Professional Documents
Culture Documents
Belga
Geachte dames en heren
Het is voor mij een eer om hier vandaag, aan het monument voor de
gedeporteerden van de Tweede Wereldoorlog het woord te voeren. Ik zie het als
een daad van burgerschap, maar ook van verantwoordelijkheid van de moslims
tegenover de joodse gemeenschap van deze stad en dit land.
Want ook al heeft de islam vandaag vaak de perceptie tegen, toch is de islam een
godsdienst die het vreedzaam samenleven met de anderen nastreeft.
'Moslims hebben de joodse gemeenschap in het verleden sterk gesteund'
De islam biedt inderdaad een vruchtbare aarde voor co-existentie en
vredelievend samenleven tussen de verschillende levensbeschouwingen en
godsdiensten. Dit wordt bekrachtigd door onder meer het Koranvers waarin God
ons vraagt: "En twist met de mensen van het Boek slechts op de goede wijze".
Dit Koranische vers werd het best uitgevoerd in een rele samenleving, zoals die
bestond tussen moslims, christenen en joden in het oude Andalusi.
In het oude Andalusi waren moslims immers meer dan 800 jaar aan de macht
terwijl joden in een veilig en geruststellend klimaat leefden, zonder te moeten
vrezen voor een verlies of aanval op hun godsdienst, identiteit of eigendommen.
Nog meer, zelfs de begraafplaatsen en gebedshuizen van de joden werden
beschermd door de islam en de moslims. Tijdens deze periode was het niet nodig
voor joden om hun identiteit verborgen te houden ter bescherming, wat wel het
geval was ten tijde van de nazi's.
De relatie tussen de moslims en de joden werd sterker nadat ze beiden uit
Andalusi verdreven werden doordat de christenen aan de macht kwamen. Vele
joodse broeders werden met open armen ontvangen in Marokko en de Arabische
Magreb-gebieden. De joden leefden dan ook veilig verder onder Arabisch
bewind. Dit wordt uitgebreid bevestigd in het boek 'Juifs d'Andalousie et du
Magreb' van Ham Zafarani.
Ook ten tijde van de Holocaust werden de Europese joden niet aan hun lot
overgelaten door de moslims. Moslims hielpen de joden immers tegen de
systematische vervolging door de nazi's. Moslims boden onder meer hun
woningen en gebedshuizen aan om joden te laten schuilen.
Uit het bovenstaande blijkt dat moslims de joodse gemeenschap in het verleden
sterk gesteund hebben. Misschien wordt deze bijdrage van de moslims vandaag
niet genoeg belicht omdat moslims dit beschouwen als een menselijke plicht,
eerder dan een religieuze plicht.
Een man die een sterke bijdrage leverde in het beschermen en helpen van de
joden is Abdelqader Ben Ghabrit. Deze Algerijnse directeur van de Parijse
moskee bracht zijn eigen leven in gevaar door vele joden in 1940 onderdak te
bieden in de moskee, wanneer de Duitsers Frankrijk binnenvielen. De man zorgde
bovendien voor valse identiteitsdocumenten die de zogezegde Arabische en
islamitische achtergrond van de joden bevestigde, om hen zo te behoeden van
enige vervolging.
Vredevol samenleven
Het verhaal van Abdelkader Ben Ghabrit is geen uitzondering. Een ander
voorbeeld is Abdol Hossein Sardari. Deze man werd in 1941 aangesteld door het
Iraanse consulaat. Hij redde meer dan 2000 joden van de nazi's door hen een
bewijs te leveren waar op stond dat men onderdaan was van Iran, en dus deel
uitmaakte van het Arische ras. Nog een andere persoon die joden hielp was de
Egyptenaar Mohammed Helmy. Helmy was dokter in Berlijn tijdens de tweede
wereldoorlog. Hij verborg gedurende drie jaar een joods meisje, waardoor hij in
2013 de titel "Rechtvaardige onder de Volkeren" kreeg 31 jaar na zijn overlijden.
Helm was de eerste Arabier die deze erkenning kreeg.
Sant'Egidio
Voor moslims is het beschermen van mensen in nood, zoals de joden tijdens
de vervolgingen, nog meer een menselijke dan een religieuze plicht, stelde
imam Sad Aberkan zondagavond bij het Monument van de Gedeporteerden
aan de Belgilei in Antwerpen. Hij verwees onder meer naar de Egyptische
arts, Mohammed Helmy, die in Berlijn woonde en drie jaar lang een joods
meisje verborg. Daardoor kreeg hij in 2013 als eerste Arabier de titel
Rechtvaardige onder de naties.
De moslimgeestelijke was zondagavond een van de 250 deelnemers van de
jaarlijkse holocaustherdenking Wie vergeet, is gedoemd te herhalen op
initiatief van de Sint-Egidiusgemeenschap, in samenwerking met de joodse
gemeenschap. De heel verscheiden groep stapte van het Hendrik
Conscienceplein naar het Monument aan de Belgilei. Het was de eerste keer
dat een imam er het woord voerde.
Regina Sluszny
Sad Aberkan
Jan De Volder
Pers
Holocaust herdacht met indrukwekkend optocht (Het Nieuwsblad, 12/09)
Imam spreekt op herdenking van Holocaust (Gazet van Antwerpen, 12/09)
Fotos