OGP3

Format voor toelichting lesontwerp

Domein: Taal Rekenen/ wiskunde OJW- natuur en techniek BVO*
*omcirkel wat van toepassing is

Voor een meer uitgebreide beschrijving van de standaarden en criteria, zie

bladzijde 2 van de OGP3-opdracht. Of via
https://www.fontys.nl/pabo/denbosch/competentieprofiel/Propedeusefase/index.html

Sta bewust stil bij jouw doelen voor de groep, zoals geformuleerd in de
overdenking van de groep
Sta in je antwoorden aan terugkoppeling naar zowel (vakspecifieke) theorie als
praktijk

B1. Leerdoelen stellen

3.4 passend leerinhouden
vanuit leerlijnen
3.11 Leerprocessen
observeren en registreren

Welke keuze(s) heb je in dit

opzicht gemaakt?

Waarom heb je deze keuze(s)

gemaakt?

- De leerlingen kunnen aan het

einde van de les(sen) plantjes
planten en overpotten in
tweetallen
- De leerlingen kunnen aan het
einde van de les een gerichte
onderzoeksvraag formuleren door
middel van de denken-delenuitwisselen
samenwerkingsmethode

Ik heb deze lesdoelen gepakt

omdat ik vind dat ze haalbaar
en belangrijk zijn. Ze hebben
allebei te maken met kerndoel
40 de leerlingen leren
kenmerken en eigenschappen
van de plantjes die zij moeten
planten. Dit moeten ze aan het
einde van het jaar ook kennen
en ik wilde hier graag mee
werken. Momenteel loopt de
moestuintjes actie, dus dit ligt
ook in het interessegebied van
de leerlingen.
Mijn persoonlijke leerdoel om
leerlingen betrokken te houden
vind ik erg belangrijk. Als je
geen betrokken groep hebt,
loopt je les ook veel minder
soepel. Een plantje groeit niet in
een dag, dus de leerlingen
kunnen dit ook niet op een dag
allemaal afmaken. Ze maken
een beginnetje. Ik zal dan
iedere dinsdag even kort
vragen wat ze gevonden
hebben en welke
ontwikkelingen er zijn. Dit heb ik
nog nooit gedaan en vind ik wel

Mijn persoonlijk leerdoelen zijn:

- Ik wil leren om een groep
betrokken te houden tijdens mijn
les/ uitleg
- Ik wil leren om een les te
begeleiden die meerdere dagen
kost

belangrijk.
B3. Leeractiviteiten
begeleiden
2.6 Samenwerking,
zelfredzaamheid

A3. Leiding geven aan het

groepsproces
1.1 zicht op groepjes
leerlingen
1.3 effectieve
leerkrachtcommunicatie

Ik heb hier meerdere

coperatieve werkvormen
ingezet. Ik begin met de denkendelen-uitwisselen methode.
Daarna gaan ze in tweetallen aan
de slag met hun plantje(s) en hun
onderzoeksvragen.

De groepjes bestaan uit twee

leerlingen per groepje. Ze werken
gewoon in de klas. Als ik bezig
ben met mijn uitleg, zitten ze
gewoon aan hun tafeltje. Ik sta
voor de klas, dus ik kan alles zien.
Tijdens het samenwerken zitten ze
ook aan tafeltjes bij elkaar.
Ik sta voor de klas, ook als de
leerlingen aan het werk zijn. Dan
loop ik rond en vraag ik of alles
lukt. Ik wil hier ook op een open
houding letten.

Ik heb ervoor gekozen om te

beginnen met de denkendelen-uitwisselen methode,
omdat dit de voorkennis van de
leerlingen activeert. Ze weten
dan ook gelijk van hun partner
wat hij/zij al weet. Ook heb ik er
expres voor gekozen om de
leerlingen in tweetallen te laten
werken. Ze hebben
waarschijnlijk nog nooit met
een onderzoeksvraag gewerkt
en ook nog nooit zo naar
plantjes gekeken. Iedereen kijkt
anders naar een plant, dus met
zn tween zie je meer dan
alleen. Ook is het dan voor de
leerlingen makkelijker om de
onderzoeksvragen te
beantwoorden en te
formuleren. Ze leren zo
samenwerken en samen voor
een plantje te zorgen. Je kunt
niemand de schuld geven, je
bent samen verantwoordelijk.
Ik wil dat de leerlingen gewoon
blijven zitten, want dan houd ik
het overzicht. Dan kan ik zien of
het goed gaat of mis gaat.
Omdat de tafeltjes in een
opstelling van vier staan,
kunnen ze ook nog met een
ander groepje bespreken als
het zelf niet lukt.
Ik loop rond, want dan kunnen
de leerlingen vragen stellen als
ze dat willen. Ook kan ik dan bij
iedereen even kijken hoe het
gaat. Ik krijg dan een beter zicht
op wat de leerlingen al kennen/
kunnen. Dit vind ik belangrijk
voor een volgende les. Ik kan
zo ook controleren of de
onderzoeksvraag van de
leerlingen wel goed is. Ik wil
weer op mijn open houding
letten zodat de leerlingen zich

A4. Interactie aangaan met

de groep
3.13 feedback aan leerlingen

B2 Leeractiviteiten
ontwerpen
3.6 werkvormen en
groeperingsvormen
4.5 leeromgeving inrichten

Tijdens te uitleg reageer ik op de

antwoorden van kinderen. Als de
leerlingen door mijn uitleg heen
praten zeg ik hier wat van.
Tijdens het zelfstandig werken,
ben ik constant bezig met het
feedback geven op de leerlingen.
Hoe ze werken, op hun
onderzoeksvraag en op de manier
van samenwerken.

Ik heb ervoor gekozen om te

werken in groepjes van twee. Ze
zitten met twee groepjes aan een
tafel (dus vier leerlingen per tafel).
We beginnen met een korte
introductie en uitleg, daarna gaan
we over naar het zelfstandig
werken waarbij ik wel constant
help en aanwezig ben.
De leerlingen kunnen hun plantjes
bij het raam zetten als ze geplant
zijn en we klaar zijn met het
onderzoeken.

niet geremd voelen om vragen

te stellen aan mij. Ik wil een
prettige sfeer ik de klas.
Ik wil dat het rustig en stil is
tijdens mijn uitleg. Daarom zeg
ik er ook wat van als dat niet zo
is. Ik vind het ook heel
belangrijk om de leerlingen
positief te stimuleren. Daarom
loop ik ook rond en ben ik
constant feedback aan het
geven. De onderzoeksvraag
moet wel goed zijn. Als het
samenwerken niet lekker loopt,
kom ik kijken of we het kunnen
oplossen.
Ik heb ervoor gekozen om vier
leerlingen per tafel neer te
zetten, omdat ze dan ook nog
met anderen kunnen
overleggen. Dus niet alleen het
tweetal voor zich, maar ze
kunnen ook kijken bij een ander
tweetal hoe zij het doen. Ze
kunnen daar dan ook hulp
zoeken.
Ik begin met de introductie en
de instructie zodat de leerlingen
weten waar ze aan toen zijn.
Dan hoeven ze even stil te zijn
en tijdens het zelfstandig
werken kunnen ze even alles
loslaten en hun ding doen. Dan
mogen ze ook overleggen en
praten. Zo houd ik de les
luchtig.