You are on page 1of 11

Bedrijfseconomie

AC methode
Klassieke winstmethode:
TO
TK
Voorraadmutatie
+/Winst (begroot of werkelijk) =
Geanalyseerde winstmethode:
Verkoopresultaat (Vk Kp) x afzet
+/- bezettingsresultaat productie (W-N) x C/N
+/- bezettingsresultaat verkoop (W-N) x C/N
+/- budgetresultaat (verwachte ck werkelijke ck)
+/- hoeveelheidsverschil / efficiencyverschil (SH WH) x SP
+/- prijsverschil (SP WP) x WH
DC methode
Opbrengt (afzet x verkoopprijs)
Variabele kosten (afzet x variabele kostprijs per product)
Dekkingsbijdrage = contributiemarge
Vaste kosten
Perioderesultaat

=
=

Verschil AC en DC = voorraadmutatie x constante fabricagekosten per product


Marketingcommunicatie

Marcom (promotie) doelen


1.

2.

3.

Kennis = de consument bekendheid van het merk of de organisatie bijbrengen


Categoriebehoefte = nieuw product voor de mens
Merkbekendheid = er zijn verschillende merken, dus de ene wilt winnen van de andere
Merkkennis = strijd om producteigenschappen
Houding = de houding van de consument tegenover een merk veranderen
Merkattitude = houding ten opzichte van een merk
Gedragsintentie = laten zien dat je ergens van houdt
Gedragsfacilitatie = mensen in staat stellen om van een merk te houden, hebben, dragen, kopen
Gedrag = de consument aansporen om een aankoop te doen (of iets anders)
Koop- en gebruiksgemak = veel vestigingen, veel keuze, klantvriendelijkheid, sfeer, inrichting
Tevredenheid na aankoop

Stappen marketingcommunicatieplan:
1.
Analyse: markt, concurrenten, middelen, consumenten (probleemstelling)
2.
Definitie: doelstelling, doelgroep, segmentatie, boodschap
3.
Strategie: hoe, positionering, propositie
4.
Concept: creatief concept, middelenmix, bereikcriteria
5.
Implementatie: activiteitenplanning, bureauselectie, begroting
6.
Evaluatie: proces, inhoud
Segmentatie van de doelgroep aan de hand van:
Essink-Matzinger, C., & Gerritsen-van, V. B. (2012). MarCom: Marketingcommunicatie in organisaties. Amersfoort:

ThiemeMeulenhof

Marketing
Stimuli-responsmodel = het besluitvormingsproces van de koper (consument)
Kenmerken koper
Besluitvormingsproces consument
Adoptieproces
Stappen adoptieproces:
1.
Bekendheid: consument weet dat het nieuwe product bestaat, maar heeft er weinig info over
2.
Interesse: consument nieuwschierig om info te gaan winnen
3.
Evaluatie: consument overweegt of het product iets te bieden heeft
4.
Probeeraankoop: consument probeert product om betere mening te vormen
5.
Adoptie: consument besluit het product volledig en regelmatig te gaan gebruiken
Innovators: avontuurlijk proberen nieuwe ideen en nemen risico
Early adopters (vroege kopers): minder doortastend. Groep belangrijk voor mening.
Early majority (vroegere meerderheid): accepteren een nieuwe idee redelijk snel.
Late majority (late meerderheid): sceptisch en accepteerd de innovatie pas wanneer de meerderheid deze al
heeft uitgeprobeerd.
Laggards (achterblijvers): hechten aan traditie stellen zich wantrouwend op tegen veranderingen en adopteren
een vernieuwend idee pas wanneer deze bijna een traditie is geworden
Besluitvormingsproces bedrijven
3 soorten inkopen:
Straight rebuy = afnemer besteld zonder wijzigingen iets wat hij al eens eerder besteld heeft.
Modified rebuy = de koper wil de productspecificaties, prijzen, voorwaarden of leveranciers wijzigingen.
New task buy = en bedrijf kopot een product of dienst voor de eerste keer.
Belangrijkste invloeden op bedrijfsinkopers
Koopproces bedrijven
STP (segmentation, targeting, positionering)
1.
Marktsegmentatie = markt indelen in afzonderlijke klantgroepen met verschillende behoeften, kenmerken
en gedragingen.
2.
Doelgroepkeuze = aantrekkelijkheid van elk segment evalueren en een of meer segmenten uitzoeken
waarop je je wilt richten.
3.
Positionering = het product of merk een concurrerende positie geven in de markt en hiertoe aan
marketingmix samenstellen.
Segmentatie B2B:
Operationele kenmerken
Inkoopmethode
Situatiefactoren
Persoonlijke kenmerken
Voorwaarde voor effectieve segmentatie
1.
2.
3.

