You are on page 1of 38

Achtergrond informatie over Finding Nemo

De makers
De film Finding Nemo is een animatiefilm van Pixar en gedistribueerd door Walt
Disney Pictures. Deze film ging op 30 mei 2003 in de Verenigde Staten in
première. De film zou een half jaar eerder verschijnen, maar door het overlijden
van Glenn McQueen op 24 oktober 2002 werd de première uitgesteld. Glenn
McQueen was een computer animator en werkte o.a. aan de film Toy Story, Cars
en Monsters. Uit respect aan zijn nagedachtenis droeg Pixar de film Nemo op aan
hem.

De Nederlandse première was op 26 november 2003. Het budget voor de film


was $94 miljoen, de recette bijna het 10-voudige. Dit is exclusief de opbrengst
van de merchandising. Ik heb niet terug kunnen vinden of er ook aan goede
doelen is geschonken. Ik vermoed dat het geld teruggestroomd is in het bedrijf
zelf, aangezien Walt Disney productions plannen voor overname had. Nogmaals,
dit is mijn vermoeden.

Behalve dat de film veel geld opbracht, won het ook meer dan dertig prijzen. De
belangrijkste prijs is de Oscar voor Beste Animatiefilm.

Over Pixar
Pixar is een Amerikaans bedrijf, dat gespecialiseerd is in het maken van
animatiefilms met behulp van computeranimatie. Zij zijn het eerste bedrijf dat
een volledige 3D-animatiefilm heeft gemaakt.

In 1991 sloot Pixar een deal met Walt Disney om 3 lange speelfilms te maken,
volledig met computeranimatie. De eerste film van deze reeks was Toy Story.

In 2006 wordt Pixar overgenomen door Walt Disney.

De creatieve afdeling van Pixar bestaat uit een verhaal afdeling, een kunst-
afdeling en een afdeling van hoog opgeleide animatoren en deze staan onder
leiding van John Lasseter. John was uitvoerend producent bij Finding Nemo. Hij is
één van de oprichters van Pixar.
Het verhaal
Finding Nemo is een onderwater avontuur. Het gaat over vader vis die is
gescheiden van zijn zoon en moet beginnen aan een epische reis om hem terug
te brengen naar huis.

Eigenlijk gaat de film over de te grote bezorgdheid van ouders naar kinderen toe.
Ouders moeten leren hun kinderen los te laten, kinderen vertrouwen te geven.
De film is gericht op kinderen, maar laat vanuit het perspectief van de ouder, de
vader-zoon relatie zien.

Tijdens de film zie je twee hoofd verhaallijnen. Het ene verhaal gaat over de
zoektocht van vader Marlin en het andere verhaal over de belevenis/ontsnapping
van de zoon, Nemo.

Het verhaal van Marlin speelt zich af in de zee en heeft veel raakvlakken met het
echte leven. Allereerst speelt het verhaal zich af op het Great Barrier Reef. Dit
koraalrif bestaat ook echt. Het ligt aan de noordoost kust van Australië. De vissen
die hier zwemmen, zijn identiek met de vissen die in de film voorkomen. Ook
loopt hier de East Australian Current. Deze golfstroom neemt ieder jaar
duizenden vissen mee uit het Great Barrier Reef.

Een ander raakvlak is de ‘meeting’ van de haaien. Deze meeting lijkt erg veel op
de bijeenkomsten van de AA. Verder laat de film zien wat mensen zoal
achterlaten in de zee; een gezonken onderzeeër, achtergebleven wapentuig
(bommen, torpedo). Ook het leegvissen van de oceaan is een issue dat in beeld
komt. Net als de zeevervuiling; hoe dichter Marlin en Dory bij de kust komen hoe
donkerder en troebeler het water wordt. Bij de aankomst in Sydney is duidelijk
het operagebouw te herkennen.

Tevens geeft de film ook goed weer hoe dieren samenleven in de zee (de schol
vissen, de poetsgarnaal, de anemoon die een huis is voor vissen ).

De verhaallijn van Nemo is iets luchtiger dan dat van Marlin. Maar ook hier zie je
verwijzingen naar de werkelijkheid. Ten eerste ligt er voor de speelgoedkist bij de
tandarts, Buzz Lightyear van Toy Story. Verder ondergaat Nemo een
inwijdingsritueel in het aquarium, waarna hij een nieuwe naam krijgt:
“Haaienhapje”.

Het ontstaan
De writer-director Andrew Stanton is de bedenker van de film. In 1997 maakt hij
al aantekeningen voor het verhaal. In 1999 heeft hij de eerste versie geschreven.

Tijdens een uitstapje naar het aquarium ontstond het idee voor Finding Nemo.
Maar het verhaal kwam pas tot leven toen hij hier een aantal persoonlijke
herinneringen in verweefde. Stanton groeide namelijk op aan de oceaan,
daardoor wist hij dat de zee ‘cool’ kon zijn. Ook had hij vroeger een tandarts met
een aquarium in zijn behandelkamer. Bovendien wilde hij een vader-zoon
verhaal, waarbij hij gebruik maakte van zijn eigen ervaring als opvoeder.

Eigenlijk wist Stanton niets over vissen en al helemaal niets over clownvissen
(anemoonvissen). De clownvissen zijn eigenlijk willekeurig gekozen. Stanton zag
in een boek twee vissen die stiekem vanuit een anemoon naar buiten keken.
Deze vissen waren oranje met witte strepen. Hij verdiepte zich in de clownvissen
en vond ze erg geschikt voor zijn verhaal over de overbezorgde vader en zoon.
Clownvissen komen heel weinig uit de anemoon te voorschijn. Ze blijven veilig
binnen. Het is hun thuis voor de rest van hun leven.

De reis die de vader moet ondernemen om zijn zoon te vinden staat in schril
contrast met het beschermde leven van deze vis. De zee is een perfecte
metafoor voor dit verhaal. Als je namelijk onderwater duikt en kijkt waar het diep
is, lijkt het leeg. En toch kan daar van alles zijn, zowel iets negatiefs als positiefs.
Deze dualiteit heeft Stanton gebruikt voor zijn film. Het gaat het over hoop
versus angst en optimisme tegenover pessimisme en halfvol tegenover halfleeg.
Je kunt je verstoppen of het leven aangaan en risico’s durven nemen.

Het tragische begin van de film is sterk, maar niet al te wreed. Het geeft meteen
de kwetsbaarheid aan van het leven. Met het vinden van het ene overgebleven
eitje, wordt meteen de vader-zoon relatie uitvergroot. De vader heeft alles voor
zijn zoon over. Hij wil zijn leven voor hem geven. Hij is overbezorgd, bij het
neurotische af. Maar hij heeft tevens iets innemends.

Nemo heeft één kleine vin, wat een symbolische betekenis heeft. Het staat voor
het feit, dat er altijd iets is met kinderen, waardoor je als ouder denkt dat ze het
niet zullen redden; scholing, lichamelijke prestaties, talenten, de manier van
praten. Dit fysieke element (ongelijke vinnen) geeft die angst van ’n ouder weer.

De karakters
Nemo: een jonge ondernemende en energieke vis. Hij wil laten zien dat hij al
groot genoeg is om zelf dingen te ondernemen. Eenmaal gevangen bij gevangen
in het aquarium van de tandarts, overtreft hij zichzelf door te laten zien dat hij tot
meer in staat is dan hij zelf dacht.

Coral: de moeder van Nemo. Zij is een trotse en ruimdenkende moeder, die de
creatieve naam Nemo in gedachten heeft voor één van haar kinderen. Verder is
het een sterke en optimistische vrouw in haar relatie met Marlin. Zij is de eerste
die in het ouderschap van Marlin gelooft.

Marlin: de vader van Nemo. Hij is eigenwijs, overbezorgd en zijn melancholische


karakter overschaduwd zijn beoordelingsvermogen. Hij moet leren om het
verleden achter zich te laten, niet zo zwaarmoedig te zijn, optimistischer te
worden en hij moet zijn belofte, om te voorkomen dat er ooit iets met Nemo
gebeur, herzien.
Dory: de reispartner van Marlin. Zij is super optimistisch, zorgzaam en sociaal.
Haar zonnige karakter en loyaliteit zijn van wezenlijk belang, wanneer Marlin op
zoek gaat naar zijn zoon.

