Professional Documents
Culture Documents
1910 Shakespeare
1910 Shakespeare
2898
D8S32
w\
%mmiM
,7
SHAKESPEARE
BOBK-,
OUR
\N
mi
URN
De
liefde
den beginne, als knaap, zaagt gij een der stukken op het tooneel, een der donkerste bijom geval, Hamlet. Dan kocht gij een boekje
het te lezen, in het Hollandsch of Duitsch,
want
tijd nog niet, gij Engelsch der verzen de betoovering ving u, en het was met de zorg voor het schoolwerk gedaan. De
verstondt
in
dien
spelers vergat
gij
gij,
niet,
gelijk
een
murmelde waar
gij
luisterdet
zonder
hij
zien.
waarachtig
gij
hem
zooals
dooden herders:
Who
at first sight!
1
1111
En toen
u,
gij
een
vriend
deel
na
deel,
den
de behoefte
niet
om
buiten
in
de zon
te
waart
in
van Britsche koningen en Romeinen, gij hoordet het late kweelen van minnaars, de weeklachten
in
over de heide.
En
wist dat
wijl gij
nw
jong
leven grooter
was geworden
linn
meer van
de menschen en
Later, naar die vervoeringen terug verlangend, werdt gij n bewust dat gij niets kendet dan den
naam
laast
alleen
dit alles
toen
boek
over
Een
inschrij-
ving
al
in
was
wat
van hem
zelf
vondt
in
de luidruchtige
En
nit
nwe
de gedachte aan den bovenmenschelijken oorsprong van de schepselen waarvan gij gele/cn hadt. Inderdaad, van een wonder getuigen die
tallooze boeken
protestant,
over
atheist,
beroep:
hij
was slagersjongmaat,
hengelaar,
tum; over
zijn
landbouw,
recht,
geneeskunde,
politiek, zeevaart.
De legende
het
waar
hij
leefde,
in
kwaamt
waar
hij
wegen
zijn
al
lichaam
een heilige
was
leerdet
gij
luttele
feiten
Maar
ziet,
hij
hoort, hij was niet een onbegrijpelijk wonder, was een gewoon mensch die een strijd te
strijden
had en
schoons
over andere menschen sprak. Hij werd u des te liever, als een goede vader dien gij, schoon eerbiedig, wel eens bij den naam
liefde,
allengs wijzer
hij
schiep en
leven
such people
in 't!
brave
new world
that has
ccr
Met
dan
een
leven van ieder hunner kon schrijven kritiek indien men slechts dezelfde
Feiten had,
menschen
ziet
den vader
vruchten.
als
in wie men even eenvoudig men den boom kent aan zijn
En
zijn
al
de aandrift
u
om
loven, worden grootheid vreugde: William Shakespeare, wiens naam gij door vriendenstemmen dichter bij uw oor hoort nit-
gesproken,
kent
voorheen
het
gij
beter, veel
gij
beter, ja,
dan
en toch wilt
alien die
hem omringen,
Prospero.
u heel
zoo
deze
liefde
zal.
nw
groeien
En
deel
en de blinde ketters.
Wie
Wie
die de oorden
gemijmer zocht wat toch de bekoring kon wezen waarin hij door woorden, woorden gevoerd werd, wie
ontdekte, die in
niet wel eens de verrassende vraag in binnenste gedaan of waarlijk n mensch zijn zulke macht kon bezitten? Of een jong man
kent welke
heeft
zoo
rijk
van
ziel
kon
zijn
dat
hij
zooveel, zoo
verscheiden,
in
zoo
wonderbaarlijke
schoonheid
menschen
te
Othello,
schrijvers
Kent? Maar
hoe
dan?
De andere
zamen, Marlowe en het wild gemet wier vederen de Shake-scene zich vogelte sierde? Het is een onzalige onzekerheid. Redenen
en
vragen
geven.
bewijzen baten den twijfelaars niet, zij een verklaring die geen mensch kan
En de kinderen die, door de grootschheid der schepping verbijsterd, geestdriftig verhalen: Ik heb Elseneur gezien waar Hamlet te middernacht waakte,
ik
heb
in
waar
voor
Juliet
woonde
Falstaff
als
u dierbaar
wie
en
even
en
waarachtig
Hal,
hebben
bestaan
Caesar
Madcap
bedwingt u hun te spreken over de wonderen die uit een schoonen waanzin vorm
gij
maar
en lichaam kregen.
De ketters. De wijze Bacon deed nuttiger werk dan vermaken en verdiende die verguizing
niet.
Maar gedenken
wij
hen menschelijkerwijze
in
die eer in
het vuur.
De volgende
gevens
vvelke
schets
men
in
Shakespeares leven kan vinden; slechts toont wat in zijn werk zelf en in dat zijner tijdzij
genooten zichtbaar is voor vvie zien kan liever dan de feiten alleen. De onderzoekende geest
zal
soms waarschijnlijkheden,
doch
met
toegeven
wellicht verzinsel
ontdekken,
willen
eenige gemoedelijkheid
in
wetenschappelijke verhandelingen over Shakespeare voorkomen, zij net ook zelden. Enkele
aanteekeningen
einde.
ter
STRATFORD-UPON-AVON.
April
is
wanneer
is
schijnt, het
en
zoeken
de wei.
zijn groen van het jonge koren, de vele boomgaarden bloeien en in de bosschen, langs de
wegen
de
ziet
men voor
knoppen
moeders, de schapen worden geschoren, de lucht is vol zangerigheid. Dichters verheerlijken de Mei, maar
jonge
lammeren
blaten
bij
nun
daar
In
is
April
de
teederste
glorie
van
't
jaar.
St.
van werd George, Shakespeare geboren. In Stratford werd hij geboren, in WarwickApril,
omtrent
Paschen
en
het
feest
shire,
dat
de
hart van
van
de zee, zeggen zij, in de geschiedenis staat de naam van Warwick hun burcht roemrijker dan
eenig andere vermeld, zij wonen juist waar de twee rassen, het Britsche en het Germaansche,
zich vereenigen
hij
waar
werd geboren
lief
is.
die
de wereld
Shakespeare was een oude naam in die streek. Hij duidt den naam van krijgsman aan. Krijgslieden
kwamen
die
uit
den
de
vrije
landbouwers,
de
piekeniers
Shakespeares
Crecy waren
tot
wonnen en
er
die
het
Warwick
evenveel
van van
Worcester,
woonden.
Dat was een oudere naam, Welsh Arden oorsprong groot wouddal" heet nog de streek waar Shakespeares moeder vandaan kwam. Men heeft beweerd dat de
afstamming der Ardens nagespoord kan worden tot de vorsten van Wales. Vandaar de dichtergeest,
zeggen
Welshmen,
(en
want
Kelten
zijn
dichters,
fantasten
is,
wie
een
leugenaar
beaamt het
9
een bloot, maar vernuftig verzinsel Britschen naam den dichter, den
en den
zijn
manhaften
in
Germaanschen den krijgsman duiden, het bevat waarheid de twee groote beginselen van
Shakespeares
wezen
die
elkander zoeken en
elkander bestrijden, de verbeelding en de daad. John Shakespeare was een jaar of vijf voor
zijn
huwelijk
te
in
Stratford
gekomen om een
van de stad bezat
ambacht
zijn vader een hoeve, maar om daar mettertijd bezadigd als landbouwer te leven was zij hem
niet
groot genoeg. Hij, geestig, bedrijvig, eerzuchtig, met een hoofd voor zaken, zou tevreden
zijn
met een
niet
De
tijden
waren
gelukkig
wel gebeurde dat de schutters van Warwick met dronken geraas in den nacht het eenig paard uit den stal wegvoerden, het beste bier
en den boer nog ranselden, onrecht waar geen recht voor was of dat des konings mannen al het graan kwamen koopen, tegen hun prijs, en met slecht geld betaalden maar
dronken
de voorrechten welke den vrijen landman, die grond bezat, boven den onvrije stelden en boven de gemeenen die nog heerendienst deden, waren verachtelijk vergeleken bij de nieuwe, ruime,
10
fortuin
in
gezag der bisschoppen van Worcester, wien vroeger de heerlijkheid toebehoorde, was
net
al
Van
overgebleven.
geregelde tijden om de tienden, het maalloon, de cijnzen op huwelijk en erfenis te ontvangen, en dat was al. Een godsdienstige instelling had
te leiden,
om de huishouding dergemeente de broederschap van het Heilige Kruis, en deze regeerde. Maar toen Hendrik VIII zich
zich ontwikkeld
de kerkelijke goederen toeeigende, werd ook dit gilde ontbonden. En gedurende jaren was Stratford,
Northumberland
regelde
leiding,
Edward
VI
den
burgers
samengesteld als ten tijde der broederschap: een baljuw aan het hoofd, schepenen die voor
recht en veiligheid waakten, kamerlingen die de
uit-
11
tijd
in
en
die
voorspoed. Jonge
geen werk meer vonden, daar de den landheeren, onvoordeeligen akkerbouw verhoe waarloozend, langer zoo meer grond voor
omtrek,
veeteelt gebruikten
zich
uit,
men
at
,
van
broodverdienste
daar een woning en handwerk of nering. De middeleeuwsche gilden waren in verval, geen strenge regelen konden de onbekwamen meer
Rome
zochten
in
hurt waren op de markt te verkoopen toen de nood hen dwong te doen wat hun handen vonden. Men verwijt Shakespeare
verhinderen
dat
hij
volk, dat
handwerkers
als
narren voorstelt.
zijn
dat
hij,
hun stand geboren en getogen, in zijn jeugd op het platteland niet veel beter had gezien dan zelfvoldane kerels, die hun vak slecht verstonden
moest de zorgzame stadsraad niet herhaaleen delijk bevelen, dat een iegelijk zich bij
beroep
het te slordig gelooide leder of het te veel gestrekte laken af te keuren? En of men zich
om
John Shakespeare,
12
wcldra
zelf
lid
later baljuw,
was
hem
kalk,
te
baljuw, handelde
olie
in
en planken.
deren waren
lijkheden
van
welvaart.
jonge
levenskracht
nog
buigen en de franke,
Stratford
ligt
aan
de
rivier.
Dieht
bij
den
oever
staat
olmen;
en
een
de kerk eenzaam tusschen hooge eind verder, waar het water bij
niet
overstroomingen
rieten
daken,
elkaar.
alleen
of
bij
tweeen en drieen
naast
Daar
Avon, de eene hoofdstraat, High Street, die leidt naar de andere, Bridge Street, en deze voert
oost
Street
lieden
en
is
west
het
naar
het
open
land. In Bridge
op marktdagen
het verst van de rivier, ligt Henley Street, rustig aan akkers en boomgaarden. In Henley Street vond John Shakespeare een
13
huis
toen
hij
hi]
aan den
strijd-
arbeid. Hij
was een
die
werkzaam,
baar
man,
op
En
het
in
ging hem goed. Hij het stadsbestuur en klom van de lagere ambten tot de hoogste. In 1564, toen hij kamerling was,
zijn
kwam daarom
weldra
op
den
drie-en-twintigsten
April,
werd
boren.
Dat jaar herinnerde men zich lang. Als kleine vaders jongen hoorde William buurvrouwen, zijn
vrienden,
die, wanneer het werk gedaan was, kwamen en tot na de vesperbinnen even nog bleven praten, vaak dat jaar vuur het bel voor
noemen, met een hoofdschudden, en verhalen van de jonge dochter die, toen dat knaapje nog de doopdoeken droeg, levend begraven kreten die werd bij de dooden hij hoorde
De
pest,
uitgesproken,
toen
in
Stratford.
De
heer van
het
Clopton,
huis
in
van
dochter
14
vreesde den ander. Enkele dagen later droegen dezelfde mannen de tweede dochter daarheen,
zij
kind
openden het gewelf en vonden het eerste met losgewikkelde waden geleund tegen
inuur.
den
De
stad
bij
was
het
vol ellende en
weeeen
jaar
klacht.
Telkens
vriend
herdenken
van
vroegeren
stonden.
weer genoemd, dat jaar toen de graven openEn dit zijn verhalen, die een knaap
Wie
kent niet
voor de schooltijd begon? Heugenis van dingen, gehoord, gezien in het korte, felle zonlicht van
zijn
men
herhaaldelijk in
de
gedroogde bloemen vvaarvan men den geur herkent, zonder te weten welke
zij
De burgers
kamer,
sierden de
zooals
de rijken een
gebruikten,
van
den
15
figuren.
Zoo hing
kamer een
schilderij
in
naast
kijken.
like
it
beelden.
De
jaarmarkten,
de
zij
Er waren twee halfjaarlijksche markten tot huur en verhuur van landarbeiders, de eene kort na
Pinkster en de andere in den herfst. Boeren en
boerinnen stalden hun paarden aan den Gouden Leeuw of den Ouden Rooden Leeuw, den Pauw,
waar lange rijen van karren stonden met de boomen omhoog, en leidden hun vee naar
Rother Market, de rundermarkt, of stapelden hun kaas en vruchten bij de Guild Chapel op
kooplieden
uit
Coventry, Birmingham, Sheffield bouwden hun kramen, soort bij soort, en prezen
hun
16
dentiiig;
nog
de goochelaar met zijn aap schrceuwde luider, de liedjeszanger dreunde zijn on-
ballade op, in de herbergen waar de klimop uithing klonk schaterend gelach, maar de drukste vroolijkheid was waar de slager een
eindige
ganschen os aan net braadspit roosterde. Daar was voor kleine kinderen geen plaats in het gedrang. De stadswacht droeg ze naar een
veiliger
pick, een
koopvrouw gaf
ze ieder een
rooden glimmenden appel. In dien tijd ook had de grootste gebeurtenis van zijn jeugd plaats. Hij was
vijf jaar, zijn
zusje
Joan was pas geboren. In de Middle Row, waar de schoenmaker woont, had hij 's morgens een
troepje
zien komen, te paard, met een kar en en bij zich, droeg een trom. Na het noenmaal nam zijn vader hem en zijn broertje mee naar de
zij
mannen
veel
menschen zagen.
zich
bleven
hen
in
staan.
Toen
een
of
hij
trad
aan het
einde een
toespraak.
zichzelf
als
in
man
Daarna
kwam
koning die
in
zong, plechtig
en
zijn
armen
vvijd
17
beurte.
koning zich neder in een en viel in wieg slaap onder het gezang. Toen namen de drie vrouwen een masker sliep hij
legde
als
de
een
tinkjes
voor
zijn gezicht.
En
terwijl
zij
dit
deden,
steeds
zingende, verschenen uit een anderen hoek, zeer langzaam, twee oude mannen, een
het
in
in
een
blauw met een grooten gouden staf en het rood met een zwaard. Zij liepen
heel zacht, tot zij voor de wieg kwamen. Toen sloeg de eene oude man opeens met zijn
staf
op
de
wieg,
zoo
toornig,
dat
de
drie
het
op
jammerde,
en
Het was het eerste schouwspel, dat hij zag. Menigen nacht droomde hij ervan. En toen zijn vader hem verteld had, dat de koning
mee.
geesten
kwamen
en sleurden
hem
den slechten mensch beteekende, de drie vrouwen ondeugden, de oude mannen het einde
der wereld en het laatste oordeel, riep hij zijn broertje en de buurkinderen mee naar den tuin,
hij tier
heen
met
18
hem
en
legde
zich
neer
hi]
in
de
wieg
dat
hij
hij
hij
verklaarde
slechte
waarom
dat
deed,
de
mensch
was; dan
sprung
open
en liep sloeg hard met zijn stokje en jammerde vervvel kleuters De een heester. achter zagen
wonderd
het
toe,
maar
zij
begrepen
hij
alles goed.
Ondertusschen
had
al
vlijtig
net abc en
Onze Vader van zijn hornbook geleerd. Dat was een pergament waar een kruisje op
stond
letter,
met
en
het het
alphabet
in
groote en kleine
;
voorgeschreven gebed
om
het
voor de vieze vingers die kinderen altijd hebben te behoeden, was het, onder een schijfje hoorn,
omlijst
en
van
een
een
gedragen.
Toen
op
in zijn
had gekregen, hij pas weer een zusje zevende jaar, ging hij op een morgen
de vroegte,
om
with
his
De dauw
lag
akkertjes.
Er was toen gelukkig een goede meester in de King's Grammar School. Sommige meesters
niets en dreigden
roe,
den gan-
men
den winter
als het
19
wanneer de jongens kwamen, ze aanstonds een voor een ranselden om zelf wat warm te
worden.
vriendelijk
Maar
man.
sir
Walter
het
Roche
was een
moest William
Na
soms mocht
puer
tens
hij
the
boy,
gewichtig.
niets
magister the master. Dat was Maar toen hem na een poos wach-
meer
gevraagd
werd,
begon
hij,
evenals de jongen die naast hem zat, poppetjes de leerlingen hadden te teekenen in het zand
geen
leien,
doch schreven
in het
zand waar-
mede de
gevuld.
vrij
lessenaars, als
ondiepe
zij
kistjes,
waren
Om
een kwartier
te
om
hun
te
eten,
babbelen,
het
te
springen,
schreeuwen.
Toen moest
:
hoeveel kalver-
raken ?
de
noodig om aan den hemel te rond als een bal en langer dan en ter inwijding door de kerktoren ?
heb
je
Wat
is
te huilen.
Daarna werden
Schrift
vervolgd
Heilige
maar
over leerstellingen sprak de meester voorzichtig, men was ouderwetsch op het land, men voelde
de
negen-en-dertig
artikelen
20
Latijn,
soms opgevroolijkt
door
een
verhaal
van de Romeinsche goden, en een weinig rekenen, tot elf uur. Dan renden alien naar luiis,
zooals de
liefste
naar de
liefste gaat.
En
's
mid-
dags bleven zij tot zes uur. William speelde liever, met
of
tol
of hoepel, of
bloedverwarmende base, haasje-over, een soort verlos-verban-je hij ging ook wel
net
;
in
September, om bramen te zoeken of hazelnoten, die daar aan den Avon overvloedig groeien, een
half
uurtje
vormleer
stroomopwaarts maar dat hij zijn spoedig kende mag wel blijken uit
;
het tooneel
waar
stellen
sir
gerust
te
dat
zijn
profijt heeft
van
boeken,
hem ondervraagt:
en
William,
eindigt:
volgend jaar kon hij, met zijn levendig geheugen, den jongens, die tegelijk met hem begonnen
waren, voorzeggen als zij in de moedertaal zinverwante woorden moesten noemen: coelum, de lucht, de hemel, het zwerk; terra, de aarde, de
grond,
het land, of in een tweespraak het
21
antwoord
Tenminste,
hij
moesten
als hij
zat
dikwijls,
geven volgens het boek. de vraag gehoord had. Want naar het grijze vensterglas
aan andere dingen te denken: welke jongens den draak mochten dragen in den optocht op St. Jorisdag, hoeveel vaten sect er vvel zouden
starend,
sir
niet
hoe
je
in
gouden geld kwamen stelen, moet plukken, waardoor overal onzichtbaar kan zijn. En als hij dan, plaats van den gevraagden regel uit Manzijn
je
het varenzaad
tuanus op
gaf,
te
moest
hij
voelen.
