You are on page 1of 33
ee ‘ne Gerecht in Berste Aanleg van Curagao Datum 6 december 2015 Parketnummer: $00,00052-15 PLEITNOTITIES In de zak van: HET OPENBAAR MINISTERIE Officier van justitie mr. C. Hato-Willems tegen: AMERIGO THODE CA. Peterson ‘Thorbecke, de vader van de Nederlandse parlementaire democratie, heeft ons de volgende wijsheid nagelaten: “Openbaarheid is licht, geheimhouding is duisternis. Publick belang, kunde en bekwaamheid. publick behandeld, trekt belangstelling, onderzoel Geheimhouding beveelt wantrouwen en geefi aan ontevredenheid of beweging de gevaarlijke wapens tegen het bestuur in handen”. Zijn leerrijke ervaringen resulteerden, onder meer, in 1847, zou dit toevallig zijn, in de publicatie van zijn hier toepasselijke: “Over plaatselijke begrooting". Het ging daarin om de in die tijd gebruikelijke vergaderingen van het bestuur in het geheim, zonder dat men daarvoor publiekelijk verantwoording behoefée af te legen. Het niveau liet dan ook te wensen over, hetgeen bij hem de uitspraak uitlokte: "Tor hoe lagen stand het in gesloten vergaderingen soms daalt, stelt niemand, dan die erin zat, zich voor." Dat openbaarheid het democratische bestel en het vertrouwen in gekozen vertegenwoordigers zou ondermijnen en/of de werking van een democratisch bestuur zou kunnen verlammen, is natuurlijk de reinste kolder. Openbaarheid maakt immers controle mogelijk. Hierdoor krijgt de burger inzicht in de politieke besluitvorming en daar gaat het in een democratie uiteindelijk om, Geheel in overeenstemming hiermede bepaall artikel 55 van de Staatsregeling van Curagao dat de Staten in het openbaar vergaderen. Dit artikel beoogt de constitutionele vastlegging te zijn van het in een democratische rechtsstaat Pagina. 1 van 18/thodeom pletaanckeingent61215 ne 1: (S99) Sez o17e EP rs 20m ata geldende primaat van transparantie van de volksvertegenwoordiging. Dat het tweede lid bepaalt dat, in afwijking van de genoemde cis van openbaatheid, de Staten, met een twee- derde meerderheid, kunnen besluiten om met gesloten deuren te vergaderen, zodat er een besloten vergadering van de Staten plaats heeft, toont enkel het grote belang aan van het i ‘ns staatsbestel geldende beginsel van openbaatheid. Deze zware eis bevestigt dat sluiting van de deuren de enige manier is om het in cen Statenvergadering verhandelde geheim te doen zijn en dat niet snel tot een derg © geheimhouding overgegaan mag of kan worden. De Staatsregeling kent geen andere grondslag om Statenleden geheimhouding op te leggen. Deze mogelijkheid om geheimhouding te scheppen is bovendien zeer relatief, nu de leden van de Staten, ingevolge artikel 61 van de Staatsregeling, immuniteit genieten tegen iedere straf- en tuchtrechtelijke vervolging en ook civielrechtelijke aansprakelijkheid voor, onder andere, wat 2ij in vergaderingen van de Staten zeggen. Artikel 62 van de Staatsregeling verschaft de wettelijke grondslag voor het Reglement van orde voor de Staten van Curagao. Het op grond van deze bepaling door de Staten vastgelegde Reglement van orde regelt, onder meer, de commissies van de Staten, Artikel 58 van het Reglement van orde bepaalt dat de vergaderingen van de vaste en tijdelijke commissies van de Staten besloten zijn, terwijl artikel 59 van dit reglement aangeeft dat ten aanzien van de inhoud van vertrouwelijke stukken en de gedachtewisseling in een besloten commissievergadering geheimhouding in acht wordt genomen, met uitzondering van wat de commissie in haar verslag vermeldt. Op 25 november 2014 werd Thode door een, zich als een zekere Dolorita uitgevende, person, die stelde dat hij bij de Landsrecherche werkzaam is, opgebeld. Deze Dolorita deelde Thode mede dat hij Thode als verdachte in een door hem, Dolorita, uitgevoerd strafrechtelijk opsporingsonderzock wenste te horen. Volgens Dolorita zou hij van officier van justitie Rip de opdracht tot dat onderzoek hebben gekregen. Uit het strafdlossier tegen Thode blijkt die mededeling onwaar te zijn geweest, nu het bewuste onderzock door niemand anders dan de hoogste baas in het OM, namelijk de PG zelf, met ook nog een ongekende voortvarendheid werd bevolen. Pagina 2 van 18/thde-om pletnantckeningen 161215 EPP isn ‘ on atin EPP con 20 ‘ior at Lae j Aangezien Thode bekend was (en is) met cen bij de Landsrecherche werkzame Dolorita, van wie ook algemeen bekend is dat hij een fervente sympathisant is van een zich ‘shoura pruP noemende politicke organisatie in Curagao, die niets onaangeroerd laat om, 20 veel mogelijk, leden van de politicke partij, waar Thode een Statenlid voor is, te bestrijden, bevreemdde de, als onaangenaam door hem ervaren, mededeling en wens van deze Dolorita Thode niet. Te meer niet nu het inmiddels in de samenleving wel bekend is dat de bedoelde politieke organisatie ook het opsporingsapparaat, dat in Curacao de strafrechtelijke vervolgingsmonopolie heeft, pleegt aan te wenden in die strijd en dat dit apparaat zich daar ook voor pleegt te lenen, Ondertussen is deze modus operandi immers gemeengoed geworden in de kringen van de bedoelde organisatie, die zich ook nog, geheel onbeschaamd, zoals gezegd, ‘shouru pruf of ‘integer’ durft te noemen. Mede daarom verzocht Thode dat Dolorita hem kenbaar zou maken terzake welk strafbaar feit hij Thode wilde horen en om hem, Thode, voor zover aangifte tegen hem was gedaan, hem een afschrift van die aangifte te verstrekken, voordat hij zich aan het gewenste vethoor zou onderwerpen en dat, het OM (toen was officier Rip nog in beeld) en Dolorita, indien zij het daarmede niet eens waren, Thode maar zouden moeten arresteren om te worden verhoord. Dolorita gaf daarop aan dat hij noch de opgave van het vermeende strafbare feit zou doen noch enig bewijs van de aangifte zou verstrekken en ook niet tot aanhouding van ‘Thode zou overgaan. Hiervan heeft Thode, zoals uit het strafdossier blijkt, vervolgens, Kennis