Professional Documents
Culture Documents
TravelPilot E1/E2
Gebruiksaanwijzing
www.blaupunkt.com
2
2 4
1 3 5 6 7 8 9
16 15 14 13 12 11 10
1 NAV-toets ; OK-toets
Kort indrukken: activeert de navigatie en de vier geheu- Kort indrukken: bevestigen van menuopties
genniveaus. Ingedrukt houden: starten van de scanfunctie
Ingedrukt houden: oproepen van het keuzemenu voor de Radio: menu voor het kiezen van het golfgebied oproepen
filefunctie en routeopties. Cd-wisselaar: cd-keuzemenu oproepen
2 Volumeregelaar < -toets
3 In- en uitschakelen van het apparaat en geluidsonderdruk- Routegeleiding actief
king (mute). Kort indrukken: de actuele positie wordt weergegeven en
het laatste gesproken rijadvies wordt herhaald.
4 FM•AM-toets Bij opnieuw kort indrukken wordt het actuele reisdoel
Kort indrukken: activeert de radioweergave en selecteren weergegeven.
van de golfgebieden FM, MW en LW. Ingedrukt houden: oproepen van de routelijst
Ingedrukt houden: starten van de Travelstore-functie. Routegeleiding niet actief
5 CD•C-toets Kort indrukken: de actuele positie wordt weergegeven.
Activeert de weergave van cd-, mp3- resp. cd-wisselaar. Vermeldingen in lijsten worden volledig weergegeven.
6 Display = ESC-toets
Verlaten van menu’s.
7 -toets
Wissen van tekens bij het invoeren van reisdoelen.
Radio/cd: zoekdoorloop neerwaarts / vorige titel.
Afbreken van de routegeleiding.
Navigatie: ingevoerd teken wissen.
> Toetsenblok 1 - 6
8 -toets
Voorkeuzetoetsen en reisdoelgeheugen van de navigatie
Radio/cd: zoekdoorloop opwaarts / volgende titel.
Toets 2 MIX: willekeurige weergave bij cd-weergave
Navigatie: springen in de keuzelijst.
Toets 5 RPT: herhalen van titels bij cd-weergave
9 -toets, voor het openen van het afneembare en opklap-
? MENU-toets
bare bedieningspaneel en het verwijderen van de cd.
Kort indrukken: oproepen van het instelmenu
: Menuknop Ingedrukt houden: oproepen van het installatiemenu
Kiezen van menu’s en tekens
@ TRAF-toets
Radio: handmatig afstemmen op zenders
Kort indrukken: in- en uitschakelen van de stand-bystand
voor verkeersinformatie
Ingedrukt houden: TMC-berichten bekijken
3
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
4
Geachte klant, Garantie Opmerking over aansprakelijkheid
Hartelijk gefeliciteerd met de aankoop van Voor onze producten die binnen de Euro- Ondanks continue technische ontwikkeling
uw TravelPilot E1/E2. U kunt erop vertrou- pese Unie gekocht zijn, bieden wij een fa- kan het navigatieapparaat door ondeskun-
wen dat u met deze aankoop de juiste keu- brieksgarantie. Voor buiten de Europese dige bediening, wijzigingen van de ver-
ze hebt gemaakt. Unie gekochte apparaten gelden steeds de keersregels, werk in uitvoering, hoge ver-
De TravelPilot E1/E2 is een radionaviga- door de verantwoordelijke vestiging in het keersbelasting, fouten of ontbrekende in-
tiesysteem ter grootte van een gewone au- desbetreffende land uitgegeven garantie- formatie op de navigatie-gegevensdrager
toradio, maar heeft veel meer te bieden! bepalingen. of algemene computer- of positiebepalings-
U kunt de garantiebepalingen oproepen op fouten incidenteel een onjuiste of niet-opti-
Bijvoorbeeld de corridor- en omgevings-
www.blaupunkt.de of direct opvragen bij: male routegeleiding berekenen. Blaupunkt
functie, waarmee het mogelijk wordt om tij-
aanvaardt geen aansprakelijkheid en biedt
dens de navigatie een audio-cd te beluis-
Blaupunkt GmbH geen vergoeding voor hieruit ontstane scha-
teren.
Hotline de of andere nadelen.
De TravelPilot E1/E2 is een betrouwbare, Robert-Bosch-Str. 200
eenvoudig te bedienen loods in het verkeer,
D-31139 Hildesheim
die u exact door het verkeer naar uw be-
stemming leidt.
Deze gebruiksaanwijzing geleidt u stap voor
stap door de functies van de TravelPilot E1/
E2 en beantwoordt de meest gestelde vra-
gen. Meer informatie over het gebruik van
deze gebruiksaanwijzing vindt u in het ge-
deelte "Wenken bij deze handleiding".
Indien u nog vragen of opmerkingen hebt
over de TravelPilot E1/E2, kunt u altijd onze
hotline bellen of contact opnemen met uw
dealer. De telefoonnummers van de inter-
nationale hotline vindt u aan het einde van
deze handleiding.
Beknopte handleiding voor de navigatie
5
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
6
Speciale informatie, zoals hoogtebeperkingen of maximaal toelaatbare wiel- en asdruk, die nodig is voor de routegelei-
ding van vrachtwagens of bussen, is niet opgenomen op de navigatie-cd’s.
Cd plaatsen / verwijderen
• Het plaatsen of verwijderen van een cd mag om veiligheidsredenen alleen gebeuren terwijl de auto stilstaat.
• Open het bedieningspaneel alleen voor het plaatsen / verwijderen van een cd.
• Sluit het bedieningspaneel direct na het plaatsen / verwijderen van de cd om te zorgen dat het apparaat vóór het
begin van de rit weer gereed is voor gebruik. Anders wordt het apparaat na dertig seconden uitgeschakeld.
7
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
8
Overzicht over het apparaat ................. 2 Navigatie .............................................. 21 Een file omzeilen terwijl de route-
Beknopte handleiding voor de Principe van de werking van de geleiding actief is ................................... 46
navigatie ................................................. 5 navigatie ................................................ 21 Routeopties vastleggen ........................ 47
Aanwijzingen voor de veiligheid .......... 7 Plaatsen van een navigatie-cd .............. 21 Routelijst laten weergeven .................... 49
Te gebruiken navigatie-cd-rom’s ....... 10 Downloaden van de navigatiesoftware . 22 Verkeersinformatie tijdens de route-
Corridorfunctie ....................................... 22 geleiding ................................................ 49
Wenken voor het onderhoud van
cd-rom’s ................................................ 10 Omgevingsfunctie ................................. 22 Radioweergave .................................... 50
Wenken bij deze handleiding ............. 11 Starten van de navigatie ....................... 23 RDS-comfortfuncties (AF, REG) ............ 50
Reisdoel invoeren ................................. 24 Radioweergave starten ......................... 52
Afneembaar bedieningspaneel .......... 12
Reisdoelen invoeren met de tekst- Golfgebied / geheugenniveau kiezen .... 52
Diefstalbeveiliging ................................. 12
invoerregel ............................................ 25 Zenders instellen ................................... 53
Verwijderen van het bedieningspaneel . 12
Reisdoel invoeren - land ....................... 27 Zenders programmeren ........................ 54
Bedieningspaneel aanbrengen ............. 13
Reisdoel invoeren - stad ....................... 27 Geprogrammeerde zenders oproepen .. 54
In- en uitschakelen van het
Reisdoel invoeren - bijzonder reisdoel Ontvangbare zenders kort weergeven
apparaat ............................................... 14
in de plaats van bestemming ................ 29 (SCAN) .................................................. 55
In- en uitschakelen met het contactslot . 14
Reisdoel invoeren - straat, huisnummer Verkeersinformatie ................................ 55
Functiemodus kiezen ............................ 15 en kruispunt ........................................... 30
Cd-weergave ........................................ 57
Kiezen en bevestigen van menuopties . 15 Reisdoel invoeren - centrum ................. 32
Cd-weergave starten ............................. 57
Volume instellen .................................... 16 Reisdoel invoeren - bijzondere
Titels kiezen .......................................... 59
Geluidsonderdrukking (mute) ................ 16 reisdoelen .............................................. 33
Snelle zoekdoorloop ............................. 59
Automatisch doorschakelen van Reisdoel invoeren - laatste tien
telefoongesprekken ............................... 17 reisdoelen .............................................. 36 Willekeurige weergave (MIX) ................ 59
Display ................................................. 18 Reisdoel invoeren - uit het reisdoel- Alle titels van een cd kort weergeven
geheugen .............................................. 37 (SCAN) .................................................. 60
Gecodeerd apparaat inschakelen na
Reisdoelgeheugen ................................ 38 Titels herhalen (REPEAT) ..................... 60
ontkoppeling van de accuspanning .. 19
Routegeleiding ...................................... 40 Verkeersinformatie tijdens de
Onjuist codenummer ingevoerd ............ 20
cd-weergave .......................................... 60
Dynamische routegeleiding ................... 43
MP3-weergave Stuurwielafstandsbediening .............. 74 Glossarium .......................................... 93
(alleen TravelPilot E2) ......................... 61 Audiobron kiezen .................................. 74 Technische gegevens ......................... 94
Voorbereiding van de MP3-cd ............... 61 Volume instellen .................................... 74 Inbouwhandleiding ............................. 95
MP3-weergave starten .......................... 63 Navigatie activeren ................................ 74
Directory kiezen .................................... 63 Geluidsonderdrukking ........................... 75
Titels kiezen .......................................... 65 Setup - Basisinstellingen ................... 76
Snelle zoekdoorloop ............................. 66 Klank en klankverdeling instellen .......... 76
Willekeurige weergave (MIX) ................ 66 Equalizer ............................................... 77
Alle titels van een directory kort Volume bij inschakelen, voor navigatie,
weergeven (SCAN) ............................... 67 verkeersinformatie en telefoon en
Titels herhalen (REPEAT) ..................... 67 GALA instellen ....................................... 80
MP3-info kiezen .................................... 68 Radiofuncties instellen .......................... 81
Weergave van cd-wisselaar ................ 69 Displayhelderheid dag / nacht en
Weergave van cd-wisselaar starten ...... 69 contrast instellen ................................... 83
Cd kiezen .............................................. 70 Spraakopties instellen ........................... 84
Titels kiezen .......................................... 71 Optimale Route instellen
(alleen TravelPilot E2) ........................... 87
Snelle zoekdoorloop ............................. 71
Klok instellen ......................................... 88
Willekeurige weergave (MIX) ................ 71
Codering van het apparaat ................... 89
Alle titels van alle geplaatste cd’s kort
weergeven (SCAN) ............................... 72 Installatie .............................................. 90
Titels herhalen (REPEAT) ..................... 73 Inbouwtest ............................................. 90
Verkeersinformatie tijdens de Automatisch kalibreren van het
cd-weergave .......................................... 73 apparaat ................................................ 91
Handmatig kalibreren van het
apparaat ................................................ 92
9
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
10
Te gebruiken navigatie-cd-rom’s
De TravelPilot E1/E2 kan alleen worden gebruikt met navigatie-cd-rom’s met de
opdruk "E". Wanneer de routegeleiding wordt opgeroepen terwijl er geen cd-
rom in het apparaat geplaatst is, verschijnt een mededeling van die strekking op
het display.
