar hoe ziet dat donkere iets er dan uit? ROY Laten we er over ophouden nu. Alsjeblieft. Nathalie streel Roy zachtjes over zijn wang, dan laat ze haar hand daar rusten. Ze kijkt hem bemoedigend aan. NATHALIE Ik vind het eerlijk gezegd doodeng wat je nou allemaal zegt, maar ik zal nooit aan je twijfelen. Ik geloof je. Ze zoenen opnieuw. Vanachter een boomstam zien we de twee geliefden van een afstandje zitten. Het beeld verplaatst zich naar een andere boomstam. Roy en Nathalie zijn weer in beeld. Als er een knappend geluid van een tak klinkt wordt de zoen verbroken. Roy kijkt gespannen naar de donkere rij bomen. Als er opnieuw een knappend geluid klinkt schrikt Nathalie op en klampt zich angstig vast aan Roy. Roy staat langzaam op en trekt Nathalie half overeind met zich mee. Zijn ogen blijven gericht op de bosrand. Dan verschijnt er een lichtstraal in zijn gezicht. VERBEEK Dame en Heer, het is al kwart over elf. De hoogste tijd! Ze laten beide hun ingehouden adem los en zetten zich in beweging.

71. .35 EXT. BOS- DAG Het is een regenachtige grauwe dag. Over een breed pad bedekt met takken en kreupel hout loopt een colonne jongeren moeizaam zij aan zij. Ze hebben regenjassen en ponchos aan en dragen kleine rugzakjes. Benen zijn bedekt met modderspatten en af en toe wordt er gemopperd. De lange rij is al voor een groot deel opgebroken in meerdere groepjes. De meest fitte leerlingen lopen in de pas met Verbeek in de voorste linie. Door de regenval is het pad op bepaalde plaatsen moeilijk begaanbaar en niet zelden zakken leerlingen door de blubber weg. Het resultaat is een kletspoot met risicos op blaren. Roy loopt naast Nathalie. Zijn haren plakken aan zijn voorhoofd en gezicht. Nathalie heeft haar capuchon opgezet waardoor haar blikveld verkleind is. Ze struikelt maar Roy vangt haar op en zet haar weer recht. NATHALIE Bedankt. Heb jij geen capuchon? ROY Jawel, maar ik vind dit wel prima zo. NATHALIE Je wordt hartstikke verkouden zo. Roy grinnikt. NATHALIE Wat is er? ROY Oh, niks. Ik vind het wel grappig zo. Ik bedoel; Dat je zo bezorgd bent. O? Nou belang als je happen NATHALIE het is puur uit eigen hoor. Wat heb ik aan je steeds naar adem loopt te als ik dit doe?

Nathalie staat op haar tenen, wendt zich tot Roy en begint hem wat onhandig te zoenen, de capuchon staat een beetje in de weg. Iemand botst van achter tegen hen aan, waardoor ze opzij gaan. PERSOON Doorlopen! ROY Zie je nu waarom ik geen capuchon draag? Staat alleen maar in de weg. Maar kom, laten we verder lopen.

72. Even verderop in de heeft geen regenjas flink doorweekt is. als gemproviseerde rugzak zitten. rij loopt Bram samen met Johan. Bram aan maar een lange trainingsjack die Daaroverheen heeft hij een vuilniszak poncho. Johan had er nog een in zijn

BRAM Ik zweer het je. Er moet vannacht iets zijn gebeurd . JOHAN Ach, ik weet het niet hoor. Hij lijkt me daar helemaal niet het type voor. BRAM Nee, maar hoe goed ken je hem echt? Leraren doen rare dingen hoor op zulke schoolreisjes. JOHAN Maar hoe kom je er nou bij dat hij en Reinders gisteren, nou ja... BRAM Hebben liggen ketsen? Dat weet ik niet. Er is gewoon iets tussen die twee. Let er maar eens op. JOHAN Goh, grappig. BRAM Ze zitten voortdurend naast elkaar, en vanmorgen was hij overdreven aardig tegen ons aan de ontbijttafel. JOHAN Zit wat in. Ik heb hem elke dinsdagmorgen het eerste uur. Nou, een grotere chagrijn bestaat niet. BRAM Ik bedoel maar. JOHAN Tjonge . Verbeek en Reinders. JETTA Wat is er met Verbeek en Reinders? Jetta duikt ineens op vanachter de jongens. Ze heeft een tijdje zwijgzaam achter hen gelopen maar kan haar nieuwsgierigheid niet bedwingen.

73.

BRAM O hell, nou, nu zullen we het weten. JETTA Wat? BRAM Als we het jou vertellen weet de rest het binnen een kwartier, de hele school binnen een uur. JETTA ( OVERDREVEN VERONTWAARDIGD) Nou Bram, waar zie je mij voor aan. Ik ben een heel integer meisje hoor! Maar vertel op, wat is er aan de hand? JOHAN We denken dat er iets gebeurd is tussen die twee. Verbeek is ineens heel aardig en Reinders loopt steeds bij hem in de buurt. JETTA En? JOHAN En? En eh.. en verder niks. JETTA Dat is het? BRAM Nee, natuurlijk niet. Heb je ze niet gezien vanmorgen? Die zitten de hele tijd aan elkaar te klitten. JETTA Nou. Daar heb je je bewijs! Wacht maar even, ik zal eens even met mevrouw Reinders praten, dan weten we het snel genoeg. BRAM Wat?! Ga je het aan haar vragen? JETTA Natuurlijk niet, sufferd! Gewoon wat prietpraat, over het weer. Ik heb maar n minuut nodig om erachter te komen of er wat speelt tussen die twee. Noem het maar vrouwelijke intutie.

74.

JOHAN Nou, Ik ben benieuwd. BRAM Ik weet genoeg. De rijen sluiten zich weer enigszins. De leerlingen verzamelen zich rondom een open plek waar een grote partytent opgesteld is. Het eerste deel van de tocht zit er op. Er wordt wat gedrongen. Wanneer een aantal leerlingen met broodjes onder de tent vandaan lopen is het voor Bram duidelijk. BRAM Ah, lunch! Hij loopt sneller vooruit. Hij loopt naar de buitenste rij en komt zacht in botsing met een paar anderen. Een blonde jongen met een dure winddichte scheepsjack en afritsbroek draait zich om. Het is Remco. Hij inspecteert zijn broek alsof er een vuile bacterie op geland is. Dan geeft hij zijn maat naast hem een por. Als die opkijkt, geeft Remco Bram een flinke douw. Bram tuimelt even door de lucht en komt hard ten val tegen een glibberig groene boomstam. Zijn broek en witte trainingsjack zijn doorweekt en op bepaalde plaatsen groen en bruin van de val. De vuilniszak is losgescheurd en hangt als een tweede vel dramatisch om zijn nek. Bram staat op, veegt zijn handen schoon aan zijn broek en voelt aan zijn hoofd. Op zijn voorhoofd zit een schaafwondje maar het is vooral zijn eer wat gekwetst is. Johan komt aangerend en staat wat onhandig toe te kijken. Bram krijgt rode vlekken op zijn nek en wangen van woede. Johan probeert hem tegen te houden maar Bram rukt zich los zodat Johan enkel een vuilniszak vast heeft. Met grote passen loopt Bram naar de boosdoener. Remco stapt uit de dringende menigte, stopt met n hand een broodje in de mond en haalt met de ander flink uit. Zijn vuist raakt Bram vol in zijn maag. Bram klapt dubbel, rolt op de grond en hapt naar adem. Johan zet wat stappen naar voren maar wordt door de kameraad van Remco dreigend op afstand gehouden. Het zorgt voor de nodige commotie in de tent. Mevrouw Reinders doet een poging boven de hoofden van de leerlingen uit te kijken naar wat er gaande is. Ze gebaart naar iemand in de verte om snel te komen. Remco haalt zijn broodje weer uit de mond, hij pruilt met zijn lippen en legt zijn handen op zijn knien. REMCO Och, ventje toch. Doet het pijn? Vanuit het niets suist een andere vuist door de lucht en treft Remco vol tegen het gelaat. Remco wankelt achteruit en grijpt naar zijn gezicht, hij kijkt verbaast op en ziet

75.