Meetbaarheid: grootte, koopkracht en profiel van segmentatie meetbaar?


Toegankelijkheid/bereikbaarheid: segmenten kunnen worden bereikt en bediend.
Omvang: segmenten groot of winstgevend genoeg om te bedienen?

4.
Onderscheid: segmenten te onderscheiden en reageren ze verschillend op elementen en programma van
marketingmix?
5.
Bewerkbaarheid: programmas worden ingezet om de segmentatie aan te trekken en te bedienen?
Soorten doelmarkten
Ongedifferentieerde marketing = negeer je de verschillen tussen de segmenten en richt je je met een aanbod
op de hele markt.
Massamarketing = je richt je op gemeenschappelijke behoeften, niet op de verschillen.
Gedifferentieerde marketing = verschillende doelgroepen worden aangesproken met een verschillend
marketingaanbod.
Geconcentreerde marketing (niche marketing) = je richt je niet op een klein deel van de markt, maar op een
groot deel van een of meer marktsegmenten of niches.
Handig wanneer je middelen beperkt zijn en trekt weinig concurrenten aan.
Micromarketing
= producten en marketingprogrammas worden aangepast aan de smaak van specifieke personen en locaties.
Bestaat uit lokale marketing en individuele marketing.
Aanbod kan worden gedifferentieerd op:
Product
Dienst
Kanalen
Mensen
Imago
Conventioneel distributiekanaal = een of meer onafhankelijke producenten, groothandelaren en detaillisten.
Geen enkel bedrijf heeft greep op een ander, geen formele middelen voor rolverdeling en probleemoplossing
Verticaal marketingsysteem (VMS) = producenten, groothandelaren en detaillisten werken samen in een
systeem. Een bedrijf is eigenaar van de andere bedrijven. Het dominante bedrijf kan groothandelaar, producent of
detaillist zijn.
3 soorten VMS:
1.
Gentegreerd VMS = cordinatie en conflictbeheersing in handen bij een bedrijf.
2.
Contractueel VMS = onafhankelijk productie- en handelsbedrijven bundelen op verschillende niveaus voor
schaalvoordelen of omzet realiseren dan dat ze zelfstandig zouden bereiken. Conflictbeheersing vindt plaats door
het sluiten van een overeenkomst tussen de kanaaldeelnemers.
3 vormen van franchise

Detailhandelfranchise onder leiding van producent.

Groothandelfranchise onder leiding van producent.

Detailhandelfranchise onder leiding van een dienstverlenend bedrijf.


Distributiestrategien:
1.
Intensieve distributie = op zo veel mogelijk plaatsen te koop (convenience goods)
2.
Exclusieve distributie = je kiest alleen voor een bepaalde stand, land, regio, etc. waar je het product wilt
verkopen. De handelaren hebben het alleenrecht om dit goed te verkopen (speciality goods)
3.
Selectieve distributie = je kiest een paar winkels uit waar je het product wilt verkopen (shopping goods)
Kotler, P., Armstrong, G., Borchert, T., & Roozenboom, T. (2012). Marketing: De essentie. Amsterdam: Pearson.

Voorbeeld
Casus zieke hond
Karel is al jaren een groot fan van Engelse Buldogs. Van zijn vakantiegeld koopt hij op 16 juni 2014 een Engels
Buldog bij Fokkerij Big Ben B.V. De koopprijs voor de hond, genaamd Attack, bedraagt
1.000,-.

