You are on page 1of 14

DE HEILIGE MYSTERIËN DER ORTHODOXE KERK

Dit boekje is een vertaling van Thomas Hopko over de sacramenten door
Blanca Smits, met tekeningen van Paul Hommes.
Voorwoord:

Onder de Mysteriën van onze Kerk zijn er verschillende die we goed kennen. De meeste van
ons nemen regelmatig deel aan de Maaltijd des Heren. Ook het Mysterie van de Boete is ons
niet onbekend. Vreugdevolle dagen beleven we in onze parochies, als Mysteriën van Doop en
Myronzalving of van het Huwelijk gecelebreerd worden. In sommige parochies bestaat het
gebruik, het Mysterie van de ziekenzalving te vieren op een van de dagen van de
Lijdensweek. Verschillende malen hebben wij bij de Begrafenis afscheid moeten nemen van
een broeder of zuster. En onvergetelijk is het, een vreugdevol ‘Axios!’ te mogen roepen bij de
Wijding van een bisschop, priester of diaken.
De Mysteriën zijn ons dus goed bekend, maar zijn ze ook gekend? Vader Thomas Hopko
geeft in het tweede hoofdstuk van zijn boek “Worship”, dat nu voor u ligt, in eenvoudige
bewoordingen een mooie uitleg, die voor ons mogelijk toch weer nieuwe perspectieven opent,
waardoor wij, naar te hopen valt, tot een diepere beleving zullen geraken bij het ontvangen,
celebreren of meevieren van de Heilige Mysteriën van onze Orthodoxe Kerk.

Blanca Smits
Maastricht
Hoogfeest van Kruisverheffing 1987

Inhoudsopgave:

Voorwoord:
Inleiding:
Het Mysterie van de Doop:
Het Mysterie van de Myronzalving:
Het Mysterie van de Heilige Echaristie:
Het Mysterie van de Boete:
Het Mysterie van de Ziekenzalving:
Het Mysterie van het Huwelijk:
Het Mysterie van de Heilige Wijdingen:
De Begrafenis:
Het Monachisme:
Inleiding:

In de Orthodoxe Kerk worden de sacramenten officieel ‘Heilige Mysteriën’ genoemd. In de


regel bedoelt men daar de volgende zeven mee: Doop en Myronzalving, de Heilige
Eucharistie, de Boete, het Huwelijk, de Heilige Wijdingen en de Ziekenzalving.
Het gebruik, de Heilige Mysteriën in dit aantal vast te stellen, werd door de Orthodoxie
overgenomen van de Roomse Katholieke Kerk; het is dus geen oud gebruik van de Kerk en in
velerlei opzicht leidt het tot de misvatting, dat er slechts zeven specifieke rieten zijn, die
‘sacrament’ genoemd mogen worden en dat alle andere aspecten van het kerkelijk leven
wezenlijk zouden afwijken van deze zeven. Ouder en meer traditioneel is de opvatting dat elk
handelen van en in de Kerk ‘Mystiek’ of ‘Sacramenteel’ is.

De kerk kan omschreven worden als het ‘Nieuwe Leven in Christus’, als het leven van de
mens, door de Heilige Geest in eenheid met God. Alle aspecten van dit nieuwe leven in de
kerk, hebben deel aan het mysterie van de Verlossing. In Christus en in de Heilige Geest
wordt alles wat zondig en afgestorven is, Heilig en levend door de kracht van God de Vader.
Op gelijke wijze wordt alles in de kerk door Christus en door de Heilige Geest, ‘Sacrament’,
element van het Mysterie van het Koninkrijk Gods, zoals dat reeds beleefd wordt in het leven
van deze wereld.