tot zijn ontzetting een voet in volle vaart zijn borstkas raken. Hij wankelt achteruit en valt met zijn kont in de modder. Nu raken de gemoederen verhit. Leerlingen beginnen te scanderen wij willen bloed zien en Sloop hem Stefan!. Stefan wrijft over zijn knokkel en spuugt op de grond. STEFAN Deze was voor Bram. Nu komt die voor mij, klootzak. Stefans vriendin probeert hem tot kalmte te manen maar hij is vastberaden om het karwei af te maken. Hij zet een paar stappen naar voren terwijl Remco achteruit deinst. Dan wordt Stefan door twee armen van achteren stevig vast gegrepen en weggesleurd. Stefan worstelt maar de ijzeren greep van Verbeek is niet te breken. VERBEEK Meekomen jij! Meneer de Vries heeft inmiddels Remco overeind geholpen en hem in de kraag gevat. DE VRIES Hup lopen! REMCO Wat heb ik dan gedaan? Kijk naar mijn gezicht! Hij sloeg mij toch, of niet? DE VRIES Niks mee te maken, opschieten! Roy en Nathalie zijn inmiddels ook gearriveerd en staan samen met Johan bij Bram. Als Nathalie haar hand op zijn schouder legt en informeert hoe het gaat, draait Bram uit schaamte zijn gezicht weg. Bittere tranen rollen over zijn wangen. Van een afstandje zien we hoe mevrouw Reinders het van Nathalie overneemt en bij Bram is gaan knielen. Ze houdt een handdoek tegen zijn voorhoofd. Bram neemt de handdoek over. Dan rommelt ze in haar EHBO koffertje. Roy en Nathalie bewegen zich naar de Party tent. Fade out. .36 INT. HELEEN KEUKEN- DAG Heleen staat in de keuken een vaatwasser De borden legt ze op tafel samen met het twee pannenleggers uit de lade pakt gaat telefoon af. Ze loopt naar het barretje, display en neemt op. leeg te ruimen. bestek. Als ze haar mobiele kijkt op de

76. HELEEN Hallo schat. Richard belt vanuit de auto. Hij heeft zijn mobiel met n hand vast, terwijl hij stuurt met de ander. Hij rijdt stapvoets. Zijn ruitenwissers zwaaien gestaag heen en weer in de regen. RICHARD Hey babe. Ik zit nu in de auto maar ik kom wat later. Het is hier vreselijk druk. Volgens mij is er een ongeluk gebeurd of zoiets. HELEEN Geen probleem, ik was toch nog niet begonnen. RICHARD Ik wou je even laten weten dat ik Roy zijn map weer terug heb gekregen. Die ligt nu naast me op de passagiersstoel. Heleen denkt even na. HELEEN Oh ja, zijn tekenmap. Gelukkig maar. Overmorgen komt ie weer thuis, dus.. RICHARD Heleen, over die tekeningen. Ik ben bang dat ik geen leuk nieuws heb. Die vriend van me heeft er naar gekeken en hij heeft me meteen gewaarschuwd. Hij vermoedt dat Roy in gevaar is. HELEEN Wat zeg je nou? Hoezo? RICHARD Op het moment dat hij de tekeningen zag kreeg hij hele negatieve energie. Een beetje zoals ik die ook kreeg, maar hij kreeg ook beelden door. Hij zei dat Roy werd omringd door de duisternis. HELEEN Ik dacht dat we het hier al over hebben gehad. Je weet dat ik grote moeite met die dingen heb.

77.

RICHARD Ja dat weet ik, alleen...O, wacht even... Richard werpt zijn mobiel snel in zijn schoot. Dan kijkt hij in zijn spiegel, wacht twee seconden en neemt de telefoon weer in zijn hand. RICHARD Was ik weer...Ik zag de politie en ik bel niet hands free, vandaar. Ehm, oja. Hij zei dat Roy met zijn tekeningen deuren opende naar andere dimensies. HELEEN ( zucht) Je weet hoe ik erover denk. Ik vind het aardig bedoelt maar ik kan er niet veel mee. RICHARD Weet ik, maar goed. Ik had het al aan hem gegeven en hij stond er op om mij dit te vertellen. Hij heeft verder geen vergoeding gevraagd, alleen maar dat ik jou moest waarschuwen. HELEEN Bij deze. Kunnen we het hierbij laten? Kom maar snel thuis. Ik ga een heerlijke maaltijd voor je klaarmaken. Liefde gaat toch altijd door de maag? RICHARD ( GRINNIKT) Ok. Ik ben benieuwd! Richard hangt op. Achter hem klinkt opdringerig getoeter. RICHARD Jaja! Hij trekt op en rijdt snel naar Heleen. .37 INT. WERKSCHUUR/ FLASHBACK- DAG We zien een jonge jongen met donkerblond half lang haar door de deur van werkschuur komen. In zijn hand houdt hij een skateboard vast. Hij heeft een spijkerbroek met een laag kruis aan, aan zijn broekriem hangt een ketting. Verder draagt hij een zwart T-shirt. Het is Roy, maar dan negen jaar oud. Hij spits zijn oren en kijkt voorzichtig om zich heen.

78.

Hij hoort een monotoon gefluister met af en toe een uithaal. Voorzichtig loopt hij om een gestripte auto heen naar de bron van het geluid, dat luider wordt naarmate hij dichterbij komt. Het klinkt alsof er iets gereciteerd wordt in een voor ons vreemde taal. Op de werkbank ziet hij tussen het gereedschap en blikken smeerolie een boekje open liggen. Door een buigzame werklamp wordt het boekje helder verlicht, zo lijkt het alsof het boekwerk omgeven is door een soort magisch aura. Het werkt magnetiserend. Langzaam loopt hij op het boekwerkje af. Als hij bij de werkbank is aangekomen en een paar bladzijdes openslaat schrikt hij op. Ewan staat ineens achter hem. EWAN What are ye doing boy? ROY Pap. Ik zocht je al. Je was ineens weg. EWAN Ik ben hier, nietwaar? Ewan praat met een licht Schots accent. Roy draait zich weer om naar het boek. Het is een dummy gevuld met vreemde codes, formules en passages in zowel het Engels als een andere taal dat Roy niet kan thuisbrengen. Ook staan er kleine tekeningetjes, symbolen en pentagrammen in. ROY Wat is dat pap? Ewan reikt over de schouders van Roy en pakt het boekje op. EWAN Dit? Dit jongen, is een magisch boek. Een boek dat zo geheim is dat bijna niemand er in mag lezen. Het is een boek dat al eeuwenlang binnen de familie is gebleven. ROY: Maar pap, dat kan toch niet? Jij hebt het geschreven! EWAN Is dat zo? Nou, dat gaan we eens goed bekijken. Ewan neemt Roy mee naar een bankje. Ze gaan samen zitten. Ewan slaat een paar bladzijdes open.

79.

EWAN Je hebt gelijk, het is mijn handschrift . Maar ik heb het niet geschreven. Roy kijkt hem vragend aan. EWAN Dat is het magische er van. Het boek zit hier ( klopt met een wijsvinger op zijn slaap), in mijn hoofd. Maar ik ken niet alle tekst hoor. Ik krijg ook een beetje hulp. Dan ga ik hier zitten en ga ik me goed concentreren. Dan gebeurt het schrijven als vanzelf. En soms h? Soms hoor ik hier een stem uitkomen, die verteld wat ik vergeten ben. Ewan pakt een klein transistor radiootje. Hij kijkt er even liefkozend naar. ROY Maar pap, als het boek in je hoofd zit hoef je het toch niet nog eens op te schrijven? Je zei dat bijna niemand het mocht lezen. Ewan grabbelt Roy door zijn haren. EWAN Clever boy. Dat zou je zeggen, maar toch moet het. Het maakt deel uit van de eeuwenoude code. Roy bladert door het boek. ROY Ik vind het wel mooi eruit zien. Maar ik kan het niet lezen, er staan allemaal gekke woorden in. Waar gaat het over? EWAN Het...Het gaat over stoere ridders die vechten tegen draken en demonen. Alle spannende gevechten staan er in. Onze voorvaderen hebben er ook allemaal middeltjes en truckjes ingezet zodat we ze beter kunnen verslaan. Ik zal je er wel eens een paar voorlezen.

80. ROY Ridders bestaan toch niet meer? Alleen in de Middeleeuwen, dat hebben we op school gehad. EWAN Zo oud is dit boek al. En het wordt steeds opnieuw doorgegeven van vader op zoon. Roy legt het boek op zijn schoot en kijkt Ewan even aan. ROY Ben jij ook een ridder pap? EWAN Ssst, niet te hard. Dat is een groot geheim en niemand mag het weten. Maar, ja: ik ben ook een ridder. Roy kijkt Ewan met grote ogen aan. ROY Echt waar? Vet! Heb je dan ook een zwaard en een harnas en een paard? EWAN Jazeker, ik draag mijn uitrusting elke dag. Het is een magisch onzichtbaar harnas. Je ziet en voelt hem niet, maar als er demonen in de buurt komen dan wel. Ik heb alleen geen paard, maar dat hoeft tegenwoordig niet meer. Dat daar gaat veel sneller! Ewan wenkt met zijn hoofd naar de gestripte auto. ROY Pap, wordt ik dan ook een ridder? EWAN Misschien. Als de tijd rijp is. Tot die tijd moet je wat geduld hebben. Je zult alles nog wel leren. Roy pakt het boekje weer op. ROY Mag ik het boekje hebben dan? Dan kan ik alvast oefenen. Ewan grijpt het boekje uit Roy zijn handen en staat op. Hij kijkt door het vuile kleine raampje naar de achtertuin.