Dan
Maar
hij
was
geestig,
zooals zijn vader zelf zeide, en wanneer hij weer stil in de bank zat, bedacht hij dat er ook een
tegenstelling
jongen
gaarne
de
dingen die
gebeuren.
wijsheid van den man staat op de in ondervinding der onbewuste jeugd zijn
;
De
wijzere jaren sprak hij duidelijk uit wat hij toen reeds wist: dat waken en doen beter is dan
droomen en wachten the readiness is all. Maar niemand zou hem een droomergenoemd
hebben, den vaardigen, joligen knaap, dien
men
22
als er iets te
doen was
in
in
zag.
In
de
eene
feest
den voorzomer volgde hit lente, het andere. De vasten waren niel
meer zooals vroeger sedert Queen Bess regeerde, maar de vroolijkheid van dat getij, die zelfs de
beenen van ouderen bewegelijk maakt, keerde geregeld weer met de warmer lucht wanneer
de
zijn
kalveren
landje
buiten
komen en een
kan.
ieder
weer
me1
bewerken
Het
begon
Paschen. Dan ging iedereen, vooral de verliefde jeugd en de jongens en meisjes die overal zijn
waar gelachen en gestoeid wordt, zeer vroeg des morgens naar buiten, naar de heuvelen van
Clopton
om
de zon
danst
te zien
opgaan.
Paaschmorgen
kan
het
zien.
de
zon.
En de blozende toeschouwers
van heideliho en tripten op liter en daar
zongen
't
een
liedje
dauwige
uit te
om
kijken naar
vlier begon te bloeien William nicest van school regelrecht naar liep huis. Daar stond zijn moeder, met de kleinere
kindercn rondom haar, in de diepe schouw waar een heerlijke geur uit kwam, en de knecht van de hoeve in Snittcrficld zat met zijn vader te
23
praten, vertellend hoeveel
lammeren
er
waren,
de
te
kruimeltje
stapel
zien was en pikten wel eens een weg: een groote trommel suiker, een
rozijnen, gember, gedroogde pruimen, specerijen, en keurig naast elkander de prachtige bruine koeken, die eralgebakken waren voor het schaapscheren, het lammer-
krenten,
bierfeest.
jongens kregen er
Dat was een groote gebeurtenis, de vrij van school voor. Want
die
zij
binnen de
mon
heid
en weidden hun schapen op de meent, de comlands die later zooveel twist veroorzaakten.
Maar het aloude feest van verblijding en zotwas de Meidag. Brave strikte lieden ergerden
waarop
ter
eere
der
die
doch heidensch, onzedelijk. De gansche stad was vol van vroolijkheid. Een ieder liep naar de
bosschen
tot
paartje
tien
in
en
drie-en-twintig,
zooals
de herder zegt
de Winter's Tale
24
verdwaalde
en
keerde
eerst
's
avonds
tertig.
om
halen.
En wanneer op
van
prieelen
en zomerhuisjes waar kroes nieuw bier werd gedronken, de menige overeind stond met al paal zijn slingers van jong
loof
midden
en bonte
mallen,
linten,
het
tot
van For o! For o! the hobby-horse is forgot! daar kwam Dan werd er gejoeld, gedrongen
Hobby-horse aan, gevolgd door de andere Morris dansers: Robin Hood in het groen met
de
Maid Marian
Draak en de
John, de goddelooze
zijn
Tom
Piper met
trom, de
rest, huppelend op de maat dat de aan nun voeten rinkelden. Menige borst belletjes deed een groot geschater opgaan, de meisjes
gilden
het
uit of
de eerste
altijd
rij
wist
iets
dege aan onder de grootere jongens. Hij zots, iets bijzonders te bedenken
ze hem, dat klinkt fermer onder
hij
Bill
noemden
kameraden
was
al
25 de belhamels die van gewaagde stukjes houden, waar de meisjes het liefst
toen
al,
op zulk
vroolijke
bruine oogen
Zijn
laatste
meester, Jenkins de
lastige
Welshman,
stond
voor
een
zoon van den opperschepen van school ging. Nu eens moesten de deugnieten gekastijdworden
omdat
zij
om
er
op Clopton gejaagd werd, was er van de oudere jongens geen enkel aanwezig bij het afroepen van de lijst. Zijn vader sprak wel
of Charlecote
over
den
tijd
dien
men
vooral
in
zijn
jeugd nuttig behoort te besteden, maar de jongen antwoordde met een grapje, en de goede man
had andere, ernstiger zorgen. Het was altoos zijn wensch geweest zijn zoons een betere opvoeding te geven dan hij
zelf
gehad, hen naar de hoogeschool te naar de oorlogen of naar zee om nieuwe zenden, eilanden te ontdekken. Jarenlang had hij ge-
had
werkt
om
zijn bezittingen te
vermeerderen, en
26
in
menigmaal
rustig
zitten
des
avonds,
zijn
:
de
kinderen
linn
sliepen,
met
vrouw over
toe-
komst
der
praten
landerijen,
zoovele zoons van fortuinlijke burgers; Gilbert en Richard zouden naar Cambridge gaan en
recht
studeeren
zelf
recht
was
Maar
gekozen zou hebben in zijn jeugd. werd hem hoe langer zoo duidelijker dat die wenschen niet verwezenlijkt zouden worden. Het ging slecht in de zaken. De wol
liet
vader
bracht niet meer de goede prijzen van vroeger op sedert de sluiting der gemeene weiden
begonnen was, er kwam meer aan de markt dan gevraagd werd, Londen en de Cinque Ports berichtten steeds weinig uitvoer; de handel
kwijnde en vele kaarders, walkers liepen werkeloos in de stad. De akkers droegen weliswaar
geringe
voordeel,
vast.
oogsten,
van het geld men kocht over het algemeen voor een pond veel minder dan een tiental
jaren
vroeger
groo-
27
er uitgaven voor zijn groeiend gezin veerWilliam kinderen toen op zijn vijf en hij zag tiende jaar van school moest
tere
waren
zich
ten
leste
Snitterfield
schulden.
hij
Op
gelijk
hij
om
zijn
vroeger zoo vaak had gedaan, maar eigen vonnis te hooren, hij, een edel-
achtbaar man.
Wat
jongens
moest
gingen
William
worden? De
in
meeste
de
leer,
maar sommigen, en ook hem was dat altijd beloofd, verlieten Stratford, hetzij om meer te
leeren, hetzij
om
fortuin te zoeken, in
Hij
Londen,
op
zee, of in
vreemde landen.
was op den
leeftijd
zijn
wanneer knapen wel eens stil, ingetogen en alleen langs de wegen worden gezien,
die
het
waren
dagen dat
hij
zich hartstochtelijk
overgaf aan de genietingen en gevaren van het mijmeren waarin een jongeling veel van zijn
kracht verbeuzelt, blind voor de rijpe gelegen-
heden
daden rondom. Welk beroep zou de ontwakende Hamlet kiezen? Jongens met inzicht
tot
denken
beroep.
aan
Hij
koos
niet,
een
28
volgende dag zou het lot wel wijzen hij dacht aan verder geluk. En hielp ondertusschen
zijn
opschrijven van bezwaren, vervoor een der talrijke rechtsgedingen dcdigingen, met het rijden van een karrevracht schors voor
het
;
de
looierij.
er een
hem
verdiende
bij
door den kleineren jongens de geslachten, getallen en naamvallen te onderwijzen. Zoo gingen
maanden, jaren
heid vvaarbij
in
hij
voorbij
in
in
ongeregelde bezig-
verlangen naar iets dat hij met lust kon doen, en vooral in gemijmer en waarneming.
Het
hem
in
eerzame beroep, het ambt was niet voor die met de natuurlijkheid van den dichter
de
aanschouwing van
anderer
daden
en
arbeid een
Maar
blij behagen vond. in die jaren toen zijn genooten van tot avond in de werkplaats stonden,
hij
wat
hij later
leerde
de
gewoonten
de
kauwen
het
graan
dat de lente nadert wordt gemaaid wanneer jonge ganzen broeden waar zwaluwen
;
29
het
liefst
nestelen
welke
bloemen ontluiken
wanneer andere
in
middag keek
hovenier,
hij
hij
hoe
wiedde en snoeide en
een bedaard, voorzichtig man. Hij sloot vriendschap met den valkenier van Charlecote en
hoorde, slenterend langs den Avon, al wat hij dat een vrouwelijke valk even weten wilde goed is als een manlijke, dat een valk voor
:
het
eerst
kreeg verstand van paarden en honden en hazen. En op zijn tochten naar de dorpen rondom Barton-on-the-Heath bij een oom,
laten. Hij
bier
prees
schrijven, Temple Grafton waar een aardig gezichtje te zien was, en al de andere gehuchten
noemt
hoorde
hij
van
allerlei
den
op
menschen de beeldrijke volksverhalen, van voor toen Hendrik Zeven koning was, en tijd
van
zijn
hoofd.
Op
in
op
30
een hekje zat. Hij schertstc, hem voortdurend aan. En
toen
hij
zij
lachte en kcrk
hij
kuste
liaar.
En
voetpad
on
hij
den volgenden morgen op dat zelfde kwam zij hem weer tegemoet, liep,
het en riep
iets,
zij
zij
moeten hooren.
Maar
toen
begon
hij
hij
het spel
nog aardiger
te
vinden.
En
kwam
vaker,
onverschillig of
de melkmeiden, de maaiers hem zagen ofniet. Dat andere gezichtje verscheen wel eens,
bleeker,
fijner
in
zijn
in
herinnering,
tijd,
hij
maar
hij
mijmerde
in
zelden
dien
was meestal
Shottery, zoo
wakker
uitziend
naar
plekje
hield.
alle kanten,
borgen
zijn
zoekend
arm
Op
en
Sint Jans-avond
waren
zij
eerst naar de
joligheid
rondom de vreugdevuren gaan kijken, daarna wandelden zij, zooals vele andere
over
paartjes,
laat in
de
velden,
het
licht
bleef tot
het
is
den hemel. Een Juninacht is geen nacht, niet donker maar ook niet licht, niet
en
niet
koud
warm,
't
is
stil
en toch
is
de
De
krekels sjirpen,
31
de bladeren
luistert
ritselen,
en
hoort
zegt dat er
laar
nog andere geluiden. Men geesten zijn die den laten wandein
is
vervoeren
een
een
zaligen
zomernachts
waanzin.
Puck
schelm.
De minnaars
toen
zijn
verdwaalden.
William
vader
was
achttien
jaren
hij
kwam
hij
vertellen
van
de
trouwbelofte
welke
den.
De jongen kende geen enkel ambacht en Hathaways dochter, ouder maar van gedrag
fraaier, bracht niets, niets ten huwelijk mee. William sprak kalm, zelfbewust, van zijn woord dat zoo goed als een ridderwoord was, en verliet het huis. Er werd die dagen weinig
niet
gesproken
midden
plek
tusschen den vader en de moeder, de ellendige zorgen lag een zwarte waar eens de liefste hoop had gestaan,
in
de bijzondere vergunning voor het huwelijk bij den bisschop gehaald, en op een mistigen
morgen reden zij het paar naar het kerkje van Aston Cantlow waar de ringen werden gewisseld. John Shakespeare
was
er niet
bij.
Toen
32
het
dagelijkseh
brood,
en
tocn,
na
de ont-
goocheling van net eerste misverstand, beseffend voor welk luttel genoegen, voor welken
maatschappelijken
veel verlangend
plicht
hij,
man de heerlijke mogelijkheden toekomst had vergeten, keerde hij bij zijn vader terug. Raad hoorde hij, goeden raad, doch niet dien hij behoefde. En hij zocht zijn
der
oude makkers weer, de wilde jongens, en wanneer des avonds na de vesperbel de herbergen waren gesloten, zwierven zij door het donkere
stadje.
diep
in
den
nacht
geschater,
daar
was
weer een streek uitgehaald en onder de baldadigen behoorde natuurlijk de jonge, oneer-
zame Shakespeare. In Mei werd zijn dochtertje geboren. Zijn moeder bracht het Apostellepeltje voor haar
eerste
kleinkind;
hij
zijn
vader
zou
na
donker
zijn
komen,
verlaten,
uit
durfde
nauwelijks
meer
huis
op Zondag voor den kerkgang, vrees voor gijzeling. De peters vonden een
zelfs
behoorlijk
onthaal,
marsepijn
lustig
niet.
en
laat
tot
zamen en
telden de maten
33
Londen gegaan was om het drukkersvak te leeren, zat er ook en vertelde van de stad,
de vroolijke buurt waar de drukkerij lag. William luisterde, stiller dan de anderen, met
van
blik.
Hier
was
hij,
vrouw en een
en
kind, levend
wachtend op de gehij
legenheid,
de gelegenheid zag
wie
mijmert
en
staart ziet ze
maar
zij
zijn er,
Het
die
waren weer
die bandelooze
kameraden
hij
hem
in moeilijkheid brachten.
Neen,
had
er het eerst over gesproken, hij had op een avond de onverwachte schoone kans gezien. Ze waren uitgegaan om konijnen te strikken in de buurt van Charlecote. Ze hadden de
dochter van den boschwachter ontmoet, grapjes gemaakt en haar een voor een gezoend. In
Charlecote
dat
hij
er
zagen ze herten en William zeide, wel een kon vangen. Het leek gealien
vaarlijk,
maar ze vonden
dat
als
men een
hert
een konijn.
Het
deel.
werd gevangen en
sir
dat
vertelde
Thomas
reed naar
Thomas
34
Stratford, sprak er
kon
niet
te
waren.
elkaar,
Hamnel William dat waarschuwde zijn sir Thomas de rechter getuigen tegen hem had. Het was een zorgelijke tijd. Zijn vrouw verwachtte weder een kind. De nood van zijn
werden vvandaden
vriend
verklapt.
Sadler
vader
nimmer
men
met den dag; hi] verscheen den raad, de schulden vermeerderden, ontzette hem smadelijk uit het ambt van
verergerde
in in zijn gekoelen hemel toen de
den
noordenwind bedaarde.
Stratford
zelf
Hij
daar
laag
in
Wie
het
oogen-
blik
merkt,
moet
het
om
een
een
kleinigheid?
is
Maar wat
in
voortee-
kenen? Er
musch.
zijn
voorzienigheid
zooals
is.
Komaan. Als men niet zijn kan ideaal, moet men zijn zooals men
hij
te
zijn,
een krijgs-
man,
edel,
leider
een
35
de
voorzienigheid beuzelaar met
hem
niet
gemaakt. Er was
een
gedachten en ijdele veren een dwaas kinderlijk in hem, beeldingen lacher die het zoet der aarde vreugde genoeg
acht.
Hamlet schouwt
uit
En
komst.
De
lange
tijd
wemelde van
dergelijke geesten.
moeilijke
De was
volbracht,
een groot deel der menschheid, de en de lijfeigenen, had zich ontwikkeld gemeenen tot den vasten stand der burgers met zijn jonge kracht en staatkundige vrijheden. Toen vielen
overal
weg
die de geeste-
de
grooter welvaart, hooger geluk was te winnen dan het vorig geslacht droomde. En de groote
strijd
begon,
In
alleen,
maar van
die
lingen.
velen
toeschouwen,
wetend
36
aan welken kant
staan: de zwakkeren onder
zij
hen
kwijnen
en
stcrven
zonder
een woord
wie bloedrijker zijn gaan uit in de wereld, op avontuur, en verbranden roekeloos nun harten,
onvruchtbaar voor hun geslacht; de sterksten toonen hun nieer dan sterk, begenadigd
niedemenschen
strijden
het
beeld
niet,
van
den
tijd.
Zij
zij zwoegen mond, een stem, en vertellen, met de vroomste liefde hunner weemoedige maar hoop-
of
hebben slechts
een
voile zielen.
Hun bewondering
verwachting
ver
verdichtsel,
ligt
in
het ver-
leden,
hun
in
de toekomst,
hun heden
of een lach
is
Zoo zou
tocht,
Hij
hij
aan het eind. Zoo was Shakespeare. er in Londen velen vinden, zwakkere
in
harts-
hem
gelijk.
zeide
frisch
zijn
Ann
En
zijn
in
en
vertrok,
heerlijkst
Londen. Het
X u H
os
o o
CO
o
-
II.
LONDEN.
Het waren
overwinningen
te
die
eerste
bruisende
jaren der
van
Elizabeths
regeering toen
rijp,
De wetten
landlooperij bleken
te
zwak, indien
er
geen nieuwe
middelen zijn om brood te winnen. En Europa maakte ruimte, Engeland kon uit zijn afzondering verrijzen en nemen wat het noodig had.
Op
die
de
zoekers
het
oorlog en oproer alom. De Hanzebond verloor, machteloos in het stijgend geweld, zijn handel en welvaart Engelsche kooplieden voeren uit
:
en vonden zelf een weg naar Moscovie, over Archangel daar de Oostzee was gesloten. Vlaanderen verviel onder het krijgsgedrang: de markt
38
van net Westen verplaatste zich van Antwerpcn naar Londen dat veilig openstond, de wevcrs
brachten
luin
fijner
Levant
was
net
Engelsche vrijbuiters zeilden langs andere banen naar verdere streken in Oost en West, naar de
Spaansche
naar
geluk.
Indieen
om
te
vechten
om
goud,
de
heete
strijd,
eilanden
en
Cathay op goed
De
der verhoudingen
een schoone gelegenheid voor het rijk omringd door de zee, in innerlijken vrede groeiende, om
zich
te
lagen
over
het
wijde
water en het
zamen
met
het
broedervolk
van
de lage
landen,
en
kwam
er drukte in
York,
Halifax.
Er
was brood
niet
maar veel vleesch voor wie werkte, en ongekende weelde voor de rijken.
39
De
steden
Kerk,
Spanje,
het
Keizerrijk,
de
vrije
zagen in korten tijd de nieuwe macht verschijnen welke slechts Frankrijk tot dusver
had gekend. En beide partijen in den grooten oorlog, Spanje voor de oude vormen, de Nederlanden voor de jeugd, zochten haar steun.
Engeland koos voor geen van beiden. Niet de
leerstellingen der Kerk,
kwam was
maar
van
het
niet
om
opstandelingen
te steunen,
om
bestrijden die
de onafhankelijkheid bedreigde. Ook de eenheid van het rijk werd gedurende de ontwikkeling der volkskrachten gevormd.
Toen Spanje de grootste vloot zond die ooit ter wereld was gezien, wapende zich ieder man,
den Paus of de Koningin opperheer erkende, en de Armada werd een schoon klinkende naam in de geschiedenis, in
onverschillig
of
hij
als
het
jaar
men
het
liefde
liefde
van
stam.
den
ander
van
denzelfden
Het
hoogst be-
40
geerde geluk dat de menschen elkandcr kondcn gevcn was, gelijk de dichters het uitspraken,
liefde
En
In
li
de
eenheid
tijd,
ontstond de
hoofdstad.
het
vroegeren
toen
landbouw
voor-
naamste middel
gaf,
Canterbury de stad van de Kerk was, Oxford van de wetenschap. Thans echter, in den bloei van den jongen staat,
doch
moest
er
een
middelpunt
zijn
voor
's
lands
om
den koers
in
te
weten, en
zijn
waar zou
dit
anders dan
de koopstad
nu nijverheid en handel voorspoed bracliten ? Evenals Parijs reeds eerder een wereldlijke hoofdstad was geworden, zoo werd het Londen.
