You are on page 1of 1

Verschillende schaalniveaus

- Lokaal schaalniveau: betrekking op een klein gebied, stad, dorp, wijk of gemeente.
Bv. Rotterdam
- Regionale schaalniveau: betrekking op groter gebied, streek of provincie.
Bv. Zuid-Holland
- Nationale schaalniveau: betrekking op een land.
Bv. Nederland
- Continentale schaalniveau: betrekking op een continent.
Bv. Europa.
- Mondiale schaalniveau: betrekking op de hele wereld.
- Fluviale schaalniveau: betrekking op stroomgebieden van rivieren.
Verschillende dimensies
1. fysisch geografisch kenmerken
- natuurlijke kenmerken, zonder invloed van de mens.
Geologie, weer en klimaat, bodem, rivieren, meren en oceanen,
vulkanen.
2. Sociaal culturele kenmerken
- kenmerken die met mensen te maken hebben, leefomstandigheden.
Godsdienst en taal.
3. Politiek
- Heeft te maken met de manier waarop een land of gebied wordt bestuurd.
4. Economisch
- Heeft met geld te maken.
Verschillende klimaten
Klimaatsysteem van Kppen.
Bij onderverdeling worden kleine letters gebruikt: f, w en s. Dit heeft te maken met de
neerslag die er valt. Deze kleine letters komen alleen maar voor bij A, C en D. B en E
hebben eigen letters, namelijk: BW, BS, ET, EH en EF.
- f vocht, betekent dat de neerslag het hele jaar door verspreid valt.
- w winterdroogte, in de winter heel weinig neerslag.
- s zomerdroogte, in de zomer heel weinig neerslag.
De wereld wordt in 5 soorten klimaten verdeelt:
- A-klimaat
Tropisch klimaat. Temperatuur koudste maand is 18 graden.
- B-klimaat
Droogste klimaat. Vooral naar de neerslag gekeken.
- C-klimaat
Gematigd (warm) klimaat. Koudste maand tussen -3 en 18 graden.
- D-klimaat
Gematigd (koud) klimaat. Koudste maand -3 of kouder, warmste maand 10
graden of warmer, hierdoor kunnen er bomen groeien. Droger dan C-klimaat.
- E-klimaat
Koud klimaat. Warmste maand 10 graden of lager.

You might also like