81.

EWAN Nee jongen. Dit boek is niet voor jou. Deze is voor mij. ROY Aah toe, please!. Mag ik het echt niet? Ik wil ook graag ridder worden. EWAN Nee is nee!. Als het zover is zul je het vanzelf merken. Als de stemmen tot je spreken. Het is nog te vroeg. Roy kijkt even beteuterd voor zich uit. Dan haalt hij zijn schouders op. Hij gaat staan en stapt op zijn skateboard. Hij zwaait even met een denkbeeldig zwaard in de lucht en begeleid dat met wat swoesj geluiden. ROY Pak aan, jij lelijke draak! Ewan staat nog steeds bij het raampje. EWAN Het is nog te vroeg... ROY Hey pap, kijk eens wat ik kan? Pap, PAP! PAPPA! Ewan kijkt Roy even getergd aan. EWAN Je moet nu weer gaan Roy. Roy protesteert even. EWAN Dont make me mad boy. GO[U+203C] Roy wipt zijn skateboard omhoog en loopt met hangende schouders naar de deur. Hij draait zich nog een keer om. Hij ziet hoe zijn vader kwaad naar een wandcontactdoos wijst. EWAN You leave him alone! Ya hear me? ( met geklemde kaken en tanden op elkaar)S.S.SHUT UP! Roy schrikt en verdwijnt door de schuurdeur. Fade out

82. .38 EXT. ACCOMMODATIE 2/ TENTENKAMP- AVOND De avondschemering zet in. Een aantal leerlingen lopen vermoeid en met hangende schouders door de striemende regen naar een grote bungalowtent. Ze stappen onder een luifel door naar binnen. Er staan nog vijf groene Bungalowtenten in een wijde kring opgesteld. Rond een aantal tenten zijn greppeltjes gegraven om het overtollige water af te voeren. Ongeveer honderd meter van het kamp verwijderd stappen Roy, Nathalie, Johan en Bram door de sompige modder. Bram loopt zwijgend achteraan. De tweede helft van de dagtocht heeft hij geen woord meer gesproken. Ze staan even stil als Johan een geplastificeerde landkaart met een zaklamp bestudeerd en vervolgens op een kompas kijkt. Hij twijfelt. Nathalie wijst in de verte. NATHALIE Wacht, ik zie licht in de verte. Ja, dat is het. We zijn er. ROY Eindelijk. Johan joelt, om de goede moed er in te houden. JOHAN Woehoe, okay. ( klapt in zijn handen) Kom op Bram. Hij slaat Bram op zijn schouders, deze loopt gedwee achter de rest aan. .39 INT. ACCOMMODATIE 2/ IN DE TENT- AVOND Het is al wat later op de avond en na de vermoeiende tocht in de regen zijn er al flink wat leerlingen die hun slaapzak opgezocht hebben. De Bungalowtenten hebben een capaciteit van tien man. In de tent waar Roy ligt zien we hier en daar een zaklamp branden. We horen gedempte stemmen en gefluister. Bram ligt op zijn luchtbed. Zijn slaapzak heeft hij tot zijn kin opgetrokken. Hij bibbert een beetje. Boven de hoofden van de tentbewoners zijn wat lijnen gespannen, er overheen hangen klamme kleden en handdoeken. Ook Brams witte trainingsjack, met bruine en groene vlekken hangt er te drogen. Bram klappert met zijn tanden. BRAM T.t.tering koud! Heb je echt niet een reserve te leen? Hij haalt zijn neus op. Johan ligt op zijn eigen opgerolde matje naast Bram. Hij staart wat naar het plafond met zijn handen onder zijn hoofd.

83.

JOHAN Nee, je had gewoon op het lijstje moeten kijken wat je mee moest nemen. BRAM j.ja, bedankt. Snif, daar heb ik nu wat aan. Ik dacht dat we mooi weer zouden krijgen, niet deze schijtregen. Snif. JOHAN We zitten in de Ardennen, wat had je gedacht? BRAM Hey Roy..Roy! Bram haalt zijn hand onder zijn slaapzak vandaan en geeft Roy naast hem een por. Deze ligt met de rug naar hem toe. Roy kijkt even over zijn schouder, dan weer terug. Achter hem brandt een tafellamp. ROY Hm? BRAM Kan ik een trui van je lenen? Er komt geen reactie van Roy. Bram geeft Roy opnieuw een douw. BRAM Hallo, aarde aan Roy. Roy draait zich gerriteerd om. BRAM Wat!? BRAM Hey rustig, maar! Ik vroeg alleen maar of ik een trui van je mocht lenen. Roy draait zich weer om en gooit een zwarte trui over zijn schouder naar Bram. ROY Veel plezier ermee. BRAM Bedankt.

84.

Johan draait zich om en doet zijn zaklamp uit. Alleen van Roys plek komt licht. De rest van de tent is al donker. We horen zelfs al wat gesnurk. Bram trekt de trui aan en kruipt weer onder zijn slaapzak: BRAM Hey Johan. JOHAN Wat? BRAM Heb je al iets gehoord over Stefan? JOHAN Ja. Die moet vandaag in de tent naast Verbeek slapen. En morgen moet hij steeds bij de leiding blijven. Hij mag dus niet mee met ons. Remco ook trouwens. BRAM Ik wil eigenlijk iets doen. Snif. Misschien als we thuiskomen hem iets geven of zo. Ik vond het wel tof van hem dat ie het voor me opnam. JOHAN Ja. Stefan is wel ok. BRAM Snif. Wel klote dat hij door mij nu in de problemen zit. JOHAN Ach, het valt mee. Ze hadden hem ook op een bus naar huis kunnen sturen. Hebben ze niet gedaan. Bram laat het even op zich inwerken. Het is even stil. JOHAN Nou ja. Het zou vroeger of later toch er van gekomen zijn. Stefan had nog een appeltje met Remco te schillen, dus... Ik weet wel dat er volgende week een gesprek komt met beide ouders en de directeur. Laten we maar hopen dat er niet alsnog een schorsing komt.... Heb je al met Verbeek gepraat? BRAM Snif. Nee, wel met Reinders. Ik heb haar verteld wat er was

85. BRAM gebeurd, dus dat zal wel bij Verbeek terecht gekomen zijn. JOHAN Vast Bram, gaat op een oor liggen. BRAM Nou welterusten. JOHAN Trusten. Het beeld glijdt langzaam over de benen van Johan en Bram naar de rug van Roy. Hij steunt en zijn linker elleboog, zijn rechterarm maakt driftige bewegingen. Het beeld gaat over zijn schouder naar zijn rechterhand. Die is met een pen driftig een tekening aan het realiseren met harde krachtige lijnen op een klein velletje lijntjespapier. We zien Roy verwoed aan de slag. Even kijkt hij gejaagd en spichtig voor zich uit, en kort om zich heen. Dan hervat hij zijn taak. De pen maakt de nodige krasserige herrie. Van achter zich hoort hij Bram kreunen. BRAM Hey Roy. Nog niet klaar? Roy tekent door. Bram zucht. Buiten is het inmiddels alweer gaan regenen. BRAM Kun je nu even stoppen? Morgen kan dit toch ook? Roy keert in zichzelf, de pen gaat vlot over het papier. Hij negeert Bram volkomen. Na nog een paar lijnen legt Bram zijn hand op Roy zijn schouder. Roy draait zich acuut om en houdt de pen als een steekwapen in de lucht. Zijn ogen staan verwilderd in hun kassen. Bram weert zijn gezicht met n hand. BRAM Ok. Rustig nou, doe wat je moet doen. Jezus. Roy keert zich weer tot zijn tekening op het lijntjespapier. Met de kaken stijf op elkaar brengt hij de laatste accenten aan. ROY ( SNEL EN ZACHTJES) Doe het. Doe het. Doe het. Op het tentzeil achter hem zien we in het weerlicht van de onweersbui kort een silhouet van een duistere man met lange mouwen en enorme scherpe lange klauwen. Dan is het weer verdwenen.