In de tussen Karel en Fokkerij Big Ben B.V. gesloten koopovereenkomst staat onder andere de volgende bepaling:
De hond wordt overgedragen in de staat waarin deze zich de in artikel 1 genoemde dan wel door partijen nader
afgesproken datum van de overdracht bevindt. De koper verplicht zich om binnen acht werkdagen na ontvangst
van de hond deze bij een dierenarts te laten onderzoeken op eventuele gebreken, die op dat moment
waarneembaar zijn. Koper verplicht zich om eventueel tijdens dit onderzoek geconstateerde gebreken binnen vijf
dagen na het onderzoek aan verkoper te melden. Laat koper dit na, dan kan hij geen rechten doen gelden op een
schadevergoedingsregeling.
Op 18 juni 2014 wordt Attack ziek door een infectie. Karel heeft dit dezelfde dag telefonisch gemeld aan de
Fokkerij. Attack is door een dierenkliniek voor de infectie behandeld. In september 2014 is uit een test gebleken
dat Attack genezen was van de infectie. Attack bleef echter afwijkend gedrag vertonen. Hierop is Attack
vervolgens onderzocht door een andere specialistische kliniek. Deze heeft Attack gediagnosticeerd met
levershunt. Een ziekte waardoor de lever zijn taken niet goed kan uitvoeren.
Op 14 juli 2015 schrijft Karel in een e-mailbericht aan de Fokkerij onder meer:
Graag wil ik u dringend op de hoogte brengen van n uw reactie vernemen op het volgende:
Ik heb op 16 juni 2014 bij uw kennel een pup gekocht, genaamd Attack, volgens paspoort geboren op 15 april
2014. Al sinds het begin, u heeft toen uit belangstelling herhaaldelijk gebeld, is de pup ziek, ernstig ziek. U heeft
beloofd later nog te informeren naar zijn gesteldheid, maar ik heb nooit meer iets vernomen.
Na de infectie met veel moeite te hebben overwonnen, is de pup nog steeds ziek, heel zwak en slaapt
voortdurend. Uit onderzoek is gebleken dat hij een heel hoog ammoniakgehalte in zijn bloed heeft dat twee keer
zo hoog is als normaal.
Dit betekent, voor 99% zeker, dat hij een leverafwijking heeft en voor verder onderzoek, door mijn dierenarts,
doorverwezen is naar een specialistische kliniek. Verwacht wordt dat hij vrijwel zeker op korte termijn geopereerd
gaat worden, hetgeen mij opnieuw een enorm bedrag (rond de 1500,--) gaat kosten.
De leverafwijking is een aangeboren afwijking die bij een goed gezondheidsonderzoek (bloedtest op amoniak) al
vroegtijdig geconstateerd had kunnen worden. Helaas heb ik wat dat betreft te veel vertrouwen in uw Fokkerij
gehad, mede ingegeven door de vermelding dat u al 25 jaar een Fokkerij heeft die voldoet aan alle eisen die de
wet voorschrijft. Temeer omdat u in uw advertentie en bij de aankoop aangaf dat de pups onder medisch toezicht
staan van de Dierenkliniek, die ze heeft voorzien van een gezondheidsverklaring.
Omdat voor mij de gezondheid van de pup het allerbelangrijkste is, krijgt hij alle medische aandacht die hij nodig
heeft.
In totaal heeft de zorg voor de pup mij tot nu toe 500 euro gekost (excl. de aanschaf). Van de medische
behandelingen wil ik u graag, indien gewenst, nader informeren middels het patintenverslag van de dierenarts.
De enorm hoge kosten die gepaard gaan met de aanschaf van mijn pup overstijgen mijn financiele draagkracht. Ik
beraad me dan ook om mijn rechtsbijstandverzekering in te schakelen voor hulp in deze.
Graag zou ik zo spoedig mogelijk uw reactie vernemen voor wat betreft de ernstige gezondheidsproblemen van
mijn pup en de financile kosten die dit met zich meebrengt.
Karel heeft op zijn e-mailbericht geen enkele reactie van de Fokkerij ontvangen. Ingrijpen was noodzakelijk voor
de gezondheid van Attack. Deze is daarom in opdracht van Karel geopereerd op 15 augustus 2015. Hij is thans
gezond. De medische kosten bedragen in totaal 2.000,--, zijnde
500,-- voor medische kosten voor de behandeling van de infectie en 1.500,-- voor de operatie
Vraag: Kan Karel met succes de geneeskundige kosten ad in totaal 2.000,-- op Fokkerij BIG BEN B.V.
verhalen?

