Lesfasenformulier

Naam en klas student:

Luke Rob
PEH15VB

Datum:
19-04-2016

Bron/methode:
N.V.T.

Stagegroep:
Groep 3

Les:
Alledaagse Voorwerpen komen tot leven.

Naam werkplekbegeleider:
Ymke Prince

Fase

Mijn activiteiten

Activiteiten van de kinderen

Voorbereiding:
doel
context

Doel: Doormiddel van mijn voorbeelden in de PowerPoint doen kinderen

inspiratie op en hebben aan het einde van de les is te zien dat de leerlingen
zijn fantasie in hun werk hebben toegepast.

Doel: aan het einde van de les hebben de

leerlingen een tekening gemaakt waarin te
zien is dat de leerlingen hun fantasie erin
hebben verwerkt.

Orintatie:
introduceren
informeren
instrueren
(opdracht)

Introduceren: Het klassikaal bekijken van de zelfontworpen PowerPoint

over de alledaagse voorwerpen die tot leven zijn gekomen door
toevoegingen aan het voorwerp.
Informeren: Hierbij vertel ik de leerlingen wat ook eventuele mogelijkheden
zijn. Ook vertel ik dat de leerlingen zelfstandig moeten werken en mogen
kletsen zolang er maar gewerkt wordt.
Instrueren: Je krijgt na de uitleg een A4tje, uitdelers helpen mij eventueel.
Vervolgens zal je een voorwerp moeten bedenken die je tot leven wilt laten
komen. Waar geef je het voorwerp ogen en eventueel mond, oren en/ of
neus. Nadat je het voorwerp helemaal is getekend kan je het inkleuren.

Leerlingen luisteren en stellen vragen bij

de les fase orintatie

Uitvoering:
observeren
begeleiden
afronden

Wanneer de kinderen beginnen met de uitvoering, hebben ze allerlei ideen

bedacht die ze zouden willen uitwerken. Ze zouden de neiging kunnen
krijgen om dit aan anderen te vertellen. Ik wijs de kinderen tijdens dit proces
op de tijd. Wanneer de kinderen eenmaal aan het werk zijn, loop ik rond om
te complimenteren en om feedback te geven. Als de kinderen klaar zijn met
de uitvoering, moeten de leerlingen hun vinger opsteken zodat ik het
resultaat kan bekijken. Als een leerlingen nog veel tijd over heeft mag die
iets voor zichzelf gaan doen of nog een tekening maken over dit onderwerp.

Leerlingen gaan in overleg met anderen

over hun ideen.
Leerlingen teken het voorwerp eerst met
potlood.
Leerlingen kleuren de uiteindelijke het
voorwerp in met kleurpotlood en/of stiften
Leerlingen schrijven hun naam op de
achterkant.

Nabeschouwing:
nabespreken

De gemaakte werkstukken worden beoordeeld op basis van de volgende

criteria:

 Beoordelen
presenteren

-mate van creativiteit.

-mate van verzorging van het werkstuk

Evaluatie:
reflecteren
vooruitkijken

De gemaakte werkstukken worden gevalueerd aan de hand van een kort

gesprekje met een klasgenoot. De kinderen vormen tweetallen. Vervolgens
komt er een klassikale bespreken waarbij de leerlingen vertellen wat is
opgevallen aan elkaars tekeningen.

De leerlingen evalueren in tweetallen het

werk van de ander en vormt zijn mening.
Klassikaal vertellen de leerlingen wat hun
is opgevallen bij de buurman/buurvrouw.