86. .39 INT./EXT. GROTTEN/BERGEN - DAG Fade in. We zien van een afstand de tourbus over een hobbelige weg rijden en op een open terrein parkeren. Het is nog redelijk vroeg in de morgen en de leerlingen kijken nog enigszins versuft uit hun ogen. Als de deur van de bus naar buiten open zwaait stapt Bram als eerste uit en snuift de frisse lucht in. Hij is er klaar voor. Wat volgt is een sequentie van beelden en indrukken van de dag, onder begeleiding van muziek. We zien de volgende beelden: De groep loopt rond in een grot. Een gids staat bij een groep stalactieten een praatje te maken. Leerlingen kijken en wijzen. Tijdens de tour daalt de groep in een lange rij een steile trap af. Sommige meiden hebben een handje nodig. Verbeek en Stefan staan naast elkaar op het buitenterrein. Verbeek wijst op zijn horloge en Stefan knikt. Ze hebben een meldplicht overeenkomst gesloten. Miranda rekent in de cadeaushop een edelsteen af. Vol trots laat ze het zien aan een meisje met een iets te grote bril . De zon laat zich weer zien als we de leerlingen aan lange tafels zien zitten voor een nieuwe kampeerschuur. Er worden broodjes en drinken uitgedeeld onderling. Lachende gezichten. Roy zit aan de hoek van de tafel en kijkt wat afwezig in de verte. Nathalie komt naast hem zitten en streelt hem even over zijn wang. Ze kijkt zorgelijk. Bram verteld een sterk verhaal en dat maakt indruk op Miranda die naast hem zit en het bescheurt van het lachen. Remco zit naast Verbeek te mokken aan tafel. Hij krijgt een por onder de tafel. Als hij opzij kijkt ziet hij Stefan zitten die hem even eigenwijs aankijkt met een vage glimlach. Stefan knikt even en Remco grijnst terug. Het is weer goed tussen die twee. De zon is ook s middags aanwezig als de leerlingen allemaal op de mountainbike over een modderig parcours tussen oude dennen en sparren fietsen. Jetta is gevallen en ligt in het gras. Ze wordt overeind getrokken door Johan. Als ze overeind is kijken ze elkaar even in de ogen en er lijkt iets van chemie te ontstaan. Jetta lacht verlegen. Een hert schrikt van een naderende fietser en schiet over het pad weg in de bosrand. De vries en Vermeer begeleiden een hinkende leerling met tape om de voet.

87. Stefan komt juichend over de finish, hij is eerste geworden. Mevrouw Reinders klokt hem met een stopwatch. Op een bankje zitten Bram, Roy, Nathalie, Stefan, Johan en Jetta op een rij. Lachende gezichten en camaraderie. Johan heeft zijn gitaar vast en tokkelt wat terwijl hij aandachtig naar Jetta kijkt. Jetta geeft wat instructies. Ze zijn samen iets aan het instuderen. .40 INT. ACCOMMODATIE 3- AVOND Het is avond. Van een afstand zien we de 3e accommodatie van de excursie, wederom een kampeerschuur, en de laatste van hun verblijf in de Ardennen. Het is een luxe kampeerschuur met meer voorzieningen, waaronder een barretje en een podium. Door de grote ramen zien we een warm licht schijnen. Af en toe zien we een leerling dansend in het raam tevoorschijn komen en dan weer verdwijnen. Het ligt aan een meertje met een brede aanlegsteiger. Verder is het omringd door grote bomen. Het rimpelloze meertje weerspiegelt de sterrenhemel en de maan van de heldere nacht. Van buiten af klinkt gedempte muziek. Jetta zingt een ballad op het podium terwijl Johan haar op een barkruk daarachter met gitaar begeleid. Het publiek zwaait met aanstekers, sommige zingen mee. Meer aan de zijkant zitten Bram en Miranda naast elkaar op een bankje. Net als Stefan, zijn vriendin Paula en Roy kijken ze ademloos naar de performance. Als het nummer eindigt ontvangen Jetta en Johan een staande ovatie. Dan komt de presentator van de avond ( we herkennen hierin de jongen uit het Aapjeteam) op en bedankt de twee artiesten in de dop. PRESENTATOR Ok. Allemaal nog een keer een daverend applaus voor de 2 Js, Jetta en Johan! ( gefluit en geklap) En dan nu het volgende nummer. We hebben er even op moeten wachten maar ze zijn er eindelijk klaar voor. Speciaal bij elkaar gekomen voor deze avond, hier zijn: De Heidezangers! Drie jongens klimmen het podium op. Ze dragen alle drie een bloemenjurk met daaronder regenlaarzen. Met hun zwaar opgemaakte gezichten hebben ze de lachers op de hand. Er wordt geklap en gefloten. Dan start de muziek en kan het optreden beginnen. Terwijl Jetta en Johan zich bij hun vrienden voegen kijkt Roy om zich heen. Hij kan Nathalie nergens vinden.

88.

Dan ziet hij nog net een glimp van haar achter het raam buiten voorbij schieten. Hij staat op en loopt naar de buitendeur. Als hij door de deur verdwenen is komt Nathalie bij de bar vandaan met twee flesjes fris in haar handen. Verwachtingsvol loopt ze naar de zijkant van het podium. Ze kijkt zoekend om zich heen. .41 EXT. ACCOMMODATIE 3 - AVOND Roy loopt naar buiten en haast zich de hoek om. Er ligt een open veld voor hem. Even twijfelt hij of hij zich weer om zal draaien en teruglopen naar binnen. ROY( ZACHT) Nathalie? Dan ziet hij de brede houten aanlegsteiger en loopt daar naar toe. Een lichte nevel is over het meer gaan liggen en met de volle maan en de sterren in de heldere hemel heeft het geheel een magische aantrekkingskracht. Roy staat stil aan de rand van de steiger en is tijdelijk vergeten wat hij hier eigenlijk kwam doen. Hij snuift de frisse nacht naar binnen en laat daarna zijn adem ontsnappen. Dan kijkt hij naar het water en knijpt met zijn ogen. Hij ziet iets in de verte wat hij niet kan thuis brengen. Van heel ver weg klinkt er een laag knarsend geluid dat langzaam in volume toeneemt en overgaat in een akelig lage keelklank. Het lijkt van achter hem te komen. Naast hem ziet Roy dat de schaduwen van de bomen eerst lang en daarna weer kort worden, alsof de maan versneld aan de hemel beweegt. Haastig draait Roy zich om. Hij kijkt gejaagd naar links en rechts. Het comfort van het feest binnen in de luxe schuur lijkt mijlenver weg. Met het water achter hem kan Roy geen kant op. In slow motion draait Roy zich om naar het water. Een vreemde fluorescerende lichtblauwe gloed zweeft door de lucht. Eerst als een geconcentreerde vorm maar algauw barst deze open, spreidt zich uit en overspoelt Roy met een transcendente golf. Roy sluit zijn ogen alsof hij een tastbare en vloeibare golf over zich heen krijgt. Nog steeds in slow motion haalt Roy zijn handen over zijn gezicht en kijkt daarna op naar de waterkant. Op het water, boven de nevel zweven enkele zwarte vormen. Eerst nog onduidelijk, alsof er vlekken in een oude 8 mm film in de lucht boven het water ontstaan. Dan beginnen de vormen meer in focus te komen en lijken ze zich meer te definiren. Intussen komen er links en recht boven het water meer donkere vormen bij. De donkere vormen worden silhouetten, mensachtige gestaltes die een suggestie van lopen maken maar meer glijden door de nevel. De donkere figuren komen dichterbij terwijl de angstaanjagende krakende en knarsende geluiden in aantal toenemen. Roy zet langzaam een paar stappen achteruit maar houdt zijn blik op het water gericht. Hij is doodsbang maar toch nog