Nigel: de pelikaan. Hij is waarschijnlijk de enige gevederde vriend van de vissen.


Hij hangt dagelijks rond in de haven van Sydney en gaat graag naar de tandarts,
waar hij nieuwtjes uitwisselt met de vissen uit het aquarium.

De vissen uit het aquarium: het maakt niet uit waar je vandaag komt uit de
zee, opgesloten zitten in het kitscherige aquarium van de tandarts, kan van alles
doen met een vis. De dagelijkse rituelen en dromen maken het leven leefbaar
voor de vissen.

Crush en Squirt: schildpadvader en zoon. Crush leeft al 150 jaar in de oceaan


en weet inmiddels al het één en ander om een goede ouder te zijn. Vader en
zoon weten hoe ze ontspannen hun leven moeten leven/leiden. Ze hebben een
goede, vanzelfsprekende band en vader durft zoon rustig los te laten in de East
Australian Current, go with the flow.

Sharks: de haaien. Zij zijn vastberaden om de wereld een ander beeld te geven
over haaien. Ze houden 12-stappen bijeenkomsten om hun eetlust in vis te
verliezen. Echter, hun intenties zijn goed, maar slechte gewoontes leer je niet
snel af.

De tandarts: hij neemt Nemo gevangen, maar je mag niet boos op hem zijn. De
tandarts redt eigenlijk Nemo, omdat hij anders toch opgegeten zou worden.

Darla: het nichtje van de tandarts. Zij kan haar slechte gewoonte niet van zich
afschudden, om zakjes met vis te schudden.

Mr. Ray’s class: Mr. Ray is een rog, met op zijn rug een schoolklas met allemaal
verschillende soorten vissen. Al zwemmend lijkt Mr. Ray wel een vliegend tapijt.
De kinderen ontdekken zo de wereld door de ogen van een natuurkundige en
echte diepzee onderzoeker.

De werkwijze
Voor de film is heel veel research gedaan. John Lasseter gelooft heilig in
research. Hij heeft alles onderzocht of laten onderzoeken voor de film. Hij vindt
dat je de geloofwaardigheid moet halen uit de werkelijkheid. Behalve onderzoek
naar de vissen zelf, werd ook het operagebouw in Australië bezocht en is de crew
op een echte onderzeeër geweest. Ook hebben ze allemaal hun duikbrevet
moeten halen, om research onder water te doen bij het koraalrif.

Als eerste moest er een onderwaterwereld gecreëerd worden. De eerste


resultaten leken meer op een zwembad met chloor, dan op oceaanwater.
Alle aspecten van de onderwaterwereld waren aanwezig, maar er zat geen
samenhang in. De ontwerpers moesten opnieuw beginnen. Ze namen beelden
van boven en onderwater als voorbeeld en hebben die nagemaakt. Het resultaat
was erg goed. Te goed. Het leek té echt, waardoor het geen fantasiewereld meer
was. Dus moest er weer opnieuw begonnen worden. Met alle kennis die ze
inmiddels hadden opgedaan, lukte het uiteindelijk om een onderwaterwereld te
maken, zoals die te zien is bij Nemo

Het verhaal is ook vele malen herschreven. Andrew Stanton had zelf het script
bedacht en geschreven. Maar de uiteindelijke versie kwam tot stand op de
verhaalafdeling. Op deze afdeling zitten mensen die bijna twee jaar lang samen
met Andrew de verhaallijnen tekenden en ophingen (soort stripverhaal aan de
muur) op storyboards, ideeën spuiden en proefmontages maakten. Al gaande

weg ontstond het definitieve verhaal.


Vervolgens werden de proefmontages, waar jaren aan gewerkt was, gemonteerd.
Deze proefmontages zijn de blauwdrukken van de film.

De volgende fase was om onderwatereffect te geven aan de shots (de


blauwdruk). Om dit effect te krijgen, moest men eerst uitvinden welke elementen
hiervoor onmisbaar waren: Water dat omhoog, voor- en achteruit gaat,
waterdeeltjes die zweven, bubbellicht, lichtstralen door het water, wegvallen van
kleur in diep water etc. Maar ook, waarin verschilt het koraalrif
en diep oceaanwater van troebel haven water. Al deze omstandigheden vragen
andere instellingen, zodat je havenwater krijgt, of rioolwater of ondiep rifwater op
verschillende tijden van de dag.

Opbouw Koraalrif
Bij het maken van het Koraalrif zijn de ontwerpers uitgegaan van drie
basiselementen; lange verticale vormen, platte horizontale vormen en ronde
vormen. Vervolgens hebben ze het grondvlak en het plafond van het oppervlak
weggelaten en met de drie basiselementen een 3D-omgeving gemaakt.

De personages
Alle vissen in het verhaal zijn natuurgetrouw en bestaan ook in het echt. Eigenlijk
zijn de gebruikte vissen al karikaturen van zichzelf. Ze hebben de gekste vormen.
Maar er komt veel wetenschap bij kijken, om een vis een persoon te laten spelen.

Voor het acteren moesten vissen dingen doen die anders nooit doen. Echte
vissen hebben de ogen opzij. Ze hebben geen oogleden en ze praten niet. Het
probleem was, hoe maak je een pratende vis met gevoelens en alle
eigenschappen die bij het personage horen?

De tekenaars hebben vervolgens naar honden gekeken. Die kunnen heel subtiel
met hun wenkbrauwen iets uitdrukken: neutraal, blij, boos, streng, triest etc. Zo
hebben ze de vissen ontworpen. De vissen kregen genoeg wenkbrauw om
nuances mee uit te drukken.

Het ontworpen personage(vis) moest vervolgens worden uitgewerkt met de


details van de kieuwen, de vinnen, de bek en de tanden. De tekenaar tekende
haar van alle kanten. Gaandeweg ontstond de definitieve versie van de persoon
(vis). Geheel in 2D. Vervolgens werden er een aantal kleimodellen n.a.v. de
tekeningen gemaakt, 3D. Deze modellen dienden als visuele ondersteuning voor
het personageontwerp. Van elke personage werden een aantal kleimodellen
gemaakt. Als de modellen goed bevonden waren, gingen ze de computer in. De
kleibeelden dienden als referentie.

De shader-texture art director moest de decors en de personages tot leven


brengen met schubben en textuur aan de buitenkant. Als voorbeeld gebruikte hij
echte vissen. De aanvoer van echte vissen was geen probleem, omdat veel
tropische vissen dood gaan. Die vis gooiden ze op de scanner, hielden ze tegen
het licht en zo bestudeerden ze de belangrijkste kenmerken: de kleur, de textuur,
de lichtval, of ze glanzend of glad waren, fluwelig of doorschijnend, etc.

De muziek
De film bevat 40 muziek tracks die variëren van minder dan 30 seconden tot 2 ½
minuut en zijn gecomponeerd door Thomas Newman. Het was voor Thomas de
eerste keer dat hij muziek componeerde voor een animatiefilm. Zijn neef, Randy
Newman, had de vorige vier animatiefilms voorzien van tracks. De tracks van
Finding Nemo zijn één van de beste die ooit zijn uitgebracht door Disney-Pixar.
Thomas Newman won in 2004 voor deze soundtrack en Annie Award voor
“Outstanding Music in een Animated Feature Production”. Thomas Newman
componeerde ook de muziek voor de films: The Shawshank Redemption en
American Beauty en maakte de soundtrack voor WALL-E.

Het laatste en langste nummer van de film, Beyond de Sea, is afkomstig van het
album When You’re Winning van Robbie Williams. Deze song is van oorsprong
Frans (1946). De muziek is van het liedje ‘Le Mer’ ( de zee) van Charles Trenet en
de Franse tekst is later veranderd door Jack Lawrence. De versie van Trenet was
een hommage en ode aan de wisselende stemmingen van de zee. De Engelse
versie van Lawrence vertelt een romantisch verhaal over een minnaar die
heimwee heeft naar een verloren liefde. Het lied werd pas bekend/hit in 1959,
toen Bobby Darin zijn versie uitbracht.

De song past erg goed bij de film, het geeft heel goed het mystieke gevoel weer
van het leven onderwater.