doen geven aan de hiervoor genoemde officier, van wie hij, echter, nooit, zoals door hem was verzocht en van een ambtenaar bij cen betamelijke onganisatie wel had mogen verwachten, enige reactie ontvangen. Wel ~ 20 ook blijkt uit het dossier — werd hij later, door een zich de zaaksofficier in deze zaak noemende officier van justitie, benaderd met wederom een uitnodiging voor een verhoor. Ook van deze werd door Thode de opgave gewenst en ook hierop kreeg hij geen reactie. Wel maanden later dus de onderhavige rauwelijkse dagvaarding, die kennelijk ingegeven is en bespoedigd werd door het OM de plotselinge val van het eerste kabinet Whiteman en de kennelijk ook heersende vrees voor een verkiezingsoverwinning voor de partij van Thode. Het is natuurlijk eigenlijk te gek voor worden dat willekeurige officieren van justitie bij het OM en een PG menen een lid van het hoogste staatsorgaan van Curagao, ongestrafi, aldus te Pagina 3 van 18 thode-om pletatckeningent 61215 EPP ro en “Riots at Law j mogen bejegenen. Volstrekt ongepast. Aan deze praktijk zal urgent, dit wil zeggen op Korte termijn, dan ook paal en perk gesteld moeten worden. Zoals gezegd verbaasde het voorgaande Thode geenszins, omdat niet alleen bij hem, maar bij velen in deze samenleving, ondertussen, de objectieve indruk bestaat dat het OM in Curagao niet integer is en zich leent voor vervolging van aanhangers van de politieke groepering, waar Thode een lid van is. In dit kader doet Thode, bijvoorbeeld, wijzen op de diverse bij het OM gedeponeerde aangifien of klachten, zoals tegen de directeur van de Centrale Bank van Curagao en Sint Maarten, tegen wie zeer emstige aanwii ingen bestaan dat hij zich aan actieve en passieve ambtelijke omkoping heeft schuldig gemaakt, of de echtgenoot van een officier van justitie, die, als ambtenaar, topgeheimen uit de Veiligheidsdienst van Curacao lijkt te hebben gelekt of een voormalige minister, wellicht ook uit de ‘shouru pruf’ gelederen, die, zoals is gepubliceerd, een ambtenaar van de belastingdienst heeft uitgelokt om diens ambtsgeheim te schenden door hem belastinggegevens van zijn politicke tegenstanders te verstrekken, waama die door deze “integere’ voormalige minister openbaar deed worden. Tegen ieder van hen werd, soms meermalen, aangifie terzake die zeer emstig geachte strafbare feiten, respectievelijk actieve en/of passieve ambielijke omkoping en schending van en staats- belasting geheimen gedaan. Tot op heden werd terzake deze al jaren terug gedane aangiften niets gedaan door de kennelijk zeer ijverige PG, noch is iets daarover door de overigens doorgaans eveneens zecr ijverige woordvoerder van het OM naar buiten gebracht. Zeer opvallend en ook geheel passend in het bestaande beeld van het OM is het feit dat het OM niets heeft gedaan met de aangifte, die Thode inmiddels een paar jaar terug deed tegen het vanuit de Staten gelekte Ecorys-rapport over de staat van de olieraffinaderij in Curagao, waar eenzelfde geheimhouding op rustte, als thans beweerd wordt met betrekking tot de gedachtewisseling met het Cft in de bewuste vergadering van de commissie voor financiéle aangelegenheden van de Staten. In dit kader werd de voorzitter van de Staten, die wel de ondethavige aangifte tegen Thode heeft gedaan, door Thode verzocht om tegen het uitlekken van het genoemde rapport aangifie te doen bij het OM. Hierop liet deze statenvoorzitter, Mike Franco, aan Thode weten niet op het verzock van Thode, om namens de Staten aangifte te doen bij het OM, te zullen ingaan, omdat hij daartoe cerst Pagina 4 van 18 hode-om plltaantekeningen61215 &P Sulogran & Peterson van de Staten een opdracht moest krijgen. In dit kader is ook hij nu op een leugen betrapt. Immers, mu is hij met een gehee! ander verhaal gekomen van waarom hij de aangifte toen niet wilde of kon doen. Gelukkig is papier echter geduldig en is ook deze Franco thans als Jeugenaar door de mand gevallen. Ik verwijs naar producties 1, 2 en 3) hierbij. Lees maar voor uzelf. Door dezelfide voorzitter Franco werd toen aan Thode medegedeeld dat hij, deze voorzitter dus, alleen de door Thode gewenste aangifte zou kunnen doen indien de Staten hem daartoe opdracht zouden geven. Kennelijk is bij hem inmiddels zijn partijbaas Rosaria verheven tot de Staten van Curagao, nu hij, in opdracht van alleen die Rosaria, de aangifte tegen Thode heeft gedaan terzake de vermeende schending van een statengeheim door Thode. Ik verwijs naar productie 4 hierbij. Hetzelfde deed zich voor toen Thode de Statenvoorzitter verzocht om aangifie te doen terzake het lekken uit de besloten vergadering van de Statencommissie VVRP over de route voor het Camaval. Ook hier weigerde deze Statenvoorzitter Franco. Ik verwijs naar producties 5 en 6. De aanklacht tegen Thode heeft tot een evident politick ingegeven strafrechtelijke vervolging van Thode geleid, naar aanleiding van de, niet alleen via hem, openbaar geworden politicke leugen van die partijbaas Rosaria, aangaande een door deze Rosaria gepretendeerde opvatting van de Cft dat het kabinet Schotte zich schuldig zou hebben gemaakt aan financieel wanbestuur en corruptie. Ook een door niemand verkozen minister van Financitn, namelijk Jose Jardim, probeert dit verhaal keer op keer opgehangen te krijgen. Nota bene: een Jardim tegen wie zeer emstige aanwijzingen bestaan dat hij medepleger is van oplichting van Curagao voor meer dan ANG 4.200.000 in de Zogenoemde FDRS affaire, maar terzake waarvan het, o zo integere, OM heeft aangegeven het niet opportuun te achten om, op de klacht van een Statenlid tegen hem, tot vervolging over te gaan, omdat deze oplichting een politieke kwestie zou betreffen (zie producties 7 en 8). Het kan dus verkeren bij het OM voor wat betreft het oordeel wanneer de politiek wel of niet aan vervolging in de weg staat, Een verplichting tot geheimhouding is niet