You are on page 1of 6

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder


Student(e)
Margje Bergman
Mentor
Reinie Poelstra
Klas
1C
Datum
16-03-2015
Stageschool De Schalm
Groep
7A
Plaats
Vught
Aantal lln 27 leerlingen
Vak- vormingsgebied:
Geschiedenis
Speelwerkthema / onderwerp:
Nederland Waterland (watersnoodramp 1953)
Persoonlijk leerdoel:
Aan het einde van de les kan ik duidelijker mijn grenzen aangeven.
Lesdoel(en):
Evaluatie van lesdoelen:
Aan het einde van de les zijn de kinderen in staat om redenen van het
droogleggen van stukken zee en de gevolgen van overstromingen aan te
geven en te beschrijven. (Dit is het doel wat aangegeven staat in de
methode, de informatie krijgen de kinderen door middel van het filmpje en
de verhalen van de mensen.)
Beginsituatie:
(uitleg IPC)
De kinderen hebben al vaker met IPC gewerkt en weten hoe de methode werkt. Ook hebben de kinderen al enige kennis over het onderwerp door de lessen die
hieraan vooraf zijn gegaan.
IPC is het curriculum dat volledig draait om zo goed mogelijk leren. Voor alle creatieve en zaakvakken zijn er duidelijke en uitdagende doelen, ook op het gebied van
persoonlijke ontwikkeling en burgerschap! Het programma is integraal en thematisch samengesteld. IPC bestaat uit de vakken, aardrijkskunde, geschiedenis,
natuuronderwijs, internationaal, beeldende vorming en muziek. Er wordt een thema behandeld in een paar weken. Elk vak heeft een aantal lessen. Bij elk thema zit
een introductie en een afsluiting. Het thema waar mijn stageklas nu mee bezig is, is de watersnoodramp van 1953.
De kinderen hebben tijdens aardrijkskunde in de lessen al behandeld hoe de watersnoodramp is ontstaan en welke maatregelen hiervoor zijn genomen. Ik ga de
eerste les geschiedenis geven in dit thema.

Lesverloop
Tijd
5 + 20 min

35 min

Leerinhoud Didactische handelingen


Leraar
Inleiding
Ik begin pas met de les als alle kinderen klaar
zitten en stil zijn. De groepjes kinderen die
netjes en op tijd klaar zitten verdienen een
smiley. De PowerPoint begint met een dia
waarop het leerdoel van de kinderen
weergegeven is. Ik laat een van de kinderen dit
leerdoel voorlezen. Daarna laat ik een filmpje
over de eerste beelden van de watersnoodramp
zien, dit filmpje duurt ongeveer 20 minuten.
Nadat we het filmpje hebben gekeken stel ik de
kinderen een aantal vragen.
Kern
Op de PowerPoint staan een aantal verhalen
van mensen weergeven die de
watersnoodramp hebben meegemaakt. Ik geef
een aantal kinderen de beurt om deze verhalen
Sociaal
voor te lezen. We bespreken kort per verhaal
perspectief waar het verhaal nu precies over gaat. Als de
verhalen zijn voorgelezen komt er een dia op de
Individueel
PowerPoint waarop geschreven staat wat de
perspectief opdracht van de kinderen is, hierbij geef ik weer
een kind de beurt om dit voor te lezen. De
Tijdelijk
kinderen schrijven een dagboekbladzijde
perspectief gedateerd op 1 februari 1953. In de PowerPoint
staan een aantal uitgangspunten voor het
dagboekfragment. Deze uitgangspunten zijn:
- Je woont in Oost-Nederland en ziet het
Polygoonjournaal. Je hebt familie
wonen in Zeeland....
- Je woont in het rampgebied.....
- Je mag mee met je oom, die vliegenier
is bij de Amerikaanse luchtmacht. Met
een helikopter ga je op redding tocht...

Leeractiviteit
leergedrag leerling(en)
De kinderen zijn stil, betrokken en luisteren kritisch.

Materialen / Organisatie

De kinderen zijn stil wanneer nodig, betrokken en luisteren


kritisch (naar elkaar).

Materiaal:
- Digibord en de
PowerPoint.
- In eerste instantie
hebben de
kinderen het blad
en een
pen/potlood nodig
en daarna hebben
de kinderen hun
geschreven
dagboekfragment
nodig.