Andere
hoofdsteden,
nog niet. En Londen groeide verbazend. Het breidde zich uit buiten de miiren onrustbarend, meende
;
de
geloofde dat een groote stad deugdelijk bestuurd kan worden. Men ziet op de kaart Amsterdam als een boog aan het
die
niet
IJ,
overheid
Black-
41
friars,
woningen verrezen
der
rivier,
poorten van Aldgate tot Ludgate. Maar nieuwe in Southwark aan gene zijde
in de Clink, de boomrijke landwegen de dorpen rondom, Shoreditch, Stepney, Barking, veranderden in bewoonde straten. In
naar
de Strand, den weg naar Westminster waar de regeering zetelde, stonden te midden van tuinen
de
huizen
der
edelen.
De
verdere
dorpen,
Knightsbridge,
Pancras, Islington, Hackney lagen nog in het groen van akkers, heiden en
St.
bosschen, waar leerlingen en gezellen in navolging der grooten met valken jaagden, waar de meien werden gehaald voor de lentefeesten en
kruidkundigen
ieder
elkaar,
Londen
kwamen, hun eigen wijken: de Oostlanders in Thames Street westelijk van de brug, de Hollandsche
schoenmakers
oostelijk
daarvan, de
Milaneesche
Martin's;
wapensmeden en
Gresham's
juweliers in St.
nabij
nieuwe
beurs
de
Genueesche wisselaars, de Spaansche Joden die onder den naam van Hollanders geduld werden,
42
en natuurlijk de Engelsche koopliedcn, dc voorzichtige en de waagzieke die door woeker
of
fortuin
streefden
om nieuwe
geslachten
te
stichten.
En
er
was drukte
De
winkeliers,
zingend en elkander toeroepend, luidonder de luifels hunner winkels met de ruchtig of de grappige diepzinnige uithangborden
nering,
;
snaaksche
kreten
uit
leerlingen
en hidden de voorbijgangers staande, burgervrouwen die hun inkoopen deden, zeelieden die van verre reizen
kwamen,
notarissen
met hun pergament, jonge edelen, geurend van muskus en civet, met hun zware uurwerken, in de nieuwste tinten gedost, oranje kousen bij
een makreelblauwen schoudermantel, lanterfanters,
tooneelspelers, vlugschriftschrijvers.
Dat waren nieuwe beroepen voor wie eertijds vagebonden heetten, de spelers en de schrijvers
van blaadjes, die
leer ergerden, niet alleen
de zuivcren inde
maar ook de gematigde kooplieden van Cornhill en Austin Friars. Het was nog zoo
pijpers
lang niet geleden dat alle landloopers, bedelaars, en duikelaars, en ook zij die op de
43
Inn
in
Gracious
Street,
de Belle Sauvage
of
in
Ludgate
gebrandmerkt op
duim
oor,
gebonden en gegeeseld, of naar Bridewell gezonden, het werkhuis buiten Blackfriars. Maar
tegenwoordig beschermden de edelen hen, en men zag ze, den braven zelfs de koningin burgers tot ergernis, fier door de straten treden
;
in
fijn
laken en
satijn,
heeren op de mantels gewerkt. En hun vrienden, de schrijvers van spelen, vaak van laster en
kon koopen
bij
kerkhof of op de hoeken van straten, noemden zich dichters, meesters van vermakelijkheden,
wanneer
voor
zij
den
hunschuts-
Een
heerlijke
bedrijvige
tijd
was
het voor
ding
des
volks,
levend
van de wonderen na
in
44
de bal laden geen bevrediging meer, maar verlangde de groote gebeurtenissen in eigen land,
in
vreemde oorden,
zien,
in
zij
menbegrij-
pen kon. De schrijvers en spelers, uit liet lager ontwikkelde volk voortgekomen, konden de de vormen vonden nieuwe kunst scheppen
zij
door de kennis der University Wits gereed deden het. Het tooneel, de zij
tijd,
naam
van Shakespeare, werd voortgebracht door den arbeid van hen die door nun tijdgenooten vage-
behoefte
dit
was de
James
dat
Burbage,
vrijgebied
een
schen
gezel-
schap, Leicester's spelers, den eersten schouwburg bouwde, en reeds een jaar daarna den
tweede
het
dichtbij in Moorfields,
eveneens buiten
gezag
van
Londen.
De binnenplaats van
45
herberg waar zij vroeger speelden gaf het plan een vierkante open ruimte met een over-
de
dekte
stelling,
het
tooneel,
aan
eene
zijde
daarbinnen, aan de drie overige zijden kamertjes beneden en galerijen er boven. Het tooneel
zelf
bestond
uit
afgesloten,
onder
een
met twee openingen, het middelste galerij, van het voorste door een
gordijn gescheiden.
die eerste schouwburg Daar verwierven Tarlton en Richard genoemd. Burbage nun faam, en Kempe, de lieveling der
zwierige heeren die op hun vouwstoeltjes op het tooneel toeschouwden, zoowel als van het
zij
Shakespeare
kwam
de stukken
Marlowe.
Wie van
de
die
zijn
hem
onderhield.
Maar
meer naar vermaak van voorstellingen vroeg, vereenigden de vermakers, narren, danniet Jas,
zelf
46 de
dichters,
die
geleerd
luin
minder afhankelijk
konden
al
zij
uitspreken vvat
stelde
ook de nieuvve
heer,
zijn
eischen.
Brave letterkundigen die geregeld op de zes werkdagen arbeidden en op den Sabbath rustten,
waren
zij
niet.
Vele
voorheen,
gingen
want
er
was
plaats
voor predikers met nieuwer inzicht na de groote verandering in de kerk, voor heldere hoofden aan het gerecht daar de handel bloeide. Maar
menig jong man die dieper in het verleden staarde en rond zag over het gewoel van den ontroerd van de bewogen warmer mentijd,
schelijkheid
rondom,
verloor
in
den
gloed
evenwicht en
verliet
den
weg
ner
naar het ambt, vertrouwend op een schoobestaan. En schoon inderdaad was het
bestaan
van
ten
die
baat,
dichters,
niet
het
profijt
Zij
kwam
leefden
anderen
wild
in
hunzelven.
Marlowe, de jongste, was de knapste in het werk voor den schouwburg, de uitbundigste in
47
de taveerne.
in den jongen man, die speurde hij daar in de Mermaid vaak alleen zat voor zijn
een gelijke
kan
en
een
geestigen
uitval
plattelandsspraak.
Zij
waren
oud,
als
Kit
van
buiten
kwam
had.
vatte
wellicht
Kit
gehoord
aard
hij
met
hartstochtelijken
nam
hij
hoe
vriendschap op voor gentle Will, hem mee naar Burbage, toonde hem in zware vijfvoetige verzen de oude
stukken voor het tooneel vernieuwde, vertelde hem in krachtige geestdrift van de grootsche
die veel
grootsche
treurspelen
op
kan
bouwen.
Shakespeare pakte zijn bundeltje, kwam in de buurt van Holiwell wonen en trad met Marlowe,
Burbage en de anderen voor het volk, als bode, als schildknaap of als dienares van Zenocrate
in
Tamburlaine.
Dit
was
bij
zijn
leertijd.
avonds
over
de kaars, zat
of des
rollen
te schrijven
en leerde
verbeteren waar
hij zijn
knapperen
48
vriend een gansch andere alleenspraak die hij gemaakt had, geestiger en vioeiender, Marlowe keurde haar en zij werd in liet stuk gelascht.
of
twee
na het noenmaal
geschetter
van
verkondigde
weg
buiten
Moorgate,
het
jolig
stuiversvolk
verzot
op
moordtooneelen, de jonge hovelingen, tier in het zadel, die de nieuwste geestigheden kwamen
hooren, liep
als
de
binnen
waar
te
ouderen
een
ander
in
te
zeggen,
te
de pit" om twee worstelende maats scheiden en naar het hok te slenren maar
;
wanneer
zichten
ten
leste
als
voor
Tarlton
purper aantrad en
zijn
in
van
boerenzoon, die in gelukkige verden val der verzen volgde, de verzen wachting wier maten zijn eigen verbeelding wekten, de
klankrijke
jetigdig
den
woorden, begeeren. En
zinnelijk
49
naar den zonnigen hemel, luisterde en zag hoe de klanken luidden en de beelden vergingen, voelde hij hoe een dichter hooger stijgt en
vaker, dieper dan andere
menschen
valt.
Er
is
schoon ongeluk in zijn meesters treurspel van Tamburlaine the Great, de overwinnaar van keizers en koningen die een aardsche kroon de grootste zaligheid acht en nochtans nederig
een
grootschheid spreekt van het onuitsprekelijke. Uit die smart zou hij later zelf een
in
zijn
spel
verdichten.
hitte
Maar nu was
zijn
hij
jong, van
frissche
gloeiden
wangen
en
in zijn
gulden bewondering zag hij slechts den held Tamburlaine. Van dit treurspel leerde hij het
meest
vooral
in
zijn
jeugd,
de
Marlowe's ge-
zagen in Tamburlaine dat het drama een nieuwen, zekeren vorm had gekregen, dat de stukken van kort geleden verouderd waren.
De
in
afgelegen stedekens worden vertoond; doch in Londen bleken ook de jongere proeven van
treurspel
voor
de
50
in
eigen
dan
beeld verlangden
te
zien,
Seneca
zoeken,
comedie,
Bloed Het
en
van oorlog rees en voer over het gansche land, van de kusten naar dc eenzame
geluid
dorpen en machtiger terug naar de hoofdstad, ieder man voelde zijn kracht voor dc vrijheid
gereed. Edelen leidden him pachters en akkerlieden gewapend naar Londen, op de werven
in
de straten
klonk hard gezang van krijgsknechten en matrozen, met nun schietgeweren, bogen, hellebaar-
den
vloot
en
bazuinen.
in
De
tot
vijand, de ontzaggelijkc
was
aantocht.
dorp door de zomerlucht werden gehoord, brak in Londen de spanning in feesten en losbandigheid nit, des daags
victorie
van dorp
waren de hanemattcn, de berentuin, de schouwburgen overvol, de herbergen des avonds. Kyd kwam met zijn Spanish Tragedy dat met tranen
werd aangehoord, met gcbrul en strijdliistige blijdschap toegejuicht, omdat het Spaansch was. De tijd was rijp. Maar dc jonge mannen die
51
op de hoogeschool de regelen der kunst hadden geleerd, hoe zij ook met hun geschiedkundige stukken poogden het gevoel der toeschouwers
te
naderen,
in
hun
kennis. Shakespeare leerde nog. Alleen wist zijn eigen voorbeeld te volgen.
Marlowe
Er groeide warmer vriendschap uit hun wederzijdsch begrip tusschen die twee, de jongsten
van
gezelschap dat in den Steelyard des morgens, het Duitsche koopmanshuis bekend om zijn ham en Rijnschen wijn, te zamen
het
kwam,
in
of
des
avonds
in
in
de Mitre
de Mermaid
de
Bread
van
Street.
in
oudste,
meester
zag men er zelden, hij verkeerde in voornamer Maar de anderen, of er ook vaak getwist werd toch alien van hetzelfde geslacht,
kringen.
zaten er geregeld
zijn
waarom
zij
elkaar
verkorten voornaam
noemden?
George Peele,
van wien
zij
zonder rust en
wisten
dat
;
zonder
zorgen,
hij
in
zich had
Tom
die
geld
Lodge,
de
dokter,
die
52
indertijd
belasterde
in
Tom Nashe
vakkennis, met weinig Latijn en minder Grieksch, zich aan treurspelen en verzen waagden. Daar
kwamen nog
Raleigh,
wanneer
hij
niet in
zijn
onberook-
kende streken
zwalkte,
;
en toonde
kunst met pijp en tabak Warner en Munday, de tooneelspelers Richard en Cuthbert Burbage,
zoons van den eigenaar van The Theatre, John Hemynge, Henry Condell en Augustine Phillips,
Shakespeare's vrienden, Tom Pope en George Bryan die in Duitschland en Denemarken bij de
vorsten
telden.
Lang nadat de avondbel van Bow nabij dreunend het slaapuur voor de achtbare burgers
had
en
geslagen, zaten
malvezij,
terwijl
zij
zorgzame
waardin
woordje
onderwerpen die hun het liefst waren natuurlijk. In dezen hoek spraken zij verontwaardigd over
de
aanvallen
der
het puriteinen, over
hun kibbeaan
larijen
met
misdadig
tafel
uitgeversras;
53
verhalen van
tijd,
Gower en Chaucer
in
den ouden
dat
over een boek vol pittige liefdesavonturen een hunner pas in het Italiaansch had
;
gelezen daarnaast werd geschertst met rhetoriek en oorringen, den keurigen laatsten smaak aan het hof, er werd verteld van de pracht, de
ridderlijkheid,
de krachtigste kunst van den tijd op het schouwtooneel groeide. Maar algemeener aandacht hadden zij die van reizen en vreemde
dat
landen konden spreken, van Italie bovenal, land van dichters en minnaars, land van beschaving,
zeeen
van Spanje, Turkije en het Moorenland, van en stormen en onbetreden kusten. Dan
klonken er overmoedige meeningen
heid
uit
de vol-
der
wanne
hoofden,
menschen en nun
slechts
en bewaarde wat
hij
hoorde
zijn
En
door onderricht weinig gerept gemoed. wanneer hij eindelijk twee of drie der
in
vrienden, arm
54
van den
vvijn
luid in
gezichtspunten
van him
voelde
liefjes
hij,
geleidde, Kit
Marlowe
liet laatst,
jong en sterk, dat er iets te doen was voor zijn geest in de warreling van al die
nieuwe gedachten. Hij werkte met Marlowe, den grootstendichtcr, en kreeg daardoor eerder een inzicht in net vak
dan een ander meester hem kon geven. Soms wanneer Kit een spel moest leveren en hij,
onrustig, wild levend, of vervuld van de raad-
wel eens en hielpen als Will niet wist hoe het met een der personen verder moest gaan
dood, natuurlijk, vermoord het volk wil daden zien en bloed, evenals bij de stieren- en hanen:
gevechten: waar bloed vloeit worden tenminste daden gedaan. Zoo ontstond Titus Andronicus,
veertien dooden, vier overlevenden.
Of
zij
sloe-
gen de foliant der geschiedenis op om een verhaal te zoeken gelijk voorheen het volk de
;
55
bijval
rekenen met
de wereldlijke; de Rozenoorlog, waar menigeen in zijn jeugd grootvader nog van had hooren
vertellen,
de gevreesde burgerkrijg was een goed onderwerp, met klinkende namen die een ieder kende. En hoe juichte het volk wanneer het de
Engelsche
krijgers
die
de
Franschen hadden
overwonnen
het land
zelfs
ook thans
in
mannen waren
die
niemand vreesden,
niet.
hij
kon
iets
naar
vader en
zijn
vrouw
noodig hadden; kort na zijn vertrek waren nog de tweelingen Judith en Hamnet geboren. Hij zong, at goed en keek met meer
het
En hij kwam nu meer met hen in aanraking wanneer zij op het tooneel naar nun plaatsen gingen, of wanneer zijn gezelschap, dat sedert Leicesters dood als Lord Strange's dienaren
diens
droeg, in het huis van hun beschermheer, dichtbij Baynard's Castle in Paul's Wharf,
wapen
een vertooning gaf. Daar zag hij in den grooten hal waar de vloer met bloemen bestrooid lag,
rijks,
de vrouwen
56
die
rummer
in
den
schouwburg kwamen,
in
hun
en
hoepelrokken, lavendelkleurig, karmozijn en zilver, geurig van stijf van goud versche rosmarijn, en hij hoordc de bevallige
kant,
gesprekken, de vluchtigedubbelzinnigheden.
De
mannen
ofschoon
hier,
fijn
kende
zij
hij
reeds
nit
The
Theatre,
werd.
die
slechts
omging met
dichters,
stand
menschen, burgers van koopmans- en ambachtsniet kende, wist in welke streken hij
zijn
voortaan
verwijlen.
schepselen
heerlijke
liefde!
het
liefst
zou laten
het,
Een
wereld was
van
pracht, deugd,
zijn
eigen
lust
was getuigde
dien
hij
den
vond
zijn
nam
sierlijk
hij,
begrijpelijk
aan
een
drie
het
het geval
koning
met
drie
in
jonkvrouwen,
57
keling
een
ordelijke tegenstelling,
de mannen
met hun gewichtigheid en onnatuur, de vrouwen met hun Iuchtigheid en zuiver gevoel. In een
tweede
tegenstelling,
die
van
Holofernes,
sir
Armado ter eenre, de narren Dull, Costard en Moth ter andere, kon de jonge man van het land, die de redekunst niet
Nathaniel en don
van de hoogeschool had, maar door navolging van Lyly, niet nalaten de voortreffelijkheid van het natuurlijk vernuft te prijzen boven geleerdCostard en Moth, de ongeletterde zotten, had zijn verstandiger dan de spraakkunstige in zelf de taveerne niet immer een treffend hij
heid
;
antwoord gereed op de geleerde uitvallen der vrienden ? Het stuk is een rhetorisch spel van
gezochte figuren, wellust
in
woorden en simpele
wijsheid, eindigend met het frisch landelijk lied van Ver en Hiems. De ware Shakespeare toonde
Berowne, de eerste van het geslacht van verstandige jonge edelen, moedig en geestig, die de wereldsche genoegens nemen waar ze vinden, zonder beraad of gemijmer, en zij
zich
in
laten.
bijval,
de hovelingen zagen
werden
onderwerpen
sprak
:
in
aangeroerd
waarover
die
men
een
de
Moscovische
afgezanten
58
de gemalin voor den Czaar kwamen zoeken, toestand in Frankrijk vooral. steeds dreigde het Spaansch gevaar. Er
Nog
werd
andermaal
onder Essex
bestrijden.
gemonsterd om krijgsvolk den vijand thans in Frankrijk te Zoo ernstig als drie jaar te voren
niet,
was deze
dellijken
strijd
aanval
te
dat de katholieke koning zijn raadsheeren wisten een voor zich heviger slag toebehardnekkig ieder in volk het geval, dat den reidde, en den oorlog. van soldaten vaarwel riep, sprak
De hovelingen vonden
Frankrijk
in
die aandacht
in
nit
voor
hun
grillig
behagen
de
minne-
gevoelige dichten, kostelijke de liefde van sonnetten lichte hand gesmeed, en pijn der dichters, zooals zij daarginds reeds
lang
in
kleinoodien
de
beste
huizen
werden gelezen en
verscheen.
aangehoord.
sloeg
te
Sidney's
Stella
Toen
het sonnettisme,
om
jaar
ters
al
voor die wonderbaarlijke uiting van vluchtige, vermomde gevoeligheid die een of zes leefde, als een vlaag over de dichgebruiken
de een
te
voet
59
hun edelen beschermers een ruiker aanbieden, soms van frissche bloemkes, dikwerf verrassende
nabootsingen. De dramatisten, Lodge uitgezonderd, hidden zich bij hun werk.
iets
den steeds gebrek en zorgen bij zijn vader en in zijn eigen gezin. Kort na zijn eerste blijspel
had
hij
handen.
tweede gereed, het derde onderTegelijkertijd, het nioet zoo elf jaren
het
na de aardbeving geweest
gene
In
dat
zijn
oogen
in
staren.
het
in
de Gentlemen of Verona, gevoeliger dan voorgaande spel, vermeide hij zich weder
de
goede
rhetoriek,
maar
hij
dacht thans
de
dwaasheid
zie
hoe
Should be
full
en
in
zijn
volbloedigheid
vermaakte
hij
zich
hoe
langer
zoo
buitensporigheden der narren. Will Kempe was na den dood van Tarlton de lieveling geworden,
1)0
Lachend
Launce
volk
had
en
zijn
Shakespeare
geschreven
van
schaterde
hond, en het
en
hi]
Wie had
er
met genoegen iemand, gehoord van zijn voor de streken slaag ontvangt
dat
en
hond!
lieve
Maar
vrouw,
in
dit
stuk
verscheen
ook een
kalm
de
en natuurlijk, zonder voordacht, het eeniggoede doen waar het hart hen toe drijft. En die
weten
als
te
het verzinsel van Lyly knaap vermomd des waar Shakespeare vaak nice speelde
nachts
van
haar
minnaar
heeft
gezien, zegt
zij
niet
anders dan dat het de langste nacht is dien zij ooit heeft gewaakt, en aarzelt niet hem verder
volgen dien zij liefheeft. Wei is zij nog jong, maar Imogen later, schoon rijper en meer ervaren, kon niet dieper zijn. De klucht der Errors werd dadelijk daarna
te
vertoond.
straat-
jongens
gaat
bij
August
tafel
den
Domme
hij
Errors, als
beenen op de
zitten,
61
opgevoerd
bezweerder:
ziet
zijn
zakdoek
in
den
mond.