Let op: De TravelPilot E1/E2 is niet geschikt voor het gebruik van
zelfgebrande navigatie-cd-rom’s (cd-r, cd-rw). Wanneer u een zelf-
gebrande cd-rom plaatst, wordt de tekst NAVIGATIE WORDT GEACTI-
VEERD continu weergegeven. Hieruit ontstaande beperkingen van
de navigatieprestaties vallen niet onder de garantie.
11
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
12
Afneembaar bedieningspaneel
Diefstalbeveiliging
Het apparaat is ter bescherming tegen diefstal uitgerust met een afneembaar
bedieningspaneel (flip-release-panel) en een viercijferige apparaatcode. Zon-
der dit bedieningspaneel is het apparaat voor een dief waardeloos.
Beveilig het apparaat tegen diefstal en neem het bedieningspaneel telkens wan-
neer u de auto verlaat, mee. Laat het bedieningspaneel niet achter in de auto
ook niet op een verborgen plek.
Dankzij de constructie van het bedieningspaneel kan dit eenvoudig worden ver-
wijderd en weer worden aangebracht.
Let op: Laat het bedieningspaneel niet vallen. Stel het bedienings-
paneel niet bloot aan direct zonlicht of andere warmtebronnen. Be-
waar het bedieningspaneel in het meegeleverde etui. Voorkom di-
recte aanraking van de contacten van het bedieningspaneel met de
huid. Reinig de contacten desgewenst met een in alcohol gedrenk-
te, niet-pluizende doek.
13
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
14
10 11
15
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
16
Volume instellen
Om het systeemvolume te vergroten: volume 20
1 Draai de volumeregelaar 2 met de klok mee. NDR2 ffn
Om het systeemvolume te verkleinen:
TMC NJOY Ante NAV
1 Draai de volumeregelaar 2 tegen de klok in.
✔ Tijdens het instellen wordt de ingestelde waarde weergegeven op de boven-
RAD2 JUMP
ste regel van het display.
Pluspunt: Tijdens een gesproken rijadvies van de navigatie kunt u het volu-
me van het rijadvies onafhankelijk van het basisvolume van de audiobron
wijzigen met de volumeregelaar 2. Het ingestelde volume wordt automa-
tisch opgeslagen.
Geluidsonderdrukking (mute)
U kunt het volume abrupt verkleinen.
mU=E
1 Druk kort op toets 3. NDR2 ffn
✔ MUTE verschijnt op de bovenste regel van het display. TMC NJOY Ante NAV
Pluspunt: De gesproken rijadviezen van de navigatie worden niet onderdrukt.
Om de geluidsonderdrukking op te heffen:
RAD2 JUMP
1 Druk opnieuw op toets 3 of draai de volumeregelaar 2.
Automatisch doorschakelen van telefoongesprekken
Wanneer het apparaat op de juiste wijze met een autotelefoon is verbonden, =ELEFOON
wordt het telefoongesprek weergegeven via de luidsprekers van de TravelPilot
E1/E2. Op het display verschijnt TELEFOON.
Het gesprek wordt ook doorgeschakeld wanneer de TravelPilot E1/E2 uitge- TMC
NAV
schakeld is. De TravelPilot E1/E2 wordt dan voor de duur van het telefoonge-
sprek ingeschakeld.
U kunt het volume van het telefoongesprek instellen.
1 Draai de volumeregelaar 2 om het gewenste volume in te stellen.
Pluspunt: Tijdens het telefoongesprek kunt u het volume onafhankelijk van
het basisvolume van de audiobron wijzigen met de volumeregelaar 2.
volume 8
Let op: Wanneer het volume tijdens een gesprek wordt gewijzigd,
blijft deze waarde geldig totdat het apparaat weer wordt uitgescha- TELEFOON
keld. Hierna wordt bij een nieuw gesprek het inschakelvolume inge-
steld.
17
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
18
Display
Op het display van de TravelPilot E1/E2 wordt alle informatie van de navigatie
weergegeven, bv. optische rijadviezen, menu’s en lijsten, alsmede de audio-
bronnen radio, cd en cd-wisselaar (optie).
U kunt de helderheid en de afleesbaarheid van het display voor de zichthoek in
uw auto optimaal instellen. Lees hiervoor het gedeelte "Displayhelderheid dag/
nacht en contrast instellen" in het hoofdstuk "Setup - Basisinstellingen".
Let op: Behandel het display voorzichtig. Contact met spitse voor-
werpen veroorzaakt krassen en beschadigt het afdekruitje. Reinig
dit alleen met een niet-pluizende doek en evt. met schoonmaakalco-
hol. Gebruik voor het schoonmaken geen oplosmiddelen zoals ter-
pentine of benzine, aangezien die het ruitje aantasten en beschadi-
gen.
Gecodeerd apparaat inschakelen na ontkoppeling
van de accuspanning
Wanneer u een gecodeerd apparaat na ontkoppeling van de accuspanning, bv.
na een reparatie van de auto inschakelt, wordt de code opgevraagd. U vindt het
codenummer in de apparaatpas van het apparaat. Bewaar de apparaatpas niet
in de auto!
Ga om het codenummer in te voeren als volgt te werk:
1 Druk voor het eerste cijfer van het codenummer zo vaak op toets 1 > dat
het eerste cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven.
2 Druk voor het tweede cijfer van het codenummer zo vaak op toets 2 > dat
het tweede cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven.
3 Druk voor het derde cijfer van het codenummer zo vaak op toets 3 > dat het CODE
derde cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven.
4 Druk voor het vierde cijfer van het codenummer zo vaak op toets 4 > dat
het vierde cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven.
O O O O
Wanneer het codenummer volledig wordt weergegeven:
5 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Het apparaat wordt ingeschakeld.
19
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
20
Wanneer het codenummer volledig wordt weergegeven:
4 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Het apparaat wordt ingeschakeld.
21
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
22
Let op: Wanneer de cd niet wordt verwijderd, wordt deze na ca. tien
seconden automatisch weer naar binnen getransporteerd.
Let op: Het Laden van de software wordt op het display weergege-
ven en mag niet worden onderbroken.
Corridorfunctie
De corridorfunctie dient om te navigeren zonder gegevensdrager. Nadat de rou-
teberekening gestart is, worden de voor de routegeleiding benodigde gegevens
naar het geheugen van de TravelPilot E1/E2 gekopieerd. Na het kopiëren kunt
u de navigatie-cd-rom uit de speler halen en een audio-cd plaatsen. Het kopië-
ren is voltooid wanneer alle segmenten in het symbool voor de navigatie-cd
opgevuld zijn.
Omgevingsfunctie
De omgevingsfunctie maakt het mogelijk om binnen het opgeslagen gebied zon-
der gegevensdrager reisdoelen in te voeren. Hiervoor worden onderdelen van
de navigatiegegevens, afhankelijk van de positie van de auto, van de cd-rom
naar de navigatie gekopieerd. De navigatie maakt dan voor het invoeren van
reisdoelen gebruik van de gegevens in het geheugen. De omvang van de gege-
vens in het geheugen hangt af van de actuele bedrijfssituatie.
Let op: Wanneer er na het laden van de corridor nog geheugenruim-
te beschikbaar is, wordt deze gebruikt voor de omgevingsfunctie.
Het laden van de gegevens wordt rechtsonder op het display weer-
gegeven door het cd-symbool en vindt ook plaats wanneer er geen
routegeleiding actief is.