89. steeds niet zeker of datgene wat hij nu ziet zich echt afspeelt of dat het allemaal maar in zijn hoofd zit. Hij schud zachtjes zijn hoofd. De eerste twee donkere gestalten zijn nu ongeveer 15 meter van Roy verwijderd. Ze zijn beide gekleed in een zwaar gehavend zwarte monnikspij. Uit hun lange mouwen steken lange knokige en half vergane handen. En van de twee figuren verwijderd zijn kap. Bij de aanblik van het gelaat slaakt Roy een kreet van angst. Een akelig mager en asgrauw gelaat staart hem vol haat aan. De monnik heeft geen ogen maar zwarte verwrongen oogkassen. Daaronder een verweerde neus en een liploze mond, een akelige doodshoofdgrijns. Zonder dat het wezen zijn mond beweegt weet het toch duidelijk te maken wat zijn intenties zijn. Roy ziet meer donkere monniken verschijnen samen met andere meer modern geklede gestaltes. Ze delen allen dezelfde karakteristieken. Geen ogen en in diverse staten van ontbinding. De parade van verdoemden komen in een halve cirkel op Roy af. Hij draait zich om en zet het op een lopen. Hij kijkt niet meer om maar voelt de dreiging in zijn rug priemen. Zijn doodsangst en het plotselinge rennen doen hem naar adem happen. De deur komt snel in beeld. .42 INT. ACCOMMODATIE 3 - AVOND Als Roy de deur achter zich dichtslaat blijft hij even staan om op adem te komen. De warme en gezellige sfeer van de bonte avond komt bevreemdend op hem over. Hij ziet lijkbleek, als aangeschoten wild. Zweet parelt op zijn voorhoofd. Als hij er zeker van is dat het directe gevaar geweken is, loopt hij onvast op zijn benen de ruimte in. In eerste persoon zien we hoe zijn schoolgenoten drinken, zingen en plezier maken. Er wordt veel gelachen. Roy registreert dit nauwelijks, het is alsof zijn waarneming zich vernauwd heeft. In de randen van zijn vizier is alles zwart geworden. Hij voelt zich als een geest in de menigte. Ook het geluid van de zaal, de muziek van de heidezangers, het geklap en het gefluit komt gedempt en ingeblikt over. We horen de ademhaling van Roy er doorheen. Nathalie komt in beeld en ze kijkt zorgelijk. Als ze hem aanspreekt wordt de volumeknop weer terug gedraaid en lijkt de wereld weer normaal te zijn. NATHALIE Wat is er? Je ziet zo bleek! De heidezangers zijn klaar en er volgt een luid applaus. Johan, Stefan, Jetta, Bram en Miranda klappen en fluiten. Nathalie is tijdelijk afgeleid. Roy veegt het zweet van zijn voorhoofd en blaast eens diep.

90.

NATHALIE Ga maar zitten, ik heb drinken voor je. Roy gaat zitten en drinkt het flesje in vier ferme slokken leeg. Nathalie slaat haar arm om zijn schouders. NATHALIE Wat ben je warm! Voel je je wel goed? Roy knikt een nieuw al op het gehore te zachtjes. De presentator van de avond kondigt nummer aan. De vier begeleidende docenten staan podium met papier in de hand om een limerick ten brengen. NATHALIE Wil je even naar buiten? Roy reageert heftig en hij kijkt met grote ogen naar het grote raam. Hij staart zijn grootste angst recht in het gezicht. De duistere monnik kijkt hem venijnig door het glas aan en legt zijn knokige half vergane handpalm op het raam. Links en rechts staan nog eens twee monniken in zwarte gerafelde pijen, hun gelaat is door hun kappen niet zichtbaar. De handpalm zakt langzaam naar beneden en laat een slijmerig spoor achter. Nathalie volgt de blik van Roy naar het grote raam. Ze knijpt met haar ogen. Dan kijkt ze weer naar Roy. NATHALIE Het is er weer, dat donkere iets. Toch? Roy kijkt Nathalie even aan, even lijkt hij inwendig een afweging te maken. Dan staat hij op, pakt haar hand en trekt haar overeind. Hij loopt weg van het groepje en trekt Nathalie met zich mee. Ze kan nog net haar flesje frisdrank neerzetten op een tafeltje. Zo lopen ze langs een aantal medeleerlingen via de dansvloer naar een smalle gang. Aan het einde van de gang is een nooduitgang. Nathalie verzet zich en houdt hem tegen. NATHALIE Roy, alsjeblieft. Zeg me wat je wilt. Wat is er nou gebeurt buiten? ROY We moeten hier weg. Zo snel mogelijk, kom! NATHALIE Waarom dan? Wat heb je gezien?

91. ROY Eerst weg hier. Dan vertel ik het, we moeten nu gaan! Als Nathalie nog steeds weigert met hem mee te gaan neemt Roy haar in zijn armen en kijkt haar diep en smekend in de ogen. ROY Alsjeblieft, ga mee. Ik weet niet meer wat echt is en wat niet. Jij bent de enige die ik nog vertrouw. Ik heb je nodig, meer dan ooit. Roy omhelst haar. Er gaat een siddering door zijn lijf. Nathalie streelt zijn haar. Ze probeert een snik te onderdrukken. Ze is bang en verdrietig tegelijk. Ze vermand zich. Als Roy haar een beetje loslaat, bijt ze even op haar onderlip en knikt. Ze kijkt hem aan. NATHALIE Ik vertrouw je. Maar dan wel een jas aan. In de gang hangen alle jassen in een lange rij. Roy grist zijn jas en die van Nathalie van de haakjes. In de haast vallen een aantal andere jassen op de grond. Nathalie kijkt even achterom en ziet dat Bram hen vanuit de zaal in ogenschouw neemt. Dan duwt Roy met zijn jas over zijn arm de horizontale stang van de nooddeur in en als deze openzwaait rennen ze samen de nacht in. .43 EXT. BOS- NACHT Roy en Nathalie rennen door het bos. Te oordelen naar hun gehijg hebben ze al een aardig eind gerend. De kampeerschuur hebben ze een klein kwartier geleden in alle haast verlaten. Het tamelijk brede pad loopt bergopwaarts en is voldoende verlicht door de maan. Nathalie is behoorlijk uitgeput. Haar benen beginnen zwaar te worden en pijn te doen. Ze grijpt naar haar zij en zet haar tanden op elkaar. NATHALIE Stop, stop! Ik kan niet meer! ROY ( HARD FLUISTEREND) Kom nou! Nathalie zet haar handen op haar knien en buigt licht voorover. Roy keert op zijn schreden terug en kijkt angstig langs haar naar de horizon. Als hij zichzelf er van verzekerd heeft dat ze niet door de duistere demonen achtervolgd worden loopt hij naar haar toe en begeleid haar naar een grote eik. Ze gaan zitten.

92.

NATHALIE Zijn ( hijg)..We veilig? ( hijg). Roy brengt een vinger naar zijn mond. ROY ( ZACHTJES) Niet te hard. Ja. Ik geloof het wel. Voor nu. Nathalie slikt even. NATHALIE Wat gaat er nu gebeuren? ( hijg) We zijn al best ver. ROY Ik weet het niet. Ik heb geen plan. Maar terug gaan kan nu niet, dan is het afgelopen met me. NATHALIE Wat bedoel je? We gaan toch uiteindelijk wel terug? Waar moeten we dan naartoe? ROY Sssst. Niet zo hard, straks horen ze ons. NATHALIE: Wie hoort ons? Waarom vluchten we, leg het me nou uit! ROY Ok, sst. Roy omhelst haar. Hij zoekt naar de juiste woorden. In haar haar zegt hij. ROY Ik heb ze gezien, Nathalie. Het was zo eng, zo akelig. Eerst kon ik alleen nog maar vage donkere vormen zien. Zoals eerder deze week toen we net aankwamen. Maar nu zie ik ze veel scherper. NATHALIE Wat is het? Wat zie je dan precies? ROY Demonen. Hier in de Ardennen.

93.

NATHALIE ( IN LICHTE PANIEK, HUILEND) Oh Roy, dat kan toch niet? ROY Jawel, dat kan wel. Ik denk dat ik het nu ook begrijp. Nathalie bijt op de knokkels van haar hand, ze kijkt even naar de richting waar ze vandaan gekomen zijn. Ze wordt verscheurd door twijfel. Ze ziet de grote liefde van haar nog jonge leven zijn verstand verliezen. Voorlopig geeft ze het nog niet op. ROY Weet je nog wat ik je vertelde? Dat ik het gevoel had dat ik hier eerder ben geweest? Nathalie knikt. Ze huilt zachtjes. ROY In zekere zin klopt dat ook, ik ben hier eerder geweest, maar dan hier. Roy wijst naar zijn voorhoofd. ROY Ik heb een aantal visioenen gehad, en die heb ik in de tekeningen gestopt, dus de tekeningen waren een soort waarschuwing. Ik heb ze alleen nooit op zon manier bekeken. NATHALIE Is dat wat je ziet? Je tekeningen? Maar, dat verzin je toch? Dat is toch niet echt? ROY Ik heb je nooit verteld waarom ik die tekeningen maak. NATHALIE Jawel, om het verdriet over je vader te verwerken. ROY Dat is wat dokter de Jager me heeft wijsgemaakt. En tot vorige week geloofde ik daar ook in, maar de echte reden is anders. Mijn vader heeft het me geleerd. Nathalie kijkt hem zorgelijk aan. Ze veegt even een traan weg met de mouw van haar jas.