Stappenplan:
1.
Partijen
Karel en Fokkerij Big ben b.v.
2.
Juridisch leerstuk
consumentenkoop

3.
Relevante artikelen
Art. 7:1 BW
Art. 7:5 BW consumentenkoop
Art. 7:6 BW
Art. 7:17 BW
Art. 7:18 lid 2 BW
Art. 7:21 lid 1 sub b BW
Art. 7:23 BW
4.
Criteria
Art. 7:1 BW
de een verbindt zich een zaak te geven- ja de fokkerij aan karel een hond
De ander betaald een prijs - ja Karel heeft 1000 betaald
Art. 5:5 Bw
roerende zaak- je de hond
verkoper die handelt in uitoefening van beroep of bedrijf -ja namelijk de fokkerij big ben b.v
natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf- Karel is natuurlijk persoon en
handelt niet in uitoefening van bedrijf.
Art. 7:6 BW
Een tekortkoming in de nakoming mag niet worden beperkt of uitgesloten dwingend recht-de voorwaarden in de
overeenkomst is niet geldig want er mag geen tekortkoming in de nakoming worden beperkt of uitgesloten
Art.7:17 BW
De afgeleverde zaak moet aan de overeenkomst beantwoorden- er is geen sprake van conformiteit
Art.7:18 lid 2 BW
Het vermoede dat de afwijkende zich binnen een termijn van zes maanden na aflevering openbaart= ja na twee
dagen al
Art. 7: 23 BW
de verkoper moet binnen bekwame tijd (redelijke tijd) aan de verkoper laten weten- de koper heeft binnen de
bekwame tijd laten weten( het is redelijke termijn- na 2 dagen en 1 maand
Art. 7:21 lid 1 sub b BW
herstel van de afgeleverde zaak- 2000 euro besteed voor herstelling
5.

Conclusie

Recht
Wet bescherming persoonsgegevens

Is het een overeenkomst? Art. 6:217 jo 3:33 B

Zo ja, wat voor soort overeenkomst?

Bij een koopovereenkomst art. 7:1 BW (zaak geven en geld betalen)

Meer specifiek: consumentenkoop, art. 7:5 BW (roerende zaak, verkoper handelt in uitoefening van
beroep/bedrijf, koper doet dat niet)
Consumentenkoop

Tevens hebben gekeken naar de conformiteit en non-conformiteit (art. 7:17 en bij consumentenkoop wordt
7:17 UITGEBREID met 7:18 BW)

En naar de gevolgen van non-conformiteit (art. 7:21 ev BW)


De Grondslag

Art. 10 Grondwet:
Lid 1: ieder heeft, behoudens bij of kracht de wet te stellen beperkingen, recht op eerbiediging van zijn

persoonlijke levenssfeer
Lid 2: De wet stelt regels ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer in verband met het vastleggen en
verstrekken van persoonsgegevens
Lid 3: De wet stelt regels inzage de aanspraken van personen op kennisneming van over hen vastgelegde
gegevens en van het gebruik dat daarvan wordt gemaakt, alsmede op verbetering van zodanige gegevens.
Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) geeft regels omtrent de bescherming van de privacy.
Let op: deze staat in deel II publiekrecht van de wettenbundel!
Wet bescherming persoonsgegevens

Bescherming privacy door regels te stellen ten aanzien van het verwerken van persoonsgegevens.

Sleutelbegrippen Wbp zijn verwerken en persoonsgegevens.

Zie artikel 1 voor de begripsbepaling.


Persoonsgegevens

Geregeld in artikel 1 sub a Wbp

Iedere informatie betreffende een natuurlijk persoon.

De gedentificeerde of identificeerbare persoon.


bijv. adresgegevens, kentekens van voertuigen,

IP-adressen van computers, telefoonnummers.


