1

Inhoudsopgave

ITEM

PAGIN
A

Opdracht 1: Beeldanalyse

Opdracht 2: Beeldverslag

Bijlage I: Kijkwijzer Architectuur

OPDRACHT 1: Beeldanalyse van een architectonisch

object

UITLEG OPDRACHT:
De bedoeling van deze opdracht is dat je een beeldanalyse maakt van een
architectonisch object. Ik noem het een object, omdat bij de
kunstdiscipline architectuur iets er niet altijd letterlijk uit hoeft te zien als
een gebouw. Kies in ieder geval een object uit,
dat je aanspreekt.
Achterin dit boekje tref je bijlage I: kijkwijzer architectuur aan. De
kijkwijzer bestaat uit 10 vragen. Bij vraag 1 t/m 9 geef je bij het maken
van de vragen iedere keer eerst een meerkeuze-antwoord. Daarna
onderbouw je je keuze (in woorden). Voordat iedere vraag begint, wordt de
vraag eerst even uitgelegd / toegelicht. Vraag 10 vraagt je de verzamelde
informatie uit vraag 1 t/m 9 te verwoorden in een aantal zinnen.
Advies: vul bij het architectonisch object alleen het meerkeuzedeel van de
vragen in.
Dit, omdat je bij het bouwwerk niet veel
tijd hebt om daarbij stil te staan. Als je bij het bouwwerk weg bent, vul je
pas de onderbouwing in die hoort bij iedere meerkeuzevraag. Dan heb je
meer tijd om na te denken over de onderbouwing en deze ook op te
schrijven.
Bewaar al je aantekeningen en ingevulde antwoorden zorgvuldig! Je hebt
deze nodig om evt. digitaal uit te verwerken.

LET OP! WERKWIJZE OPDRACHT 1:

1. Tijdens de excursie maak jullie de architectuuropdracht

individueel.
Daarna kiezen jullie als
tweetal de inhoudelijk best uitgewerkte kijkwijzer uit.
Afhankelijk van jullie CKV-docent kun je de boekjes inleveren
of de kijkwijzer digitaal inleveren.
De deadline voor het inleveren wordt gegeven tijdens de les!

OPDRACHT 2: Beeldverslag culturele excursie/reis

Je gaat in tweetallen een beeldverslag maken van de culturele

excursie/reis.
Een beeldverslag is een soort samenvatting in foto/tekst/video, waarin je
de essentie van de excursie/reis kunt aantonen. Jullie gaan je richten op
de reis zelf (de ervaring)
en daarbij gaan jullie in op
de architectuur en de beeldende kunst.
Hiervoor maken jullie gebruik van de kijkwijzer uit de bijlage.
Deze kijkwijzer vullen jullie eerst helemaal in,
om vervolgens informatie daaruit te verwerken in het beeldverslag.
Waar moet het filmpje aan voldoen?
De leerlingen kunnen de essentie van de excursie/reis tonen in
max. 2 minuten.
Informatie uit de kijkwijzer is verwerkt in de film.
Er zijn zowel tekst, fotos als videobeelden in het beeldverslag
gemonteerd.
De film heeft als kenmerk dat het motiveert om te bekijken
(mits kort en bondig).
Maak gebruik van verschillende shots (close up/totaal
shot/over the shoulder).
Er wordt inhoudelijk uitleg geven voor de camera (mag ook in
voice-over).
Leerlingen geven hun mening over:
moeten
4

Wat is het leukste wat je hebt meegemaakt/gezien hebt?

Wat vond je minder leuk?
Wat heb je ervan geleerd?
Waarom zouden andere mensen ook op excursie/reis
gaan?

Bijlage I: KIJKWIJZER ARCHITECTUUR (Beantwoord de volgende

vragen zo volledig mogelijk!)
Titel:

Het Monument van Victor Emanuel II

Architect:

Giuseppe Sacconi

Jaartal:

1895-1911

Materiaal/tech
niek:

bijna alleen maar wit marmer alleen de beelden zijn

van ijzer.

