You are on page 1of 1

Dialoog checklist

De beroepsopvoeder . . . . Neemt een niet-wetende ofwel lerendehouding aan - Is respectvol, vriendelijk/beleefd - Stelt open vragen - Stelt neutrale vragen (er mag geen vooronderstelling in doorklinken) - Laat de jongere vertellen, zonder aan/in te vullen Staat Sluit open voor de jongere en zijn systeem vraagt naar de beleving van de jongere (gedachten/gevoel/ideen) kijkt door de bril van de jongere kan eigen aannames parkeren aan bij de jongere richt zich op de doelen die de jongere belangrijk vindt stelt open vragen bij probleemexploratie nodigt de jongere uit om te vertellen is volgend sturend geeft complimenten

Accepteert onvoorwaardelijk - is open, eerlijk, oprecht (kort maar krachtig) - is duidelijk over zijn ideen en gedachten ( en begint de zin dan met ik vindt ) - vraagt om verheldering tijdens het gesprek - vraagt of de jongere heeft begrepen wat bedoelt/gezegd is Luistert actief - heeft een genteresseerde lichaamstaal en gelaatsuitdrukking - vraagt door (open vragen) - knikt bevestigend (laat non verbaal merken de ander gehoord te hebben) - praat met de jongere over de inhoud/betekenis van wat besproken is (metacommunicatie) Past vertragende interventies toe tijdens het gesprek - zorgt er voor dat men elkaar laat uitspreken, onderbreekt de ander niet - laat stiltes vallen (biedt ruimte en rust om na te denken over wat gezegd is) - wacht tot de ander antwoord geeft (vult niet in) houdt altijd verbinding met de volwassen positie - is zicht bewust van zijn eigen (volwassen) positie en kan uitleggen wat de reden is voor de keuze van een andere positie (structurerende of voedende ouder) - kan inschatten welke positie de jongere inneemt tijdens het gesprek

You might also like