Verwerken van gegevens

Geregeld in artikel 1 sub b van de Wbp

Elke handeling of elk geheel van handelingen met betrekking tot persoonsgegevens.

Ziet op alle mogelijke vormen van technische en gebruikshandelingen met persoonsgegevens.

Bijv. verzamelen, vastleggen, raadplegen, gebruiken, verspreiden, verkrijgen.


Actoren

De betrokkene:
De persoon over wie persoonsgegevens worden verwerkt.

De verantwoordelijke:
Degene die beslist of en welke gegevens worden verwerkt, met welk doel en op welke wijze dat gebeurt.
De reikwijdte van de Wbp
De Wbp is niet an toepassing op:

Activiteiten met uitsluitend persoonlijke of huishoudelijke doeleinden.

Indien speciale wetten dat bepalen


bijv. Wet op de inlichtingen en veiligheidsdiensten, Wet politieregisters, Wet gemeentelijke basisadministratie
persoonsgegevens.
De gronden voor verwerking

Artikel 8 geeft een limitatieve opsomming van de gronden voor het verwerken van persoonsgegevens.
1.
Noodzakelijk voor de uitvoering van een overeenkomst (bijv bezorgen krant). (pakketje bezorgen en
betalen)
2.
Noodzakelijk ter uitvoering van een wettelijke plicht van de verantwoordelijke (bijv. salarisadministratie).
3.
Het verwerken van persoonsgegevens is noodzakelijk voor de behartiging van een gerechtvaardigd belang.
(als je hulp nodig hebt)
limitatieve opsomming= niet uitputtend (wat er staat daar moet het onder vallen)
Het melden van de gegevensverwerking

Melden bij het College bescherming persoonsgegevens (Cbp)


Melden voordat wordt begonnen met gegevensverwerking
Melding niet vereist indien vrijstellingsbesluit van toepassing is.
Bijv. verwerkingen door verenigingen en verwerkingen in verband met salarisadministratie.

Enkele artikelen

Gegevens niet langer bewaren dan noodzakelijk (Art. 10 Wbp).

Maatregelen tegen verlies of onrechtmatige verwerking gegevens (Art. 13 Wbp).


(heb je als bedrijf voldoende gedaan om die gegevens te beschermen?)

Betrokkene moet genformeerd worden over verwerking (Art. 33 en 34 Wbp).


(Je moet weten wat ze met je gegevens doen?)
Recht van verzet

Betrokkene heeft onder meer een recht van verzet als het verwerken van zijn persoonsgegevens geschiedt
voor direct marketingdoeleinden.

Indien het verzet gerechtvaardigd is, moet de verwerking altijd onmiddellijk worden gestaakt.
Rechtsbeschermings-mogelijkheden

Een burger kan stappen ondernemen (schade).

Het openbaar ministerie kan vervolgen (straf).

Het Cbp kan actie ondernemen (dwangsom= je meot net zo lang betalen totdat ze gestopt zijn met
handelingen)

Management
Eenvoudige structuur (in het begin gebruiken en in extreme crisissituatie)
Machinebureaucratie
(massaproductie, zoals autofabrieken en callcenters)
Professionele bureaucratie
(ziekenhuizen, hogescholen, advocaten)
Divisiestructuur
(ING, Shell, Ahold, grote organisatie met veel vestigingen)
Adhocratie (zeldzaam)
(Bureaus die zich bezig houden met innovatieve vraagstukken, bouwen van super hoge bruggen)

Cordinatiemechanisme

Direct toezicht, er is maar n baas die het personeel aanstuurt. Vaak is de organisatie kleiner.
Standaardisatie van werkprocessen, de werkzaamheden liggen van A tot Z vast, simpel werk.
Standaardisatie van vaardigheden, de kennis en vaardigheden spelen hier de grootste rol
Standaardisatie van output, er moeten doelen gesteld worden, die bereikt moeten worden
De Uitvoerende Kern
(in Operationele Adhocratie)
De Ondersteunende Diensten (in Bestuurlijke Adhocratie (NASA))

Organisatieonderdeel
Strategische top, want die geeft leiding en bepaalt alles.
Technostructuur, leggen alle processen vast.
Uitvoerende kern, deze voeren het werk uit. Hebben veel vrijheid, ze weten wat ze doen.
Middenkader, de vestigingmanagers zijn belangrijk. De top bepaal de doelen
Onderlinge aanpassing, er moet veel worden aangepast worden op anderen

Vorm van
(de-)centralisatie

Verticale en horizontale centralisatie, alle macht ligt bij de baas.