Als wij de kerk beschouwen als het nieuwe en eeuwige leven van het Koninkrijk, van
Godswege aan de mensen geschonken door Jezus Christus in de Heilige Geest, dan begrijpen
we dat, om leven mogelijk te maken, er eerst sprake moet zijn van geboorte. Deze geboorte
tot eeuwig leven in God, is het Mysterie van de Doop.
Maar geboorte alleen is niet genoeg om te leven; er moet de voortdurende mogelijkheid tot
leven zijn: bezieling, stuwkracht, energie. Het Mysterie van de Myronzalving schenkt ons
die kracht, het leven in Christus voort te zetten, dat in de mens geboren werd bij de Doop. Het
is de gave van de Alheilige, Goede en Levensschenkende Geest aan de mensen.
Maar leven moet ook worden in stand gehouden. Normaal gebeurt dit door te eten en te
drinken. Eten is het voedsel, dat ons in leven houdt; het is de ‘communio’ van de mens met de
schepping, die hem doet leven. Maar ons dagelijks voedsel geeft geen eeuwig durend leven.
Onze natuurlijke ‘communio’ met de schepping, met de wereld, is een communio’ ten dode.
Wij hebben ander voedsel nodig, dat ons spijzigt ten eeuwige leven. Dat voedsel is het
Mystieke Avondmaal van de Zoon van God: het Lichaam en Bloed van Christus: het
Mysterie van de Heilige Eucharistie, de ‘communio’ met het Leven Zelf.

Om een werkelijk vervuld, heilig en goed leven te leiden, is daar ook het Mysterie van het
Huwelijk en de voortplanting. Allen, die in deze wereld geboren worden, worden geboren tot
sterven en zelfs de meest volmaakte, menselijke liefde staat onder het oordeel: ‘… tot de dood
ons scheidt’. Het Mysterie van het Christelijke huwelijk vormt de menselijke liefde, de
voortplanting en het gezinsleven om tot een realiteit van eeuwig durende afmeting en
belevenis. In het huwelijk worden wij door God gezegend, zodat de vruchten van onze liefde:
onze kinderen en ons gezinsleven, niet ‘tot de dood’ zullen zijn, maar tot eeuwig leven.
Tot de uiteindelijke vestiging van het Koninkrijk Gods, blijft ons leven ten prooi aan de
aanvallen van de demonische tegenstanders: zonde, ziekte, lijden, verdriet en dood.

Het Mysterie van de Boete is het geneesmiddel voor geestelijke ziekte. Het stelt ons in staat,
tot God terug te keren en door Hem teruggenomen te worden, vergiffenis te ontvangen en
opnieuw opgenomen te worden in het leven met God, van Wie wij door de zonde waren
losgeraakt.
Het Mysterie van de ziekenzalving is het geneesmiddel voor lichamelijke ziekte, die de
macht is van de zonde op ons lichaam, onze onvermijdelijke band met lijden en dood. De
ziekenzalving maakt genezing mogelijk: ons lijden is niet meer ‘tot de dood’, maar voert ons
tot eeuwig leven. Onze wonden worden opgenomen in het Levenschenkende Kruis van
Christus.

Tenslotte het Mysterie, waardoor in deze wereld de volmaaktheid van het Goddelijk leven
volledig tot de onze wordt: het Mysterie van de Kerk zelf, meer specifiek het Mysterie van
de Heilige Wijdingen: priesterschap, lering en pastorale zorg. De bisschoppen, de priesters,
de diakens, zij hebben slechts een doel, een opdracht, slechts een bestaansgrond: voor allen in
deze wereld het Goddelijke leven van het koninkrijk Gods in de Kerk te manifesteren en dit
aanwezig en werkzaam te maken. Aldus wordt ons, vanaf onze geboorte tot aan de dood, in
goede en in slechte tijden, in elk aspect van ons werelds bestaan, in de kerk het werkelijke
leven geschonken, het leven zoals God het geschapen, verlost en geheiligd heeft. Zo heeft
Christus het gewild, want dat was de enige reden voor Zijn komst in de wereld. “Ik ben
gekomen opdat zij zouden leven en overvloed hebben” (Joh. 10, 10)
Als gave van eeuwig leven, door haar aard zelf, is de Kerk in haar geheel en allesomvattend,
een mystieke en sacramentele werkelijkheid. Zij is het leven van het Koninkrijk Gods, dat
reeds geschonken is aan allen, die in haar geloven. En daarom heeft alles, wat in de kerk
plaatsvindt: gebeden, zegeningen, goede werken, gedachten en handelingen deel aan het
leven, dat geen einde kent.
In deze zin is alles wat in of van de Kerk is, Sacrament van het Koninkrijk Gods.
HET MYSTERIE VAN DE DOOP:

“Gij allen die in Christus zijt gedoopt…”

Het gebruik van de doop als godsdienstig symbool, is niet met Jezus begonnen. De doop,
onderdompeling in water, was al in gebruik, zowel in het oude, alsook bij heidense
godsdiensten. De algemene betekenis van het dopen is die van een nieuw begin, van het
afsterven van de oude levenswijze en herboren worden in een nieuw bestaan. Daarom ging de
doop altijd samen met berouw, met de morele bekering, een omkering van de geest, met
verandering van een oud en slecht, naar een nieuw, goed leven.

Zo lezen we in het evangelie, dat de heilige Johannes de Dooper de mensen doopte, als teken
van hun berouw en boete, in voorbereiding op Gods Koninkrijk, dat tot de mensheid komen
zou door Christus de Messias. Christus Zelf werd gedoopt door Johannes, niet omdat Hij
zondig was of boete nodig had, maar omdat Hij Zich, onderwerpend aan de doop, kon
openbaren als ‘Gods Welbeminde Zoon4, de Verlosser en de Messias, ‘Lam Gods, dat de
zonden der wereld op Zich neemt’ (Matth. 3, Marc. 1, Luc. 3, en Joh. 1,)

In de christelijke Kerk krijgt de doop een heel eigen en specifieke betekenis. Het is niet langer
een teken van morele ommekeer en geestelijke hergeboorte, maar het wordt heel uitdrukkelijk
een daad van eigen dood en verrijzenis in en met Christus. De christelijke doop is een
deelname van de mens aan het Paasmysterie. Het is geboren worden uit water en Heilige
Geest. (Joh. 3,5) in het Koninkrijk Gods.

In de Kerk begint de Doop met het verzaken aan Satan en het aannemen van Christus.
Alvorens gedoopt te worden, getuigt de dopeling of een van zijn peetouders in zijn naam
luidop van zijn christelijke geloof, met de woorden van de geloofsbelijdenis. Omdat de
peetouder in naam van de dopeling spreekt, omdat hij hem in de Kerk binnenleidt en hem uit
het doopwater ontvangt, omdat hij de zorg blijft dragen voor het geestelijke leven van zijn
peetkind, moet de peetouder zelf lid zijn van de Kerk.

Na de geloofsbelijdenis, wordt het doopwater gewijd, als teken van goedheid van Gods
schepping. Ook over de persoon, die gedoopt gaat worden, wordt gebeden en hij wordt
gezalfd met gewijde olie, ten teken dat hij als heilig en goed door God geschapen is.
Na het zingen van het Alleluja, wordt de dopeling drie maal in het water ondergedompeld “in
de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest”.

Door de onderdompeling, sterft de nieuw gedoopte voor de wereld en hij wordt herboren in
Christus’ Verrijzenis, ten eeuwigen leven. Hij wordt bekleed met “het gewaad der
gerechtigheid”, gesymboliseerd door het witte doopkleed, dat de nieuwe menselijkheid
voorstelt van Jezus Christus, Die de nieuwe Adam is (zie Rom. 5,1 Joh. 3 en 1 Kor. 15).
Daarom worden de woorden van de Apostel Paulus gezongen, tijdens de drievoudige
rondleiding van de nieuw gedoopte rond het doopvont, als teken van de opgang tot het
Koninkrijk Gods en het binnentreden in het eeuwige leven: “Gij allen, die in Christus zijt
gedoopt, gij hebt u met Hem bekleed” (Gal. 3, 27).

