You are on page 1of 1

1

ADVIEZEN GEBRUIK VAN ANTIVIRALE MIDDELEN BIJ PANDEMIE DOOR NIEUWE INFLUENZA A (H1N1) VERSIE 1.4a
2
Categorie Uitwerking Pag)

(1) Patiënten die behoren tot


griepvirusspecifieke risicogroepen. • Er zijn nog onvoldoende argumenten om een Nieuwe Influenzavirus-specifieke risicogroep te definiëren. 15

(2) Patiënten met onderliggende • Patiënten met afwijkingen en functiestoornissen aan de luchtwegen of de longen. Hiertoe behoren onder andere patiënten met
medische condities (‘klassieke’ emfyseem, astma, ook als zij jonger zijn dan 18 jaar, of bv ernstige neuromusculaire stoornissen. 15
risicogroepen). • Patiënten met een ernstige, acute of chronische, stoornis van de hartfunctie.
• Patiënten met diabetes mellitus.
Start therapie <48 uur na koorts. • Patiënten met chronische nierinsufficiëntie (inclusief patiënten die behandeld worden met hemodialyse en chronische
ambulante peritoneale dialyse (CAPD), en mensen die een niertransplantatie hebben ondergaan).
• Patiënten die recent een beenmerg- of orgaantransplantatie hebben ondergaan.
• Personen met een verstandelijke handicap in intramurale voorzieningen.
• Personen met verminderde weerstand tegen infecties (bv door levercirrose, (functionele) asplenie, auto-immuunziekten en
behandeling met chemotherapie); zie ook groep (3).
• Kinderen en adolescenten die langdurig salicylaten gebruiken.
• Personen met HIV infectie zónder indicatie voor PCP profylaxe (zie anders groep (3)).
• Personen van 60 jaar en ouder.
(3) Patiënten met een ernstig • Patiënten met a- of hypogammaglobulinaemie.
gestoorde afweer die bij doormaken Bv: Bruton’s X-linked agammaglobulinaemie; common variable immunodeficiency; en de hypogammaglobulinaemie secundair 16
van griep een verhoogd risico lopen aan chronisch lymfatische leukemie; Morbus Kahler stadium II-III; behandeling met anti-CD20 Mab zoals Rituximab.
op complicaties van de griep. • Patiënten met een ernstig defect van hun cellulaire afweer.
Bv: na allogene beenmergtransplantatie; Morbus Hodgkin (de eerste 5 jaren na een behandeling inbegrepen); langdurige
Start therapie liefst zo snel mogelijk, lymfopenie na chemotherapie of gebruik van Mab zoals ATG en OKT3; langdurig gebruik van glucocorticosteroiden (of
maar ook nog na 48-72 uur na koorts. cumulatieve dosis van equivalent van 1000 mg prednison) of methotrexaat; HIV-patiënten die wegens een sterk verlaagd CD4-
3
Patiënt krijgt bij voorkeur tevoren getal (bv CD4<200mm ) een indicatie voor PCP profylaxe hebben; gebuik van anti-TNFalpha Mab (Infliximab, Etanercept of
oseltamivir recept én instructies Adalimumab) in combinatie met methotrexaat; en patiënten na solide orgaantransplantatie die een immuunmodulerende of
wanneer met innemen te beginnen. suppressieve therapie ondergaan.
(4) Kinderen jonger dan 2 jaar. • Kinderen jonger dan 2 jaar.
Start therapie <48 uur na koorts. NB: Kinderen <3 maanden dienen onder medische supervisie, in het ziekenhuis te worden behandeld. 18

(5) Zwangeren in het derde trimester.


Start therapie <48 uur na koorts. • Zwangeren in derde trimester (of eerder als diafragmahoogstand ademhaling belemmert, bv bij meerlingen) 18

(6) Personen die een gecompliceerd • Personen met griepverschijnselen waarbij de griepinfectie ongewoon ernstig en/of gecompliceerd is, en/of ziekenhuisopname
beloop van de griep hebben en/of in nodig is. 20
het ziekenhuis opgenomen worden. • Personen die naast de griep een complicatie krijgen. Het gaat dan vaak om een secundaire bacteriële bronchopneumonie of
Ook meer dan 48 uur na koorts kan de longontsteking, of een viruspneumonie.
behandeling starten.

1
Zie voor het volledige advies: “Neuraminidaseremmers bij pandemie door Nieuwe Influenza A (H1N1)”: www.rivm.nl/nieuwe-influenza/artsen
2
Zie pagina in advies

You might also like