absoluut. Onder omstandigheden kan een informatieplicht schending van een verplichting tot geheimhouding rechtvaardigen. Indien in het voorliggende geval sprake was van een in acht te nemen geheimbhoudingsplicht, dan Pagina 5 van 18 thode-om plitasnekeningent61215 EPP sic & Pet was schending hiervan in casu zeker gerechtvaardigd, Gezien het door Thode, als lid van de Staten en vertegenwoordiger van het volk van Curacao, te dienen belang van de waarheid aangaande het door de regering gevoerde beleid terzake de publicke middelen, komt hem, zonder meer, een dat geheim overstijgend beroep op overmacht, in de zin van noodtoestand, toe. Het kan namelijk niet zijn dat een geheimhoudingsplicht wordt aangewend ter verheffing van leugens tot staatsgeheim, wat ook het OM, geheel onbegrijpelijk, met de ondethavige vervolging, kennelijk nastreeft. Met een verwijzing naar HR 17 mei 2005, NJ 2005/374, meent Thode dat, op goede gronden, de Ieugen van Rosaria en Partido PAIS is onthuld door degene, die de gedachtewisseling in de bewuste, bovendien niet besloten, vergadering van de Statencommissie voor financitle aangelegenheden heeft opgenomen en die opname in de publiciteit deed belanden. Hier past het verweer dat wat Thode, via de gehekelde radio-uitzending, verklaarde reeds publick domein was, terwijl de bewuste vergadering, die gekenmerkt door het in en uitlopen en foto’s maken van de vergadering door meerdere personen, die geen van alle lid waren van de bewuste commissie, waardoor deze vergadering niet heeft kunnen kwalificeren als cen besloten vergadering in de zin van artikel 59 van het Reglement van orde van de Staten, zodat ook nimmer enige geheimhoudingsplicht heeft gegolden voor het daarin verhandelde. Geen van Alison Manuel Elmer Wilsoe, Hensley Koeiman, Lisette Kwidama en Ralph Antonia of de individuele leden van de Cit, die allen in die vergadering hebben gezeten of daarin rondliepen, is lid van de commissic financién in kwestie (zie productie 9). Zij zijn geen van allen Statenlid tevens lid van de commissie in kwestie. Van een besloten vergadering van de leden van deze commissie is dus geen sprake geweest, evenmin als van een geheimhoudingsplicht terzake het in deze vergadering van gedachten gewisselde op grond van genoemd artikel 59. De opname van deze vergadering, althans de persoonlijke bevestiging door de voorzitter van de Cft, Aage Bakker daarin, die werd uitgezonden door Radio Mas en dus niet door Thode, bevatte bovendien nicts nieuws. Immers, reeds in de Volkskrant van 10 maart 2014, werd, naar aanleiding van de opmerking van de journalist Remco Meijer dat ‘In de ‘Tweede Kamer veel is gemopperd in Curacao maar bij de staatkundige hervorming in Pagina 6 van 18 thode-om pleaanikeningsnt61215 ferson it 2010 een groot deel van de schulden door Nederland is gesaneerd, maar dat binnen twee Jaar, weer sprake was van een financiéle puinhoop’, door deze zelfde voorzitter van de Chi, Bakker, opgemerkt: ‘Mer de sanering was een aantal onderliggende problemen niet opgelost. Het land had twee structurele bleeders, die samenhangen met de relatief oude bevolking. Het was nodig de pensioenleeftijd van 60 naar 65 te verhogen, zonder lange overgangsperiode. Dat is gebeurd. Verder liepen de kosten voor de gezondheidszorg te hog op. Er is nu een basisverzekering met een kleiner pakket en een hogere premie. Dat neemt de belangrijkste oorzaken van die schulden weg", Met andere woorden had de Cft voorzitter al in 2014 publickelijk bevestigd dat Rosaria en zijn partij PAIS leugenaars zijn en de bevolking voorlogen met het verzonnen verhaal dat het kabinet Schotte financiee] wanbestuur of corruptie heeft bedreven. In de bewuste vergadering van de Statencommissie heeft deze voorzitter enkel nog stelliger bevestigd dat hij of de Cft nimmer het MFK kabinet Schotte van wanbeleid heeft beschuldigd. In eerste instantie leken de PG en de genoemde Dolorita Thode ook te willen beschuldigen van het hebben gemaakt van de opname van de commissievergadering. Kennelijk zijn zij, echter, tot het, overigens juiste, inzicht gekomen dat het eenieder vrijstaat een gesprek, waar hij zelf aan deelneemt, op te nemen, zonder dat zulks een strafbaar feit kan opleveren. Echter, deze PG en Dolorita hebben wel volhard in hun, overigens eveneens onjuiste, mening dat het ontmaskeren van een poging om cen staatsleugen te verhullen met een geheimhoudingsplicht een strafbaar feit oplevert, terwijl de woordvoerder van het OM toch doorging met het uiten van ongegronde aantijgingen jegens Thode over het hebben opgenomen van de vergadering, Het gaat hier hoe het ook gewend of gekeerd wordt om vervolging een (politieke) flutzaak. Dit is een opzettelijk gekozen niet juridische term. Het gaat namelijk om een kwestie die geen enkele deuk in de rechtsorde teweegbrengt of teweeg heeft gebracht. Een beslissing tot vervolging is vrijwel geheel athankelijk van een discretionair oordeel van het OM. Er is in deze, echter, genocg reden dat de rechter een oordeel geeft over de zin of onzinnigheid van deze vervolging. Dat hiervoor geen wettelijke grondslag bestaat is niet Pagina 7 van 18/thode-om pletanickeningen161215 bezwaarlijk, al is het maar omdat sinds de jaren 80 van de vorige ecuw, naast wettelijke vervolgingsbeletselen, een aantal buitenwettelijke vervolgingsbeginselen is ontwikkeld, namelijk beginselen van een goede strafprocesorde. Ook op grond van de niet naleving van deze beginselen kan worden beslist tot niet ontvankelijkheid van het OM (bijvoorbeeld HR in NJ 1982, 233, m. nt. Th. WWV). De rechter heeft dus hier een tak. In deze kwestie zijn met name het gelijkheidsbeginsel en het verbod van willekeur, het beginsel van zuiverheid van oogmerk en het beginsel van cen redelijke en billijke belangenafweging relevant, Met dit laatste wordt gedoeld op de proportionaliteit en de subsidiariteit van de vervolgingsbeslissing