You are on page 1of 6

Motivatie

Voordat ik mijn opleiding aan de HKU begon, heb ik in mijn loopbaan als cameraman nooit
eerder een camera-of soortgelijke opleiding gevolgd. De basisvaardigheden van camera en
licht heb ik mezelf aangeleerd door veelal te kijken naar hoe de hollywood industrie camera
professionals het doen. Een van de cinematografen die mij het meest opviel is Bradford
Young. Bradford is een goede belichter, hij beheerst de cameratechniek en weet hoe hij zijn
werk ten dienste van het verhaal moeten opstellen. Daarnaast is hij ook de enige zwarte
cinematograaf die met de toppers als Roger Deakins, Rachel Morrison, Hoyte van hoytema
en Bill Pope aan tafel zit. Als cameraman heb ik mezelf de vraag gesteld hoe ik ook op het
niveau van Bradford kan draaien.

Onderzoeksvraag
Wat is de visie van de cinematograaf Bradford Young met betrekking tot zijn
makerschap (als donkere maker) en hoe past hij het toe in zijn werk?

Subvragen
Hoe heeft de cinematografische stijl en project keuze van Bradford Young zich ontwikkelt
vanaf het begin van zijn carrière tot heden?
Hoe zien wij zijn activisme als afro amerikaanse maker terug in zijn werk (op het vlak van
project keuze/ thematiek en vormgeving/ stijl)

Relevantie onderzoek
Dit onderzoek zal bijdragen aan mijn werkzaamheden tijdens het maken van een
afstudeerfilm, en ook bij het maken van films in de toekomst. Ik wil met dit onderzoek
ontdekken welke methoden, technieken en strategieën ik kan toepassen om mijn
camerawerk te verbeteren. De drang om technisch beter maar ook mooier camerawerk te
leveren is voor mij lijdens in dit onderzoek.
Hoofdstuk 1
Wat zijn filmtechnieken
Filmtechnieken zijn methodes die gebruikt worden om de inhoud van een film over te
brengen op toeschouwers, dusdanig dat het bij hen emoties teweeg brengt. De kijker
moet zich kunnen inleven in een film en dat gebeurt door middel van verschillende
cameratechnieken. Maar wat houdt dit in?
In dit onderzoek zal ik mij richten tot filmtechnieken die zich beperken tot
cinematografie.

Het beeld
Het beeld kunnen wij op verschillende manieren weergeven. Hiervoor gebruiken wij
verschillende methodes die te onderscheiden zijn in:

Camerastandpunt.
De camera kent verschillende standpunten. Deze zijn
1. Neutraal Perspectief: het onderwerp wordt op ooghoogte in beeld gebracht
2. Kikkerperspectief: het onderwerp wordt van onderaf in beeld gebracht
3. Vogelperspectief: het onderwerp wordt van bovenaf in beeld gebracht
Verder spreekt men ook over “ver of dichtbij”. Hiermee bedoelt men de afstand van
de camera in relatie tot het te filmen voorwerp.

Camerabeweging.
De camera kan op verschillende manieren bewegen. Dit kan zijn:
Horizontaal, denk maar aan een tiltshot of een rijder.
Verticaal, denk aan een pan- of trackingshot
Draaiende beweging, denk maar aan een camera op een steadycam.

Kadrering.
Bij kadrering gaat het om het kader dat de regisseur/cameraman kiest. het kader kan
zijn: een close up: vaak een deel van het lichaam, meestal het gezicht; of een
voorwerp geïsoleerd uit zijn omgeving.
Een medium-shot: personen worden getoond van hoofd tot middel.
Een long shot: personen ten voeten uit distant shot: opname van zeer grote afstand,
personen of objecten zie je als stipjes
Cameraperspectief
Hierbij gaat het om het perspectief van waaruit de gebeurtenis wordt geregistreerd.
Het perspectief kan zijn:
objectief: de camera registreert wat er gebeurt. Je ziet de situatie vanuit een afstand
als kijker.
Subjectief: het verhaal wordt vanuit een van de personages vertelt. De kijker ziet wat
het personage ziet.
Scherpstelling
De keuze voor het deel van het beeld waarop de camera scherpstelt

Zwart-wit/kleur.
Hierbij gaat het over keuzes voor contrast en kleur scherpte.

