You are on page 1of 3

Luisteren :

« De patiënten van Dokter Vanziek »

1) Per twee : Maak een medische kaart van één van de patiënten van
Dokter Vanziek. Wees creatief !

Deze informatie moet op de kaart zijn:


-De naam
-De symptomen
De script :
“De patiënten van Dokter Vanziek”
1) Vul de script in met de correcte woorden.

1.Met Peter Genezen, mijn zoon Toontje is.......................... . Hij heeft .................................. ,
en ................................ over hoofdpijn. Hij hoest ook een beetje. Kunt u vandaag even langs
komen aub?

2. Met de mama van Lotje. Ze is al twee dagen thuis gebleven. Ze heeft


haar ................................ genomen en het .................................................. . Maar nu klaagt ze
over buikpijn. Ze heeft vanmorgen overgegeven. Zou
het ............................................................... kunnen zijn? Ik ben erg
ongerust. Wilt u haar vanmorgen nog eens onderzoeken aub?

3. Mijn man heeft vreselijke ........................................ , hij moet


veel ............................. . Zijn neus is ........................................ en hij heeft
koorts. Hij kan vandaag niet gaan werken. Hij blijft liever thuis. Kunt
u langskomen? De naam is De witte, Kerkstraat, 7. Mijn
telefoonnummer is …

2) Zet de nieuwe woorden in de juiste kolom.

Substantief (= le nom) Werkwoord (= le verbe)

Synthese:
“La causalité”

 OMDAT :
Nederlands Frans
Omdat ………………………………

« Omdat » introduit une 2ème proposition : une proposition subordonnée. Cette


proposition commence avec ………………………… et………………………………………………………………
est rejeté à la fin. Les compléments se trouvent donc
………………………………………………………………… .

 Exemple :
1) Hij heeft hoofdpijn. / Hij hoest te veel.
............................................................................................................................................
2) Ze heeft buikpijn./ Ze heeft misschien een blindedarmontsteking.
............................................................................................................................................
3) Ze moet thuis blijven. / Ze geeft over.
............................................................................................................................................

 WANT:
Nederlands Frans
Want ………………………………

“Want” est aussi utilisé pour exprimer une cause ou pour se justifier. C’est une
conjonction de coordination et ne nécessite donc pas ………………………………………… .

 Exemple :
1) Hij heeft hoofdpijn. / Hij hoest te veel.
..................................................................................................................................................
2) Ze heeft buikpijn./ Ze heeft misschien een blindedarmontsteking.
............................................................................................................................................

You might also like