zelf. Let wel: ik wil niet beweren dat de rechter het belang van de wet zou mogen of moeten beoordelen, Ik pleit hier dan ook niet voor techterlijke toetsing van de beslissing van de wetgever, maar om de toetsing van die van de in deze zeer disproportionele beslissing van het OM om tot vervolging van Thode over te gaan. Van belang is dat wij het hier hebben over cen OM, dat, in verschillende andere, zeker vergelijkbare, gevallen, bij monde van diens hoofdofficier van justitie, De Jong, publiekelijk heeft aangekondigd dat politieke zaken in het beleid van dit OM, geen voorrang hebben (zie productie 8). Desalniettemin blijkt de PG in deze zeker politick ingegeven zaak tegen Thode een ongekende voortvarendheid te hebben ontplooid om tot de politieke opsporing tegen en de politicke vervolging van Thode te geraken, terwijl in die andere, het OM kennelijk meer gezinde, gevallen, het OM niet vervolgt. Het ligt dus kennelijk toch aan de kleur! Over die politiek gekleurde vraag wil ik het hier eigenlijk niet hebben, maar een jurist hoeft en mag zich niet neerleggen bij wat er gebeurt met en tondom deze specificke vervolgingsbeslissing, ‘Thode meent dat in onderlinge samenhang beschouwd er zeer ernstige twijfels zijn over de juistheid van de vervolgingsbeslissing in zijn zaak en dat er daarom door de rechter naar deze vervolgingsbeslissing gekeken moet worden. Is het wijzen op een bewijsbare ernstige Jeugen en duidelijke misleiding van het publick om politiek voordeel te halen (Alex Rosaria en Jose Jardim) door cen parlementariér (Thode) schending van een ambtsgeheim? Is het niet de plicht van Thode om het publick tegen leugenaars en huichelaars als Rosaria en Jardim te waarschuwen. Of, anders gezegd, is het strafrecht Pagina 8 van 18/thode-om pletaanickeningen461215 SPP se: rm Torys a Law EP scons : bedoeld om de ontmaskering van emstige politieke leugens te beletten? Met vervolgingsmonopolie hebben deze vragen niets te maken. Dat het OM de vervolgingsmonopolie heeft, impliceert natuurlijk niet noodzakelijkerwijs dat de uitoefening van die monopolie in rechte niet moet worden getoetst. Het criterium van een onredelijk handelende OM biedt nog steeds soelaas, indien duidelijk is dat op grove wijze rechtsbeginsclen zijn geschonden en dat hierdoor schade voor de verdachte is ontstaan, Te denken valt hierbij aan misbruik van macht of bevoegdheid, het beginsel van zuiverheid van oogmerk, het verbod van willekeur en het gelijkheidsbeginsel. Het is niet gewaagd om te stellen dat de beslissing om tot vervolging van Thode die lid is van cen naar meer autonomie strevende politieke partij is genomen in het kader van de interactie tussen exponenten van de pro verdere vernederlandsing en neo-kolonisering van de Curagaose samenleving zijnde politieke partij PAIS en de Klacht aanhorende top van het OM. Het OM dat door Nederland wordt ingekleed en aangestuurd, tot de bovenwereld hoort en heefi beslist om tot vervolging van Thode over te gaan. Het OM is sinds 10.10.10 een oppermachtig politick instrument, dat, anders dan in Aruba en Nederland, in individuele strafzaken niet onder toezicht staat van onze minister van Justitie, onze regering of ons parlement, Over rijkswetten gaan deze organen namelijk niet. Dit is ook buiten cike twijfel de belangrijkste reden van de tweedeling en het antagonisme in onze hedendaagse samenleving, De ciland hoppende PG, die ook cn vooral naar de Haagse Pijpen moet dansen, is, gezien zijn recente uitspraken over de infiltratie van de criminaliteit in de bovenwereld, vanuit Nederland afgevaardigd om de samenlevingen van Curagao en Sint Maarten politick voor Nederland in te richten. In Sint Maarten stuitte dit gelukkig op verzet, gezien de statenbrede aangenomen motie van het Sint Maartense parlement om deze PG, vanwege zijn politieke bemoeienissen, tot persona non grata te bestempelen en zijn vertrek te eisen (zie productie 10, zijnde een concept van die motie). Overigens moet het Thode van het hart dat het OM al ongeveer 375 jaar tot de bovenwereld gerekend wordt in Sint Maarten en Curacao. Bedoelde de PG te stellen dat de onderwereld het OM is binnengedrongen? Thode en ik hebben hier zo onze gedachten over. Pagina 9 van 1 thode-om pleitsaniekeningsn61215 eterson sail §P Sulvaran & Peterson ‘Riis a Law In de vele door ons aan te halen zaken van betrokkenheid bij schendingen van de geheimhouding door voor- of medestanders van het Nederlandse neokolonialisme, onder wie dus ook het OM en diens PG, ten aanzien van wel emstig te achten kwesties, is duidelijk anders door het OM opgetreden. In een rechtsstaat mag het echter niet uitmaken dat het om gouverneurs (Goedgedrag en Van der Pluim-Vrede), cen PG (Pia), een hoof van de VDC (Gumbs), een gewezen minister van Justitie (Atacho) of de echtgenoot van een officier van justitie (Dennaoui) gaat. Ook jegens hen werden aangiften, vaak ook terzake hetzelfde soort overtredingen, als waarvan Thode is beticht, gedaan, waarbij het echter steeds wel om veel emstiger kwesties gaat dan om een politieke leugen over een politicke tegenstander. Het OM geeft er blijk van ook volstrekte willekeur toe te passen daar waar het, min of meer, een gelijke vermeende schending van het statengeheim betreft. Ik doel hier op de aangifte tegen het uitlekken van het Ecorys rapport (zie producties 1, 2 en 3) en het feit, dat, zelfs nog voordat Thode zich over de beraadslagingen met het Cft in de Statencommissie uitliet, niemand minder dan de meergenoemde politieke leider van Partido Pais, namelijk Rosaria zelf, en zijn vazal, de statenvoorzitter Franco, op de website van Partido Pais ‘al uit de school hadden geklapt’ over diezelfde beraadslagingen in de bewuste Statencommissie. Immers plaatsten zij hun post op hun website, luidende: ‘Ci a informé Parlamento ku si mantené e rumbo aki’, op 5 september 2014 (http://www