A hungry lean-faced villain, A mere anatomy, a mountebank, A thread bare juggler, and a fortune-teller; A needy, hollow-ey'd, sharp-looking wretch, A living dead man
een onderwijzer, een nachtmerrie! Maar de dagen van onnoozele scherts, van
rimpelloos geluk waren voorbij. Het was zijn tijd, zooals een ieder dien in
zijn
of
hij
jeugd heeft gekend, waarin beslist werd inderdaad een dichter zou wezen of
jong
gestorven
dichters,
die
als
goede
leven.
den schitterenden schijn der einde. Wie besliste, hoe en waarom, waren de eerste raadselen welke hij zag toen hij de
poort van de duistere wereld der ziel binnenging, vol ellende en tranenrijke vreugde, waar een ontzaggelijke aanwezigheid hem als een
wiegekind droeg. Tranen, vele tranen zou hij voortaan schreien, maar dit waren de tranen
62
die
hij
van
licht
vcrborg, en evcnals op net aangezicht waarlijk groote menschen hei treuren een
achterlaat,
zijn
wat
de
liefde
was de warmte,
en de blik
macht
die
hij
de
beelden
bezielt
waaronder
geeft.
In
eeuwigheid
hemel,
aanwezig
als
iedereen
in
de oogen-
men
bij zijn
geheimen
in
zijn
schoonste gedicht
des dichters
De
denis
aanleiding,
te
schrijven
des levens wekt, was een mensch, minder nog, een gelaat, een blik. Shakespeare kende de spijt over lage geboorte, een gemintenissen
acht bedrijf, waarin zijn verstandige gedachten de reden van zijn ongeluk zochten, en het
werd
zijn
te zijn,
rijk,
onaf-
hankelijk, gebieder digheden, die maken dat de een zich verheugt met de lachjes en knikjes van edele vrouwen,
een
63 en de
ander een gesloten deur vindt en eenin de koude straat.
net machtig
zaamheid
Toen voerde
der
gemijmer en zorgen en
onvergankelijkheid,
beuzelarij, in de ruimten
zuchtend
liefde die
een
nacht
en
in
den
dageraad opengaat
groot als het zonlicht over de aarde, maarwie schreef, schreef met de zekerheid van een liefde
die geen einde heeft.
Romeo and
van Hamlet,
peinzend en dolend in den waanzin der jeugd, en het meisje van die jaren, thans louter hitte
om
geven en te ontvangen. Het meest kuische, het meest begeerige, het meest vrouwelijke hart smeekt en fluistert zoo dringend,
te
dat
de
jonge
twijfelaar
zich
gaan
laat in
de
waar
de lichamen
zijn
verteerd.
De wazige
nimmer meer
uit
droefheid
verlaten,
der
liefde
zou
hem
den afgrond.
Faustus en Jew of Malta was het eerste stuk van andere hand dat in den
Na Marlowe's
dit
64
moeitelooze
en
In
stijging
dier
twee
liehte geesten,
nijd.
onder
net
de bewondering wriemelde de
begin van net volgend jaar werd in de nabijheid van den berentuin aan den zuidelijken
Theemsoever
en
een
nieuwe
schouwburg
geopend,
Strang's spelers been toen Burbage The Theatre aan tijdelijk schermmeesters verhuurde. Het bestuur van
daar
trokken
Louden
had
herhaaldelijk
geklaagd
over die
kweekplaats
van
besmettelijke
ziekten.
Daar
waar
looze
achterbuurt,
liederlijk
worstelaars,
beurzensnijders
in
vlug
vodden van
er
de
laars
met
werd
nit,
menig-
zag men er een dood man nit weggedragen. De vrederechters hidden tlians strenger toezicht, op bevel van den hoogen raad. Toen er bovendien de eerste pestlijders kwamen te
liggen,
geliefd ver-
65
ondernemer, in Bankside, een andere vrijplaats, The Rose gebouwd, en nu begon de drukte in
de velden van Surrey, de veerlieden beleefden een voorspoedigen
tijd.
geschiedenis der koningen werd er vertoond in net schouwspel van Richard III, den
De
mensch van Shakespeare's eersten sterken schepping. Hier dwaalt de geest van Marlowe
nog.
ongetemden
Marlowe.
scheen een droeve neerslachtigheid over de schrijvers van de Mermaid te komen. Zij
alien
Er
hadden zich
en
schoonheid
hun
lot
behaagde.
in
terzijde
welvaart
En de stroom wierp hen en hulpeloosheid. Toen de twijfel verzadiging bracht in het land vertijd
keerde de
tegelijk
drang naar bevrijding van de heervan het hof steeg de begeerte naar schappij De bruisende krachten, de lust innerlijkheid.
aan tijdelijkheden verflauwden. De predikers bij het kruis van St. Paul zagen zich door steeds talrijker, aandachtiger gehoor omringd, op de
stalletjes der
met den
derden
met
66
godsdienstige
te
strijdvragen
lezen stond.
Dc
verlangden te weten van zonde genade, van kcrk en staat, de geloovige aard van liet volk zocht weer bevrediging in
onwetenden
en
den
felste
godsdienst.
puriteinen,
Door de
vlam der
bracht, sloeg de
uit,
Hervorming
gloed,
alle
wierp.
vragen en peinzen drongen de moeilijkheden veelvuldiger aan voor de genieters van beelden. Marlowe stond weer vooraan die
in
En
zich
in
zijn
heiden,
een
onwetende
van
weleer,
of
een
twijfelaar.
hij
Doch de
kraclit
toen
begon hem
te falen,
in
Edward
de
II
klinkt
vurige
bulderde werd koel en rustig en zangerig. Hij begon te zingen, van Hero en Leander. Maar
de nacht
kwam
latere
te
vroeg.
klinkt
Het
duidelijkst
de moedeloosheid
geschriften,
zij
in
Greene's
droefgeestige
be-
rouwvol en
bitter.
Uitkomst vonden
nergens,
67
leefden roekeloozer dan te voren, in vijand-
zij
schap
met het jonger geslacht dat aan den arbeid was. En in armoede, want de schouwburgen werden nu herhaaldelijk gesloten wegens de pest, wie maar kon ontvluchtte de stad.
Ook
de tooneelspelers trokken het land in. Naar Coventry, waar de burgers van oudsher
als liefhebbers
bekend waren
dat spel. En op een morgen, na zoovele jaren te rond inhield om den soms zien, teugel hij
groene akkers langs naar nu kende hij de lieve Warwick, en verder boomen weer aan den weg, dien eenen door
reed
William
de
het
vuur
getroffen
kastanje
bladeren
meer
aan
kwamen,
dien
goeden olm aan de grens van het kerspel, hij rook de geurige nevelen over de weiden aan de rivier, goede landerijen, welke het waard
zou
zijn te bezitten.
Henley Street in den zonneschijn hond de oude waarlijk nog daar klonken uitroepen, zijn voor de deur
in
!
Dan
naam op
buren
velerlei
traden
de
woonkamer
in,
Ann
loopen, en daar waren de kinderen, het oudste meisje, de tweelingen, de dartele Judith en het
68
ernstige knaapje, schuchter opziende naar dien
fraaien heer.
En na verbazing, bewondering en
gemoedelijke woorden, de verhalen, bij koek en appelwijn. Will was veranderd, en toch nog de oude. Of hij in Londen dan nooit naar de
kerk ging? Of de spelers werkelijk zoo zondig waren als men vertelde ? Wie daar ginds zijn
dit
verzorgde? Maar zijn vader vond dwaze vragen, hij zou maar eens gaan wandelen met Will. Zij begrepen elkaar. Nadat
kleederen
een van zijn zorgen verteld had, sprak de ander geruststellend, vertrouwelijk van sommen die de wenkbrauwen op deden gaan, van zijn
de
voornemen
te
grond
koopen.
geslachtshij
die
voor
William gekoesterd had zouden in Hamnet zijn kleinzoon, die juist op de Grammar School
kwam,
verwezenlijkt worden. De dagen van rijkdom naderden. Zij waren beiden opgewekte mannen, vol hoop en goeden moed. De geur
struiken en groene
van het zomersch land met koren en vee, van boomen aan de rivier, ver-
de verwikkelingen van menschelijke begeerten en gcdachten een veilig pad had gezocht. Toen William op den avond
frischte het hart dat in
69
zijn
om hun
zelf in
te
zien,
trad
hij
het
refrein,
mee
doen
de blijdschap
der
Heen rijdend den weg naar Warwick af, in het licht der benevelde maan, zag hij nog even om naar het zilverig torentje, rondom lagen de
heuvelen
in
duistere glansen
waar ging
hij
heen? Londen,
fluister
in
arbeid, rijkdom.
Was
daar gelichtje
sprankelde?
het
goedig dravend paard. mortals be!.... Het geboomte wuifde, er scholen feeen in de schaduwen die gaarne met de menschen spelen het bijgeloovig volk
these
zegt dat
men voor
zich
ze voorbij gaat
om
de betoovering
in
ontkomen.
Sterk
hij
ter
hij terug. Al moest ook speler en schrijver van spelen blijven wille van het nuttiger geld, hij zou aanzien
keerde
Londen
verwerven
dragen dan Richard hij
Stratford
als
zijn
dichter
en een eervoller
gaf.
naam Toen
kwam
sprak
hij
over
zijn
70
eerste gedicht, dat
hij
jongen
Southampton,
tot
wind
onder
St.
Paul's,
naam van Shakespeare bekend, hem minzamer, nun gevierd, vrouwen spraken hem glimlachend toe. Maar uit de duisternis waar het onbegrijpelijk
maakte
den
edelen ohtvingen
licht
somtijds
de
dichters
schenen nieuwe levende gestalten met verwondering en zacht luidend gelach, en maakten een
spel
voor
woorden
moest
Midsummernight's
Dream,
omdat
hij
kort
te
voren op het land, in de weelderigheid van een zomernacht, een hunner iets had hooren mur-
sterfelijke vvezens.
haddcn Oberon, Titania en Robin Goodfellow zich met hun vriendjes alleen vermeid maar de menschen meenen het goed, al
het liefst
;
zijn ze ook dwaas, ja dwaas, wat scherts verkort hun de uren en doet hun de donkere dingen
waar
de
zij
man
zooveel aan denken vergeten. Liefde die van de aarde naar den hemel
71
ziet,
moet
zien
aarde
zijn,
dat de
kindertjes geze-
gend
hij
zijn.
Wie
gedroomd
iets
heeft,
Robin
spoedig
naar
verstandigers doen.
steeds wichtiger buidels
Nu Shakespeare
huis
zijn
mee
voor
naam.
droeg, toog hij weer aan het werk met Kempe Hij trad dat najaar
en Burbage in Greenwich op, in het paleis aan de Theems. Het behaagde de koningin hem toen haar knielde op de wang te tikken als hij voor
dank voor
troonde
teeken dat
zijn bevallige
in
maagd
zij
het
Venus
met smaak had gelezen. De schitterende Southampton, met armbanden en oorringen versierd, naar wien alle schoone oogen zagen, betoonde
hem
tend
vriendschap, de eerejuffers rondom, wachop een blik van den ander, knikten en
koerden den speler toe, en sloegen haar oogen neer en hoopten van een kuischeren minnehandeL
te
lezen.
72
in
het huis
Southampton, bij Lincoln's Inn. Er was een bekoring met de aanzienlijken der wereld aan den prachtigen disch, flonkerend van broos
uitlandsch
glas,
te
zitten,
in
den
geur
van
vrouwenreukwerk en zeldzamen wijn; te luisteren hoe zij, die met nun verborgen macht
over het
lot
minnebriefjes
van
nietigheid
van Markham,
zij
Barnes, en
zoeter
hij
glimlachte, want
zijne
dan de
waren veel
daar
boven
stoffig
in
den hal
een
zonnestraaltje
de
geschiedenis
te
raden
van
iets
iets
even even
macht, heerschappij, soms te zien van goud en zwaarden, soms van een smachtenden blik en vrou-
de
de
wentranen.
Zeker, wanneer
raden,
bij hij
terugkeerde
in
bij zijn
kameal
Condell
Aldermanbury, en
er
ook tusschen
Jacks kinderen, groot en klein, aan het avondmaal voor nun kannen dubbelbier en een stevig
73
stuk
van
een
os,
moedelijk
zou
en
gevraagd wanneer tiij vvat nieuws hebben voor de planken, dan knikte hij
mee,
at
bij
dan
voelde
man
in
hij
een boerenzoon
en ridders? De graaf, zijn beschermer en meer nog, had zijn plaats gekregen en hij de zijne.
De
verstandige Philips bezat reeds een degelijk landhuis in Mortlake, en een tuin en land, en
deed moeite voor een wapen, het sieraad voor zijn ouden dag.
Gedichten
niet meer. Hij
als
hij
dan
dien
II, King de van menschen die eens John, geschiedenis de geleefd hebben; Merchant, het verhaal van
al
er
werd
gewoekerd
te
in
daar
wist
in
Lodge
van
vertellen
Londen, voor,
heen
in
een
ander,
herinnerde.
Men noemde het de Jew, ofschoon hij het de Merchant had genoemd. Er is hier iemand
74
die met zijn lichaam het geluk van zijn vriend wil betalen, een ander die voor zijn vriend
aan ecu vrouw breekt; er is berecht en genade, en een donker over spiegeling
de
gelofte
voorgevoel.
In sooth,
It
I
know
not
why
am
so sad;
wearies me; you say, it wearies you; But how caught it, found it, or came by
I
it,
What
I
stuff
't
is
made
of,
whereol
it
is
born,
am
to learn.
Een eenzaamheid, een zachtmoedige droeIn dezen tijd ook schreef hij de eerste fenis.
sonnetten.
Weldra kon
beloofde dagen
hij
zijn
in zicht
in Londen vroeg om een geslachtswapen te voeren. John Shakevan een speare onderhandelde over den koop
den
wapenkoning
huis.
William
te
verlangde
er
naar
in
Stratford
een woning
vvaar
was. hij geboren Toen stierf Hamnet, het knaapje. En waarom zou hij naar aanzien streven?
zaligheid nader,
die zoekt, werkt, streeft en
moedeloos neer-
75
die
zit;
peinst,
opstaat,
bidt,
de spieren spant en
aarzelt;
die
weent,
wacht;
of
hij
die
slaapt en eet en drinkt en vet wordt en overal lachen hoort, net lachen der menschen, en ten
minste
vroolijk
is
geweest? Het
en
is
maar kort
tusschen
daareven
aanstonds.
Denk aan
Is
Greene, Marlowe,
Kyd nog
de
niet
bezig
zijn.
het
men
niet
weet wat
in
beter
te
zoeken of
te
te laten
komen,
vlot
evenwicht rustig
geloovige ziel. Kort voor hij weer naar Stratford zou gaan werd het spel van Henry Monmouth en Falstaff
vertoond.
der
Henry,
twee,
maar
won
de genegenheid der menschen. Hij was immers een begaafde genieter en zoo ver ziend dat hij, toen aan het einde zijn koninklijke
vriend
hem
verstootte,
gansch
niet teleurgesteld
was, maar in kinderlijken eenvoud bleef vertrouwen. Het welzijn des volks, bedoelde de
geen schelmerijen, en Falstaff bedoelde de trouw, de vriendschap, de liefde, al wat er goeds was in het hart van den eenen man
prins,
76
Shakespeare reed over den lieven weg naar het land vvaar het torentje tusschen de boomen
staat,
hij
werd
al
moeder en
oudste was
rustige
vrouw,
dochtertjes, het
bijna geen kind nicer. Er waren woorden tusschen hem en zijn vrouw,
over het verledcn, over een vredige tockomst. Hij kocht het oude huis tegenover de school
waar
de
jaar.
hij
als Hij
al
jongen
van
stad.
was
stiller.
nog jong,
drie-en-dertig
Maar
nog
ten
kon
dagen.
William Shakespeare
naar
tie
in
lU'J.i.
III.
LONDEN.
ten einde
in
schepen onder de vlag van St. George verschenen reeds door de zeelieden der handels-
gekomen, begunstigd door den koopmanszin der bewindvoerders, nieuwe nijverheid, nieuwe handel, goud en zilver waar geen grootvader van droomen kon. Maar ook veel armoede
werd thans
voor
het
En
te
volk
zijn
rechten en te hervormen.
78
de weelde van
Door de nooddruft gedrongen, gekoesterd door 's lands veiligheid, vormden zich
denkbeelden
in
nieuwe
der
van rechl
in
de hoofden
burgers,
verscheidenheden en kleuren.
heette
Geloofsvrijheid
de
leus
der denkende
macht
heerschappij beoogde als eertijds Rome bezat; in het bestuur eischten de heeren, koop-
lieden,
die,
den
nood
in
in het land kennend, naar het parlement Westminster reden. En zij verstondenelkander
en sloten een verbond. Dat zag Jacobus duidelijk toen hij een paarjaar later zeide: geen bisschop,
geen
het
De machthebbers beschouwden
hun
lusthof
vvaar
niets
mocht
groeien
dan
een onkruid was dat gewied behoorde te worden. Nu, tegen het einde van het oude tijdperk,
begon de laatste worsteling die een halve eeuw zou duren van een klein aantal edelen, onder
van goddelijk koningsrecht en staatskerk, tegen honderdduizenden in wie een klaarder bewustzijn ontwaakte van hun plicht
hun
banieren
jegens
God
Spaansche
79
spook voorgoed in den afgrond, met den dood van Burleigh ter zelfder tijd brak het leidsel
der dwingelandij.
oud,
het
De koningin was bemind, en men kon wachten tot zij zou volgen. Maar
leven gistte, en terwijl zij ongeduldig den toekomstigen heerscher in het Noorden verbeidden, die de verbeteringen beloofde, begonnen
te twisten,
jeugd zag twee voorbeelden om te volgen, den eenvoudigen burger en den prachtigen edelman, den werker en den genieter.