Verder weet Thomas Newman heel treffend het gedempte, slow-motion gevoel
van de onderwater wereld weer te geven in zijn composities als ‘Wow’, ‘Field
Trip’ en ‘The Turtle Lope’. Bij het nummer van ‘The Divers’ worden fluiten en
koperblazers gebruikt om de bange stemmen van de kleine vissen na te bootsen.
De tracks onderbouwen en/of versterken de sfeer en acties tijdens de film.

Track Lijst van Finding Nemo

1.
2. "Wow" (2:31)
3. "Barracuda" (1:29)
4. "Nemo Egg (Main Title)" (1:16)
5. "First Day" (1:15)
6. "Field Trip" (0:57)
7. "Mr. Ray Scientist" (1:28)
8. "The Divers" (1:56)
9. "Lost" (1:03)
10."Short-Term Dory" (0:43)
11."Why Trust a Shark?" (1:17)
12."Friends Not Food" (1:51) "
13."Fish-O-Rama" (0:29)
14."Gill" (1:40)
15."Mt. Wannahockaloogie" (1:20)
16."Foolproof" (0:32)
17."Squishy" (1:32)
18."Jellyfish Forest" (1:32)
19."Stay Awake" (1:47)
20."School of Fish" (1:03)
21."Filter Attempt" (2:05)
22."The Turtle Lope" (2:04)
23."Curl Away My Son" (1:28)
24."News Travels" (1:13)
25."The Little Clownfish from the Reef" (1:15)
26."Darla Filth Offramp" (2:22)
27."Lost in Fog" (1:05)
28."Scum Angel" (1:22)
29."Haiku" (1:41)
30."Time to Let Go" (2:22)
31."Sydney Harbour" (0:28)
32."Pelicans" (1:12)
33."Drill" (0:50)
34."Fish in My Hair!" (1:29)
35."All Drains Lead to the Ocean" (1:36)
36."...P. Sherman, 42 Wallaby Way, Sydney..." (0:39)
37."Fishing Grounds" (1:41)
38."Swim Down" (1:46)
39."Finding Nemo" (1:19)
40."Fronds Like These" (1:57)
41."Beyond the Sea" (performed by Robbie Williams) (4:26) "
Onjuistheden
Ondanks de vele research zijn er toch een aantal onjuist heden te bespeuren in
de film. Zo zijn er een aantal feiten die niet kloppen:

1.aan het einde van de film zie je de plasticzakken met de vissen drijven op het
water, maar het waterniveau in de plasticzakjes is veel hoger dan het
waterniveau van de oceaan.

2. Bij clownvissen is het vrouwtje altijd groter (vaak tweemaal zo groot) als het
mannetje. Coral is even groot als Marlin.
3. Nigel de pelikaan heeft neusgaten. Pelikanen hebben geen neusgaten. Ze
ademen door hun mond.
4. Als Dory en Marlin aan de tong van de walvis hangen, kijken ze naar onderen.
In de keel van de walvis zie je de huig. Dieren kunnen geen huig hebben, alleen
mensen hebben dat.
5. Tijdens de vlucht van Nigel de pelikaan, met Dory en Marlin in z’n bek,
achtervolgd door de meeuwen, zie je op de achtergrond zeilboten varen in de
haven. Deze zeilboten hebben de zeilen allemaal een andere kant opgebold
staan. De wind komt dus van alle kanten.

6. In het aquarium bij de tandarts zwemt Bloath de egelvis. Egelvissen eten


ongewervelde, zoals poetsgarnalen, in dit geval Jacques.

De feiten hoeven natuurlijk niet te kloppen in een fantasiefilm, waar vissen


kunnen praten. Maar als de onjuistheden storend zijn……
Analyse en beeldend onderzoek
Analyse scene ‘Nemo’s initiation’
Scene 12
Voor het begin van deze scene, zie de volgende site:
http://www.youtube.com/watch?v=EJnXIqXI8X8

Gebeurtenissen:
Nemo ligt te slapen. Jacques (garnaal) probeert Nemo te wekken door steentjes
te gooien, uiteindelijk lukt dit. Hij zegt Nemo mee te komen. Ze komen bij de
vulkaan aan. Drie andere vissen zorgen voor achtergrond muziek (hahoe-wahi-
hahohoho) Nemo zwemt naar de top van de vulkaan, onderweg wordt hij
gezegend door twee vissen. Bij de top aangekomen verschijnt Gill. Muziek zwelt
aan. Bloath krijgt het woord. In ingewikkelde taal en met veel beweging verteld
hij wat er aan de hand is, Peach legt het vervolgens kort uit: ‘We willen je bij de
club’ Nemo reageert heel positief. Bloath legt hem de eis uit. Hij moet door de
zgn. ‘ring van vuur’ zwemmen. De spanning stijgt, de vissen gaan weer zingen
(hahoe-wahi-hahohoho) Peach roept: ‘kan het niet anders! Het is nog maar een
kind!’ Jacques schreeuwt angstaanjagend. Nemo neemt een aanloop, en….zwemt
zo hard door de ‘ring van vuur’ dat hij aan de andere kant tegen Gill aan knalt.
Muziek stopt. Nemo krijgt een nieuwe naam van Gill: Haaienhapje. Vervolgens
legt Gill zijn ontsnappingsplan uit. Dit wordt ondersteund door het echt
weergeven van de gebeurtenissen die Gill verteld. Na afloop van de uitleg is niet
iedereen enthousiast over het plan maar toch wordt er mee ingestemd.

Camera:
In deze scène wordt gebruik gemaakt van een laag/hoog camerastandpunt.
Nemo moet door de bubbels van de vulkaan zwemmen. Door de vulkaan van
onderaf te zien lijkt deze heel groot en lijkt het onmogelijk om deze te
'overwinnen'. Nemo wordt juist van bovenaf gezien, hierdoor lijkt hij maar klein
en nederig in vergelijking met de vulkaan.
De uitleg van Gill’s ontsnappingsplan beleef je door de ogen van een
ontsnappende vis. Je ziet wat deze vis ziet.
Verder beleef je deze scene, zoals in zoveel scènes in deze film, als getuige. Niet
door de ogen van een specifiek karakter.

Kleur:
De kleuren in deze scène zijn heel opvallend: het is donker, maar toch zijn de
vissen en voorwerpen in de kom fel gekleurd. De lichtval in deze scène is
veelbetekenend voor de kleurbeleving.

Muziek:
De muzikale ondersteuning is in deze scène belangrijk. Eerst wordt de spanning
gecreëerd als Nemo naar de top van de vulkaan zwemt. Als Bloath de ‘ring van
vuur’ aankondigt echoot zijn stem. Muziek zwelt weer aan, spanning stijgt. Zodra
Nemo door de bubbels gezwommen is, stopt de muziek abrupt. Dit neemt in een
keer de spanning weg en geeft het een komische twist. Als Gill zijn
ontsnappingsplan uitlegt hoor je muziek in de sfeer van ‘Mission Impossible’.
Deze muziekstijl zal door veel mensen herkend worden. Dit zorgt ervoor dat je
snapt dat er een sprake is van een spannend plannetje.

Beeldend Onderzoek Vorm


Voor de makers van de film was het erg lastig om de karakters menselijke trekjes
te geven. Hoe laat je een vis reageren zodat mensen zich ermee verbonden
voelen? De dieren hebben immers vaak geen armen of benen. Om dit te
realiseren hebben de makers zoveel mogelijk gebruik gemaakt van de vinnen, zo
kregen de vissen toch een soort van armen/benen. Ook probeerden ze zoveel
mogelijk mimiek in de gezichten van de dieren te brengen. Zo kregen de dieren
toch menselijke trekjes.

De karakters in de film worden enigszins vorm gegeven door het uiterlijk. Zo


beweegt Marlin (vader van Nemo) altijd heel druk met zijn staartvin. Hieruit kun
je opmaken dat Marlin een beetje druk en neurotisch is. Dory daarentegen
beweegt heel soepel en elegant door het water. Hieruit blijkt haar positieve en
open houding naar het leven.