94. Roy kijkt voor zich uit, hij haalt een herinnering op en verteld. .44 INT. EWANS WERKSCHUUR- MIDDAG We zijn weer terug in de werkschuur van Ewan. We zien hem aan een werkbank zitten met een pen in de hand. Een felle lamp met verstelbare arm verlicht een bladzijde uit een druk beschreven dummy. Als in trance schrijft Ewan vreemde codes en zinnen op. Dan kijkt hij op van zijn werk en kijkt ons aan( 1e persoon standpunt van Roy als negenjarige). Hij glimlacht. Het volgende beeld laat wat ruwe eenvoudig gestileerde tekeningetjes zien uitgevoerd in blauwe ballpoint van ridders met zwaarden en draken. omgekeerde kruizen, duiveltjes, pentagrammen en codes. Af en toe brengt Ewan een oud transistor radiootje naar zijn oor. Onder de beelden horen we Roy uitleggen. ROY( VOICE OVER) Mijn vader hield in het geheim een boek bij waarin hij bijna elke dag nieuwe dingen opschreef. Het waren verhalen, formules en geheime codes die volgens hem ingefluisterd werden door stemmen. Hij moest dat opschrijven want alleen dan, zei hij, was de balans hersteld en waren we veilig voor het kwaad. Het was een eeuwenoud ritueel dat ook werd uitgevoerd door onze voorouders. Hij probeerde me te leren hoe je moest luisteren naar de stemmen, maar het lukte niet. Ik dacht dat ik er gewoon te jong voor was, maar toen bleek dat het bij mij anders werkte. Ik kreeg geen stemmen en woorden binnen, maar beelden. Het was gewoon een kwestie van rustig zitten voor een leeg vel papier, mijn hoofd leegmaken en dan kwam het vanzelf. Pappa was ontzettend blij maar hij waarschuwde me dat ik het nooit mocht vertellen. Na zijn zelfmoord was ik zo kwaad op hem dat ik het toch deed. Mijn moeder en de dokter hebben me toen duidelijk gemaakt dat pappa erg ziek was en leed aan waanbeelden. Ze zeiden dat mijn tekeningen niets met rituelen te maken hadden maar alles met de dood van mijn vader.

95.

Ik geloofde het, wat kon het anders zijn? Ergens diep van binnen bleef ik vasthouden aan het idee dat ik iets goed deed met de tekeningen. Dat het moest voor de balans in de wereld, je mag tenslotte toch gewoon fantaseren? .45 EXT. BOS- NACHT NATHALIE Waarom zie je dan die demonen? ROY Ik ben sinds de dood van mijn vader nooit lang van huis geweest en ik heb altijd getekend. Deze week is er iets veranderd. Ik voelde het al bij aankomst, maar nu weet ik het zeker. Ik heb het ritueel verstoord en nu komen ze me halen. NATHALIE Hoe weet je zeker dat het echt is? Roy, denk na! Het kan gewoon niet! ROY Toch zag ik ze. Zo helder en duidelijk als jij nu voor me staat! NATHALIE Ja maar...Je vader had last van waanbeelden, hoe weet je dan zeker dat dit anders is? Het is even stil. Roy kijkt even naar de grond en laat zijn schouders hangen, dan naar Nathalie. ROY Dat weet ik niet... Ze omhelzen elkaar opnieuw. Hun voorhoofden raken elkaar. Nathalie begint het gevoel te krijgen dat ze weer wat grip op de situatie krijgt. Ze zoent hem op zijn jukbeen. Hij wrijft over haar schouders. NATHALIE We doen niks overhaast. We blijven hier gewoon even zitten.

96.

ROY Ik heb vannacht nog geprobeerd te tekenen maar het lukte niet, wat ik ook probeerde. Ik ben bang dat het te laat is... NATHALIE Sssssst. Samen zitten ze zwijgzaam onder de eik. De exercitie heeft veel van Nathalie gevergd. Ze kijkt enigszins afwezig voor zich uit en ademt diep. Roy kijkt als een gebeten hond gejaagd om zich heen, alert op elke vreemde beweging of geluid. De wind neemt iets toe en de takken van de oude eik beginnen te kraken. Dan horen ze geritsel in de bomenrij langs het pad zon twintig meter terug. Roy komt langzaam overeind. Nathalie volgt zijn voorbeeld. Een schaduw beweegt zich tussen de bomen, nauwelijks definieerbaar. Dan een tweede daar kort achter. ROY ( ZACHTJES) Nee, nee, nee. Nathalie heeft de geluiden en de schaduwen ook gezien. Ze slaakt een kreet en werpt zich in Roy zijn armen. Roy zijn blik is inmiddels verplaatst naar het midden van het pad. Achter de helling doemt ineens het hoofd op van de duistere maniakale monnik. Stoomwolken van hete adem ontsnappen aan zijn liploze grijns. Kort daarachter verschijnen de andere verdoemden, half glijdend en half lopend. Roy en Nathalie zetten het opnieuw op een rennen. Roy trekt Nathalie van het pad af het bos in en samen rennen ze langs bomen, twijgen en struiken. Nathalie gilt als ze haar arm openhaalt aan een doornen struik. De mouw van haar donkere katoenen jas is ingescheurd en open. Roy kijkt even om en kan hierdoor een jonge boom niet ontwijken. Hij slaat met zijn schouder vol tegen de 10 centimeter dikke stam en rolt over de grond. Nathalie komt bij hem en helpt hem overeind. Roy ontbloot zijn tanden en kijkt angstig achterom. Vanuit de 1e persoon zien we het beeld van boom naar boom schieten en komen Roy en Nathalie met rasse schreden dichterbij. We zien ze overeind krabbelen en verder rennen. Het bos is niet mild voor beide voortvluchtigen. Roy heeft een bloedende wond aan zijn schouder en meerdere striemen in zijn gezicht en armen. Nathalie is een deel van haar mouw inmiddels kwijt en ze heeft een flinke jaap in haar onderarm opgelopen. Links en recht vliegen de takken en twijgen hen om de oren. Inmiddels klinkt op de achtergrond het geraas van een nabijgelegen rivier. Strompelend bereiken ze de rand van de rivier. Roy stapt als eerste er in en wordt dan volledig verrast door de sterke stroming. Hij komt ten val en gaat kopje

97.

onder, het bruisende water in. Vanuit de 1e persoon zien we het beeld vanuit het water omhoogkomen, vanaf de kant staat Nathalie iets te roepen maar ze wordt overstemd door het geraas van het water. Het beeld gaat opnieuw kopje onder en als het weer boven komt gaat dat gepaard met gehoest en geproest van Roy. Het beeld beweegt onrustig maar is gericht op Nathalie die met haar armen uitgestrekt staat. Dan verschijnen achter haar de duistere demonen. Roy schreeuwt naar Nathalie maar krijgt een mond vol water binnen. Als de demonen dreigend achter Nathalie staan horen we een harde klap ( Roy wordt van achteren geraakt door een rots in het water) en wordt het beeld zwart. .46 INT. ACCOMMODATIE 3- NACHT Op een paar lampen na is de zaal donker. Op het podium staan nog wat instrumenten en barkrukken. Enkele leerlingen zijn nog bezig met het inklappen van vouwstoeltjes. Mevrouw Verbeek loopt met een grote blauwe containerzak rond en deponeert de laatste rotzooi er in. Mevrouw Reinders loopt naar Verbeek toe. Die staat te ijsberen in de gang bij de jassen. VERBEEK En? Reinders schudt haar hoofd. REINDERS Ik heb opnieuw bij ze gekeken, maar ze zit er niet bij. Verbeek staat met de handen in zijn zij. VERBEEK Bij de jongens ook niet. ( zucht) En de jassen zijn weg. Verdomme! REINDERS Nou, dan moeten we maar naar buiten. Ach, Het zal wel meevallen. Ze zijn waarschijnlijk gewoon de tijd vergeten. Heb je de mobiel al geprobeerd? VERBEEK Ja. Geen gehoor. Alleen maar voicemail. Dan komt meneer de Vries aangelopen. Naast hem loopt Bram. Hij heeft zijn pyjama al aan.

98.