De
De
heer
leefde
hovelingen, kleedde zich kostbaar; slenterde zwierig door de straat daar waar de minste vuilnis lag, rechts
en
en links kijkend naar het blanke vrouwenvolk dat er onder de luifels zat; bezocht zijn barbier
in
den
tabakswinkel
om
zijn
lokken
te
laten
krullen
St.
van
een
gelijken,
zijn
pijler
kleedermaker, die
danig wachtte; dan ging hij naar zijn eethuis, vloekte zooals het iemand van onderscheiding
betaamde en sprak
Iuid,
80
een Spaansch rapier, een voorname vrouw. In den middag had hij de keuze tusschen een
hanemat,
een
rit
een
met
eethuis
bout
en
en
wijn.
Hij
den nacht met vrouwen, kaarten bekostigde dit leven door zijn
goederen te verpanden, of met geld dat hij uit een of ander monopolie ontving. Of door dieverijen waren zelfs onder oneerlijkheid
te
gaan.
Daar
bleef
knechts.
den ganschen dag bezig met de Wanneer hij zich eindelijk in den
namiddag kon verpoozen en op straat kwam, vond hij geen andere afleiding meer dan onder de schare in St. Paul's kerkhof een wijle den
werd prediker aan te hooren. Het woord zonde zoo vaak gesproken dat het nog lang in zijn
geheugen klonk. Met een vriend
in
rustte hij
dan
een herberg bij een pot bier. Hij sprak over de preek, over paapschen en afgescheidenen over de klachten der knechts, over de redenen
;
81
waarom
werden
;
de
levensbehoeften
steeds
duurder
over de monopolies der edelen die hun geld verbrasten in vermaak en zedeloosheid. En als hij eenmaal net woord zonde
genoemd
huichelaar
smalle,
;
had,
heette
hij
een
puritein,
een
neerhangende
een uitstaande droeg, een nauwe broek in plaats van een wijde, als hij het hoofd schudde over
de liederlijkheid der achterbuurt, over schouwburgen en ontucht, heette hij een zwartkijker,
een galspuwer. Een puritein, inderdaad hij gevoelde dat hij tot een partij behooren moest
en dat er maar eene was waartoe
kon. Menigeen kerk tevreden
hij
behooren
begrip van rechtvaardigheid van de tegenstanders verschilde. De werkende jeugd kon niet anders dan de puriteinen volgen. Ook onder de jonge schrijvers die in de
laatste
jaren
van
Elizabeth verschenen,
werd
een
merkbaar. De
hadden nauwlijks tijd Zij boordevol gemoed uit te spreken. De jongeren nu begonnen met een oordeel, met 6
partijen
bestonden.
om hun
82
luin
Van
waren
ren
het
oude gezelschap
Lodge, Nashe,
in
de
Mermaid
alleen
Chettle overgebleven.
zaten
al
Op
geraas
nog maar droomden van toekomst. Vroolijk van twisten en drinkliederen ging er maar de als eertijds in het duister vertrek
;
ouderen die wel eens zwijgend toeschonwden, Tom Lodge de trouwe dokter, William met
zijn
fijnen
als
wijlen
Falstaff,
denkend aan den vroegeren tijd toen de vaardige geestigheden ook wel vinnig mochten
klinken,
toen
men den
braven Kyd eindeloos plaagde, Chettle evenals nu met daverend gelach begroette, doch nimmer
de warmte der gelijkgezinde genegenheid verkillen voelde door vreemden haat, naijver of
kleinachting. Zij
die
waren
eertijds
de vagebonden
vereenigden tot onderlingen steun en niets zochten dan een de landswetten tegen de een vroolijk bestaan broodwinning, vrij,
zich
;
83
jongeren thans streefden naar faam en rijke betrekkingen. Ben Jonson had zich, door moeilijkheden
hij
worstelend,
veel
kennis verworven,
en pronkte ruime door de verdienste gaarne aangelokt op het tooneel verlangde hij ook een speler te
wist
;
meer
dan
de
anderen
zijn.
Maar
hij
was
te
te
lomp,
te
zijn
vrienden,
leelijk.
Toen
noch
als
speler noch
als schrijver
burg slaagde legde hij zich toe op maskeraden voor het paleis. Thomas Dekker zijn tegenvoeter,
gevoelig,
vele zorgen,
alleen al
altoos zachtmoedig in zijn onbewust van zijn gave en daarom door Ben geringschat, kende spoedig
de
in
de
Mermaid begeerde
in
Zij
tweeen
waren
tingen,
de eene welke het hof volgde en zijn zeden verheerlijkte, en de andere die het goed recht der burgers verdedigde, begaan met het
leed van de rampzaligsten in de stad, en uit hun
later,
toen de men-
schen wie
zij gold gestorven waren, pijnlijkklinkt. Shakespeare was de eenige die zich niet in
*
84
persoonlijke twisten mengde. Vlugschriften be-
hoefde
hij
li Li ii
niet
te
voor
onderhoud
uit
dedcn
hij
had
ruime
in
inkomsten
zijn
beroep,
zijn
aandeel
den
schouwburg, zijn land. En overigens, welke kiezcn ? Gentle Will heette hij partij zou hij
omdat
schijn
hij
hij
niet
twisten
kon.
Den
edelen, lWi\
van
genegenheid toe van zijn jongelingsdroomen. Met de onbevallige burgerzeden, den kleingeestigen afkeer van vermaken, de
dorre
de oude
sen
Sabbathvereering mocht hij wel schertDost thou think because thou art
there
shall
virtuous,
be
no
ale?
lingen
zelf
mocht
verafschuwen, maar
hij
was
een gering burger en hij kende de onrechtvaardigheid van den verdrukker. Wanneer hij een een
der
enkel
strijd,
maal
zooals
zijn
in
koorknapen
als
een vader
goeden raad
hem,
uitte
geeft.
over
zich
zijn
kennis en
gave, maar
Hij
hij
zag geeil
nietigheden
anderen.
85
Ook
hij
schreef
blijspelen
in
die jaren.
De
waarmede
hij,
vervuld
van
het
zonlicht
in
over
Stratford,
genoot
Sir
omdat
vorst
hij
te
lastig
waardig
sir
voor
te
John
boeide
veel
ieders
zijn
omvang
En
er
dartel bestaan
Het
zotte
huwelijk
Katherine,
Benedick
kelend
in
schelmsche herinnering aan geestigheden en avonturen uit zijn eersten Londenschen hier en daar nog een zondertijd, geschreven,
lingen
snaak
Caius,
te
Evans,
was
in
al
de
stilte.
lachen
Nothing weerklinkt van open keel. Maar de beminneaan wat nog van lijkheid van Hero herinnerde in het minnaarsluimerde begeerte ongerept
Much Ado
about
uit klare
SI)
in
lange nachten,
gedaanten met dvn vinger op den mond, verbaasd door tranen aangezien. De jeugd zclve ontbloeide weder met haar smachten dat in
niets
dan
een
droom
te
een glans die de droefenis vergulde. De vrouw met de roode lippen die hij in den dag zocht,
die
hij
toe
hij
kon
voor wie
luide verzen
moed
schreef
I
In faith,
was
zij
dezelfde
hij
het
vorig
jaar bezij
zij
hoe
heette
in
de
eenzaamheid
oogen,
of
van
den
of
nacht?
had
bruine
lucht
grijze
blauwe? Maar de
in ademde geurde van zoetheid, en hij maagdelijke wezens in nun frissche kleedertjes traden met geruischloos gelach uit de nevelen, Celia, Rosalind, Viola. Het was een stille zomer-
waar
sche
als
tijd,
een
tijd
de verte ruischte.
like
Terwijl
it
bezig
was,
het
uit
voorjaar
Stratford
toen
bij
zijn
jongste broeder
om
eveneens
zijn
fortuin
op
het
87
zoeken, vertelden Richard en Cuthbert Burbage
op een dag dat zij The Theatre ontruimen moesten daar de eigenaar van den grond overmatige eischen stelde. Zij hadden een plan
gereed: te zamen zouden zij het gebouw afbreken en het aan den overkant van het water,
tusschen
The Swan en Ned Alleyn's schouwburg The Rose, waar de stukken van Dekker
en Marston werden gespeeld, weder opbouwen. Zij togen aan het werk, en de veerlieden op
de
in
Theems wreven
zich
de
handen toen
zij
riet
en de lage boompjes zagen rijzen, this wooden 0" die de wereld der grootste treurspelen zou
De
zaal gebruikt, stond nog wel in Moorfields, en ook de schouwburg in Blackfriars, waar de
koorknapen
van
Cripplegate waren mededingers; maarwieeens bandeloos uit wilde gaan liet zich naar Bankside
burgen nog Paris Garden, vol rumoer en gebrul van Sackerson den veel getergden beer met de honden daar was altoos gedrang, Alleyn
88
de berenmeester verdiende cr
schatten
zijn
en Iangs dc drassige paadjes rondom de bouwvallige krotten waar de vrouwen met geverfdu
de drankhuizen
vreemdelingen om liet nieesterschap dronkcn. In den laten middag wanneer de spelen vvaren
gedaan, zag men daar aan den Paris Gardensteiger een uitgelaten menigte zich verdringen om de bootjes, dan klonken de roeiersgal-
de scheldnamen, de
het kabbelend
woorden over
water, en de
stroom mee langs het riet. Jaren lang bleef de Clink de ergernis der overheid de overheid
;
heette puriteinsch.
As you
like
it
men
een
het
in
zij
in
verjaagden
de
die
met
zijn
vrienden
;
gelijk
lieten
den
tigend in
And
this
our
Finds tongues
Sermons
in
exempt from public haunt, books in the running brooks, stones, and good in everything.
life,
in trees,
89
Shakespeare
hield
zoo
veel
van
het land.
Naar dit woud vluchtten ook twee vriendindie van netjes, de zedige Celia en Rosalind, den ochtend tot den avond kwetteren kon, hoe
verliefder
zij
werd des
het
te rapper,
;
zooals het
jonge groen vergezelde hen, de trouwe nar die het verschil tusschen het stads- en het landleven, met een
vogeltje
in
en Touchstone
toonde
Truly,
good
life
I
life
it
is
it
like
private
it
it
is
a very vile
it
life.
Now,
in
;
is
in
the fields
it
pleaseth
the court
me
it
well
respect but in
respect
it
is
not
in
is
tedious.
As
is
;
well
humour
in
it, it
goes against
in thee,
my
shepherd ?
een
de jonkman daar die was. En al deze te waard goed meisje zamen speelden onder de groene boomen hun
Natuurlijk
kwam ook
90
kortstondig spel van zuchten, lonken en kussen ecu tijdverdrijf van den eenzamen Jaques,
die
tot
dichter
geen verzen schreef, die in niets behagen vond dan in een goed gezongen lied en in den onuitsprekelijken weemoed welke
zijn
geheel
eigen was.
is
have neither the scholar's melancholy, which nor the musician's, which is emulation
;
which
is
proud;
nor the
is
ambitious
which
is
politic
nice
is
of
and,
indeed,
in
my
travels,
which
my
often rumination
wraps
me
in
a most
humorous sadness.
Bespiegeling, verzwegen treuren, zooals geen ander kent of begrijpt, dat was al wat gebleven was na net smachten om een vrouw, een
vriend, een menschenziel.
hij
schreef;
de jonge heeren met nun pijpen, toeschouwend op het tooneel, hoorden de muziek niet waarvan
91
de hertog in Twelfth Night vertelde, het geruisch over de weeke heuvelhelling geurig van violen,
zij
zagen
zijn
sir
niet
wie
liefde
hoe ledig het verhaal was van niet had uitgesproken. Voor hen
moest
dansen en Malvolio, omdat hij deugdzaam was in den kerker gesloten, voor hen werd het liedje
gezongen
iederen
van:
Present
mirth
hath
present
laughter! en
was
dag regent,
zelfs die
den
nar.
machtige geest die in hun midden leefde kon niet zijn leed beheerschen en ver-
Doch
bergen, en
immer
tot
liefelijke
glimlach waarmede de blijdschap de kleinen onder ging verstarde toen hij, groote te lang in zichzelven starend, zichzelven begon
spreken.
De
te zien
waar
rijke
hij
en schrok van de engten en schemeringen en begreep dat zijn hij niet verder kon,
edelmoedigheid, dat was de liefde waaruit de zuiverste teederheid schonk zonder ooit
geluk van anderen te verwachten, een last zou worden en al te zwaar zoo er geen hulp van een levende ziel kwam. Wie zucht niet een enkel
keer
wanneer
te
hij
was
de
tijd
om
elkaar
92
te
begrijpen? Of verging net een ieder zoo die naar de verste einden streeft en niet waarlijk
is,
groot
liij
ver-
de oogcn van alien die liij langt? Hij zag naar alle stemmen die luisterde tegen kvvam, liij
hij
in
zijn
hart.
In
Er
waren geheimen
in
Londen.
de eet-
oud,
zij
gunsten
scheen
in
ieniand
zij
meer
te
zoeken;
te
langen
had
zamen geroepen,
wijl
groeiende ontevredenheid kenden. Den naam van Jacobus hoorde men overal reeds met gene-
genheid noemen, door puriteinen zoowel als door de tegenpartij, men wist dat er edelen
waren
meer schroom-
was wantrouwig geworden en, gelijk Caesar, bijgeloovig, Dee de sterrenwichelaar voer bijna
Mortlake dagelijks in de koninklijke sloep van
naar
het
paleis.
De koningin hoorde
iets
van
een geheime briefwisseling met Jacobus, zij de riep Essex haar liefsten gunsteling, die ook
gunsteling
was van
het
Londensch
volk, uit
93
Ierland
terug,
en
uit haargenade. zij hem Toen kwamen de samenzweerders met hem bijeen
van den
nijd, verstiet
in zijn
om
troning van de oude vrouw. Den dag daarna verzamelden de opstandelingen zich gewapend in de straten, maar de musketiers en hellebaardiers stonden gereed en dreven hettroepjeedelen
waar de brave waardin van de Mermaid den ternedergeslagen Essex nog voor hij zijn zwaard overreikte een beker wijn bracht. Toen volgde
het geding dat gansch Londen in spanning hield, Shakespeare niet het minst daar ook over South-
ampton's
leven
beslist
van
te
zijn
de kroon en een ieder begreep dat de vorstin met opzet hem had gekozen, wijl zij voor haren
gunsteling niet de laatste straf begeerde.
Maar
rechter, den oproerigen graaf eveneens welgezind, was Bacons vijand. En ondanks de
Coke de
pogingen van den rechter zelf om hem te redden moest Essex door de welbespraaktheid van
94
Bacon
zijn
worden
werd
ter
dood gebracht
Ook
Caesars
hij,
Brutus
toen
hij
zijn
stad van
zelf
stelde.
Het
vonnis
zijn
was de
schelle
werkelijkheid, die
hij
uit
zijn
rondom, naar bedrog, verraad en ontrouw. Hij voelde de onmacht van een schouwenden geest
in
het
strijd. Zijn
mond
zijn
dwalend
in
de vergeten pijnen van vriendschap, die niet meer verlangd werd. Dien zelfden zomer toen de toeschouwers het
edele treurspel van Julius Caesar in den Globe konden zien, werden in de Blackfriars Jonsons
wekte
Poetaster en
voorgesteld,
in
in
kleinzielig
de omgeving van schrijvers en spelers van afgunst, laster en haat. De Romeinsche spelen,
die
in
niets
dan ver-
niomde
95
Dat jaar
ook
stierf
John
Shakespeare, de
vader, in Stratford.
Was
de een
de ander, keuvelend over oude dagen, den naam van een van Kyd's treurspelen noemde
dat slechts een enkel zich herinnerde, Burbage
Nash beter dan iemand, Hamlet, Prins van Denemarken? Hamlet, die geroepen werd alleen een ontzaggelijk kwaad te wreken, ten koste
of
van
zijn
leven
zelfs.
Shakespeare zou van Hamlet een nieuw treurspel maken. Zijn ziel was heet en vol van zuchten, in zoovele groote nachten had
William
hij
die
in
de
zelfvergeten innigheid waar het verschil tusschen waanzin en verstand niet zichtbaar is, schreef
hij
van een
lijkste
misdaad
die
prins,
dichter
van nature, in de onnoemlijke pijnen van ongewisheid welke hij leed; maar van een dichter die de striemen des tijds gedragen had, de verachting van den hoogmoedige, de ellende van verworpen liefde geduld had, o van de liefde
96
vooral
en
door niemand gevraagd noch begroet, die nochtans, nochtans beschouwing, vermijmerij, vluchtende beelden en
zinsel,
woorden
met de lastcn van hel zwoegende leven verkoos boven het duister geheim eindeloos niets of
een
anderen
droom? De
weten
van
het zelfvoldane
kennend noch
den vrede van het reine geloof, slechts genieten kon van de schoonheid der aarde met haar
boomen en
immers
de
klare
is,
rivieren en
blauw
en die
juist
slechts
geest
stil man geschapen zoo verheven en zoo werd, eenvoudig, zoo klaar en zoo onbegrijpelijk, zoo armzalig en zoo
hem
li
zijn
eigen en ontroerd
herkennen
is
zal,
Hamlet
zijner
zijn
zal
bemind
worden om
grootheid
om moed om
liefde,
de eerlijkheid van
strijd
maagdelijke en zijn
die
te sterven, zoolang er menschen zijn weten dat ook een dichter zonder daden een
is.
held
vrees kende,
hem
die de
97
The dread of something after death, The undiscovered country, from whose bourne
No
traveller returns
die
selen
en
grijsaard ze voelen
en schreien,
wanneer ze
alleen zijn
But thou
hereabout
wouldst
not
it
think
is
how
ill
all's
my
heart: but
no matter
klinkt
het niet
lichaamloozen
hoe
zijn
hooren
van
Is
een
dichter
woorden
is
the
rest
silence.
geroerd ?
Hamlet
staan.
of
ste
leeft
en
twee gelieven,
in
hun zwaar-
dagen, aarzelend, zoekend langs de fijnste draden van het onuitsprekelijke, alles, alles
zeggen
wat
zij
voelen en denken,
in
verwon-
98
Met Hamlet,
liet
waar-
met bloed
diepst
was Shakespeare
in
liet
zijn
grenzen
ziet.
liet
Het
volgend
in
jaar
stierf
de
liet
koningin,
wonderjaar
er
zooals Dekker
nooit
Louden
Het
en
getoond.
in
vrouw
Richmond
een
maar toen
in
bericht
in
woningen. Wie leefde er nog die zich een ander dan Old Queen Bess op den troon herinnerde, wie voelde niet dat er iets van
alle
het
land
zelf
nit
de
wereld
verdween? De
zongen den lof van Cynthia. Alleen Maar toen in de MeiShakespeare zweeg. maand de nieuwe koning met zijn luistcr de
dichters
poort
binnenreed
wemelde
en
het
in
de straten
kleederen,
van
lachende
gezichten
fraaie
99
den
vorst
Ook
nog In den zomer begon een heviger pest dan men zich heugde. Zoo snel werden de kuilen op
de
brengen gereed. Maar er zou thans zweeg Shakespeare. meer zwart in Londen gedragen worden.
die
het
heil
zou
kerkhoven
gegraven,
gevuld
en
dichtge-
of er vrienden
weinigen
te
beschermen, zelfs de armsten wisten het kruid vinden hoe duur het ook was geworden.