Ook Nemo heeft een kenmerkend uiterlijk; hij heeft namelijk een kleine
rechtervin. Deze staat symbool voor de beschermende houding van ouders ten
overstaan van hun kind(eren) Een kind zal namelijk altijd ergens hulp bij nodig
hebben, en zal nooit alles perfect doen. Nemo is ook niet perfect. Maar toch zul je
je kind los moeten laten om zelf de wereld te ontdekken.
Crush en Squirt, zijn twee schildpadden. Crush is de vader en Squirt het kind. Ze
staan beide relaxt in het leven, Crush maakt erg rustige bewegingen, hierdoor
komt hij zo rustig over. Ook heeft hij samengeknepen ogen, hierdoor komt hij
'high' over, wat ook weer duidt op een erg ontspannen houding. (zie afbeelding)
Squirt is nog erg actief, praat en beweegt snel. Dit laat zijn jeugdige kant zien.
Bruce, Chum en Anchor zijn haaien. Bruce is een grote witte haai, Chum is een
makreelhaai en Anchor is een hamerhaai. Bruce is een stuk groter dan de andere
twee haaien. Hieruit blijkt zijn dominantie.
Een van de bewoners van de vissenkom, Gill, heeft ervaring met
ontsnappingspogingen naar de oceaan. Deze komen in zijn uiterlijk naar voren
door de nodige littekens.
Beeldend Onderzoek Licht
Op de bodem van de oceaan zie je schaduwen van de overzwemmende
onderwaterdieren. (Het kostte veel moeite van de ontwerpers om dit te
realiseren) Ook worden reflecties van de zon, maan, sterren en stadslichten op
het wateroppervlak getoond.

Om het licht onderwater op het rif zo te krijgen, is gebruik gemaakt van ongeveer
tien lichtpunten. De belangrijkste lichtpunten bestaan uit een hoofdlicht, dit is
een helder licht dat de richting bepaalt. Daarnaast heb je het bubbellicht.
Hiermee krijg je grillig licht dat op de bodem valt via het water. Dan is er nog het
indirecte licht, dat meestal weerkaatst wordt via het zand. Ook heb je een
algemeen blauw invullicht. Tevens is er het troebele en mistachtige licht. Al deze
soorten licht over elkaar, resulteren in de belichting zoals dat te zien is in de film.
Maar voor de belichting van de vissen werden meer dan 100 lichtpunten
gebruikt.

In het filmpje in deze link zie je veel verschillende manieren waarin gewerkt is
met lichtval:
http://www.youtube.com/watch?v=vbrJnqaz5Rw
Beeldend Onderzoek Kleur
In de film komen scènes voor waarin maar drie of vier kleuren zijn gebruikt. Maar
voor het grootste gedeelte van de film worden blauw- en groentinten gebruikt.
Dit omdat het verhaal vooral plaats vindt in een onderwaterwereld. De koralen en
vissen hebben veel verschillende kleuren, waaronder roze, paars, groen, geel,
blauw, oranje en rood.

Zodra Marlin en Dory met Bruce (haai) mee gaan wordt de omgeving donkerder,
hierdoor krijg je als kijker al een sinister beeld van de situatie; wat gaat er
gebeuren? Deze spanning wordt niet ondersteund door muziek of een 'enge'
dialoog. De fleurige kleuren van Marlin en Dory vallen hier ook sterk op. Zie het
volgende filmpje:
http://www.youtube.com/watch?v=ea6yjT65wSQ

Nigel (de pelikaan) heeft een wittere nek en is sterker gekleurd dan zijn
soortgenoten. Hierdoor kun je hem herkennen zodra hij zich onder hen bevindt.

Beeldend Onderzoek Compositie; Camerastandpunten


Algemene camerastandpunten

De kijker ziet de gebeurtenissen veel van een zijaanzicht.

Soms zie je de gebeurtenissen door de ogen van een karakter. Zoals in de scene
waarin Dory denkt dat Marlin haar stalkt. (scene 'Meeting Dory')
Als de karakters een gesprek voeren, kijk je vaak over of langs het hoofd van het
andere karakter naar de spreker. Dat zie je in het screenshot.
Je beleeft het verhaal dus niet vanuit een karakter, maar je staat er als het ware
bij/achter.

Ook als Dory en Marlin in Sydney aankomen kijk je mee over hun schouder. Je
kijkt dus mee naar het geen waar de aandacht op ligt. Dat zie je op de afbeelding
hierboven.

Zo nu en dan kijk je niet langs of over een karakter, maar dan kijk je nog steeds
niet vanuit het oogpunt van de ander. Het pratende karakter kijkt namelijk langs
je heen.
Opvallende cameraposities
Scene 'Nemo Lost'

In deze scene wordt Nemo meegenomen door de duiker. Hierbij worden drie
camera posities afgewisseld: wat Nemo ziet,wat Marlin ziet en een neutrale
positie die de gebeurtenissen weergeeft. De gebeurtenissen worden hectisch
omdat de camerastandpunten snel wisselen. Zodra Marlin boven water komt om
de boot te zoeken, draait de camera snel rond: je kijkt door de ogen van Marlin.
Hierdoor wordt de angst en paniek van Marlin benadrukt.

Scene 'Sharks'

In deze scene houden de haaien een soort van AA-meeting. Ze willen graag
vegetarische haaien zijn. In deze meeting wordt de figuur die achter de
'lessenaar' staat van een laag standpunt gezien, de luisteraars worden vanaf een
hoger standpunt gezien. Hierdoor lijkt de spreker groter.
Beeldend Onderzoek Textuur

In deze afbeeldingen zie je duidelijk dat er aandacht is besteed aan de


verschillende texturen van het koraal. De ondergrond is bijvoorbeeld hobbelig en
heeft een grof oppervlak, het koraal links is glad en strak. Op de afbeelding links
zie je de textuur van de ondergrond zelfs nog beter.
In de afbeelding hieronder zie je dat er ook gelet is op detail. De ketting is
namelijk duidelijk vaker 'gebruikt' Dit hebben de makers proberen weer te geven
door er wat butsen en krassen aan te geven. Ook de boot heeft hetzelfde detail,
de krassen en strepen onderop de boot geven het een levensecht idee. En de
schroef is ook getekend door gebruik.
Ook in de afbeelding hierboven zie je hoe het wateroppervlak realistisch is
weergegeven.

Bij de duiker zie je textuur in de handschoen en de andere kleding, krassen op de


duikbril, textuur op het mondstuk en baardgroei in het gezicht.
Theorieles (exemplaar voor in
docentenhandleiding)
Inleiding
Vissen zijn boeiend omdat ze in de onderwaterwereld leven en wij als mens
eigenlijk voornamelijk in de wereld daarboven. Ook in de onderwaterwereld heb
je planten en dieren in tal van vormen en kleuren en ook daar heeft iedere vis
zijn bijzondere vorm, eigenschappen en manier van bewegen. Voor writer-
director Andrew Stanton,de bedenker van de film “Finding Nemo”, waren dat een
aantal redenen om een film te maken die zich voornamelijk in de
onderwaterwereld afspeelt. In 1997 maakt hij al aantekeningen voor het verhaal.
In 1999 heeft hij de eerste versie geschreven.

Tijdens een uitstapje naar het aquarium ontstond het idee voor "Finding Nemo".
Maar het verhaal kwam pas tot leven toen hij hier een aantal persoonlijke
herinneringen in verweefde. Stanton groeide namelijk op aan de oceaan,
waardoor hij wist dat de zee ‘cool’ kon zijn. Ook had hij vroeger een tandarts met
een aquarium in zijn behandelkamer. Bovendien wilde hij een vader-zoon
verhaal, waarbij hij gebruik maakte van zijn eigen ervaring als opvoeder.
Eigenlijk wist Stanton niets over vissen en al helemaal niets over clownvissen
(anemoonvissen). De clownvissen zijn eigenlijk willekeurig gekozen. Stanton zag
in een boek twee vissen die stiekem vanuit een anemoon naar buiten keken.
Deze vissen waren oranje met witte strepen. Hij verdiepte zich in de clownvissen
en vond ze erg geschikt voor zijn verhaal over de overbezorgde vader en zoon.

Als opdracht willen we daarom meegeven vooral op vorm, eigenschappen en


manier van bewegen van de vissen te letten, maar er zijn ook tal van andere
(beeld)aspecten die interessant zijn.

