You are on page 1of 13

De invloed van groepsgedrag op koopgedrag van mensen

Door Tjitske Franx A6c A. Roland Holst College 5 april 2013

Abstract
Group behavior affects the buying behavior of people, because many people are in stage 3 or 4 of the Piramdie of Maslow. In these stages, people want to belong to a group or to prove themselves in the group by following their values and standards. It can therefore also be expressed in purchasing behavior. Factors such as income and personal factors are also influencing to the buying behavior of people. But these are less common because they mostly appear in stages of the Piramide of Maslow where the majority of the population is not located.

Inleiding
We doen het dagelijks: winkelen. Een algemene bezigheid van de hele bevolking. Niet alleen het winkelen van de laatste mode, de nieuwste gadgets of het nieuwe vervolg van Harry Potter, maar ook het doen van boodschappen en het kopen van diensten hoort bij ons koopgedrag. Vanzelfsprekend is dat we al deze dingen kopen voor ons eigen onderhoud en plezier. Maar we winkelen ook om anderen mensen blij te maken door bijvoorbeeld een cadeau voor hen te kopen. Wij kopen iets omdat wij het willen en het is onze vrije keuze, maar stel nou dat het toch een stapje verder gaat dan dat? De laatste jaren zijn echter steeds meer onderzoek gedaan naar de structuren in ons menselijk bestaan. Daaruit is gebleken dat anderen meer invloed hebben op ons handelen en het maken van onze keuzes dan gedacht. Zo blijkt uit het lift experimen van socioloog Asch. Het experiment waarin Asch dit aantoonde ging als volgt: Participanten in het onderzoek kregen telkens een kaart waarop een lijn stond. Vervolgens kregen de participanten nog een kaart waarop drie lijnen stonden met de letters a, b en c. De participanten moesten vervolgens de vraag beantwoorden welke lijn op het tweede kaartje overeen kwam met de lijn op het eerste kaartje. Aanvankelijk hadden de proefpersonen geen enkele moeite met het experiment, aangezien het niet moeilijk was het goede antwoord te geven. De andere proefpersonen in de zelfde ruimte gaven bovendien hetzelfde antwoord. Daarna echter begonnen de andere participanten (in werkelijkheid collegas van Asch) allemaal hetzelfde, verkeerde antwoord te geven. Solomon Asch had verwacht dat de meerderheid van de mensen niet zou toegeven (conformeren) aan wat overduidelijk niet-correct was, maar de resultaten waren anders: een alarmerend aantal participanten gaf het verkeerde antwoord en volgde daarmee de groep in plaats van hun verstand.We zijn dus toch niet zo onafhankelijk van anderen dan gedacht.1 Als wij in het dagelijks leven al zo snel worden beinvloed door anderen op de manier wat uit het Millgram experiment blijkt, hoe zit het dan met ons koopgedrag? Worden wij misschien ook onbewust beinvloed door anderen? Hebben wij wel een vrije keuze in onze koopbeslissing? En stel dat er sprake is van groepsgedrag, waarom gaan we hiermee op in? In dit retorisch referaat ga ik proberen antwoorden te geven op deze vragen door middel van de hoofdvraag te beantwoorden die als volgt luidt: In hoeverre is groepsgedrag van invloed op het koopgedrag van mensen? Hopelijk heeft u veel plezier met het lezen van dit retorisch referaat. Tjitske Franx

Solomon Asch Biography, Cherry, K., artikel op http://psychology.about.com/od/profilesal/p/solomonasch.htm, geraadpleegd op 4 april 2013

Probleemstelling en operationalisatie

Probleemstelling
In hoeverre is groepsgedrag van invloed op het koopgedrag van mensen?

Deelvragen
1. 2. 3. 4. Wat is een groep? Hoe ontstaat groepsgedrag? Op wat voor manier uit groepsgedrag zich en wat zijn de gevolgen hiervan? Waarom kopen mensen bepaalde producten of diensten?

