You are on page 1of 3

BER hc 1

- VK nam het initiatief voor USE zonder VK.


- Benelux (1947).
- OEEC (1948). Organisatie om de marshallhulp te verdelen, en voor economisch herstel.
Europa als bolwerk tegen SU. In 1969 vervangen door OECD.
- RvE (1949). Is intergouvernmenteel en daardoor niet daadkrachtig.
Mensenrechtenvereniging.
o EVRM (1950). Protocollen izjn aanhangsels bij het verdrag met hetzelfde effect als
een verdragswijziging. Dit verdrag heeft een hof en daardoor daadkrachtiger.
- EGKS (1951). Schumanplan (9 mei 1950). Eerste deels supranationale verdrag.
o Instellingen. Hoge authoriteit (Commissie). Eerste supranationale institutie,
onafhankelijk van de lidstaten.
o Gemeenschappelijke markt voor kolen en staal. Fr, De, BeNeLux, It.
o In werking gebracht in 1952. Onderhandeling, ondertekening, ratificatie,
inwerkingtreding.
- EEG en EGA (Euratom)
o EDA (Militaire samenwerking) mislukte
o Plan Beyen; rapport Spaak. Als EDA is mislukt, waarom niet economisch gaan
samenwerken. Volledige vrije markt, niet alleen kolen en staal.
o EEG (1957). Ondertekend door de zes EGKS leden en trad in 1958 in werking.
Gemeenschappelijke markt moest in 12 jaar tot stand komen.
o EGA/Euratom (1957)
o Instellingen. Bij elkaar gevoegd in 1967 (Douane unie?). De commissie (dagelijks
bestuur, wetsontwerpen, onafhankelijke personen van lidstaten) kreeg de
bestuurstaken van de Hoge Autoriteit. Raad (ministers), Parlement
(vertegenwoordigers van de volkeren), Commissie, HvJ (rechtsspraak).
o Wijzigingen. Dus fusie in 67.
o Reactie: Europese Vrijhandels-Associatie (EVA)
o EG: Europese Gemeenschappen (EGKS, EEG, EGA), en na v vna Maastricht: EEG.
o Je mag alleen lid worden als je democratisch bent en je aan de mensenrechten
houdt.
Europese Gemeenschappen
- Supranationaal Karakter
o Gemeenschapsrecht
o Supranationaal
A. Onafhankelijke organen
QMV
Toezicht op nakoming
Eigen rechtsorde
o Rechten voor particulieren (Van Gend en Loos)
o Voorrang Europees recht (Costa/ENEL)
o Constitutionele rechtsorde, de rechter kan er aan toetsen (we hebben dan wel niet
een grondwet).
Van EEG naar EU
- Toekennen van meer bevoegdheden aan de EEG door:
o Intrekken verdrag en vervangen door nieuw verdrag; of
o Wijzigingen in het bestaande verdrag
- Voorstellen voor een EU:
o Ontwerpen (tindemans, 1975)
o SEA (1986). Meer QMV, en een datum voor de verwezenlijking van de vrije markt,
versterking van het EP. (31 december 1992).
o Verdrag van Maastricht (1992)
Herziening EEG-verdrag. Toevoeging van allerlei niet-economische
onderwerpen. Stappenplan voor EMU (ook Euro), instelling EU burgerschap,
ruimere bevoegdheden voor het EP.
Intergouvernementele samenwerking
Oprichting van de Europese Unie (TEU verdrag?)
Drie pijlers. CFSP (GBVB), JHA (SJBZ), EU (EEC, word nu EC (enkelvoud),
Euratom, EGKS). Mengelmoes van intergoevernementele en supranationale
samenwerking.
o Volgens EEG had de interne markt in 1970 af moeten zijn, door te weinig QMV ook.
Toen constatering dat het niet goed ging, economie ging niet goed.
- 4. Verdrag van Amsterdam (1997). (ook al voorbereiding voor toetreding Oost Europa, maar
was niet gelukt).
o Verdragswijzigingen
Eerste pijler: EG, interne markt, EMU, visa, asiel, immigratie, civiele
samenwerking
Tweede pijler: CFSP
Derde pijler: politile en justitile samenwerking in strafzaken (PJSS), JHA
(SJBZ) zonder visa, asiel, immigratie en civiele samenwerking, want dat wordt
supranationaal.
Nauwere samenwerking. Niet gelukt want lidstaten wilden geen macht
inleveren. Sommige samenwerking bij JHA werden overgeheveld naar EC
pijler. Strafrecht blijft bij JHA. Hernoemd naar PJC (PJSS).
Er wordt vastgelegd in de doelstellingen van de EU komt het concept
rechtsstaat erbij.
Hernummering
- 5. Verdrag van Nice (2001). Nieuwe pogingen om toetreding oost europa voor te bereidens
o Verdragswijzigngen. Commissieledental zou worden ingeperkt.
o EU-handvest van de grondrechten (2000), nog zonder rechtsmacht, maar was al een
verklaring.
o Europese Conventie (2002-2003), onder leiding van Giscard dEstaing. Moet
nadenken over de toekomst van Europa -> grondwet voor Europa (2004) -> ratificatie
problemen, referenda.
- Inwerkingtreding van het verdrag van Lissabon in 2009.
o Nieuwe structuur
o Constitutionele vernieuweing
o Unierecht.
Supranationaal: Interne markt, EMU, Ruimte voor vrijheid, veiligheid en
rehct (RVVR), inclusief en (PJC) PJSS, enz.
Intergouvernementeel: CFSP.
TEU en TFEU. (Handvest van de grondrechten, sinds lisboa bindend) (en
EGA).
o Normenhirarchie
EU-verdragen
Internationale ovks v. EU
Secundaire wetgeving: verordeningen (directives), richtlijenen (regulations),
belsuiten
Niet-wetgevingshandelingen: gedelegeerdeb besluiten etc. en
uitvoeringshandelingen.
Soft law: adviezen, aanbevelingen, beleidsregels, procedure-regels. Kan
bindend zijn: inter-institutionele overeenkomsten, besluiten, Open Method
of Coordination.

You might also like