Wanneer het apparaat nieuwe steden moet laden van de cd, wordt u in bepaal-
de situaties verzocht de navigatie-cd te plaatsen. Mocht u terwijl de routegelei-
ding actief is ondanks dit verzoek de navigatie-cd niet in de speler plaatsen, dan
verschijnt op het display een windroossymbool.
Let op: Wanneer de routegeleiding in de opgeslagen corridor actief
is en u een cd-rom plaatst met andere navigatiesoftware dan die het
apparaat, wordt u gevraagd of deze software naar het apparaat moet
worden gekopieerd. Wanneer de download wordt uitgevoerd, wordt
de routegeleiding afgebroken. Wanneer u de software niet laat down-
loaden, verschijnt na het verlaten van de corridor een windroos-
symbool op het display.
23
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
24
Om te wisselen tussen de geheugenniveaus van de navigatie:
1 Druk zo vaak op de NAV-toets 1 dat het gewenste niveau op de bovenste N2 NAVi
regel van het display wordt weergegeven. LAATSTE 1O
Om de routegeleiding van de navigatie te kunnen starten moet een TravelPilot
E-navigatie-cd geplaatst zijn, of moeten de vereiste gegevens in het geheugen TMC
DOEL INV.
NAV
van het apparaat beschikbaar zijn en moet er een reisdoel zijn ingevoerd.
Reisdoel invoeren
Het reisdoel kan worden ingevoerd vanuit het reisdoelgeheugen, door het in-
voeren van een plaatsnaam resp. de postcode, een centrum, de straat of een
kruispunt, of uit een reeks bijzondere reisdoelen (bv. snelwegop-/afrit, station,
hotel, winkelcentrum, enz.). Bovendien kan het gewenste land worden geko-
zen.
Nadat de navigatie met de NAV-toets 1 geactiveerd is, wordt het navigatie-
hoofdmenu weergegeven.
Reisdoelen
Mogelijke reisdoelen zijn:
● de laatste tien reisdoelen,
● het centrum van een plaats of, bij grote steden, van een stadsdeel,
● een straat,
● een kruispunt van twee of meer straten,
● een huisnummer of een huisnummerblok,
● bijzondere reisdoelen zoals stations, luchthavens, tankstations en andere
openbare instellingen,
● reisdoelen uit het reisdoelgeheugen.
Reisdoelen invoeren met de tekstinvoerregel
De tekstinvoerregel dient voor het invoeren van bv. plaats- en straatnamen bij
de navigatie. De tekstinvoerregel beschikt over een intelligente aanvulfunctie,
d.w.z. er worden voor het invoeren alleen tekens aangeboden die logisch op de
reeds ingevoerde kunnen volgen. S=AD
Voorbeeld: Wanneer u een straatnaam invoert en er in uw plaats
van bestemming geen straatnaam is die met een A begint, wordt de
Y ACH [D]
A niet weergegeven. Net zo wordt bv. de C niet weergegeven wan- TMC
neer u als eerste letter een B hebt ingevoerd en er in de plaats van NAV
bestemming geen straten voorkomen met de lettercombinatie BC. A
Zodra de tekens die u hebt ingevoerd, eenduidig kunnen worden geïnterpre-
teerd, worden de ingevoerde gegevens automatisch aangevuld. Zo is het invoe-
ren van enkele letters meestal genoeg om een plaats- en een straatnaam in te
voeren.
S=AD
Voorbeeld: Wanneer u in Duitsland YO invoert als eerste letters van
YORCKGEBIE
een plaatsnaam, worden deze automatisch aangevuld met RCKGE-
BIET, omdat er geen andere mogelijke aanvullingen voorkomen in TMC
T [D]
het plaatsnamenregister van de cd voor Duitsland. NAV
Tekens kiezen
Zodra de tekstinvoerregel wordt weergegeven, verschijnt het eerste mogelijke
teken. Ga nu als volgt te werk:
1 Markeer het eerste teken. S=AD
Pluspunt: voor een betere weergave wordt het gemarkeerde teken invers en BERL AGE [D
vergroot weergegeven.
TMC
]
2 Bevestig uw keuze door op de OK-toets ; te drukken. NAV
3 Kies het volgende teken en bevestig dit weer door op de OK-toets ; te
drukken.
E SA
25
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
26
✔ Wanneer de ingevoerde tekens reeds een aanvulling mogelijk maken, wordt
de naam automatisch aangevuld. S=AD
4 Herhaal de stappen 1 - 3 totdat de gewenste naam op de tekstinvoerregel
wordt weergegeven.
BERLIN [D]
5 Wanneer u de naam wilt overnemen, houdt u de OK-toets ; lang ingedrukt TMC
NAV
of drukt u op de -toets 8.
✔ De ingevoerde naam wordt weergegeven in de lijst van plaats- resp. straat-
EG ,C
namen (bij invoeren van een plaats- resp. straatnaam).
27
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
28
In sommige landen is een postcode in kleinere gemeenten onder bepaalde
omstandigheden geldig voor verschillende plaatsen. U moet dan, nadat de post- KEUZE
code is ingevoerd, de desbetreffende plaats kiezen. Normaliter is het voldoende
om de eerste letters van de gewenst plaats te kiezen. Deze wordt dan naast de LAND. DOEL
postcode op het display weergegeven.
TMC
STAD
Let op: Het invoeren van reisdoelen d.m.v. de postcode is alleen
OMG. POS. NAV
mogelijk wanneer de desbetreffende gegevens op de navigatie-cd OMG. DOEL
zijn opgenomen.
1 Markeer en bevestig in het navigatie-hoofdmenu de menuoptie DOEL
INVoeren en vervolgens de menuoptie STAD.
✔ De tekstinvoerregel voor het invoeren van de plaatsnaam wordt opgeroepen S=AD
en de laatst ingevoerde plaatsnaam wordt weergegeven.
BERLIN [D]
Pluspunt: u krijgt automatisch de laatst ingevoerde plaatsnaam als reisdoel
aangeboden; deze kunt u dan kiezen door de OK-toets ; lang ingedrukt te TMC
NAV
houden of door op de -toets 8 te drukken. Bij de TravelPilot E2 worden de
laatste 20 steden opgeslagen. Wanneer u als eerste letters de beginletters EG ,C
van een van de laatste 20 steden invoert, wordt de desbetreffende stad op
het display weergegeven. Wanneer er geen overeenkomstige stad beschik-
baar is, wordt de eerste passende vermelding uit de stedenlijst weergege-
ven.
2 Voer de plaatsnaam in met de tekstinvoerregel (lees hiervoor ook het ge-
S=AD
deelte "Reisdoel invoeren met de tekstinvoerregel"). BERLIN [D]
3 Ga naar de lijst.
TMC
✔ De naam wordt weergegeven in de plaatsnamenlijst. NAV
4 Kies de gewenste plaats en druk op de OK-toets ; om de plaats als reis-
doel over te nemen.
✔ De plaats wordt als reisdoel overgenomen.
Let op: Mocht de gekozen plaats meermaals voorkomen, dan ver-
schijnt een volgens menu (regiobepaling) met de tekstinvoerregel.
Voer meer letters in, zodat u de plaatsnaam exact kunt bepalen. Ter
REGIO
oriëntatie worden de hemelsbrede afstand en de richting van het BERLIN
reisdoel weergegeven. Dit vervalt wanneer de plaats wordt gekozen
d.m.v. het invoeren van de postcode.
TMC
NAV
Wanneer de stad is gekozen, wordt u verder geleid door de invoerfunctie voor S
het reisdoel. Kies hier tussen:
● BIJZONDER: u kunt uit een lijst direct bijzondere reisdoelen in de gewenste
plaats kiezen uit rubrieken zoals station, winkelcentrum, enz. Lees het ge-
deelte "Reisdoel invoeren - bijzondere reisdoelen" voor meer invoermoge-
lijkheden voor bijzondere reisdoelen.
● STRAAT: invoeren van de straat van bestemming. Of een straat als reisdoel
kan worden gekozen, is afhankelijk van de gegevens die op uw navigatie-
cd-rom zijn opgeslagen.
● CENTRUM: kiezen van het centrum van een plaats of stadsdeel als reisdoel. KEUZE
Let op: Wanneer er voor bepaalde punten geen gegevens beschik- BIJZONDER
baar zijn, worden deze niet weergegeven.
TMC
CENTRUM
STRAAT NAV
Reisdoel invoeren - bijzonder reisdoel in de plaats van be-
stemming
U kunt in uw plaats van bestemming bv. restaurants, parkeerterreinen, hotels,
enz. direct kiezen als bijzonder reisdoel. Voorwaarde hiervoor is dat u een plaats
van bestemming hebt bepaald. KEUZE
1 Markeer en bevestig de menuoptie BIJZONDER.
THEATER
✔ Er wordt een lijst van rubrieken van bijzondere reisdoelen weergegeven.
TMC
WERKPLAATS
2 Kies en bevestig de gewenste rubriek. WINKELCENT NAV
✔ De tekstinvoerregel voor het invoeren van het bijzondere reisdoel wordt op-
geroepen.
ZIEKENHUIS
29
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
30
3 Voer de naam van het bijzondere reisdoel in zoals u gewend bent van het
invoeren van reisdoelen. KEUZE
4 Ga naar de lijst. BIJZONDER
✔ De beschikbare bijzondere reisdoelen worden op alfabetische volgorde weer-
TMC
CENTRUM
gegeven.
