You are on page 1of 5

il p e

g o o

En toen was ik alles kwijt. Ik was 27 jaar, en vanaf mijn tienerjaren altijd ondernemend geweest. Als padvinder was ik begonnen met outdooractiviteiten voor bedrijfsleven en scholen, en geleidelijk was dat uitgegroeid tot een mooi bedrijf met leuke mensen in dienst en een enthousiaste ploeg oproepkrachten. Door stommiteiten van mezelf (te goed van vertrouwen) en een zeer welwillende bank die mijn vader een hoop garanties had ontfutseld, slaagden een paar mensen erin om me mijn bedrijf afhandig te maken en me achter te laten met een schuld van een paar ton, in guldens. Ik kwam in de WSNP terecht als een van de eersten in Nederland. Ik kreeg een bewindvoerder, een beginnend advocaat met veel ambitie, die mijn post openmaakte en me allerlei bizarre regels oplegde. De pech voor hem was dat ik zolang ik me herinner ondernemend gedrag vertoon en altijd wel een manier vind om iets gedaan te krijgen. Ik werd geacht geld te verdienen voor de boedel, maar mocht geen kosten maken. Daar word je vanzelf super creatief van, dus in no time had ik een bedrijfje op poten gezet waarbij alle kosten door anderen werden betaald, in ruil voor kennis, contacten en ideen, terwijl er wel geld naar de boedel vloeide. Net in die tijd bedacht ik dat ik een hunebed wilde bouwen in zestien dagen tijd, een idee dat al snel uitgroeide tot een complex tijdrovend project dat twee jaar van mijn

leven zou kosten, maar in alle opzichten de moeite waard was. Ik kreeg een hoop geld bijeen voor de stichting, vanwaaruit ik dan een bescheiden maandvergoeding kreeg, die ten bate van de boedel kwam. Niet ver voor de daadwerkelijke start van de bouw had ik geld bijeengebracht om met de schuldeisers tot een akkoord te komen en de rechtbank hief, nadat ik aan alle procedures had voldaan, de WSNP-status op. In korte tijd veel wijzer geworden besloot ik een ander soort ondernemer te worden. Niet het bouwen van een onderneming met goede klanten en veel personeel zou centraal staan, maar een bedrijf dat een vehikel zou zijn voor mijn eigen interesses en talenten. In al die jaren was het verbinden van mensen, informatie en ideen de kern geweest van mijn activiteiten, iets wat ik inzette ten behoeve van het oplossen van vraagstukken, het creren van kansen en het aangaan van grote uitdagingen (zoals het bouwen van een hunebed). Ik besloot niet meer vr klanten te willen werken, maar alleen maar mt mensen met wie het klikt. Ik ontdekte langzamerhand dat het gehele westerse beloningsconstruct gebaseerd is op het ruilen van tijd voor geld. Dit hebben we ingevoerd na de industrile revolutie, als vervanging van stukloon, dat was gebaseerd op werken met je handen. Inmiddels werken we steeds meer met ons hoofd en ik vind het nog altijd raar dat we elk uur evenveel waard lijken te zijn. Veel slimme adviseurs, die ik regelmatig spreek, zien soms binnen anderhalf uur wat het probleem is, om vervolgens nog veertig uur lang te doen alsof, voordat ze een passende rekening mogen sturen. Ik besloot het hele concept van geld vragen voor mijn kennis, ideen en contacten los te laten, om te kijken wat er zou gebeuren. Terwijl iedereen me voor gek verklaarde, bedacht ik dat

Jeremy Rifkin met zijn boek The Age of Access weleens eens een punt kon hebben. Wat nu, als toegang belangrijker gaat worden dan bezit? (Waarom zou je een hele muziekcollectie op cd willen bezitten, als je via Spotify toegang kunt hebben tot veel meer muziek voor maar 10 euro per maand?) Ik ben flink gaan experimenteren, en ontdekte dat als je denkt vanuit toegang, er ineens veel meer mogelijk is. Een auto bezitten, terwijl je er genoeg kunt lenen? Boeken kopen, terwijl je uitgevers kunt helpen met ideen, die ze vervolgens met plezier compenseren met zoveel boeken als je wilt? In een netwerk- en informatiesamenleving die steeds meer draait om toegang en steeds minder om bezit, wordt het voor deurwaarders en belastingdienst een stuk lastiger om beslag te leggen. De kosten om een bedrijfje te beginnen zijn lager dan ooit, vooral in de dienstensector. De tijd dat je een pand, auto, pak, huisstijl en website nodig had om berhaupt serieus genomen te worden, loopt langzamerhand op zijn eind. Grote, logge organisaties met afreken- en controlemechanismen lopen vast: er gaat te veel tijd verloren aan het voorkomen van fouten (in veel gevallen een goed idee overigens), het camoufleren van fouten en het schuiven van fouten in de schoenen van een ander, met alle gevolgen van dien. Daartegenover staat een wereldwijde zwerm denk- doeners met toegang tot gratis en krachtige ICT, die al klooiend en vallend en opstaand tot inzichten en ontdekkingen komen in een tempo dat grote organisaties nooit meer kunnen bijbenen, hoeveel geld en macht ze ook hebben. In de zwerm tellen de fouten minder, zijn crises kansen en is er ruimte voor snelle wendingen. We zijn beland in een era waar geld nog steeds prima werkt, maar tevens een hoop gedoe oplevert, terwijl er op

makkelijke wijze aan spullen en diensten te komen is via het netwerk en sociaal kapitaal dat je hebt opgebouwd. Ik voorspel dat de ondernemers die geleerd hebben dat op je bek gaan minder dramatisch is dan het lijkt, de succesvolle ondernemers van morgen worden. Martijn Aslander

You might also like