Professional Documents
Culture Documents
Rob Ruiter
Work and Social Psychology Universiteit Maastricht
Positief of Negatief?
Positief of Negatief?
Positief of negatief?
Positief of negatief?
Positief of Negatief?
Positief of Negatief?
Positief of Negatief?
Attitudes
Attitude-expressie
Attitudeverandering
Attitudeverandering
Attitudeverandering
Attitudeverandering
(gelukkig maar)
Attitudes are probably the most distinctive and indispensible concept in contemporary social psychology (Allport, 1935) We gebruiken evaluatie om betekenis te geven aan de dingen om ons heen (Osgood et al., 1957). We delen onze omgeving automatisch in in goed versus slecht (Fazio et al., 1986; Bargh et al., 1992)
Attitudes: 3 componenten
Attitudes hebben 3 componenten:
Cognities
gebaseerd op je beliefs en cognities.
Affect
Gebaseerd op gevoel en emoties.
Componenten van attitudes
Gedrag
Gedrag benvloedt attitude Attitudes benvloeden gedrag
Cognitie Affect Gedrag
negatief
Faculty of Psychology & Neuroscience
positief
Psychologische geneigdheid/tendens:
intern proces, niet observeerbaar mentale toestand hypothetisch construct: verklaart een gedeelte van de relatie tussen observeerbare stimuli en responsen
Afleidbaar Observeerbaar Stimulus (reclameboodschap) Cognitieve processen Affectieve processen Hormonale processen Neurologische processen
Faculty of Psychology & Neuroscience
(oordeel, gedrag)
Afhankelijke variabelen:
Attitude ten aanzien van relatie Na 37 weken: Is het nog aan?
Vijf posters die vrij populair waren onder studenten Je mag er eentje kiezen en meenemen Twee condities
Redenen geven: waarom deze? Controle conditie
Afhankelijke variabele:
Ppn werden opgebeld: Ben je er blij mee?
kakkerlak
Prime 200 ms
vreselijk
Facilitatie: prime en target zijn congruent Inhibitie: prime en target zijn incongruent
Faculty of Psychology & Neuroscience
Situation
Attitude formation
Intention
Behavior
Opportunity
Behavior
https://implicit.harvard.edu/implicit
Attitude
Gedrag
Attitudes en gedrag
LaPierre (1934), reisde met zijn Chinese vrienden: ze bezochten 67 hotels en 184 cafes en restaurants En keer werden ze geweigerd
La Pierre (1934)
The place was a small California town, a rather inferior autocamp into which we drove in a very dilapidated car piled with camp equipment. It was early evening, the light dim that the proprietor found it somewhat difficult to decide the genus voyageur we belonged. I left the car and spoke to him. He hesitated, wavered, said he was not sure that he had two cabins, meanwhile edging towards our car. The realization that the two occupants were Orientals turned the balance or, more likely, gave him the excuse he was looking for. No, he said, I dont take Japs!. In a more pretentious establishment we secured accomodation, and with an extra florish of hospitality (p. 232-233).
Faculty of Psychology & Neuroscience
Attitudes en gedrag
LaPierre (1934), reisde met zijn Chinese vrienden: ze bezochten 67 hotels en 184 cafes en restaurants Een keer werden ze geweigerd Maar.... Opbellen: 91% zou de Chinese gasten niet accepteren
Behavior?
Hoe specifieker je meet, hoe beter een attitude gedrag voorspelt Attitude maat
Attitude ten opzichte van anti-conceptie Attitude ten opzichte van de pil
Attitude ten opzichte van het gebruik van de pil Attitude ten opzichte van het gebruik van de pil gedurende de komende 2 jaar
.53
.57
NEE!
Soms..
Wanneer?
Faculty of Psychology & Neuroscience
Hoe?
Als je gedrag en attitude op hetzelfde niveau meet (correspondence principle) Als de attitude sterk is.
