You are on page 1of 1

Op zoek naar de nachtwezens van Utrecht

trecht telt vele nachtdieren. En wanneer is nou een beter moment om naar ze op zoek te gaan dan de Nacht van de Nacht? Initiatiefnemers de Provinciale Milieufederaties en Stichting Natuur en Milieu riepen afgelopen zaterdag gemeenten en bedrijven op hun lichten te doven. De avond is gevallen en voor de verandering staat de Domtoren eens niet in de schijnwerpers. In de toren zijn de lichten aan voor de speurtocht naar nachtdieren die is georganiseerd; volwassenen kunnen zich bezig houden met een cursus nachtfotografie. In de Michalskapel, op elf meter hoogte in de Dom, wacht bioloog Willem de kinderen op. Hij heeft zijn relikwien uitgestald op een tafel. In de loop der jaren heeft Willem aardig wat vondsten gedaan. Zo liggen er vleermuizen, braakballen en schedels van konijnen, dassen en vossen verspreid over de tafel. Wat veel zeg! roept een meisje. , Dit is nog niks lacht Willem, mijn , hele huis staat vol met dit soort dingen. Is dat niet eng vraagt het , meisje door. Al die schedels? Ik zou er maar naar van dromen. Dat ze weer tot leven komen. Ze trekt er een gezicht bij alsof het gevreesde zich al heeft voltrokken. Willem geeft alvast een voorproefje op wat de kinderen straks bij de speurtocht te wachten staat. Hij heeft een hele lijst opgesteld. Gatver! roepen de , kinderen opeens in koor. Willem

vertelt net dat uilen de schedels van muizen die ze hebben opgegeten weer uitbraken. En hoe heet zon bal die ze uitspugen? Heel goed, een braakbal. Daar kun je best leuke dingen in vinden hoor vertelt , Willem die zijn enthousiasme enigszins tempert. Na een half uur is de lijst van tien nachtdieren afgewerkt, compleet met voortplantingsrituelen en eetgewoonten. De kinderen hebben een kwartier geleden het geduld al verloren en lopen nu onrustig heen en weer, in en uit hun stoelen, popelend om op pad te gaan. Jannes, student en vrijwilliger van de Domtoren, instrueert de kinderen nog even dat ze vooral niet aan de klokken mogen hangen en niet op de beiaard mogen spelen. Koppen dicht allemaal, want anders moet ik schreeuwen. En daar heb ik geen zin in. Jannes houdt het graag kort. Dan krijgen de kinderen de lijst met de te vinden dieren en gaan heen. De eerste treden worden bestegen. Twee meisjes smoezelen dat ze de antwoorden al gekregen hebben van vriendinnen uit de voorgaande groep. Ze nemen nog even door welke ontbreken en wisselen ze uit als ware het spaarplaatjes. Na 62 treden komen ze aan bij de Egmondkapel. Ik heb de egel gevonden! klinkt er door het trappen, huis. De kinderen die nog aan het klimmen zijn, proberen op te schieten. Maar het smalle trappenhuis verhindert dat. Grote teleurstelling is daar als ook zij bij het nachtdier

Een meisje bekijkt de verzameling nachtdieren van bioloog Willem

aankomen. Het is helemaal geen echte egel! En inderdaad, naast de deur van de kapel hangt een a4tje met een zwart-witfoto van een egel, daarnaast het knalrode logo van de gemeente Utrecht. De speurtocht wordt hervat. Honderd treden verder is de klokkenzolder. Manoeuvrerend tussen de enorme klokken worden nog wat opgeplakte a4tjes

gevonden. De trappen worden allengs smaller en beginnen nu te wentelen. Ik word er wel een beetje duizelig van Een koude wind . waait door de raampjes van het trappenhuis. Op het balkon van de beiaard brandt geen licht. De wind is hier nog harder en snijdt door de jassen heen. Nog maar een handvol kinderen is op zoek naar de laatste papiertjes. De rest tuurt naar de

stad, zoekend naar hun eigen huis. De laatste 147 treden zijn aan de beurt. Een deel houdt het voor gezien. Eenmaal boven wordt al lang niet meer geprakkeseerd om de nachtdieren. Het enige wat nog telt is het uitzicht van Utrecht in het donker. Jorrit Knuvelder

You might also like