You are on page 1of 1

26 518 Aanbeveling van de Commissie van Aanbeveling

Nationale ombudsman
Nr. 1 BRIEF VAN DE VOORZITTER
Aan de leden
Den Haag, 10 mei 1999
Bij brief van 23 april heeft de Vice-President van de Raad van State mij
een lijst doen toekomen van drie kandidaten in volgorde van voorkeur.
Deze lijst is in gezamenlijk overleg opgesteld door de Vice-President zelf,
de President van de Hoge Raad der Nederlanden en de waarnemend
President van de Algemene Rekenkamer, die gezamenlijk ingevolge artikel
2, tweede lid, van de Wet Nationale ombudsman, de Commissie van
Aanbeveling Nationale ombudsman vormen.
Ik heb 60 sollicitatiebrieven ontvangen en doorgegeven aan de
Commissie. De Vice-President deelt mij in zijn brief mee dat de Commissie
elf kandidaten voor een gesprek heeft ontvangen. De gesprekken zijn door
de Commissie gevoerd in haar oorspronkelijke samenstelling, met mr.
H. E. Koning als President van de Algemene Rekenkamer. In de verga-
dering waarin de aanbeveling is vastgesteld, was de heer Koning op
verzoek van de Commissie als adviseur aanwezig. De Commissie heeft,
voor haar gedachtenvorming over de eisen die in de komende jaren aan
het ambt zullen worden gesteld, een onderhoud gehad met de huidige
Nationale ombudsman en met enkele vertegenwoordigers van het Bureau
van de Nationale ombudsman.
De lijst luidt:
1. Mevrouw mr. W. Sorgdrager
2. De heer prof. mr. R. Fernhout
3. De heer mr. M. H. J. M. van Kinderen
Ik heb aan de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijks-
relaties gevraagd om de benoeming door de Kamer voor te bereiden.
De Voorzitter van de Tweede Kamer,
Jeltje van Nieuwenhoven
Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 19981999
KST35094
ISSN 0921 - 7371
Sdu Uitgevers
s-Gravenhage 1999 Tweede Kamer, vergaderjaar 19981999, 26 518, nr. 1

You might also like