Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e)
Brechtje Kramer
Mentor
Liesbeth Keijsers
Klas
PEH15C
Datum
14-02-2016
Stageschool OBS de Graswinkel
Groep
6b
Plaats
Weert
Aantal lln 25
Vak- vormingsgebied: Rekenen
Speelwerkthema / onderwerp: Meten en meetkunde, van gram naar kilogram
Persoonlijk leerdoel: - Ik wil een klein groepje kunnen begeleiden
- Een positieve sfeer behouden
- De leerlingen betrokken houden
Lesdoel(en): - Aan het einde van de les kunnen de leerlingen gram naar
Evaluatie van lesdoelen:
kilogram en andersom omrekenen
Ik ga controleren of de kinderen dit lesdoel behaald hebben door middel van oefeningen
Dit past bij de leerlijn gewichten van kerndoel 33.
en opdrachten die ze krijgen. Ook gaan we het omrekenen mondeling bespreken, zo kan
introductie van de gram als standaardmaat voor gewicht; koppeling ik ook zien of iedereen het snapt.
van deze maateenheid aan passende referentiematen en aan de
reeds bekende maat van kilogram
oefening van het omzetten van de veelvoorkomende
gewichtsmaten gram en kilogram
Beginsituatie: Ik heb een groepje leerlingen die hier nog veel moeite mee hebben volgens de mentor. Aan het einde van de les kan ik hun beginsituaties meer
inschatten, want ik heb ze dit nog nooit zien doen. Omdat we in een klein groepje werken denk ik dat het wel rustig is.
Lesverloop
Tijd
+- 3
minuten

Leerinhoud Didactische handelingen

Leraar
Begin
Ik roep de leerlingen bij elkaar om aan een
rustige tafel (in de gang of in het lokaal) te gaan
zitten. Dan vertel ik aan de kinderen dat we
gaan oefenen met het omrekenen van gram
naar kilogram en andersom.

Leeractiviteit
leergedrag leerling(en)
De leerlingen pakken hun spullen en komen met mij mee.
Ze gaan zitten aan de tafel en luisteren naar wat ik zeg.

Materialen / Organisatie

+- 5
minuten

Start-up

+- 7 min

+- 10 min

Kern

+- 5
minuten

Afsluiting

Persoonlijke reflectie

We beginnen met een kleine opfrissing van het

geheugen. Ik vraag aan de leerlingen wat ze er
al van weten/ nog van weten. Dan gaan we het
daar nog even samen over hebben. Ik vraag
door de naar de manieren hoe ze het
berekenen.
Dan doen we eerst een paar opgaves samen
1 kg = 1000 gr
100 gr = 0,1 kg
10 kg = 10000 gr
1 gr = 0,001 kg
2000 gr = 2 kg
Als ze het dan door hebben krijgen ze van mij
een klein opgaveblaadje en mogen ze de
oefeningen op de tablet maken.
Ik help met de eventuele vragen. Ik blijf
checken om te kijken of de leerlingen het ook
echt snappen. Als ze het niet snappen leg ik dat
uit door alle maten even uit te tekenen. Dan
wordt het visueel en delen we het op in stapjes.
Ik herhaal nog een keer wat we hebben
besproken. Ik vraag of iedereen het heeft
begrepen en stel dan nog een som voor die ze
moeten maken. Zo weet ik echt of ze het
snappen. Dan vraag ik aan de leerlingen wat ze
ervan vonden en bedank ik ze.

De leerlingen vertellen wat ze nog weten. Ze vertellen dit zo

uitgebreid mogelijk. Ze gaan nadenken over wat ze nog
weten.

De leerlingen gaan samen met mij naar een oplossing

zoeken. Ze hebben eventueel wat vragen en die leg ik dan
uit.
1000 gram 100 hectogram 10 decigram 1 kilogram

De leerlingen gaan zelfstandig de opgaves maken. Als ze

vragen hebben kunnen ze die stellen.

De leerlingen gaan nog even nadenken of ze echt alles

begrijpen en beantwoorden mijn vragen.

- opgaveblad
- tablet
- pen en kladblok

Feedback mentor (inclusief handtekening)

Datum:

Omrekenen
1 kg =
100 gr =
500 gr =
3 kg =

1 gr =
1500 gr =
2,5 kg =
30 kg =

20 gr =
50 gr =
0,5 kg =
1,2 kg =