partidopajs. com/website/prensa/42-komunikado/390-cft-0-informa- parlamento-ku-si-mantene-e-rumbo-aki), Ik verwijs ook naar productie 11 hierbij, wat een “screen shot” van deze post is en waarin het voorgaande te lezen valt. Verder is gebleken dat ook het Cf, na diens overleg met de Statencommissie, zelf naar de pers stapte en uitlatingen deed over de ‘geheime’ (2) beraadslagingen in de bewuste Statencommissie (zie productie 12). Des te bespottelijker wordt de onderhavige vervolging wanneer bedacht zij dat in deze ‘gehcime’ vergadering niets anders besproken werd dan de reeds in de openbare vergadering van de Staten behandelde begroting, waarbij de regering van de Cft een pluimpje kreeg. Over dit pluimpje haastte Rosaria en franco zich om tot de publicatie op hun website over te gaan. Ook andere politici, zoals Koeiman van de politieke partij j MAN, heeft na dit overleg publiekelijk konde gedaan van het in de bewuste commissie met het Cft besprokene: *Cfi nunka a papia di mal maneho'’, in de editie van Extra, van september 2014 (hup:/fextra.ow/news/20 14. Pagina 10 van 18/thode-om pleitaaniskeningen 161215 EPP se ren ‘toroys aw y O5/Lokal ider_di MAN Hensley Kocimanhiml. Ik verwijs naar productie 13. Ten aanzien van Koeiman spant het OM zelfs de kroon. Immers, op dezelfde door het OM in de onderhavige rechtszaak overgelegde CD opgenomen weergave van het bewuste radioprogramma, van 5 september 2014, waarin Thode aan het woord is, Kondigt de radiopresentator aan dat na Thode deze Koeiman aan het woord zal zijn. In dit programma heeft ook Koeiman, direct na Thode dus, bevestigd dat de Cft in de bewuste vergadering van de Statencommissie heeft bevestigd dat de Cf noch hij ooit in de mond genomen heeft dat het kabinet Schotte zich aan financieel wanbeleid of corruptie schuldig heeft gemakt, zoals Rosaria keer op keer pretendeerde. Het OM moet de beschikking hebben over de radio-uitzending met Koeiman, Grote vraag is daarom ook waarom wij vandaag deze Kociman en Alex Rosaria en Mike Franco en hun politieke partij PAIS en Aage Bakker van de Cft nict in het beklaagdenbankje zien zitten, Zijn zij, in de visie van het “integere on niet willekeurig vervolgende’ OM, ‘more equal than others’ of past hun vervolging door het OM voor hetzelfde feit, namelijk schending van de geheimhoudingsplicht ten aanzien van het in de bewuste vergadering verhandelde niet in het politieke straatje van het OM? Wat rechtvaardigt de willekeur vervat in de vervolging van alleen Thode? Of wij dit nu leuk vinden of niet, gezegd moet zijn dat het meten met verschillende maten bij dit OM, ondertussen, een feit van algemene bekendheid is. Ook Dennaoui en Atacho hebben het nooit tot dit bankje gehaald. Op de vraag waarom in casu Thode wel vervolgd wordt dient de officier van justitie dus snel met antwoorden komen. Deze officier mag aangeven waarom Thode wel en Alex Rosaria, Mike Franco en hun politike partij PAIS en Aage Bakker van het Cft en Kociman niet zijn vervoled en aangeklaagd voor het Iekken uit dezelfde vergadering. Thode is van mening dat: ‘De minimis non curat preator’. De rechter behoeft zich niet bezig te mocten houden met trivia en moet daar dus ook niet mee lastig gevallen worden door een politiek gekleurd OM. Van de rechter mag verwacht worden dat deze toetst of het apparaat burgers niet lastig valt met onbenulligheden. Daarom moet de rechter het OM in casu ook niet ontvankelijk verklaren. Het gaat hier dus om ecn flutzaak, waarin de officier van justitie bovendien geen | bevredigende reden voor de vervolging van alleen Thode kan geven. De officier zow in A diens antwoord ook moeten toetsen aan de uitspraak van het EHRM over “selective i? Pagina 11 van 18/thode-om pletantckeningen! 215 FP Sulvaran & Peterson ‘aris at aw prosecution” in de zaak van de Yukos shareholders tegen Rusland (Application no. 14902/04). Statenleden zijn buiten het parlementaire debat voor de wet gelijk en kunnen daarom alleen worden vervoled voor strafbare uitlatingen. Echter, het EHRM stelde in de Spaanse Casiells-zaak dat zeker politici, die tot de oppositie behoren, een bijzonder sterke bescherming van hun uitingsvrijheid genieten: ‘While freedom of expression is important for everybody, it is especially so for an elected representative of the people. He represents his electorate, draws attention to their preoccupations and defends their interests Accordingly, interferences with the freedom of expression of an opposition member of parliament, like the applicant, call for the closest scrutiny on the part of the court’ (EHRM 23 april 1992, NJ 1994, 102 m. nt. Dommering, r.0. 42). Dit is ook in overcenstemming met de jurisprudentie van de Hoge Raad. Immers in zijn arrest van 17 mei 2005, NJ 2005, 374, heeft (ook) de Hoge Raad, in r.0, 3.5.2, geoordeeld, dat de rechter in gevallen als deze dient te beoordelen of en in hoeverre de niet naleving van de geheimhoudingsplicht in dit concrete geval kan worden gerechtvaardigd op grond van de door de verdachte gediende belangen. Er moet bovendien sprake zijn van een ‘level playing field’. Het kan natuurlijk niet zijn dat Alex Rosaria van de partij van Franco, het publick, uit puur politicke motieven, misleidt en voorliegt om vervolgens exact hetzelfle te doen als wat zij Thode verwijten, en alleen Thode vervolgd wordt, nota bene op verzock van deze zelfde bedenkelijke ‘shouru pruf’ figuren, Het OM heeft dus hier wel wat uit te legen. Gelijkheid in het parlementair debat, ook buiten het parlement, is dus in casu een kemoverweging om niet tot veroordeling van Thode te komen. De verbinding tussen vrijheid van meninguiting en democratie maakt dat alle politici, ook die van de MEK, een gelijke aanspraak moeten hebben op bescherming. Voor willekeur is geen plaats, Deze statenvoorzitter Franco, die, op integere wijze, moet toczien of de grenzen al dan niet | worden