In de oude tijd, werd deze processie gehouden van het baptisterium naar de kerk, waar de
nieuw gedoopte tijdens de Goddelijke Liturgie voor het eerst de Heilige Communie ontving.
In die tijd vond de Doop namelijk plaats in samenhang met de Paasliturgie. Onze huidige
processie rond de kerk in de Paasnacht is dan ook een herinnering aan onze eigen doop en dat
ook wij het leven van deze wereld verlaten hebben, om het eeuwige leven van de Verrezen
Christus in Gods Koninkrijk binnen gaan. En dit nieuwe leven wordt ons gegeven in het leven
van de Kerk en meer specifiek in de Goddelijke Liturgie. Voordat echter de processie
plaatsvindt en de lezing van de Apostel en het Evangelie voltooid wordt in het ontvangen van
de Heilige Gaven, ontvangt de nieuw gedoopte de gave van de Heilige Geest in het Mysterie
van de Myronzalving.
HET MYSTERIE VAN DE MYRONZALVING:

“Zegel van de gave van de Heilige Geest….”

In het Mysterie van de Myronzalving, ontvangen wij het ‘zegel van de gave van de Heilige
Geest’ (zie Rom. 8 en 2 Kor. 1, 21-22) Als de doop onze persoonlijke deelname aan Pasen, de
dood en de opstanding van Christus, dan is de Myronzalving onze persoonlijke deelname aan
Pinksteren: de Nederdaling over ons van de Heilige Geest. Het Mysterie van de Myronzalving
(vormsel) wordt in de Orthodoxe Kerk altijd toegediend, aansluitend aan de doop. Want zoals
Pasen zonder betekenis voor de wereld is zonder Pinksteren, zo heeft de doop voor de christen
geen betekenis zonder Myronzalving. In deze visie onderscheidt de Orthodoxe Kerk zich van
de Roomse Katholieke en Protestante Kerken, die deze beide sacramenten los van elkaar en
zonder onderling verband toedienen en die bijgevolg ook andere interpretaties geven, dan in
de Orthodoxe Kerk traditioneel is.
De Myronzalving, gave van de Heilige Geest, wordt in de Orthodoxe Kerk toegediend door
alle lichaamsdelen te zalven met speciale olie: het “heilig chrisma”genaamd. Deze olie
(Myron) wordt toebereid door de bisschoppen van de Kerk op Witte Donderdag en zij wordt
bij de Myronzalving gebruikt om aan te tonen, dat oorspronkelijk de Gave van de Heilige
Geest aan de mensen gegeven werd door de apostelen, van wie de bisschoppen van de Kerk
de opvolgers zijn (zie Hand. 8,14 en 19, 1-7).
In de Myronzalving wordt ons “de Kracht vanuit de Hoge” gegeven (Hand. 1-2), de gave van
Gods Geest, om zo in staat te zijn het nieuwe leven te leiden, dat wij in de doop ontvangen
hebben. We worden gezalfd, zoals Christus, de Messias, de Gezalfde Gods is. Zo worden ook
wij zoals de Vaders van de Kerk ons leren, in de meest letterlijke zin “Christen” (=gezalfde)
samen met Jezus.
Door de Myronzalving worden wij dus echt “christenen”, kinderen Gods, in wie de Heilige
Geest woning neemt en in wie de Heilige Geest leeft en werkt, net zo lang als wij zelf willen
meewerken met Zijn krachtige en heilige bezieling.
Daarom vindt de doopprocessie eerst plaats na de Myronzalving en ook horen wij pas erna de
apostellezing en het Evangelie van onze redding en onze verlichting in Christus.
Na de doop en de myronzalving, worden van de nieuw ontvangene in Gods familie, in
kruisvorm de haren geknipt. Als teken van volledige toewijding aan God, wordt het haar
(symbool van kracht) geofferd (Richt. 16 en 17). Tot in de 15de eeuw offerde de geestelijkheid
om zo te zeggen, christenen beroepshalve dan ook hun hoofdhaar, daarmee uitdrukkend dat
hun kracht in God was.
Na de doop en de myronzalving volgt een rite (waarbij het kindje drie maal rond het altaar
wordt gedragen en dan even op het altaar wordt gelegd en gezegend), behorend bij de opname
in de Kerk. Deze rite bootst na, het offeren van het mannelijke kind in de tempel, volgens de
wet van het Oude Verbond, en met name de opdracht in de tempel van het kind Jezus op de
veertigste dag na Zijn Geboorte (Luc. 2, 22). Zo kwam het in de orthodoxe traditie tot het
gebruik te dopen op de veertigste dag na de geboorte, of daaromtrent.
In de nieuw testamentische Kerk van God worden niet alleen de mannelijke kinderen in de
kerk aan God opgedragen maar ook de meisjes. Deze rite heeft haar eigen gebeden.

