You are on page 1of 1

Vertaaloefening

Ik ben niet gauw jaloers. Denk ik. Maar op Jos ben ik wel jaloers. Eigenlijk niet op Jos zelf, maar op het feit dat hij in rokerige kroegen in Utrecht zo prachtig de blues improviseert op de piano waarbij dromerige vrouwen tegen de piano komen leunen. Destijds pingelden we allebei ongeveer op dezelfde manier. Het schoot niet op en we namen allebei pianoles. Met hetzelfde doel: die kroegen, dat plezier om jezelf helemaal te kunnen geven in je muziek en natuurlijk ook die vrouwen. Jos kreeg een pianoleraar, die naast Jos ging zitten, vroeg naar zijn ambities en vroeg of Jos wat wilde pingelen. Al snel gaf hij een kleine aanwijzing zodat het aantal akkoorden tot drie uitbreidde, hetgeen Jos in extase bracht, nu hij zo prachtig en gevarieerd de linkerhand kon laten begeleiden. Eindeloos varieerde hij met de drie akkoorden en wilde al voorgoed afscheid nemen van de leraar nu hij deze mate van virtuositeit bereikt had. Maar de leraar prees niet alleen de grote vooruitgang en uitte niet alleen het zichtbare genoegen over zo veel spelvreugde, maar suggereerde een volgende kleine wijziging in de setting van de rechterhand, waardoor Jos bijna het orgastische genoegen smaakte om eindelijk zijn diepste emotie tot volle klank te brengen. Nadat de leraar afscheid had genomen en Jos hem smeekte terug te komen, bracht hij uren in trance door achter de piano en oefende al de nieuwe varianten met een duizendkoppig publiek achter zich. Na twee uur stond hij op en nam het klaterend applaus van het tienduizend man gegroeide publiek in ontvangst. Mijn pianolerares keek misprijzend naar mijn wat kleine handen en gebood mij de vingers zo ver mogelijk te spreiden over de toetsen (nee, niet indrukken!) en dit gebaar 15 keer te herhalen. Je zult erg veel moeten oefenen zuchtte zij in het besef dat het haar heel veel moeite zou kosten mij over een jaar op de voorspeelavond van haar praktijk de eerste zes maten van de Jugendsonate van blad te laten spelen. Vol afgrijzen constateerde zij immers ook dat ik niet eens noten kon lezen. Maar een gerichte didactiek van eindeloze oefeningen met de rechter hand in de juiste setting zou daar wel verandering in brengen. Hoe had ik ooit kunnen denken dat pianospelen leuk zou zijn! Ik verloor Jos uit het oog en het genoegen in pianospelen. Totdat ik een jaar later op die avond in de kroeg Jos achter de piano zag zitten en de scheurende blues zich mengde met de rook en de bewondering van de vrouwen. Maar eigenlijk wilde ik het over het onderwijs in de talen hebben.

Ben van der Hilst verschenen: Van twaalf tot achttien, februari 2008

You might also like