Kern

Beeldaspecten:
Beeldaspect Ruimte:

Ruimte/ruimtelijkheid betekent dat je er van verschillende kanten naar kunt


kijken. Dat wat je ziet is heel erg afhankelijk vanaf welk punt je dit ziet. (Op
ooghoogte, door een kader, vogelvlucht: dus alsof je er overheen vliegt of
kikkerstand: vanaf een lager standpunt.)

De horizon in een vlak bepaalt ook hoe we de ruimte zien. Ook door het
gebruikmaken van het gegeven dat iets minder helder van kleur/contour/textuur
is, als het op grotere afstand van je staat.

[Scène laten zien dat Nemo aangenomen wordt in de groep vissen in het
aquarium. Hiervoor wordt een bepaald ritueel gebruikt. Nemo krijgt hierna een
nieuwe naam: Haaienhapje.

http://www.youtube.com/watch?v=EJnXIqXI8X8

Vraag : Van welk standpunt wordt er in deze scène gebruik gemaakt en waarom?

(Antw.: In deze scène wordt gebruik gemaakt van een laag/hoog


camerastandpunt. Nemo moet door de bubbels van de vulkaan zwemmen. Door
de vulkaan van onderaf te zien lijkt deze heel groot en lijkt het onmogelijk om
deze te 'overwinnen'. Nemo wordt juist van bovenaf gezien, hierdoor lijkt hij maar
klein en nederig in vergelijking met de vulkaan.)

Ook zie je als kijker de gebeurtenissen veel van een zijaanzicht.


Als de karakters een gesprek voeren, kijk je vaak over of langs het hoofd van het
andere karakter naar de spreker. Dat zie je in het screenshot rechts. Je beleeft
het verhaal dus niet vanuit een karakter, maar je staat er als het ware bij/achter.

Hierboven zie je een screenshot van de scene dat Dory en Marlin in Sydney
aankomen. Vraag: Vanuit welk standpunt kijk je nu? Waarom hebben de makers
dat zo gedaan?

(Antw. Je kijkt zo mee over hun schouder. Je kijkt dus mee naar het geen waar de
aandacht op ligt.)

Beeldaspect Kleur:

Kleur is heel belangrijk: je zou je het niet voor kunnen stellen hoe de wereld eruit
ziet als er geen kleur zou zijn. Ook bij een film is het gebruik van kleur belangrijk.
Zo kunnen kleuren versterkt worden als ze gecombineerd worden.

Kleuren helpen ons meestal dingen te zien, doordat ze afsteken tegen een
achtergrond. Een groot verschil in kleur, bijvoorbeeld tegenovergestelde kleuren
(zoals jullie die kennen uit de kleurencirkel), zorgen ervoor dat een voorwerp of
dier ‘in het oog springt’.

Ook is hebben kleuren invloed op onze beleving. Zo heb je vrolijke kleuren en


sombere/doffe kleuren en koele en warme kleuren. Ook die aspecten worden in
een film gebruikt om sfeer te maken. Om sfeer te maken wordt er ook gebruik
gemaakt van verschillende soorten lichtinval (schaduw).

[ Scène dat Nemo aangenomen wordt in de groep vissen in het aquarium.


Hiervoor wordt een bepaald ritueel gebruikt. Nemo krijgt hierna een nieuwe
naam: Haaienhapje

http://www.youtube.com/watch?v=EJnXIqXI8X8

Vraag : Hoe wordt er hier door een bepaalde sfeer gemaakt?

(Antw. De kleuren in deze scène zijn heel opvallend: het is donker, maar toch zijn
de vissen en voorwerpen in de kom fel gekleurd. De lichtval in deze scène is
veelbetekenend voor de kleurbeleving.)

Ook kunnen kleuren symbolisch gebruikt worden. Zo staat rood bijvoorbeeld voor
gevaar, maar ook voor liefde/hartstocht. Bij dieren kunnen kleuren ook een
functie hebben, bijvoorbeeld als bescherming (schutkleur).

Vraag : Naast het beeld wordt de sfeer ook bepaald door iets anders. Wat is dat?
Hoe wordt de sfeer met dit ‘instrument’ gecreëerd?

(Antw.: De muziek is ook bepalend voor de sfeer in een film. In deze scène is dat
ook heel belangrijk. Eerst wordt de spanning gecreëerd als Nemo naar de top van
de vulkaan zwemt. Als Bloath de ‘ring van vuur’ aankondigt echoot zijn stem.
Muziek zwelt weer aan, spanning stijgt. Zodra Nemo door de bubbels
gezwommen is, stopt de muziek abrupt. Dit neemt in een keer de spanning weg
en geeft het een komische twist. )

Beeldaspect Vorm:

Alle vissen in het verhaal bestaan ook in het echt. Eigenlijk zijn de gebruikte
vissen al karikaturen van zichzelf. Ze hebben de gekste vormen. Maar er komt
veel wetenschap bij kijken, om een vis een persoon te laten spelen.

Voor het acteren moesten vissen dingen doen die anders nooit doen. Echte
vissen hebben de ogen opzij. Ze hebben geen oogleden en ze praten niet. Het
probleem was, hoe maak je een pratende vis met gevoelens en alle
eigenschappen die bij het personage horen?

De tekenaars hebben vervolgens naar honden gekeken. Die kunnen heel subtiel
met hun wenkbrauwen iets uitdrukken: neutraal, blij, boos, streng, triest etc. Zo
hebben ze de vissen ontworpen. De vissen kregen genoeg wenkbrauw om
nuances mee uit te drukken.
Het ontworpen personage(vis) moest vervolgens worden uitgewerkt met de
details van de kieuwen, de vinnen, de bek en de tanden. De tekenaar tekende
haar van alle kanten. Gaandeweg ontstond de definitieve versie van de persoon
(vis). Geheel in 2D. Vervolgens werden er een aantal kleimodellen n.a.v. de
tekeningen gemaakt: 3D. Deze modellen dienden als visuele ondersteuning voor
het personageontwerp. Van elk personage werd een aantal kleimodellen
gemaakt. Als de modellen goedgevonden waren, gingen ze de computer in. De
kleibeelden dienden als referentie.

De artdirector heeft iedere vis een bepaald karakter gegeven wat samenhangt
met zijn karakter.

Vraag: Wat valt je op aan Nemo’s uiterlijk? Waarom zou de artdirector dat
gedaan hebben?

Beeldaspect Textuur:

Door de schubbenhuid en de bouw van staart en vissen laten vissen zich prachtig
weergeven in texturen.

De shader-texture art director moest de decors en de personages tot leven


brengen met schubben en textuur (hoe het oppervlak eruit ziet) aan de
buitenkant. Als voorbeeld gebruikte hij echte vissen. De aanvoer van echte
vissen was geen probleem, omdat veel tropische vissen dood gaan. Die vis
gooiden ze op de scanner, hielden ze tegen het licht en zo bestudeerden ze de
belangrijkste kenmerken: de kleur, de textuur, de lichtval, of ze glanzend of glad
waren, fluwelig of doorschijnend, etc.

Beeldaspect Compositie:

Een compositie maak je door bepaalde dingen in het beeld te groeperen/


rangschikken. Ook kun je verschillende effecten op van een beeld krijgen door ze
op een bepaalde manier te ordenen. Zo kun je een kader (rand) als uitsnede
gebruiken en zo het oog daarop laten richten. Verder kun je bepaalde effecten
creëren als rust , werkelijke beweging, suggestie van beweging, contrast en
nuance, herhaling, ritme en patroon. Je kunt ook decoratie (versiering) gebruiken
en het beeld stileren. Of je kunt een bepaald beeld krijgen door te spiegelen of te
roteren.

Vraag : Wat kun je zeggen over de compositie als je naar dit plaatje kijkt?

Moraal verhaal:

In tekenfilms van Disney en Pixar zit vaak een boodschap verwerkt. Vaak komt er
in voor dat vriendschap belangrijk is. In “Finding Nemo” zitten meerdere
boodschappen verwerkt, de één wat duidelijker dan de andere.