Een andere rite is eveneens afkomstig uit het oude testamentische praktijk: de kerkgang van
de moeder, overeenkomstig het zuiveringsritueel, dat ook de Theotokos, de Moeder van God,
voltrokken werd (Luc. 2,22). In de Orthodoxe traditie is de kerkgang van de moeder, haar
herintreding in de vergadering van het Godsvolk, nadat zij met God, haar heilige en
levensgevende werk van het baren voltooid heeft en daardoor enige tijd van de liturgie
gescheiden is geweest. Daarom wordt de moeder gezegend, als zij opnieuw binnentreedt in de
gemeenschap van het Mysterie van het Lichaam en Bloed van Christus in de Goddelijke
Liturgie van de Kerk, waarvan zij, noodgedwongen enige tijd gescheiden was.
Deze kerkgang van de moeder dient plaats te vinden voor de doop van haar kind, zodat zij bij
de sacramentele intocht van haar kind in de Kerk van Christus aanwezig kan zijn. De boeken
van de Kerk bevelen dit dan ook aan.

Ook voorziet de Orthodoxe Traditie dat de “Mysteriën van de verlichting” (Doop en


Myronzalving) voltooid worden in het ontvangen door de nieuw verlichte van de Heilige
Communie, tijdens de Eucharistische Maaltijd van de Kerk. Dit geldt niet alleen voor de
volwassenen, maar ook voor de kinderen.
HET MYSTERIE VAN DE HEILIGE EUCHARISTIE

“Zo dikwijls gij dit Brood eet….”

De Heilige Eucharistie wordt in de Orthodoxe Kerk het Mysterie der Mysteriën genoemd, of
ook wel het Mysterie van de Kerk. De Eucharistie is het middelpunt van het leven van de
kerk. Alles in de Kerk leidt naar de Eucharistie en alles komt eruit voort. Het is de voltooiing
van alle Mysteriën., de bron en het doel van alle kerkelijke leerstellingen en wetten.
Evenmin als de doop, is de Eucharistische Maaltijd door Christus bedacht. In het Oude
Verbond en ook in de heidense godsdiensten bestonden al rituele maaltijden. Globaal
gesproken, blijft de maaltijd ook in onze tijd een van de belangrijkste rituelen in het leven van
de mens.
De Christelijke Eucharistie is een maaltijd, die wezenlijk verbonden is met het paasmaal van
het Oude Verbond. Op het einde van Zijn leven, at Christus, de Joodse Messias, het paasmaal
samen met Zijn leerlingen. Oorspronkelijk was het een rituele maaltijd die genuttigd werd ter
gedachtenis aan de bevrijding van Israël uit de slavernij van Egypte.
Christus heeft echter het paasmaal omgevormd tot een handeling, ter gedachtenis aan Hem:
aan Zijn leven, dood en Verrijzenis, als het nieuwe en eeuwige Paaslam, Dat de mensheid
bevrijdt uit de slavernij van het kwaad, van onwetendheid en dood, en overbrengt naar het
eeuwigdurende leven in het Koninkrijk Gods.
Bij het Laatste Avondmaal, nam Christus brood en wijn en Hij droeg Zijn leerlingen op, dit te
eten en te drinken als Zijn Lichaam en Bloed (Matth. 26; Mark. 14; Luk. 22; Joh, 6 en 13;
Hand. 2:41-47 en 1 Kor. 10 en 11).