Duizenden ontvluchtten de
stad,
de artsen
lieten
hun zieken hulpeloos achter; er zwierven zooveel Londeners op het land dat de dorpelingen,
sidderend
voor
de
zwarte
ziekte
zoowel
en
als
voor
het
roofgespuis,
hun
deuren
luiken
sloten en geen
En jarenlang keerde de pest bij de eerste warmte terug. De schouwburgen waren meestal
alleen in
Het gezelschap
des
Globe,
reisde
dat thans
's
konings
zomers
100
Toen
Shakespeare,
zijn
ditmaal
in
vergezeld
van
Edmund
broeder, weder
Stratford
Warwickshire
kwam
en
naar
reed,
liuis,
vond
hi]
in
waar niemand
dan hun oude moeder aan de deur verscheen, ledig en stil, de vader dood, de broeders en
zusters verspreid.
die
al
Dan
en
in
New
zijn
Place
zijn
vrouw
grijs
werd
twee
volwassen
dochters.
eigenaar van vele akkers begroeten, eerbiedig glimlachend. Hij was een heer die gunsten aan
het
hof
zeide
uitgaf.
men,
had verworven, veel invloed had en, meer dan duizend pond per jaar Men kon het aan zijn kleederen zien.
zijn
Hij
mantel
gestikt.
dat
zij
het
verzoekschrift,
gemeenteweiden
om
en hooge betrekkingen te steunen. Shakespeare knikte en beloofde. Zeker, de arme moest zijn
schaapje
vrij kunnen weiden. En kalm tusschen zijn dochters in den tuin langs de vruchtboompjes heen en weder gaande,
wist
hij
dat
de
jeugd
bezit.
voorbij
was.
Groote
dochters,
aanzien,
AIs
hij
omzag naar
101
zijn huis
ontwaarde
hij zijn
vrouw
in
de schaduw
deur gezeten, hij herinnerde zich een vol tijd geur van hooi en vogelzang, hij herinnerde zich vreeselijke nachten in Londen, nog zoo kort geleden, toen hij met heete
van
de
oogen
in
gend
naar
branden doet
And
frantic
mad
hij
Maar
niet
In
al
moest
zwijgen, de
tijd
had hem
verwonnen.
den winter speelde hij voor het eerst voor koning Jacobus. Het hof vertoefde nog te Wilton
op het kasteel van Pembroke. Daar, te midden van vele nieuwe edelen met hun gewaden van
perzikkleurig of wit satijn, hun buigingen en flonkerende juweelen, zag hij zijn vriend weer
die
twee jaren
sprak
zooals
in
geweest.
bevallig,
Southampton,
hem
het
in
aan,
minzaam
lachend
met
schertste
knikte
en leidde
vrouw
hand weer een andere edelden dans. Geen menschelijk oog had
102
iets
bemerkt.
De
aan
over
den
zijn
deugd
niet,
en
er
is
Maar
bitterheid
voelde
liij
een
hoogheid
die
door niets
ter
hij
Toen, in de koude stad teruggekeerd, schreef de laatste sonnetten voor zijn vriend.
Na
den
in
plechtigen
kroningsoptocht
van
Jacobus de anderen
des
van
konings in mantels hun voor dezegelegenheid geschonken, mocht er eenige weken in de schouwburgen
gespeeld worden, daar volgens de boeken der kerken de sterfte in Londen tot het gewoon
getal
was gedaald.
Er
werd
een
stuk
van
Measure
in
for
Measure,
over de verdorvenheid
de stad.
Neerslachtig,
teleurgesteld
sprak
van
wien
men
zeide dat
hij
boven
zelfkennis streefde:
there
is
so
103
that the dissolution of
is
it
must cure
it
it:
novelty
only
in
request; and
is
as dangerous to
to
scarce
enough
alive
to
secure; but security enough to accursed: much upon this riddle runs the wis-
dom
yet
it
of
is
the
world. This
news
old enough,
niet
Toen kwam
met
Othello,
zijn groote liefde, zijn groot vertrouwen, grooten hartstocht, een goed man die in de deugd van zijn verleider evenzeer als in die van zijn zijn kinderlijke
verstand,
vrouw geloofde. Niet Iago's slecht maar zijn eigen grootheid die niet
hem
in
het de eigen echte drift en niet de jager is die het ongetemde dier in het vuur drijft. De pijn
in
het treurspel
in
een
En nogmaals
maar
met haat
te schrijven,
zijn oogen weenden, door niemand gezien, want hij geloofde nog dat er veel in de wereld
104
bcstond waar
hij
om weenen
van een
een
zijn
grijsaard, goed, onnoozel alseenkind, gebroken man aan het uiterst einde van
leven
die
koude aarde
blikken en
dierbaarst
den
woorden van wie hem vroeger het hij zich tot den dood maakte de oude gereed gaf koning al wat hij had en verwachtte toen liefde en rust. Maar hij was grijsgeworden zondcr geleerd te hebben de menschen te haten, te vloeken. Toen hij niet meer gebieden kon was hij zelfs geen vader
waren. Voor
meer,
niets
dan
schillige
stervelingen
en elkander voorbijgaan.
Wie jong
omdat
hij
is
en vraagt jeugd
ver-
kan
te
mogelijk
iets krijgen
zijn
geven
heeft.
zijn
trouwen.
liefde en
Wie jong
zijn
verwacht nog
zijn eerste
eerste teleurstelling.
De
grijsaard
En met
zijn laatste
begon het spel. Toen hij zijn Cordelia, meer dan zijn dochter, had toegesproken als een
smart
knaapje en het geluk uit haar mond verwachtte, schrok hij en deinsde bevend terug, had niet verstaan dat er een onverbreekzij
lachend
lijker
105
antwoord zooals
Verlaten zwierf
hert dat
het
hij
een
dochter
betaamde.
Maar
zag duivelen die hem volgden monde gedaanten zijner dochters hadden, dreigden, folterden, verdoemden hem en joegen hem voort, de genadelooze Hemel, zwart en
hij
sters die
gruwelijk als de menschen, kastijdde hem met hagel, storm en bliksem, een arm koud man
in
de barre aardsche
als zijn
vertrouwen
was de
No,
I
trots
I'll
van
zijn grijsheid:
:
not
full
weep
cause of weeping; but this heart Shall break into a hundred thousand flaws
have
Or
Hij
e'er
I'll
weep.
niet.
weende
De Hemel
zelf
kon hem
niet
vernederen die alles gegeven had en wachtte, met den naam van zijn Cordelia, zijn laatste in
Een grauwe nacht was zijn ouderdom, somber van het zwijgen en mompelen van menschen, van een enkelen snik die de wereld
het hart.
verliet.
eindelijk in zijn
bij
adem werd hij Toen weende hij, zijn kind, zijn liefste lag hem. Dit was het afscheid van een vriend
reeds en zijn
:
106
O,
let
rough world
him out
longer.
De
lieid
door de hard-
van menschen.
alien die hem omringden, omdat hij in vroom vertrouwen meer dan anderen ver-
boven
zijn
langde.
In
worden
stierf, Augustine Phillips de tooneelHet speler. gezelschap reisde weer van stad tot stad en vertoonde zijn kunst in herbergen,
wegens de kameraden
pest.
gildehuizen en kasteelen.
Rijdend over den heeten, stoffigen heirweg, langs de zonnige weiden, in de schaduw van eikenlanen, rustte Shakespeare van zijn koortsigen
arbeid.
Terwijl
hij,
schertsten,
staarde
blauw en de wolkjes
hij
en
de
dachten
zoeten
Wanneer
zijn
hij
snoof
geden
groen loof en wilde rozen; aandachtig volgde hij de zwaluwtjes die heen
geur
van
107 en weder vlogen naar nun hangend nest, of in de late schemering de kraaien, langzaam wiekend
naar
toppen der verre boomen. Rust, rust behoefde hij: de wereld werd te druk voor hem; het dorrend zijn leven begon te gelijken op
de
donker
er
blaadje aan den tak. De raadselen waren even als toen hij met jeugdiger drift de kern
van zocht; alleen besefte hij duidelijker zijn machteloosheid, en hoe de Vader tot wien hij
in
zijn
hij
Als
jeugd had gebeden hem niet helpen kon. des avonds, bleek en afgemat, voor het
zijn
van de dorpsherberg zat en medesprak, werden de stemmen zachter, de jongere spelers die daar
straks
of over het
pleintje joelend een deerne naliepen, naderden een voor een en luisterden zwijgend naar zijn
in
de godsGod en
over
zelf
noodlot
en
voorbeschikking.
De
koning
aan duivelen
in
velen en overal
in het
wegens betooveringen vervolgd, gemarteld en ter dood gebracht. In ieder dorp waar zij kwa-
IDS
men
van
hoorden
de
dc spelers er van, zij vertelden vreeselijke hekserijen van een vijftien na den andergaf
zijn
mee-
bijgeloof mochten somning. Bijgeloof, het noemen, maar 6n hunner mige predikers die al veel wijze woorden gesproken had, was
dwaas
nu
hij
hoorden dat
maar
dat Shakespeare in den laatsten tijd zij wisten vermoeienis kon verdragen. De meester geen
was zwak, prikkelbaar en in zich zelfgekeerd. Het spelersleven scheen hem te zwaar te worden. Toen zij in Londen terug waren vroeg Burbage
om
de
een nieuw stuk, een heftig treurspel zooals voorgaande waarin hij zijn gave grootsch
uiten.
kon
paleis in
Whitehall
voor
Kerstmis,
moest
het
gezelschap voor den koning spelen. Hier in de kroniek stond een schoon onderwerp, de geschiedenis van een Schotschen koning die een
109
En Shakespeare zou het treurspel schrijven van een deugdzaam krijgsman die trouw aan vorst was en door de werktuigen der zijn duisternis werd verdoemd. Maar reeds in den
hij zich gaan in den vloed zijner Een krijgsman, winnaar van een gedachten.
aanvang
liet
veldslag,
behoort
zich
niet
te
verdiepen
in
mijmering over goed en kwaad. Het was Hamlet die de tegenstellingen zag en weifelde Hamlet
;
die,
nog
te vol
goedheid, door gruwelijke beelden geschokt en gekweld, den nacht aanriep om het groot ver-
bond
te
verscheuren
die,
te
vergieten,
leed door het gezicht van zooveel bloed rondom. Bloed, bloed was de eentonige roep van den eersten onheilsdagtoen de spoken
verschenen
tot
het
laatste
oordeel
met een
eerlijk,
mensch
andere
niet
goed meenend
die geen
dingen ver-
schrikkelijker dan
zijn
angsten zag,
hoewel met
wijven
prooi
oogen omdat
was,
Hem
kozen de bloedgierige
zijn
zijn
verraderlijke
vonk
hem met de
felle schijnsels
110
heid en voerde
hem mee
en
hel
de
hemel
gloeil
lot
menschdom
krijt
en
kermt. Hot
oogen
hem een vrouw die den nioed van een man bezat. En toen hij eenmaal den rauwen bloedreuk, waar hij ging of zich te rnsten legde,
en
bracht
overal rook, overal zuchten en jammeren hoorde en verschrikkingen zag, toen omringden de
0111
hem
lot
voort te
zweepen
verstikkend het
zelf
zou vloeken
And
And you
Is
bear
Gelijk
een
blind
wonden
niet
zijn
meer
ziel
de wildernis van
in
de
verborgen
ligt.
weer
tot
That
walking shadow; a poor player and fret.v his hour upon the stage, And then is heard no more: it is a tale Told by an idiot, full of sound and fury.
struts
Life's but a
Signifying nothing.
Ill
lang geleden dat de wereld begon. In den middag, aan het einde van hun taak,
Het
is
knielden de spelers
in
den Globe
te
midden der
onverschillige gezichten op
het tooneel
om hun
plichtmatig gebed voor koning en koningin uit te spreken. Een was er die, bij het opstaan even
glimlachend
om
te
beantwoorden,
heenging
en
in
de
kamer daar
en goud
in
de kist wegborg. Burbage, de verzen voort en Will kon ongemerkt speelde galmend, Buiten gekomen vermeed hij het verdwijnen. geraas links van den schouwburg waar de steiger lag en wandelde liever alleen terug naar de stad
dicht langs het
als
riet
poort van London Bridge, met de hij afschuwelijke rottende hoofden van verraders
de
op staken er boven, bereikte, sloeg hij zijn oogen weer op, want daar gingen menschen. Later in den avond kwam Jack Hemynge hem zoeken, in The King's Head waar hij alleen
voor
zijn
maal
naar
zat. Zijn
vriend overreedde
hem
om mee
hun
112
Will behoefde rust,
het zou
zij
hadden
liet
langgezien,
niet te
wer-
ken;
hij
voren
had
immers zorgeloos gaan, kort te het tiendrecht van Stratford hij ook
zijn
gekocht
verlangde naar huis. En als hij geantwoord had dat hij inderdaad er over dacht naar zijn geboorteplaats te gaan om te rusten, zweeg Jack en keek voor zich. Was het zwaarmoedigheid
waardoor
grijpelijke
er
den laatsten
in
tijd
bedoelingen
zijn die hem zoo vroeg verouderen deed?Maar de glans van zijn oogen was sterker en vaster dan voorheen.
Toen,
Stratford
zijn
in
het voorjaar,
kwam
dokter Hall
uit
gezelschap weder toebereidselen maakte voor de zomerreis vertelde hij dat hij dezen keer
het
niet
mee zou
Londen
te
spelen.
Wellicht keerde
hij in
den
weder
113
moest een ander schrijver opdragen er de ontbrekende gedeelten bij te maken. Het was het
verhaal Hier
ligt
van Timon
Timon
die
zijn
leven allelevenden
gij
haatte;
wilt;
maar ga voorbij en
Shakespeare
was gedaan.
IV.
STRATFORD-UPON-AVON.
De
New
Place over
den vloer gestrooid, anjelieren in alle kleuren, de schoonste van het seizoen, stonden er in liet
zonlicht voor de ruitjes.
Aan
het bruiloftsmaal
zagen de verwanten en vrienden hun blozenden Will Shakespeare weder met zijn bevallige
manieren,
zijner
en
wie
het
nicest naar de
muziek
vroolijkheid
luisterde,
druk
wijn
de
jongste,
bij
poozen
den
goeden
Quiney's kelder
proevend, en zijn oogen wendden zich telkens weer naar het gelaat van zijn oudste, zijn liefste
dochter
Hall.
in
gelachen
alien
Er werd veel gegeten, veel gcdronken en naar de onde zede daar zatcn
hij
hield, vrienden
van
vroeger en voortaan
Hamnet Sadler
Hamlet,
BORSTBEELD
in H. Trinity Church, Stratford-on-Avon.
115
Will
die
gelijk
hem noemde
hij
met Judith
hij
zijn
vrouw,
ging
;
al
kende voor
naar Londen
zijn
neef
Frank Collins
zuster;
in
John Rogers, de nieuwe predikant die een gezellige binnenkamer gaarne over het tooneel mocht hooren, Julian Shaw en zijn
schoonbroeder Alexander Aspinall van de Grammar School aan den overkant, met Watts den
ondermeester; John Combe van de College, met William en Thomas; buurman Anthony Nash,
Richard
Clifford
Quiney en
waren
de vrienden van
Lang nadat John Hall en zijn jonge vrouw vertrokken waren bleven de mannen er te zamen,
pratend en lachend met klinkende bekers, tot in de schemering Judith, thans het eenig kind in huis, de kaarsen ontstak.
En eindelijk, toen de laatste gast vaarwel had geroepen en ook de buren naar huis waren
gegaan, stond hij alleen aan de deur geleund in de vochtige koelte die op een zomeravond van
de
in
rivier
komt.
edelen
den
herinnering
aan
ander
kind
in
dwaalde,
116
begreep
hij
welke wijsheid
rijke
hij
geleerd had en
die
hij,
vanwaar de
omringd door
trouvve
gevoeld had, ademend in en rostnarijn, het kruid dat geluk brengt aan jonggehuwden en vrede tevens aan bejaarden.
heel dien
Bloemen bloeiden
kinderen,
er
voor jonge mannen en vrouwen die zangerig van jeugd naar de toekomst smachten, voor hen die wanneer de warmte heengaat
verheugd
veel
zijn
schoon
;
er niets
verloren
bloemen
ook
is
en
die,
maten
en
woorden,
dat,
in
grootsch verzwakt.
gespeeld,
En de Juni-zon
nieuw,
mild
frischheid van
die
stralend
en
de weldadige
dauw
voor het gemoed ledig van begeerte en twijfel. In de welige stilte van het land, waarslechts de
klok
van
zijn
gewoonte
117
neringen en de innigste gedachten van zijn leven, zwak en hulpeloos, dan zwoel en rijk
laatste in een zuiver
onbewust van
zijn
gelukkig, zooals
een
vogel
zingt
hij
Toen was
het
doel.
Maar wie
tot
wordt veel
verdort en
bedroefd,
zijn
de
dorst
in
zijn
mond
stem
de
breekt
Waren
het
goden geweest
met
doen;
spelend
vliegen
hartstochtelijken en hoovaardigen; was het de meester der eeuwige gerechtigheid van wien de eenvoudigen met schuchter gebaar en glanzende
oogen spraken wie was het die de mogelijkheden waar hij mee geboren was vormde en
;
den,
oneindig
als
zijn
begeerte, de donkerste
118
tot
een verschrik-
was
hij
uitgegaan,
verachtelijke
wanhoop.
De
niet
mond
gelijk
rap
genoeg kunnen
uiten toen
hij,
Berowne, dartel van hot tintelend bloed, zich aan kvvinkslagen en spotternij verzadigde:
His eye begets occasion for his wit: For every object that the one doth catch
at
And younger
his discourse.
Berowne, dien
hij
had gekend,
spel ver-
zijn
schenen, met een bekende beweging, een wenk, een lach of een starren blik, beelden der mogelijkheden die zijn liefde in twintig jaren ontdekt
had en bezield.
De
Zoo had
hij
kunnen sterven
119
merk des doods droeg, hun lot was zaligdie rummer wederkeerde. Het geluid van met wakende had hij in den droom gehoord, Juliet
het
heid
My My
bounty
is
love as deep.
