You are on page 1of 3

Inleiding

Onze groep bestaat uit: Chiel, Mandy, Arline, Karima, Michelle en Claudia. Wij de opdracht
gekregen een instructiefilmpje te maken over vertelpantomime. Bij vertelpantomime vertelt de
leerkracht een verhaal. De leerlingen beelden het verhaal tegelijkertijd uit. Tijdens onze laatste
drama les hebben we het geoefende spel gespeeld zoals we het in ons filmpje zouden doen.
Claudia vertelt aan het begin iets over vertelpantomime en hoe je dat met een klas kan doen.
Daarna las de juf (Karima) het verhaal voor en beelden de leerlingen (Chiel, Arline, Michelle en
Mandy) het verhaal uit.
Hieronder het verhaal zoals wij in de Drama les hebben voorgedaan:
De speurtocht naar eten
Het was een koude wintermorgen en het had gesneeuwd. Muis lag nog lekker in zijn holletje, en
hij snurkte vreselijk hard. Alle andere dieren in het bos werden wakker van hem.
Uiteindelijk werd Muis ook wakker en hij strekte zich uit. Hij stond op en kleedde zich aan. Eerst
zijn broek, toen zijn schoenen en als laatste zijn dikke trui. Toen hij al zijn kleren aangetrokken
had, merkte hij dat zijn maag heel erg knorde. Hij deed de voorraadkast open, en keek eens
goed naar binnen. Maar oh nee De voorraadkast was helemaal leeg!
Muis bedacht naar buiten te gaan om eten te zoeken. Hij deed zijn handschoenen aan zijn
handen, zijn muts op zijn hoofd en zijn sjaal om zijn hals. Toen liep hij naar buiten, daar was het
vreselijk koud. Zo koud was het al jaren niet meer geweest in het bos. Muis bibberde ervan, hij
klapperde zelfs met zijn tanden. Muis ging meteen op zoek naar eten. Hij ging op zijn knien
zitten om die lekkere beukennootjes op te rapen. Maar op de grond lag een dikke laag sneeuw.
Hij schoof de sneeuw opzij. Hij zocht en hij zocht, maar er waren geen beukennootjes.
Toen kreeg Muis een goed idee. Hij besloot om naar het winkelcentrum te gaan wat vlakbij het
bos ligt. Daar was vast wel eten te vinden. Muis begon te lopen. Hij liep en hij liep en hij liep, tot
hij bij een hele grote, drukke straat kwam. Hij stond even stil en keek goed om zich heen. Hij zag
dat er heel veel auto's op de weg reden; het was best gevaarlijk om over te steken. Hij krabde
eens op zijn hoofd. Hij keek naar links en hij keek naar rechts, er waren geen auto's meer. Hij
haalde diep adem, en nam 4 hele grote muizensprongen. Gelukkig was hij snel aan de overkant,
want de auto's raasden alweer verder achter hem. Muis keek naar zijn broek. Er zaten allemaal
modderspatten op. Muis wreef met zijn hand alle modderspetters van zijn broek.
Toen hij bij het winkelcentrum was aangekomen, zag hij de bakker. Muis was heel erg blij.
Voor de etalage van de bakker had iemand een koek in stukjes laten vallen. Muis rende erop af.
Hij ging op zijn knien zitten en raapte de stukken koek op. Hij stopte een paar stukken koek in
zijn mond, een paar stukken in zijn zakken en een paar stukken in zijn muts. Tevreden liep hij
weer naar huis. Intussen was het alweer avond geworden in het bos. Muis was zo moe
geworden van zijn avontuur dat hij thuis direct in slaap viel.

Feedback
In de les hebben we op dit stuk feedback gekregen, waarmee we verder konden. Zodoende
konden we het verhaal aanpassen en de instructie iets bijschaven. De feedback die we
gekregen hebben:
- Het verhaal is voor de onderbouw. Het is de bedoeling dat wij een verhaal voor de bovenbouw
verzinnen. Een onderwerp als muis die honger heeft is niet geschikt voor de bovenbouw.
- Er wordt teveel en te snel voorgelezen. Het is de bedoeling dat de leerkracht het verhaal met
intonatie en veel spanning verteld. Ook is het belangrijk dat het verhaal in een rustig tempo
wordt voorgelezen, zodat de leerlingen voldoende tijd hebben om te luisteren naar het verhaal
en het verhaal om te zetten in bewegingen.
- Tijdens de instructie moet niet alleen uitgelegd worden wat vertelpantomime is, ook de regels
moeten duidelijk uitgelegd worden.
- Nog meer het thema verwerken in het verhaal. Daarom hebben we nu als onderwerp
Halloween gekozen.

Draaiboek van de instructiefilm

In het begin van de instructiefilm vertelt Claudia over de spelvorm pantomime. Zij
vertelt hoe je het als leerkracht kunt uitvoeren in de klas, welke eisen er voor een
verhaal zijn en wat de regeles zijn. Gebruik bij vertelpantomime een aantrekkelijk,
spannend verhaal. Een verhaal dat aansluit bij de belevingswereld van de leerlingen.
Vertel het verhaal rustig en vol spanning, sensatie en intonatie. Het verhaal moet
makkelijk uit te beelden zijn door de leerlingen. De leerlingen moeten voldoende ruimte
hebben om de bewegingen uit te voeren. Omdat niet al deze punten in onze huidige
instructiefilm naar voren komen, hebben we onze strategie totaal omgegooid.

Na de introductie vertelt Karima het verhaal. Het verhaal is ter plekke bedacht om zo
een voorleeseffect te vermijden. Achteraf hebben we het verhaal globaal beschreven en
dat leest u hieronder:
Peter ligt te slapen in bed; hij moet morgen vroeg op. Plotseling hoort hij de deurbel
gaan. Hij trekt zijn broek en trui aan en rent vervolgens naar beneden. Als hij de deur
opent, dan ziet hij een groep kinderen voor de deur staan. In koor roepen ze: snoep of je
leven! Hij weet niet wat hem overkomt, maar daarna beseft hij zich dat het Halloween
is. Peter gaat opzoek naar snoep. Hij zoekt in alle kasten, potten en pannen. Hij vindt
uiteindelijk helemaal niets. De kinderen dwingen hem om mee te gaan als straf. Peter
gaat met tegenzin mee, omdat ze anders toch voor zijn deur blijven roepen. Ze bellen bij
een huis aan. Een man doet de deur open. Hij kijkt verbaast. Hij doet eerst alsof hij niks

van Halloween afweet. Hij geeft uiteindelijk zakken vol met snoep. Hij geeft ze zoveel,
dat de kinderen besluiten niet meer aan te bellen bij andere huizen. Peter is natuurlijk
heel blij, omdat hij weer terug naar huis kan om te slapen, gezien hij morgen vroeg op
moet.

Iedereen heeft zijn of haar eigen taak, zowel in het instructiefilmpje als het maken van
de eindopdrachten. Ook komt iedereen tijdens het filmpje in beeld.

Op het laatst hebben we een afsluiting. Tijdens de afsluiting vertelt Claudia kort hoe je
de spelvorm vertelpantomime afsluit en welke regels daarbij horen.

You might also like