Het woord “Eucharistie” betekent “dankzegging” en het staat niet alleen voor de Heilige
Maaltijd van Brood en Wijn, maar voor de hele handeling van bijeenkomen, bidden, het lezen
uit de Heilige Schrift, het verkondigen van het Woord Gods, het gedenken van Christus en het
nuttigen van Zijn Lichaam en Bloed in gemeenschap met Hem en met de Vader, door de
Heilige Geest. Het woord eucharistie wordt gebruikt, omdat de allesomvattende betekenis van
de maaltijd des Heren, de dankzegging is aan God, in Christus en de Heilige Geest, voor alles
wat Hij gedaan heeft: het scheppen, het verlossen en het verheerlijken van de wereld.
Het Mysterie van de Eucharistie wordt ook “Heilige Communie” genoemd, omdat het de
mystieke gemeenschap (communio) is van de mens met God, met elkaar, met alle mensen en
alle dingen, door Christus en de Heilige Geest.
De Eucharistische Liturgie wordt in de kerk gecelebreerd op elke zondag (de Dag des Heren)
en ook op grote feesten. Behalve in de kloosters wordt in de regel op weekdag niet
gecelebreerd. Op weekdagen gedurende de grote vasten, is het de gelovigen niet toegestaan te
communiceren, met uitzondering van die dagen waarop de Liturgie van de Vooraf Gewijde
Gaven wordt gevierd. Deze dienst draagt dan ook een vreugdevol Verrijzeniskarakter.

De Eucharistie wordt gegeven aan alle lidmaten van de kerk, dus ook aan kinderen, zelfs de
allerkleinsten, mits zij gedoopt zijn en de myronzalving hebben ontvangen. Er wordt steeds
gecommuniceerd onder beide Gedaanten: Brood EN Wijn.
Strikt gehandhaafd wordt het geloof in de werkelijke aanwezigheid van Christus, van Zijn
Goddelijk Lichaam en Bloed, op mystieke wijze aanwezig in het brood en de wijn, die
worden geofferd aan de Vader, in Zijn Naam en geconsacreerd door de Goddelijke Geest.

In de geschiedenis van het christelijke denken, zijn verschillende theorieën ontwikkeld, in een
poging de verandering van brood en wijn in het Lichaam en Bloed van Christus te verklaren.
Helaas waren deze theorieën vaak te rationalistisch en te nauw verbonden met bepaalde
menselijke filosofieën. Een van de schadelijkste ontwikkelingen vond plaats toen men de
werkelijkheid van het Lichaam en Bloed van Christus in brood en wijn ter discussie stelde.
Terwijl sommigen zeiden dat de eucharistische Gaven werkelijk Lichaam en Bloed van
Christus waren, zeiden anderen dat de gaven niet werkelijk, maar slechts symbolisch (of
Mystieke) werkelijkheid voorstelden van het Lichaam en het Bloed van Christus. Beide
benaderingen dragen de tragedie in zich, dat zij werkelijke en symboliek tegengesteld aan
elkaar maken.
De Orthodoxe kerk ontkent de leerstelling dat Lichaam en Bloed in de Eucharistie niet meer
dan rationalistisch of psychologische symbolen zijn van Christus’ Lichaam en Bloed. Dan
zouden de gelovigen die in de liturgie naderen tot de Heilige Communie, slechts worden
opgeroepen tot gemeenschap met Jezus ‘in hun hart’ en Hem ‘gedenken’. Zo zou de
eucharistie worden tot een maaltijd ter gedachtenis van het Laatste Avondmaal en de
communio met God zou zich afspelen op een niveau van psychologische herinnering …