STRAAT NAV
5 Markeer en bevestig het gewenste reisdoel.
Wanneer u het gewenste reisdoel hebt gekozen en bevestigd, kunt u de route-
geleiding starten. Lees hiervoor het gedeelte "Routegeleiding".
S=RAA=
Reisdoel invoeren - straat, huisnummer en kruispunt UNTER DEN
1 Markeer en bevestig de menuoptie STRAAT.
TMC
BIRKEN
2 Voer de straatnaam in met de tekstinvoerregel (lees hiervoor ook het ge- NAV
deelte "Reisdoel invoeren met de tekstinvoerregel"). E RB
3 Ga naar de lijst.
✔ De naam van de straat wordt weergegeven in de lijst met straatnamen.
Pluspunt: Om het zoeken te vergemakkelijken kan een lange straatnaam
S=RAA=
ook meermalen zijn opgeslagen, bv.: RAABE-WEG, WILHELM- en WIL- UNTER DEN
HELM-RAABE-WEG.
TMC
LINDEN
4 Markeer en bevestig de gewenste straatnaam. NAV
Let op: Wanneer de straatnaam in de stad van bestemming meer-
malen voorkomt, wordt een submenu voor het invoeren van de post-
code resp. de naam van het stadsdeel opgeroepen om de straat exact
te bepalen. KEUZE
Nadat u de straat hebt gekozen, kunt u kiezen tussen de volgende opties: HUISNUMMER
● HUISNUMMER: u kunt het ingevoerde reisdoel uitbreiden met een huisnum-
TMC
KRUISPUNT
mer of een huisnummerblok. VERDER NAV
● KRUISPUNT: om het reisdoel exact te bepalen kunt u bovendien een kruis-
punt van de gekozen straat kiezen.
Let op: Wanneer u een nieuw reisdoel invoert zonder dat er een na-
vigatie-cd-rom geplaatst is, (corridorfunctie), kunt u geen huisnum-
mer en kruispunt kiezen.
● VERDER: het invoeren van het reisdoel is beëindigd en u kunt de routegelei-
ding starten. Lees hiervoor het gedeelte "Routegeleiding".
Let op: Wanneer er voor bepaalde opties geen gegevens beschik-
baar zijn, worden deze niet aangeboden.
Huisnummer
Wanneer u de menuoptie HUISNUMMER hebt gekozen, verschijnt er een lijst met KEUZE
de beschikbare huisnummers. Dit kunnen afzonderlijke huisnummers of ook huis-
HUISNUMMER
nummerblokken zijn. Bij het model TravelPilot E2 kunt een huisnummer vrij in-
voeren met de invoerregel. Wanneer het ingevoerde huisnummer niet overeen- TMC
KRUISPUNT
komt met de database op de cd, wordt de lijst van beschikbare huisnummers VERDER NAV
weergegeven.
1 Markeer en bevestig het gewenste huisnummer resp. nummerblok.
✔ Het gekozen reisdoel wordt weergegeven.
2 U kunt nu de routegeleiding starten met de OK-toets ;.
Pluspunt: Nadat het reisdoel volledig is ingevoerd en voordat u de routege-
leiding start, hebt u de mogelijkheid om het reisdoel in het reisdoelgeheugen
op te slaan. Lees hiervoor het gedeelte "Reisdoelgeheugen".
Om de route aan uw wensen aan te passen, bv. zonder snelwegen, kunt u de
routeopties vastleggen. Lees hiervoor het gedeelte "Routeopties vastleggen" in
dit hoofdstuk.
31
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
32
Kruispunt
Wanneer u de menuoptie KRUISPUNT hebt gekozen, wordt een lijst met de be- KEUZE
schikbare kruispunten in de straat van bestemming weergegeven. HUISNUMMER
Let op: Wanneer een kruispunt tweemaal voorkomt, wordt boven-
TMC
KRUISPUNT
dien de windrichting aangegeven. VERDER NAV
1 Markeer en bevestig in de lijst het gewenste kruispunt.
✔ Het gekozen reisdoel wordt weergegeven.
2 U kunt nu de routegeleiding starten met de OK-toets ;.
Pluspunt: Nadat het reisdoel volledig is ingevoerd en voordat u de routege-
leiding start, hebt u de mogelijkheid om het reisdoel in het reisdoelgeheugen
op te slaan. Lees hiervoor het gedeelte "Reisdoelgeheugen".
Om de route aan uw wensen aan te passen, bv. zonder snelwegen, kunt u de
routeopties vastleggen. Lees hiervoor het gedeelte "Routeopties vastleggen" in
dit hoofdstuk. KEUZE
Reisdoel invoeren - centrum BIJZONDER
TMC
CENTRUM
Wanneer u na het invoeren van de plaatsnaam de menuoptie CENTRUM hebt
gekozen, wordt de tekstinvoerregel voor het kiezen van de stadsdeelcentra weer-
STRAAT NAV
gegeven.
1 Voer het centrum in met de tekstinvoerregel.
✔ De beschikbare stadscentra worden weergegeven, afhankelijk van de voort-
gang van het invoeren.
Let op: Wanneer de plaats is gekozen door het invoeren van de post-
CEN=RUM
code, worden nu de stadscentra weergegeven die betrekking heb- CHARLOTTEN
ben op de ingevoerde postcode.
TMC
BURG [D]
2 Ga naar de lijst, kies het gewenste stadsdeelcentrum en bevestig dit. NAV
3 U kunt nu de routegeleiding starten met de OK-toets ;.
Pluspunt: Nadat het reisdoel volledig is ingevoerd en voordat u de routege-
leiding start, hebt u de mogelijkheid om het reisdoel in het reisdoelgeheugen
op te slaan. Lees hiervoor het gedeelte "Reisdoelgeheugen".
Om de route aan uw wensen aan te passen, bv. zonder snelwegen, kunt u de
routeopties vastleggen. Lees hiervoor het gedeelte "Routeopties vastleggen" in
dit hoofdstuk.
Omgeving positie
U kunt bijzondere reisdoelen kiezen, gerelateerd aan de omgeving van de actu-
ele positie van uw auto. KEUZE
Let op: De menuoptie wordt alleen aangeboden wanneer een posi- LAND. DOEL
tie beschikbaar is.
TMC
STAD
1 Druk op de NAV-toets 1.
OMG. POS. NAV
Omgeving reisdoel
Bijzondere reisdoelen in de omgeving van het reisdoel hebben altijd betrekking
op het als laatste actieve reisdoel. KEUZE
1 Druk op de NAV-toets 1. LAND. DOEL
✔ Het navigatie-hoofdmenu verschijnt.
TMC
STAD
2 Kies en bevestig de menuoptie DOEL INVoeren. OMG. POS. NAV
✔ Het menu voor het invoeren van het reisdoel verschijnt. OMG. DOEL
3 Kies en bevestig de menuoptie OMGeving DOEL.
Let op: De menuoptie wordt alleen aangeboden wanneer er een reis-
doel beschikbaar is.
✔ Er wordt een lijst met rubrieken van bijzondere reisdoelen weergegeven.
KEUZE
Let op: De selectie van rubrieken is afhankelijk van de gegevens
GRENS
op de navigatie-cd-rom. TMC
HOTEL/MOTE
LUCHTHAVEN NAV
4 Kies en bevestig de gewenste rubriek.
✔ De beschikbare reisdoelen worden op weergegeven op volgorde van de af-
MUSEUM
stand tot het reisdoel.
Let op: Indien beschikbaar wordt eerst de tekstinvoerregel opge-
roepen. Voer hier de gewenste naam of beginletters in en roep ver-
volgens de lijst op.
35
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
36
5 Kies en bevestig het gewenste bijzondere reisdoel.
Wanneer u het gewenste bijzondere reisdoel hebt gekozen en bevestigd, kunt u
de routegeleiding starten. Lees hiervoor het gedeelte "Routegeleiding".
37
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
38
Reisdoelgeheugen
In het reisdoelgeheugen kunt u reisdoelen opslaan om deze op een later tijdstip
te gebruiken voor de routegeleiding. Bovendien kunt u de actuele positie instel-
len als positiemarkering en op een later tijdstip als reisdoel oproepen uit het
geheugen. Het instellen van een positiemarkering is mogelijk terwijl de routege-
leiding actief is.
Om reisdoelen op te slaan zijn er in totaal 24 geheugenposities beschikbaar,
zes op elk geheugenniveau van de navigatie.
39
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
40
Routegeleiding
Routegeleiding starten N1 REISDOEL
Nadat u een reisdoel hebt ingevoerd, verschijnt het adres van bestemming op BERLIN [D]
het display. Wanneer u de routegeleiding naar dit reisdoel wilt starten:
TMC
, BERLIN,
1 Druk op de OK-toets ;. UNTER DEN NAV
LINDEN
Routeberekening
Nadat de routegeleiding is gestart, wordt ca. vijf seconden lang een waarschu-
wing op het display weergegeven. Daarna begint het systeem de route te bere- LE= OP
kenen.
Pluspunt: Tijdens en na het berekenen van de route wordt de route volledig VOLG DE
naar het geheugen van de navigatie gekopieerd. Hierdoor hebt u de moge- TMC VERKEERS-
lijkheid om de navigatie-cd na het kopiëren uit het apparaat te halen en een REGELS NAV
audio-cd af te spelen.