Hypothese
Groepsgedrag is van grote invloed op het koopgedrag van mensen, omdat mensen graag zich met een groep willen identificeren en er alles aan doen om bij die groep te horen, door bijvoorbeeld dezelfde producten te kopen. Wanneer een invloedrijk persoon iets koopt, zullen meerdere mensen ook dat product willen kopen. Op deze manier heeft groepsgedrag invloed op het koopgedrag van mensen.

Verantwoording
Om mijn onderzoek en hypothese te verantwoorden, ga ik een bronnenonderzoek doen aan de hand van mijn deelvragen. Daarbij ga ik gegevens gebruiken uit eerder aangetoonde relevante onderzoeken. Hierbij let ik onder andere op of de kenmerken van groepsgedrag terugkomen in het koopgedrag van mensen. Als de kenmerken van groepsgedrag er duidelijk op aanwijzen dat deze overeenkomen met het koopgedrag van mensen, dan kan ik mijn hypothese aannemen. Is dat echter niet het geval, dan moet ik mijn hypothese verwerpen.

H1 Wat is een groep?


Mensen in een grote publieke massa kunnen grote invloed op elkaar uitoefenen. Zo ontstond er bijvoorbeeld een grote paniek op de Dam tijdens de dodenherdenking van 2010 toen oppeens een man Bom, bom, vlucht! begon te schreeuwen, een koffer liet vallen en vervolgens wegrende. Gelijk daarna stoofde menigte uiteen en er raakten enige mensen gewond. Uiteindelijk bleek het allemaal nep te zijn en de onrust was helemaal voor niets geweest. Men zou hier kunnen spreken van groepsgedrag, omdat de hele menigte elkaar aanzette om te vluchten. Aangezien het voor de hand ligt dat groepsgedrag ontstaat binnen groepen, is het logisch om af te vragen wat we nou precies onder het woord groep verstaan en ook waar de grens tussen een groep en individuen ligt.2

1.1

De defeninitie van het woord groep

Er zijn verschillende definities van het woord groep. Zo beweerde groepsdynamic expert Marvin Shaw dat iedereen in groep gemeen heeft dat twee of meerdere mensen interactie met elkaar hebben en dat ze invloed op elkaar uitoefenen. Daarnaast voegt de Australische sociaal psycholoog John Turner er aan toe dat leden in een groep zich bescrhijven als wij en leden die niet tot die groep behoren als zij. Er is dus sprake van een soort in-group en out-group. Dit is een soort categorisering van de leden in de group (in-group) en hun perspectief op leden uit de groep (out-group). Het komt vaak voor dat men beslissingen die door de leden van de in-group positiever ervaren en als beter worden gezien dan beslissingen van mensen uit de out-group. Ook willen mensen zich zo veel mogelijk met hun in-group indentificeren door bepaalde dingen te doen die bij hun in-group horen, waardoor er groepsgedrag ontstaat.3 Uit deze twee beweringen kunnen we n defenitie van het woord groep concluderen, die we gebroken voor de rest van het referaat. Deze gaat als volgt: Een groep is twee of meer mensen wie meerdere momement interactie met elkaar en invloed op elkaar hebben en elkaar zien als een wij.4

1.2

Soorten groepen

Er bestaan verschillende groepen. Zo is een referentiegroep een groep die invloed uitoefent op jouw keuzes en handelen. In dit retorisch referaat houden we het tot twee verschillende referentiegroepen: - Gezin: De groep mensen die heel dicht bij jou staan, dus vader, moeder en kinderen. - Face to face groep: Dit is een groep waarvan je deel uit maakt, bijvoorbeeld je klas, je basketbalclub, je familie. Je kijkt ze als het ware in het gezicht (face). - Anticipatiegroep: Dit is een groep waar je deel van uit zou willen maken, het is een wens. Denk bijvoorbeeld aan dat populaire clubje in je klas, maar ook beroemdheden kunnen een anticipatiegroep vormen. - Welstandsklasse: groepen mensen met vergelijkbare economische positie, die onderling door een netwerk van relaties verbonden zijn en die op basis van gemeenschappelijke ervaringen een collectieve identiteit hebben ontwikkeld