De Orthodoxe Traditie daarentegen gebruikt het woord “symbool” voor de eucharistische


Gaven. De Goddelijke dienst wordt “Mysterie” genoemd en het Offer van de liturgie “een
geestelijk en onbloedig Offer”. Deze woorden worden gebruikt door de heilige Vaders en ook
in de tekst van de liturgie . De kerk gebruikt deze uitdrukkingen omdat in de orthodoxie
realiteit NIET in tegenspraak is met symboliek of mystiek, integendeel! Uit orthodox oogpunt
is de realiteit van deze wereld en de mensheid werkelijk in die zin dat de werkelijkheid zelf,
God aan ons moet onthullen en openbaren. Daarom worden in de orthodoxie de eucharistische
Gaven, beschouwd als het werkelijke Lichaam en Bloed van Christus, juist omdat brood en
wijn de symbolen zijn van Gods werkelijke en waarachtige aanwezigheid, voor en aan ons
geopenbaard in Christus.

Door het eten en drinken van brood en wijn, die op mystieke wijze zijn geconsacreerd door de
Heilige Geest, hebben wij werkelijk “communio” met God, door Christus, Die Zelf “het
Brood des Levens is”
“Ik ben het levend Brood, dat uit de Hemel is nedergedaald. Zo iemand van dit Brood eet, zal
hij leven in eeuwigheid, want het Brood, Dat Ik zal geven, is Mijn Vlees, Dat Ik geef voor het
Leven der wereld” (Joh. 6, 51).
Het Brood van de Eucharistie is dus het Lichaam van Christus en het Lichaam van Christus is
het eucharistische Brood. Deze twee worden tot een samengebracht. In het orthodoxe
spraakgebruik betekent symbolisch: het samenbrengen tot een.

Wij lezen dat ook in de woorden van de Apostel Paulus:


“Want ik zelf heb de Heer ontvangen, wat ik ook heb overgeleverd: dat de Heer Jezus in de
nacht dat Hij verraden werd, brood nam, een dankzegging sprak, het brak en zeide: “Dit is
Mijn Lichaam, dat voor u wordt overgeleverd. Doe dit tot Mijn gedachtenis”. Zo ook na de
maaltijd de kelk, zeggend: “deze kelk is het Nieuwe Verbond in Mijn Bloed. Doe dit, zo
dikwijls gij drinkt, tot Mijn gedachtenis”. Welnu, zo dikwijls gij dit Brood eet en deze Kelk
drinkt, verkondigt gij de dood des Heren, totdat Hij komt. Wie dus op onwaardige wijze het
brood eet of de kelk des Heren drinkt, bezondigt zich aan het Lichaam en Bloed des Heren” (1
Kor. 11, 23-26).

Het Mysterie van de heilige Eucharistie overstijgt elke rationele ontleding of logische
verklaring, want de Eucharistie, Christus Zelf, is werkelijk een mysterie van het Hemelse
Koninkrijk dat zoals Christus gezegd heeft, niet van de wereld is. De Eucharistie behoort tot
het Koninkrijk Gods en staat inderdaad los van het aard-gebonden begrip “logika”, dat deel
uitmaakt van de gevallen mensheid….
HET MYSTERIE VAN DE BOETE

“O God, wees mij zondaar genadig”