Filmformaat
Het filmformaat verwijst naar de breedte van de filmrol (vroeger) of naar het aantal
beeldlijnen (tegenwoordig). Er zijn verschillende groottes van filmformaten. De
bekendste formaten zijn digital cinema 4k(4096x2160), HD tv 1080p(1920x1080) en
NTSC dvd (720x480 ) en op film zijn dat 16mm-film en de 35mm-film. Voor de
gangbare bioscoopfilm is het formaat 35 mm op film.

Belichting
Bij deze techniek worden er ten eerste twee soorten lichtbronnen onderscheiden:
harde en zachte. Een harde lichtbron stuurt een bijna evenwijdige stralingsbundel en
veroorzaakt een harde schaduw. De meestal zeer compacte lichtbron geeft een
goed controleerbare lichtbundel. Een zachte lichtbron daarentegen laat het licht
verder uiteenwijken waardoor de schaduw zachter zal zijn. Over het algemeen wordt
zacht licht gegenereerd door een relatief grote lichtbron.
Ten tweede onderscheiden we verschillende richtingen van het licht, want ook de
richting van het licht is van groot belang. Een goed uitgelichte scène zal bijna altijd
een combinatie van harde en zachte lichtbronnen vanuit verschillende richtingen zijn.
Er zijn 5 richtingen van het licht: het voorlicht, zijlicht, tegenlicht, bovenlicht en
onderlicht.

Bij het voorlicht hangt het licht net achter de camera. Zo valt het licht meteen naar
voren op het object. Op deze manier zal een vlakke belichting met weinig
schaduwen ontstaan.
Het zijlicht is ook meer op de voorkant van het object gericht en van min of meer
opzij. Er ontstaan daardoor schaduwen, er wordt een suggestie van diepte gewekt,
oppervlaktestructuren worden zichtbaar en de kleurweergave is optimaal.
Het tegenlicht hangt achter het object en schijnt dus naar de camera toe. Hierdoor
zal een zeer contrastrijk plaatje ontstaan.
Een weinig toegepaste lichtsoort is het bovenlicht. Het wordt weinig gebruikt omdat
het licht recht boven het object hangt, want dit zorgt er namelijk voor dat de
schaduwen een lelijke richting krijgen. Er wordt ook diepte gesuggereerd, en
bovendien is de kleurweergave niet goed, omdat de loodrechte vlakken daardoor
relatief weinig licht krijgen.
Een laatste lichtsoort is het onderlicht. Het komt zo veel mogelijk van beneden. Dit
zorgt voor een theatraal, absurd beeld en wordt alleen gebruikt voor speciale horror
effecten.
hoofdstuk 2
De cinematografie van Bradford Young

Beeld
Bradford draait het liefst op de Arri Alexa. Dit vanwege het groot dynamisch bereik
van de camera. Het dynamisch bereik zorgt ervoor dat zowel in de donkere als lichte
delen van het beeld genoeg informatie beschikbaar is, die later terug kan worden
geroepen. Overigens is Bradford zijn werk bekend om het gebruik van grote
contrasten tussen licht en donker. Als het gaat om de verhouding van het beeld kiest
hij voor een aspectratio van 2:39:1 (anamorphic). Met deze instelling kan de gehele
resolutie gebruikt worden voor het beeld, resulterend in een betere beeldkwaliteit.

Het komt vaak voor dat een cinematograaf de camera niet zelf bedient, maar een
camera operator daarvoor inhuurt. Dit gebeurt meestal bij films die op meerdere
camera's tegelijk worden gedraaid, de zogenaamde “grote films”. Bradford kiest
ervoor om de camera zelf te bedienen. ​(-verklaring)

