Professional Documents
Culture Documents
Persoonlijk leerdoel:
Aan het einde van periode 3 wil ik uitleg kunnen geven waarbij ik het woordje uuhh niet meer gebruik.
Aan het einde van periode 3 wil ik zelfverzekerder voor de klas staan.
Lesdoel(en): Evaluatie van lesdoelen:
Levo: Aan het einde van de les moeten de leerlingen vragen beantwoorden over Pasen. Dit zijn
Kerndoel 38 vragen die te maken hebben met het paasfeest en over de leuke weetjes die zij hebben
De leerlingen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de kunnen zien en beluisteren in het filmpje.
Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen en zij Hiermee kan ik controleren of de leerlingen het lesdoel hebben bereikt.
leren respectvol om te gaan met seksualiteit en met diversiteit binnen de
samenleving, waaronder seksuele diversiteit.
De leerlingen kunnen aan het einde van de les benoemen wat het
paasfeest inhoud en waarom wij dit vieren.
De leerlingen kunnen aan het einde van de les leuke weetjes benoemen
over het paasfeest.
N&T:
Kerndoel 42
De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen en natuurkundige
verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en
temperatuur.
De antwoorden die de leerlingen geven op de vragen van de verschillende proefjes kan ik
Aan het einde van de les kunnen de leerling de juiste antwoorden geven op controleren. Dit doe ik door naar hun antwoorden te luisteren en er vragen over te stellen
de vragen van de verschillende proefjes. zoals: Hoe denk je dat dit nu komt en hoe zijn jullie op dit antwoord gekomen?
Aan het einde van de les hebben de leerlingen geleerd doormiddel van
ontdekkend leren.
Procesdoel:
de leerlingen hebben samengewerkt met de leerlingen die bij hen in het Door tijdens de proefjes rond te lopen en te vragen, aan het einde van de les, hoe de
groepje zaten. samenwerking is verlopen. Kom ik erachter hoe de leerlingen hebben samengewerkt en
De leerlingen die negatief werden gekozen in het sociogram, wil ik laten wat zij van de samenwerking vonden.
samenwerken met verschillende leerlingen in de klas. Door dit te doen,
hoop ik dat de andere leerlingen dit als prettig ervaren en de leerlingen die
negatiever werden gekozen, in de toekomst, vaker worden gekozen voor
een samenwerkingsopdracht. Zo wordt het groepsklimaat in de klas nog
beter.
Extra opdracht:
De leerlingen hebben aan het einde van de les een ei van vier meter hoogte Ik kan controleren of de leerlingen de constructie goed of niet goed hebben gemaakt. Dit
laten vallen met als doel het niet te laten breken. kan ik doen door te controleren of het ei nog heel is na de val.
Beginsituatie:
De leerlingen weten al het een en ander van Pasen, daarom heb ik ervoor gekozen om leuke weetjes te behandelen tijdens mijn les over Pasen.
De leerlingen weten:
Dat we met Pasen paaseieren zoeken en dat er een paashaas is.
Dat het met Jezus te maken heeft.
Dat Jezus gekruisigd is.
Dat er een laatste avondmaal gehouden werd voor de kruisiging.
Dat Jezus uit zijn graf is opgestaan.
Dat Jezus is verraden.
Volgens de filosoof Erikson zijn de leerlingen nu in fase 4 van de acht levens/ontwikkelingsfasen
Volgens Fowler zitten de leerlingen in fase 2 Fowler noemt dit de Mythic-Literal Faith.
Volgens kohlberg zitten de leerlingen in Fase 2: de mythische- letterlijke levensbeschouwing
De leerlingen hebben nog geen proefjes gedaan met eieren. Wel kunnen zij weten, dat hoe meer zout in water zit, hoe beter je kunt blijven drijven.
Wat zij ook zouden kunnen weten is hoe je kunt zien of een ei gekookt of rauw is. Dit heb ik hen niet gevraagd, omdat de kans groot is dat zij dit gaan opzoeken.
De leerlingen werken vaak aan projecten. Tijdens deze projecten werken zij in groepjes. Dit kunnen zij zelfstandig en op een rustige manier.
Door deze kennis weet ik dat de leerlingen tijdens het maken van de proefjes ook weten wat wel en niet kan. Ik vertel de regels die zij nog niet zullen kennen, zoals dat
zij de eieren aan het begin van de les moeten laten liggen.
Pedagogisch:
In groep 8 zitten 23 Leerlingen, waarvan 14 jongens en 9 meiden. De leerlingen zijn tussen de 11 en 12 jaar.
Er zitten geen leerlingen in de groep die een klas hebben overgeslagen. Wel zijn er drie leerlingen die n keer zijn blijven zitten en zijn er drie leerlingen met dyslexie.