Maar
gelijk in
het
woud
zoo zweefden
bliezen
er
met
fluitend
hart,
schaduwen met de duurste eeden van minnaars, met de zoetste trouw van vriendinnen
Two
lovely berries,
kiem
had
hij
En
een
man van
de
felle
verstand
trotsaard
verrees,
die niets
Richard
Gloster,
And
120
Zoo had
Iiij
eenmaal begeerd
uit zijn
te
wezen, zoo
vvarcn er nicer
[ago,
Edmund,
Dan Philip Faulconbridge, broeder van Berowne en Mercutio, gespierd en welgemoed, een Engelschman met net hart van een eik. En de goede Antonio, al te week, die reeds
in
hij
ondervonden
Een bloeiende
tijd
was
net toen
hij
aan zoo-
vele, zoo verscheidene gestalten der verbeelding naam en plaats had te geven. Uit het zelfde
luchtig niets
waar
Juliet
en Robin Goodfellow
hun bestaan ontvingen, rezen degedaanten van King Richard; van den Jood die een mensch
was; van Hotspur en Henry, prinsen beiden van jeugd en frankheid; van de duldzame vrouwen Desdemona, Isabella, Helena, Ophelia; van heel de zotte bent die in de Boar's Head
in
Eastcheap
te
zamen placht
te zitten,
de oude
natuurlijk, die
eerwaar-
ondeugd, die grijze ongerechtigheid, sir van het oud kasteel, gemoedelijk als FaulJohn conbridge, geestig als Touchstone, schelmsch
121
als
Autolycus,
en
met
dat
al
van wereldwijsheid
nijvere
burgerij.
Noemde
was
niet
Ja, vroolijkheid
dikwerf geschaterd
Evans, Kit Sly de ketellapper, Shallow, Malvolio, Viola en haar hertog; de teedere meisjes in het bosch van Arden met
Benedick,
Dogberry,
hun vriendinnenliefde
oogen,
te
at
We
Rose
still
And
Still
an instant, learn'd, play'd, eat together, wheresoe'er we went, like Juno's swans,
inseparable.
Toen
dat
hij
vielen de bloesems.
Dat was
in
den
tijd
De hertog die onder het geboomte van Arden woonde werd door zijn naaste verbannen. De
andere die nu naderde ontvlood vrijwillig den menschen om over de somberste vragen te
denken. Deze wijsheid vond
this that bears the
hij
:
What's yet
in
name
de
of life?
Grooter
werden
gedaanten,
zwaarder,
122
donkerder en smartelijker, hunne stemmen bevend van dc teleurstelling die niet te Helen of
te
vergeten is, die de haren vergrijst, liet gebaar van velen hunner een afscheid, een verheven
hij
een
man
was: more sinn'd against than sinning, decide zijn koninkrijk om te rusten zie hoe de slechten
;
en de goeden streden en net lot hem verdoemde. Timon verliet het huichelend geslacht en zocht een graf bij de weenende zee. Macbeth had met bloed gespeeld en vcrloren: I have liv'd long
enough.
Hamlet
plicht,
-
bezweek
een
te
zwaren
ander
voltooien,
the readiness
is all.
De brave Kent
:
wist na wat
I
hij zeggen dan have a journey, sir, shortly to go. Dejongsten, de sterksten vonden enkel smart in den tijd.
gezien had
niets te
is
van nun
lot
immers
en
kiem
te
de
invloeden
des
geloofde aan de sterren, de sterren, de ander aan goden, rechters door geen verstand bcgre-
pen; de een aan voorzienigheid en de ander aan eigen kracht. De vroomste van hen, Edgar,
kon
niet
nicer
in
is
all.
Schoon
liaar
123
semende lente geweest toen jonge inannen de handen der maagden namen en uitgingen in de koele weiden om hun borst vol vreugde te maken en hun liederen te zingen heerlijk als
;
de
dageraad
en meisjes gebloosd hier op het land tintelend van vrijheid en lust hadden de oogen gelonkt van de gezellen in Londen, tierelierend van zotternij met hun blanke bloeiende vrijsters;
dichters
in
grooter
aantal
liefde
en bedwelming
in
was
dien
geschal toen de zuidenwind der Renaissance over Merrie Old England woei toen de straffe wetten der kerk niet meer geloof en gedachten
;
bepaalden, noch de plichten van iederen dag; toen de nieuw gevonden boeken leerden van
schoonheid,
landen
arm
;
kregen
niet
vermaak en genot; toen dwingewerden en geringen rechten vertoen er gewerkt kon worden voor brood
alleen,
maar
voor
fraaie
kleederen
en
ruimer
om
om
124
vergaan. Wie gewerkt had voortgebracht, zag dal hel schoon was, schoonheid was de bloem van al
lente
Maar de
wie
was
had,
iets
de
liefde, vrijheidsbegeerte, krachl en tuchteloosheid waarin het volk werd herboren. Maar
de dagen van zorgeloosheid waren gedaan en eeh nieuwe tijd kwam aan de poort, rijper en
even vurig en forsch. En wie en gespeeld gezongen had en zijn kracht verbeuzeld zonder te leeren wat hij thans had te doen, wat hij gelooven moest, dien knikte de tijd een
diepzinniger,
tooneel vermaakt, dag aan dag, met heel zijn wezen. Zijn liefste geheimen, zijn menschenleed en dichtergelnk in verdichtsel uitgesproken, vele,
vele
drift,
zijn
geest-
van de duizend ontroeringen die een ieder verstaat, van zijn wanhoop ten laatste. Wanhoop
zoo
doodelijk
of
dnister,
volgen
verlies
een
klaarder
ontbloeien.
De
men
nict
zonder
en geeft men niet zonder verlies. Rust nochtans had hij nimmer verlangd. Niet om
125
te
rusten
was
hij,
die
net menschelijk
het
land
te
zijner
om
er
wachten,
waar wie
alles gaf
wat
te
is
het stadje
zijn vloeiend riviertje, zijn rustige burgers, zijn metten en vesper. Den eigenaar van New Place zag men somtijds in
hooge olmen,
Old Stratford wanneer de rogge op zijn land werd gemaaid. Soms, wanneer de grenzen der gemeenteweiden weer duidelijk gemerkt moesten
worden, vergezelde hij den baljuw of Thomas Greene in de klavervelden van Bishopton en Welcombe, welker tienden hij gepacht had. Ook
zat
hij
wel
in
den Bear
in
Middle Row, of
in
Pauw om het nieuwe bier te proeven met Sadler, Shaw en andere vrienden. Doch wie hem in zijn huis zocht werd door Mistress
den
Ann Shakespeare naar den tuin gewezen. Daar was hij bezig met zijn zorgeloos neuriende
Judith.
In
landelijke
stedekens
126
sedert
onteigening der kloostcrs verwaarloosd was. En ook van de zijdeteell had men
de
men werden in Warwickshire geplant. De tnin van New Place, die zich uitstrekte
van het huis
der
rivier,
Chapel Lane tot bij den oever was de grootste, de fraaiste van de
in
stad,
de
cr
vreugde
een
van
den
moerbezieboompje, omdat het met zorg behandeld moest worden. Gelijk een ander die de stemmen der planten hoorde en
plantte
eenzaam
liij
in
alles
zag,
vond
in
het
er
behagen van
uit
zijn jongenstijd
weder
de aarde. Appelen, noten, groeide bessen en bramen waren het toenmaals geweest,
klissen
wat
om
guiterijen
mee
te
te
zinnig
varenzaad
om
tooveren, egelantier
voor
de meisjes wanneer het feest was in de langste dagen van den zomer. Thans beschouwde
hij
zorgvuldig de tierigheid der erwten, keurig zooals zij bij zijn vader in Henley Street plachten
te
staan, de
spijs
lijke
zelfs
den tuin van zijn buurman Anthony Nash groeiden de heilzame kruiden, lavendel en
nunirtje langs
thijm,
munt, marjolein en
rnit
herb
o'
grace,
127
gelijk
dian
huis,
geen
Ophelia het noemde. En zou een Stratforbloemen hebben? Vlak achter het
bij
dicht
bedden: daar
zerskroon,
voren
in
nieuweling die slechts kort te het land was gekomen; daar bloeiden een
natuurlijk akeleien
kende kelken
rozen,
en
schaduw.
hij
het was ook het jaar toen ginds in Londen onder de klok van Bow, in Bread Street, dezelfde straat waar de Mermaid stond, een
ander
dichter
het
zagen Hemynge, Condell Paradijs zou zingen en Burbage, op hun zomerreis in Stratford
gekomen, hun kameraad terug. Er was een ouderwetsch maal zooals het behoorde, snoek uit den Avon, kapoentjes, kanarie-sect en muscadel; Jack, Hal en Dick dronken het heil van Will die weer de oude was, schertsend en vlug
van tong,
blozend van welgedaanheid. En zij verlangden dat hij hun een spel zou schrijven,
128
voor een comedie van Mr. William Shakespeare immers liep het altoos vol in (.kn Globe.
Hij
schreef
het
verhaal
van
een
anderen
Doch
Cymbeline vond hen weder. De dagen van smart waren lang voorbij. Het verhaal van
vrouwentrouw, door mannen onbegrepen van het landleven dat den knapen de vvaarachtige
;
vroomheid
geeft.
is schoon als er een Imogen kan met het klare hart van wezen, Isabella, de dnldzaamheid van Hermione, den smachtenden mond
De wereld
van
lijke
Juliet,
van Cordelia, zacht, maar waar als der waarheid eenvoud. Imogen, beeld van wat de man bemint
er
hebben
haar
er
die
naam
zucht? Zie hoe de dichter een klein vlekje dat aan haar was als een zuiver kleinood wees:
On
her
left
breast
A mole
1'
the
bottom of a cowslip.
in
129
uit
vreugde
die Shakespeare
blauwen
hemel
grimmigheid der natuur vreesden zij, zonnehitte, bliksem en winterstorm. Toen een onbekende,
Imogen
zocht
in in
knapenbuis en hozen, een toevlucht hun grot, ontvingen zij haar als een
als
goede
we
be,
antwoordde
toen
zij bij
zij
had geleefd. En
haar nederknielden
Thou
The The The
flower that
's
primrose, nor
whom
not to slander,
And do not play in wench-like words with Which is so serious. Let us bury him, And not protract with admiration what Is now due debt. To the grave!
that
Een
ster
zijn
vond
met
van geluk was Imogen. De vader kinderen weder, de man zijn vrouw.
die in
En de wijze
zijn
stille
New
Place
woonde zag
9
oogen
zijn
130 naar
in
het
lict
zijn
de
zij
zong bij hanr werk kalm geluid van Ann met den priester over
in
eenzaam staande
zijn
groote goedheid verhcugdc hij zich in den zegen die iederen dag aan den hemel straalde, en er
was eeuwigheid
herinnerde
treurig
hij
in
zijn
zich
bij
als
een
donker
verhaal,
zooals
zag
hij
rondom
Stratford
de
schapen werden geschoren en hij naar het feest reed dat de landlieden er naar oud gebruik vierden, zag hij een nieuw spel, ook ditmaal
ging,
doch opnieuvv
een sprookje dat de koning, wien het vuur van den nobelen Moor gloeide
niet als
te
zonder
zijn
leven
zwakheid veroor-
dwaas-
heid gezegend werd? Maar Leontes was oud geworden, Hermione had in zooveel jaren haar tranen vergeten, en voorwaar, dejongemenschen moesten dansen en zingen.
131
Perdita
menigte
van Cymbeline groeide Perdita op daar waar de dieren grazen en de zon schijnt. Zij was inderdaad het verloren geluk. Een herder vond haar als klein wicht aan de kust van Bohemen, een
weggeworpen schat. De man die haar daar had nedergelegd werd door een beer verscheurd. De vloot. En toen eens op een dag Florizel, tijd
de
zijn
zij
prins
valk
van dat land, daar aan de kust met jaagde, zag hij een jonkvrouw. En
In
beminden elkander.
die streek
was
het
gewoonte wanneer in de warme dagen de schapen werden geschoren, dat de herders, blozend van lustigheid, te zamen kwamen bij nun meester tot een feest en zich met de bloemen
tooiden
Toen nu de
schoonste meisje hun gaf. haar prins gekust had en op dit feest met haar de trouwgelofte zou doen, was Perdita de schoonste van alien. Zij verwelkomde
het
welke
zijn
raadsheer,
vermomd kwamen,
aldus:
132
Give
me
sirs,
For you there's rosemary and rue; these keep Seeming and savour all the winter long:
to
you both,
And welcome
to
our shearing!
Sir, the year growing ancient, Not yet on summer's death, no r on the Of trembling winter, the fairest flowers
birth
o'
the season
gillivors,
Which some
call
nature's bastards.
Hot lavender, mints, savory, marjoram; that goes to bed wi' the sun.
rises weeping: these are flowers think they are given Of middle summer, and To men of middle age. You're very welcome!
I
tijd,
dwalingen opheldert, het lieflijkste wat gemaakt had met bloemen gesmukt terug bij
heid
Hermione en den koning, die in zijn onwetendhaar eenmaal versmaadde. Er was weer geluk voor de ouders, schoon him stemmen
zachter klonken, want de vergissing had
lius,
Mamibegun
te vertellen,
herinneren sommige menschen zich in him ouderdom wanneer zij aan het verleden denken, en
niet.
133
Was
het te
niet
in
Bankside
burg van hun kameraad ontvingen als zij verlangden? Wanneer hem een nieuw treurspel
gevraagd werd, schertste hij of haalde zijn schouders op en zweeg. Doch in de stilte van Stratford had hij de
kracht gekregen
hij
om
uit
kende nog
hij
spreken,
in
een spel
daar
niet
menschen is hun liefde tot elkander. Miranda had behalve haren vader zelfs nooit menschen
gezien, en de wereld deed zich als een
wonder
voor haar open toen zij zag hoe schoon zij waren. Prospero had te veel van de menschen
beleefd,
niet
maar
hij
zijn
kunst schonk
en
zwakke
die
hij
stervelingen.
hun de smart
geleden
had,
toen hij het tooverspel der geesten zag verzwinden, en de wijze bemoe-
De jonkman verschrok
hem
:
digde
Our As
Be
revels
I
cheerful, sir
now
are ended.
These our
spirits
actors,
foretold you.
were
all
and
air,
134
And,
like the
gorgeous palaces,
itself.
great globe
which
it
And,
We
Enkele
jaren
en
cheerful, sir!
Was
de
in
den
zijn
staf 0111
man
te leven.
net refrein door Bevrijding, van vrijheid klonk heel net stuk. Aan net eind trad Prospero voor
hij
en
voortaan gelijk
:
wezen
be,
me
free.
In
schouwspel The Tempest schreef, verscheen in Engeland de Bijbel. De nieuwe tijd was gekomen.
De
volk
taal
zou getuigen van den zegen dien het van ontving van den rijksten dichter en
135
het heilig Boek, van het geloof aan schoonheid
in dit
William Shakespeare beleefde gelukkige jaren als burger van Stratford-on-Avon. Zijn aandeel
in
al
den Globe-schouwburg,
zijn
landerijen
met
wat
er
moeid
man
had rechtsgedingen met stadgenooten hij onderteekende een klacht de tienden betreffende hij
;
schonk geld
baar
te
om
;
maken
helpen voorkomen dat zijn lastige vriend John Combe de gemeenteweiden ten eigen nutte
te
om
afsloot.
Maar hij schreef niet meer. Soms deed hij zijn paard zadelen, gespte
degen zaken
aan
en
reed
zijn
naar Londen
om
er zijn
te regelen. Zoo ging hij in Maart van het toen jaar zijn tweede broeder Richard stierf, en kocht een huis in Blackfriars, nabij den schouw-
burg van de Burbages. Dengoeden ouden klank van de Bow-klok in Cheapside hoorde hij weder
en
de
hij zat weer als voorheen met vrienden in Mermaid Dekker, Marston, Heywood, Fletcher en de forsche Ben Jonson, heerschend
136
als cen
meester over de jongeren die den voormaligen speler van het koninklijk gezelschap
nauwelijks of slechts bij name kenden, Webster, Massinger, Ford en Beaumont, de tooneelspelers Towley, algemeen bemind, en Taylor die Burbage
reeds
in
Wanneer dan
aandrongen, dat
spel
kameraden lang bij hem toch weer een winstgevend hij voor hun schouwburg zou schrijven, behij
loofde
blijf
goedmocdig gedurende
in
de
een der jongeren hem helpen vvilde. Zoogebeurde het dat in den ochtend Fletcher bij hem kwam
in
de achterkamer van
zijn
sprak hoe zij de geschiedenis van het land op het tooneel zouden vertoonen. De oudere gaf
raad en de anderc schreef, dikwerf des meesters
eigen
woorden. En voor Shakespeare tcrugkeerde naar Warwickshire ontving Burbage het handschriit van King Henry VIII.
Het
was gedurende
een
voorstelling
van
Henry VIII, waarbij met buskruit het gebulder van geschut werd nagebootst, dat de Globe in brand geraakte en geheel vernield werd. Waarschijnlijk
137
Londen; wegens moeilijkheden, door den koop van zijn huis in Blackfriars ontstaan, moest hij voor den rechter verschijnen. En andermaal had
gentle Will van zijn vrienden herhaalde vragen om een nieuw stuk aan te hooren, en weder
des morgens met Rowley, Shirley of een ander jonkman, luisterend naar nun verzinsels,
zat
hij
knikkend dat nun verzen zeer goed waren voor den schouwburg, en hen helpend gelijk hij in
jeugd door ouderen was geholpen. Pericles werd door Hemynge en Condell niet als van hem
zijn
erkend waarschijnlijk wegens zulke medewerking. In de lente vertrok hij. Hij had Londen voor het laatst gezien, en Bankside waar de nieuwe
Globe stond, en de Mermaid. Voor het laatst reed hij den weg naar Oxford, waar hij bij de Davenants, zijn vrienden van de William Crown Inn, een bed gereed vond,
Davenant,
telde later
zijn
hoe
hand
liep,
voor het
keerde
hij
aan den
reis terug.
138
kt was
ci'ii
goed
jaar,
een vredig
jaar, dat
laatste.
Op
het Meifeesi
wandelde
door
en
hij
met
zijn klein-
dochtertje
Elizabeth
de
straten,
waar
glimlachend deuren stonden, om haar de bloemen en groene takken te laten zien die er prijkten den heiligen ter eere. De dagen van Robin Hood, van de
Morris
Dancers,
bekenden
knikkend
aan hun
van
onden zich verlustigden, waren gedaan. Bij den rondgang van het kerspel, zes weken
in den optocht langs de gemeente, de jongens van de Grammar School met meester Aspinall vooraan, stil staande bij de zoogenaamde Evangelie-
hij
grenzen
boomen,
Bijbel
waar Rogers de predikant nit den las. En bij het gezang der jongens verder
in
gaande
den
stoet,
wees
hij
het kind
van de
hoogten van Clopton, de vallei waar hun stadje lag met de gehuchten die tot Stratford behoorden in het groote groene bosch van Arden woonden
:
vroeger,
toen
hij
klein
was, de feeen
Little
ginds
tusschen
hij
Bishopton en
Wilmcote placht
daar
de grootste bramen en hazelnoten te vinden; in Shottery wist hij een heuveltje waar
139
den heeten zomer zagen de knechts hem hun oogstfeest, een beminnelijk heer met zijn op opgestreken knevel, overblijfsel van voornamer
Londensche manieren, en
zijn
Ook
het
scharlaken
buis
mantel was nog ouderwetsch, want zwart alleen gold thans als de dracht der brave Puriteinsche
burgers
spelen
van
Stratford.