overschreden, handelde in dit geval met zijn aangifte tegen Thode uit puur partijpolitieke belangen, terwijl op de website van zijn cigen politieke partij PAIS, over dezelfde vergadering, inhoudelijke mededelingen zijn gedaan, namelijk dat het Cft heeft Pagina 12 van 187 thode-om plelaanckeningent 61215 EP si & Peterson “ioe; aw y bevestigd dat de regering, dit is natuurlijk in de visie van de Cft, op de goede weg zou zijn. Als partijvoorzitter van de vereniging PAIS is ook Franco aansprakelijk yoor de inhoud van de website van zijn partij PAIS, Hij zou tegen zichzelf en zijn Rosaria en PAIS aangifte moeten doen. In een rechtsstaat met een representatieve democratie hebben ook parlementarigrs aanspraak op een, in beginsel onbeperkte, vrijheid van (politicke) meningsuiting In deze past ook de toets aan artikel 10 EVRM. Weliswaar is er in casu een wettelijke bepaling, in de zin van artikel 10 van het EVRM, die geheimhouding voorschrijft (zie het bewuste artikel uit het Reglement van orde van de Staten), maar de vraag is of tegenwoordig nog staande gehouden kan worden dat de hier —bedoelde geheimhoudingsnorm door een (sic!) democratische rechtsstaat nog vereist wordt, zoals eveneens door artikel 10 EVRM is vereist om de vrijheid van meningsuiting te beperken. Immers, in het grote voorbeeld van de Curagaose democratische rechtsstaat, namelijk Nederland, bestaat geen algemene geheimhoudingsplicht voor het in de vergelijkbare Tweede Kamer commissievergaderingen verhandelde, De democratische rechtsstaat vereist dus niet een algemene geheimhoudingsplicht als bepaald in artikel 59 van het Reglement van orde van de Staten, zodat niet aangenomen kan worden dat dit reglement en strobreed in de weg van het recht van Thode op zijn vrije meningsuiting kan leggen. Voorts vereist artikel 10 EVRM dat sprake is van een ‘pressing social need’ om de vrijheid van meningsuiting te kunnen beperken. Hier is in casu in het geheel geen sprake van. Afgezien van Partido Pais en het OM voelt niemand een dergelijke ‘pressing social need’ om Thode de mond gesnoerd te zien worden. Integendee|, zelfs zijn overige collega Statenleden keuren zijn vervolging juist af, terwijl eenieder juist blij is met de ontmaskering van de leugens van Rosaria. Zijn vervolging stuit ook op deze twee vereisten van het EVRM en FHRM af. Thode heeft dus ook het recht gehad om zich te uiten zoals hij dat gedaan heeft. Het is dus niet zo dat alles dat in een vergadering van een Statencommissie is medegedeeld, ook altijd meteen ‘enig geheim’, in de zin van artikel 2:232 van het Wetboek van strafrecht, is, zodat de enkele schending van een elders op de betreffende Pagina 13 van 18/thode-om pleitsaneteniagent 61215 EP 05 ren ‘Ricmeys at law persoon rustende geheimhoudingsplicht meteen ook alles over de strafbaarheid zegt. Aard en context zijn en blijven van belang. Grote onzin dat gezegd wordt in een politicke discussie en daarin verkondigde leugens vallen niet onder ‘enige geheim of geheimhoudingsplicht’, Hier gaat het om een discussie over de leugen van Rosaria, als zou er volgens de Cf, in de regeringperiode van de MFK, sprake zijn geweest van financieel wanbeleid en corruptie. Het gaat dus om het waarheidsgehalte van die mededeling, die fictief en onwaar is gebleken. De Cft heeft, bovendien in cen niet besloten vergadering, ten aanzien waarvan ook geen geheimhoudingsplicht bestaat, bevestigd dat Rosaria een Jeugenaar is. Rosaria, die, zo leert zijn politiek optreden, nachtmerties schijnt te krijgen van Schotte en zijn MFK parti, heeft natuurlijk de aangifte door zijn politieke partijgenoot Franco uitgelokt om politick te scoren en de MFK in een kwaad daglicht te plaatsen, nadat hij als leugenaar was ontmaskerd. Het, om alles wat MFK is, in de startblokken klaar staande OM, strafiechtelijk af te doen straffen, Ieent zich ook hiervoor. Om met Thorbecke te spreken: Hoe lager kunnen wij nog in dit land geraken? Er is geen enkel materieel of strafrechtelijk belang bij het ‘niet verder bekend geraken’ van de leugen van Rosaria. Ook voor het OM, voor wie de MFK als een rode lap werkt, is deze kwestie kennelijk een ideale situatie om die partij verder in diskrediet te brengen. Alsof het OM niets beters te doen heeft. Ondanks het feit dat het klachtvereiste van lid 2 van artikel 2:232 van genoemd wetboek hier niet geldt, komt het bij dit OM niet op om ook de leden van de politieke partij PAIS te vervolgen. Leden, die op dezelfde dag exact hetzelfde hebben gedaan en daar zelfs meer ruchtbaarheid aan hebben gegeven door het geheel op de veel toegankelijker en consistenter aanwezig blijvende sociale media te plaatsen, Hadden PAIS en Rosaria dan niet moeten begrijpen dat sprake was van gegevens vallende onder cen geheimhoudingsplicht? Of geldt dat alleen voor de MFK. Zo ook Aage Bakker en Koeiman. Bij het OM vallen de bewuste mededelingen kennelijk alleen onder het strafrecht wanneer het een lid van de MFK betreft. Voor de ‘kolonialen’ geldt het strafrecht dan dus niet. Pagina 14 van 187 those-om petsanekeningent 61215 Evenmin mag niet uit het oog verloren worden dat een parlementariér meer bescherming Voor zijn meningsuiting geniet dan een ‘gewone’ geheimhouder. Het onderscheid tussen politike en andere uitingen is, zoals vaker, lastig te maken. Uitgangspunt is dat parlementariérs in een representatieve democratie ook buiten het parlement aanspraak kunnen en moeten kunnen maken op een ruime vrijheid van politieke meningsuiting, waarbij zij ook uitlatingen mogen en moeten kunnen doen die misschien, formeel bezien, strafbaat lijken. De opvatting dat een parlementariér aan de ene kant meer bescherming van de meningsuiting geniet, maar aan de ander kant juist voorzichtig moet zijn om niet in aanraking te komen met het strafrecht, spreekt zich in gevallen als deze tegen. Het gaat immers om politike meningsuitingen, zowel van Rosaria