Paniek tijden dodenherdenking 2010, Infoteur, artikel op http://nieuws-uitgelicht.infonu.nl/mens-ensamenleving/55025-paniek-tijdens-dodenherdenking-2010.html, geraadpleegd op 3 apri 2013 3 Collectief geweld tussen voetbal-supporters, Criminologie, februari 2012, artikel op http://nieuwsuitgelicht.infonu.nl/mens-en-samenleving/55025-paniek-tijdens-dodenherdenking-2010.html, geraadpleegd 3 april 2013 4 Myers, D. Social Psychology. (The McGraw-Hill Companies, 2010)

Subcultuur: Cultuurgroepen die zich op een aantal punten onderscheiden van de meerderheidscultuur. Zo bestaan er onder jongeren verschillende subculturen die verband houden met een bepaalde muziek- kleding- uitgaans- en leefstijl. - Cultuurgroep: Een groep met een geheel van aangeleerde gedragskenmerken, waaraan alle leden van een gemeenschap zich openlijk houden. Uit onderzoek van socioloog Vleben is gebleken dat groepen die het dichtst tot het individu staan het meeste invloed uitvoeren op handelen en keuzes maken van het indivdu in het dagelijks leven. Dus als men closer is met zijn vriendengroep dan zijn gezin, zal men meer beinvloedt worden door zijn vriendengroep dan zijn gezin.5

1.3

Het verschil tussen individuen en een groep

Aan de hand van deze defenitie zou je je afvragen of alle menigten wel een groep zou zijn, want in de supermarkt hebben mensen niet veel interactie met elkaar en er is ook geen sprake van een sterk wij-gevoel. Ook toen de man begon te schreeuwen op de dodenherdenking, was men niet echt door elkaar beinvloedt en er was ook geen sprake van een echt wijgevoel. Het waren eerder losse individuen die elkaar waren verzameld bij een groot evenement. Maar toch kan de grens tussen individu en groep heel snel omslaan, zo blijkt dat de menigte binnen een paar seconden toch in een soort van groep heeft herkend en weg begon te rennen. Er moet dus een soort sociale invloed zijn die groepsgedrag doet ontstaan. Hierover meer in H2- Hoe ontstaat groepsgedrag?.6

Consumentengedrag, Passie voor Horeca, artikel op http://passie.horeca.nl/content/18649/Consumentengedrag.html#De koopbeslissing, geraadpleegd op 3 april 2013
6

Myers, D. Social Psychology. (The McGraw-Hill Companies, 2010)

H2 Hoe ontstaat groepsgedrag?


Over het algemeen behoort iedereen dus wel tot een groep. Op n of andere manier zijn er toch altijd mensen waarmee men zich verbonden voelt en zichzelf beschouwen als wij. Maar waar komt die behoefte vandaan om ergens bij te horen. Is het noodzakelijk om in een groep te zitten om het ultieme geluk te bereiken in ons leven? En waarom ontstaat er groepsgedrag als we in een groep zitten en hoe passen we ons gedrag daarop aan?