En wanneer
zij
hun
korenaren
begonnen en een der meisjes met gele en veldbloemen tooiden als godin
zij
van
mildheid
schuimend
werd
de koele kannen geschonken en versche karwijkoeken konden zij van de bladen nemen
hun
zooveel
als er
wilden. Judith vergezelde hem altoos gezongen en gedanst werd en deed mee,
zij
en
de
vader
middagzon.
verbroedering.
En de
Avon,
herfst
kwam,
En met de
140
te
bed.
tijd
vuor dokter
naar verre
Hall,
moest
rijden
huizingen en
zijn
hel
noemde, welke
hij
gen as.
Maar met Kerstmis zat Shakespeare, die zich de laatste weken zwak had gevoeld, weer met zijn kleindochtertje op de knie bij het helder
haardvuur,
vertellend
van
de
feefin,
die
op
nergens ter wereld durven verschijnen, omdat de haan den ganschen heerlijken, gezonden nacht van vreugde kraait, verkondiger
Kerstmorgen
van het
en
allerheiligste.
De grootmoeder, de dokter
zijn vrouw, strikte lieden en afkeerig van bijgeloovige, heidensche verhalen, luisterden in
verbaasde
ontroering,
hoe
hij,
die
door
zijn
goddeloos
Christen
beroep
nooit
een
plichtsgetrouw
was geweest, zonder Bijbelsche woorverstaanbaar voor een kind, waarheid sprak den, van lijden en zaligheid. De blijde klokken van Guild Chapel en Holy Trinity speelden heel den
dag,
troepjes
kinderen
kwamen
aan de deur
Place him liedjes zingen, in rijke de straat klonken de kerstgroeten tusschen buren
van het
New
en voorbijgangers.
141
Na Driekoningen werden de
toebereidselen
gemaakt voor het huwelijk van Judith en Thomas Quiney, den wijnkooper. Shakespeare lag soms
te
bed
met koortsen
of het
door de regens
kwam, door de misten, door de slechte riolen van Chapel Lane, dokter Hall wist het niet en
zijn
geneesmiddelen baatten weinig. William Shakespeare maakte zijn testament. Kort na het huwelijk zijner dochter kwamen
uit
Ben Jonson
dichter
van Polyolbion, uit Clifford Chambers hem bezoeken. Ben vertelde het nieuws van de
gesproken van dichters en spelers, tot laat den nacht bij de zeldzame wijnen die Quiney
kelder had gehaald, en zoo luidruchtig de stemmen, dat Mistress Ann den
uit zijn
klonken
volgenden morgen haar hoofd schudde bij de argwanende vragen welke buurman Julian Shaw,
de baljuw, deed. Het was Will's laatste vroolijkheid geweest. In Maart herzag en teekende hij zijn testament.
Enkele
weken
tuin,
later
stierf hij.
Op den
drie-
De
narcissen bloeiden
den
aan
den
Avon,
waar de
eerste
142
kinnachtegaal reeds gehoord was, zochten de deren viooltjes.
Hij
vverd begraven
is
in
de kerk.
Er
in
hem
zelf
geschreven,
To
1 digg y dvst encloased heare: Blest be y e man y 'spares thes stones. And cvrst be he y* moves my bones.
er ieder jaar in
over die woorden gelegd, en het is dan feest in net stadje van vreugde, spel en mnziek.
Maar in gewone tijden is het vredig in Stratford. De zelfde vesperklok van voorheen luidt
er
het
nog iederen avond van de Guild Chapel, bij het water, waar een der torentje aan
stervelingen
schoonste
werd
te
ruste gelegd,
in
den winter,
groen
in
den zonier.
145
tot
zijn.
De opdracht
luidt:
To The
sonnets
eternitie
Mr. W. H. all Happinesse and that promised by our ever-living poet wisheth
well-wishing adventurer in setting forth. Er is veel geschreven over Mr. W. H. de beteekenis van het woord begetter. en over
the
T. T."
Men
niet
heeft
is
daarbij
opdracht
gelost vraagstuk. Volgens de overlevering moet er vriendschap bestaan hebben tusschen Shake-
speare en Southampton, aan wien Venus and Adonis en The Rape of Lucrece opgedragen waren; Rowe, die het van Davenant hoorde,
Shakespeares would-be onwettigen zoon, verhaalt van een geschenk dat Southampton zijn
vriend,
of
gunsteling
in
1593
gegeven
zou
hebben.
De
tooneelspelers
Hemynge,
Condell,
Burbage en Phillips niet medegerekend, is er van eenige andere verhouding van den dichter
tot
een
In
1819 ver-
moedde iemand
beteekende, die
W.
H. William Herbert
als
zijn tijd
bekend was
Lord
Pembroke; en
146
dat
dan
de dark
woman" Mary
Fitton was,
Pembroke. Maar dit zijn gissingen. Eenandere is dat deze letters uitlegging van Mr. W. H. zouden
beduiden
zijn
geslachtsnaam
genoemd
als
Herbert.
De
koelbloedige Shakespeareans, die niet voorvan den drukker bijzien dat het een opdracht
was,
die
zoeken
in
Mr.
W.
H. een copy-bezorger
in
den
drukker
de
sonnetten,
afschriften
reeds een poos van hand tot hand gaande, wist te verschaffen, en dat zij werden uitgegeven
titeit
zonder kennis van den schrijver. Over de idenvan vriend en vrouw mag men nu naar
willekeur fantaseeren.
In
zienlijken
Southampton
bedoeld.
De
opdrachten van Venus en van Lucrece, de overSouthamptons bekende levering van Rowe,
schoonheid,
De
dien
gebillijkt
worden door
namen weder-
Romeo
147
voor bespiegeling (Rom. & Jul. V. 3) ; evenals Macbeth en Hamlet is hij afkeerig van
plaats
bloedvergieten (Good gentle youth, tempt not a desperate man, Rom. & Jul. V. 3; Of all men
have avoided thee, Macbeth V. 7; I prithee take thy fingers from my throat, Hamlet V. 1).
else
I
Jaques kent zijn eigenaardige droefgeestigheid, a most humourous sadness; uit den mond van
Lear
smeekt
de gebroken
te
Hamlet
;
om
voor
waanzin behoed
heeft
Zij
hij
worden
later als
Prospero,
zijn
in
die
den man
van
verbeeldingen,
van geloof en
twijfel, die
den man van daden bewondert, begrijpen wel vvaarom de stem van Hamlet zoo vaak wordt
gehoord.
Natuurlijk
andere
schepselen
eigenschappen kenbaar,
hooren.
groepen
bij
elkander
Zoo bijvoorbeeld
Autolycus, Falstaff,
;
Lear,
Timon
Silvia,
Isabella,
10*
148
Biz. 1. Versregel uit Marlowe's Hero and Leander, door Shakespeare aangehaald in As you
like
it
III,
5.
Biz. 5.
of
in
bought with a Million of Repentance, 1592 kort voor zijn dood geschreven: Yes,
Wit
trust
them not:
with
for there
beautified
our
Tyger's
a Heart wrapt in Player's Hide, supposes he is as well able to bum bast out a blank verse as the best of you and being an absolute Johannes Factotum is in his own con;
ceit
the
Tyger's
gedeeltelijke
Henry
VI.
Biz. 7.
Stratford. Er staan
nog verscheidene
o. a. het
huizen
huis
in
uit
de zestiende eeuw,
Street.
hij
Henley
Men weet
alleen
geboortedoor
dat
The Great House heette, bestaan alleen nog de grondvesten, zorgvuldig bewaard in een rustigen tuin waar een moerbezieboom groeit,
149
boom
dien
Shakespeare plantte.
Biz.
13.
dan
de
1593, 1603
1564 was een der hevigste pestjaren nog heviger, en sedert keerde
;
pest bijna jaarlijks terug tot den grooten brand van Londen. 1603 vindt men beschreven
Geboortedag: Volgens het kerkregister werd Shakespeare gedoopt 26 April, overeenkomende met 6 Mei
nieuwe tijdrekening. Zijn sterfdag, 23 ook zijn geboortedag te zijn.
Biz. 13.
II,
April, heet
den eersten
Wandversieringen, painted cloths: Love's Labour's Lost II, 2; As you like it III, 2; Lucrece 245. Er waren er twee in de nalatenBiz.
14.
van
najaarsmarkt, Hiring Fair of Mop Stratford is een der weinige die nog in
15.
De
150
Biz. 16. Eerstetooneelvoorstelling.
De
reizende
zij in
ecn stad
kwamen den
te spelen
om
en voor hem,
te
geven. Toen John Shakespeare 1568 69, speelden de Earl of Worbaljuw was, cester's spelers in Stratford. Het beschreven
vertooning
stuk
zijn
is
The Cradle
of Security, dat
Wilton
in
Biz.
18.
gesticht, staat
speares
tijd,
The Book
Cymbeline
1st.
ii,
4,
is
een
:
stukjesdraaier.
L. L.
L.
Synoniemen
in
de moedertaal
IV.
het boek, L. L. L. V.
Warwickshire.
in
1605
kwamen
Plot
enkele
in
deelgenooten
de
In
Clopton House
het graafschap
bijeen.
werd na
151
Biz. 22.
De
beschermd werd door een wet bepalende dat een ieder op Zondag een muts moest dragen in
trachtte
Engeland vervaardigd van Engelsche wol, zoo de regeering na den afval van Rome
nog de
Het
een
Lear,
visscherij
door de vasten
te begunstigen.
niet
houden van de vasten werd later als van betrouwbaarheid beschouwd. blijk
I,
4.
Tale
IV, 2.
Vergelijk
bride-ale.
leet-ale,
church-ale,
Whitsun-ale,
worden
L.
L.
L.
Ill,
1;
2;
1.
Beaumont en
Woman
Pleased IV,
De
Puriteinen
hadden zich verzet tegen het optreden van Friar Tuck en van de Hobby Horse, vandaar het
spotlied, het refrein
is
jacht ontleend
waren
152
termen.
Troil.
Jul.
II.
<
Cress.
Ill,
2; Othello
er
III,
3;
Rom. &
in
Jonson spot
I,
mee, livery
man
his
Humour,
1.
Biz. 29.
in
Een meisje
in
vergunning
liam
Anne Whately van Temple Grafton, en den dag daarna, 28 Nov. 1582, een andere, waar eveneens
haast
bij
scheen
te
zijn,
aan
William
Shakespeare en Anne Hathaway. De geleerden beweren dat er een schrijffout was van den klerk
;
fantasten
maken
er
in
;
moeiedat de
vergunning voor het huwelijk vroegen, en dat de vrienden van de tweede, dit hoorende, zich
naar
Worcester
haastten
om
een vergunning
voor
het
zij,
een nog sneller huwelijk te vragen. Hoe de vergunning was kostbaar, William
was
ving
De
inschrij-
van
nergens
de
153
gestaan kan hebben ontbreekt in het Worcester wil dat het huwelijk register. Een oud verhaal
plaats had in Aston
is is
eens
men nog
in
niet volledig
de voorgaande blad-
het huwelijk zijden voorgestelde aanleiding tot het eens: Velen niet alle volstrekt biografen zijn
meenen dat
en staven
had
dit door een precontract aan te nemen, een verloving die met een huwelijk gelijk stond. Dit zijn de brave lieden die niets dan braafs
in
hun afgod
zien,
was
de
hij,
toegegeven, althans in
zijn
jeugd
maar
met de sexe
traditie
kwam
liet
hij
van Davenant
onwetecht-
tigen
zoon
's
noemen)
een
schandaal;
zijn
eenmaal
jaars bezocht
onze dichter
genoote en kinderen
in
te Stratford,
hij,
en keerde dan
met
zijn
wonderlijk
waarnemingsvermogen, verstand van mannen en vrouwen kreeg; dat van den appelboom, waaronder hij beschonken
heet geslapen te hebben, dat van het drinkgelag
door
aanschouwing,
154
is
schaamteloos ver-
Biz. 33.
Het
verhaal
van
al
de strooperij
in
op overlevering.
in
Shakespeares
testament
genoemd
hij
en
zijn
vrouw
Judith
Vagebonden. De Poor Law van 1563 noemt onder vagebonden fencers, bearwards, common players in interludes, and minstrels not
Biz. 42.
belonging to any
petty
license
from
begging
without
license
from
the
university
authorities."
Voor de vriendschap van Marlowe geen bewijzen. Een van de zeldzame zinspelingen op een tijdgenoot komt in As you like
Biz. 46.
zijn
it
III,
find thy
saw
of might:
sight.
Who
first
De herder was
natuurlijk de dichter
van
Come
155
live
with
me and
be
my
love
Van
Dr. Faustus
bestaat
niet zeker of
de ingang in Cheapside of in Bread Street was. In Bread Street werd in 1608 Milton geboren.
in 1598gesloten die de Hanseaten voor de vergelding hulp den Spanjaarden boden, tevens als weermiddel
Biz. 51.
De
Steelyard werd
als
uit
Stade.
De
verkorte voornamen.
Heywood
zegt
in
nieuwere
bij
genoemd
Mellifluous Shakespeare,
Commanded
phon
1589
spreekt
Yet English Seneca, read by candlelight, yields many good sentences, as Blood is a beggar,
and so
forth;
and
if
156
Wie was de
notarisklerk?
Men vermoedt
dat
Er
Jul.
I,
was
3.
een
aardbeving
in
1580.
Romeo &
Biz. 65.
De godsdienstige
herleving
in
het
tiental jaren der eeuw. De gestrenge vervolging door Whitgift van de Brownisten, of Separatisten. De eerste Puriteinsche bannelingen
laatste
vestigden zich
Biz. 67.
in
Nederland.
Stratford. In
in
Bezoek aan
1594 kwa-
Coventry.
in
Aldermanbury
Shakespeare woonde, volgens een belastingaanslag, voor 1595 en na 1597 in St. Helen's,
Bishopsgate; daartusschen nabij den Bear Gar-
den
Southwark. De jongste ontdekkingen van Wallace toonen aan dat hij van 1598 tot 1604
in
een zekeren Mountjoy woonde, op den hoek van Monkwell en Silver Streets, en dat hij ook
bij
later
hij
voor zaken
Stratford in
Londen kwam.
157
73.
Biz.
Shakespeares
of
hij
wapen.
werkelijk
Het
wordt
ernstig
betwijfeld
recht had
een geslachtswapen te voeren. Het tweede verzoek aan den wapenkoning was niet om het
wapen, maar
te
om
voeren.
Biz. 73. De meening heerschte nog dat interest woeker was, en woekeraars werden Joden genoemd. In Lodge's Looking Glass for London and England leent iemand 40, ontvangt een
verkoop
dat
in
gemeend
Joden
er
Engeland
waren;
maar evenals
in
vroeger eeuwen reizende Joodsche handelaars zich soms Mooren of Arabieren noemden, zoo
waren
die
uit
er
Nederlanden
lijfarts
van
de
een
Jood.
Om
van
naar Engeland, die vreeselijke verhalen Spaansche gruwelen deed. Kort daarna
zich te
hebben
158
omkoopen om zoowel de Koningin als Antonio Perez te vergiftigen. Bewijs was er niel,
laten
maar
hij
werd
in Juni
Augustus daaraanvolgend werd The Merchant of Venice in The Rose opgevoerd, indien The Venesyan Merchant tenminste,
Den
25sten
of Malta
Shakespeare's stuk was. Behalve Marlowe's Jew was er nog een vroeger stuk The Jew
John Old:
castle
of the
\ Sir John genoemd (Henry IV, 1st., old castle) was zeer bemind. Men heeft
\
t
De
heer
leefde
weelderig. Zie de
in
beschrijvingen
Gull's
van
Thomas Decker
The
Hornbook,
ed. Grosart.
Biz. 81.
verschil
de loonen
helft
in
1560 en 1610,
ofschoon de prijzen de
Biz. 92.
gerezen waren.
reisde
De sterrenwichelaar Dee.
zijn
Hij
boek Stenago-
159
een
handleiding
de muren, waar ook de schouwburgen stonden. De sterfte bedroeg dit jaar een vijfde van de
Londensche bevolking. Andere vreeselijke kwalen waren Gentle Correction" (influenza), gaol
fever" en Fench pocks."
Biz.
102.
De
,2
el
rood
1604.
VIII
tegen duivelskunst (tricesimo tertio of Henry," Jonson, Alchemist), in 1562 bevestigd, werd in
1604
herroepen
Met de
hekserijen
van
een
Blz.l 15.
testament genoemd, of
160
Biz. 139. Dit
beeld boven
en de gravure van Droeshout in de eerste Folio beeltenissen immers zijn de meest betrouwbare
;
werd geplaatst met goedkeuring der verwanten, en het Droeshout portret, vermoehet eerste
delijk
in
in
de Memorial Library te Stratford hangt, werd de eerste volledige uitgaaf door zijn vrienden
en Condell opgenomen.
Hemynge
Uitgaven van Shakespeares werken. Gedurende zijn leven werden, zonder zijn toestemming, door verschillende boekverkoopers zestien spelen gedrukt naar aanteekeningen die zij in
den schouwburg maakten. Dit zijn de Quartos. In 1623 verscheen, in folio, de eerste volledige
uitgave van zes-en-dertig spelen, bezorgd door Hemynge en Condell en gedrukt door Blount en
in
1632,
1663
Tot de beste nieuwe uitgaven, samengesteld naar den text van Quartos en Folio, behooren
Variorum
Spelling
edition
van
H.
Furness
;
The Old
;
161
Leopold, Globe, Arden editions; en vooral ook de Shakespeare Head Press edition van Bullen.
En
kleinere
De volgorde
stukken,
zooals
zij
in
de
voorgaande schets
en
Furnivall.
Zij
met de
jaartallen of
Love's
Verona 1590
Juliet
Comedy
Richard Richard
of
III
II
Errors 1591
Rom. &
1591
1592; Midsummernight's
Dream 1593
1593; King John 1594; Merchant of Venice 1594; I Henry IV 1595; II Henry IV 1596;
The Taming
Shrew 1597; Merry Wives of Windsor 1598; Henry V 1598; Much Ado about
of a
;
Nothing 1599; Twelfth Night 1600; All's Well That Ends Well 1600 Julius Caesar 1601 Hamlet 1602; Measure for Measure 1603; Troilus and
;
of
thony and Cleopatra 1607; Coriolanus 160708; Cymbeline 1609; Winter's Tale 1610; The
Tempest
1611.
N T
ABBOTT, A Shakespearean Grammar. Arber's English Reprints, and Scholar's Library. Brassington, Shakespeare's Homeland. Collier, Annals of the Stage.
Dekker's Dramatic Works, and Prose Works,
ed. Grosart.
ed. Grosart.
of the ed.
Armada.
Cunningham.
Silence.
163
and
New
Ward, English Dramatic Literature. Wheatley, London Past and Present. Wheler, Account of the Birthplace of Shakespeare.
Wise,
Shakespeare,
His
Birthplace
and
its
Neighbourhood.
lv
his
book
is
DUE
on the
List
Form L9-Series4939