Wanneer de auto zich op een gedigitaliseerde weg bevindt, wordt de routegelei-
ding na voltooiing van de routeberekening uitgevoerd door middel van akoesti-
sche en optische rijadviezen.
FM1 NDR 2
Let op: In de volgende gevallen verschijnt tijdens de routegeleiding ROUTE-
een windroossymbool op het display: TMC BEREKENING
● De auto bevindt zich op een niet-gedigitaliseerde weg. ACTIEF NAV
Rijadviezen
In het middengebied van het display worden de optische rijadviezen weergege-
FM1 NDR 2
ven.
19 16 26km
Bij rechtdoor rijden wordt onder de rijadviezen de naam van de actueel gevolg- TMC
de weg weergegeven. Rechtsboven wordt de actuele afstand tot het reisdoel en B6, WESTSC NAV
linksboven de verwachte aankomsttijd weergegeven. HNELLWEG
Bij de weergave van aanwijzingen om af te slaan ziet u rechts naast de rijadvie-
zen een weergave die symbolisch de afstand tot het eerstvolgende beslissings-
punt (bv. een kruispunt) weergeeft en, indien beschikbaar, boven het symbool
voor het afslaan de naam van de weg waarin u dient af te slaan.
Boven de rijadviezen wordt de actuele audiobron weergegeven. Bij radioweer-
FM1 NDR 2
gave is dat de weergave van de zendernaam resp. frequentie, bij weergave van B1, KAISER
cd-wisselaar de weergave van titel- en cd-nummer.
TMC
STRASSE
Pluspunt: De zes toetsen 1 - 6 >, de -toets 7 en de -toets 8 hebben NAV
terwijl de routegeleiding actief is dezelfde functie als in hoofdmenu van de
op dat moment actieve audiobron. Dat betekent dat u op elk moment de
belangrijkste basisfuncties van de actieve audiobron kunt oproepen zonder
de routegeleiding te hoeven verlaten.
Bovendien helpt de TravelPilot u met gesproken rijadviezen en waarschuwt hij
op tijd voor punten waar u dient af te slaan. Het traject wordt daarbij met vermel- CD1 =02/12
ding van de straatnaam genoemd (autowegen en snelwegen). U kunt de ge- 19 16 26km
sproken mededelingen ook volledig uitschakelen (zie "Spraakopties instellen"
TMC
in het hoofdstuk "Setup - Basisinstellingen"). Bij de TravelPilot E2 kunt u in plaats
hiervan gedetailleerde filemeldingen laten weergeven (zie "Spraakopties instel- B6, WESTSC NAV
len" in het hoofdstuk "Setup - Basisinstellingen"). HNELLWEG
41
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
42
Wisselen van audiobron
U kunt tijdens de routegeleiding op elk moment wisselen van audiobron.
1 Druk terwijl de routegeleiding actief is op de FM•AM-toets 4 of de CD•C-
toets 5 om te wisselen tussen de weergave van radio of cd-wisselaar.
✔ Het hoofdmenu van de gekozen audiobron wordt weergegeven. Weergave
van cd-wisselaar is alleen mogelijk wanneer er een cd-wisselaar is aange-
sloten en deze gereed is voor gebruik.
Wanneer u wilt teruggaan naar de weergave van de routegeleiding:
2 Druk op de NAV-toets 1.
Routegeleiding afbreken
Om de actieve routegeleiding af te breken: NAVI
1 Druk op de ESC-toets =.
✔ Er verschijnt een controlevraag. ROUTE-
Wanneer u de routegeleiding werkelijk wilt afbreken: TMC GELEIDING
2 Druk op de OK-toets ; of, AFBREKEN? NAV
TMC-berichten lezen
De TravelPilot E1/E2 biedt u de mogelijkheid de via TMC (Traffic Message Chan-
nel) ontvangen verkeersberichten op het display te laten weergeven. =MC 1/2
1 Houd de TRAF-toets @ langer dan twee seconden ingedrukt. A7 Hannove
✔ De TMC-berichten worden weergegeven op volgorde van de wegnummers.
TMC
r Hamburg
Wanneer zich geen berichten in het geheugen bevinden, verschijnt een
mededeling van die strekking.
tussen ASA NAV
Fileomleiding opheffen
1 Houd de NAV-toets 1 langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Er wordt een keuzemenu weergegeven. FILE
2 Markeer en bevestig de menuoptie FILE.
✔ Op het display verschijnt een controlevraag.
TMC
FILE
3 Wanneer u de fileomleiding wilt opheffen, drukt u op de OK-toets ;. OPHEFFEN? NAV
4 Druk op de ESC-toets =.
✔ Het display van de routegeleiding wordt weer opgeroepen en de route wordt
opnieuw berekend.
Routeopties vastleggen
U hebt op elk moment de mogelijkheid om de route, ook terwijl de routegelei-
ding actief is, aan te passen aan uw wensen.
De in te stellen parameters zijn:
● DYNAMisch: dynamische routegeleiding met TMC.
● SNEL: naar tijd geoptimaliseerde berekening van de route.
● KORT: naar afstand geoptimaliseerde berekening van de route.
● OPTIMAAL: naar tijd én afstand geoptimaliseerde berekening van de route.
Pluspunt: De routeoptie OPTIMAAL berekent de route op basis van een vas-
te verhouding tussen de naar tijd en naar afstand geoptimaliseerde bereke-
ning van de route. Dit is vergelijkbaar met een bestuurder die ter plaatse
bekend is.
Met de TravelPilot E2 kunt u bovendien de optimale route (verhouding tus-
sen snelle en korte route) zelf configureren. Lees hiervoor het gedeelte "Op-
timale Route instellen" in het hoofdstuk "Setup - Basisinstellingen".
● SNELWEG: hier kunt u instellen of tijdens de routegeleiding snelwegen mo-
gen worden gevolgd.
● TOLWEGEN: u hebt hier de mogelijkheid om tolwegen uit te sluiten van de
routegeleiding of toe te laten.
● VEER: u hebt de keuze om veren toe te laten of te mijden.
Let op: Wanneer bv. snelwegen hebt gedeactiveerd en het niet vol-
gen van snelwegen tot grote omwegen zou leiden, worden door de
TravelPilot E1/E2 ook snelwegen gekozen. Hetzelfde geldt voor ve-
ren en tolwegen.
47
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
48
Om de routeopties vast te leggen:
1 Houd de NAV-toets 1 langer dan twee seconden ingedrukt. NAVI
✔ Er wordt een keuzemenu weergegeven. FILE
2 Markeer en bevestig de menuoptie ROUTEOPTIE.
TMC
ROUTEOPTIE
✔ Het menu voor het instellen van de routeopties verschijnt. NAV
3 Kies de routeopties die u wilt wijzigen.
4 Om de instelling te wijzigen drukt u op de OK-toets ;.
✔ De routeoptie is geactiveerd wanneer daarachter een ingevulde cirkel/inge-
vuld vierkant verschijnt.
Let op: De routeopties SNEL, KORT en OPTIMAAL sluiten elkaar we-
ROU=EOP=IES
derzijds uit. Wanneer een van deze opties wordt geactiveerd, wor- DYNAM.
den de beide andere gedeactiveerd. SNEL o
Wanneer u het menu wilt verlaten:
TMC
KORT o NAV
1 Druk tweemaal op de ESC-toets =. OPTIMAAL
✔ Wanneer er geen routegeleiding actief is, wordt de audiobron weer weerge-
geven. Bij actieve routegeleiding wordt overgeschakeld naar het display van
de routegeleiding en wordt de route opnieuw berekend.
Let op: De ingestelde routeopties blijven actief tot de volgende wij- ROU=EOP=IES
ziging. SNELWEG
TMC
TOLWEGEN
VEER NAV
Routelijst laten weergeven
U kunt de door de navigatie berekende routelijst laten weergeven. De routelijst 0/286 KM
wordt tijdens de rit geactualiseerd, de nog te volgen gedeelten van het traject 6OO m
worden weergegeven.
TMC
B1, KAISER
1 Houd tijdens de routegeleiding de -toets < langer dan twee seconden in- STRASSE NAV
gedrukt.
✔ De berekende route wordt weergegeven.
2 U kunt bladeren in de lijst door de menuknop : te draaien.
Wanneer u de lijst wilt verlaten:
1 Druk op de ESC-toets =.
✔ Het display van de routegeleiding wordt opnieuw weergegeven.
49
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
50
Radioweergave
Deze TravelPilot E1/E2 is uitgerust met een RDS-radio-ontvanger. Veel van de
ontvangbare FM-zenders zenden een signaal uit dat naast het programma ook
informatie bevat zoals de naam van de zender. De naam van de zender wordt,
zodra deze wordt ontvangen, op het display weergegeven.
51
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
52
Radioweergave starten
Om de radioweergave te starten: FM1 NDR 2
1 Druk kort op de FM•AM-toets 4. NDR2 ffn
✔ De zender die als laatste ontvangen is, wordt afgespeeld.
TMC NJOY Ante NAV
Golfgebied / geheugenniveau kiezen RAD2 JUMP
Met dit apparaat kunt u zenders van de frequentiebanden FM, MW en LW (AM)
ontvangen. Voor het golfgebied FM zijn drie geheugenniveaus en voor de golf-
gebieden MW en LW elk één geheugenniveau beschikbaar. Op elk geheugen-
niveau kunnen zes zenders worden geprogrammeerd.
