In het kader van 150 jaar Keti Koti heb ik het artikel Het Afrikaans element in Groot-India geschreven.

Het is verschenen in Sandes van vrijdag jl. Sandes verschijnt elke vrijdag in Dagblad Suriname. (In de krant zijn de vetdruk van enige woorden en de onderstreping van enige letters weggevallen. Die zijn er hieronder wel. En er zijn een zin en een paar woorden bijgevoegd, in blauw.) Ik heb een aantal fotos en afbeeldingen hieronder bijgevoegd. Ik heb helaas geen afbeelding van de Marron Siddi Bastian kunnen vinden. Mocht men Sandes elke week via e-mail willen ontvangen, dan kan men mailen naar Sandes, sandesa@ohmsur.org, info@ohmsur.org, of bellen op 465151, 465757. U krijgt dan ook het OHM-bulletin. Deze mail heb ik naar een 100-tal personen gestuurd. Gaarne deze mail naar anderen forwarden. Atma

In het kader van 150 jaar Keti Koti:

Het Afrikaans element in Groot-India

Het zal voor velen een verrassing zijn dat er een Afrikaans element in Groot-India is. GrootIndia is dat deel van het vasteland van Zuid-Azi dat vroeger een hindu beschaving was India, Pakistan, Bangladesh, Nepal, Bhutan- met het eiland Sri Lanka, en omstreken. 1. Een deel der Zuid-Indirs wordt door wetenschappers ingedeeld bij het negride ras. 2. Er waren handelscontacten tussen Groot-India en Oost-Afrika. Er is wat bekend over handel met Ethiopi en Egypte, ong. 2000 jaar geleden. Daarna is er handel ontstaan met de rest van Oost-Afrika. 3. Islamitische heersers in Groot-India namen voor hun legers en lijfwachten OostAfrikanen in dienst. Hindu koningen hadden lijfwachten. Dit vanwege hun goede vechtcapaciteiten, grote lichaamskracht en grootte, en het feit dat Islamitische heersers hen meer vertrouwden dan bewoners van hun rijken. Islamitische, Portugese (in o.a. Goa) en Britse heersers haalden ook slaven uit vnl. Oost-Afrika. I.t.t. de slaven in de Amerikas waren de slaven ook bestemd als soldaat voor legers en oorlogsvloten en als zeeman. Ze hadden het over het algemeen iets beter en konden ook sociaal makkelijker stijgen. De Afrikanen waren Bantoes uit Zuidelijk Afrika, Ethiopirs, Somalirs, Moren, e.a. Een groot deel van hen wordt Siddi en Habshi genoemd. Habshi komt van Arabisch Al-Habsh (Abessini=Ethiopi). Habshi betekent eigenlijk Ethiopir. In Sarnm is het Habsi. Een aantal soldaten en slaven zijn heersers geworden. Heerser Malik Ambar, ex-slaaf, en zijn leger van voornamelijk ex-slaven i.s.m. de legers van de hindu Marth s zijn de ondergang geworden van het islamitische Mughal Keizerrijk. De slaaf Ikhlas Khn pleegde met andere slaven een staatsgreep en werd de sultan van het islamitische rijk Bijpur in Zuid-India. De lijfwacht Siddi Badr pleegde met o.a. Afrikaanse soldaten een staatsgreep in een islamitisch rijk in Noordoost Groot-India en werd sultan. Nakomelingen van Afrikanen waren een geduchte zeeroversmacht geworden die een machtig fort, Murud-Janjira*, had op een eiland voor de westkust van India. Ze waren zo machtig dat het de machtige oorlogsvloot van de hindu koning Sivaj niet is gelukt deze zeerovers te verslaan. Dat lukte Arabische, Portugese en Nederlandse vloten ook niet. Uiteindelijk is het een Britse vloot (met o.a. 600 Afrikaanse soldaten) gelukt hen te verslaan. Duizenden slaven ontvluchtten de Portugese gebieden in India, en verscholen zich in het binnenland; zij waren Marrons (Engels: Maroons). Een deel van hen viel tijdens de Groot-Indiase opstand in 1857-58 (Mutiny) samen met Indirs Portugese en Britse vestigingen aan en vernietigden ze. De Marrons en Indirs stonden o.l.v. de Marron Siddi Bastian. Hij was enigszins te vergelijken met Baron, Boni en Joli Coeur. Ook daar was het zo dat de Portugezen afspraken maakten met heersers om gevluchte slaven terug te geven. Er leven ongeveer een half miljoen personen van Afrikaanse afkomst in Groot-India. Ze leven al dan niet in stamverband. De meeste zijn muslim, veelal sufi, andere hindu, christen. Zij hebben meer of minder hun oorspronkelijke Afrikaanse cultuur behouden. Een Surinaamse sociologe van Marron afkomst vertelde mij een aantal jaren geleden dat zij met andere

Marrons Afro-Indirs hadden bezocht in India. In Bollywoodfilms kan men acteurs zien, mogelijk van deze afkomst: Naziruddin Shah heeft kroesachtig haar, en er is een grote Afrikaan in een van de Hera Pheri films. Ze vallen in de sport enigszins op als atleten en boksers. In Suriname zijn er een aantal Hindoestanen die Afro kenmerken hebben. Dit kan komen door een Zuid-Indiase of Afrikaans-Indiase afkomst. Het feit dat Sri Sathya Sai Baba*, geboren in Zuid-India, groot kroesachtig haar had, is mogelijk een voorbeeld hiervan. Er is geopperd dat het haar het gevolg kon zijn van een ruwe geneesmethode als kind op hem toegepast, en dat hij bewust gekozen had voor een uiterlijk met een Afrikaanse inslag. Aan eenieder toegewenst: Subh Keti Ktal! *Uitspraakhulp: Shr Satya Si Bb, Murr-Janjr Bronnen: Wikipedia, A History of India, De Nieuwe W.P., Avontuur van de Mens, e.a. drs. Atma Jagbandhan

Meisje van Karntaka, Zuid-India

Man van Sindh, Pakistan

Volksdansers, Gujart, Noordwest India

Heerser Malik Ambar

Ikhlas Khn, Sultan van Bijpur

Murr-Janjr Fort