Beperkte horizontale decentralisatie, beslissingsbevoegd- heden worden aan de technostructuur overgedragen
Verticale en horizontale decentralisatie, de macht zit voor het grootste deel bij de uitvoerende kern
Beperkte verticale decentralisatie, het gaat specifiek naar de vestigingsmanagers
Selectieve verticale en horizontale decentralisatie, veel mensen zijn beslissingsbevoegd, zo vertraagd het project
niet

Ontwerpparameters/
Superstructuur

Ontwerp individuele functies:


- Een losse
arbeidsverdeling
- Weinig geformaliseerd
gedrag
- Weinig met trainingen
Afdelingsvorming/-grootte:
- Een minimale
differentiatie tussen de
eenheden
- Kleine hirarchie van
managers
- Organische structuur
- Weinig/geen
technostructuur
- Weinig/geen
ondersteunend
personeel
- Weinig/geen
middenkader
Planning-/Controle-systemen & verbindingsmiddelen
- Niet/nauwelijks
Ontwerp individuele functies,
- Sterk gespecialiseerde
routinewerkzaamheden
- Verticale en horizontale
taakspecialisatie
- Sterk geformaliseerd
gedrag (veel
regels/procedures)
- Weinig training/
indoctrinatie
Afdelingsvorming/-grootte:
- Groepering naar functie
(F-indeling)
- Grote uitvoerende
eenheden in

de kern/op productieniveau
- Uitgebreide bestuurlijk
structuur met een sterk
onderscheid lijn-staf
Planning-/Controle-systemen, Actieplanning
Verbindingsmiddelen: Weing
Ontwerp individuele functies
- Kennis en
vaardigheden verleend
aan een professional
- Wel veel horizontale
taakspecialisatie, maar
verticaal juist niet(veel
controle over
eigen werkzaamheden)
- Weinig
gedragsformalisatie
- Training en
indoctrinatie van de
professional
Afdelingsvorming/- grootte
- Groepering naar functie
- Uitvoerende kern kan
groot zijn
- Weinig managers

Planning-/Controle-systemen
- Nauwelijks /niet
Verbindingsmiddelen
- Weinig in Uitvoerende
kern
- Meerdere op
Middenkader-niveau
(commissies, task forces)
Afdelingsvorming/- grootte:
- Divisies; eenheden in het
middenkader gegroepeerd
naar markt / product /
geografisch gebied
- Geen contact tussen de
divisies
- Centraal hoofdkantoor:
hoofdkantoor
staf hoofdkantoor
Planning-/Controle-systemen
- Controle van resultaat
- Geen actieplanning door

*Kleine technostructuur
*Kleine ondersteunende

hoofdkantoor, wel door de


divisiemanager voor de
divisie
Ontwerp individuele functies
- Veel horizontale
taakspecialisatie
- Veel training
- Weinig formalisatie van
gedrag
- Organische structuur
- Veel managers! Zelf lid
projectgroepe
Eenvoudige en dynamische omgeving en een vijandige omgeving, je kan je makkelijk aanpassen en je kan veel
concurrentie hebben
- Oud, groot
- Niet-hoogwaardig
technisch systeem, wel
sterk regulerend
- Eenvoudige, stabiele
omgeving
- Structuur niet onderhevig
aan mode
- Technisch systeem:
*(Bestuurlijke Adhocratie)
*(Operationele Adhocratie)

Geavanceerd, geautomatiseerd
Niet gereguleerd of geavanceerd

- Omgeving vaak complex,


dynamisch
Mintzberg, H., & Goedee, J. (2013). Organisatiestructuren. Amsterdam: Pearson.

You might also like