Afsluiting

Je zult dus goed moeten kijken en luisteren om de beeldaspecten te kunnen zien


en het moraal van het verhaal te ontdekken. Ik heb een kijkwijzer gemaakt om je
hierbij te begeleiden.
Kijkwijzer
A. Algemene vragen:
1. Waardoor zie je de invloed van de mens op de onderwaterwereld?

2. Wat wil de filmmaker zeggen met deze film? Oftewel: Wat is de


moraal van het verhaal.

B. Vragen over in volgorde van het filmverloop:


1. Let op de koralen in het begin van de film.

- Er is een heleboel koraal te zien in de film. Noem een 3 vormen en kleuren op


die je hebt gezien.

2. Scene: Marlin en Corally komen net uit het koraal en praten over
kinderen.

- Hoe is ervoor gezorgd dat het lijkt alsof er ruimte (diepte is). Denk aan
camerastandpunt, kleuren.

3. Scene: Marlin en Corally gaan bij de eitjes in het koraal kijken.

- Wat voor compositie wordt hier gebruikt en waarom wordt dat gedaan?

4. Scene: Marlin wordt wakker en is Corally en de eitjes kwijt tot aan het
moment dat hij het eitje van Nemo vindt.

- Welke sfeer heerst er in deze scene? Hoe wordt die sfeer gemaakt?
Geef hiervoor verschillende manieren aan waarvan gebruik is gemaakt.

5. Scene: Nemo komt bij school (‘het schoolplein’) aan tot aan het stuk
dat Marlin hoort dat hij naar de afgrond zwemt.

- In deze scene zie je veel verschillende vissoorten. Welke verschillende


visvormen zie je? Denk hierbij ook aan evt. details van ogen, mond, vinnen. (Als
je de vissoort weet, deze noemen)

- Hoe beweegt Marlin als hij ontdekt dat Nemo met zijn leraar naar de afgrond
gaat?

6. Scene: Nemo is net opgevist, zwemt boven water en Marlin raakt in


paniek omdat hij hem niet meer kan vinden.
- Welke sfeer heerst er in deze scene? Hoe wordt die sfeer gemaakt?
Geef hiervoor verschillende manieren aan waarvan gebruik is gemaakt.

7. Let op de haai Bruce en de vis Dory (het vriendje van Marlin) :

a. Noem verschillen tussen het uiterlijk van de haai Bruce en Dory

b. Wat is het verband tussen hun uiterlijk, manier van bewegen en hun karakter?

c. En wat is het effect van hun manier van praten.

8. Scene: Na de haaienmeeting volgt er een achtervolging in en rond


een onderzeeër.

a. Hoe ziet de textuur van de onderzeeër eruit?

b. Hoe heeft de huid van de haaien textuur gekregen?

9. Scene: tandarts kijkt in aquarium.

- Wat voor compositie wordt hier gebruikt en waarom wordt dat gedaan?

10. Scene: Vis in aquarium verteld hoe Nemo kan ontsnappen. Dat
wordt met een aantal beelden duidelijk gemaakt.

a. Hoe wordt dat verteld/duidelijk gemaakt?

b. Hoe is ervoor gezorgd dat het lijkt alsof er ruimte (diepte is). Denk aan
camerastandpunt, kleuren.

11. Scene: De tandarts gaat weg. Nemo heeft een steen in het motortje
gelegd, zit in de buis en het steentje schiet los. Nemo doet een poging
om via het motortje te ontsnappen.

- Hoe wordt er angst gecreëerd?

12. Let op Crush de schildpad.

- Wat benadrukt het ‘coole’ van de schildpad.

13. Waardoor wordt er bij de zwaardvissen benadrukt dat het zwaardvissen zijn?

14. Scene dat Nemo naar school gebracht wordt.

Wat is het verschil met de eerste keer in de film dat Nemo naar school gebracht
wordt?
Antwoordenblad kijkwijzer

A. Antwoorden algemene vragen:


1. Door vervuiling en visvangst.

2. Vriendschap, loslaten in ouder kindrelatie, liefde overwint alles, je moet elkaar


beter leren kennen wil je er achter komen hoe iemand werkelijk is.

B. Antwoorden op vragen over bepaalde scenes in de


film (in volgorde van het filmverloop):
1. langwerpige, ronde en kronkelige koralen. Kleuren: paars, rose en oranje en
allerlei nuances daarop. Sommige koralen zien er korrelig/pokdalig uit.

2. Koralen, felgekleurd, op de voorgrond en de achtergrond is donker(der).

3. Donkere binnenkant van rots/het koraal als kader om Marlin en Corally heen.
Marlin, Corally en de viseitjes zijn kleurig doordat er licht op valt. De rest is vrij
donker. Zo gaat de aandacht naar de emoties van Marlin en Corally en de
viseitjes. Er is verder niets dat afleid: het geeft rust.

4. Er heerst angst als Marlin ontdekt dat hij Corally kwijt is en de eitjes
verdwenen zijn. Het is heel donker om Marlin heen. Alleen het eitje waar Nemo in
zit is fel gekleurd.

Geluk in de duisternis. Ook zit er nu een twinkeling in de muziek klinkt zweverig,


sprookjesachtig

5a. Nemo is vrij rond. Rog is plat (in horizontale richting). Er is ook nog een
andere vis die heel smal is (in verticale richting). Puntige vinnen. Gekrulde
vinnen. Bolle ogen.
5b. Hij gaat heel snel op en neer en spartelt met zijn vinnen.

6. Er heerst grote angst. Er is van bovenaf gefilmd (vogelvluchtpositie) waardoor


de zee in vergelijking met Marlin wel heel erg groot toont. De zee is donker
gekleurd, Marlin is fel oranje gekleurd en steekt daardoor erg af. Hierdoor wordt
de nietigheid van Marlin nog sterker gemaakt: Waar moet hij gaan zoeken? Ook
wordt het beeld onrustig doordat er heel snel een school vissen en een aantal
andere vissen langs zwemmen in tegengestelde richting.

7a. Bruce is groot,log, heeft een grote bek met scherpe tanden en is grijs van
kleur. Dory is klein, smal en kleurig en je ziet haar tanden niet.

7b. Dory is vrolijk en een beetje druk. De felle kleuren passen bij het vrolijke
karakter. Het drukke bewegen benadrukt het drukke en chaotische karakter.
Bruce is groot en beweegt log. Zijn grootheid en grote tanden benadrukken hoe
gevaarlijk hij is.

7c. Het snelle praten benadrukt haar drukke karakter en benadrukt dat ze
chaotisch is. Bruce heeft een zware stem waardoor hij nog enger over komt.

8a.Het is begroeid met algen en ziet er roestig uit.

8b.Door littekens.

9. Je ziet alleen het gezicht van de tandarts. Het is een uitsnede en is


beeldvullend. Zo lijkt de tandarts groot en eng. Het is gefilmd door de ogen van
Nemo en in vergelijking met een mens is hij ook klein. Je kunt zo verplaatsen in
de gevoelens van Nemo.

10a.Ze laten vlug achter elkaar heel kleine stukjes zien wat hij moet doen.

10b. Het is gezien vanuit het aquarium en de kleuren buiten het aquarium zijn
vager.

11. Er wordt een close-up van de draaiende motor gemaakt waardoor er bij de
kijker de angst gecreëerd wordt dat Nemo daarin vast komt te zitten. Er wordt
hier dus op een gevaar gewezen. Ook is er spannende harde muziek.

12. Hij beweegt traag zijn hoofd heen en weer en hij heeft zijn ogen half
dichtgenkepen waardoor het lijkt alsof hij high is, hij praat met een zingende
stem.

13. Als ze aan het vechten zijn hoor je het geluid van zwaarden (metaal) die
tegen elkaar aan geslagen worden.

14. Zijn vader is nu niet meer angstig voor de gevaren en kan hem nu wel
loslaten.
Project: Drama onder water
Praktijkles voor groep 7/8
Inleiding:

Deze praktijklesles is uitgegroeid tot project. Na het uitdiepen van de film,


achtergronden en beeldaspecten kwamen wij tot de conclusie dat het zonde zou
zijn om hier maar 2 lessen aan te wijden. Daarom zijn onze lessen uitgegroeid tot
een project. Op deze manier kunnen we een uitgebreide duik nemen in die
fascinerende onderwaterwereld om 6 weken later weer boven te komen, een
prachtig, mooie leerzame ervaring rijker.

