Professional Documents
Culture Documents
Contents
1 Veerbeweging
1.1 Kenmerkende grootheden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1.2 Differentiaalvergelijking van de ongedempte harmonische trilling
1.3 Differentiaalvergelijking oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1
1
2
4
The equation was very complicated but the professor, being a tactful and
modest man, used the word ordinary to describe it
1
1.1
Veerbeweging
Kenmerkende grootheden
Een veer in zijn ruststand beweegt niet. Zodra je een veer een bepaalde uitrekking
of indrukking geeft, gaat deze veer bewegen. De veer krijgt dan een bepaalde
uitwijking, zijn maximale uitwijking noemen we de amplitude. Wij gaan het
hebben over de ongedempte harmonische trilling. Een ongedempte harmonische trilling beweegt periodiek, hiermee bedoelen we dat een trilling dezelfde
tijdspan heeft. Dit noemen we de periode van een trilling. Wanneer een veer in
van zijn maximale uitrekking is en naar zijn maximale indrukking gaat, gaat de
veer door zijn evenwichtsstand. Dit punt noem je het evenwichtspunt.
De ongedempte harmonische trilling zou in de werkelijkheid niet voorkomen,
dan spreek je over de gedempte trilling waarbij de veer uiteindelijk terugkomt
in zijn ruststand.
Een veer beweegt met een bepaalde snelheid en een bepaalde versnelling. De
snelheid is maximaal in de evenwichtsstand en hierbij heeft de veer geen versnelling meer. De versnelling is maximaal wanneer de veer geen snelheid meer
heeft, dit is in de maximale uitwijking ofwel amplitude.
De snelheid van een object, in ons geval de veer, beweegt in een bepaalde afstand
over tijdsinterval. In formulevorm geeft dit
v=
s
t
1.2
(2)
Daarboven, we willen niet dat dit alleen geldt dat we beginnen bij 0, 2, 4, 6, 8...
(ecetera) op de eenheidscirkel. We willen dat het functievoorschrift voor de
plaatsbepaling altijd geldt, dus we moeten rekening houden met een beginfase,
dit wordt bepaald waar de veer begint met zijn uitrekking op t = 0 begint. De
beginfase noemen we .
Het functievoorschrift voor de plaatsbepaling wordt dan
s(t) = A sin(t + )
(3)
ds
dt
en de kettingregel.
(4)
d s
Differentieren van formule (4) geeft met behulp van as (t) = dv
dt = dt2 en weer
gebruikmakend van de kettingregel. Het functievoorschrift voor de versnelling
wordt dan
as (t) = 2 A sin(t + )
(5)
1.3
Differentiaalvergelijking oplossen
dv
dt
d2 s
dt2 .
k
m
s(t) is
k
d2 s
=
s(t)
(6)
dt2
m
Dit is onze differentiaalvergelijking voor de ongedempte harmonische trilling
k
met m
> 0. Dit is een tweede-orde differentiaalvergelijking namelijk
00
y + 2 y = 0
k
Waarbij y staat voor de plaatsfunctie s(t) en 2 staat voor de constante m
.
x
Om de algemene oplossing te vinden stellen we y = e . Dan krijgen we de
karakteristieke vergelijking
2 + 2 = 0
(7)
p
p
0 02 (4 1 2 )
b2 4ac
42
=
=
=
= i
2a
2
2
Dus voor de algemene oplossing, met A en B willekeurige constanten, geldt
b
y = A ex cos(t) + B ex sin(t)
y = A cos(t) + B sin(t)
Aangezien we formule (6) ook kunnen oplossen door de plaatsfunctie en snelheidsfunctie in te vullen krijgen we
k
A sin(t + )
m
r
k
=
m
2 A sin(t + ) =
2 m = t k
r
m
t = 2
k
2
t
Meestal wordt de trillingstijd t aangegeven met een grote letter T en de krachtconstante k wordt aangegeven met de veerconstante C, dus de formule van het
massa-veersysteem voor de trillingstijd is
r
m
T = 2
C
d2 y
= g
dt2
Voor geldt =
s
L
y(t)
L
(8)
(9)
2 A sin(t + ) = g
A sin(t + )
L
(10)
Oplossen geeft
r
=
g
L
(11)