Om te wisselen tussen de geheugenniveaus resp. golfgebieden:
1 Druk zo vaak op de FM•AM-toets 4 dat het gewenste golfgebied resp. ge-
heugenniveau op het display wordt weergegeven, of NIVEAU
druk op de OK-toets ;.
1
FM1
✔ De lijst met de geheugenniveaus / golfgebieden verschijnt.
TMC
FM2
2 Markeer het gewenste golfgebied resp. geheugenniveau en druk op de OK-
toets ;.
FMT NAV
Automatische zoekafstemming
1 Druk op de -toets 7 of de -toets 8.
✔ De eerstvolgende ontvangbare zender wordt ingesteld.
Let op: U kunt de gevoeligheid van de zoekafstemming instellen.
Lees hiervoor het gedeelte "Radiofuncties instellen" in het hoofd-
stuk "Setup - Basisinstellingen".
53
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
54
Zenders programmeren
Zenders handmatig programmeren
1 Kies het gewenste geheugenniveau FM1, FM2, FMT of een van de golfge-
bieden MW of LW.
2 Stel de gewenste zender in.
3 Houd de voorkeuzetoets 1 - 6 > waaronder de zender moet worden opge-
slagen, langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Op het display wordt de opgeslagen zendernaam resp. de frequentie weer-
gegeven naast de desbetreffende voorkeuzetoets.
Let op: Afhankelijk van de lengte van de zendernaam wordt deze
afgekort weergegeven op het display.
SCAN starten
1 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt. FM1 SCAN
✔ Het scannen begint. SCAN verschijnt kort op het display, daarna verschijnt NDR2 ffn
de actuele zendernaam resp. de frequentie.
NJOY Ante NAV
SCAN beëindigen, zender verder beluisteren RAD2 JUMP
1 Druk op de ESC-toets =.
✔ Het scannen wordt beëindigd, de als laatste ingestelde zender blijft actief.
Verkeersinformatie
Dit apparaat is uitgerust met een RDS-EON-ontvanger. EON staat voor Enhan-
ced Other Network.
In het geval van een verkeersbericht (TA) wordt binnen de zenderketen auto-
matisch overgeschakeld van een zender zonder verkeersinformatie naar de des-
betreffende zender met verkeersinformatie van de zenderketen.
Na het verkeersbericht wordt het eerder beluisterde programma weer ingescha-
keld.
Let op: U kunt het volume voor de verkeersinformatie instellen. Lees
hiervoor het gedeelte "Volume bij inschakelen, voor navigatie, ver-
keersinformatie en telefoon en GALA instellen" in het hoofdstuk
"Setup - Basisinstellingen".
55
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
56
Voorrang voor verkeersinformatie in- en uitschakelen
1 Druk op de TRAF-toets @. FM1 NDR 2
✔ De voorrang voor verkeersinformatie is geactiveerd wanneer op het display NDR2 ffn
het -symbool verlicht is.
Let op: Wanneer u het uitzendgebied van een zender met verkeers-
TMC NJOY Ante NAV
informatie verlaat of van een zender met verkeersinformatie wisselt RAD2 JUMP
naar een zender zonder verkeersinformatie, knippert het -sym-
bool en wordt de zoekdoorloop automatisch gestart.
57
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
58
Cd plaatsen
1 Druk op toets 9 om het bedieningspaneel te openen.
2 Een evt. in het apparaat geplaatste cd wordt automatisch naar buiten ge-
schoven.
3 Schuif de cd met de bedrukte zijde naar boven gericht voorzichtig in de cd-
opening van het apparaat. Beweeg de cd totdat u een weerstand voelt. Van-
af dit punt wordt de cd automatisch door het apparaat naar binnen getrans-
porteerd.
✔ De cd-weergave start automatisch na controle van de cd. Het cd-hoofdmenu
verschijnt.
CD
Let op: Het apparaat onthoudt de titel en verstreken speeltijd van de
laatst beluisterde audio- resp. MP3-cd en start na het opnieuw plaat-
sen van de cd op de plaats waar de weergave werd onderbroken. Dit
TMC
TRK 7
is vooral praktisch wanneer tijdens de audioweergave even de navi- 3:24
gatie-cd moet worden geplaatst.
Titels kiezen
Tijdens de cd-weergave kunt u titels direct kiezen. Om opwaarts titels te kiezen:
1 Druk op de -toets 8.
✔ Wanneer de laatste titel is bereikt, wordt bij het indrukken van de -toets 8
de eerste titel van de cd gekozen.
Om de actuele titel te herhalen of om een vorige titel te kiezen:
1 Druk op de -toets 7.
✔ Wanneer de eerste titel van de cd wordt weergegeven, wordt bij het indruk-
ken van de -toets 7 de laatste titel weergegeven.
Snelle zoekdoorloop
Wanneer u tijdens de weergave van een titel een bepaalde passage direct wilt
weergeven, kunt u dit doen met de snelle zoekdoorloop.
1 Houd tijdens de weergave de -toets 7 of de -toets 8 ingedrukt.
✔ De weergave van de titel wordt hoorbaar terug of vooruit verplaatst.
59
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
60
Om de mixfunctie te beëindigen:
1 Druk opnieuw op voorkeuzetoets 2 MIX >. De mixfunctie wordt automa-
tisch beëindigd wanneer de scanfunctie wordt geactiveerd.
61
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
62
Let op: U dient bij het benoemen van de directory’s en titels/bestan-
den geen trema’s en speciale symbolen te gebruiken, aangezien deze
mogelijk niet juist worden weergegeven. Gebruik voor de namen
van titels en directory’s maximaal 32 tekens (inclusief de extensie
.MP3), aangezien meer den 32 tekens niet betrouwbaar en correct
kunnen worden weergegeven.
MP3-titels kunnen extra informatie bevatten zoals uitvoerende, titel en album
(ID3-tag). Dit apparaat kan ID3-tags van versie 1 en 2 op het display weerge-
ven.
Bij het aanmaken (coderen) van de MP3-bestanden uit audiobestanden dient u
bitrates van maximaal 256 kbit/s te gebruiken.
Voor het juiste gebruik van MP3-bestanden met dit apparaat moeten de MP3-
bestanden de extensie .MP3 hebben.
Let op: Om ongestoorde weergave te garanderen:
● Probeer niet om andere bestanden dan MP3-bestanden te voor-
zien van de extensie .MP3 en deze vervolgens af te spelen! Deze
ongeldige bestanden worden tijdens de weergave genegeerd.
● Gebruik geen gemengde cd’s met MP3-bestanden en niet-MP3-
bestanden (het apparaat leest tijdens MP3-weergave alleen MP3-
bestanden).
● Gebruik geen mix-mode-cd’s met audiotitels en MP3-titels. Als u
probeert een mix-mode-cd af te spelen, worden alleen de cd-au-
diotitels afgespeeld.
MP3-weergave starten
De MP3-weergave wordt gestart zoals de normale cd-weergave. Lees hiervoor
het gedeelte "Cd-weergave starten" in het hoofdstuk "Cd-weergave".
Nadat de cd gecontroleerd is, begint de weergave met de eerste titel in de eer-
ste directory die door het apparaat wordt herkend.
Op het display verschijnt op de eerste regel de naam van de titel als lichtkrant (u
kunt de lichtkrant ook uitschakelen; lees hiervoor de informatie onder "MP3-info
kiezen" aan het einde van het hoofdstuk).
Op de tweede en derde regel wordt de naam van de uitvoerende weergegeven MP3
met regelafbreking. Deze informatie kan alleen worden weergegeven wanneer O2 Rookie.
er voor de titel ID-tags beschikbaar zijn (lees hiervoor ook de gebruiksaanwij-
TMC
Boy Sets
Fire
zing van uw schrijfsoftware). Wanneer er geen ID-tags bij de titels zijn opgesla-
gen, wordt op de eerste regel de naam van het bestand en op de tweede en
derde regel de naam van de directory weergegeven. 3:24
Op de vierde regel wordt altijd de verstreken speeltijd van de titel weergegeven.
Directory kiezen
Directory kiezen met de toetsen
Om opwaarts naar een andere directory te gaan:
1 Druk een- of meermaals op voorkeuzetoets 4 >.
Om neerwaarts naar een andere directory te gaan:
1 Druk een- of meermaals op voorkeuzetoets 1 >.
63
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
64
Directory kiezen in de browse-modus
U kunt de actuele directory en de drie volgende laten weergeven op de vier
regels van het display. De directory’s worden weergegeven met de namen die u
hebt aangemaakt bij het branden van de cd. Terwijl de directory’s worden weer-
gegeven, kunt u met de menuknop : alle beschikbare directory’s laten weer-
geven en kiezen.
1 Druk tijdens de MP3-weergave kort op OK-toets ;.
MP3 BROWSER
✔ De MP3-browse-modus wordt weergegeven. Wanneer u niet binnen 30 se-
conden op een toets drukt, wordt de standaardweergave weer gebruikt. TMC
O1 After
In de browse-modus worden de actuele titel en de drie volgende titels van de O2 Rookie
actuele directory weergegeven met de namen die u hebt gekozen bij het O3 Our Ti
branden van de cd. Wanneer de actuele directory nog meer directory’s be-
vat, worden deze aan het begin van de lijst vóór de titels in de directory
weergegeven.
Wanneer het aantal beschikbare karakters van de regel niet voldoende is,
wordt de naam afgekort. U kunt de volledige naam laten weergeven door
MP3 BROWSER
kort op -toets < te drukken. Er wordt overgegaan op een andere weerga-
ve, alle toetsen behouden hun functie zoals hier beschreven.
TMC
O1 After
2 Om de directory’s van één niveau hoger te laten weergeven, markeert en O2 Rookie
bevestigt u de vermelding op het display of drukt u kort op de -toets 7. O3 Our Ti
Om direct naar het hoogste geheugenniveau te gaan houdt u de -toets 7
langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ De directory’s van één niveau hoger worden weergegeven. Kies hier de ge-
wenste directory waaruit u titels wilt beluisteren, of herhaal stap 2 totdat u
het geheugenniveau hebt bereikt waarop de gewenste directory zich be- MP3 BROWSER
vindt. Fashion N
3 Markeer en bevestig de gewenste directory met de menuknop : en OK-
TMC
Hollywood
toets ; of -toets 8. Relations
✔ De gekozen directory wordt geopend en de eerste titel wordt gemarkeerd.
De titels van de directory worden weergegeven in de browse-modus.
Roseland
Titels kiezen
Titels/bestanden kiezen met de pijltoetsen
Om opwaarts naar een andere titel / ander bestand in de actuele directory te
gaan:
1 Druk een- of meermaals op de -toets 8.
Om opwaarts naar een andere titel / ander bestand in de actuele directory te
gaan:
1 Druk een- of meermaals op de -toets 7.
✔ Wanneer u eenmaal op de -toets 7 drukt, wordt de actuele titel opnieuw
gestart.
65
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
66
Snelle zoekdoorloop
Voor een snelle zoekdoorloop voorwaarts:
1 Houd de -toets 8 ingedrukt totdat de snelle zoekdoorloop begint.
Voor een snelle zoekdoorloop achterwaarts:
1 Houd de -toets 7 ingedrukt totdat de snelle zoekdoorloop begint.
67
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
68
MP3-info kiezen
Tijdens de MP3-weergave worden op de eerste regel van het display de titel als INS=ELLING
lichtkrant, en op de tweede en derde regel de naam van de uitvoerende weerge- KLANK
geven (alleen wanneer de ID-tags op de MP3-bestanden beschikbaar zijn).
TMC
VOLUME
Wanneer er geen ID-tags beschikbaar zijn, wordt op de eerste regel de be-
standsnaam als lichtkrant weergegeven.
RADIO NAV
Let op: Wanneer u het magazijn net hebt geplaatst, worden eerst
alle cd’s in de wisselaar eenmaal geladen (magazijnscan). Geduren-
de deze tijd is er geen cd-wisselaarweergave mogelijk. het apparaat
is gereed om cd’s af te spelen wanneer het linker cd-symbool op
het display niet meer knippert.
Cd kiezen
Om een cd te kiezen: CDC DISK
1 Druk op de OK-toets ;. CD1
✔ De lijst voor het kiezen van de cd verschijnt. TMC
CD2
CD3 NAV
CD4
Let op: Wanneer het cd-magazijn niet volledig gevuld is, worden
alleen de cd’s weergegeven die kunnen worden gekozen en afge-
speeld. Cd’s die niet kunnen worden afgespeeld, maar zich wel in
het magazijn bevinden (bv. cd-rom’s, gegevens-cd’s), worden niet
weergegeven.
2 Markeer en bevestig de gewenste cd.
✔ De gekozen cd wordt geladen en weergegeven.
Titels kiezen
Voor een titel opwaarts:
1 Druk op de -toets 8.
✔ Wanneer de laatste titel is bereikt, wordt bij het indrukken van de -toets 8
de eerste titel van de cd gekozen.
Om de actuele titel te herhalen of om een vorige titel te kiezen:
1 Druk op de -toets 7.
✔ Wanneer de eerste titel van de cd is gekozen, wordt bij het indrukken van de
-toets 7 de laatste titel weergegeven.
Snelle zoekdoorloop
Wanneer u tijdens de weergave van een titel een bepaalde passage direct wilt
weergeven, kunt u dit doen met de snelle zoekdoorloop.
1 Houd de -toets 7 of de -toets 8 ingedrukt.
✔ De titel wordt hoorbaar terug resp. vooruit verplaatst.
71
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
72
Willekeurige weergave voor alle titels van alle cd’s
Om de titels van alle cd’s in willekeurige volgorde te laten weergeven: mix mag
1 Druk zo vaak op voorkeuzetoets 2 MIX > dat MIX MAG op de bovenste CD O2
regel van het display wordt weergegeven.
TMC
TRK 2
✔ De titels van alle cd’s in de wisselaar worden willekeurig gekozen totdat u de 2:33 NAV
mixfunctie beëindigt.
1 Druk op de ESC-toets =.
✔ De actueel weergegeven titel wordt verder afgespeeld.
Titels herhalen (REPEAT)
Om een titel of een cd herhaald af te spelen, activeert u de repeat-functie. RP= =rack
1 Kies de gewenste titel. CD O2
2 Druk op voorkeuzetoets 5 RPT >.
TMC
TRK 2
✔ De titel wordt herhaald totdat de repeat-functie wordt beëindigd. 2:33 NAV
Wanneer u de repeat-functie wilt beëindigen:
1 Druk opnieuw op voorkeuzetoets 5 RPT >.
73
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR
AFSTANDSBEDIENING SETUP APPENDIX
74
Stuurwielafstandsbediening
Met de stuurwielafstandsbediening RC 10 kunt u enkele basisfuncties van de
TravelPilot E1/E2 comfortabel en veilig aansturen vanaf het stuurwiel. De toet-
sen / hebben daarbij de functie van de menuknop :, de toetsen / en
OK hebben dezelfde functie als op de TravelPilot E1/E2.
Audiobron kiezen
Met de afstandsbediening kunt u wisselen tussen de audiobronnen.
1 Druk kort op de SRC-toets van de afstandsbediening.
✔ De eerstvolgende speelklare audiobron wordt gekozen.
Volume instellen
Om het volume in te stellen met de afstandsbediening:
1 Druk op een van de toetsen V+ resp. V-.
✔ Het volume wordt vergroot resp. verkleind.
Navigatie activeren
Om de navigatie op te roepen met de afstandsbediening:
1 Houd de SRC-toets van de afstandsbediening ingedrukt totdat het apparaat
overschakelt naar de navigatie-functiemodus.
Geluidsonderdrukking
Met de afstandsbediening kunt u het geluid van het apparaat onderdrukken.
1 Druk op de -toets.
Geluidsonderdrukking opheffen
Wanneer u de geluidsonderdrukking weer wilt opheffen:
1 Druk opnieuw op de -toets, of
1 druk op een van de toetsen V+ resp. V-.
75
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR
AFSTANDSBEDIENING SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
76
Setup - Basisinstellingen
INS=ELLING
KLANK
Het instelmenu biedt u de mogelijkheid om basisfuncties van de TravelPilot E1/
E2 aan uw wensen aan te passen.
De volgende functies van het apparaat kunnen worden veranderd. TMC
VOLUME
● KLANK - instelling van de klankverdeling van de equalizer
RADIO NAV
77
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
78
Aanwijzingen voor de instelling
Wij adviseren u om voor het instellen een cd te gebruiken die u goed kent.
Zet voordat u de equalizer instelt de instellingen voor klank en klankverdeling op
nul. Lees hiervoor het gedeelte "Klank en klankverdeling instellen".
1 Beluister de cd.
2 Lees nu de informatie onder "Klankindruk/probleem" in de tabel "Instelhulp
voor de equalizer".
3 Stel de waarden voor de equalizer in zoals beschreven onder "Maatregel".
frequen=IE
4O Hz
TMC
NAV
79
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
80
Volume bij inschakelen, voor navigatie, verkeersinformatie
en telefoon en GALA instellen
U kunt het volume bij inschakelen van het apparaat (IN MAX), de mate van
afzwakking van het audiovolume bij een gesproken mededeling van de naviga-
tie (NAV-DIFF), het minimale volume voor verkeersinformatie (TA MIN), het mi-
nimale volume voor telefoongesprekken (TEL MIN) en de waarde voor de snel-
heidsafhankelijke volumeaanpassing (GALA) instellen.
Let op: U kunt het volume van de gesproken mededelingen van na-
vigatie tijdens een gesproken mededeling direct instellen. De inge-
stelde waarde wordt automatisch opgeslagen.
Het volume bij inschakelen is een begrenzingswaarde, d.w.z. wanneer het volu-
me bij het uitschakelen onder de waarde voor het volume bij inschakelen ligt,
wordt het laatste volume aangehouden. Wanneer het volume bij het uitschake-
len groter is dan het inschakelvolume (IN MAX), wordt het volume bij het inscha-
kelen teruggebracht tot het ingestelde inschakelvolume.
INS=ELLING
Let op: Wanneer de waarde voor het volume bij inschakelen op het
KLANK
maximum is ingesteld, kan het volume bij het inschakelen zeer groot
zijn. Dit kan gehoorbeschadiging veroorzaken. TMC
VOLUME
RADIO NAV
Om de volume-instelling uit te voeren:
MP3
1 Druk op de MENU-toets ?.
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
Let op: Tijdens een verkeersbericht of een telefoongesprek kan de
menuoptie VOLUME niet worden opgeroepen. VOLUME
2 Markeer en bevestig de menuoptie VOLUME. IN MAX
✔ Het volumemenu wordt weergegeven.