Agreement among 5 major behavioral scientists on key determinants of behavior (Fishbein et al., 2001): 1. The person has formed a strong intention (or made a commitment) to perform the behaviour. 2. No environmental constraints make it impossible for the behaviour to occur (barriers). 3. The person has the skills necessary to perform the behaviour. 4. The person believes that the advantages of the behaviour outweigh the disadvantages (attitude). 5. The person perceives more social (normative) pressure to perform the behaviour than not to do so (subjective norm). 6. The person perceives that performing the behaviour is more consistent than inconsistent with his or her own self-image (personal norm). 7. The persons emotional reaction to performing the behaviour is more positive than negative.
8. The person perceives that he or she has the capability to perform the behaviour under a number of different circumstances (self-efficacy).
Gedrag
attitude
Stel, persoon X wordt door een zeer aardige proefleider gevraagd om een gefrituurde sprinkhaan op te eten en doet dit vervolgens ook. Stel, persoon Y wordt door een onaardige proefleider gevraagd om eenzelfde gefrituurde sprinkhaan op te eten en doet dit vervolgens ook.
Wie van deze twee personen zal de sprinkhaan achteraf lekkerder vinden?
Faculty of Psychology & Neuroscience
Cognitieve dissonantie = gevoel van ongemak dat ontstaat wanneer een persoon zich bewust wordt van twee strijdende cognities
Cognitieve dissonantie
Mate van cognitieve dissonantie:
Verhouding tussen consonante/dissonante cognities Belang van cognities
Makkelijk op te roepen?
Geef aan in hoeverre je het eens bent met de volgende stellingen; gebruik daarvoor de volgende schaal:
1 = helemaal mee oneens --- 5 = helemaal mee eens
____ 1. Drie keer in de week sporten verbetert de gezondheid. ____ 2. Gevarieerd eten, inclusief voldoende fruit, groente en weinig dierlijke vetten, draagt bij aan een goede gezondheid ____ 3. Het is essentieel dat iedere burger met stemrecht zijn stemrecht ook gebruikt, zodat de regering inderdaad de wil van het volk r epresenteert. ____ 4. Zinloos geweld is een serieus sociaal probleem dat onze aandacht verdient.
Makkelijk op te roepen?
Beantwoord onderstaande vragen door aan te geven of je wel of niet het gedrag hebt uitgevoerd (ja/nee) 1. 2. 3. 4. Ik maak tijd vrij om tenminste drie keer in de week te kunnen sporten. Ik eet minimaal vijf dagen per week voldoende fruit en groente. Ik heb in de laatste verkiezingen gestemd. In het afgelopen jaar heb ik persoonlijk iets gedaan om het probleem van zinloos geweld aan de orde te stellen.
http://www.youtube.com/watch?v=korGK0yGIDo &feature=related
Stel, persoon X wordt door een zeer aardige proefleider gevraagd om een gefrituurde sprinkhaan op te eten en doet dit vervolgens ook. Stel, persoon Y wordt door een onaardige proefleider gevraagd om eenzelfde gefrituurde sprinkhaan op te eten en doet dit vervolgens ook.
Wie van deze twee personen zal de sprinkhaan achteraf lekkerder vinden?
Faculty of Psychology & Neuroscience
Zelfperceptie theorie
Vooral bij attributie van gedrag
Externe attributie van gedrag
geen vrije keus leuke experimentator hoge beloning
Zelfperceptie of dissonantie?
Zelfperceptie: ik drink coca cola, dus zal ik het wel lekker vinden Attributie-proces
Faculty of Psychology & Neuroscience
Dissonantie: Ik drink coca cola, maar ik werk voor Pepsi Arousal, motivatie-proces
Hamburger Model
.33* -.04 .48** Gedrag
Zwakke attitude
Attitude
Sterke attitude
.36* Gedrag
.00
Attitude
.73**
Kortom
Centraal concept in de sociale psychologie
Twee soorten attitudes Beredeneerde attitudes Automatische evaluatie Attitudes benvloeden gedrag: In objectieve situaties Goed meten Attitudesterkte (activatie)
Gedrag benvloedt attitudes: Zelf-perceptie: koud cognitief proces Dissonantie: heet motivationeel proces Attitudesterkte
Faculty of Psychology & Neuroscience