Het Mysterie van de Boete (de biecht) is de uiterlijke daad van onze verzoening met God in
de Kerk, wanneer de zonde ons heeft afgesneden van het kerkelijke leven. Omdat boete de
weg is naar de gemeenschap met God, telkens wanneer die gemeenschap door de zonde
verbroken is, wordt dit Mysterie in de orthodoxe Traditie ook wel beschouwd als de
hernieuwing van de doop, of als herstel van die toestand van leven met God, die ons in de
Mysteriën van de verlichting geschonken is.
Niet elke zonde behoeft de noodzaak van uiterlijke boetedoening door middel van deze
sacramentele rite, want geen gelovige is ooit zonder zonden. Zware zonden, of langdurige
scheiding van de Heilige Communie, vragen wel om deze sacramentele boetehandeling.
Daarom wordt van de gelovige die in gemeenschap met Christus wil leven, verwacht dat hij
regelmatig gebruikt maakt van dit mysterie, om zichzelf bewust te verootmoedigen (gevoel
van nederigheid door schuld) voor God en leiding te ontvangen van de geestelijke vader.
Het is de leer van de orthodoxe kerk dat de sacramentele boete nodig is voor hen, die de
Heilige Communie willen ontvangen, tenminste als zij ernstig gezondigd hebben of als zij
gedurende langere tijd verwijderd zijn gebleven van de Tafel des heren.
Het mysterie van de Boete geeft in de kerk aan die gelovigen die zijn afgedwaald van een
leven van geloof, de mogelijkheid tot berouw en bekering. Er zijn in het Mysterie van de
boete drie belangrijke elementen te onderscheiden: ten eerste, een oprecht spijt over alle
zonden en over de hierdoor ontstane verbroken gemeenschap met God; ten tweede, een
eerlijke belijdenis van alle zonden. Vroeger werd dit deel van de biecht in het openbaar
uitgesproken, midden in de kerk en ten overstaan van alle aanwezige gelovigen.
Tegenwoordig is het de priester die de plaats inneemt van de gelovigen en in hun naam
getuige is van de belijdenis van de biechteling. Het derde element is het gebed van de
absolutie, uitgesproken door de priester. Op sacramentele wijze wordt aan de berouwvolle
ziel Gods vergiffenis geschonken door Christus.
De voltooiing van de boete bestaat in het ontvangen van de Heilige Communie en in de
oprechte verzoening van de zondaar met God en met de medemens, volgens het gebod dat
Christus ons gegeven heeft. (bemint elkander tijdens het laatste avondmaal).
Hieruit volgt vanzelfsprekend de noodzaak van oprecht voornemen, in het vervolg de zonde te
vermijden en gehoorzaam te zijn aan Gods geboden, te leven in rechtschapenheid tegenover
God en de mensen. Evenals de andere mysteriën is ook het mysterie van de boete een element
van het leven van de kerk dat een rotsvast geloof veronderstelt samen met de overtuiging dat
Christus Zelf aanwezig is in Zijn kerk door de Heilige Geest. Anders kan de betekenis van de
sacramentele boete en de noodzaak van openlijke belijdenis van zonden niet begrepen
worden. Indien de kerk ervaren wordt als het nieuwe leven in Christus en als een werkelijke
gemeenschap met God in Zijn Koninkrijk dat reeds in de mysteriën aanwezig is onder de
mensen, dan zal de sacramentele boete en de schuldbelijdenis niet alleen begrepen, maar zelfs
gekoesterd worden als het grote Mysterie Gods, de unieke kans op hereniging met God door
de Vergevingsgezindheid van Christus. Die gekomen is om alle zondaars te redden die hun
zonden belijden en die oprecht hun leven willen veranderen naar Zijn geboden.

Kort samengevat: de orthodoxe kerk houdt strikt vast aan de leer van de bijbel dat alleen God
zonden kan vergeven en dat Hij dat doet in de kerk, door Christus vooropgesteld dat er sprake
is van een oprecht berouw en bereidheid tot bekering uitgedrukt in en door de mondelinge
belijdenis der zonden. Deze belijdenis is per definitie een in het openbaar erkennen van de
zonde voor God en alle mensen.

You might also like