2.1 De behoefte om ergens bij te horen verklaard


Volgens Amerikaans psyhogoloog Abraham Maslow werd de behoefte om ergens bij te horen verklaard door het feit dat men streeft naar zelfontplooiing. Om dit te bereiken moet men een aantal universele behoeften stapsgewijs voltooid hebben, die uitgelegd werd in de Piramide van Maslow. Men kan volgens hem pas naar aan een hogere behoefte beginnen, wanneer de lagere behoefte is voltooid. Men moet dus eerst de lagere behoeftes voltooien om de behoefte zelfontplooiing te bereiken. De Piramide van Maslow (zie figuur 1) gaat als volgt: 1. Lichamelijke behoeften: Deze behoeften moeten als eerste bevredigd worden omdat we zonder deze behoefte niet lang zullen kunnen overleven. Onder deze behoeften verstaan we onder andere voedsel, drinken, onderdak en seks. 2. Behoefte aan veiligheid en zekerheid: Het individu wilt veilig zijn. Dit kan door bijvoorbeeld huisvesting, bescherming tegen misdaad en werk. 3. Behoefte aan sociaal contact: Men wil ergens bijhoren, dus er is behoefte aan vriendschap, liefde en om bij een groep te horen. 4. Behoefte aan waardering en herkenning: Men wilt zijn status in zijn groepsverband verhogen en zichzelf bewijzen in de samenleving. 5. Zelfontploiing: Men heeft genoeg vertrouwen gekregen om te doen wat hij zelf wil zonder belemmeringen van onszelf of anderen en kan zichzelf ontplooiien. Wanneer men in stadium 3 komt, ontstaat er dus al een behoefte om bij die groep te horen. Puur alleen al om dat we eenmaal zo geboren zijn om onszelf te ontplooiien zijn we dus gedwongen om bij een groep te horen. Het is een natuurlijke behoefte van ons. Aangezien een groot deel van de bevolking in stadium 3 of 4 begint en het nog de vraag is of veel van deze mensen ooit stadium 5 zullen bereiken, is het ook niet zo gek dat er zoveel sprake is van groepsgedrag. Ook kan dit het groepsgedrag verklaren in panieksituaties zoals op die van de Dam. Doordat mensen zich onveilig voelen en er geen andere mogelijkheid is dan om met de intuitie van anderen mee te gaan, is groepsgedrag in zon situatie de enige oplossing, omdat beslissen voor jezelf een hoger stadium is dan het stadium van veiligheid.78 figuur 1) De Piramide van Maslow
7 8

Slagter, M. Leren filosoferen Havo/Vwo. (Thiememeulenhoff Bv, 2008) Piramide van Maslow, Infoteur, artikel van http://mens-en-samenleving.infonu.nl/psychologie/70120piramide-van-maslow.html, geraadpleegd op 3 april 2013

2.2 Conformisme
Volgens de Piramide van Maslow moet men bij een groep gaan horen om het stadium zelfontplooiing te bereiken. Om bij een groep te horen moet men zich meestal conformeren aan een bepaalde groep. Conformisme is het proces wanneer men zich aanpast aan de normen en waarden van de desbetreffende groep. Het gevolg hiervan zal groepsgedrag zijn. Er zijn een aantal factoren die meespelen die conformistisch gedrag versterken: - De mate van verbondenheid met een groep: Als een groep belangrijk voor je is, en je graag bij die groep wil horen, stel je je loyaal op naar de leden van de groep. - De angst om afwijkend te zijn: men vindt het over het algemeen niet leuk om als afwijkend te worden beschouwd. Want als men afwijkend is, zal deze moeilijk in een groep passen en zal men nooit een hoger stadium kunnen bereiken in de Piramide van Maslow. Stel dat je dus een andere mening hebt, dan moet je wel sterk in je schoenen staan om deze succesvol in de groep te verdedigen en daarbij heb je ook de positie nodig dat je enige invloed op de groep hebt. - Onzekerheid over jouw standpunt: Als je als enige een ander idee heeft over een bepaald iets dan de rest van de groep is dat moeilijk te verdedigen. Vooral als men het idee heeft wanneer er leden in de groep zijn die meer waarschijnlijk meer weten dan zijzelf. Al deze factoren zorgen ervoor dat een groep weinig afwijkende meningen heeft en mensen allemaal prakitsch hetzelfde doen om hun normen en waarden aan te houden. Er is dus sprake van groepsgedrag.9

Seebregts, O. Professionele Communicatie En beroepshouding. (Bohn Stafleu Van Loghum, 2007)