Lenzen
Als het op lenzen aankomt kiest bradford graag voor anamorphics. Zijn overweging
hiervoor gaat vaak samen met de manier waarop hij het verhaal wil vertellen.
Volgens Bradford moet de lens passen bij de look van de film. Naast anamorphic
lenzen kiest hij er ook voor om te draaien met een grote scherptediepte. Hij
omschrijft de lenzen die hij gebruikt als “fast lenses”. Een fast lens of snelle lens is
een lens die veel licht doorlaat, waardoor het creëren van een grote scherptediepte
mogelijk is.
Het gebruik van zo een fast lens is terug te zien in de film The Arrival. De film is
gedraaid op de Arri Alexa XT M camera. De lenzen die hij voor deze opname heeft
gebruikt zijn de Camtech Vintage Ultra Primes, Kowa Cine Prominar en de Zeiss
super Speed lenzen. Bradford heeft voor deze lenzen gekozen omdat ze hem, naar
zijn mening, de mogelijkheid geven om te experimenteren met het contrast tussen
donker en licht. Daarnaast heeft hij gelet op de rauw-en zachtheid die de lens de
personages gaf, de kadrering en de vertekeningen in de afstand tussen personages
in een frame. De film is voornamelijk gedraaid op een brandpuntafstand van 28mm
en een diafragma van t/1.9. Bradford heeft voor deze brandpuntsafstand gekozen
omdat de focus in het verhaal op de personages ligt en met de 28mm kon hij de
personages goed portretteren. Met een diafragma van T/1.9 kon hij een
scherptediepte creëren om hetgeen dat niet in focus was, net niet onopgemerkt
voorbij te laten gaan.
Naast de kadrering, brandpuntsafstand, scherptediepte en de rauw-en zachtheid van
een lens let Bradford ook op wat voor invloed de keuze van een lens kan hebben op
de manier hoe een personage eruit ziet op het beeld.
Licht
Als het op licht aankomt doet Bradford de lampen eerder uit aan dan aan. Zijn
manier van belichten gaat daarom ook niet onopgemerkt aan andere makers voorbij.
Hij probeert het licht zo natuurlijk mogelijk na te maken. Met natuurlijk wordt bedoeld
dat de kijker de bron van waar het licht vandaan komt, te zien krijgt. Dit doet hij door
practicle light te gebruiken. Practicle lights zijn lichtbronnen die duidelijk te zien zijn
als onderdeel van het decor in een scene. bijvoorbeeld een een staande lamp. Deze
practicle lights sluit hij aan op een dimmer om zo controle over het licht te hebben.
Overdag maakt Bradford gebruik van het aanwezige zonlicht. In de film “Aint them
bodies saint” zijn alle dag scenes met natuurlijk (aanwezige zonlicht) gedraaid.

Bij het belichten van gezichten gebruikt Bradford zacht licht. ​Zacht ​licht​ is afkomstig
van grote, diffuse lichtbronnen en verlicht het onderwerp als op een bewolkte dag.
Het licht is egaal, dat wil zeggen dat er geen diepe schaduwen zijn of hinderlijke
reflecties.

Er zijn verschillende manieren waarop je zacht licht kunt maken. Bradford zijn
voorkeur gaat uit naar het gebruik van een booklight. Om vrij met de camera te
bewegen gebruikt hij vaak een toplight, meestal een kinoflo. Deze monteert hij aan
het plafond of aan op een Boomarm.
Bradford zou geen bradford zijn als het licht niks bijdraagt aan het verhaal. Net als
zijn lenskeuze speelt ook de manier waarop hij het licht maakt een belangrijke rol bij
de vertelling van het verhaal. In een scene uit de film Selma zien wij Martin Luther
King en zijn entourage zitten in een cellenhuis.

Zij worden beschuldigd van verstoring van de openbare orde. Deze heeft Bradford
uitgelicht alsof de mannen zich op een slavenschip bevinden. Het felle zonlicht komt
vanuit het enige raam de cel binnen en belicht de helft van de personages hun
gezicht. De andere helft laat hij in het donker. Deze manier van belichten gebruikt hij
als metafoor om aan te geven dat de donkere mensen, in de periode waarin het
verhaal zich afspeelt, verkeren in dezelfde positie als hun voorouders die tot slaaf
waren gemaakt.

Kleuren filters
Het gebruik van kleurenfilters of film gel is ook een methode die bradford gebruikt
om het verhaal meer betekenis te geven. Dit zijn wij bijvoorbeeld terug in de film
Pariah. Het kleurgebruik was voor Bradford een manier om de emotie en strijd, van
voornamelijk, het hoofdpersonage in beeld te brengen.

You might also like