DE VRIES Toe maar Bram. BRAM Jullie zoeken Roy en Nathalie zeker? VERBEEK Ja, weet jij er iets van? BRAM Nou nee, dat niet. Maar ik heb ze wel weg zien gaan naar buiten. Ik denk zon anderhalf uur geleden. VERBEEK Nou, mooi is dat. Uitgerekend op de laatste avond ! DE VRIES Wacht even Wim. Bram, vertel even wat je net zei over Roy. BRAM Oh. Nou, ik zag van een afstandje dat ze in de gang stonden en het leek wel alsof ze een discussie hadden of zo. En ik vond dat Roy er slecht uitzag. Heel bleek. Uiteindelijk zijn ze heel haastig vertrokken. Ik weet niet of dat iets betekend? VERBEEK Wil je wat voor me doen Bram? ( Bram knikt) Je hebt vast wel een mobieltje toch? Zou je voor mij Roy willen bellen op zijn mobiel? BRAM Dat heb ik al geprobeerd, maar hij neemt niet op. VERBEEK Dat weet ik, maar wil je het toch blijven proberen? En mocht je op een of andere manier in contact komen met hem wil je dat dan meteen doorgeven? Luuk? De Vries knikt. Hij verdwijnt een zijkamer in. Verbeek heeft al een jas aan, hij draait zich naar mevrouw Reinders.

99.

VERBEEK Dan gaan we maar. Jullie redden het wel hier? REINDERS( KNIKT) We houden wel contact, wat doen we als jullie niks vinden? VERBEEK Ik verwacht dat we ze gewoon ergens in de bosjes aantreffen, maar goed. Als we over een uur nog met lege handen staan mag je de jongens van het RM team op het noodnummer bellen.. De Vries komt met twee flinke zaklantaarns aanzetten en twee gele werkhesjes. Hij overhandigd het nodige aan Verbeek. VERBEEK Als je iets hoort, bellen. Vermeer komt bij Reinders staan. Ze verzucht: VERMEER Wat bezielt die kinderen toch? Verbeek trekt zijn kraag omhoog en loopt naar de voordeur. VERBEEK Daar komen we zo achter. Verbeek en de Vries verdwijnen door de voordeur naar buiten. Fade out. .47EXT. BOSSEN- NACHT Het is al behoorlijk laat in de nacht als we vanaf een hoog standpunt door het bos verschillende zaklampen heen en weer zien zwaaien en lopen. Van opzij zien we tussen de bomen door een aantal Belgische dienders lopen, n van hen heeft een hond aan de lijn die zijn neus aan de grond heeft. Af en toe wordt er in het Frans gesproken, zowel in meegebrachte portofoons als af en toe onderling. Verbeek en de Vries lopen grimmig vooruit, af en toe roepen ze de namen van Roy en Nathalie. Bij de kampeerschuur staan twee politiewagens. Een derde wagen met zwaailicht arriveert. Een agent en een inspecteur in een lange jas stappen uit. Ze worden begroet door Reijnders. Tegen de muur van de schuur staan een aantal leerlingen in pyjama met een deken over de schouders toe te kijken.

100. .48 EXT. BOSSEN- NACHT De ochtendschemering is al ingezet. Op een open plek in het bos lopen agenten, een aantal burgers, Verbeek en de Vries vooruit. Twee agenten lopen ondertussen langs een rivier. Een politiehond springt ijverig van rotsblok naar rotsblok, vastberaden iets te vinden. De hond blaft en staat stil bij een gerafeld stuk textiel dat in een tak vlak boven het water is blijven hangen. De agent pakt een lange tak en vist het uit het water. De andere agent spreekt in de portofoon. Aan het einde van het open veld staat Verbeek even stil. Hij buigt zijn hoofd en haalt zijn hand over zijn gezicht. Hij krijgt een schouderklop van de Vries. Verbeek pakt zijn mobiele telefoon en belt naar het thuisfront. Hij grijpt naar zijn voorhoofd en houdt het mobieltje met zijn andere hand tegen zijn oor. De Vries houdt ondertussen een passerende agent staande en legt uit wat zijn collega gaat doen. De agent spreekt in zijn portofoon. De Vries kijkt gespannen naar Verbeek. .49 INT. HELEEN SLAAPKAMER - NACHT Op een digitale nachtklok staat het tijdstip 05:33 te lezen. Op het nachtkastje komt het mobieltje van Heleen rinkelend tot leven. We zien een hand tasten naar de mobiel. Dan als de hand de mobiel vastgrijpt zien we deze onder een deken verdwijnen. Dan komt Heleen met een ruk omhoog. Ze reageert luid. Naast haar draait Richard zich naar de leeslamp aan de andere kant van het bed en knipt hem aan. Hij kijkt slaapdronken naar Heleen. Heleen spert haar ogen wijd open. En hand brengt ze naar haar mond terwijl de ander de mobiel aan haar oor bijna vermorzeld. Ze schudt haar hoofd. Dan legt ze haar hand op haar borst en begint paniekerig te hijgen en te snikken. HELEEN O god nee. Nee! RICHARD Wat is er?! Heleen knikt een paar keer snikkend, ter bevestiging. HELEEN uhuh. ( snik) Ja. Ja. Ok. (snik) Ja, tot zo. Heleen klikt de mobiel uit en begint onbedaarlijk te huilen. Richard pakt voorzichtig haar schouders vast. RICHARD Is er iets met Roy? Heleen, met schokkende schouders.

101.

HELEEN Roy is vannacht weggelopen van het kamp en niet meer teruggekeerd. RICHARD Wat?! HELEEN Ze zijn een zoekactie begonnen, maar ze hebben hem nog niet gevonden. RICHARD Wie had je net aan de lijn? HELEEN ( snik) De directeur van de school. Hij komt deze kant op. Vanuit een kamer naast hun klinkt het gehuil van Emily. Heleen staat snikkend op en lijkt even te twijfelen. RICHARD Ga maar. Ik zet wel koffie. Heleen gaat door de slaapkamerdeur naar de gang.

.50 EXT. ACCOMMODATIE 3- OCHTEND Het is morgen. Op een parkeerterrein staat de bus klaar voor vertrek. De chauffeur staat een sigaret te roken terwijl Reijnders de leerlingen de bagage in de laadruimte laat stoppen. De leerlingen volgen gelaten de instructies op. Vermeer staat bij de ingang van de bus en streept namen door van leerlingen die in de bus stappen. Bij de kampeerschuur zien we van een afstand hoe Bram hevig staat te gebaren naar Verbeek die met de handen in de zij naar de rand van het bos staart. Stefan trekt Bram aan zijn armen naar achteren en kalmeert hem. Johan zit met zijn grote rugtas tussen zijn benen verslagen op een bankje. Hij staart wat voor zich uit. Jetta komt voor hem staan en legt haar hand op zijn schouder. Hij kijkt even op naar haar. Dan staat hij op en loopt samen met Jetta weg naar de parkeerplaats. Bram raapt uiteindelijk zijn rugtas op, maakt een wegwerpgebaar en loopt richting bus. Stefan volgt hem.

102. . 51 EXT. RIVIER- OCHTEND Een agent klimt met moeite over een paar hogere rotsblokken die zijn route langs de rivier versperren. Dan ziet hij iets bewegen achter een stuk bergwand. Hij loopt een ondiepe grot in en daar ziet hij een meisje met opgetrokken knien hem angstig aankijken. Het is Nathalie. Ze heeft gescheurde kleren en over haar gezicht en armen zitten schrammen en builen. Haar zware make up is uitgelopen en geeft haar een extra dramatische holle blik in de ogen. De agent gaat voorzichtig door zijn hurken en schreeuwt iets over zijn schouder. AGENT Gilles, Vite! La fille est ici! Hij gebaart Nathalie bij hem te komen. . 52 EXT. ONVERHARDE WEG/ ACCOMMODATIE 3- OCHTEND Even later zien we Nathalie met een deken over zich heen achter in een ambulance zitten. Een broeder verbindt haar wonden. Nathalie kijkt met een afwezige blik voor zich uit. Twintig meter voor de ambulance staat een inspecteur met een telefoon in de hand. Naast hem wordt de nachtploeg afgelost door een verse groep agenten. INSPECTEUR ( MET ZWAAR WAALS ACCENT) Monsieur Verbeek? Met Flamonte. We hebben het meisje gevonden. Ze heeft wat kleine verwondingen en is in lichte shock, maar ze lijkt verder ongedeerd. Ze wordt nu onderzocht. Verbeek staat bij de houten picknicktafel voor de kampeerschuur. Reinders komt naar hem toegelopen terwijl hij inspecteur Flamonte te woord staat. Ze kijkt hem verwachtingsvol en gespannen aan. Verbeek kijkt even naar Reijnders. VERBEEK Het meisje is terecht. En de jongen? Reijnders slaakt een zucht van verlichting. INSPECTEUR Van de jongen ontbreekt nog ieder spoor. We concentreren ons nu meer op de rivier en de stuwdam. Een ploeg met duikers is al onderweg. Het meisje heeft verteld dat hij in de rivier gekomen is.

