You are on page 1of 2

Westerse jongeren hebben het gehad met de democratie

Jelle DehaenHistoricus en filosoof.


07/12/16 om 16:00 - Bijgewerkt op 06/12/16 om 21:07
Bron: Knack
Onze democratie wordt structureel zwakker, waarschuwt politicoloog Roberto
Foa. Hij stelt in een nieuwe studie vast dat het verlangen naar de sterke
leider toeneemt, vooral bij jonge mensen.
Amper 35 procent van de Nederlandse jongeren vindt het belangrijk om in een
democratisch land te wonen. .
Roberto Foa doceert aan The University of Melbourne en is lid van The World
Values Survey, een wereldwijd vertakte denktank van politieke wetenschappers.
Hij voert al jaren onderzoek naar de staat van de democratie en publiceert
daarover in januari enkele opmerkelijke onderzoeksresultaten in Journal of

Democracy.
De belangrijkste conclusie is dat almaar meer westerlingen twijfelen aan de
democratie. Het lidmaatschap van politieke partijen loopt terug en het
vertrouwen in het parlement daalt. Maar dat wantrouwen is niet tegen bepaalde
politici of partijen gericht, het is de democratie zelf die ter discussie wordt
gesteld. Zo verlangen 45 procent van de Spanjaarden en 40 procent van de
Fransen naar een sterke leider. En een op de zes Amerikanen wil dat het leger de
macht grijpt, een verdrievoudiging in vergelijking met 1995.
Het zijn vooral jongeren die het gehad hebben met de democratie. In de VS,
Nederland en Groot-Brittanni vindt amper 35 procent van de jongeren dat het
'heel belangrijk is om in een democratisch bestuurd land te wonen'. Bij de
zeventigers ligt dat cijfer dubbel zo hoog.
Rijken willen vaker een sterke leider dan gewone mensen
Volgens Robert Foa speelt gewenning een grote rol. 'De jongeren van vandaag
zijn opgegroeid na de Koude Oorlog en weten niet meer hoe gevaarlijk het
totalitarisme is. Net omdat de democratie zo succesvol is geweest, lijkt ze
vanzelfsprekend.'
Jongeren zijn graag tegendraads. Zullen ze die fase niet ontgroeien?
ROBERTO FOA: Dat zou ik graag geloven, maar dat is niet wat hier speelt, denk
ik. In de jaren 1980 waren jongeren net de groep met het grootste
democratische en politieke engagement.
Een andere verrassende statistiek is dat rijke mensen vaak antidemocratisch
zijn. In Amerika verlangt veertig procent van hen naar een sterke leider.

FOA: Enkel westerlingen verbazen zich daarover, want in de rest van de wereld
is die houding de norm. De rijken zijn doorgaans sceptisch over de democratie,
omdat de massa beslissingen kan nemen die tegen hun belangen ingaan. Aangezien
de ongelijkheid de afgelopen jaren is toegenomen, is het verschil tussen de
toplaag en de gewone mensen nog groter geworden en daardoor is ook de afkeer
van de rijken voor de democratie gegroeid.
Ondertussen neemt de onvrede met de democratie ook bij gewone mensen
toe. Ze hebben het idee dat lobbyisten de besluitvorming bepalen en dat er
naar hen niet geluisterd wordt.
FOA: Dat is meer dan een idee, want er zijn verschillende onderzoeken die dat
bevestigen. Als de onvrede met de democratie toeneemt, is er een ruimte waarin
het totalitarisme kan gedijen. De democratie is immers, in tegenstelling tot wat
we vaak denken, geen natuurwet. Het is niet omdat ze al lang bestaat dat ze niet
meer kan verdwijnen. Daar zijn talloze historische voorbeelden van. In Venezuela
bestonden er al lang democratische instellingen, maar in de jaren tachtig daalde
het vertrouwen daarin. Daarvan maakte de extreemlinkse president Hugo
Chavez gebruik om de verkiezingen te winnen en een dictatuur te installeren.
Eerst worden mensen sceptischer over de democratie en vervolgens komen de
autoritaire leiders op. Daarom zijn de cijfers in het Westen zo alarmerend. Ze
tonen aan dat de democratie structureel verzwakt.

You might also like