Materiaal:
Digibord + PowerPoint

10 min

Slot

De kinderen krijgen ongeveer 20 minuten de tijd


om een dagboekfragment te schrijven. Eerst
krijgen de kinderen een kladblad waarop ze hun
verhaal gaan schrijven en pas als ze het
verhaal af hebben mogen ze op het net
schrijven. Waarschijnlijk zal dit niet lukken in
een les, dus er komt nog een lesvervolg op
waarin ik de volgende dingen aan bod komen:
Als de kinderen klaar zijn met het schrijven van
de netversie dan vormen ze kleine groepjes van
3 tot 4 (deze kinderen hebben voor hetzelfde
uitgangspunt gekozen). De kinderen bespreken
kort waar hun dagboekfragment over gaat. En
de kinderen bespreken in hun groepjes welke
verschillende emoties opvallen. Ik geef de
kinderen hiervoor ongeveer 10 minuten.
Als de tijd op is voor het bespreken van de
De kinderen zijn stil wanneer nodig, betrokken en luisteren
dagboekfragmenten laat ik 2-3 kinderen
kritisch (naar elkaar).
zijn/haar dagboekfragment voorlezen. Daarna
pakken we klassikaal nog even terug om te
reflecteren over hoe de kinderen deze opdracht
ervaren hebben. Ik vraag de kinderen hierbij
hoe ze het hebben ervaren om in de huid van
iemand te kruipen die de watersnoodramp heeft
meegemaakt en hoe het is gegaan met
betrekking tot het schrijven van een
dagboekfragment, vond je het moeilijk of juist
makkelijk? Ook vraag ik de kinderen of ze
eventuele tips/tops voor mij hebben aan de
hand van deze les.

Materiaal;
De ervaringen van de
kinderen

Persoonlijke reflectie
Ik vond dat deze les over het algemeen erg goed ging! Ik denk dat ook zeker de doelen voor de kinderen en voor mij zijn behaald. Ik ben in
deze les duidelijk geweest in wat ik wilde voor de kinderen en de kinderen hebben goed mee gedaan en hard gewerkt in deze les! Ik heb
aan de resultaten gezien dat ze het doel hebben bereikt. Het resultaat is ook erg mooi geworden (zie hieronder de fotos). Deze les heb ik
niet in een keer kunnen doen, daarom heb ik dit in twee keer gedaan.

Verantwoording geschiedenis
Ik loop stage in groep 7. Ik heb in totaal bestaat deze klas uit 27 leerlingen, 14 meisjes en 13 jongens. De
leeftijden van de groep liggen tussen de 10 en 12 jaar. Deze groep is vanaf dit schooljaar een groep geworden.
Ondanks dat deze groep pas sinds dit jaar een groep is, bestaat deze groep
niet uit kleine groepjes. Er zijn wel een aantal rollen in de klas, namelijk de
leidende rol, de terughoudende rol en de volgelingen.
Bij mij op mijn stageschool werken ze met de methode IPC. IPC is het
curriculum dat volledig draait om zo goed mogelijk leren. Voor alle
creatieve en zaakvakken zijn er duidelijke en uitdagende doelen, ook op
het gebied van persoonlijke ontwikkeling en burgerschap! Het programma
is integraal en thematisch samengesteld. IPC bestaat uit de vakken,
aardrijkskunde, geschiedenis, natuuronderwijs, internationaal, beeldende
vorming en muziek. Er wordt een thema behandeld in een paar weken. Elk
vak heeft een aantal lessen. Bij elk thema zit een introductie en een afsluiting. Het thema waar mijn stageklas
nu mee bezig is, is de watersnoodramp van 1953.
Mijn les gaat dan ook over de watersnoodramp van 1953. In mijn les leren de kinderen dit doel:
-

Aan het einde van de les zijn de kinderen in staat om redenen van het droogleggen van stukken zee en de
gevolgen van overstromingen aan te geven en te beschrijven.

Om te controleren of de kinderen dit doel ook daadwerkelijk kunnen, kan ik de dagboekfragmenten doorlezen.
Mijn les verloopt als volgt:
Allereerst laat ik de kinderen het leerdoel van de les zien. Daarna heb ik een filmpje laten zien met daarop de
eerste echte beelden van de watersnoodramp. Dit is een beeldvormer en zo wil ik de kinderen laten zien hoe het
er werkelijk uit zag toen de watersnoodramp in 1953 was. Het filmpje duurt 20 minuten, maar ik kijk tot wanneer
de kinderen het volhouden. Dit doe ik omdat het erg veel beelden zijn en het filmpje is eentonig. Na het filmpje
krijgen de kinderen op de PowerPoint een aantal verhalen te zien van mensen die de watersnoodramp echt

hebben meegemaakt. Hierbij stel ik vragen, zoals: Hoe zouden jullie dit ervaren?. Als de verhalen zijn
voorgelezen door de kinderen, vertel ik wat de opdracht is. De opdracht is namelijk het schrijven van een
dagboekfragment over de watersnoodramp, alsof je de ramp zelf hebt meegemaakt. Ik heb ervoor gekozen om
de kinderen dit individueel te laten doen. Als het dagboekfragment klaar is bespreken de kinderen in groepjes
kort waar het fragment over gaat en welke emoties opvallen. Daarna ga ik dit klassikaal terugpakken. Ik wil nog
even met de kinderen evalueren hoe ze deze opdracht hebben ervaren en ik wil een paar kinderen zijn/haar
dagboekfragment laten voorlezen.

You might also like