103. VERBEEK Kan ik haar spreken? INSPECTEUR Zoals ik al zei monsieur, het meisje is in shock. Ik vrees dat we voorlopig geen nieuwe informatie uit haar kunnen krijgen. We weten nog steeds niet wat er is voorgevallen. VERBEEK Ze zal toch wel iets gezegd hebben? Heeft hij haar iets aangedaan? Is hij een verdachte? INSPECTEUR Het meisje maakt een zeer verwarde indruk. Ze spreekt over demonen in het bos en dat ze fysiek aangevallen is door onzichtbare krachten. We weten niet of ze daarmee de jongen bedoelt. Het kan door de shock komen. Allez, misschien hebben ze wel drugs gebruikt. Op dit moment kunnen we dus niets uitsluiten. VERBEEK Goed. Ze is in ieder geval terecht. Nu maar hopen dat Roy gevonden wordt. INSPECTEUR Inderdaad. VERBEEK We hebben bijna iedereen in de bus zitten. We wachten alleen op een sein dat ze kunnen vertrekken. Hebt u iemand nog nodig? INSPECTEUR We hebben iedereen ondervraagd dus prima. Zij kunnen gaan. Mijn collega zal u verder te woord staan, monsieur Verbeek. Ik spreek u later. VERBEEK Dank u. Verbeek knikt naar Reijnders. Deze draait zich om naar de bus en steekt haar duim omhoog. Een agent richt zich inmiddels tot Verbeek. De bus rolt langzaam van het parkeerterrein af. Door de achterruit zien we Bram naar buiten kijken.

104. .53 EXT. BOSSEN- AVOND In de avondschemering zien we inspecteur Flamonte naast de rivier op zijn lip bijten en op zijn horloge kijken. Achter hem zijn twee duikers de dieper gelegen gedeeltes van de rivier aan het onderzoeken. Even verderop zijn agenten met lange stokken in de bosjes aan het prikken. Flamonte kijkt even om naar een collega, deze schud even kort met zijn hoofd. Flamonte maakt even een cirkelbeweging met zijn vinger in de lucht. Dan spreekt hij in een portofoon. Vanuit een helikopter zien we het bos en de rivier liggen. Vaag zijn hier en daar lichtstralen van zaklampen aanwezig. Op een open plek staan sterkere lampen, een paar autos, waaronder politiewagens en een grote witte tent. Na een Frans commando dat door een portofoon schalt, zwenkt het beeld naar links. Het beeld vliegt over boomkruinen, dennen en lage bergen. Fade out. .54 EXT. DORP- MIDDAG Links in beeld zien we een houten telefoonpaal waar een vergeelde vermist poster met Roys gezicht op vastgenageld zit. De plastic folie heeft niet kunnen voorkomen dat er water in gelopen is. Het is moeilijk leesbaar. Het papiertje flappert in de wind. In beeld verschijnt een titel: 1 JAAR LATER Op de achtergrond is een eenvoudig winkeltje zichtbaar. Een paar bakken met groente en fruit staan onder een oranje luifel. Verder staan er wat emmers met boeketten bloemen. Een vrouw met halflang piekerig haar achterover gekamd in een brede haarband loopt samen met een kind aan de hand naar een emmer, vist er een bos uit en loopt dan het winkeltje binnen. Het is Heleen. Rechts in beeld is net de achterkant van Richards auto zichtbaar. Deze loopt stationair te draaien. . 55 INT. WINKELTJE - MIDDAG Een eenvoudig belletje klinkt bovenaan de deur. Heleen legt het boeket op de toonbank en pakt haar portemonnaie uit haar handtas. Ze draagt een grote zonnebril. HELEEN Nog twee pakjes Galloises, o, wacht.. Heleen loopt naar een emmer met rode rozen en haalt daar drie losse exemplaren uit. Ze loopt naar Emily die bij de tijdschriften staat.

105.

HELEEN Emily, geen boekjes nu. Kom. Emily protesteert. Heleen legt de roosjes op de toonbank en rekent af. Dan loopt ze door de deur naar buiten met een hangende Emily aan de hand. Richard laat de auto dichterbij rollen. .56 EXT. BRUG OVER DE RIVIER- MIDDAG We zien Heleen en Richard op de rug over de brugleuning hangen. Emily staat tussen hen in. Ze gooit kleine steentjes in het water. Aan n van de houten pijlers hangt het boeketje bloemen uit de winkel. Heleen snuift even. Ze raapt wat moed bijeen. RICHARD Je hoeft dit niet te doen. Misschien is... HELEEN Nee...Hij is er niet meer. Als moeder voel je dat. Heleen onderdrukt even een snik. Ze haalt haar hand langs haar neus. Ze draait de steel van de roos tussen duim en wijsvinger en staart over de rivier die volgens haar het leven van haar zoon geclaimd heeft. Richard streelt haar rug zachtjes. Dan gooit ze de Roos door de lucht het water in. Ze geeft een tweede roos aan Emily en spoort haar aan deze ook in de rivier te werpen. Emily protesteert even maar krijgt van Richard, die door zijn hurken is gegaan, een toffee aangeboden. Richard gooit tenslotte zijn roos. RICHARD Kom maar kleintje. Richard tilt Emily op en loopt naar de auto. Heleen blijft nog even bij de leuning staan. Ze staart voor zich uit. HELEEN Dag lieve jongen. Het beeld gaat langzaam naar het kolkende water. .57 EXT.RIVIER EPILOOG Het beeld loopt over in kolkend water bij nacht. Het beeld beweegt tussen rotsblokken en takken door naar de met stenen bedekte oever waar twee armen langzaam in de stroming wiegen. We herkennen de groen doorweekte mouwen. Al gauw komt een bovenlijf in beeld. Een hoofd draait moeizaam om en komt in beeld. Het is Roy. Hij komt -NACHT

106.

langzaam bij bewustzijn. Kreunend en steunend voelt hij even aan zijn achterhoofd en komt dan beetje bij beetje overeind. Hij sleept zichzelf de oever op. Als hij probeert te staan protesteren zijn spieren, hij zakt even door een knie. Hij richt zich op en kijkt verdwaast om zich heen. Roy ziet er gehavend uit. Een oog zit bijna dicht en hij heeft een flinke snee aan de zijkant van zijn gezicht. Zijn lip is opgezwollen. Hij kijkt naar de overkant van de rivier maar daar kan hij niets ontdekken. Dan schrikt hij op van het geluid van knappende takken uit de bossen achter hem. Hij voelt een zware hand op zijn schouders vallen. Hij pakt de hand even vast en sluit zijn ogen. ROY Pap. De hand knijpt even in zijn schouder en Roy draait zich met moeite om. Het blijkt niet zijn vader te zijn maar Jacob Rinker, de hoofdpersoon uit het eerste deel maar dan in zijn getransformeerde vorm. De zwarte Djin kijkt Roy meewarig aan. Dan maakt het een uitnodigend gebaar met zijn arm. Roy volgt de beweging met zijn ogen. Links en rechts komen de verdoemde duistere demonen te voorschijn. De herrie van de rivier zwakt af en maakt plaats voor een knarsend gezoem. Roy zet strompelend een paar passen vooruit, de demonen gaan voor hem aan de kant. Het landschap is veranderd in een surrealistisch schilderij dat zo uit de fantasie van een Vlaamse primitief zou kunnen komen. De bomen steken zwart en dood af tegen de onstuimige rode lucht waar grijze en okerkleurige wolken langs zweven. We zien vaag door het beeld nog een hint van de werkelijke wereld. Hier en daar zien we een stuk donkerblauwe lucht. Achter de demonische horde zien we de rivier stromen. Het pad dat Roy volgt heeft enkele zijwegen. Vanuit verschillende richtingen komen er meer verdoemde zielen bij. Sjors, de hoofdfiguur uit deel 2 kijkt verward en angstig om zich heen en houdt angstvallig zijn ellebogen vast. Hij heeft nog geen vat gekregen op de omstandigheden. Dan, Als hij de stoet in een bepaalde richting ziet lopen, lijkt hij het te begrijpen. Hij draait zich om en we zien op zijn rug een netwerk van wortels, twijgen en verrotte bladeren zitten. Vanaf een hoog standpunt zien we hoe de Djin, Roy en Sjors een pad oplopen dat langzaam overgaat in traptreden. Dan zien we van een afstand hoe ze een deur bereiken dat in de lucht lijkt te zweven. Naast de deur staat de duistere monnik. Als deze de deur opent komt er een oogverblindend wit licht uit. De Djin stapt opzij. Sjors duwt Roy even opzij en loopt door de opening. Roy kijkt nog even meewarig achterom, een laatste blik naar de wereld die hij achterlaat, loopt het oogverblindende licht in en verdwijnt.

107.

EINDE

You might also like