You are on page 1of 11

Ondersteunende cursustekst

De klassieke oudheid op het Iberisch Schiereiland

Promotor: M. Wellens

Student: Stijn Mateusen

Opleidingsonderdeel: Praktijkonderzoek

Academiejaar: 2019-2020
Inhoudsopgave

Bedankingswoord .................................................................................................. 2
Inleiding ............................................................................................................... 3
Onderzoeksopzet: .................................................................................................. 5
Onderzoeksfase: ................................................................................................ 5
Ontwerpfase: ..................................................................................................... 6
Evaluatiefase: .................................................................................................... 7
Conclusie: ............................................................................................................ 8
Bibliografie ........................................................................................................... 9
Onderzoeksverslag: ............................................................................................ 9
Cursustekst: ...................................................................................................... 9

1
Bedankingswoord

Nu mijn praktijkonderzoek een finaal resultaat heeft bereikt kijk ik terug op het proces dat
ik heb doorlopen. Er is veel zelfstandig werk in dit onderzoek gekropen, zoals verwacht
wordt van iemand die een diploma educatieve bachelor wil behalen. Als ik echter terugkijk
op het afgelopen jaar dan zie ik dat ik er niet alleen voor stond. Ik zou graag even de tijd
nemen om de mensen die mij hebben ondersteund te bedanken.

Eerst en vooral wil ik mijn promotor, mevrouw M. Wellens, bedanken. Tijdens het gehele
proces van mijn onderzoek heeft ze zich beschikbaar gesteld voor eventuele tips en
ondersteuning. Ze gaf me steeds verschillende opties waarmee ik nadien zelfstandig mijn
eigen ding kon doen, hierdoor kon ik met een bredere visie aan de slag gaan.

Ik zou ook graag mijn professor, mevrouw Sol Jimenez, bedanken. Deze professor uit de
Universiteit van Cantabrië heeft mij de mogelijkheid gegeven om haar lessen te gebruiken
voor mijn onderzoek. Zonder de basis van haar werk had ik onmogelijk dit verslag kunnen
maken.

Mijn ouders speelden ook een grote rol in mijn proces. Tijdens de coronacrisis hebben ze
mij steeds ondersteund waar ze konden. Door hun positieve stimulans en gedrag i.f.v. van
mijn opleiding heb ik steeds de nodige motivatie gevonden om verder te werken aan mijn
praktijkonderzoek.

Ten slotte zou ik graag ook mijn medestudenten uit de universiteit van Cantabrië willen
bedanken. Deze gaven me waardevolle feedback in verband met dit onderzoek. Dit geldt
ook voor meerdere lokale Spaanse studenten die me wegwijs hebben gemaakt in het
Spaanse onderwijs.

2
Inleiding

Toen ik in het begin van het academiejaar mijn praktijkonderzoek mocht kiezen zat ik vol
met bruisende ideeën. Ik wist dat ik het tweede semester op Erasmus studie mocht naar
Santander, gelegen in Noord-Spanje. Hierdoor zou mijn onderzoek in het buitenland
geschreven worden.

Door mijn opleiding als geschiedenisleerkracht dacht ik dat dit een ideale kans zou zijn om
mijn blik op het vak geschiedenis te verrijken. Ik besloot mijzelf tot een wereldburger te
ontpoppen. Mijn gekozen onderzoeksonderwerp zou een casestudie zijn over het Spaanse
onderwijs. Meer specifiek zou ik de vakken geschiedenis in het secundair onderwijs
observeren en analyseren. Wat zouden we kunnen leren van het Spaanse
geschiedenisonderwijs en verschilt het Spaanse zo veel met het Vlaamse onderwijs?

Door de Covid-19 uitbraak in het begin van 2020, werd mijn Erasmus project beëindigd.

Jammer genoeg moest dit onderzoek hierdoor stopgezet worden. Ik moest onmiddellijk
Spanje verlaten en de kans om mijn onderzoek in Spanje te volbrengen werd me helaas
ontnomen. Hierdoor moest ik noodgedwongen een ander onderzoek opstarten.

In Spanje volgde ik de opleiding “Spanisch History and Culture”. Deze opleiding is


uitgewerkt om studenten wegwijs te maken in de Spaanse cultuur. We kregen les over
Spaanse politiek, kunst, taal en natuurlijk ook de geschiedenis.

Door mijn grote interesse voor geschiedenis keek ik ernaar uit om meer te leren over de
Spaanse historische gebeurtenissen. Net zoals ik, waren er meerdere Erasmusstudenten
van over de hele wereld die zich interesseerden in geschiedenis. Vele van hen hadden nooit
geschiedenis gehad op een academisch niveau, gelukkig bleek dit niet nodig te zijn omdat
de cursus een “inleidende” rol had en voorkennis niet verwacht werd.

Jammer genoeg ondervonden we al snel dat het onderdeel geschiedenis een samenvatting
was van de hoogtepunten uit de Spaanse geschiedenis. Achtergrondinformatie werd amper
gegeven, waardoor veel studenten zonder voorkennis het historisch kader van wie, wat,
wanneer niet bezaten en door het gebrek aan historisch besef weinig van de lesinhouden
begrepen.