H3 Op wat voor manier kan groepsgedrag zich uiten en wat zijn de gevolgen hiervan?
3.1 Het sociale facilitatie-effect
De vraag waar de sociologen nog mee worstelen is hoe snel men beinvloed kan worden door mensen die we niet echt kennen. Dus te vergelijken met de mensen die we zien op straat zien lopen. Zon groep mensen noemen we ook wel co-actoren. Uit onderzoek van Robert Zajonc is gebleken dat co-actoren toch van grote invloed kunnen zijn op mensen, doordat hun aanwezigheid tot dominante reacties lijdt. Zo zou de aanwezigheid van co-actoren prikkelend werken en tot betere prestaties bij makkelijke taken (waardoor de reactie tot een goed dominantie komt), maar juist bij moeilijke taken de prestaties zouden verslechteren (waardoor de reactie tot een slechte dominantie komt). Dit proces heet het sociale facilitaitie-effect, waarbij we handelen tot het uiterste bij makkelijke en moeilijke taken wanneer er sprake is van aanwezigheid van anderen.10

3.2 Rolverdeling binnen groepen en het effect daarvan


Binnen een korte tijd worden in groepen automatisch individuele rollen toegewezen. Dit kan zowel bewust als onbewust gebeuren. De verschillende sociale rollen en posities zijn direct afhankelijk van de status van een groepslid. Deze status is afhankelijk van de macht, deskundigheid, invloed en de autoriteit van het lid. Dus vormt zich in een groep automatisch een hirarchie met verschillende statussen,in wie zich de leden meestal onwetend invoegen. In een groep bestaan er de volgende rollen met ieder zijn eigen effect: De leider: deze bepaalt en cordineert de groepsdoelen en heeft de functie de groep bij elkaar te houden. Deze heeft het meeste invloed op de hele groep. De populaire en de emotionele leider: Hij vertegenwoordigt de emotionele kant van de behoeften van de groep, waardoor hij ook de groep bij elkaar houdt. Omdat hij de ernst van de groepsnormen niet vertegenwoordigt, is hij als groepsleider meestal niet succesvol. De stugste: Hij vertegenwoordigt de doelen van de groep. Hierdoor kan hij nooit het populairste lid zijn, omdat iedereen tevreden te stellen een kunst is die niemand beheerst. De volger: Hij orinteert zich aan de groepsleider en heeft meestal geen sterke persoonlijkheid. Wanneer de leider dus iets bepaalt, is de kans groot dat de hele groep daar in op mee gaat. De normen en waarden die de leider belangrijk vindt wordt door de rest van de groep opgevolgd.11

10 11

Myers, D. Social Psychology. (The McGraw-Hill Companies, 2010) Seebregts, O. Professionele Communicatie En beroepshouding. (Bohn Stafleu Van Loghum, 2007)

H4 Waarom kopen mensen bepaalde proucten of diensten?


Nu we weten hoe groepsgedrag in elkaar zit, is het nu tijd te kijken waarom mensen nou bepaalde producten en diensten kopen? Is het daadwerkelijk van groepsgedrag afhankelijk of spelen er meerdere factoren mee? En wanneer wegen deze factoren het zwaarst?

4.1 Koopbeslissing
Het is nog steeds niet bekend waarom mensen tot hun beslissing komen om een bepaald product of dienst te kopen. Wel zijn er een aantal factoren bekend die dit proces sterk beinvloeden: - Persoonlijke factoren - Referentiegroepen - Inkomen

4.2 Persoonlijke factoren


n van de redenen waarom we iets kopen zijn de persoonlijke redenen. We kopen dan iets omdat we het leuk, goed of mooi etc.vinden. Onze mening is dan niet beinvloedt door anderen. Deze kunnen ook in verband staan met de piramide van Maslow, bijvoorbeeld het kopen van eten (stadium 1), huisvestiging(stadium 2) of dingen die jijzelf echt wilt hebben voor zelfontplooiing (stadium 5). Deze beslissingen zijn vooral afhankelijk van het karakter van de persoon, de leeftijd, sexe, gezondheid, uiterlijk en houding.

