Sint-Ursula-instituut Vak: Natuurwetenschappen

Letter:
LIER

Naam: Florian Vandamme Klas : 5ST Nummer: 7

Leerkracht: Datum: 2010-11-01

Zelfkennis: A B C D N (omcirkel het resultaat dat je jezelf geeft)

Zelfsturing: Orde Uitleg Nauwkeurigheid Leerstof

Planning Concentratie Studieomgeving Tijd

Taak: Waterzuivering
1. Vervuild water is in staat zichzelf te reinigen. Dit vermogen wordt het
zelfreinigend vermogen genoemd. Zoek zelf hoe dit vermogen te verklaren is.
Welke stof in het water is van groot belang in dit reinigingsproces?
Het water doet dit natuurlijk niet zelf. In het water leven hele kleine beestjes. Deze
beestjes eten andere dode dieren en planten die in het water terecht komen. Bacterieën
en schimmels kunnen dit soort vuil ook opruimen. Ze verwerken dit vuil tot organisch
afval. Voor dit proces is er één stof heel belangrijk: zuurstof. Om het vuil te verwerken
hebben de diertjes, maar ook de bacterieën en de schimmels zuurstof nodig. In water zit
zuurstof, maar niet zoveel als in de lucht. Als er veel vuil in het water zit, daalt de
hoeveelheid zuurstof in het water. Als er geen zuurstof meer in het water zit, gaan de
diertjes, maar ook de bacterieen en de schimmels dood. Het water verliest zijn
zelfreinigend vermogen, waardoor het vuil blijft, en vaak nog vuiler wordt.

2. Water wordt verontreinigd door volgende stoffen: biologisch afbreekbare

stoffen, niet-biologisch afbreekbare stoffen, minerale voedingsstoffen, zware
metalen, ziektekiemen en thermische verontreiniging.
a. Wat is de betekenis van deze begrippen?
Biologisch afbreekbare stoffen: Verontreinigingen die verteerd kunnen worden onder
natuurlijke omstandigheden.
Niet-biologisch afbreekbare stoffen: Verontreinigingen die niet verteerd kunnen
worden onder natuurlijke omstandigheden.
Minerale voedingstoffen: voedingstoffen die mineralen bevatten (stoffen die niet van
planten of dieren afkomstig zijn)
Zware metalen: Metalen die een dichtheid hebben die 5,0 of hoger is en een hoog
elementair gewicht hebben. De meeste zijn giftig voor mensen, zelfs in lage
concentraties.
Ziektekiemen: Organismen of virussen die in staat zijn om ziektes te verwekken.
Thermische verontreiniging: Bij de meeste fabrieksprocessen ontstaat een hoop hitte
die men kwijt moet. De goedkoopste manier om van deze hitte af te komen is door
oppervlaktewater naar de fabriek te leiden, het bloot te stellen aan de hitte en dit
verwarmde water terugleiden naar het oppervlaktewater. Deze hitte heeft negatieve
effecten op al het leven in het oppervlaktewater. Het opgewarmde water verlaagt de
oplosbaarheid van zuurstof in het water en het zorgt er ook voor dat organismen sneller
gaan ademhalen. Veel organismen sterven dan door een zuurstoftekort of zijn
vatbaarder voor ziekten.
b. Wie zijn uiteindelijk verantwoordelijk voor de verontreiniging van water?
Waterverontreiniging wordt doorgaans veroorzaakt door menselijke activiteiten.
Verschillende menselijke bronnen voegen vervuilingen toe aan het water. Voorbeelden
hiervan zijn fabrieken, afvalwaterzuiveringsinstallaties, mijnen, olieputten, olietankers,
de landbouw. Ook zure neerslag vanuit de lucht, verkeer, verontreinigingen die verspreid
worden door rivieren en verontreinigingen die het water via het grondwater bereiken zijn
oorzaken van waterverontreiniging maar hiervoor kan er vaak geen veroorzaker
aangewezen worden.

3. Wat is het verschil tussen een DWP(drinkwaterproductiecentrum) en een RWZI

rioolwaterzuiveringsinstallatie)?
Een RWZI is een waterzuiveringsinstallatie waarin water dat via het riool aangevoerd
wordt, gezuiverd wordt tot een niveau waarna het op het oppervlaktewater geloosd mag
worden.
Een DWP haalt zijn water niet uit andere bronnen, dit water hoeft niet meer zo grondig
gezuiverd te worden.

4. Drinkwater wordt gezuiverd uit grondwater of uit oppervlaktewater. Welk type

water wordt gebruikt om drinkwater in het Lierse te voorzien?
Oppervlaktewater, namelijk dat van het Albertkanaal en het Netekanaal.

5. Welke fasen doorloopt het water (uit vraag 4) vooraleer het drinkbaar is? Leg uit
wat in elke fase gebeurt.
Vooreerst wordt aan het ruwwater een vlokmiddel toegevoegd, dat de bezinking van
vuildeeltjes activeert. Na doorgang door bezinkingsbekkens wordt het water voor-
gezuiverd in dubbellaagsfilters. Dit voor-gefilterd water wordt opgeslagen in een klein
bufferbekken en in het Spaarbekken Eekhoven, met een bijkomende nuttige
waterreserve van ongeveer 2 miljoen m³. Het voorgefilterde water stroomt vervolgens
naar de langzame zandfilters, waar het een biologische zuivering ondergaat.
Nadien wordt het water opgepompt naar actieve-koolfilters, waar mogelijke restanten
van schadelijke stoffen zoals bestrijdingsmiddelen worden verwijderd. Dankzij de filtratie
over actieve kool wordt een onberispelijk eindproduct bekomen.
Tenslotte wordt het water in reinwaterkelders opgeslagen. Na veiligheidschloring wordt
het water naar de klanten verpompt.

6. Wat betekent duurzaam omgaan met water?

Spaarzaam zijn met water, geen water verspillen maar op je waterverbruik letten.

7. Noteer 10 tips die je zelf haalbaar vindt om water te besparen.

- Een douche nemen ipv een bad.
- Zorgen voor een watervriendelijke toiletspoeling
- Een bekertje gebruiken tijdens het tandenpoetsen zodat je de kraan niet onnodig moet
laten lopen.
- De auto wassen met een emmertje en een spons ipv met de tuinslang. De tuinslang is
namelijk een waterverslinder en kan tot 2000 liter water per uur verbruiken.
- Gaan voor een spaardouchekop. Met deze watersparende douchekop heb je minder
water per minuut nodig om hetzelfde douchecomfort te krijgen als klassieke
douchekoppen.
- De kraan dichtdoen tijdens het inzepen bij het douchen en het handen wassen en ook
tijdens het scheren. Zo spaar je per minuut 5 liter water uit.
- Een zuinige wasmachine en vaatwasser gebruiken.
- Als je teveel leidingwater hebt afgetapt, gooi dit dan niet zomaar weg. Gebruik het om
de bloemen te gieten of om te poetsen.
- Als er een kraan lekt, herstel deze dan onmiddelijk want hierbij wordt enorm veel
drinkwater verspild.
- Geef in de badkamer de voorkeur aan een ééngreepsmengkraan in plaats van een
tweegreepsmengkraan.