als van Thode, Waarom wordt dan alleen Thode vervolgd? De vraag stellen is haar beantwoorden. De koloniale pijlen zijn weer eenzijdig gericht op de partijen die echt voor het volk opkomen, ten faveure van het rechtse, onderdanige of slaafse deel van de Curagaose samenleving, Ook het EHRM is, zoals hiervoor weergegeven, van opvatting dat een politicus in dit aspect juist meer plichten, voor wat betreft het in het openbaar brengen van voor de natic belangrijke formatie, heeft dan de niet politicus. Het maken van nuances, zoals de context, de vorm cn het tijdstip, enzovoorts, zoals door het EHRM (op basis van het EVRM) en de Hoge Raad voorgesteld is goed werkbaar. Een volksverlegenwoordiger moet daarom, in beginsel, ook buiten het parlementaire debat 20 veel mogelijk immuniteit genieten voor zijn politieke uitlatingen (mondeling of schriftelijk) in een politick debat. Het lijkt ons bovendien dat, in ons huidig staatsbestel, het, primair, aan de Staten zelf is ‘om het system te bewaken. Dit is ook de mening van het Gemeenschappelijk Hof in zijn uitspraak, van 22 september 2015, naar aanleiding van de uitzetting van, kon het anders zijn, cen Statenlid van de MFK uit de vergadering van de Staten door dezelfde Franco van de politicke partij PAIS (zie productie 14). Hier is van belang dat Franco niet gelijk te stellen is aan de Staten (het parlement) en dat hij van de Staten geen mandaat heeft gekregen om de aan; ifte tegen Thode te doen bij het OM. Nota bene: volgens hemzelf is dat wel vereist (als het hem uitkomt ten minste; 2ie producti 2). Hier speelt nog dat Franco, zonder dat hij in de bewuste commissievergadering aanwezig is geweest, zich toch Pagina 15 van 18 thode-om petaatekeningent 61215 &P Sulvgran & Peterson ‘Riomeys Law EPP sre -rscn “Riooys ai law als ‘getuige’ heeft opgeworpen. Hij is echter niet meer dan een ‘getuige’ van horen zeggen van wat zijn partijbaas Rosaria hem voorkauwt. Het belang van optreden tegen de vermeendelijk geschonden norm rechtvaardigt niet dat de beginselen van een behoorlijke strafprocesorde overboord gegooid mogen worden. De vervolgingsbeslissing wordt steeds beheerst door deze (ook ongeschreven) beginselen. De voor het justitigle beleid verantwoordelijke landsorganen mogen nimmer, zoals in casu, handelen naar willekeur. De vormverzuimen bedoeld in artikel 413 van het Wetboek van strafvordering omvatten ook het niet naleven van strafprocesrechtelijke ongeschreven vormvoorschrifien. Omdat de vervolgingsmonopolie bij hem rust, is het OM buitengewoon machtig. De rechter mag en moet daarom de in casu genomen vervolgingsbeslissing toetsen aan voornoemde beginselen. Vervolging in strijd met deze beginselen kan ~en moet in casu - leiden tot een verval van het recht tot strafvervolging (AR 9 januari 1990, DD 1990, 181). De rechter mag en moet verlangen van het OM dat hij, in zijn beslissing om te vervolgen, consistent en niet willekeurig handelt, Het gelijkheidsbeginsel behoort tot de basis grondrechten en vereist steeds gelijke behandelingen. Alhoewel schending van het gelijkheidsbeginsel niet vaak wordt aangenomen, hebben wij hier wel gevallen die helemaal aan elkaar gelijk zijn. Sprake is van cen aantal parlementariérs (Franco, Rosaria, Koeiman en Thode), die allen exact hetzelfile gedaan hebben. Er is gelijkheid op alle punten. Het OM kan dan ook niet waarom in het ene geval wel (Thode) en in de andere gevallen (Franco, Rosaria en Koeiman) niet tot vervolging is overgegaan. Indien de vervolging een willekeurige is en het OM in redelijkheid niet tot de beslissing heeft kunnen komen om een parlementa verantwoord wel en andere niet te vervolgen, dan is de sprong naar niet ontvankelijkhe en gemaakt (HR 22 oktober 1991, NJ 1992, 282). Het gelijkheidsbeginsel is door zowel de Hoge Raad als het Gemeenschappelijk Hof als een beginsel van behoorlijk procestecht sanvaard (HR 24 juni 1980, NJ 1981, 659 m, nt. JAB; HR 13 januari 1998, NJ 1998, 407, en GHvJ 12 augustus 1997, TAR/Justicia 1997, p. 340-342). Nauw hiermee verbonden is het vereiste dat iedere beslissing van het OM de toets der kritiek op het punt van een redelijke en billijke afweging moet kunnen doorstaan. Het OM Pagina 16 van 18/the-om pletantckeningen61215 EP ocr rarn ‘iors at Law heeft hier geen redelijke en billijke afweging gemaakt van de in het geding zijinde belangen. Het behoort tot de kem van de opdracht aan het OM om deze belangenafweging te maken. De rechter toetst ook deze beginselen en wel op dezelfde wijze als het geval is met het geschreven recht. Er bestaat geen reden voor terughoudendheid. Om alle bovengenoemde redenen is deze vervolging van Thode willekeurig (HR 08 juni 1993, NJ 1994, 127)en kan deze de tocts van rechtmatigheid niet doorstaan. De hier aan de orde zijnde afweging tussen, enerzijds, de erst van het verzuim en het nadeel daarvan en, anderzijds, het belang van de samenleving bij vervolging en berechting van Thode in deze zaak, moet tot de conclusie leiden dat het OM niet ontvankelijk wordt verklaard. Hier weegt ook zwaar dat Thode reeds publiekelijk door het OM is aangemerkt als pleger van strafbare feiten, Zijn belangen zijn ook door deze ‘trial by media” grovelijk veronachtzaamd. Zie 6 lid 2 EVRM: Het EHRM zegt ‘The court reiterates that the presumption of innocense, guaranteed by article 6, paragraph 2, will be violated if (...) a statement by a public official concerning a person charged with a criminal offence reflects 4an opinion that he is guilty before he has been proved guilty according to law’. Zie ook productie 6, waarin ook Franco, als Statenvoorzitter, stellig vaststelt dat Thode zich schuldig heeft gemaakt terzake het feit waarvoor hij hier vervolgd wordt. Thode is tekort gedaan terzake zijn recht op een eerlijk proces. Het belang in vervolging en berechting weegt hier niet tegen op. Thode heeft als bekende politicus aanzienlijk