Kunststromin
g:

Terug gekeken op oude romijnse gebouwen. Hierop

gebaseerd een nieuw gebouw gemaakt.

Opdrachtgevers vragen architecten vaak om een opvallend gebouw neer

te zetten. Wanneer een nieuw gebouw in de oude binnenstad wordt
ingepast, staat de architect voor de keuze zijn gebouw hieraan aan te
passen of juist een zo groot mogelijk contrast te zoeken.
1. Wat zie je: hoe verhoudt het gebouw zich met zijn omgeving?

Opgenomen in
omgeving

Contrast
met omgeving

Domineert
omgeving

Waarom/omdat : Het staat midden op een plein in rome met normale

gebouwen er om heen waardoor dit gigantisch contrast oplevert.

De keuze van materiaal draagt bij tot de betekenis die we aan een
gebouw toekennen.
Bij een groot bankgebouw worden vaak luxe
materialen gebruikt, zoals marmer metselwerk met bakstenen is typisch
Hollands en geeft de gebouwen een vertrouwd uiterlijk . Moderne
architecten
passen
vaak
ongebruikelijke
materialen
en
materiaalcontrasten toe.
2. Wat zie je: welke materialen vallen op?

Baksteen,
metselwerk
Hout
Natuursteen

Pleisterw

Beton
Staal

Glas

erk

Kunststof
Andere
materialen

Er word voornamelijk marmer gebruikt in dit

gebouw waardoor dit heel erg opvalt. Het is natuurlijk een
monument dus het moest er luxe en mooi uit zien dus vandaar
de matriaal keuze.
Waarom/omdat :

De eenvoudige doosvorm is kenmerkend voor het modernisme en bepaalt

veel van de architectuur tussen 1930 en 1980 . Andere architecten werken
met kleinere - vaak geometrische - vormen die gestapeld worden in een
structuur waarin herhaling, ritme en variatie een rol speelt . Organische
vormen zijn niet-geometrische vormen die ontleend zijn aan de natuur.
3. Wat zie je: wat is de grondvorm van het gebouw?
Grote
blokvorm

Structuur
van blokken

Organische

vorm

Waarom/omdat :
wat je ziet is dat er als basis 1 groot vierkant is genomen en daar op andere
dingen zijn gaan bouwen in verschillende hoogstes etc maar de basis is vierkant.
dit doen ze omdat dit een stevige vorm is en er makkelijk op te bouwen is.

Een architect kan beginnen met de buitenkant - de verpakking - van het

gebouw.
In de negentiende eeuw is deze faadearchitectuur gebruikelijk. Moderner is het van binnenuit te beginnen, dus
het gebouw als optelsom van kamers, ruimtes of bouwvolumes . Nietsymmetrische en niet vlakke gevels zijn dan vaak het resultaat, zoals bij het
Rietveld Schrderhuis in Utrecht.
4. Wat zie je: wat is de relatie tussen de voorgevel en de rest van het
gebouw?

Gebouw gaat
schuil achter
voorgevel

Voorgevel
en gebouw n
geheel

Gebouw zonder
voorgevel

Waarom/omdat : Het gaat om de ;uitstraling van de voorkant van het gebouw

dus dit is heel belangrijk en dus ook een geheel
(Barokke)

gebouwen uit de zeventiende eeuw hebben vaak een

opvallende entree,
met bijvoorbeeld veel trappen. Een
indrukwekkende entree verhoogt de status van een gebouw .
Tegenwoordig zijn entreepartijen vaak wat bescheidener van opzet of
ontbreekt zelfs een centrale ingang, om de drempel tussen de straat en
het gebouw zo klein mogelijk te maken.
9

5. Wat zie je: valt de entree van het gebouw op?

Entree krijgt
nadruk

Entree valt
niet op

Geen centrale
entree

Waarom/omdat : Het dus om de uitstraling gaat en mensen moeten zien

aan dit gebouw dat victor emanuel de eerste koning was.

