Professional Documents
Culture Documents
Mentor
Datum
Groep
Aantal lln
Yvette Lemmens
20/03/2015
4A
29
Persoonlijk leerdoel:
Ik wil in deze les orde kunnen houden en letten op mijn taalgebruik. Ik ben me er niet van bewust dat ze niet de woordenschat hebben die ik gewend was van groep 7.
Lesdoel(en):
Kunnen de kinderen na deze les zelf woorden bedenken bij de spellingsregels van de
spellingskaarten die in de klas hangen?
Kunnen de kinderen na deze les samen een onderlinge overeenstemming zoeken?
Kunnen kinderen na deze les elkaar aanmoedigen?
Kunnen kinderen elkaar na deze les feedback geven?
Beginsituatie:
In mijn klas zitten 29 kinderen tussen de 7 en 8 jaar. De klas heeft niet zon hele lange concentratie en is snel afgeleid. Ze kunnen ook erg onrustig worden. Ze zijn wel
erg enthousiast. De kinderen zitten in de periode van de beginnende geletterdheid. Ze hebben al klankzuivere woorden gehad, en zijn ook bezig met de nietklankzuivere woorden.
De spellingsdidactiek voor de groep 4
- Denkregels bij spellingpatronen
- Instructieprincipes en spellingstrategien
Ze hebben met alle vier de instructieprincipes al kennis gemaakt
Klankzuiver :
luisterprincipe ( je schrijft het woord zoals je het hoort.)
Niet klankzuivere woorden
- Analogieprincipe ( je vergelijkt het te spellen woord met een ander woord)
- Regelprincipe (je past een regel toe op het te spellen woord)
- Imprentingsprincipe (de spelling an dit woord moet je gewoon onthouden)
Het is belangrijk om de denkregels bij de spellingpatronen te blijven herhalen.
Spelling tot nu toe aangeboden:
- klankzuivere woorden m-k-m, mmkm, mkmm, mmkmm, mmmkm, mkmmm
- dubbelklank: oe ui etc
- samengestelde woorden
- ei-ij
- aai-ooi-oei
- eer-oor-eur
- eind -d
- verkleinwoorden: je-tje-pje
- "stomme e": zwarte mieren
- "stomme e": ge-be-ver
- eeuw-ieuw-uw
Ik zet de kinderen in tweetallen in de groepjes waar ze nu ook zitten. Ik vind dat goede combinaties en ik wil dat die kinderen goed met elkaar kunnen samenwerken.
Kerndoel 11
De leerlingen leren een aantal taalkundige principes en regels. Zij kunnen in een zin het onderwerp, het werkwoordelijk gezegde en delen van dat gezegde
onderscheiden. De leerlingen kennen:
- regels voor het spellen van werkwoorden;
Lesverloop
Tijd
Leeractiviteit
leergedrag leerling(en)
/
Materialen / Organisatie
Dobbelstenen
Werkblad
schrijfblaadje
20 minuten Kern
5 minuten
Evaluatie
Wie vond het fijn om zo te werken?
Wie heeft er veel van geleerd?
Wat ging goed?
Wat ging minder goed?
Afsluiting
Dobbelstenen
Werkblad
schrijfblaadje
Verantwoording
Ik begin met afspraken te maken, zo weten ze wat ik van ze verwacht en kan ik consequent handelen als het nodig is. Ik geef instructie aan
de kinderen over het dobbelspel. Ik laat eerst de opdracht uitdelen zodat ze alvast mee kunnen lezen. De dobbelstenen laat ik pas na mijn
uitleg uitdelen. Ik ga niet op de regels omdat ze die al horen te kennen. Deze les is vooral bedoelt om de regels die ze kennen te
automatiseren en toe te passen. Ik heb uit de theorie van Portaal dat het erg belangrijk is om de spellingpatronen te herhalen. De kinderen
oefenen de spellingpatronen via analogie. De kinderen maken gebruik van de overeenkomsten met andere woorden. Elk spellingpatroon
heeft een grondwoord (bijv leeuw.) De kinderen gaan via associatie nieuwe doelwoorden spellen (bijv. meeuw, geeuw.) Door woorden met
hetzelfde spellingpatroon na te schrijven, slijpen de kinderen die patronen geleidelijk aan in .
Dit wil ik op een leuke manier doen door middel van een dobbelspel. Hierbij moeten ze hun voorkennis ophalen en zelf de woorden
terughalen die ze hebben geleerd. Dit is voor sommige kinderen erg lastig. Ik heb gekozen voor het opschrijven van de woorden, omdat ik in
de theorie gelezen heb dat het leren schrijven van die woorden moeilijker is dan het leren lezen ervan. (niet klankzuivere woorden) En ze
worden verbetert waardoor ze het leren, en ze zeggen het woord hardop.
Ik zet het dobbelspel in, omdat ze dan op een leuke manier samen bezig zijn. Er komt ook nog een stukje coperatief leren in terug werk-intweetallen. Het is een keer wat anders dan in een werkboek werken. Ook zit er aan deze les veel sociale vaardigheden gebonden. Bij deze
les leren ze ook goed met elkaar communiceren en stimuleren. Ik heb de kinderen deze keer niet in groepjes ingedeeld. Dat komt omdat ze
allemaal een nieuwe plek hebben gehad. Dit vond ik een goede les om hun schoudermaatje beter te leren kennen.
Sociale vaardigheden
Deze coperatieve werkvorm doet een beroep op de volgende sociale vaardigheden:
met elkaar overleggen
het bereiken van onderlinge overeenstemming
elkaar de tijd geven een opdracht uit te voeren
elkaar aanmoedigen
elkaar feedback te geven
hulp vragen aan elkaar
Aan het eind van mijn les evalueer ik met de kinderen, hoe ze deze les vonden. Wat zij de volgende keer kunnen verbeteren, en wat ik
volgende keer kan verbeteren.
Bronnen:
Tule.slo.nl
Paus. H. e.a. (2014) Portaal. Bussem: Coutinho. (hoofdstuk 6)
van den Broek, T. en de Haan, G. (g.j.) Spelling op maat. Groningen: Noordhoff Uitgevers. (boek 4a + boek 4b)
Persoonlijke reflectie
Feedback mentor
Datum: