You are on page 1of 96

TravelPilot Navigatie Radio/CD

TravelPilot E1/E2
Gebruiksaanwijzing

www.blaupunkt.com
2

Overzicht over het apparaat

2 4
1 3 5 6 7 8 9

16 15 14 13 12 11 10
1 NAV-toets ; OK-toets
Kort indrukken: activeert de navigatie en de vier geheu- Kort indrukken: bevestigen van menuopties
genniveaus. Ingedrukt houden: starten van de scanfunctie
Ingedrukt houden: oproepen van het keuzemenu voor de Radio: menu voor het kiezen van het golfgebied oproepen
filefunctie en routeopties. Cd-wisselaar: cd-keuzemenu oproepen
2 Volumeregelaar < -toets
3 In- en uitschakelen van het apparaat en geluidsonderdruk- Routegeleiding actief
king (mute). Kort indrukken: de actuele positie wordt weergegeven en
het laatste gesproken rijadvies wordt herhaald.
4 FM•AM-toets Bij opnieuw kort indrukken wordt het actuele reisdoel
Kort indrukken: activeert de radioweergave en selecteren weergegeven.
van de golfgebieden FM, MW en LW. Ingedrukt houden: oproepen van de routelijst
Ingedrukt houden: starten van de Travelstore-functie. Routegeleiding niet actief
5 CD•C-toets Kort indrukken: de actuele positie wordt weergegeven.
Activeert de weergave van cd-, mp3- resp. cd-wisselaar. Vermeldingen in lijsten worden volledig weergegeven.
6 Display = ESC-toets
Verlaten van menu’s.
7 -toets
Wissen van tekens bij het invoeren van reisdoelen.
Radio/cd: zoekdoorloop neerwaarts / vorige titel.
Afbreken van de routegeleiding.
Navigatie: ingevoerd teken wissen.
> Toetsenblok 1 - 6
8 -toets
Voorkeuzetoetsen en reisdoelgeheugen van de navigatie
Radio/cd: zoekdoorloop opwaarts / volgende titel.
Toets 2 MIX: willekeurige weergave bij cd-weergave
Navigatie: springen in de keuzelijst.
Toets 5 RPT: herhalen van titels bij cd-weergave
9 -toets, voor het openen van het afneembare en opklap-
? MENU-toets
bare bedieningspaneel en het verwijderen van de cd.
Kort indrukken: oproepen van het instelmenu
: Menuknop Ingedrukt houden: oproepen van het installatiemenu
Kiezen van menu’s en tekens
@ TRAF-toets
Radio: handmatig afstemmen op zenders
Kort indrukken: in- en uitschakelen van de stand-bystand
voor verkeersinformatie
Ingedrukt houden: TMC-berichten bekijken

3
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
4
Geachte klant, Garantie Opmerking over aansprakelijkheid
Hartelijk gefeliciteerd met de aankoop van Voor onze producten die binnen de Euro- Ondanks continue technische ontwikkeling
uw TravelPilot E1/E2. U kunt erop vertrou- pese Unie gekocht zijn, bieden wij een fa- kan het navigatieapparaat door ondeskun-
wen dat u met deze aankoop de juiste keu- brieksgarantie. Voor buiten de Europese dige bediening, wijzigingen van de ver-
ze hebt gemaakt. Unie gekochte apparaten gelden steeds de keersregels, werk in uitvoering, hoge ver-
De TravelPilot E1/E2 is een radionaviga- door de verantwoordelijke vestiging in het keersbelasting, fouten of ontbrekende in-
tiesysteem ter grootte van een gewone au- desbetreffende land uitgegeven garantie- formatie op de navigatie-gegevensdrager
toradio, maar heeft veel meer te bieden! bepalingen. of algemene computer- of positiebepalings-
U kunt de garantiebepalingen oproepen op fouten incidenteel een onjuiste of niet-opti-
Bijvoorbeeld de corridor- en omgevings-
www.blaupunkt.de of direct opvragen bij: male routegeleiding berekenen. Blaupunkt
functie, waarmee het mogelijk wordt om tij-
aanvaardt geen aansprakelijkheid en biedt
dens de navigatie een audio-cd te beluis-
Blaupunkt GmbH geen vergoeding voor hieruit ontstane scha-
teren.
Hotline de of andere nadelen.
De TravelPilot E1/E2 is een betrouwbare, Robert-Bosch-Str. 200
eenvoudig te bedienen loods in het verkeer,
D-31139 Hildesheim
die u exact door het verkeer naar uw be-
stemming leidt.
Deze gebruiksaanwijzing geleidt u stap voor
stap door de functies van de TravelPilot E1/
E2 en beantwoordt de meest gestelde vra-
gen. Meer informatie over het gebruik van
deze gebruiksaanwijzing vindt u in het ge-
deelte "Wenken bij deze handleiding".
Indien u nog vragen of opmerkingen hebt
over de TravelPilot E1/E2, kunt u altijd onze
hotline bellen of contact opnemen met uw
dealer. De telefoonnummers van de inter-
nationale hotline vindt u aan het einde van
deze handleiding.
Beknopte handleiding voor de navigatie

N1 NAVi S=AD S=AD


LAATSTE 1O BERLIN [D] BERLIN [D]
TMC
DOEL INV. TMC TMC
NAV NAV NAV
EG ,C
Druk eenmaal op de NAV-toets 1 om van- Kies met de menuknop : het volgende De gekozen plaatsnaam wordt weergege-
uit de audiobronnen radio of cd-wisselaar teken. Om het invoeren te vergemakkelij- ven in de lijst van plaatsen van bestemming.
(optie) naar het navigatie-hoofdmenu te ken worden hiervoor alleen de tekens aan- Wanneer u een andere plaats uit de lijst
gaan. geboden die op grond van de tot dan toe van plaatsen van bestemming wilt kiezen,
Kies met de menuknop : de menuoptie ingevoerde letters nog mogelijk zijn (intelli- kunt u door de lijst scrollen door de menu-
DOEL INVoeren en druk op de OK-toets ; gente invoerregel). knop : te draaien.
om een nieuw reisdoel in te voeren. Zodra de TravelPilot E1/E2 een overeen- Druk wanneer de naam van de gewenste
Eerst wordt u gevraagd het land van be- komst vindt met een op de cd opgeslagen plaats wordt weergegeven op de OK-toets
stemming te kiezen. Bevestig uw keuze plaatsnaam, wordt de naam automatisch ;.
door op de OK-toets ; te drukken. aangevuld. De TravelPilot E2 slaat boven-
Wanneer de gekozen plaatsnaam meer-
dien de laatste 20 steden van de navigatie
Bevestig nu de gemarkeerde menuoptie maals voorkomt, verschijnt en volgend
op. Hierdoor kunt u vaak bezochte steden
STAD door op de OK-toets ; te drukken. menu (regiobepaling) met de tekstinvoer-
zeer snel terugvinden.
Kies met de menuknop : de eerste let- regel. Voer meer letters in, zodat u de
In de meeste gevallen zijn een paar letters plaatsnaam exact kunt bepalen. Wanneer
ters of het eerste cijfer van de postcode van
al genoeg om de gewenste plaatsnaam in de gewenste plaats wordt weergegeven,
de gewenste plaats op de tekstinvoerregel.
te voeren. drukt u op de OK-toets ;.
Druk op de OK-toets ; om de letters of
cijfers over te nemen. Wanneer de naam van de gewenste plaats Let op: U kunt tijdens het invoeren op
op de tekstinvoerregel wordt weergegeven, elk moment naar de keuzelijst gaan door
houdt u de OK-toets ; langer dan twee op de -toets 8 te drukken.
seconden ingedrukt of drukt u op de -toets
8.

5
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
6

KEUZE FM1 NDR 2 FM1 NDR 2


BIJZONDER B1, KAISER 19 16 26km
TMC
CENTRUM TMC
STRASSE TMC
STRAAT NAV NAV B6, WESTSC NAV
HNELLWEG
Kies bij de volgende keuzemogelijkheid tus- Let op: U hebt nu de mogelijkheid om Bij rechtuit rijden wordt onder de rijadvie-
sen STRAAT, CENTRUM en BIJZONDER reis- het reisdoel op te slaan met de toetsen zen de naam van de op dat moment ge-
doel. 1 - 6 >. Voor het opslaan houdt u de volgde weg weergegeven. Rechtsboven
Starten kunnen alleen worden gekozen desbetreffende toets langer dan twee wordt de actuele afstand tot het reisdoel
wanneer de gegevens op de gebruikte na- seconden ingedrukt. aangegeven en linksboven de verwachte
vigatie-cd beschikbaar zijn. Activeer de routegeleiding door op de OK- aankomsttijd.
Wanneer u de STRAAT hebt gekozen, kunt toets ; te drukken. Boven de rijadviezen wordt de actuele au-
u aansluitend nog kruispunten of huisnum- Nadat de route berekend is, begint de rou- diobron op het display weergegeven. Bij
mers kiezen. Ga voor het invoeren van de tegeleiding; bovendien wordt de corridor radioweergave is dit de aanduiding van
naam te werk zoals beschreven bij STAD. voor de route opgeslagen in het geheugen. zendernamen resp. frequentie, bij weerga-
De voortgang van het laden wordt aange- ve van cd-wisselaar de weergave van titel
Kies CENTRUM wanneer u direct naar een
geven met het opvullen van de segmenten en cd.
stadscentrum geleid wilt worden.
in het symbool voor de navigatie-cd. Wan- U kunt tijdens de routegeleiding de audio-
Met BIJZONDER reisdoel kunt u zich direct neer alle segmenten zijn opgevuld, kan de functies bedienen met de toetsen 1 - 6 >.
naar reisdoelen zoals stations, snelwegop- cd worden verwijderd.
en afritten of bezienswaardigheden laten
In het middelste deel van het display wor-
leiden.
den de optische rijadviezen weergegeven.
Wanneer het reisdoel geheel is ingevoerd,
Bij de weergave van aanwijzingen om af te
verschijnt DOEL WORDT GECONTRoleerd op
slaan ziet u rechts naast de rijadviezen een
het display. Daarna wordt het reisdoel op
aanduiding die symbolisch de afstand tot
het display weergegeven.
het eerstvolgende beslissingspunt (bv. een
kruispunt) aangeeft. Bovendien wordt de
naam van de straat weergegeven waarin u
dient af te slaan.
Aanwijzingen voor de veiligheid

De TravelPilot E1/E2 is ontworpen voor het gebruik in personenauto’s.

Speciale informatie, zoals hoogtebeperkingen of maximaal toelaatbare wiel- en asdruk, die nodig is voor de routegelei-
ding van vrachtwagens of bussen, is niet opgenomen op de navigatie-cd’s.

Cd plaatsen / verwijderen

• Het plaatsen of verwijderen van een cd mag om veiligheidsredenen alleen gebeuren terwijl de auto stilstaat.
• Open het bedieningspaneel alleen voor het plaatsen / verwijderen van een cd.
• Sluit het bedieningspaneel direct na het plaatsen / verwijderen van de cd om te zorgen dat het apparaat vóór het
begin van de rit weer gereed is voor gebruik. Anders wordt het apparaat na dertig seconden uitgeschakeld.

Bediening tijdens de rit

Wanneer u niet let op het verkeer, kunt u ernstige ongelukken veroorzaken.


Om afleiding door de TravelPilot E1/E2 te voorkomen dient u de volgende punten in acht te nemen:
• Maak u voor het begin van de rit vertrouwd met de TravelPilot E1/E2 en de bediening ervan.
• Stop op een geschikte plaats wanneer u de TravelPilot E1/E2 opnieuw wilt programmeren.
• Bedien de TravelPilot E1/E2 alleen tijdens de rit wanneer de verkeerssituatie dit toelaat.
• Voer alleen reisdoelen in wanneer de auto stilstaat.

7
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
8
Overzicht over het apparaat ................. 2 Navigatie .............................................. 21 Een file omzeilen terwijl de route-
Beknopte handleiding voor de Principe van de werking van de geleiding actief is ................................... 46
navigatie ................................................. 5 navigatie ................................................ 21 Routeopties vastleggen ........................ 47
Aanwijzingen voor de veiligheid .......... 7 Plaatsen van een navigatie-cd .............. 21 Routelijst laten weergeven .................... 49
Te gebruiken navigatie-cd-rom’s ....... 10 Downloaden van de navigatiesoftware . 22 Verkeersinformatie tijdens de route-
Corridorfunctie ....................................... 22 geleiding ................................................ 49
Wenken voor het onderhoud van
cd-rom’s ................................................ 10 Omgevingsfunctie ................................. 22 Radioweergave .................................... 50
Wenken bij deze handleiding ............. 11 Starten van de navigatie ....................... 23 RDS-comfortfuncties (AF, REG) ............ 50
Reisdoel invoeren ................................. 24 Radioweergave starten ......................... 52
Afneembaar bedieningspaneel .......... 12
Reisdoelen invoeren met de tekst- Golfgebied / geheugenniveau kiezen .... 52
Diefstalbeveiliging ................................. 12
invoerregel ............................................ 25 Zenders instellen ................................... 53
Verwijderen van het bedieningspaneel . 12
Reisdoel invoeren - land ....................... 27 Zenders programmeren ........................ 54
Bedieningspaneel aanbrengen ............. 13
Reisdoel invoeren - stad ....................... 27 Geprogrammeerde zenders oproepen .. 54
In- en uitschakelen van het
Reisdoel invoeren - bijzonder reisdoel Ontvangbare zenders kort weergeven
apparaat ............................................... 14
in de plaats van bestemming ................ 29 (SCAN) .................................................. 55
In- en uitschakelen met het contactslot . 14
Reisdoel invoeren - straat, huisnummer Verkeersinformatie ................................ 55
Functiemodus kiezen ............................ 15 en kruispunt ........................................... 30
Cd-weergave ........................................ 57
Kiezen en bevestigen van menuopties . 15 Reisdoel invoeren - centrum ................. 32
Cd-weergave starten ............................. 57
Volume instellen .................................... 16 Reisdoel invoeren - bijzondere
Titels kiezen .......................................... 59
Geluidsonderdrukking (mute) ................ 16 reisdoelen .............................................. 33
Snelle zoekdoorloop ............................. 59
Automatisch doorschakelen van Reisdoel invoeren - laatste tien
telefoongesprekken ............................... 17 reisdoelen .............................................. 36 Willekeurige weergave (MIX) ................ 59
Display ................................................. 18 Reisdoel invoeren - uit het reisdoel- Alle titels van een cd kort weergeven
geheugen .............................................. 37 (SCAN) .................................................. 60
Gecodeerd apparaat inschakelen na
Reisdoelgeheugen ................................ 38 Titels herhalen (REPEAT) ..................... 60
ontkoppeling van de accuspanning .. 19
Routegeleiding ...................................... 40 Verkeersinformatie tijdens de
Onjuist codenummer ingevoerd ............ 20
cd-weergave .......................................... 60
Dynamische routegeleiding ................... 43
MP3-weergave Stuurwielafstandsbediening .............. 74 Glossarium .......................................... 93
(alleen TravelPilot E2) ......................... 61 Audiobron kiezen .................................. 74 Technische gegevens ......................... 94
Voorbereiding van de MP3-cd ............... 61 Volume instellen .................................... 74 Inbouwhandleiding ............................. 95
MP3-weergave starten .......................... 63 Navigatie activeren ................................ 74
Directory kiezen .................................... 63 Geluidsonderdrukking ........................... 75
Titels kiezen .......................................... 65 Setup - Basisinstellingen ................... 76
Snelle zoekdoorloop ............................. 66 Klank en klankverdeling instellen .......... 76
Willekeurige weergave (MIX) ................ 66 Equalizer ............................................... 77
Alle titels van een directory kort Volume bij inschakelen, voor navigatie,
weergeven (SCAN) ............................... 67 verkeersinformatie en telefoon en
Titels herhalen (REPEAT) ..................... 67 GALA instellen ....................................... 80
MP3-info kiezen .................................... 68 Radiofuncties instellen .......................... 81
Weergave van cd-wisselaar ................ 69 Displayhelderheid dag / nacht en
Weergave van cd-wisselaar starten ...... 69 contrast instellen ................................... 83
Cd kiezen .............................................. 70 Spraakopties instellen ........................... 84
Titels kiezen .......................................... 71 Optimale Route instellen
(alleen TravelPilot E2) ........................... 87
Snelle zoekdoorloop ............................. 71
Klok instellen ......................................... 88
Willekeurige weergave (MIX) ................ 71
Codering van het apparaat ................... 89
Alle titels van alle geplaatste cd’s kort
weergeven (SCAN) ............................... 72 Installatie .............................................. 90
Titels herhalen (REPEAT) ..................... 73 Inbouwtest ............................................. 90
Verkeersinformatie tijdens de Automatisch kalibreren van het
cd-weergave .......................................... 73 apparaat ................................................ 91
Handmatig kalibreren van het
apparaat ................................................ 92

9
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
10

Te gebruiken navigatie-cd-rom’s
De TravelPilot E1/E2 kan alleen worden gebruikt met navigatie-cd-rom’s met de
opdruk "E". Wanneer de routegeleiding wordt opgeroepen terwijl er geen cd-
rom in het apparaat geplaatst is, verschijnt een mededeling van die strekking op
het display.
Let op: De TravelPilot E1/E2 is niet geschikt voor het gebruik van
zelfgebrande navigatie-cd-rom’s (cd-r, cd-rw). Wanneer u een zelf-
gebrande cd-rom plaatst, wordt de tekst NAVIGATIE WORDT GEACTI-
VEERD continu weergegeven. Hieruit ontstaande beperkingen van
de navigatieprestaties vallen niet onder de garantie.

Wenken voor het onderhoud van cd-rom’s


Indien een cd-rom vervuild is, mag u deze nooit met cirkelvormige bewegingen
schoonmaken; wis de cd met een zachte, niet-pluizende doek van binnen naar
buiten af. Voor extreme vervuilingen adviseren wij u de cd’s onder te dompelen
in sop met gewoon afwasmiddel. Maak de cd echter ook hier niet in cirkelrich-
ting schoon, maar reinig deze altijd van binnen naar buiten en laat hem dan
drogen.
Verder adviseren wij u de cd zowel aan de onderkant als aan de bovenkant met
zorg te behandelen, aangezien vanwege de opbouw van de cd de informatie-
laag zich direct onder de druklaag (labelkant) bevindt.

Enkele opmerkingen over de leeskwaliteit:


Elke verontreiniging of beschadiging van een cd kan leiden tot problemen met
het lezen. De ernst van de leesfout is afhankelijk van de vervuiling en de ernst
van de mechanische beschadiging. Grove krassen veroorzaken "leesfouten"
(datafouten), die de cd "verleiden" om te springen of te blijven hangen. Alle cd’s
moeten met zorg worden behandeld en altijd in een beschermhoes worden op-
geborgen.
Wenken bij deze handleiding
Deze gebruiksaanwijzing moet u vertrouwd maken met de bediening en de func-
ties van uw TravelPilot E1/E2 en ervoor zorgen dat u het apparaat veilig en met
succes kunt bedienen. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat
u uw TravelPilot E1/E2 voor het eerst in gebruik neemt en bewaar deze zorgvul-
dig, in de auto.
Let op: Zorg dat u de apparaatpas die bij deze gebruiksaanwijzing
is bijgevoegd, niet in de auto bewaart.
Om het u mogelijk te maken om informatie snel te vinden, worden in deze ge-
bruiksaanwijzing de volgende symbolen gebruikt om afzonderlijke bedienings-
stappen aan te geven:
1 Markeert bedieningsstappen die u dient uit te voeren om het doel van een
handeling te bereiken.
✔ De reactie van het apparaat die na een handeling moeten volgen, zijn hier-
mee aangeduid.
Pluspunt: hier krijgt u aanwijzingen en tips voor de bediening van de Travel-
Pilot E1/E2.
Let op: De volgorde en beschikbaarheid van de menuopties is ge-
deeltelijk afhankelijk van de geplaatste navigatie-cd-rom en kan
daarom afwijken van de afbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing.

11
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
12

Afneembaar bedieningspaneel
Diefstalbeveiliging
Het apparaat is ter bescherming tegen diefstal uitgerust met een afneembaar
bedieningspaneel (flip-release-panel) en een viercijferige apparaatcode. Zon-
der dit bedieningspaneel is het apparaat voor een dief waardeloos.
Beveilig het apparaat tegen diefstal en neem het bedieningspaneel telkens wan-
neer u de auto verlaat, mee. Laat het bedieningspaneel niet achter in de auto
ook niet op een verborgen plek.
Dankzij de constructie van het bedieningspaneel kan dit eenvoudig worden ver-
wijderd en weer worden aangebracht.
Let op: Laat het bedieningspaneel niet vallen. Stel het bedienings-
paneel niet bloot aan direct zonlicht of andere warmtebronnen. Be-
waar het bedieningspaneel in het meegeleverde etui. Voorkom di-
recte aanraking van de contacten van het bedieningspaneel met de
huid. Reinig de contacten desgewenst met een in alcohol gedrenk-
te, niet-pluizende doek.

Verwijderen van het bedieningspaneel


1 Druk op toets 9.
✔ Het bedieningspaneel wordt naar voren toe geopend.
2 Haal het bedieningspaneel in een rechte lijn uit de houder.
✔ Nadat het bedieningspaneel is losgemaakt van het apparaat schakelt het
apparaat zichzelf na dertig seconden uit. Alle actuele instellingen worden
opgeslagen. Een geplaatste cd blijft in het apparaat.
Let op: De geplaatste cd wordt naar buiten geschoven, en wanneer
deze niet wordt verwijderd automatisch weer naar binnen getrans-
porteerd.
Bedieningspaneel aanbrengen
1 Schuif het bedieningspaneel in de houders van het apparaat.
2 Sluit het bedieningspaneel.
Let op: Duw voor het plaatsen van het bedieningspaneel niet op het
display.

13
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
14

In- en uitschakelen van het apparaat


1 Druk voor het inschakelen van uw TravelPilot E1/E2 op toets 3.
✔ Het apparaat geeft de laatst actieve audiobron weer met het volume waar-
mee het weer uitgeschakeld. U kunt het inschakelvolume beperken tot een
maximale waarde.
Let op: Hoe u het inschakelvolume beperkt, leest u in het gedeelte
"Volume bij inschakelen, voor navigatie, verkeersinformatie en te-
lefoon en GALA instellen" in het hoofdstuk "Setup - Basisinstellin-
gen".
1 Om het apparaat uit te schakelen houdt u toets 3 langer dan twee secon-
den ingedrukt.

In- en uitschakelen met het contactslot


Wanneer de TravelPilot E1/E2 correct met het contactslot van de auto is ver-
bonden en niet met toets 3 is uitgeschakeld, wordt het met het contact in- en
uitgeschakeld.
U kunt de TravelPilot E1/E2 ook gebruiken wanneer het contact is uitgescha-
3
keld.
1 Druk hiervoor op toets 3.
Na afloop van één uur schakelt het apparaat zichzelf ter bescherming van de
autoaccu automatisch weer uit. U kunt dit zo vaak herhalen als u wenst. Door
het contact te activeren heft u de tijdlimiet op.
Let op: Om te garanderen dat het apparaat foutloos functioneert,
moet de TravelPilot E1/E2 zoals in de inbouwhandleiding beschre-
ven worden aangesloten op de continue pluspool en de plus via het
contactslot. De stand-bytijd na het uitschakelen is ingesteld op 30
minuten.
Functiemodus kiezen
Om de functiemodus navigatie te kiezen: N1 NAVi
1 Druk op de NAV-toets 1. LAATSTE 1O
✔ Het navigatie-hoofdmenu wordt weergegeven of, wanneer de routegeleiding
TMC
DOEL INV.
actief is, het masker van de routegeleiding. NAV
Om de functiemodus radio te kiezen:
1 Druk op de FM•AM-toets 4.
✔ Op de bovenste regel van het display wordt de actuele zendernaam resp. de
frequentie en het geheugenniveau weergegeven, met daaronder de bezet-
ting van de voorkeuzetoetsen. FM1 NDR 2
Om de functiemodus cd of cd-wisselaar te kiezen:
1 Druk op de CD•C-toets 5.
NDR2 ffn
✔ Op de bovenste regel van het display wordt CD resp. CDC aangegeven. TMC NJOY Ante NAV
Daaronder worden het nummer van de cd in de cd-wisselaar, de actuele titel
en de verstreken speeltijd weergegeven.
RAD2 JUMP

Kiezen en bevestigen van menuopties


De rechter-menuknop : met de OK-toets ; is de centrale bedieningseenheid
van de TravelPilot E1/E2. Hiermee kunt u menuopties en tekens bij het invoeren
kiezen, alsmede instellingen uitvoeren en bevestigen.
● Menuopties en tekens kiezen: draai de menuknop : naar links of naar rechts.
● Menuoptie en keuze bevestigen: druk op de OK-toets ;.

10 11

15
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
16
Volume instellen
Om het systeemvolume te vergroten: volume 20
1 Draai de volumeregelaar 2 met de klok mee. NDR2 ffn
Om het systeemvolume te verkleinen:
TMC NJOY Ante NAV
1 Draai de volumeregelaar 2 tegen de klok in.
✔ Tijdens het instellen wordt de ingestelde waarde weergegeven op de boven-
RAD2 JUMP
ste regel van het display.
Pluspunt: Tijdens een gesproken rijadvies van de navigatie kunt u het volu-
me van het rijadvies onafhankelijk van het basisvolume van de audiobron
wijzigen met de volumeregelaar 2. Het ingestelde volume wordt automa-
tisch opgeslagen.

Geluidsonderdrukking (mute)
U kunt het volume abrupt verkleinen.
mU=E
1 Druk kort op toets 3. NDR2 ffn
✔ MUTE verschijnt op de bovenste regel van het display. TMC NJOY Ante NAV
Pluspunt: De gesproken rijadviezen van de navigatie worden niet onderdrukt.
Om de geluidsonderdrukking op te heffen:
RAD2 JUMP
1 Druk opnieuw op toets 3 of draai de volumeregelaar 2.
Automatisch doorschakelen van telefoongesprekken
Wanneer het apparaat op de juiste wijze met een autotelefoon is verbonden, =ELEFOON
wordt het telefoongesprek weergegeven via de luidsprekers van de TravelPilot
E1/E2. Op het display verschijnt TELEFOON.
Het gesprek wordt ook doorgeschakeld wanneer de TravelPilot E1/E2 uitge- TMC
NAV
schakeld is. De TravelPilot E1/E2 wordt dan voor de duur van het telefoonge-
sprek ingeschakeld.
U kunt het volume van het telefoongesprek instellen.
1 Draai de volumeregelaar 2 om het gewenste volume in te stellen.
Pluspunt: Tijdens het telefoongesprek kunt u het volume onafhankelijk van
het basisvolume van de audiobron wijzigen met de volumeregelaar 2.
volume 8
Let op: Wanneer het volume tijdens een gesprek wordt gewijzigd,
blijft deze waarde geldig totdat het apparaat weer wordt uitgescha- TELEFOON
keld. Hierna wordt bij een nieuw gesprek het inschakelvolume inge-
steld.

17
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
18

Display
Op het display van de TravelPilot E1/E2 wordt alle informatie van de navigatie
weergegeven, bv. optische rijadviezen, menu’s en lijsten, alsmede de audio-
bronnen radio, cd en cd-wisselaar (optie).
U kunt de helderheid en de afleesbaarheid van het display voor de zichthoek in
uw auto optimaal instellen. Lees hiervoor het gedeelte "Displayhelderheid dag/
nacht en contrast instellen" in het hoofdstuk "Setup - Basisinstellingen".
Let op: Behandel het display voorzichtig. Contact met spitse voor-
werpen veroorzaakt krassen en beschadigt het afdekruitje. Reinig
dit alleen met een niet-pluizende doek en evt. met schoonmaakalco-
hol. Gebruik voor het schoonmaken geen oplosmiddelen zoals ter-
pentine of benzine, aangezien die het ruitje aantasten en beschadi-
gen.
Gecodeerd apparaat inschakelen na ontkoppeling
van de accuspanning
Wanneer u een gecodeerd apparaat na ontkoppeling van de accuspanning, bv.
na een reparatie van de auto inschakelt, wordt de code opgevraagd. U vindt het
codenummer in de apparaatpas van het apparaat. Bewaar de apparaatpas niet
in de auto!
Ga om het codenummer in te voeren als volgt te werk:
1 Druk voor het eerste cijfer van het codenummer zo vaak op toets 1 > dat
het eerste cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven.
2 Druk voor het tweede cijfer van het codenummer zo vaak op toets 2 > dat
het tweede cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven.
3 Druk voor het derde cijfer van het codenummer zo vaak op toets 3 > dat het CODE
derde cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven.
4 Druk voor het vierde cijfer van het codenummer zo vaak op toets 4 > dat
het vierde cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven.
O O O O
Wanneer het codenummer volledig wordt weergegeven:
5 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Het apparaat wordt ingeschakeld.

Alternatief kunt u het codenummer ook met de menuknop : en de OK-toets ;


invoeren.
1 Draai hiervoor de menuknop : tot het desbetreffende cijfer op het display
wordt weergegeven.
2 Druk op de OK-toets ; om de volgende positie van het codenummer te
markeren.
3 Herhaal de stappen 1 en 2 voor de overige cijfers van het codenummer.

19
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
20
Wanneer het codenummer volledig wordt weergegeven:
4 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Het apparaat wordt ingeschakeld.

Onjuist codenummer ingevoerd


Wanneer u per ongeluk een onjuist codenummer hebt ingevoerd en bevestigd,
kunt u de code opnieuw invoeren. Om te voorkomen dat dieven het codenum-
mer door uitproberen achterhalen, wordt het apparaat na de derde onjuiste po-
ging een uur lang geblokkeerd.
CODE
Voor een hernieuwde poging moet het apparaat een uur lang, via het contact-
slot, ingeschakeld blijven. Wanneer het apparaat binnen deze wachttijd van de ONJUISTE
spanning wordt afgesloten, wordt de wachttijd teruggezet op opnieuw een uur. CODE
U kunt het opvragen van de code ook deactiveren. Lees hiervoor het gedeelte
"Codering van het apparaat in- en uitschakelen" in het hoofdstuk "Setup - Basis-
instellingen".
Navigatie
De navigatie van de TravelPilot E1/E2 stelt u in staat om reisdoelen zonder
tijdrovende bestudering van kaarten snel en veilig te vinden. Wanneer de navi-
gatie geactiveerd is, wordt u geleid door de gesproken rijadviezen. Punten waarop
u bv. moet afslaan, worden tijdig aangekondigd. Bovendien kunt u op uw dis-
play optische rijadviezen, de actuele afstand tot het reisdoel en de verwachte
aankomsttijd bij het reisdoel aflezen.
De verkeersveiligheid gaat vóór alles. Houd er rekening mee dat
de actuele verkeersleiding altijd voorrang heeft op de door de navi-
gatie gegeven rijadviezen.

Principe van de werking van de navigatie


De actuele positie van de auto wordt bepaald met behulp van het elektronische
tachosignaal, een gyroscoop (registreert veranderingen in de rijrichting van de
auto) en een door GPS-satellieten (Global Positioning System) uitgezonden sig-
naal. Het navigatiesysteem vergelijkt de gegevens met het gedigitaliseerde kaart-
materiaal en berekent daaruit uw positie alsmede de routes voor de routegelei-
ding.

Plaatsen van een navigatie-cd


1 Druk op de -toets 9 om het bedieningspaneel te openen.
✔ Het bedieningspaneel wordt naar voren toe geopend en een eventueel ge-
plaatste cd wordt naar buiten geschoven.
2 Verwijder de evt. naar buiten geschoven cd en schuif de navigatie-cd met de
bedrukte kant naar boven gericht in de cd-opening van het apparaat, totdat
u een weerstand voelt. Vanaf dit punt wordt de cd automatisch door het
apparaat naar binnen getransporteerd.

21
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
22
Let op: Wanneer de cd niet wordt verwijderd, wordt deze na ca. tien
seconden automatisch weer naar binnen getransporteerd.

Downloaden van de navigatiesoftware


De navigatiesoftware wordt automatisch van de cd naar het geheugen gekopi-
eerd en blijft daar totdat het apparaat van de bedrijfsspanning wordt afgesloten NAVI-SW
of zichzelf 72 uur nadat het voor het laatst is uitgeschakeld automatisch volledig
uitschakelt (de spanning voor het geheugen van het apparaat wordt uitgescha-
DOWNLOAD
keld om de autoaccu te sparen). Het downloaden vindt ook plaats wanneer de TMC
navigatiesoftware in het apparaat niet overeenstemt met de software op de cd. 5O% NAV

Let op: Het Laden van de software wordt op het display weergege-
ven en mag niet worden onderbroken.

Corridorfunctie
De corridorfunctie dient om te navigeren zonder gegevensdrager. Nadat de rou-
teberekening gestart is, worden de voor de routegeleiding benodigde gegevens
naar het geheugen van de TravelPilot E1/E2 gekopieerd. Na het kopiëren kunt
u de navigatie-cd-rom uit de speler halen en een audio-cd plaatsen. Het kopië-
ren is voltooid wanneer alle segmenten in het symbool voor de navigatie-cd
opgevuld zijn.

Omgevingsfunctie
De omgevingsfunctie maakt het mogelijk om binnen het opgeslagen gebied zon-
der gegevensdrager reisdoelen in te voeren. Hiervoor worden onderdelen van
de navigatiegegevens, afhankelijk van de positie van de auto, van de cd-rom
naar de navigatie gekopieerd. De navigatie maakt dan voor het invoeren van
reisdoelen gebruik van de gegevens in het geheugen. De omvang van de gege-
vens in het geheugen hangt af van de actuele bedrijfssituatie.
Let op: Wanneer er na het laden van de corridor nog geheugenruim-
te beschikbaar is, wordt deze gebruikt voor de omgevingsfunctie.
Het laden van de gegevens wordt rechtsonder op het display weer-
gegeven door het cd-symbool en vindt ook plaats wanneer er geen
routegeleiding actief is.
Wanneer het apparaat nieuwe steden moet laden van de cd, wordt u in bepaal-
de situaties verzocht de navigatie-cd te plaatsen. Mocht u terwijl de routegelei-
ding actief is ondanks dit verzoek de navigatie-cd niet in de speler plaatsen, dan
verschijnt op het display een windroossymbool.
Let op: Wanneer de routegeleiding in de opgeslagen corridor actief
is en u een cd-rom plaatst met andere navigatiesoftware dan die het
apparaat, wordt u gevraagd of deze software naar het apparaat moet
worden gekopieerd. Wanneer de download wordt uitgevoerd, wordt
de routegeleiding afgebroken. Wanneer u de software niet laat down-
loaden, verschijnt na het verlaten van de corridor een windroos-
symbool op het display.

Starten van de navigatie


1 Druk terwijl het apparaat is ingeschakeld op de NAV-toets 1.
✔ Het navigatie-hoofdmenu wordt weergegeven.
In het navigatie-hoofdmenu hebt u de volgende mogelijkheid om een reisdoel te N1 NAVi
kiezen:
LAATSTE 1O
● LAATSTE 10: oproepen van de laatste tien reisdoelen
TMC
DOEL INV.
● DOEL INVoeren: invoeren van een reisdoel d.m.v. het adres NAV
Bovendien beschikt de navigatie, net bij de radiofunctie, over verschillende ge-
heugenniveaus (N1, N2, N3 en N4). Op elk van deze geheugenniveaus kunnen
met de toetsen 1 - 6 > zes reisdoelen worden opgeslagen.

23
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
24
Om te wisselen tussen de geheugenniveaus van de navigatie:
1 Druk zo vaak op de NAV-toets 1 dat het gewenste niveau op de bovenste N2 NAVi
regel van het display wordt weergegeven. LAATSTE 1O
Om de routegeleiding van de navigatie te kunnen starten moet een TravelPilot
E-navigatie-cd geplaatst zijn, of moeten de vereiste gegevens in het geheugen TMC
DOEL INV.
NAV
van het apparaat beschikbaar zijn en moet er een reisdoel zijn ingevoerd.

Reisdoel invoeren
Het reisdoel kan worden ingevoerd vanuit het reisdoelgeheugen, door het in-
voeren van een plaatsnaam resp. de postcode, een centrum, de straat of een
kruispunt, of uit een reeks bijzondere reisdoelen (bv. snelwegop-/afrit, station,
hotel, winkelcentrum, enz.). Bovendien kan het gewenste land worden geko-
zen.
Nadat de navigatie met de NAV-toets 1 geactiveerd is, wordt het navigatie-
hoofdmenu weergegeven.

Reisdoelen
Mogelijke reisdoelen zijn:
● de laatste tien reisdoelen,
● het centrum van een plaats of, bij grote steden, van een stadsdeel,
● een straat,
● een kruispunt van twee of meer straten,
● een huisnummer of een huisnummerblok,
● bijzondere reisdoelen zoals stations, luchthavens, tankstations en andere
openbare instellingen,
● reisdoelen uit het reisdoelgeheugen.
Reisdoelen invoeren met de tekstinvoerregel
De tekstinvoerregel dient voor het invoeren van bv. plaats- en straatnamen bij
de navigatie. De tekstinvoerregel beschikt over een intelligente aanvulfunctie,
d.w.z. er worden voor het invoeren alleen tekens aangeboden die logisch op de
reeds ingevoerde kunnen volgen. S=AD
Voorbeeld: Wanneer u een straatnaam invoert en er in uw plaats
van bestemming geen straatnaam is die met een A begint, wordt de
Y ACH [D]
A niet weergegeven. Net zo wordt bv. de C niet weergegeven wan- TMC
neer u als eerste letter een B hebt ingevoerd en er in de plaats van NAV
bestemming geen straten voorkomen met de lettercombinatie BC. A
Zodra de tekens die u hebt ingevoerd, eenduidig kunnen worden geïnterpre-
teerd, worden de ingevoerde gegevens automatisch aangevuld. Zo is het invoe-
ren van enkele letters meestal genoeg om een plaats- en een straatnaam in te
voeren.
S=AD
Voorbeeld: Wanneer u in Duitsland YO invoert als eerste letters van
YORCKGEBIE
een plaatsnaam, worden deze automatisch aangevuld met RCKGE-
BIET, omdat er geen andere mogelijke aanvullingen voorkomen in TMC
T [D]
het plaatsnamenregister van de cd voor Duitsland. NAV

Tekens kiezen
Zodra de tekstinvoerregel wordt weergegeven, verschijnt het eerste mogelijke
teken. Ga nu als volgt te werk:
1 Markeer het eerste teken. S=AD
Pluspunt: voor een betere weergave wordt het gemarkeerde teken invers en BERL AGE [D
vergroot weergegeven.
TMC
]
2 Bevestig uw keuze door op de OK-toets ; te drukken. NAV
3 Kies het volgende teken en bevestig dit weer door op de OK-toets ; te
drukken.
E SA
25
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
26
✔ Wanneer de ingevoerde tekens reeds een aanvulling mogelijk maken, wordt
de naam automatisch aangevuld. S=AD
4 Herhaal de stappen 1 - 3 totdat de gewenste naam op de tekstinvoerregel
wordt weergegeven.
BERLIN [D]
5 Wanneer u de naam wilt overnemen, houdt u de OK-toets ; lang ingedrukt TMC
NAV
of drukt u op de -toets 8.
✔ De ingevoerde naam wordt weergegeven in de lijst van plaats- resp. straat-
EG ,C
namen (bij invoeren van een plaats- resp. straatnaam).

Ingevoerde tekens wissen


Om een per ongeluk onjuist ingevoerd teken te wissen: S=AD
1 Druk op de -toets 7 of de ESC-toets =. BERLIN [D]
✔ De invoermarkering wordt één plaats naar links verschoven. Automatische
aanvullingen van de naam worden gewist. TMC
NAV
Let op: Door de -toets 7 lang ingedrukt te houden wist u alle te-
kens. Door de ESC-toets = lang ingedrukt te houden gaat u naar
het navigatie-hoofdmenu.

Bladeren in lijsten en vermeldingen overnemen


Omdat het aantal regels op het display beperkt is, zijn lijsten verdeeld over ver-
schillende pagina’s. Lijsten zijn aan de rechterkant gekenmerkt met de pijlen
. Wanneer alleen pijl zichtbaar is, kunt u alleen omlaag bladeren; wan-
S=AD
neer alleen pijl zichtbaar is, alleen omhoog. BERLIN [D]
1 Om door een lijst te bladeren draait u de menuknop : links- of rechtsom. TMC
NAV
✔ De volgende resp. vorige vermelding in de lijst wordt weergegeven.
2 Om vermeldingen uit lijsten (bv. als reisdoel) over te nemen, drukt u op de
OK-toets ;.
Reisdoel invoeren - land
De navigatie-cd bevat momenteel de volledige weggegevens voor een land als- N1 NAVi
mede het netwerk van verbindingswegen (major roads) van Europa. Wanneer u LAATSTE 1O
voor het eerst een reisdoel invoert, wordt u gevraagd een land te kiezen. In het
normale geval zal dit het land zijn waarin u zich bevindt. TMC
DOEL INV.
NAV
1 Markeer en bevestig in het navigatie-hoofdmenu de menuoptie DOEL
INVoeren en vervolgens de menuoptie LAND.
✔ De lijst voor het kiezen van het land verschijnt.
2 Draai de menuknop : totdat het gewenste land wordt weergegeven en
druk op de OK-toets ;.
✔ Het menu voor het invoeren van reisdoelen verschijnt. LAND
Let op: Het gekozen land van bestemming blijft opgeslagen in het DEUTSCHLAN
geheugen totdat u een nieuw land kiest, er een nieuwe cd geplaatst
TMC
D (D)
wordt of wanneer de TravelPilot E1/E2 zichzelf ca. 72 uur nadat deze NAV
voor het laatst is uitgeschakeld volledig uitschakelt.

Reisdoel invoeren - stad


Wanneer u een reisdoel in een plaats wilt opzoeken, moet u dit eerst bepalen.
Dit gebeurt door het invoeren van de naam van de plaats of de postcode. S=AD
Pluspunt: het invoeren van de postcode biedt het voordeel dat de plaats van
bestemming eenduidig bepaald wordt.
1O11 5 BERL
TMC
IN [D]
Let op: Een postcode die bij een postbusnummer hoort, kan niet
NAV
worden gebruikt voor het invoeren van het reisdoel.
5 9

27
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
28
In sommige landen is een postcode in kleinere gemeenten onder bepaalde
omstandigheden geldig voor verschillende plaatsen. U moet dan, nadat de post- KEUZE
code is ingevoerd, de desbetreffende plaats kiezen. Normaliter is het voldoende
om de eerste letters van de gewenst plaats te kiezen. Deze wordt dan naast de LAND. DOEL
postcode op het display weergegeven.
TMC
STAD
Let op: Het invoeren van reisdoelen d.m.v. de postcode is alleen
OMG. POS. NAV
mogelijk wanneer de desbetreffende gegevens op de navigatie-cd OMG. DOEL
zijn opgenomen.
1 Markeer en bevestig in het navigatie-hoofdmenu de menuoptie DOEL
INVoeren en vervolgens de menuoptie STAD.
✔ De tekstinvoerregel voor het invoeren van de plaatsnaam wordt opgeroepen S=AD
en de laatst ingevoerde plaatsnaam wordt weergegeven.
BERLIN [D]
Pluspunt: u krijgt automatisch de laatst ingevoerde plaatsnaam als reisdoel
aangeboden; deze kunt u dan kiezen door de OK-toets ; lang ingedrukt te TMC
NAV
houden of door op de -toets 8 te drukken. Bij de TravelPilot E2 worden de
laatste 20 steden opgeslagen. Wanneer u als eerste letters de beginletters EG ,C
van een van de laatste 20 steden invoert, wordt de desbetreffende stad op
het display weergegeven. Wanneer er geen overeenkomstige stad beschik-
baar is, wordt de eerste passende vermelding uit de stedenlijst weergege-
ven.
2 Voer de plaatsnaam in met de tekstinvoerregel (lees hiervoor ook het ge-
S=AD
deelte "Reisdoel invoeren met de tekstinvoerregel"). BERLIN [D]
3 Ga naar de lijst.
TMC
✔ De naam wordt weergegeven in de plaatsnamenlijst. NAV
4 Kies de gewenste plaats en druk op de OK-toets ; om de plaats als reis-
doel over te nemen.
✔ De plaats wordt als reisdoel overgenomen.
Let op: Mocht de gekozen plaats meermaals voorkomen, dan ver-
schijnt een volgens menu (regiobepaling) met de tekstinvoerregel.
Voer meer letters in, zodat u de plaatsnaam exact kunt bepalen. Ter
REGIO
oriëntatie worden de hemelsbrede afstand en de richting van het BERLIN
reisdoel weergegeven. Dit vervalt wanneer de plaats wordt gekozen
d.m.v. het invoeren van de postcode.
TMC
NAV
Wanneer de stad is gekozen, wordt u verder geleid door de invoerfunctie voor S
het reisdoel. Kies hier tussen:
● BIJZONDER: u kunt uit een lijst direct bijzondere reisdoelen in de gewenste
plaats kiezen uit rubrieken zoals station, winkelcentrum, enz. Lees het ge-
deelte "Reisdoel invoeren - bijzondere reisdoelen" voor meer invoermoge-
lijkheden voor bijzondere reisdoelen.
● STRAAT: invoeren van de straat van bestemming. Of een straat als reisdoel
kan worden gekozen, is afhankelijk van de gegevens die op uw navigatie-
cd-rom zijn opgeslagen.
● CENTRUM: kiezen van het centrum van een plaats of stadsdeel als reisdoel. KEUZE
Let op: Wanneer er voor bepaalde punten geen gegevens beschik- BIJZONDER
baar zijn, worden deze niet weergegeven.
TMC
CENTRUM
STRAAT NAV
Reisdoel invoeren - bijzonder reisdoel in de plaats van be-
stemming
U kunt in uw plaats van bestemming bv. restaurants, parkeerterreinen, hotels,
enz. direct kiezen als bijzonder reisdoel. Voorwaarde hiervoor is dat u een plaats
van bestemming hebt bepaald. KEUZE
1 Markeer en bevestig de menuoptie BIJZONDER.
THEATER
✔ Er wordt een lijst van rubrieken van bijzondere reisdoelen weergegeven.
TMC
WERKPLAATS
2 Kies en bevestig de gewenste rubriek. WINKELCENT NAV
✔ De tekstinvoerregel voor het invoeren van het bijzondere reisdoel wordt op-
geroepen.
ZIEKENHUIS
29
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
30
3 Voer de naam van het bijzondere reisdoel in zoals u gewend bent van het
invoeren van reisdoelen. KEUZE
4 Ga naar de lijst. BIJZONDER
✔ De beschikbare bijzondere reisdoelen worden op alfabetische volgorde weer-
TMC
CENTRUM
gegeven.
STRAAT NAV
5 Markeer en bevestig het gewenste reisdoel.
Wanneer u het gewenste reisdoel hebt gekozen en bevestigd, kunt u de route-
geleiding starten. Lees hiervoor het gedeelte "Routegeleiding".
S=RAA=
Reisdoel invoeren - straat, huisnummer en kruispunt UNTER DEN
1 Markeer en bevestig de menuoptie STRAAT.
TMC
BIRKEN
2 Voer de straatnaam in met de tekstinvoerregel (lees hiervoor ook het ge- NAV
deelte "Reisdoel invoeren met de tekstinvoerregel"). E RB
3 Ga naar de lijst.
✔ De naam van de straat wordt weergegeven in de lijst met straatnamen.
Pluspunt: Om het zoeken te vergemakkelijken kan een lange straatnaam
S=RAA=
ook meermalen zijn opgeslagen, bv.: RAABE-WEG, WILHELM- en WIL- UNTER DEN
HELM-RAABE-WEG.
TMC
LINDEN
4 Markeer en bevestig de gewenste straatnaam. NAV
Let op: Wanneer de straatnaam in de stad van bestemming meer-
malen voorkomt, wordt een submenu voor het invoeren van de post-
code resp. de naam van het stadsdeel opgeroepen om de straat exact
te bepalen. KEUZE
Nadat u de straat hebt gekozen, kunt u kiezen tussen de volgende opties: HUISNUMMER
● HUISNUMMER: u kunt het ingevoerde reisdoel uitbreiden met een huisnum-
TMC
KRUISPUNT
mer of een huisnummerblok. VERDER NAV
● KRUISPUNT: om het reisdoel exact te bepalen kunt u bovendien een kruis-
punt van de gekozen straat kiezen.
Let op: Wanneer u een nieuw reisdoel invoert zonder dat er een na-
vigatie-cd-rom geplaatst is, (corridorfunctie), kunt u geen huisnum-
mer en kruispunt kiezen.
● VERDER: het invoeren van het reisdoel is beëindigd en u kunt de routegelei-
ding starten. Lees hiervoor het gedeelte "Routegeleiding".
Let op: Wanneer er voor bepaalde opties geen gegevens beschik-
baar zijn, worden deze niet aangeboden.

Huisnummer
Wanneer u de menuoptie HUISNUMMER hebt gekozen, verschijnt er een lijst met KEUZE
de beschikbare huisnummers. Dit kunnen afzonderlijke huisnummers of ook huis-
HUISNUMMER
nummerblokken zijn. Bij het model TravelPilot E2 kunt een huisnummer vrij in-
voeren met de invoerregel. Wanneer het ingevoerde huisnummer niet overeen- TMC
KRUISPUNT
komt met de database op de cd, wordt de lijst van beschikbare huisnummers VERDER NAV
weergegeven.
1 Markeer en bevestig het gewenste huisnummer resp. nummerblok.
✔ Het gekozen reisdoel wordt weergegeven.
2 U kunt nu de routegeleiding starten met de OK-toets ;.
Pluspunt: Nadat het reisdoel volledig is ingevoerd en voordat u de routege-
leiding start, hebt u de mogelijkheid om het reisdoel in het reisdoelgeheugen
op te slaan. Lees hiervoor het gedeelte "Reisdoelgeheugen".
Om de route aan uw wensen aan te passen, bv. zonder snelwegen, kunt u de
routeopties vastleggen. Lees hiervoor het gedeelte "Routeopties vastleggen" in
dit hoofdstuk.

31
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
32
Kruispunt
Wanneer u de menuoptie KRUISPUNT hebt gekozen, wordt een lijst met de be- KEUZE
schikbare kruispunten in de straat van bestemming weergegeven. HUISNUMMER
Let op: Wanneer een kruispunt tweemaal voorkomt, wordt boven-
TMC
KRUISPUNT
dien de windrichting aangegeven. VERDER NAV
1 Markeer en bevestig in de lijst het gewenste kruispunt.
✔ Het gekozen reisdoel wordt weergegeven.
2 U kunt nu de routegeleiding starten met de OK-toets ;.
Pluspunt: Nadat het reisdoel volledig is ingevoerd en voordat u de routege-
leiding start, hebt u de mogelijkheid om het reisdoel in het reisdoelgeheugen
op te slaan. Lees hiervoor het gedeelte "Reisdoelgeheugen".
Om de route aan uw wensen aan te passen, bv. zonder snelwegen, kunt u de
routeopties vastleggen. Lees hiervoor het gedeelte "Routeopties vastleggen" in
dit hoofdstuk. KEUZE
Reisdoel invoeren - centrum BIJZONDER
TMC
CENTRUM
Wanneer u na het invoeren van de plaatsnaam de menuoptie CENTRUM hebt
gekozen, wordt de tekstinvoerregel voor het kiezen van de stadsdeelcentra weer-
STRAAT NAV
gegeven.
1 Voer het centrum in met de tekstinvoerregel.
✔ De beschikbare stadscentra worden weergegeven, afhankelijk van de voort-
gang van het invoeren.
Let op: Wanneer de plaats is gekozen door het invoeren van de post-
CEN=RUM
code, worden nu de stadscentra weergegeven die betrekking heb- CHARLOTTEN
ben op de ingevoerde postcode.
TMC
BURG [D]
2 Ga naar de lijst, kies het gewenste stadsdeelcentrum en bevestig dit. NAV
3 U kunt nu de routegeleiding starten met de OK-toets ;.
Pluspunt: Nadat het reisdoel volledig is ingevoerd en voordat u de routege-
leiding start, hebt u de mogelijkheid om het reisdoel in het reisdoelgeheugen
op te slaan. Lees hiervoor het gedeelte "Reisdoelgeheugen".
Om de route aan uw wensen aan te passen, bv. zonder snelwegen, kunt u de
routeopties vastleggen. Lees hiervoor het gedeelte "Routeopties vastleggen" in
dit hoofdstuk.

Reisdoel invoeren - bijzondere reisdoelen


Met deze functie kunnen bijzondere reisdoelen worden gekozen, zoals snel-
wegop- en afritten, parkeergarages, tankstations, restaurants, enz. Er zijn ver-
schillende mogelijkheden om bijzondere reisdoelen te kiezen:
● Landelijke reisdoelen - bijzondere reisdoelen als grensovergangen e.d.
● Omgeving van de positie - bijzondere reisdoelen die zich in de omgeving
van de actuele positie van de auto bevinden.
● Omgeving van het reisdoel - bijzondere reisdoelen die zich in de omgeving KEUZE
van het laatst actieve reisdoel bevinden. LAND. DOEL
TMC
STAD
Landelijke bijzondere reisdoelen
OMG. POS.Z NAV
U kunt als bijzonder reisdoel bv. snelwegop- en afritten, snelwegservicepunten,
luchthavens enz. kiezen uit het gehele gebied van de gebruikte navigatie-cd. U
OMG. DOEL
hoeft hiervoor alleen de naam van het gewenste reisdoel te kennen.
1 Druk op de NAV-toets 1.
✔ Het navigatie-hoofdmenu verschijnt.
2 Kies en bevestig de menuoptie DOEL INVoeren.
KEUZE
✔ Het menu voor het invoeren van het reisdoel verschijnt. GRENS
3 Kies en bevestig de menuoptie LANDelijk DOEL. TMC
LUCHTHAVEN
✔ Er wordt een lijst met rubrieken van bijzondere reisdoelen weergegeven.
SNELWEGAFR NAV
VEER
33
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
34
4 Kies en bevestig de gewenste rubriek.
✔ De beschikbare reisdoelen worden op alfabetische volgorde weergegeven.
Let op: Indien beschikbaar wordt eerst de tekstinvoerregel opge-
roepen. Voer hier de gewenste naam of beginletters in en roep ver-
volgens de lijst op.
5 Kies en bevestig het gewenste bijzondere reisdoel.
Wanneer u het gewenste bijzondere reisdoel hebt gekozen en bevestigd, kunt u
de routegeleiding starten. Lees hiervoor het gedeelte "Routegeleiding".

Omgeving positie
U kunt bijzondere reisdoelen kiezen, gerelateerd aan de omgeving van de actu-
ele positie van uw auto. KEUZE
Let op: De menuoptie wordt alleen aangeboden wanneer een posi- LAND. DOEL
tie beschikbaar is.
TMC
STAD
1 Druk op de NAV-toets 1.
OMG. POS. NAV

✔ Het navigatie-hoofdmenu verschijnt.


OMG. DOEL
2 Kies en bevestig de menuoptie DOEL INVoeren.
✔ Het menu voor het invoeren van het reisdoel verschijnt.
3 Kies en bevestig de menuoptie OMGeving POSitie.
✔ Er wordt een lijst met rubrieken van bijzondere reisdoelen weergegeven.
KEUZE
GRENS
Let op: De selectie van rubrieken is afhankelijk van de gegevens op
TMC
HOTEL/MOTE
de navigatie-cd-rom.
LUCHTHAVEN NAV
4 Kies en bevestig de gewenste rubriek. MUSEUM
✔ De beschikbare reisdoelen worden op weergegeven op volgorde van de af-
stand tot uw positie.
Let op: Indien beschikbaar wordt eerst de tekstinvoerregel opge-
roepen. Voer hier de gewenste naam of beginletters in en roep ver-
volgens de lijst op.
5 Kies en bevestig het gewenste bijzondere reisdoel.
Wanneer u het gewenste bijzondere reisdoel hebt gekozen en bevestigd, kunt u
de routegeleiding starten. Lees hiervoor het gedeelte "Routegeleiding".

Omgeving reisdoel
Bijzondere reisdoelen in de omgeving van het reisdoel hebben altijd betrekking
op het als laatste actieve reisdoel. KEUZE
1 Druk op de NAV-toets 1. LAND. DOEL
✔ Het navigatie-hoofdmenu verschijnt.
TMC
STAD
2 Kies en bevestig de menuoptie DOEL INVoeren. OMG. POS. NAV
✔ Het menu voor het invoeren van het reisdoel verschijnt. OMG. DOEL
3 Kies en bevestig de menuoptie OMGeving DOEL.
Let op: De menuoptie wordt alleen aangeboden wanneer er een reis-
doel beschikbaar is.
✔ Er wordt een lijst met rubrieken van bijzondere reisdoelen weergegeven.
KEUZE
Let op: De selectie van rubrieken is afhankelijk van de gegevens
GRENS
op de navigatie-cd-rom. TMC
HOTEL/MOTE
LUCHTHAVEN NAV
4 Kies en bevestig de gewenste rubriek.
✔ De beschikbare reisdoelen worden op weergegeven op volgorde van de af-
MUSEUM
stand tot het reisdoel.
Let op: Indien beschikbaar wordt eerst de tekstinvoerregel opge-
roepen. Voer hier de gewenste naam of beginletters in en roep ver-
volgens de lijst op.

35
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
36
5 Kies en bevestig het gewenste bijzondere reisdoel.
Wanneer u het gewenste bijzondere reisdoel hebt gekozen en bevestigd, kunt u
de routegeleiding starten. Lees hiervoor het gedeelte "Routegeleiding".

Reisdoel invoeren - laatste tien reisdoelen


De TravelPilot E1/E2 slaat automatisch de laatste tien reisdoelen op waarvoor
N1 NAVi
een route is berekend. U kunt deze reisdoelen desgewenst direct oproepen. LAATSTE 1O
Wanneer het geheugen vol is, wordt bij het berekenen van een nieuwe route het
TMC
DOEL INV.
oudste reisdoel gewist uit het reisdoelgeheugen. NAV
Om een van de laatste tien reisdoelen op te roepen:
1 Markeer en bevestig in het navigatie-hoofdmenu de menuoptie LAATSTE
10.
2 Kies het gewenste reisdoel en bevestig het.
3 De route wordt berekend en de routegeleiding wordt gestart. LAA=S=E DLN
Let op: Eventueel wordt u gevraagd de navigatie-cd-rom te plaatsen BERLIN [D]
indien deze zich niet in de cd-speler bevindt.
TMC
, BERLIN,
UNTER DEN NAV
LINDEN
Reisdoel invoeren - uit het reisdoelgeheugen
U kunt reisdoelen die u vaker bezoekt, opslaan in het reisdoelgeheugen en van
daaruit opnieuw oproepen voor de routegeleiding. Lees hiervoor het gedeelte
"Reisdoelgeheugen".
Er zijn vier geheugenniveaus beschikbaar voor de navigatie (N1, N2, N3 en
N4). Op elk niveau kunnen zes reisdoelen worden opgeslagen.
Om reisdoelen uit het reisdoelgeheugen op te roepen:
1 Druk op de NAV-toets 1.
✔ Het navigatie-hoofdmenu en het laatst actieve geheugenniveau worden weer-
gegeven.
2 Druk zo vaak op de NAV-toets 1 dat het gewenste geheugenniveau wordt
weergegeven.
3 Druk op toets 1 - 6 > waaronder het gewenste reisdoel is opgeslagen.
N1 DOEL 2
✔ Het reisdoel dat onder de gekozen toets is opgeslagen, wordt weergegeven BERLIN [D]
op het display.
TMC
, BERLIN,
4 Wanneer u het reisdoel wilt overnemen voor de routegeleiding, drukt u op de UNTER DEN NAV
OK-toets ;. LINDEN
✔ De routegeleiding wordt gestart. Lees hiervoor het gedeelte "Routegelei-
ding".
Let op: Eventueel wordt u gevraagd de navigatie-cd-rom te plaatsen
indien deze zich niet in de cd-speler bevindt.

37
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
38
Reisdoelgeheugen
In het reisdoelgeheugen kunt u reisdoelen opslaan om deze op een later tijdstip
te gebruiken voor de routegeleiding. Bovendien kunt u de actuele positie instel-
len als positiemarkering en op een later tijdstip als reisdoel oproepen uit het
geheugen. Het instellen van een positiemarkering is mogelijk terwijl de routege-
leiding actief is.
Om reisdoelen op te slaan zijn er in totaal 24 geheugenposities beschikbaar,
zes op elk geheugenniveau van de navigatie.

Nieuw reisdoel opslaan in het reisdoelgeheugen


Nadat u het reisdoel volledig hebt ingevoerd en voordat u de routegeleiding
start, kunt u het reisdoel opslaan in het reisdoelgeheugen. N1 REISDOEL
1 Kies het geheugenniveau waarop u het reisdoel wilt opslaan. Druk hiervoor
zo vaak op de NAV-toets 1 dat het gewenste niveau (N1, N2, N3 of N4) op
BERLIN [D]
het display wordt weergegeven. TMC
, BERLIN,
Houd toets 1 - 6 > waaronder u het reisdoel wilt opslaan, langer dan twee
UNTER DEN NAV
LINDEN
2
seconden ingedrukt.
✔ Nadat het reisdoel is opgeslagen, hoort u een bevestigingstoon.

Actief reisdoel opslaan in het reisdoelgeheugen


U kunt telkens het actieve reisdoel van de routegeleiding opslaan in het reis-
doelgeheugen. N1 DOELINFO
Druk tweemaal op de -toets <.
1
26 km
✔ Het actuele reisdoel wordt weergegeven.
TMC
19:16
2 Kies het geheugenniveau waarop u het reisdoel wilt opslaan. Druk hiervoor
zo vaak op de NAV-toets 1 dat het gewenste niveau (N1, N2, N3 of N4) op
BERLIN [D] NAV

het display wordt weergegeven. , BERLIN,


3 Houd terwijl het reisdoel wordt weergegeven toets 1 - 6 > waaronder u het
reisdoel wilt opslaan, langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Nadat het reisdoel is opgeslagen, hoort u een bevestigingstoon. Aansluitend
wordt de weergave van de routegeleiding weer opgeroepen.

Actuele positie opslaan als reisdoel


U hebt u de mogelijkheid om de actuele positie van uw auto als reisdoel op te
slaan in het reisdoelgeheugen. Deze functie is nuttig wanneer u tijdens de rit
een interessante plaats voorbijrijdt, dat u op een later tijdstip weer wilt bezoe-
ken.
Let op: Om de positie van de auto als reisdoel te kunnen opslaan,
moet u de navigatie-cd geplaatst hebben.
Om de actuele positie als reisdoel op te slaan:
1 Druk op de NAV-toets 1.
2 Kies het geheugenniveau waarop u de positie wilt opslaan. Druk hiervoor zo
vaak op de NAV-toets 1 dat het gewenste niveau (N1, N2, N3 of N4) op het
display wordt weergegeven. N1 POSI=IE
Druk op de -toets <.
3
B243, SCHÜ
✔ De actuele positie wordt weergegeven.
TMC
TZENWIESE
4 Houd terwijl de positie wordt weergegeven toets 1 - 6 > waaronder u de
NAV
positie wilt opslaan, langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ De positie wordt overgenomen in het reisdoelgeheugen.

39
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
40
Routegeleiding
Routegeleiding starten N1 REISDOEL
Nadat u een reisdoel hebt ingevoerd, verschijnt het adres van bestemming op BERLIN [D]
het display. Wanneer u de routegeleiding naar dit reisdoel wilt starten:
TMC
, BERLIN,
1 Druk op de OK-toets ;. UNTER DEN NAV
LINDEN
Routeberekening
Nadat de routegeleiding is gestart, wordt ca. vijf seconden lang een waarschu-
wing op het display weergegeven. Daarna begint het systeem de route te bere- LE= OP
kenen.
Pluspunt: Tijdens en na het berekenen van de route wordt de route volledig VOLG DE
naar het geheugen van de navigatie gekopieerd. Hierdoor hebt u de moge- TMC VERKEERS-
lijkheid om de navigatie-cd na het kopiëren uit het apparaat te halen en een REGELS NAV

audio-cd af te spelen.
Wanneer de auto zich op een gedigitaliseerde weg bevindt, wordt de routegelei-
ding na voltooiing van de routeberekening uitgevoerd door middel van akoesti-
sche en optische rijadviezen.
FM1 NDR 2
Let op: In de volgende gevallen verschijnt tijdens de routegeleiding ROUTE-
een windroossymbool op het display: TMC BEREKENING
● De auto bevindt zich op een niet-gedigitaliseerde weg. ACTIEF NAV

● De TravelPilot E1/E2 kan geen route berekenen voor het geko-


zen reisdoel.
● U hebt het op de navigatie-cd opgeslagen gebied, resp. de geko-
pieerde corridor verlaten.
FM1 NDR 2
● Volg in deze gevallen het windroossymbool. Zodra u weer op
een gedigitaliseerde weg rijdt, worden weer akoestische en opti- TMC
sche rijadviezen gegeven. NAV
Pluspunt: Wanneer u afwijkt van de aanbevolen route, berekent het systeem
automatisch een nieuwe route vanaf de actuele positie van de auto naar het
bestaande reisdoel. Eventueel wordt u gevraagd de navigatie-cd te plaat-
sen.

Rijadviezen
In het middengebied van het display worden de optische rijadviezen weergege-
FM1 NDR 2
ven.
19 16 26km
Bij rechtdoor rijden wordt onder de rijadviezen de naam van de actueel gevolg- TMC
de weg weergegeven. Rechtsboven wordt de actuele afstand tot het reisdoel en B6, WESTSC NAV
linksboven de verwachte aankomsttijd weergegeven. HNELLWEG
Bij de weergave van aanwijzingen om af te slaan ziet u rechts naast de rijadvie-
zen een weergave die symbolisch de afstand tot het eerstvolgende beslissings-
punt (bv. een kruispunt) weergeeft en, indien beschikbaar, boven het symbool
voor het afslaan de naam van de weg waarin u dient af te slaan.
Boven de rijadviezen wordt de actuele audiobron weergegeven. Bij radioweer-
FM1 NDR 2
gave is dat de weergave van de zendernaam resp. frequentie, bij weergave van B1, KAISER
cd-wisselaar de weergave van titel- en cd-nummer.
TMC
STRASSE
Pluspunt: De zes toetsen 1 - 6 >, de -toets 7 en de -toets 8 hebben NAV
terwijl de routegeleiding actief is dezelfde functie als in hoofdmenu van de
op dat moment actieve audiobron. Dat betekent dat u op elk moment de
belangrijkste basisfuncties van de actieve audiobron kunt oproepen zonder
de routegeleiding te hoeven verlaten.
Bovendien helpt de TravelPilot u met gesproken rijadviezen en waarschuwt hij
op tijd voor punten waar u dient af te slaan. Het traject wordt daarbij met vermel- CD1 =02/12
ding van de straatnaam genoemd (autowegen en snelwegen). U kunt de ge- 19 16 26km
sproken mededelingen ook volledig uitschakelen (zie "Spraakopties instellen"
TMC
in het hoofdstuk "Setup - Basisinstellingen"). Bij de TravelPilot E2 kunt u in plaats
hiervan gedetailleerde filemeldingen laten weergeven (zie "Spraakopties instel- B6, WESTSC NAV
len" in het hoofdstuk "Setup - Basisinstellingen"). HNELLWEG
41
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
42
Wisselen van audiobron
U kunt tijdens de routegeleiding op elk moment wisselen van audiobron.
1 Druk terwijl de routegeleiding actief is op de FM•AM-toets 4 of de CD•C-
toets 5 om te wisselen tussen de weergave van radio of cd-wisselaar.
✔ Het hoofdmenu van de gekozen audiobron wordt weergegeven. Weergave
van cd-wisselaar is alleen mogelijk wanneer er een cd-wisselaar is aange-
sloten en deze gereed is voor gebruik.
Wanneer u wilt teruggaan naar de weergave van de routegeleiding:
2 Druk op de NAV-toets 1.

Routegeleiding afbreken
Om de actieve routegeleiding af te breken: NAVI
1 Druk op de ESC-toets =.
✔ Er verschijnt een controlevraag. ROUTE-
Wanneer u de routegeleiding werkelijk wilt afbreken: TMC GELEIDING
2 Druk op de OK-toets ; of, AFBREKEN? NAV

wanneer u de routegeleiding niet wilt afbreken:


2 Druk opnieuw op de ESC-toets =.
Let op: Na het afbreken van de routegeleiding blijven de gegevens
voor de actuele corridor in het geheugen. Daarmee kan de routege-
leiding naar het laatste reisdoel opnieuw worden gestart zonder dat
de navigatie-cd-rom opnieuw hoeft te worden geplaatst. Bij het in-
voeren van een nieuw reisdoel wordt u evt. verzocht de navigatie-
cd-rom te plaatsen.
Dynamische routegeleiding
Tijdens de dynamische routegeleiding evalueert de TravelPilot E1/E2 digitale NAVI
verkeersinformatie en verwerkt deze in de planning van de route. De verkeers- FILE
informatie wordt ontvangen van TMC-zenders (Traffic Message Channel). Dat
zijn RDS-zenders die hun verkeersinformatie ook digitaal uitzenden. Wanneer TMC
ROUTEOPTIE
NAV
reeds een TMC-zender wordt ontvangen, verschijnt op het display het TMC-
symbool.
Wanneer u een reeds actieve routegeleiding dynamisch wilt uitvoeren:
1 Houd tijdens de routegeleiding de NAV-toets 1 langer dan twee seconden
ingedrukt.
✔ Er wordt een keuzemenu weergegeven. ROU=EOP=IES
2 Markeer en bevestig de menuoptie ROUTEOPTIE. DYNAM.
✔ Het menu voor het instellen van de routeopties verschijnt. SNEL o
3 Markeer en bevestig de routeoptie DYNAMisch.
TMC
KORT o NAV
✔ De routeoptie is geactiveerd wanneer erachter een ingevuld vierkant ver- OPTIMAAL
schijnt.
Let op: Wanneer u de dynamische routegeleiding kiest, kunt u bo-
vendien kiezen tussen een snelle, korte of optimale routebereke-
ning. FM1 NDR 2
4 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt en druk daarna 19 16 26km
op de ESC-toets =, of druk tweemaal op de ESC-toets =.
TMC
✔ De route wordt opnieuw berekend en de weergave van de routegeleiding B6, WESTSC NAV
verschijnt. Bovendien wordt het TMC-symbool omkaderd weergegeven.
HNELLWEG
Let op: Eventueel wordt u verzocht de navigatie-cd-rom te plaatsen,
mocht deze zich niet in de cd-speler bevinden. Voor de dynamische
routegeleiding moet tijdens de routegeleiding een TMC-zender zijn
ingesteld. Wanneer er geen TMC-zender is ingesteld, knippert het
TMC-symbool.
43
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
44
Opnieuw berekenen van de route
Wanneer de TravelPilot E1/E2 via TMC een verkeersbericht ontvangt dat rele-
vant is voor de route, wordt automatisch een nieuwe berekening van de route
gestart. Om te wijzen op de nieuwe berekening wordt een gesproken medede-
lingen gegeven.
Pluspunt: Bij de TravelPilot E2 wordt, wanneer de gesproken mededelingen
voor verkeersinformatie geactiveerd zijn (zie "Spraakopties instellen" in het
hoofdstuk "Setup - Basisinstellingen"), een gesproken, gedetailleerde file-
melding gegeven (voor zover de melding de actuele route betreft).
Of de TravelPilot E1/E2 dan daadwerkelijk een omleiding berekent, is afhanke-
lijk van de informatie die via TMC is doorgegeven. Wanneer u ondanks de her-
nieuwde berekening door de storing in het verkeer wordt geleid, wordt u er akoes-
tisch op gewezen dat de route storingen bevat.
Let op: Eventueel wordt u verzocht de navigatie-cd-rom te plaatsen.

TMC-zender automatisch instellen


Indien de automatische TMC-functie ingeschakeld is, wordt automatisch een
TMC-zender ingesteld wanneer u als routeoptie DYNAMisch hebt gekozen en er
eerder geen TMC-zender is ontvangen.
Let op: De TMC-zoekdoorloop kan lang duren omdat de gehele fre-
quentieband wordt doorzocht naar TMC-zenders. In deze tijd is geen
radioweergave mogelijk.
Om de automatische TMC-functie te activeren gaat u als volgt te werk:
1 Druk op de MENU-toets ?.
radio
✔ Het instelmenu wordt weergegeven. TMC AUTO
2 Markeer en bevestig de menuoptie RADIO. TMC
ZOEKEN
NAV
✔ Er wordt een keuzemenu weergegeven.
3 Markeer en bevestig de menuoptie TMC AUTO.
4 Kies de menuoptie AAN en druk op de OK-toets ;.
5 Druk tweemaal op de ESC-toets = om terug te gaan naar de navigatiemo- =MC aU=O
dus. AAN
TMC-zender handmatig instellen TMC
UIT
NAV
Om een TMC-zender handmatig in te stellen gaat u als volgt te werk:
1 Druk op de -toets 7 of de -toets 8.
✔ De eerstvolgende ontvangbare zender wordt ingesteld. Wanneer dit een TMC-
zender is, verschijnt het TMC-symbool op het display. Anders start u de
zoekdoorloop opnieuw.

TMC-berichten lezen
De TravelPilot E1/E2 biedt u de mogelijkheid de via TMC (Traffic Message Chan-
nel) ontvangen verkeersberichten op het display te laten weergeven. =MC 1/2
1 Houd de TRAF-toets @ langer dan twee seconden ingedrukt. A7 Hannove
✔ De TMC-berichten worden weergegeven op volgorde van de wegnummers.
TMC
r Hamburg
Wanneer zich geen berichten in het geheugen bevinden, verschijnt een
mededeling van die strekking.
tussen ASA NAV

2 Draai de menuknop : om te bladeren in de lijst van beschikbare berichten.


Schwarmste
Wanneer een bericht langer is dan het display kan weergeven:
1 Druk op de -toets <.
2 Draai de menuknop : om door het bericht te scrollen.
Druk op de ESC-toets = om terug te gaan naar de lijst.
=MC 1/2
3
r Hamburg
Let op: Om te zorgen dat alleen de gegevens worden verwerkt die
TMC
tussen ASA
relevant zijn voor uw positie op dat moment, verwerkt de TMC-func-
tie alleen TMC-berichten die betrekking hebben om een straal van
Schwarmste NAV
ca. 100 km rondom uw auto. dt en ASA
45
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
46
Een file omzeilen terwijl de routegeleiding actief is
De TravelPilot E1/E2 biedt u naast de automatische fileomleiding door middel NAVI
van de dynamische routegeleiding ook de mogelijkheid om files of geblokkeer- FILE
de weggedeelten terwijl de routegeleiding actief is handmatig in te voeren.
TMC
ROUTEOPTIE
Om de fileomleiding in te stellen gaat u als volgt te werk: NAV
1 Houd de NAV-toets 1 langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Er wordt een keuzemenu weergegeven.
2 Markeer en bevestig de menuoptie FILE.
✔ Het filemenu wordt weergegeven.
3 Draai de menuknop : om de afstand tot het einde van de file, gerelateerd FILE
aan uw actuele positie, in te stellen.
4 Druk op de OK-toets ;.
5 Druk op de ESC-toets =. TMC TRAJECT NAV
✔ Het display van de routegeleiding wordt weer opgeroepen en de route wordt
opnieuw berekend.
6,38 km
Let op: Eventueel wordt u verzocht de navigatie-cd-rom te plaatsen.

Fileomleiding opheffen
1 Houd de NAV-toets 1 langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Er wordt een keuzemenu weergegeven. FILE
2 Markeer en bevestig de menuoptie FILE.
✔ Op het display verschijnt een controlevraag.
TMC
FILE
3 Wanneer u de fileomleiding wilt opheffen, drukt u op de OK-toets ;. OPHEFFEN? NAV
4 Druk op de ESC-toets =.
✔ Het display van de routegeleiding wordt weer opgeroepen en de route wordt
opnieuw berekend.
Routeopties vastleggen
U hebt op elk moment de mogelijkheid om de route, ook terwijl de routegelei-
ding actief is, aan te passen aan uw wensen.
De in te stellen parameters zijn:
● DYNAMisch: dynamische routegeleiding met TMC.
● SNEL: naar tijd geoptimaliseerde berekening van de route.
● KORT: naar afstand geoptimaliseerde berekening van de route.
● OPTIMAAL: naar tijd én afstand geoptimaliseerde berekening van de route.
Pluspunt: De routeoptie OPTIMAAL berekent de route op basis van een vas-
te verhouding tussen de naar tijd en naar afstand geoptimaliseerde bereke-
ning van de route. Dit is vergelijkbaar met een bestuurder die ter plaatse
bekend is.
Met de TravelPilot E2 kunt u bovendien de optimale route (verhouding tus-
sen snelle en korte route) zelf configureren. Lees hiervoor het gedeelte "Op-
timale Route instellen" in het hoofdstuk "Setup - Basisinstellingen".
● SNELWEG: hier kunt u instellen of tijdens de routegeleiding snelwegen mo-
gen worden gevolgd.
● TOLWEGEN: u hebt hier de mogelijkheid om tolwegen uit te sluiten van de
routegeleiding of toe te laten.
● VEER: u hebt de keuze om veren toe te laten of te mijden.
Let op: Wanneer bv. snelwegen hebt gedeactiveerd en het niet vol-
gen van snelwegen tot grote omwegen zou leiden, worden door de
TravelPilot E1/E2 ook snelwegen gekozen. Hetzelfde geldt voor ve-
ren en tolwegen.

47
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
48
Om de routeopties vast te leggen:
1 Houd de NAV-toets 1 langer dan twee seconden ingedrukt. NAVI
✔ Er wordt een keuzemenu weergegeven. FILE
2 Markeer en bevestig de menuoptie ROUTEOPTIE.
TMC
ROUTEOPTIE
✔ Het menu voor het instellen van de routeopties verschijnt. NAV
3 Kies de routeopties die u wilt wijzigen.
4 Om de instelling te wijzigen drukt u op de OK-toets ;.
✔ De routeoptie is geactiveerd wanneer daarachter een ingevulde cirkel/inge-
vuld vierkant verschijnt.
Let op: De routeopties SNEL, KORT en OPTIMAAL sluiten elkaar we-
ROU=EOP=IES
derzijds uit. Wanneer een van deze opties wordt geactiveerd, wor- DYNAM.
den de beide andere gedeactiveerd. SNEL o
Wanneer u het menu wilt verlaten:
TMC
KORT o NAV
1 Druk tweemaal op de ESC-toets =. OPTIMAAL
✔ Wanneer er geen routegeleiding actief is, wordt de audiobron weer weerge-
geven. Bij actieve routegeleiding wordt overgeschakeld naar het display van
de routegeleiding en wordt de route opnieuw berekend.
Let op: De ingestelde routeopties blijven actief tot de volgende wij- ROU=EOP=IES
ziging. SNELWEG
TMC
TOLWEGEN
VEER NAV
Routelijst laten weergeven
U kunt de door de navigatie berekende routelijst laten weergeven. De routelijst 0/286 KM
wordt tijdens de rit geactualiseerd, de nog te volgen gedeelten van het traject 6OO m
worden weergegeven.
TMC
B1, KAISER
1 Houd tijdens de routegeleiding de -toets < langer dan twee seconden in- STRASSE NAV
gedrukt.
✔ De berekende route wordt weergegeven.
2 U kunt bladeren in de lijst door de menuknop : te draaien.
Wanneer u de lijst wilt verlaten:
1 Druk op de ESC-toets =.
✔ Het display van de routegeleiding wordt opnieuw weergegeven.

Verkeersinformatie tijdens de routegeleiding


U kunt de stand-bystand voor verkeersinformatie tijdens de routegeleiding in- of FM1 NDR 2
uitschakelen. 19 16 26km
1 Druk op de TRAF-toets @.
TMC
✔ De TA-functie wordt geactiveerd resp. gedeactiveerd. Wanneer u de TA- B6, WESTSC NAV
functie hebt geactiveerd, wordt op het display het -symbool weergege- HNELLWEG
ven.

49
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
50

Radioweergave
Deze TravelPilot E1/E2 is uitgerust met een RDS-radio-ontvanger. Veel van de
ontvangbare FM-zenders zenden een signaal uit dat naast het programma ook
informatie bevat zoals de naam van de zender. De naam van de zender wordt,
zodra deze wordt ontvangen, op het display weergegeven.

RDS-comfortfuncties (AF, REG)


De RDS-comfortfuncties AF (alternatieve frequentie) en REG (regionaal) ver-
groten het prestatiespectrum van uw TravelPilot E1/E2.
● AF: Wanneer de RDS-comfortfunctie Alternatieve Frequentie geactiveerd is,
schakelt het apparaat automatisch over op de best te ontvangen frequentie
van de ingestelde zender.
● REG: Sommige zenders verdelen hun programma op bepaalde tijden in re-
gionale programma’s met verschillende inhoud. Met de REG-functie wordt
radio
voorkomen dat het apparaat overschakelt op alternatieve frequenties met RDS
een andere programma-inhoud.
TMC
RDS NAAM
Let op: RDS en REG moeten moet apart in het menu worden geacti- REGIONAAL NAV
veerd / gedeactiveerd. HICUT
RDS-comfortfunctie AF in- resp. uitschakelen
1 Druk op de MENU-toets ?.
✔ Het instelmenu wordt weergegeven. rdS
2 Markeer en bevestig de menuoptie RADIO. AAN
✔ Er wordt een keuzemenu weergegeven.
TMC
UIT
3 Markeer en bevestig de menuoptie RDS. NAV
4 Kies AAN of UIT om de AF-functie in resp. uit te schakelen.
5 Druk op de OK-toets ; of op de ESC-toets = om de instelling over te
nemen.
✔ Het keuzemenu wordt opnieuw weergegeven.
6 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het keuzemenu te verlaten.

RDS-comfortfunctie REG in- resp. uitschakelen


1 Druk op de MENU-toets ?.
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
2 Markeer en bevestig de menuoptie RADIO.
✔ Er wordt een keuzemenu weergegeven. regionaAl
3 Markeer en bevestig de menuoptie REGIONAAL. AAN
4 Kies AAN of UIT om de regiofunctie in resp. uit te schakelen.
TMC
UIT
5 Druk op de OK-toets ; of op de ESC-toets = om de instelling over te NAV
nemen.
✔ Het keuzemenu wordt opnieuw weergegeven.
6 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het keuzemenu te verlaten.

51
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
52
Radioweergave starten
Om de radioweergave te starten: FM1 NDR 2
1 Druk kort op de FM•AM-toets 4. NDR2 ffn
✔ De zender die als laatste ontvangen is, wordt afgespeeld.
TMC NJOY Ante NAV
Golfgebied / geheugenniveau kiezen RAD2 JUMP
Met dit apparaat kunt u zenders van de frequentiebanden FM, MW en LW (AM)
ontvangen. Voor het golfgebied FM zijn drie geheugenniveaus en voor de golf-
gebieden MW en LW elk één geheugenniveau beschikbaar. Op elk geheugen-
niveau kunnen zes zenders worden geprogrammeerd.
Om te wisselen tussen de geheugenniveaus resp. golfgebieden:
1 Druk zo vaak op de FM•AM-toets 4 dat het gewenste golfgebied resp. ge-
heugenniveau op het display wordt weergegeven, of NIVEAU
druk op de OK-toets ;.
1
FM1
✔ De lijst met de geheugenniveaus / golfgebieden verschijnt.
TMC
FM2
2 Markeer het gewenste golfgebied resp. geheugenniveau en druk op de OK-
toets ;.
FMT NAV

✔ Het gekozen golfgebied resp. geheugenniveau wordt weergegeven en de


MW
laatst ingestelde zender wordt afgespeeld.
Zenders instellen
U hebt verschillende mogelijkheden om zenders in te stellen.

Automatische zoekafstemming
1 Druk op de -toets 7 of de -toets 8.
✔ De eerstvolgende ontvangbare zender wordt ingesteld.
Let op: U kunt de gevoeligheid van de zoekafstemming instellen.
Lees hiervoor het gedeelte "Radiofuncties instellen" in het hoofd-
stuk "Setup - Basisinstellingen".

Handmatig afstemmen op zenders


U kunt ook handmatig zenders instellen.
1 Draai de menuknop :, of
1 Houd de -toets 7 of de -toets 8 langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ De frequentie wordt stapsgewijs gewijzigd.

53
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
54
Zenders programmeren
Zenders handmatig programmeren
1 Kies het gewenste geheugenniveau FM1, FM2, FMT of een van de golfge-
bieden MW of LW.
2 Stel de gewenste zender in.
3 Houd de voorkeuzetoets 1 - 6 > waaronder de zender moet worden opge-
slagen, langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Op het display wordt de opgeslagen zendernaam resp. de frequentie weer-
gegeven naast de desbetreffende voorkeuzetoets.
Let op: Afhankelijk van de lengte van de zendernaam wordt deze
afgekort weergegeven op het display.

Zenders automatisch programmeren (Travelstore)


U kunt de zes sterkste zenders uit de regio automatisch programmeren (alleen
FM). De zenders worden opgeslagen op geheugenniveau FMT.
Let op: Eerder op dit niveau geprogrammeerde zenders worden hier-
bij gewist. FM= =-S=ORE
1 Houd de FM•AM-toets 4 langer dan twee seconden ingedrukt. NDR2 ffn
✔ Het programmeren begint. Op het display wordt T-STORE weergegeven. Elke
geprogrammeerde zender wordt ca. drie seconden kort weergegeven. Wan- NJOY Ante NAV
neer het programmeren voltooid is, wordt de zender op geheugenpositie 1 RAD2 JUMP
van geheugenniveau FMT weergegeven.

Geprogrammeerde zenders oproepen


1 Kies het geheugenniveau resp. het golfgebied.
2 Druk op de voorkeuzetoets 1 - 6 > van de gewenste zender.
Ontvangbare zenders kort weergeven (SCAN)
U kunt alle ontvangbare zenders kort laten weergeven. De duur van het frag-
ment bedraagt tien seconden.

SCAN starten
1 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt. FM1 SCAN
✔ Het scannen begint. SCAN verschijnt kort op het display, daarna verschijnt NDR2 ffn
de actuele zendernaam resp. de frequentie.
NJOY Ante NAV
SCAN beëindigen, zender verder beluisteren RAD2 JUMP
1 Druk op de ESC-toets =.
✔ Het scannen wordt beëindigd, de als laatste ingestelde zender blijft actief.

Verkeersinformatie
Dit apparaat is uitgerust met een RDS-EON-ontvanger. EON staat voor Enhan-
ced Other Network.
In het geval van een verkeersbericht (TA) wordt binnen de zenderketen auto-
matisch overgeschakeld van een zender zonder verkeersinformatie naar de des-
betreffende zender met verkeersinformatie van de zenderketen.
Na het verkeersbericht wordt het eerder beluisterde programma weer ingescha-
keld.
Let op: U kunt het volume voor de verkeersinformatie instellen. Lees
hiervoor het gedeelte "Volume bij inschakelen, voor navigatie, ver-
keersinformatie en telefoon en GALA instellen" in het hoofdstuk
"Setup - Basisinstellingen".

55
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
56
Voorrang voor verkeersinformatie in- en uitschakelen
1 Druk op de TRAF-toets @. FM1 NDR 2
✔ De voorrang voor verkeersinformatie is geactiveerd wanneer op het display NDR2 ffn
het -symbool verlicht is.
Let op: Wanneer u het uitzendgebied van een zender met verkeers-
TMC NJOY Ante NAV
informatie verlaat of van een zender met verkeersinformatie wisselt RAD2 JUMP
naar een zender zonder verkeersinformatie, knippert het -sym-
bool en wordt de zoekdoorloop automatisch gestart.

Actueel verkeersbericht onderbreken


U kunt een actueel verkeersbericht onderbreken wanneer u dit niet wilt horen.
1 Druk tijdens het verkeersbericht op de TRAF-toets @.
✔ Het actuele bericht wordt onderbroken. De voorrang voor verkeersinforma-
tie blijft echter actief.
Cd-weergave
U kunt in de interne cd-speler van de TravelPilot E1/E2 gewone audio-cd’s met
een diameter van 12 cm afspelen.
Cd-r’s (zelfgebrande cd’s) kunnen in de regel ook worden afgespeeld. Vanwege
de verschillende cd-kwaliteit kan Blaupunkt niet garant staan voor probleem-
loos functioneren hiervan.
Gebruik voor probleemloos functioneren alleen cd’s met het CompactDisc-logo.
Cd’s met kopieerbeveiliging kunnen problemen bij het afspelen veroorzaken.
Blaupunkt kan niet garant staan voor probleemloos functioneren van cd’s met
kopieerbeveiliging!
Gevaar voor vernieling van de cd-speler! Single-cd’s met een
diameter van 8 cm en met speciale contouren (shape-cd’s) zijn niet
geschikt voor de weergave. Wij aanvaarden geen aansprakelijkheid
voor beschadigingen van de cd-speler door ongeschikte cd’s.

De interne cd-speler is een laserproduct van klasse 1 met een


zichtbare / onzichtbare laserstraal, die een voor mensen gevaarlijke
stralingsbelasting kan vormen. De cd-speler mag alleen volgens de
gegeven instructies worden gebruikt. Open nooit de kast en pro-
beer niet zelf reparaties uit te voeren. Laat het onderhoud uitvoeren
door geschoold personeel. CD
Tijdens de cd-weergave wordt op de bovenste regel van het display "CD", daar-
onder de actuele titel en de speeltijd weergegeven.
TMC
TRK 7
3:24
Cd-weergave starten
De cd-weergave start automatisch wanneer er een audio-cd wordt geplaatst.

57
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
58
Cd plaatsen
1 Druk op toets 9 om het bedieningspaneel te openen.
2 Een evt. in het apparaat geplaatste cd wordt automatisch naar buiten ge-
schoven.
3 Schuif de cd met de bedrukte zijde naar boven gericht voorzichtig in de cd-
opening van het apparaat. Beweeg de cd totdat u een weerstand voelt. Van-
af dit punt wordt de cd automatisch door het apparaat naar binnen getrans-
porteerd.
✔ De cd-weergave start automatisch na controle van de cd. Het cd-hoofdmenu
verschijnt.
CD
Let op: Het apparaat onthoudt de titel en verstreken speeltijd van de
laatst beluisterde audio- resp. MP3-cd en start na het opnieuw plaat-
sen van de cd op de plaats waar de weergave werd onderbroken. Dit
TMC
TRK 7
is vooral praktisch wanneer tijdens de audioweergave even de navi- 3:24
gatie-cd moet worden geplaatst.

Interne cd-weergave starten (geen cd-wisselaar aangesloten)


Wanneer er een audio-cd geplaatst is en geen cd-wisselaar is aangesloten:
1 Druk op de CD•C-toets 5.
✔ Het apparaat gaat naar het cd-hoofdmenu en de cd-weergave wordt voort-
gezet. Wanneer er geen audio-cd is geplaatst, hoort u een waarschuwings-
signaal.

Interne cd-weergave starten (cd-wisselaar aangesloten)


Wanneer er een cd is geplaatst in de interne cd-speler en er een cd-wisselaar is
aangesloten, gaat het apparaat nadat de CD•C-toets 5 is ingedrukt naar de
cd-weergave. De cd-bron die als laatste actief was (cd of cd-wisselaar) wordt
weergegeven.
Wanneer de als laatste beluisterde cd met de cd-wisselaar werd afgespeeld,
wordt het hoofdmenu voor de cd-wisselaar opgeroepen.
Wanneer u de interne cd-speler wilt activeren:
1 Druk opnieuw op de CD•C-toets 5.
✔ De cd-weergave wordt gestart.

Titels kiezen
Tijdens de cd-weergave kunt u titels direct kiezen. Om opwaarts titels te kiezen:
1 Druk op de -toets 8.
✔ Wanneer de laatste titel is bereikt, wordt bij het indrukken van de -toets 8
de eerste titel van de cd gekozen.
Om de actuele titel te herhalen of om een vorige titel te kiezen:
1 Druk op de -toets 7.
✔ Wanneer de eerste titel van de cd wordt weergegeven, wordt bij het indruk-
ken van de -toets 7 de laatste titel weergegeven.

Snelle zoekdoorloop
Wanneer u tijdens de weergave van een titel een bepaalde passage direct wilt
weergeven, kunt u dit doen met de snelle zoekdoorloop.
1 Houd tijdens de weergave de -toets 7 of de -toets 8 ingedrukt.
✔ De weergave van de titel wordt hoorbaar terug of vooruit verplaatst.

Willekeurige weergave (MIX)


mix CD
U kunt de titels van een cd in willekeurige volgorde afspelen.
TMC
TRK 2
1 Druk op voorkeuzetoets 2 MIX >. 2:33
✔ De titels van de cd worden willekeurig gekozen en weergegeven.

59
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
60
Om de mixfunctie te beëindigen:
1 Druk opnieuw op voorkeuzetoets 2 MIX >. De mixfunctie wordt automa-
tisch beëindigd wanneer de scanfunctie wordt geactiveerd.

Alle titels van een cd kort weergeven (SCAN)


Wanneer u alle titels van een cd kort wilt laten weergeven, handelt u als volgt:
scan CD
1 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Alle titels van de cd worden in oplopende volgorde kort weergegeven. De
TMC
TRK 6
duur van het fragment is tien seconden. O:O8
Om de scanfunctie te beëindigen:
1 Druk op de ESC-toets =. De scanfunctie wordt automatisch beëindigd wan-
neer de mixfunctie wordt geactiveerd.

Titels herhalen (REPEAT)


Om een titel herhaald af te spelen, activeert u de repeat-functie.
RP= =rack
1 Kies de gewenste titel.
2 Druk op voorkeuzetoets 5 RPT >.
TMC
TRK 2
✔ De titel wordt herhaald totdat de repeat-functie wordt beëindigd. 2:33
Wanneer u de repeat-functie wilt beëindigen:
1 Druk opnieuw op voorkeuzetoets 5 RPT >.

Verkeersinformatie tijdens de cd-weergave


Om de standby-stand voor verkeersinformatie tijdens cd-weergave in- resp. uit CD
te schakelen (zie het gedeelte "Verkeersinformatie" in het hoofdstuk "Radio-
weergave"):
TMC
TRK 7
1 Druk op de TRAF-toets @. 3:24
✔ Wanneer de stand-bystand voor verkeersinformatie actief is, wordt het -
symbool weergegeven op het display.
MP3-weergave (alleen TravelPilot E2)
U kunt met de TravelPilot E2 ook cd-r’s en cd-rw’s met MP3-muzikebestanden
afspelen.
MP3 is een door het Fraunhofer-instituut ontwikkeld procédé voor het compri-
meren van cd-audiogegevens. Door deze compressie kan de hoeveelheid ge-
gevens zonder hoorbaar kwaliteitsverlies worden gereduceerd tot circa 10 pro-
cent van de oorspronkelijke grootte (bij een bitrate van 128 kbit/sec). Wanneer
bij het coderen van de cd-audiogegevens in MP3-opmaak lagere bitrates wor-
den gebruikt, zijn kleinere bestanden mogelijk, echter alleen met kwaliteitsver-
lies.

Voorbereiding van de MP3-cd


Door de combinatie van cd-writer, cd-schrijfsoftware en onbeschreven cd kun-
nen problemen optreden bij de weergave van de cd’s. Wanneer er problemen
optreden met zelfgebrande cd’s, dient u over te schakelen op een ander merk of
een andere kleur basis-cd’s. Om problemen bij het afspelen te voorkomen dient
u de cd’s niet sneller dan met 16-voudige snelheid te beschrijven.
De opmaak van de cd moet ISO 9660 Level 1, Level 2 of Joliet zijn. Alle andere
soorten kunnen niet betrouwbaar worden afgespeeld.
U kunt op een cd maximaal 255 directory’s aanmaken. Deze directory’s kunnen
met dit apparaat worden gekozen.
Per directory kunnen maximaal 255 titels worden beheerd.
Elke directory kan met de pc van een naam worden voorzien. De naam van de
directory kan op het display van het apparaat worden weergegeven wanneer er
geen ID-tags beschikbaar zijn. Geef de directory’s en titels/bestanden namen
op de manier die uw cd-schrijfsoftware voorschrijft. Aanwijzingen daarvoor vindt
u in de gebruiksaanwijzing van de software.

61
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
62
Let op: U dient bij het benoemen van de directory’s en titels/bestan-
den geen trema’s en speciale symbolen te gebruiken, aangezien deze
mogelijk niet juist worden weergegeven. Gebruik voor de namen
van titels en directory’s maximaal 32 tekens (inclusief de extensie
.MP3), aangezien meer den 32 tekens niet betrouwbaar en correct
kunnen worden weergegeven.
MP3-titels kunnen extra informatie bevatten zoals uitvoerende, titel en album
(ID3-tag). Dit apparaat kan ID3-tags van versie 1 en 2 op het display weerge-
ven.
Bij het aanmaken (coderen) van de MP3-bestanden uit audiobestanden dient u
bitrates van maximaal 256 kbit/s te gebruiken.
Voor het juiste gebruik van MP3-bestanden met dit apparaat moeten de MP3-
bestanden de extensie .MP3 hebben.
Let op: Om ongestoorde weergave te garanderen:
● Probeer niet om andere bestanden dan MP3-bestanden te voor-
zien van de extensie .MP3 en deze vervolgens af te spelen! Deze
ongeldige bestanden worden tijdens de weergave genegeerd.
● Gebruik geen gemengde cd’s met MP3-bestanden en niet-MP3-
bestanden (het apparaat leest tijdens MP3-weergave alleen MP3-
bestanden).
● Gebruik geen mix-mode-cd’s met audiotitels en MP3-titels. Als u
probeert een mix-mode-cd af te spelen, worden alleen de cd-au-
diotitels afgespeeld.
MP3-weergave starten
De MP3-weergave wordt gestart zoals de normale cd-weergave. Lees hiervoor
het gedeelte "Cd-weergave starten" in het hoofdstuk "Cd-weergave".
Nadat de cd gecontroleerd is, begint de weergave met de eerste titel in de eer-
ste directory die door het apparaat wordt herkend.
Op het display verschijnt op de eerste regel de naam van de titel als lichtkrant (u
kunt de lichtkrant ook uitschakelen; lees hiervoor de informatie onder "MP3-info
kiezen" aan het einde van het hoofdstuk).
Op de tweede en derde regel wordt de naam van de uitvoerende weergegeven MP3
met regelafbreking. Deze informatie kan alleen worden weergegeven wanneer O2 Rookie.
er voor de titel ID-tags beschikbaar zijn (lees hiervoor ook de gebruiksaanwij-
TMC
Boy Sets
Fire
zing van uw schrijfsoftware). Wanneer er geen ID-tags bij de titels zijn opgesla-
gen, wordt op de eerste regel de naam van het bestand en op de tweede en
derde regel de naam van de directory weergegeven. 3:24
Op de vierde regel wordt altijd de verstreken speeltijd van de titel weergegeven.

Directory kiezen
Directory kiezen met de toetsen
Om opwaarts naar een andere directory te gaan:
1 Druk een- of meermaals op voorkeuzetoets 4 >.
Om neerwaarts naar een andere directory te gaan:
1 Druk een- of meermaals op voorkeuzetoets 1 >.

63
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
64
Directory kiezen in de browse-modus
U kunt de actuele directory en de drie volgende laten weergeven op de vier
regels van het display. De directory’s worden weergegeven met de namen die u
hebt aangemaakt bij het branden van de cd. Terwijl de directory’s worden weer-
gegeven, kunt u met de menuknop : alle beschikbare directory’s laten weer-
geven en kiezen.
1 Druk tijdens de MP3-weergave kort op OK-toets ;.
MP3 BROWSER
✔ De MP3-browse-modus wordt weergegeven. Wanneer u niet binnen 30 se-
conden op een toets drukt, wordt de standaardweergave weer gebruikt. TMC
O1 After
In de browse-modus worden de actuele titel en de drie volgende titels van de O2 Rookie
actuele directory weergegeven met de namen die u hebt gekozen bij het O3 Our Ti
branden van de cd. Wanneer de actuele directory nog meer directory’s be-
vat, worden deze aan het begin van de lijst vóór de titels in de directory
weergegeven.
Wanneer het aantal beschikbare karakters van de regel niet voldoende is,
wordt de naam afgekort. U kunt de volledige naam laten weergeven door
MP3 BROWSER
kort op -toets < te drukken. Er wordt overgegaan op een andere weerga-
ve, alle toetsen behouden hun functie zoals hier beschreven.
TMC
O1 After
2 Om de directory’s van één niveau hoger te laten weergeven, markeert en O2 Rookie
bevestigt u de vermelding op het display of drukt u kort op de -toets 7. O3 Our Ti
Om direct naar het hoogste geheugenniveau te gaan houdt u de -toets 7
langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ De directory’s van één niveau hoger worden weergegeven. Kies hier de ge-
wenste directory waaruit u titels wilt beluisteren, of herhaal stap 2 totdat u
het geheugenniveau hebt bereikt waarop de gewenste directory zich be- MP3 BROWSER
vindt. Fashion N
3 Markeer en bevestig de gewenste directory met de menuknop : en OK-
TMC
Hollywood
toets ; of -toets 8. Relations
✔ De gekozen directory wordt geopend en de eerste titel wordt gemarkeerd.
De titels van de directory worden weergegeven in de browse-modus.
Roseland
Titels kiezen
Titels/bestanden kiezen met de pijltoetsen
Om opwaarts naar een andere titel / ander bestand in de actuele directory te
gaan:
1 Druk een- of meermaals op de -toets 8.
Om opwaarts naar een andere titel / ander bestand in de actuele directory te
gaan:
1 Druk een- of meermaals op de -toets 7.
✔ Wanneer u eenmaal op de -toets 7 drukt, wordt de actuele titel opnieuw
gestart.

Titels kiezen in de browse-modus


In de browse-modus kunt u de beschikbare titels van een directory comfortabel
bekijken en daaruit gericht een titel kiezen.
1 Druk tijdens de MP3-weergave kort op OK-toets ;.
✔ De MP3-browse-modus wordt weergegeven. In de browse-modus worden MP3 BROWSER
de actuele titel en de drie volgende titels van de actuele directory weergege-
ven met de namen die u hebt gekozen bij het branden van de cd. Wanneer
het aantal beschikbare karakters van de regel niet voldoende is, wordt de TMC
O1 After
naam afgekort. O2 Rookie
2 Draai de menuknop : om alle titels van de directory achtereenvolgens te O3 Our Ti
laten weergeven.
3 Wanneer u de actueel weergegeven titel wilt kiezen, drukt u op OK-toets ;.

65
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
66
Snelle zoekdoorloop
Voor een snelle zoekdoorloop voorwaarts:
1 Houd de -toets 8 ingedrukt totdat de snelle zoekdoorloop begint.
Voor een snelle zoekdoorloop achterwaarts:
1 Houd de -toets 7 ingedrukt totdat de snelle zoekdoorloop begint.

Willekeurige weergave (MIX)


U kunt alle titels van een directory en alle titels van een cd in willekeurige volg-
orde afspelen.
1 Druk op voorkeuzetoets 2 MIX >.
✔ Op het display wordt MIX DIR weergegeven. De titels van de directory wor-
den willekeurig gekozen en weergegeven.
Om alle titels van de cd in willekeurige volgorde af te spelen:
1 Druk zo vaak op voorkeuzetoets 2 MIX > dat MIX ALL op het display wordt
weergegeven.
✔ De titels van de cd worden willekeurig gekozen en weergegeven.
Om de MIX-functie te beëindigen:
1 Druk zo vaak op voorkeuzetoets 2 MIX > dat op de bovenste regel van het
display weer MP3 wordt weergegeven. De MIX-functie wordt automatisch
beëindigd wanneer de SCAN-functie wordt gestart.
Alle titels van een directory kort weergeven (SCAN)
Wanneer u alle titels van de actuele directory kort wilt laten weergeven, gaat u
als volgt te werk:
1 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Alle titels van de directory worden in oplopende volgorde kort weergegeven.
De duur van het fragment is 10 seconden.
Om de SCAN-functie te beëindigen:
1 Druk op de ESC-toets =. De SCAN-functie wordt automatisch beëindigd
wanneer de MIX-functie wordt gestart.

Titels herhalen (REPEAT)


U kunt de actuele titel of alle titels van een directory herhaal afspelen.
1 Druk op voorkeuzetoets 5 RPT >.
✔ Op het display wordt RPT TRACK weergegeven.
Om alle titels van de directory herhaald weer te geven:
1 Druk zo vaak op voorkeuzetoets 5 RPT > dat RPT DIR op het display wordt
weergegeven.
✔ De titels van de directory worden herhaald weergegeven.
Om de Repeat-functie te beëindigen:
1 Druk zo vaak op voorkeuzetoets 5 RPT > dat op de bovenste regel van het
display weer MP3 wordt weergegeven.

67
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
68
MP3-info kiezen
Tijdens de MP3-weergave worden op de eerste regel van het display de titel als INS=ELLING
lichtkrant, en op de tweede en derde regel de naam van de uitvoerende weerge- KLANK
geven (alleen wanneer de ID-tags op de MP3-bestanden beschikbaar zijn).
TMC
VOLUME
Wanneer er geen ID-tags beschikbaar zijn, wordt op de eerste regel de be-
standsnaam als lichtkrant weergegeven.
RADIO NAV

U kunt de weergave van lichtkranten op de eerste regel ook uitschakelen (in-


MP3
stelling FIX).
1 Druk op de MENU-toets ?.
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
2 Markeer en bevestig de menuoptie MP3.
MP3 NAAM
3 Markeer en bevestig de menuoptie FIX resp. VARIABEL. FIX
4 Wanneer het instellen voltooid is, drukt u op de OK-toets ; of de ESC- TMC
VARIABEL
toets =. NAV
5 Druk op de ESC-toets = om het instelmenu weer te verlaten.
Weergave van cd-wisselaar
U hebt de mogelijkheid om met de TravelPilot E1/E2 de volgende Blaupunkt-cd-
wisselaars te bedienen:
● CDC - A03
● CDC - A08
● IDC - A09
Hoe u de cd-wisselaars in de auto monteert en aansluit op de TravelPilot E1/E2
leest u in de met de cd-wisselaar meegeleverde inbouw- en aansluithandlei-
ding.
Als alternatief voor een cd-wisselaar kunt u ook de Compact Drive MP3 aanslui-
ting (eventueel is een software-update van de Compact Drive nodig, zie
www.blaupunkt.de). De Compact Drive MP3 wordt bediend zoals een cd-wis-
selaar, de meeste cd-wisselaarfuncties kunnen ook met de Compact Drive MP3
worden gebruikt (uitzondering: de Mix-functie is slechts beperkt mogelijk). Om
op- of neerwaarts naar een andere directory te gaan drukt u op voorkeuzetoets
1 > resp. voorkeuzetoets 4 >.

Cd’s in de cd-wisselaar plaatsen


Hoe u het magazijn vult met cd’s en het magazijn in de wisselaar plaatst, leest u
in de met de cd-wisselaar meegeleverde handleiding.

Weergave van cd-wisselaar starten


Om de weergave van de cd-wisselaar te starten:
1 Druk op de CD•C-toets 5.
✔ Wanneer de als laatste gebruikte cd-bron de interne cd-speler was en de
audio-cd nog geplaatst is, wordt deze weergegeven. Zo niet, dan wordt de
laatst beluisterde cd, resp. de eerst beschikbare cd van de cd-wisselaar af-
gespeeld.
69
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
70
Wanneer de audio-cd in de interne cd-speler actief is:
2 Druk opnieuw op de CD•C-toets 5. CDC
✔ Het display van de cd-wisselaar wordt geopend. Op de bovenste regel van CD O1
het display wordt CDC weergegeven. Daaronder worden het nummer van
TMC
TRK 7
de cd in de cd-wisselaar, de actueel weergegeven titel en de verstreken
speeltijd weergegeven.
3:24 NAV

Let op: Wanneer u het magazijn net hebt geplaatst, worden eerst
alle cd’s in de wisselaar eenmaal geladen (magazijnscan). Geduren-
de deze tijd is er geen cd-wisselaarweergave mogelijk. het apparaat
is gereed om cd’s af te spelen wanneer het linker cd-symbool op
het display niet meer knippert.

Cd kiezen
Om een cd te kiezen: CDC DISK
1 Druk op de OK-toets ;. CD1
✔ De lijst voor het kiezen van de cd verschijnt. TMC
CD2
CD3 NAV
CD4
Let op: Wanneer het cd-magazijn niet volledig gevuld is, worden
alleen de cd’s weergegeven die kunnen worden gekozen en afge-
speeld. Cd’s die niet kunnen worden afgespeeld, maar zich wel in
het magazijn bevinden (bv. cd-rom’s, gegevens-cd’s), worden niet
weergegeven.
2 Markeer en bevestig de gewenste cd.
✔ De gekozen cd wordt geladen en weergegeven.
Titels kiezen
Voor een titel opwaarts:
1 Druk op de -toets 8.
✔ Wanneer de laatste titel is bereikt, wordt bij het indrukken van de -toets 8
de eerste titel van de cd gekozen.
Om de actuele titel te herhalen of om een vorige titel te kiezen:
1 Druk op de -toets 7.
✔ Wanneer de eerste titel van de cd is gekozen, wordt bij het indrukken van de
-toets 7 de laatste titel weergegeven.

Snelle zoekdoorloop
Wanneer u tijdens de weergave van een titel een bepaalde passage direct wilt
weergeven, kunt u dit doen met de snelle zoekdoorloop.
1 Houd de -toets 7 of de -toets 8 ingedrukt.
✔ De titel wordt hoorbaar terug resp. vooruit verplaatst.

Willekeurige weergave (MIX)


U kunt de titels van één cd of alle cd’s in de cd-wisselaar in willekeurige volgor-
de afspelen.

Willekeurige weergave voor alle titels van één cd


Om alleen de titels van één cd in willekeurige volgorde te laten weergeven:
mix CD
1 Druk zo vaak op voorkeuzetoets 2 MIX > dat MIX CD op de bovenste regel CD O2
van het display wordt weergegeven.
TMC
TRK 2
✔ De titels van de actuele cd worden willekeurig gekozen totdat u de mixfunc- 2:33 NAV
tie beëindigt.

71
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
72
Willekeurige weergave voor alle titels van alle cd’s
Om de titels van alle cd’s in willekeurige volgorde te laten weergeven: mix mag
1 Druk zo vaak op voorkeuzetoets 2 MIX > dat MIX MAG op de bovenste CD O2
regel van het display wordt weergegeven.
TMC
TRK 2
✔ De titels van alle cd’s in de wisselaar worden willekeurig gekozen totdat u de 2:33 NAV
mixfunctie beëindigt.

Willekeurige weergave beëindigen


Om de mixfunctie te beëindigen:
1 Druk zo vaak op voorkeuzetoets 2 MIX > dat CDC op de bovenste regel van
het display wordt weergegeven.
✔ De weergave wordt voortgezet in oplopende volgorde.

Alle titels van alle geplaatste cd’s kort weergeven (SCAN)


Wanneer u alle titels van alle geplaatste cd’s kort wilt laten weergeven:
1 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt.
MAG>-scan
✔ Alle titels worden, uitgaande van de actuele titel, kort weergegeven. De duur
CD O2
van het fragment is tien seconden. TMC
TRK 6
Om de scanfunctie te beëindigen: O:O8 NAV

1 Druk op de ESC-toets =.
✔ De actueel weergegeven titel wordt verder afgespeeld.
Titels herhalen (REPEAT)
Om een titel of een cd herhaald af te spelen, activeert u de repeat-functie. RP= =rack
1 Kies de gewenste titel. CD O2
2 Druk op voorkeuzetoets 5 RPT >.
TMC
TRK 2
✔ De titel wordt herhaald totdat de repeat-functie wordt beëindigd. 2:33 NAV
Wanneer u de repeat-functie wilt beëindigen:
1 Druk opnieuw op voorkeuzetoets 5 RPT >.

Verkeersinformatie tijdens de cd-weergave


Om de standby-stand voor verkeersinformatie tijdens cd-weergave in- resp. uit CDC
te schakelen (zie "Verkeersinformatie" in het hoofdstuk "Radioweergave"): CD O1
1 Druk op de TRAF-toets @.
TMC
TRK 7
✔ Wanneer de stand-bystand voor verkeersinformatie actief is, wordt het - 3:24 NAV
symbool weergegeven op het display.

73
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR
AFSTANDSBEDIENING SETUP APPENDIX
74

Stuurwielafstandsbediening
Met de stuurwielafstandsbediening RC 10 kunt u enkele basisfuncties van de
TravelPilot E1/E2 comfortabel en veilig aansturen vanaf het stuurwiel. De toet-
sen / hebben daarbij de functie van de menuknop :, de toetsen / en
OK hebben dezelfde functie als op de TravelPilot E1/E2.

Audiobron kiezen
Met de afstandsbediening kunt u wisselen tussen de audiobronnen.
1 Druk kort op de SRC-toets van de afstandsbediening.
✔ De eerstvolgende speelklare audiobron wordt gekozen.

Volume instellen
Om het volume in te stellen met de afstandsbediening:
1 Druk op een van de toetsen V+ resp. V-.
✔ Het volume wordt vergroot resp. verkleind.

Navigatie activeren
Om de navigatie op te roepen met de afstandsbediening:
1 Houd de SRC-toets van de afstandsbediening ingedrukt totdat het apparaat
overschakelt naar de navigatie-functiemodus.
Geluidsonderdrukking
Met de afstandsbediening kunt u het geluid van het apparaat onderdrukken.
1 Druk op de -toets.

Geluidsonderdrukking opheffen
Wanneer u de geluidsonderdrukking weer wilt opheffen:
1 Druk opnieuw op de -toets, of
1 druk op een van de toetsen V+ resp. V-.

75
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR
AFSTANDSBEDIENING SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
76

Setup - Basisinstellingen
INS=ELLING
KLANK
Het instelmenu biedt u de mogelijkheid om basisfuncties van de TravelPilot E1/
E2 aan uw wensen aan te passen.
De volgende functies van het apparaat kunnen worden veranderd. TMC
VOLUME
● KLANK - instelling van de klankverdeling van de equalizer
RADIO NAV

● VOLUME - basisvolumes instellen


MP3
● RADIO - basisinstelling van de radiofuncties
● MP3 - MP3-lichtkranten in- en uitschakelen (alleen TravelPilot E2)
● NAVI - gesproken mededelingen, optimale route en spraakopties instellen INS=ELLING
(optimale route en spraakopties alleen voor TravelPilot E2) NAVI
● DISPLAY - eigenschappen van het display wijzigen
TMC
DISPLAY
● TAAL - systeemtaal instellen TAAL NAV
● KLOK - klaktijd van het apparaat instellen KLOK
● CODE - codering activeren / deactiveren

Klank en klankverdeling instellen


INS=ELLING
Met de TravelPilot E1/E2 hebt u de mogelijkheid voor elke audiobron de bass en
treble apart in te stellen.
CODE
De instelling voor de klankverdeling via balans en fader, alsmede de aanpas- TMC
sing van het volume aan het gehoor (loudness) wordt voor alle bronnen ge- NAV
meenschappelijk uitgevoerd.
Let op: Tijdens een verkeersbericht of een telefoongesprek kan de
menuoptie KLANK niet worden opgeroepen.
Om de klankinstelling uit te voeren:
1 Ga met de FM•AM-toets 4 resp. de CD•C-toets 5 naar de audiobron (ra-
dio, cd of cd-wisselaar) waarvoor u de instellingen wilt uitvoeren.
2 Druk op de MENU-toets ?.
✔ Het instelmenu wordt weergegeven. KLanK
3 Markeer en bevestig de menuoptie KLANK. BASS
✔ Het klankmenu wordt weergegeven.
TMC
TREBLE
4 Markeer en bevestig de menuoptie (BASS, TREBLE, LOUDNESS, BALANS of LOUDNESS NAV
FADER) die u wilt instellen. BALANS
✔ De balkaanduiding voor de instelling wordt weergegeven.
5 Stel de gewenste klankwaarde in met de menuknop :.
6 Druk op de OK-toets ; of de ESC-toets = om te instelling over te nemen.
✔ Het klankmenu wordt opnieuw weergegeven. bass
7 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het klankmenu te verlaten. -2
TMC
Equalizer NAV
Dit apparaat beschikt over een vijfbands-equalizer. Voor elk van de vijf filters
(banden) kunt u één frequentie individueel versterken of afzwakken (verster-
king +10 tot -10).
De volgenden filters zijn beschikbaar:
● SUB LOW 32 - 50 Hz
● LOW 63 - 250 Hz
● MID 315 - 1250 Hz
● MID HIGH 1600 - 6300 Hz
● HIGH 8000 - 12500 Hz
Deze filters kunnen zonder meetapparatuur worden ingesteld. Zo kunnen de
klankeigenschappen in de auto doorslaggevend worden beïnvloed.

77
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
78
Aanwijzingen voor de instelling
Wij adviseren u om voor het instellen een cd te gebruiken die u goed kent.
Zet voordat u de equalizer instelt de instellingen voor klank en klankverdeling op
nul. Lees hiervoor het gedeelte "Klank en klankverdeling instellen".
1 Beluister de cd.
2 Lees nu de informatie onder "Klankindruk/probleem" in de tabel "Instelhulp
voor de equalizer".
3 Stel de waarden voor de equalizer in zoals beschreven onder "Maatregel".

Instelhulp voor de equalizer


Begin de instelling met het midden-/hogetonengebied en beëindig de instelling
met het basgebied.

Klankindruk / probleem Maatregel


Basweergave te zwak Versterk de bas met
frequentie 50 tot 100 Hz
Versterking: +4 tot +6
Onzuivere bas Zwak de lage middentonen af met
Weergave dreunt frequentie: 125 tot 400 Hz
Onaangename druk Versterking: ca. -4
Klank sterk op de voorgrond, Zwak de middentonen af met
agressief, geen stereo-effect frequentie: 1000 tot 2500 Hz
Versterking: -4 tot -6
Doffe weergave Versterk de hoge tonen met
Weinig transparantie frequentie: 8000 tot 12500 Hz
Geen glans op de instrumenten Versterking: +4 tot +6
Equalizer instellen
1 Druk op de MENU-toets ?. KlanK
✔ Het instelmenu wordt weergegeven. FADER
2 Markeer en bevestig de menuoptie KLANK.
TMC
DIGITAL EQ
✔ Het klankmenu wordt weergegeven. NAV
3 Markeer en bevestig de menuoptie DIGITAL EQ.
✔ Het equalizermenu wordt weergegeven.
4 Markeer en bevestig de frequentieband (SUB LOW, LOW, MID, MID HIGH of
HIGH) die u wilt instellen.
digi=al EQ
5 Markeer en bevestig de menuoptie FREQUENTIE. SUB LOW
✔ De balkaanduiding voor de instelling wordt weergegeven. TMC
LOW
6 Stel de gewenste klankwaarde in met de menuknop : en druk op de OK- MID NAV
toets ;. MID HIGH
7 Markeer en bevestig de menuoptie VERSTERKing.
✔ De balkaanduiding voor de instelling wordt weergegeven. SUB LOW EQ
Stel de versterking in met de menuknop : en druk op de OK-toets ;.
8
FREQUENTIE
9 Om de volgende frequentieband te kiezen drukt u eerst op de die ESC-
toets =, daarna herhaalt u de stappen 4 - 9. TMC
VERSTERK.
NAV
10 Wanneer u alle instellingen hebt uitgevoerd, drukt u op de FM•AM-toets 4
resp. de CD•C-toets 5 om terug te gaan naar de audiobron (radio, cd of cd-
wisselaar).

frequen=IE
4O Hz
TMC
NAV

79
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
80
Volume bij inschakelen, voor navigatie, verkeersinformatie
en telefoon en GALA instellen
U kunt het volume bij inschakelen van het apparaat (IN MAX), de mate van
afzwakking van het audiovolume bij een gesproken mededeling van de naviga-
tie (NAV-DIFF), het minimale volume voor verkeersinformatie (TA MIN), het mi-
nimale volume voor telefoongesprekken (TEL MIN) en de waarde voor de snel-
heidsafhankelijke volumeaanpassing (GALA) instellen.
Let op: U kunt het volume van de gesproken mededelingen van na-
vigatie tijdens een gesproken mededeling direct instellen. De inge-
stelde waarde wordt automatisch opgeslagen.
Het volume bij inschakelen is een begrenzingswaarde, d.w.z. wanneer het volu-
me bij het uitschakelen onder de waarde voor het volume bij inschakelen ligt,
wordt het laatste volume aangehouden. Wanneer het volume bij het uitschake-
len groter is dan het inschakelvolume (IN MAX), wordt het volume bij het inscha-
kelen teruggebracht tot het ingestelde inschakelvolume.
INS=ELLING
Let op: Wanneer de waarde voor het volume bij inschakelen op het
KLANK
maximum is ingesteld, kan het volume bij het inschakelen zeer groot
zijn. Dit kan gehoorbeschadiging veroorzaken. TMC
VOLUME
RADIO NAV
Om de volume-instelling uit te voeren:
MP3
1 Druk op de MENU-toets ?.
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
Let op: Tijdens een verkeersbericht of een telefoongesprek kan de
menuoptie VOLUME niet worden opgeroepen. VOLUME
2 Markeer en bevestig de menuoptie VOLUME. IN MAX
✔ Het volumemenu wordt weergegeven.
TMC
NAV-DIFF
3 Markeer en bevestig de menuoptie die u wilt instellen. TA MIN NAV
TEL MIN
✔ De balkaanduiding voor de instelling wordt weergegeven.
5 Stel het gewenste volume in met de menuknop :. IN MAX
✔ Ter oriëntatie wordt het volume tijdens het instellen evenredig vergroot resp. 13
verkleind.
5 Druk op de OK-toets ; of de ESC-toets = om de instelling over te nemen. TMC
NAV
✔ Het volumemenu wordt opnieuw weergegeven.
6 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het volumemenu te verlaten.

Radiofuncties instellen
In het radiomenu hebt u de mogelijkheid om de radiofuncties aan te passen aan
uw persoonlijke wensen.
De volgende functies kunnen worden ingesteld:
● RDS - De TravelPilot E1/E2 schakelt automatisch over op de best te ontvan-
gen frequentie van de ingestelde zender. Bovendien wordt de naam van de
zender weergegeven. Instelmogelijkheid:
AAN - De RDS-functie is ingeschakeld.
UIT - De RDS-functie is uitgeschakeld.
● RDS NAAM - Sommige radiozenders gebruiken het RDS-signaal om in plaats
van hun zendernaam reclame of andere informatie door te geven. Instelmo-
gelijkheid:
FIX - De als eerste ontvangen informatie wordt weergegeven.
VARIABEL - Alle ontvangbare informatie wordt weergegeven.

81
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
82
● REGIONAAL - Sommige zenders verdelen hun programma op bepaalde tij-
den in regionale programma’s met verschillende inhoud. Met de REG-func-
tie wordt voorkomen dat het apparaat overschakelt op alternatieve frequen-
ties met een andere programma-inhoud. Instelmogelijkheid:
AAN - De regiofunctie is ingeschakeld.
UIT - De regiofunctie is uitgeschakeld.
● HICUT - De HICUT-functie zorgt voor een ontvangstverbetering bij slechte
radio-ontvangst (alleen FM). Wanneer er sprake is van ontvangststoringen,
worden de hoge tonen, daarmee ook de storing, automatisch gedempt. De
aanspreekgevoeligheid van de HICUT-functie wordt ingesteld d.m.v. een
balkaanduiding. Instelmogelijkheid:
Balk geheel links - de HICUT-functie is uitgeschakeld.
Balk geheel rechts - de aanspreekgevoeligheid is hoog.
● TMC AUTO - Activeert de TMC-zoekdoorloop wanneer de dynamische route-
geleiding wordt gestart en er daarvoor geen TMC-zender werd ontvangen.
Instelmogelijkheid:
AAN - De automatische TMC-zoekdoorloop is ingeschakeld.
UIT - De automatische TMC-zoekdoorloop is uitgeschakeld.
● ZOEKEN - Instelling van de gevoeligheid van de zoekafstemming. Instelmo-
gelijkheid:
SENS - De zoekafstemming stopt ook bij zwakkere zenders.
BEST - De zoekafstemming stop talleen bij sterkere zenders.

Om de radio-instellingen uit te voeren:


INS=ELLING
1 Druk op de MENU-toets ?. KLANK
✔ Het instelmenu wordt weergegeven. TMC
VOLUME
2 Markeer en bevestig de menuoptie RADIO.
RADIO NAV
MP3
✔ Het radiomenu wordt weergegeven.
3 Markeer en bevestig de menuoptie die u wilt instellen. radio
✔ Het keuzemenu of de balkaanduiding voor de instelling wordt weergegeven. RDS
4 Kies de instelling met de menuknop :.
TMC
RDS NAAM
5 Druk op de OK-toets ; of de ESC-toets = om de instelling over te nemen. REGIONAAL NAV
✔ Het radiomenu wordt opnieuw weergegeven. HICUT
6 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het radiomenu te verlaten.

Displayhelderheid dag / nacht en contrast instellen


rdS
U kunt de helderheid voor dag (wanneer de autoverlichting is uitgeschakeld) en
AAN
nacht (wanneer de autoverlichting is ingeschakeld) afzonderlijk aanpassen aan TMC
UIT
uw wensen. Bovendien kunt u het contrast van het display wijzigen. NAV
Om de displayinstellingen uit te voeren:
1 Druk op de MENU-toets ?.
✔ Het instelmenu wordt weergegeven. INS=ELLING
2 Markeer en bevestig de menuoptie DISPLAY.
NAVI
✔ Het displaymenu wordt weergegeven.
TMC
DISPLAY
3 Markeer en bevestig de menuoptie die u wilt instellen.
TAAL NAV
✔ De balkaanduiding voor de instelling wordt weergegeven.
KLOK
Let op: Bij het instellen van de displayhelderheid (DIMMEN) wordt
onderscheid gemaakt tussen dag- (licht uit) en nachtbedrijf (licht
aan). De instelling werkt alleen met de actuele bedrijfsmodus. DisplaX
DIMMEN
TMC
CONTRAST
NAV

83
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
84
4 Stel de gewenste waarde in met de menuknop :.
5 Druk op de OK-toets ; of de ESC-toets = om de instelling over te nemen. DimmEN
✔ Het displaymenu wordt opnieuw weergegeven. 16
6 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het displaymenu te verlaten.
TMC
NAV
Spraakopties instellen
Let op: Voor het wijzigen van de spraakopties moet de navigatie-cd
zich in het apparaat bevinden.
De volgende instellingen kunnen worden uitgevoerd:
● TAAL - Voor de inhoud van het display en de gesproken mededelingen van
de navigatie kunt u kiezen tussen de volgende talen:
Duits, Engels (metrisch), Engels (imperial), Frans, Italiaans, Nederlands,
Spaans, Portugees, Zweeds, Deens, Fins, Tsjechisch, Noors en Turks.
● NAVI (TravelPilot E1) resp. SPRAAKUITGave (TravelPilot E2) - Gesproken
mededelingen van de navigatie in- resp. uitschakelen.
● SPRAAKOPTIe (alleen TravelPilot E2) - U kunt kiezen of de gesproken me-
dedelingen gedetailleerde informatie over de gevolgde weg moeten bevat-
ten (alleen autowegen en snelwegen) of dat er in het geval van een file
gedetailleerde gesproken verkeersinformatie moet worden gegevens (instel-
ling VERK.-INFO).
Let op: De gesproken mededelingen van de navigatie zijn afhanke-
lijk van de gebruikte navigatie-cd. De inhoud van de displays wordt
in de gekozen taal weergegeven, maar de gesproken mededelingen
kunnen in het Engels worden gegeven.
Taal instellen
Om de taal in te stellen: INS=ELLING
1 Druk op de MENU-toets ?. NAVI
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
TMC
DISPLAY
2 Markeer en bevestig de menuoptie TAAL. TAAL NAV
✔ De beschikbare talen worden op alfabetische volgorde weergegeven. KLOK
3 Markeer en bevestig de gewenste taal.
✔ De gewenste taal wordt geladen en vervolgens wordt het menu in de ge-
wenste taal weergegeven.
4 Druk op de ESC-toets = om het instelmenu te verlaten.

Gesproken mededelingen instellen


Om de gesproken mededelingen in resp. uit te schakelen: INS=ELLING
1 Druk op de MENU-toets ?. NAVI
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
TMC
DISPLAY
2 Markeer en bevestig de menuoptie NAVI. TAAL NAV
TravelPilot E1 KLOK
✔ Het keuzemenu voor de instelling wordt weergegeven.
3 Kies AAN resp. UIT met de menuknop :.
4 Druk op de OK-toets ; of de ESC-toets = om de instelling over te nemen.
✔ Het instelmenu wordt opnieuw weergegeven.
5 Druk op de ESC-toets = om het instelmenu te verlaten. NAVI
TravelPilot E2 SPRAAKUITG
✔ Het navi-instelmenu wordt weergegeven.
TMC
OPT. ROUTE
3 Markeer en bevestig de menuoptie SPRAAKUITGave. SPRAAKOPTI NAV
✔ Het keuzemenu voor de instelling wordt weergegeven.

85
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
86
4 Kies AAN resp. UIT met de menuknop :.
5 Druk op de OK-toets ; of de ESC-toets = om de instelling over te nemen.
✔ Het navi-instelmenu wordt opnieuw weergegeven.
6 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het navi-instelmenu te verlaten.

Spraakopties instellen (alleen TravelPilot E2)


Om te wisselen tussen de gesproken weergave van wegaanduidingen (autowe- INS=ELLING
gen en snelwegen) tijdens de routegeleiding en de gedetailleerde, gesproken
NAVI
weergave van filemeldingen tijdens de routegeleiding:
Druk op de MENU-toets ?. TMC
DISPLAY
1
TAAL NAV
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
KLOK
2 Markeer en bevestig de menuoptie NAVI.
✔ Het navi-instelmenu wordt weergegeven.
3 Markeer en bevestig de menuoptie SPRAAKOPTIe.
✔ Het keuzemenu voor de instelling wordt weergegeven. NAVI
4 Kies met de menuknop : STR.-NUM. voor de wegaanduidingen of VERK.- SPRAAKUITG
INFO voor de gedetailleerde, gesproken weergave van verkeersinformatie.
TMC
OPT. ROUTE
5 Druk op de OK-toets ; of de ESC-toets = om de instelling over te nemen. SPRAAKOPTI NAV
✔ Het navi-instelmenu wordt opnieuw weergegeven.
6 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het navi-instelmenu te verlaten.
Optimale Route instellen (alleen TravelPilot E2)
Bij de TravelPilot E2 kunt u de optimale route zelf bepalen. Hiervoor legt u de INS=ELLING
verhouding tussen "snelle route" en "korte route" vast. De fabrieksinstelling is NAVI
40 / 60.
TMC
DISPLAY
Om de optimale route in te stellen: TAAL NAV
1 Druk op de MENU-toets ?. KLOK
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
2 Markeer en bevestig de menuoptie NAVI.
✔ Het navi-instelmenu wordt weergegeven.
3 Markeer en bevestig de menuoptie OPTimaal ROUTE. NAVI
✔ Het keuzemenu voor de instelling wordt weergegeven. SPRAAKUITG
4 Stel de procentuele verhouding tussen KORT en SNEL in met de menuknop
TMC
OPT. ROUTE
:. Hoe verder u de keuzebalk naar links verschuift, hoe korter de route SPRAAKOPTI NAV
wordt gekozen.
5 Druk op de OK-toets ; of de ESC-toets = om de instelling over te nemen.
✔ Het navi-instelmenu wordt opnieuw weergegeven.
6 Druk tweemaal op de ESC-toets = om het navi-instelmenu te verlaten.
OP= ROU=E
KORT
TMC
SNEL NAV
5O/5O

87
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
88
Klok instellen
De klok wordt normaliter ingesteld d.m.v. het GPS-signaal. U hoeft slechts een- INS=ELLING
maal de actuele lokale tijd op vijf minuten nauwkeurig in te stellen. NAVI
Let op: Bij het wisselen van zomer- naar wintertijd en omgekeerd
TMC
DISPLAY
kan de lokale tijd eveneens hier worden ingesteld. TAAL NAV
1 Druk op de MENU-toets ?. KLOK
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
2 Markeer en bevestig de menuoptie KLOK.
✔ De uren worden invers weergegeven.
3 Stel de uren in met de menuknop :.
KLOK
4 Druk op de -toets 8.
✔ De minuten worden invers weergegeven. TMC
15:37
NAV
5 Stel de minuten in met de menuknop :.
6 Wanneer het instellen voltooid is, drukt u op de OK-toets ; of de ESC-
toets =.
Codering van het apparaat
Wanneer u een gecodeerd apparaat inschakelt na afsluiting van de accuspan- INS=ELLING
ning van de auto, moet u de apparaatcode invoeren. U kunt het invoeren van de CODE
code ook deactiveren.
TMC
NAV
Opvragen van de code activeren resp. deactiveren
1 Druk op de MENU-toets ?.
✔ Het instelmenu wordt weergegeven.
2 Markeer en bevestig de menuoptie CODE.
3 Markeer en bevestig de menuoptie AAN resp. UIT. CODE
✔ Het menu voor het invoeren van het codenummer verschijnt. AAN
4 Voer de code in zoals beschreven onder "Gecodeerd apparaat inschakelen
TMC
UIT
na ontkoppeling van de accuspanning". NAV
Wanneer het codenummer volledig wordt weergegeven:
5 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Er verschijnt een aanwijzing dat het invoeren van de code geactiveerd resp.
gedeactiveerd is.
CODE
TMC
O O O O
NAV

89
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
90

Installatie
In het installatiemenu vindt u alle benodigde opties om de TravelPilot E1/E2 te
controleren en in gebruik te nemen.

Inbouwtest
De inbouwtest maakt het mogelijk om de sensorsignalen te controleren op sto-
ringen.
Let op: De test moet worden uitgevoerd wanneer het contact is uit-
geschakeld.
1 Schakel het contact uit en schakel het apparaat in met toets 3.
Let op: Voer indien nodig het codenummer in.
2 Houd de MENU-toets ? langer dan twee seconden ingedrukt.
✔ Het installatiemenu wordt weergegeven.
ins=all
3 Markeer en bevestig de menuoptie INBOUWTEST. INBOUWTEST
✔ Het menu voor de inbouwtest wordt weergegeven. TMC
AUTO KALIB
Let op: De inbouwtest hoeft niet te worden uitgevoerd om het appa-
HANDM.KAL. NAV

raat te kalibreren. U kunt direct de automatische of handmatige ka-


librering starten. De test dient uitsluitend ter controle van de aan-
sluitingen.
De volgende functies resp. aansluitingen van het apparaat kunnen worden ge-
controleerd: INBOUW=es=
● GPS - controle van de GPS-antenne GPS 7 35
Wanneer de aansluiting van de GPS-antenne wordt gevonden, verschijnt
TMC
ACHTER
OK. Wanneer het signaal van een satelliet wordt herkend, verschijnt het aan- CONT. ON NAV
tal ontvangen satellieten en de signaalsterkte. Richt uw antenne zodanig,
dat beide waarden maximaal worden.
TACHO 5528
● ACHTERuit - aansluiting van het achteruitrijlicht
Wanneer de achteruit is ingeschakeld, verandert de pijl van in .
● CONTact - aansluiting van de pluspool via het contactslot
Schakel het contact in. Achter CONTact verschijnt ON.
● TACHO - tacho-aansluiting
Beweeg de auto een klein stukje. Wanneer het tachosignaal wordt herkend,
worden de impulsen geteld.
4 Druk op de ESC-toets = om terug te gaan naar het installatiemenu.
Na de test kunt u de kalibrering van het apparaat starten. Hiervoor hebt u twee
mogelijkheden.

Automatisch kalibreren van het apparaat


Na het inbouwen moet de TravelPilot E1/E2 worden gekalibreerd.
Let op: Hiervoor moet de navigatie-cd-rom zich in het apparaat be- ins=all
vinden. INBOUWTEST
1 Markeer en bevestig de menuoptie AUTOmatisch KALIBreren.
TMC
AUTO KALIB
✔ Er verschijnt een bericht dat u oproept om 5 tot 15 km te rijden GPS-ont- HANDM.KAL. NAV
vangst. Na ca. 15 seconden of nadat u op de OK-toets ; hebt gedrukt,
verschijnt er een balkaanduiding en een percentage, die u informeren over
de voortgang van de kalibratie.
2 Rijd weg.
✔ Het menu wordt automatisch verlaten wanneer de kalibrering voltooid is (balk
geheel gevuld en aanduiding 100 procent). au=o Kalib
Let op: Voor het kalibreren moet een traject worden gekozen dat O%
over autowegen voert. De aangegeven lengte van het af te leggen
traject is slechts een gemiddelde. Het kan ook korter, of bij slechte TMC
NAV
omstandigheden ook duidelijk langer zijn. De definitieve fijnkalibre-
ring is na ca. 50 km voltooid.
HERSTART?
91
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
92
Handmatig kalibreren van het apparaat
U kunt het apparaat ook handmatig kalibreren. Hiervoor moet u een afstand van ins=all
minimaal 100 tot maximaal 500 meter afleggen met een snelheid van maximaal INBOUWTEST
30 km per uur. Let op dat hiervoor een zo nauwkeurig mogelijk gemeten traject
TMC
AUTO KALIB
beschikbaar moet zijn.
HANDM.KAL. NAV
1 Markeer en bevestig de menuoptie HANDMatig KALibreren.
✔ U wordt nu gevraagd de lengte van het traject dat u wilt afleggen, in te voe-
ren.
2 Stel de lengte van het traject in met de menuknop : en druk op de OK-
toets ;.
3 Starten het handmatig kalibreren door op de OK-toets ; te drukken.
HANDM Kalib
4 Wanneer u het desbetreffende traject hebt afgelegd, drukt u op de OK-
toets ;. TMC TRAJECT NAV
✔ Het handmatig kalibreren is voltooid.
2OO m
Kalibreren afbreken
U hebt de mogelijkheid om het proces op elk moment af te breken. Wanneer u
het kalibreren wilt beëindigen:
1 Druk op de ESC-toets =.
✔ De vorige optie wordt opgeroepen.
Glossarium TMC - Traffic Message Channel
TMC is een RDS-gegevensdienst voor verkeersinformatie met
Corridorfunctie
betrekking tot een bepaald gebied. Nieuwe verkeersinformatie
De corridorfunctie maakt het mogelijk dat de TravelPilot E1/E2 kunnen direct worden geactualiseerd.
rijadviezen geeft zonder dat de navigatie-cd-rom geplaatst is. Dat Via een TMC-zender kan de TravelPilot E1/E2 kosteloos perma-
geldt zowel voor de normale als voor dynamische routegeleiding. nent digitale verkeersinformatie ontvangen.

Omgevingsfunctie GPS - Global Positioning System


Met en zonder geactiveerde routegeleiding gebruikt de Travel- Dit systeem maakt wereldwijde positiebepaling te land, ter zee
Pilot E1/E2 het ter beschikking staande geheugen om gegevens en in de lucht mogelijk. Met behulp van momenteel 25 satellie-
van de navigatie-cd te kopiëren. Deze gegevens hebben altijd ten, die op een hoogte van 20.000 km rond de aarde cirkelen, is
betrekking op de actuele positie van de auto en worden geactua- plaatsbepaling mogelijk. Voor een exacte positiebepaling moe-
liseerd zolang de navigatie-cd zich in de speler bevindt. Bij het ten minimaal vijf satellieten worden ontvangen.
invoeren van een reisdoel maak de TravelPilot E1/E2 gebruikt
van deze opgeslagen gegevens. Zodoende is het invoeren van Stand-bytijd
reisdoelen ook mogelijk zonder cd, mits het reisdoel zich binnen
de opgeslagen gegevens bevindt. Wanneer het reisdoel hierbui- Om het opstarten van de software van het apparaat te versnellen
ten ligt, wordt u gevraagd de navigatie-cd-rom te plaatsen. is de TravelPilot E1/E2 uitgerust met een vaste stand-bytijd van
30 minuten na het uitschakelen. Binnen deze tijd is het apparaat
binnen enkele seconden na het inschakelen opnieuw volledig ge-
Optimale route
reed voor gebruik.
De berekende route is een combinatie van snelle en korte route.
De verhouding tussen beide parameters van de route wordt be-
paald door de software van de TravelPilot E1 en kan niet worden
gewijzigd. Bij de TravelPilot E2 kunt u de verhouding tussen kor-
te en snelle route instellen (zie "Optimale route instellen" in het
hoofdstuk "Setup - Basisinstellingen").

93
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
94

Technische gegevens Cd
Frequentiebereik: 20 - 20 000 Hz
Voedingsspanning
Bedrijfsspanning: 10,8 - 14,4 V Pre-amp out
Stroomverbruik: max. 10 A
Vier kanalen: 3V
Stroomverbruik gedurende
30 minuten na uitschakelen: 550 mA typ.
Ingangsgevoeligheid
Stand-by-stroomverbruik: 12 mA
CDC-ingang: 2 V / 6 kΩ
Stand-by-stroomverbruik
na 72 uur: < 2 mA Telefooningang: max. 4,8 V, eff. 3,8 V

Versterker
Uitgangsvermogen: 4 x 25 W sinus volgens
DIN 45 324 bij 14,4 V
4 x 45 W max. power

Tuner
Golfgebieden:
FM: 87,5 - 108 MHz
MW: 531 - 1 602 kHz
LW: 153 - 279 kHz

FM-frequentiebereik: 35 - 16 000 Hz

Technische wijzigingen voorbehouden!


Country: Phone: Fax: www:

Germany (D) 0180-5000225 05121-49 4002 http://www.blaupunkt.com


Austria (A) 01-610 39 0 01-610 39 391
Belgium (B) 02-525 5444 02-525 5263
Denmark (DK) 44 898 360 44-898 644
Finland (FIN) 09-435 991 09-435 99236
France (F) 01-4010 7007 01-4010 7320
Great Britain (GB) 01-89583 8880 01-89583 8394
Greece (GR) 210 94 27 337 210 94 12 711
Ireland (IRL) 01-4149400 01-4598830
Italy (I) 02-369 62331 02-369 62464
Luxembourg (L) 40 4078 40 2085
Netherlands (NL) 023-565 6348 023-565 6331
Norway (N) 66-817 000 66-817 157
Portugal (P) 01-2185 00144 01-2185 11111
Spain (E) 902-120234 916-467952
Sweden (S) 08-7501500 08-7501810
Switzerland (CH) 01-8471644 01-8471650
Czech. Rep. (CZ) 02-6130 0441 02-6130 0514
Hungary (H) 01-333 9575 01-324 8756
Poland (PL) 0800-118922 022-8771260
Turkey (TR) 0212-335 06 00 0212-346 00 40

Blaupunkt GmbH
Printed in Germany
TravelPilot E1/E2 In één oogopslag!

Kort indrukken: Navigatie Radio/cd: Zoekafstemming neerwaarts / vorige titel


NAV
Lang indrukken: File en routeopties Navigatie: Wissen van reisdoelen

Kort indrukken: Radioweergave, Radio/cd: Zoekafstemming opwaarts / volgende titel


FM·AM golfgebieden FM, MW en LW Navigatie: Sprong in de keuzelijst
Lang indrukken: Travelstore-functie
Openen van het bedieningspaneel
CD·C Weergave van cd en cd-wisselaar
Draaien: Kiezen van menu’s en tekens,
Draaien: Volumeregelaar OK
handmatig afstemmen op zenders
Kort indrukken: Geluidsonderdrukking (mute) Kort indrukken: Bevestigen van menuopties
Lang indrukken: In- en uitschakelen Lang indrukken: Scanfunctie

_ Voorkeuzetoetsen, Kort indrukken tijdens de routegeleiding:


1 6
reisdoelgeheugen Positie en actief reisdoel weergeven,
laatste gesproken mededeling herhalen
Kort indrukken: Stand-bystand voor verkeers- Lang indrukken tijdens de routegeleiding:
TRAF informatie Routelijst
Lang indrukken: TMC-berichten inzien Kort indrukken bij niet-actieve routegeleiding:
Weergave actuele positie,
MENU Instelmenu’s vermeldingen in lijst volledig weergeven

Verlaten van menu’s, wissen van tekens,


ESC
afbreken van de routegeleiding
08/04 CM/PSS2 (NL) 8 622 404 131 Index A

You might also like