Dit project gaat uit van de meervoudige intelligenties van de psycholoog


Gardner. Dat houdt in dat we de kinderen willen laten doen wat bij hun
intelligentie past. Als je namelijk doet wat bij je intelligentie past dan word je
intrinsiek gemotiveerd. Intrinsiek gemotiveerde kinderen zijn meer betrokken bij
wat ze doen en we willen natuurlijk graag dat de hele groep betrokken is bij dit
project.

De negen intelligenties die Gardner heeft ontwikkeld zijn: verbaal/linguïstische;


logisch/mathematische; visueel/ruimtelijke; muzisch/ritmische;
lichamelijk/kinesthetische; intrapersonale; interpersoonlijke; natuurgerichte;
existentiële. Als je van mening bent dat bepaalde intelligenties te weinig tot hun
recht komen in dit project, bijvoorbeeld logisch/mathematische, pas dit gerust
aan naar de behoeftes vanuit jouw groep.

Week 1
Introduceer het project: Vertel de kinderen over het project waar ze de
komende weken over gaan werken. Geef je eigen draai aan de introductie. Zet
een aquarium in de klas, draai een liedje over vissen, neem een stapel boeken
mee over oceanen. Verzin iets dat binnen je mogelijkheden ligt, maar zorg dat
het project meteen in de klas is. Spoor ook de kinderen aan om spullen mee te
nemen die te maken hebben met de zee. Richt hier een hoek, tafeltje of
vensterbank voor in.

Deze week wordt de film gekeken, de theorieles gegeven en de kijkwijzer


besproken. Vertel alvast dat er ook een toneelstuk gemaakt zal worden door de
kinderen. Ze kunnen hier dan alvast rustig over na denken.

Week 2

Kom allemaal in de tropische onderwaterwereldsferen met deze


praktijkles. Voordat de klas verdeeld wordt in groepen en iedereen aan zijn
eigen onderdeel werkt, maakt de hele klas onderstaande praktijkles. De
kunstwerken komen in de klas en op de gang te hangen en versterken het
projectgevoel. De klas wordt meer en meer oceaan.

Praktijklesles: Maak een onderwaterfoto van het koraalrif en tropische


vissen.

Beeldend probleem: De tekening moet zo echt mogelijk lijken want het is


zogenaamd een foto die je al duikend hebt genomen.

Inleiding: Stel je voor dat je, net als de tandarts in Finding Nemo, naar de
bodem van de oceaan duikt. Je zwemt daar op je gemak door de wondere
onderwaterwereld. Om je heen zie je een pracht aan kleuren en vormen.
Wapperende wieren en zeeanemonen. Vissen, kwallen, krabben, zeepaardjes en
zeesterren. Je hebt je onderwatercamera bij je en je kunt bijna niet kiezen waar je
een foto van gaat maken. Deze foto maak je natuurlijk niet echt, deze foto gaan
we tekenen. Bedenk of je een close-up wilt maken. Op deze foto zie je maar een
paar dingen van dichtbij. Of wil je een overzichtsopname maken, hierop zie je
een groot deel van de omgeving.

Materiaal:

• Beeldmateriaal van het koraalrif en tropische vissen


• Tekenpapier op A3-formaat
• Wascokrijt
• Ecoline, waterpotjes, oude kranten, penselen
• Prikpen of schaar
• Zout
• Keukenpapier
Vooronderzoek: Met ecoline en wascokrijt kun je hele leuke effecten bereiken.
Daar waar je met wascokrijt tekent kan de ecoline geen grip krijgen op het
papier. De ecoline kleurt dus alleen de lege stukken papier. Als je zout strooit
over natte ecoline ontstaan er mooie kringen. Deze technieken moeten eerst
onderzocht worden voordat je ze op je uiteindelijke tekening toepast.

Voorbeeld van zoutkringen op


ecoline

De opdracht: Je tekent een onderwaterfoto. Je mag inspiratie opdoen uit boeken


en websites over het koraalrif en tropische vissen.

Aanpak: Je maakt gebruik van verschillende technieken om textuur weer te


geven in je tekening. Deze technieken heb je in je vooronderzoek onderzocht.

Wascokrijt: Met wascokrijt kun je de sterke, levende kleuren maken die


kenmerkend zijn voor de kleurrijke onderwaterwereld.

Ecoline: Met ecoline kun je mooi egaal water maken. Kijk goed naar de
voorbeelden, water dichterbij het oppervlak is lichter van kleur dan water dieper
in de zee.

Zout: Textuur op rotsen of anemonen kun je maken met zout.

Prikpen of schaar: Met een prikpen of een schaar kun je krassen om meer
textuur te maken.

Lerarenhandleiding: Deze praktijkles bestaat uit 2 delen. Het eerste deel is het
vooronderzoek dat de kinderen moeten doen om bekend te raken met de
materialen. Hiervoor geeft u de kinderen een tekenpapier op A3-formaat. Dit vel
kan dubbel gevouwen worden zodat er twee vlakken ontstaan om op te
experimenteren. Laat de kinderen vrij in het experimenteren, moedig ze wel aan
om dapper te werk te gaan. In deze fase kan er nog niks fout gaan en juist als er
iets fout gaat kunnen er nieuwe ontdekkingen gedaan worden. Dat zout zulke
leuke effecten geeft op ecoline is vast ook per ongeluk ontdekt.

Deel 2 is het serieuze werk. Zorg voor voldoende beeldmateriaal, zodat de


kinderen goed kunnen afkijken hoe de echte onderwaterwereld er uit ziet. Leg de
begrippen close up en overzichtsopname uit. Geef aan dat de kinderen hier zelf
de keus in hebben.

Zorg voor een mooi lijst als het kunstwerk klaar is.

Week 3

Het toneelstuk: De hele groep gaat samenwerken om in 4 weken tijd


een toneelstuk van 30 minuten te maken.

Beeldend probleem: Het beeldend probleem van deze opdacht is: Hoe maken
we met zijn allen een mooi uitziend, goed lopend toneelstuk.

Voorbereiding: Voordat er groepen zijn gemaakt is het belangrijk om het hele


idee uitgebreid klassikaal te bespreken zodat iedereen weet wat er allemaal
moet gebeuren en waar het over gaat. Bespreek met de klas wat je allemaal
nodig hebt om met elkaar een toneelstuk te maken. Hieronder vind je een lijst
van de onderdelen die je in ieder geval nodig hebt. Misschien bedenken de
kinderen nog wel een onderdeel. Als dit onderdeel je zinnig lijkt voor je groep,
voeg dit dan vooral toe. Je wilt dit project vanuit de kinderen laten ontstaan, dus
wees flexibel en luister goed naar de geluiden uit je groep.

Laat zoveel mogelijk ideeën uit de klas komen. Eigenlijk is het enige dat jij als
leraar inbrengt dat het toneelstuk zich afspeelt op de bodem van de zee. Vraag
aan de kinderen wat het thema moet zijn en hoe het verhaal zou moeten gaan.
Schrijf ideeën op het bord.

Bespreek hoe je een vis speelt en wat voor kostuum je daarvoor nodig hebt. Mijn
idee is grote kartonnen dozen, dubbel klappen, visfiguren uitknippen/snijden,
daarna beplakken met papier-maché voor de nodige textuur en daarna verven.
Als je hier dan twee hengsels aan maakt kan je die om je schouders hangen en
de vis dragen.

Het lied moet natuurlijk het thema/de moraal van het toneelstuk over brengen.
Misschien willen de kinderen iets doen met een red de oceanen/ koraalrif thema.
In dat geval kan er een stevig strijdlied gemaakt worden. Er kan gekozen worden
voor de melodie van een bestaand lied en daar de woorden van veranderen.

Pas als helemaal duidelijk is wat de bedoeling is, worden de groepen


samengesteld. Deel in eerste instantie iedereen in, in de groep van zijn/haar
keuze. Als blijkt dat er een groep te weinig kandidaten heeft, bespreek dit en
zoek samen met de kinderen naar een oplossing. Het is bij deze opdracht heel
belangrijk dat de kinderen veel inbreng hebben, samen kunnen werken, kunnen
overleggen en samen tot oplossingen van het probleem kunnen komen.