Met deze les zouden zij geen problemen moeten tegenkomen. Dit is omdat de leerlingen niet veel hoeven te lezen of schrijven.
Betrokkenheid:
De meeste tot alle leerlingen zullen betrokken zijn tijdens de les. De klas is altijd stil en luistert aandachtig naar de uitleg. De leerlingen weten wat ik van hen verwacht
en zij houden zich aan de regels.
Lesinstrumentarium:
Voor deze les maak ik gebruik van: een digibord, 24 eieren waarvan er zes gekookt zijn en de materialen die nodig zijn voor de proefjes.
Lesverloop
Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie
Leraar leergedrag leerling(en)
0-10 Intro Ik vertel de leerlingen dat we het deze les over De leerlingen mogen om de beurt iets zeggen wat met Digibord
woordspin Pasen gaan hebben. Pasen te maken heeft.
De leerlingen stel ik de vraag:
Wat weten jullie al over Pasen?
Er komt iets Hierbij gebruik ik de werkvorm rotonde.
binnen (N&T) Hierbij komt iedereen aan de beurt om n ding
te zeggen wat zij over Pasen weten. Ik ga de
klas af van links naar rechts zodat ik niemand
oversla.
10-24 filmpje Ik vertel de leerlingen dat we een filmpje gaan De leerlingen zitten op hun stoel en kijken naar dit filmpje. https://www.youtube.com/w
Er komt iets bekijken over Pasen en dat zij, na dit filmpje, Tijdens de film zijn zij stil en geconcentreerd. Zij mogen atch?v=_pQvNnUolIk
binnen (N&T) hier vragen over moeten beantwoorden. aantekeningen maken om het zo beter te onthouden. en het digibord.
24-35 Toets Ik deel de vragenlijst uit aan de leerlingen en De leerlingen overleggen en beantwoorden de vragen. Toetsvragen.
maken. vertel wanneer zij mogen beginnen met het Potlood
maken van de toets. Samen met het groepje Gum
Er komt iets waarin de leerlingen zitten mogen zij de vragen
binnen (N&T) beantwoorden.
35-40 Nakijken We kijken gezamenlijk de toets na. De leerlingen houden bij hoeveel antwoorden zij goed Pepernoten.
Ik stel de vraag en vraag aan de groepjes wat hebben.
Er komt iets zij als antwoord hadden. Het groepje met de meeste juiste antwoorden krijgt
binnen (N&T) Ik vertel als dit goed is, waarom dit goed is en pepernoot, voor ieder groepslid n.
als het fout is waarom dit fout is.
Dit doe ik in de werkvorm rotonde.
Ik luister naar wat de groepjes te vertellen De leerlingen geven antwoord op mijn vragen, hierbij
hebben. denken zij na over hoe zij tot hun conclusie zijn gekomen.
Als de uitleg goed is hoef ik niets toe te voegen,
maar als zij nog wat dingen missen dan voeg ik,
nadat het groepje klaar is met de uiteg, toe.
Hier kan ik de les eindigen
Hieronder staat nog een extra activiteit die ook
te maken heeft met het thema eieren.
Doordat mijn les het laatste uur gepland stond, had ik geen tijd meer om de proefjes te bespreken met de klas. Dit ga ik inplannen voor een
volgende keer.
De leerlingen waren betrokken tijdens mijn uitleg. Zij waren stil als ik aan het woord was en ze stelden de vragen op de momenten dat dit
mocht. Tijdens het uitvoeren van de proefjes waren alle leerlingen actief bezig met het ontdekkend leren en actief bezig met de proefjes.
Door de vraag te stellen: Wat denk je dat er gaat gebeuren? of Hoe denk je hier achter te komen? gaan de leerlingen nadenken over
wat er zal kunnen gebeuren en hoe zij hier achter zouden komen.
Twee eieren waren kapot gegaan, dit kwam omdat er een scheurtje in de schil zat. Dit was niet erg, omdat ik voldoende eieren mee had
genomen. De leerlingen hebben het allemaal opgeruimd.
Aan het einde van de dag kwam nog een leerling naar mij toe om te vertellen dat hij de proefjes erg leuk vond. Dit vond ik fijn om te horen.
Tips:
Het belangrijkste is de overtuiging.
Je bent nog voorzichtig zorg ervoor dat je je antwoord of uitleg zo geeft dat je zelf 100% achter je antwoord staat en dat je hier niet over
twijfelt.
Houd de tijd goed in de gaten. Doordat je wat later klaar was met de les dan geplant, konden de leerlingen niet de proefjes uitleggen,
voordoen en uitleggen aan de klasgenoten. Zorg ervoor dat dit je goed op de tijd let.
Tops:
De proefjes waren erg leuk, de leerlingen waren allemaal actief bezig en hadden hier ook plezier in.
De koppeling met levensbeschouwing was goed en de lessen sloten op elkaar aan.