In de moderne architectuur is bijna altijd sprake van skeletbouw . Het
skelet, bijvoorbeeld van betonnen kolommen, houdt dan het gebouw
overeind. Het gebouw stort niet in als er muren worden weggebroken . Een
architect staat voor de keuze het skelet 'eerlijk' zichtbaar te laten of het te
verbergen, bijvoorbeeld achter een dun vlies van glas en plaatwerk.
6. Wat zie je: is de bouwconstructie zichtbaar?

Zichtbare
skeletbouw

Skelet
verborgen achter
vliesgevel

Geen skelet:
dragende muren

Waarom/omdat :

Het staat op muren met zuilen er onder al dienen niet al deze ter
ondersteuning maar ook voor sier. Daarnaast is het van laag naar hoog
opgebouwd met een grote trap. Je kan dus heel goed zien waar het
gebouw op steunt en dus haar skelet.

'Less is more' is de slogan van het modernisme (1900-1950). Hoe kaler de

architectuur hoe mooier 'Less is a bore is de slogan van het postmodernisme
(1950 tot heden) en betekent dat er niet-functionele zaken, zoals
decoraties, aan het gebouw mogen worden toegevoegd. Vooral in de
negentiende eeuw maar tegenwoordig ook weer, gebruiken arc hitecten
vaak vroegere stijlen (klassiek, middeleeuws of renaissance) voor ni euwe
gebouwen, zoals bij het Centraal Station in Amsterdam. Het hedendaagse
gebruik van klassieke elementen noemen we postmodernisme.
7. Werkwijze: wat is het uitgangspunt van de architect?

Functioneel:

Less
is more
Waarom/omdat :
10

Traditioneel:
naar vroegere
voorbeelden

Toeters en
bellen: Less is a
bore

Het een aandenken was aan vitor emanuel de eerste koning van italie.
dit moest dus groots gebeuren.

Weinig architecten houden vast aan traditionele vormen, zoals een kerk
met een klokkentoren dat is. Lange tijd is het de gewoonte geweest de
gebruiksfunctie een geringe rol te laten spelen in het uiterlijk van een
gebouw. Een kantoorflat, woonflat, school of bioscoop zijn dan niet meer
echt van elkaar te onderscheiden. Tegenwoordig is er meer aandacht voor
het herkenbaar maken van de gebruiksfunctie.
8. Functie: is de functie van het gebouw direct zichtbaar?

Ja, gebaseerd

op
bestaand
model

Ja, niet
gebaseerd op
bestaand model

Nee, andere
functies denkbaar

Waarom/omdat :

Het gewoon een momnument is het heeft geen funtie.

Uit je antwoorden op bovenstaande vragen blijkt in veel gevallen al wel
met welke categorie je het gebouw associeert. Pure 'abstracte' architectuur
is architectuur die weinig rekening houdt met bestaande tradities en niet echt
verwijst naar de gebruiksfunctie.
9. Betekenis: welke associaties roept het gebouw op?

Status en

macht

Pracht en praal

Bolwerk of
vesting
Puur en
abstract

Open en
toegankelijk
Klassiek en
traditioneel

Waarom/omdat :

Het is ondworpen als een aandenken aan victor emanuel de eerste koning
van rome. Dit moest dus macht en status laten zien omdat dit een
belangrijk persoon in de geschiedenis was. Daarnaast was het gebaaseert
op oudere werken van de romijnen.

10. Geef je eigen mening over het architectonisch object dat je hebt
uitgekozen en licht dit toe in ongeveer 30 woorden:
11

het is een opject gebaseert op een oud romijns bouwerk maar dit is het
niet. De zuilen zijn enkel voor de show en niet ter ondersteuning. wat ik
vind van het opject is dat het mooi is en het past goed in de stad maar ik
vind het overdreven. Het monument heeft te veel toeters en bellen naar
mijn smaak. Wel houd ik van gebouwen met minder toeters en bellen als
bijvoorbeeld het pantheon of het colosseum. Omdat deze vroeger en
functioneel waren en nog steeds mooi zijn/blijven.

12