TMC
NAV-DIFF
3 Markeer en bevestig de menuoptie die u wilt instellen. TA MIN NAV
TEL MIN
✔ De balkaanduiding voor de instelling wordt weergegeven.
5 Stel het gewenste volume in met de menuknop :. IN MAX
✔ Ter oriëntatie wordt het volume tijdens het instellen evenredig vergroot resp. 13
verkleind.
5 Druk op de OK-toets ; of de ESC-toets = om de instelling over te nemen. TMC
NAV
✔ Het volumemenu wordt opnieuw weergegeven.
6 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het volumemenu te verlaten.
Radiofuncties instellen
In het radiomenu hebt u de mogelijkheid om de radiofuncties aan te passen aan
uw persoonlijke wensen.
De volgende functies kunnen worden ingesteld:
● RDS - De TravelPilot E1/E2 schakelt automatisch over op de best te ontvan-
gen frequentie van de ingestelde zender. Bovendien wordt de naam van de
zender weergegeven. Instelmogelijkheid:
AAN - De RDS-functie is ingeschakeld.
UIT - De RDS-functie is uitgeschakeld.
● RDS NAAM - Sommige radiozenders gebruiken het RDS-signaal om in plaats
van hun zendernaam reclame of andere informatie door te geven. Instelmo-
gelijkheid:
FIX - De als eerste ontvangen informatie wordt weergegeven.
VARIABEL - Alle ontvangbare informatie wordt weergegeven.
81
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
82
● REGIONAAL - Sommige zenders verdelen hun programma op bepaalde tij-
den in regionale programma’s met verschillende inhoud. Met de REG-func-
tie wordt voorkomen dat het apparaat overschakelt op alternatieve frequen-
ties met een andere programma-inhoud. Instelmogelijkheid:
AAN - De regiofunctie is ingeschakeld.
UIT - De regiofunctie is uitgeschakeld.
● HICUT - De HICUT-functie zorgt voor een ontvangstverbetering bij slechte
radio-ontvangst (alleen FM). Wanneer er sprake is van ontvangststoringen,
worden de hoge tonen, daarmee ook de storing, automatisch gedempt. De
aanspreekgevoeligheid van de HICUT-functie wordt ingesteld d.m.v. een
balkaanduiding. Instelmogelijkheid:
Balk geheel links - de HICUT-functie is uitgeschakeld.
Balk geheel rechts - de aanspreekgevoeligheid is hoog.
● TMC AUTO - Activeert de TMC-zoekdoorloop wanneer de dynamische route-
geleiding wordt gestart en er daarvoor geen TMC-zender werd ontvangen.
Instelmogelijkheid:
AAN - De automatische TMC-zoekdoorloop is ingeschakeld.
UIT - De automatische TMC-zoekdoorloop is uitgeschakeld.
● ZOEKEN - Instelling van de gevoeligheid van de zoekafstemming. Instelmo-
gelijkheid:
SENS - De zoekafstemming stopt ook bij zwakkere zenders.
BEST - De zoekafstemming stop talleen bij sterkere zenders.
83
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
84
4 Stel de gewenste waarde in met de menuknop :.
5 Druk op de OK-toets ; of de ESC-toets = om de instelling over te nemen. DimmEN
✔ Het displaymenu wordt opnieuw weergegeven. 16
6 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het displaymenu te verlaten.
TMC
NAV
Spraakopties instellen
Let op: Voor het wijzigen van de spraakopties moet de navigatie-cd
zich in het apparaat bevinden.
De volgende instellingen kunnen worden uitgevoerd:
● TAAL - Voor de inhoud van het display en de gesproken mededelingen van
de navigatie kunt u kiezen tussen de volgende talen:
Duits, Engels (metrisch), Engels (imperial), Frans, Italiaans, Nederlands,
Spaans, Portugees, Zweeds, Deens, Fins, Tsjechisch, Noors en Turks.
● NAVI (TravelPilot E1) resp. SPRAAKUITGave (TravelPilot E2) - Gesproken
mededelingen van de navigatie in- resp. uitschakelen.
● SPRAAKOPTIe (alleen TravelPilot E2) - U kunt kiezen of de gesproken me-
dedelingen gedetailleerde informatie over de gevolgde weg moeten bevat-
ten (alleen autowegen en snelwegen) of dat er in het geval van een file
gedetailleerde gesproken verkeersinformatie moet worden gegevens (instel-
ling VERK.-INFO).
Let op: De gesproken mededelingen van de navigatie zijn afhanke-
lijk van de gebruikte navigatie-cd. De inhoud van de displays wordt
in de gekozen taal weergegeven, maar de gesproken mededelingen
kunnen in het Engels worden gegeven.
Taal instellen
Om de taal in te stellen: INS=ELLING
1 Druk op de MENU-toets ?. NAVI
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
TMC
DISPLAY
2 Markeer en bevestig de menuoptie TAAL. TAAL NAV
✔ De beschikbare talen worden op alfabetische volgorde weergegeven. KLOK
3 Markeer en bevestig de gewenste taal.
✔ De gewenste taal wordt geladen en vervolgens wordt het menu in de ge-
wenste taal weergegeven.
4 Druk op de ESC-toets = om het instelmenu te verlaten.
85
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
86
4 Kies AAN resp. UIT met de menuknop :.
5 Druk op de OK-toets ; of de ESC-toets = om de instelling over te nemen.
✔ Het navi-instelmenu wordt opnieuw weergegeven.
6 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het navi-instelmenu te verlaten.
87
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
88
Klok instellen
De klok wordt normaliter ingesteld d.m.v. het GPS-signaal. U hoeft slechts een- INS=ELLING
maal de actuele lokale tijd op vijf minuten nauwkeurig in te stellen. NAVI
Let op: Bij het wisselen van zomer- naar wintertijd en omgekeerd
TMC
DISPLAY
kan de lokale tijd eveneens hier worden ingesteld. TAAL NAV
1 Druk op de MENU-toets ?. KLOK
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
2 Markeer en bevestig de menuoptie KLOK.
✔ De uren worden invers weergegeven.
3 Stel de uren in met de menuknop :.
KLOK
4 Druk op de -toets 8.
✔ De minuten worden invers weergegeven. TMC
15:37
NAV
5 Stel de minuten in met de menuknop :.
6 Wanneer het instellen voltooid is, drukt u op de OK-toets ; of de ESC-
toets =.
Codering van het apparaat
Wanneer u een gecodeerd apparaat inschakelt na afsluiting van de accuspan- INS=ELLING
ning van de auto, moet u de apparaatcode invoeren. U kunt het invoeren van de CODE
code ook deactiveren.
TMC
NAV
Opvragen van de code activeren resp. deactiveren
1 Druk op de MENU-toets ?.
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
2 Markeer en bevestig de menuoptie CODE.
3 Markeer en bevestig de menuoptie AAN resp. UIT. CODE
✔ Het menu voor het invoeren van het codenummer verschijnt. AAN
4 Voer de code in zoals beschreven onder "Gecodeerd apparaat inschakelen
TMC
UIT
na ontkoppeling van de accuspanning". NAV
Wanneer het codenummer volledig wordt weergegeven:
5 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Er verschijnt een aanwijzing dat het invoeren van de code geactiveerd resp.
gedeactiveerd is.
CODE
TMC
O O O O
NAV
89
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
90
Installatie
In het installatiemenu vindt u alle benodigde opties om de TravelPilot E1/E2 te
controleren en in gebruik te nemen.
Inbouwtest
De inbouwtest maakt het mogelijk om de sensorsignalen te controleren op sto-
ringen.
Let op: De test moet worden uitgevoerd wanneer het contact is uit-
geschakeld.
1 Schakel het contact uit en schakel het apparaat in met toets 3.
Let op: Voer indien nodig het codenummer in.
2 Houd de MENU-toets ? langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Het installatiemenu wordt weergegeven.
ins=all
3 Markeer en bevestig de menuoptie INBOUWTEST. INBOUWTEST
✔ Het menu voor de inbouwtest wordt weergegeven. TMC
AUTO KALIB
Let op: De inbouwtest hoeft niet te worden uitgevoerd om het appa-
HANDM.KAL. NAV
93
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
94
Technische gegevens Cd
Frequentiebereik: 20 - 20 000 Hz
Voedingsspanning
Bedrijfsspanning: 10,8 - 14,4 V Pre-amp out
Stroomverbruik: max. 10 A
Vier kanalen: 3V
Stroomverbruik gedurende
30 minuten na uitschakelen: 550 mA typ.
Ingangsgevoeligheid
Stand-by-stroomverbruik: 12 mA
CDC-ingang: 2 V / 6 kΩ
Stand-by-stroomverbruik
na 72 uur: < 2 mA Telefooningang: max. 4,8 V, eff. 3,8 V
Versterker
Uitgangsvermogen: 4 x 25 W sinus volgens
DIN 45 324 bij 14,4 V
4 x 45 W max. power
Tuner
Golfgebieden:
FM: 87,5 - 108 MHz
MW: 531 - 1 602 kHz
LW: 153 - 279 kHz
FM-frequentiebereik: 35 - 16 000 Hz
Blaupunkt GmbH
Printed in Germany
TravelPilot E1/E2 In één oogopslag!