nadee! ondervonden van de verzuimen. Een vergelijkbare gang van zaken heeft zich bij de andere politici (Rosaria, Franco en Koeiman) niet voorgedaan. De erst van het verzuim geeft aanleiding tot niet ontvankelijkheid van het OM. De vraag of de opgegeven redenen (‘E kaso ta poko otto. Aki ta lei ta imponé e sekresia’), inderdaad, noopten tot vervolging vanwege de schending van de geheimhouding, staat ter beoordeling van de Staten (HR 17 mei 2005, ECLI:NL:HR:2005:AS4610, NJ 2005, 374). Het is aan de Staten om te oordelen of het gaat om een ‘geheim’, als bedoeld in artikel 2:232 van het Wetboek van strafrecht, Dit artikel 2:232 richt zich namelijk tot degene, op wie in artikel 59 van het Reglement van orde de geheimhoudingsplicht rust. Waarheden om publickelijk aangekondigde leugens te ontkrachten vallen zeker niet meteen onder enige geheimhoudingsplicht. In deze casus wringen Franco en zijn onwaatheden verkondigende politicke baas en partij PAIS alsook het OM zich eigenlijk in een niet passende schoen, Pagina 17 van 18” thodeom petnantcheningen!6121S EP scr: c.r0n Tiomeys a y wardoor hun bedoeling ook meteen duidelijk is, Van enig overleg of enige overeenstemming met de andere Statenleden is in ieder geval geen sprake geweest. Laat staan dat over deze puur politieke actie is gestemd door de Staten. Het is natuurlijk wel nodig dat de Staten, als een bij uitstek politiek orgaan, zich hierover uitspreekt en niet de privépersoon Franco, zogenaamd als statenvoorzitter. Franco is de Staten van Curagao in ieder geval niet. Het lijkt er veel op dat deze Franco als loopjongen is ingezet door zijn partijbaas om zijn functie van statenvoorzitter te misbruiken door, buiten alle andere Statenleden om, met de aangifte bij het klaar staande OM, politiek te bedrijven tegen een andere politieke partij. De meeste parlementsleden zullen zich, gezien de publicke reacties op deze vervolging, niet achter deze nonsens van Franco, Rosaria, PAIS en het OM scharen. En waarom doet Franco geen aangifte tegen zijn cigen partijgenoot en fractiemedewerker Allison Manuel, die illegale foto’s heeft gemaakt van deze zelfde vergadering en deze vervolgens ook opzettelijk naar buiten heeft gelekt. Rechters moeten, zoals gezegd, echter, niet lastig worden gevallen met politick ingegeven flutzaken, De advocaat, CAA. Peterson Pagina 18 van 18/thods-om pleltasnskeningent 61215 PaO ee | PARLAMENTO DI KORSOU Parliament of Curacao + Parlamento de Curazac + Staten van Curacao Willemstad, 31 juli 2013 Aan de Voorzitter der Staten De heer M.C.F. Franco Withelminaplein 4 Alhier ‘Onderwerp: schending van de geheimhoudingsplicht m.b.t. het 'Ecorys-rapport (2012)" Geachte heer Franco, Op 16 juli jl. kregen wij bericht van de Griffier, dat een aantal rapporten m.b.t. de Refineria di Karsou, waaronder het Ecorys-rapport 2012, ter vertrouwelijke Inzage lagen bij de Griffie. Deze rapporten waren door de Minister van Algemene Zaken op 15 juli gan de Staten ter vertrouweliike kennisneming gezonden, naar aanleiding van een verzoek d.d. 19 juni 2013 van het statenlid voor PAIS, de heer Alex Rosaria, In zijn verzoek had de heer Rosaria aangegeven, de (volledige) Ecorys-rapporten te willen ontvangen. Indien deze rapporten echter bedrijfsspecifieke informatie zouden bevatten, zou verzending zonder deze gedeeiten dienen plaats te vinden. De Minister van Algemene Zaken heeft evenwel de volledige rapporten verzonden, onder bevestiging dat er bedrifsspecifieke informatie in stond, welke informatie de onderhandelingspositie van de Refineria di Kbrsou tegenover een (mogelike) partner minder aantrekkellk zou kunnen maken, Indien deze partner daarover zou beschikken. = De Minister drong dan ook aan op een vertrouwellike behandeling van de onderhavige rapporten. Kort na bovengenoemd bericht van 16 juli 2013 van de Griffier, heeft de heer Alex Rosaria tijdens een interview voor een lokale radiostation te kennen gegeven, dat vertrouwelijke kennisneming niet was hetgeen hij had bedoeld: hij wilde dat 'iedereen' kennis kon nemen van het rapport, aangezien de tockomst van de raffinaderij zaak was van het gehele valk van Curacao. ~ Wij stellen vast, dat de heer Rosaria inmiddels op zijn wenken bediend is: het Ecorys-rapport (2012) is sinds 30 juli voor eenieder te raadplegen en te downloaden op de website van de Stichting Schoon Milieu op Curagao (SMOC). PARLAMENTO DI KORSOU Parliament of Curacao + Parlamento de Curazao + Staten van Curacae Wij stellen voorts vast, dat deze publicatie door SMOC alleen kon plaatsvinden als gevolg van schending van een geheimhoudingsplicht door een of meerdere personen die tot geheimhouding gehouden was of waren maar die desondanks om hen moverende redenen het Ecorys-rapport naar SMOC gelekt hebben. Wij wijzen er nogmaals nadrukkelijk op, dat met geheimhouding van het rapport het belang van een sterke onderhandelingspositie van de RdK Jegens (mogelijke) partners werd gediend, welk belang ook een nationaal belang is. Een national belang overigens dat de SMOC ment volledig aan haar laars te kunnen lappen, Het dient u als Voorzitter der Staten bekend te zijn, dat schending van een geheimhoudingsplicht een kwalijke zaak is, welke door de wetgever als een ambtsmisdrijf met gevangenisstraf is strafbaar gesteld. Voorts bestaat er een wettelijke verplichting voor u om aangifte te doen van strafbare felten, waarvan in de uitoefening van uw voorzittersfunctie kennis mocht nemen. erzoeken u dan ook van bovengenoemde schending van de geheimhoudingsplicht onverwijld aangifte te doen bij de Landsrecherche. Daor het doen van aangifte kunt u bovendien voorkomen, dat de verdenking blijft voortbestaan, dat enig statenlid of medewerker van de griffie zich schuldig heeft gemaakt aan schending van zijn of haar geheimhoudingsplicht door het rapport te (doen) lekken naar SMOC, Haogachtend, he ——

You might also like