4.3 De invloed van referentiegroepen


Ook referentiegroepen zijn van belang bij jouw koopbeslissing. Zo blijkt dat referentiegroepen die het dichtst bij jou staan het meeste invloed hebben op jouw koopbeslissing. Men koopt dan bijvoorbeeld iets volgens dat door die groep wordt goedgekeurd, iets wat aan de normen en waarden van de desbetreffende groep voldoet. We kopen vooral veel producten en diensten onder groepsdruk, wanneer men zich in stadium 3 of 4 van de Piramide van Maslow bevinden, waar men streeft om bij een groep te horen of zichzelf voor de groep wil bewijzen.

4.4 Het belang van inkomen


Als laatst is inkomen natuurlijk ook een grote factor waarom een consument een product wel of juist niet koopt. Niet iedereen kan hetzelfde veroorloven en moet verantwoorde keuzes maken om niet in problemen te komen. Dit heeft te maken met stadium 2 van de Piramide van Maslow, waar men streeft naar stabiliteit, maar is hier niet compleet afhankelijk van omdat men met een groot inkomen meer kan kopen dan mensen met een lager inkomen. Het belang van inkomen zal dus altijd wel in het achterhoofd zitten van mensen, maar bewustzijn van deze factor zal lager worden wanneer de inkomen hoger wordt in verhouding met de kosten van het product of dienst.12 13 14
12

Consumentengedrag, Passie voor Horeca, artikel op http://passie.horeca.nl/content/18649/Consumentengedrag.html#De koopbeslissing, geraadpleegd op 3 april 2013

Conclusie
Groepsgedrag is van invloed op het koopgedrag van mensen. Aangezien we vrijwel allemaal in het stadium 3 en 4 van de Piramide van Maslow bevinden en we hierdoor graag bij een groep willen horen of onszelf in de groep willen bewijzen. We kopen dingen die aan de normen en waarden van de groep voldoen, deze normen en waarden worden opgesteld door de leider van de groep. Wij volgen de groep omdat wij de groep belangrijk vinden, bang zijn om afwijkend te zijn en omdat we over het algemeen onzeker zijn over ons eigen standpunt. Hierdoor onstaat groepsgedrag en het gevolg is dat men producten en goederen gaat kopen die de groep als het ware aanprijst. Hierbij kopen we het meest de goederen of diensten die bij de normen en waarden van de groep hoort die het dichtst bij ons staat, bijvoorbeeld onze vriendengroep of gezin. Maar dit kan ook de anticipatiegroep zijn, de groep waar wij graag bij willen horen, dit zal vaak gebeuren bij mensn die nog in stadium 3 van de piramide van Maslow zitten. Maar dit betekent nog niet dat ons koopgedrag alleen wordt aangestuurd door groepsgedrag. Ook factoren zoals persoonlijke factoren en inkomen tellen mee. Een keuze maken op basis van persoonlijke factoren komt vaak voor bij het kopen van voedsel, huisvesting of dingen die je gebruikt voor zelfontplooiing. Dit komt dus voor bij mensen die zich in stadium 1, 2 of 5 van de Piramide van Maslow bevinden. Aangezien Nederland een welvarend land is, komt stadium 1 en 2 niet zo vaak voor en er zijn ook weinig mensen die in hun leven stadium 5 bereiken. Dus handelen op basis van persoonlijke factoren komt minder vaak voor dan handelen op basis van groepsgedrag. Ook inkomen speelt een belangrijke rol, omdat we altijd rekening moeten houden met wat wel en niet kunnen veroorloven. Mijn hypothese was dat groepsgedrag van grote invloed is op het koopgedrag van mensen, omdat mensen graag zich met een groep willen identificeren en er alles aan doen om bij die groep te horen, door bijvoorbeeld dezelfde producten te kopen. Wanneer een invloedrijk persoon iets koopt, zullen meerdere mensen ook dat product willen kopen. Op deze manier heeft groepsgedrag invloed op het koopgedrag van mensen. Uit mijn bronnenonderzoek blijkt dit waar te zijn, dus ik kan mijn hypothese aannemen.