De groepen:

De schrijvers: Er moet natuurlijk een toneelstuk geschreven worden. Het verhaal


moet gaan over de onderwaterwereld en er moet een thema in zitten. Zoals bij
Nemo, dat vriendschap belangrijk is. Dat je je kinderen moet kunnen loslaten
zodat ze kunnen opgroeien. Het thema mogen de kinderen zelf verzinnen.

De acteurs: Deze groep gaat het toneelstuk uiteindelijk uitvoeren en werkt nauw
samen met de schrijvers.

De decorbouwers: Deze groep maakt alles wat met het decor te maken heeft. De
kostuums van de vissen, de achtergrond en wat er verder nodig is.

De liedjesschrijvers: Deze groep schrijft een lied dat aan het eind van het
toneelstuk door iedereen wordt gezongen. Ook zoeken zij muziek uit voor tijdens
het toneelstuk. Eventueel schrijven zij een lied voor een ander moment in het
toneelstuk.

De documentairemakers: Tijdens de voorbereidingen kunnen zij een weblog


maken met ‘the making off’. Als het toneelstuk af is kunnen zij het filmen. Dit
kunnen hooguit twee kinderen doen en ze moeten heel handig zijn met
computers en technische apparatuur.

De biologen: Misschien heb je kinderen die niet in bovenstaande groepen passen.


Zij kunnen natuuronderzoek doen. Zij gaan op zoek naar informatie over
oceanen, het koraalrif en vissen. Hier maken zij een muurkrant van. Voordat de
muurkrant aan de muur hangt wordt deze gepresenteerd. N.b. Deze groep is niet
noodzakelijk voor het toneelstuk maar kan je wel nodig hebben i.v.m. de
meervoudige intelligenties.

Aan de slag: Als alle groepen verdeeld zijn kunnen ze aan de slag. De schrijvers
en de acteurs werken nauw samen, anders hebben de acteurs in de begin fase
niks te doen.

Vergadering: Alles moet wel op elkaar afgestemd blijven. Daarom begin je elke
week (week 3, 4, 5 en 6) met een vergadering. Dit hoeft niet lang te duren. Elke
groep geeft aan waar ze mee bezig zijn en waar ze tegenaan lopen. Hebben ze
genoeg kinderen, hebben ze hulp nodig van anderen groepen? Wellicht zijn er
uiteindelijk meer acteurs nodig en moeten er schrijvers acteurs worden. Dat
moeten de schrijvers en acteurs zich van te voren wel realiseren.

Begeleiding: Je gaat alle groepen langs om te kijken of hij/zij hier en daar een
beetje op weg moet helpen. De kinderen werken heel zelfstandig maar je bent
altijd in de buurt voor advies.

Week 5
Generale repetitie: De acteurs laten het stuk zien aan de rest van klas. Aan het
eind is er ruimte voor complimenten (altijd eerst de complimenten!) van de groep
en de tips (kan er nog iets verbeterd worden?)

Week 6

Afsluiting: Aan het einde van week 6 staat het toneelstuk gepland. Het leukste is
natuurlijk als de hele school kan komen kijken en/of eventueel ouders. Je moet
zelf kijken wat je kan realiseren.

Veel succes en vooral veel plezier!

Persoonlijke motivaties:
Senna
Het leek mij erg interessant om deze film te analyseren. Deze film spreekt veel
mensen aan, jong/oud, meisje/jongen etc. Dit maakt dat er ook animo zal zijn
voor een eventuele les over deze film. Daarnaast ben ik benieuwd naar hoe de
makers de suggestie van een onderwaterwereld hebben gecreëerd. Ook hebben
ze de karakters menselijk weten te maken, terwijl een vis toch weinig weg heeft
van de mens. Hoe hebben ze dat gedaan? En wat zijn de achterliggende
gedachtes van de gebeurtenissen? Allemaal vragen die bij mij op kwamen toen ik
erover nadacht om deze film eventueel te kiezen voor de opdracht van
Kunstzinnige Oriëntatie. Na wat oriënterend onderzoek bleek dat er heel veel
onderlagen in het verhaal zitten, dit motiveerde mij om er dieper op in te willen
gaan. Dus de redenen voor mij om deze film te kiezen was niet alleen het
'hilarische avontuur', maar ook de visuele aspecten en de diepere betekenissen
in de film.
Sjoukje
In ons groepje hadden we al snel besloten om voor een film te kiezen. De vraag
was toen: welke? De film Hercules werd eigenlijk meteen geopperd. Maar ook de
film Happy Feet en Nemo kwamen ter sprake. Na enig onderzoek viel Hercules al
snel af. We vonden deze film te bloederig en te gewelddadig voor kinderen. Toen
bleven de film Nemo en Happy Feet over. De muziek van de film Happy Feet is
heel populair, bekend en ligt prettig in het gehoor. Maar we hebben uiteindelijk
toch voor Nemo gekozen. Waarom? Voor mij gaven de kleuren de doorslag. Ik
vond het zo knap dat je een onderwater wereld zo mooi en zo gelijkend kan
weergeven. Het licht dat door het water schijnt en de schaduwen op de bodem,
heel fascinerend. Het is alsof je zelf mee zwemt door het water. Ook de
verhaallijnen trokken mij aan. Als moeder herken ik ook de worsteling van het
loslaten en (over)beschermen van je kinderen. En voor kinderen is het een
prachtig avonturen verhaal. Maar ook een verhaal/film dat je kan gebruiken in de
kunstzinnige vakken. Kortom een ´rijke´film.

Annemieke
Nadat de film Hercules te bloederig voor kinderen bleek, kwamen we op "Happy
Feet" en "Finding Nemo" uit. Ik had eerst "Nemo" gekeken en was erg
enthousiast over de weergave van de onderwaterwereld: wat een mooie kleurige
koralen en wat was het knap hoe ze de lichtinval hadden weergegeven! Ik werd
daardoor erg nieuwsgierig hoe de ontwerpers dit allemaal voor elkaar hadden
gekregen. Verder vond ik de humor en het moraal van het verhaal leuk. "Happy
Feet" vond ik ook een leuke film (mede door het moraal van het verhaal), maar ik
vond er minder spanning inzitten. Ook zat er minder kleur in, maar dat is
natuurlijk wel logisch op de Noorpool. Ik vond de muziek leuk, maar ik vond de
film vooral in het begin een beetje saai. Wel vond ik het dansje, dat er als
extraatje bij zat, leuk om de klas aan te leren. Bij beide films waren er leuke
lessen te verzinnen. De weergave van de onderwaterwereld, de kleur en
spanning in de film Nemo gaven voor mij echter de doorslag om voor die film te
kiezen.

Maaike
Ik ben ingesprongen tijdens de discussie Happy feet versus Nemo. De eerste les
KO heb ik namelijk gemist. In eerste instantie hing ik erg naar Happy feet, vooral
omdat daar een sterk milieuaspect in zit. Ook heeft Happy feet een Oscar voor
beste animatiefilm gewonnen en ik moet toegeven dat ik daar ook nogal op
kickte. De muziek in Happy feet sprak mij ook erg aan. Dat de keuze uiteindelijk
op Nemo is gevallen vind ik helemaal prima. Nemo is inderdaad een wat vrolijker
film, qua kleuren. Er zit dan wel niet zo'n duidelijke milieuboodschap in maar de
opvoedboodschap vind ik ook mooi. Het is inderdaad een film die vele mensen
aanspreekt.
literatuurlijst
http://www.pixar.com/featurefilms/nemo/tale.html. Gevonden op 6 oktober 2009
http://www.imdb.com/title/tt0266543/goofs. Gevonden op 17 oktober 2009
2 –Disc Speciale uitvoering Finding Nemo, Disney/Pixar, 2004 Buena Vista Home
Entertainment b.v.
http://www.disney.nl/Films/nemo/index2.html?DETECT=SWF.6000000. Gevonden
op 21 oktober 2009
http://www.youtube.com/watch?v=EJnXIqXI8X8]. Gevonden op 6 oktober 2009
Laat maar zien (2008), Jacobse A. en Onna, J. van, Groningen/Houten: Wolters-
Noordhoff, blz. 14 t/m 31 en blz. 110 t/117

You might also like