13

Het koopgedrag van de klant, Infoteur, artikel op http://zakelijk.infonu.nl/zakelijk/31676-het-koopgedragvan-de-klant.html, geraadpleegd op 3 april 2013
14

Slagter, M. Leren filosoferen Havo/Vwo. (Thiememeulenhoff Bv, 2008)

Reflectie
Ik ben op zich wel tevreden met het resultaat van dit referaat aangezien de tijd waarin ik het heb gemaakt. Toch had ik wel moeite met het kiezen van de juiste informatie en het zoeken daarvan. Groepsgedrag bleek toch complexer te zijn dan gedacht. Zo viel het niet mee om erachter te komen waarom mensen meegaan met groepsgedrag. Gelukkig heb ik uiteindelijk toch een goede bron kunnen vinden voor deze informatie. Ook viel het mij niet mee om de informatie die ik had opgezocht met elkaar te koppelen. Ik moest veel nadenken om het tot een logisch geheel te maken, vooral het stuk tussen het koopgedrag van mensen en groepsgedrag. Toch ben ik van mening dat ik uiteindelijk wel tot een logische conclusie ben gekomen. Graag had ik voor mijn retorisch referaat een onderzoek willen doen naar het verband tussen groepsgedrag en koopgedrag van mensen, maar door tijdgebrek was ik niet meer in staat om dit uit te voeren. Dit zou echter wel een goede toevoeging zijn aan dit referaat om mijn bronnenonderzoek te ondersteunen. Zo zou ik een onderzoek willen oprichten waarbij ik n proefpersoon zou laten kiezen tussen om een glas met cola van het merk CocaCola of van de Alberheijn te kopen, terwijl iedereen het glas van de Albertheijn kiest. Deze personen doen bewust mee aan het experiment en zijn ook opgedragen om het glas met cola van de Albertheijn te kiezen. De proefpersoon weet hier echter niets van het experiment af en het moet hieruit blijken of hij bij zijn eigen mening blijft en het glas met cola van het merk CocoCola kiest (omdat uit andere onderzoeken is gebleken dat men sowieso het merk A-merk preferen boven het huismerk) of meegaat met de groep en het glas met cola van de Albertheijn kiest. Hierdoor kun je eventueel de aanwezigheid van groepsgedrag aantonen bij het maken van de koopbeslissing.

Bronnen
Solomon Asch Biography, Cherry, K., artikel op http://psychology.about.com/od/profilesal/p/solomon-asch.htm, geraadpleegd op 4 april 2013 Paniek tijden dodenherdenking 2010, Infoteur, artikel op http://nieuwsuitgelicht.infonu.nl/mens-en-samenleving/55025-paniek-tijdens-dodenherdenking-2010.html, geraadpleegd op 3 apri 2013 Collectief geweld tussen voetbal-supporters, Criminologie, februari 2012, artikel op http://nieuws-uitgelicht.infonu.nl/mens-en-samenleving/55025-paniek-tijdensdodenherdenking-2010.html, geraadpleegd 3 april 2013 Consumentengedrag, Passie voor Horeca, artikel op http://passie.horeca.nl/content/18649/Consumentengedrag.html#De koopbeslissing, geraadpleegd op 3 april 2013 Slagter, M. Leren filosoferen Havo/Vwo. (Thiememeulenhoff Bv, 2008) Piramide van Maslow, Infoteur, artikel van http://mens-ensamenleving.infonu.nl/psychologie/70120-piramide-van-maslow.html, geraadpleegd op 3 april 2013 Seebregts, O. Professionele Communicatie En beroepshouding. (Bohn Stafleu Van Loghum, 2007) Het koopgedrag van de klant, Infoteur, artikel op http://zakelijk.infonu.nl/zakelijk/31676het-koopgedrag-van-de-klant.html, geraadpleegd op 3 april 2013 Myers, D. Social Psychology. (The McGraw-Hill Companies, 2010)

You might also like