Daarnaast werd elke tijdsperiode opgedeeld in sub-vak onderdelen met telkens een andere
professor. Hierdoor werd chronologie en het “verhaal” van geschiedenis nog moeilijker te
begrijpen en ontbrak het inzicht om het hoe en het waarom van de gebeurtenissen te
plaatsen.

Toen we in februari te horen kregen dat er een examen aan kwam van het onderdeel
“klassieke oudheid op het Iberisch Schiereiland” schrokken veel studenten. De meesten
zagen al een onvoldoende boven hun hoofd hangen en vertelden me dat de kans om voor
dit vak te slagen enorm klein was.

Omdat ik de enige was die een geschiedkundige achtergrond had en onderwezen was als
leerkracht nam ik het initiatief om mijn medestudenten te helpen. Ik organiseerde een
bijles zodat ik de studenten context kon geven om zo hun historisch inzicht a.d.h.v. de
belangrijkste punten te verruimen.

Na vele uren lesgeven gaven de meeste studenten aan dat ze de lessen nu veel beter
begrepen. Dit resulteerde in een positieve ervaring bij het examen. Iedereen was geslaagd
voor het examen over de klassieke oudheid.

3
Toen ik midden maart ermee geconfronteerd werd dat ik een nieuw onderzoek moest
opstarten begon ik na te denken over wat ik nog kon doen. Ik dacht terug aan de bijlessen
die ik gegeven had. Hoe kwam het dat ik de studenten beter kon ondersteunen? Wat zou
studenten zonder voorkennis helpen om geschiedenis beter te begrijpen? Kon ik de
professor hierin ondersteunen?

Met deze vragen ging ik naar mijn promotor mevrouw Wellens. Zij gaf me groen licht om
mijn onderzoek om te vormen. Mijn nieuw praktijkonderzoek zou gericht zijn op het
uitwerken van extra didactisch materiaal die meer historische context zou geven aan
studenten.

Om mijn onderzoek nog steeds te koppelen aan mijn opleiding als leerkracht secundair
onderwijs werd er besloten om het didactisch materiaal uit te werken op het niveau van
het tweede jaar secundair onderwijs. Hier wordt de klassieke oudheid gezien in het
onderwijsvak geschiedenis in 2 A. Door didactisch materiaal over de klassieke oudheid op
het Iberisch Schiereiland te maken op secundair niveau, zouden leerkrachten dit materiaal
ook kunnen gebruiken.

Natuurlijk moest ik bewaken dat het didactisch materiaal ook bruikbaar blijft voor
studenten zonder voorkennis op een academisch niveau. Zodat toekomstige Erasmus-
studenten die “De klassieke oudheid op het Iberisch Schiereiland” volgen, zonder
geschiedkundige voorkennis hier een zelfstudiepakket krijgen. Zeker omdat veel Erasmus-
studenten uit niet Europese landen komen zoals Canada, VS, Australië, Rusland en
Tajikistan, waar de klassieke oudheid soms niet als thema in het secundair onderwijs wordt
gezien.

Mijn doel werd dus didactisch materiaal ontwikkelen met een dubbele functie. Een cursus
die zowel in het tweede middelbaar als aanvulling gebruikt kan worden en voor Erasmus-
studenten die geen tot weinig voorkennis hebben over de Europese geschiedenis.

Ten slotte wil ik aanhalen dat de lessen van mevrouw Sol Jimenez niet ondermaats waren.
De lessen waren minder goed afgestemd op de beginsituatie van het aanwezige doelpubliek
in mijn klasgroep. Het vak “Spanish History and Culture” was dit academiejaar een nieuw
vak in de universiteit, waardoor het nog vaak zoeken was naar de juiste aanpak.
Indien deze lessen aan een academisch publiek werden gegeven en als er iets meer tijd
dan 3 weken was gegeven, ben ik zeker dat deze lessen beter hun doel hadden bereikt.

4
Onderzoeksopzet:

Mijn onderzoeksopzet is gericht op het creëren van nieuw didactisch materiaal voor de
lessen over de klassieke oudheid op het Iberisch Schiereiland. Hierdoor zal mijn verslag
gericht zijn op een ontwerponderzoek. Ontwerponderzoeken bestaan steeds uit 3 fases,
deze licht ik verder toe in mijn verslag. (Leemans, 2016)

Onderzoeksfase:
Om aanvullend didactisch materiaal uit te werken moet er eerst gekeken worden naar welk
materiaal er aanwezig is. In het geval van de lessen over de klassieke oudheid was dit
alleen een PowerPointpresentatie.

Doordat er alleen een PowerPointpresentatie was, was het moeilijk om de historische


context te begrijpen. Veel studenten misten deze achtergrondinformatie als houvast om
de tijdslijn van gebeurtenissen, de ontwikkelingen en het hoe en waarom te bestuderen.

Hiervoor zou een uitgeschreven cursustekst de oplossing kunnen bieden. In deze tekst zou
meer uitgebreide informatie kunnen staan over onderwerpen die behandeld worden in de
les.

Hoe stellen we nu een goede cursus tekst op?

Om een cursustekst te creëren zal ik mij op twee eigenschappen moeten focussen. Hoe
een duidelijke cursus opstellen voor het secundair onderwijs en voor welk doelpubliek ga
ik schrijven? (Erasmusstudenten)

Eerst en vooral moet ik mijn doelpubliek vastleggen. Het gekozen doelpubliek zijn
Internationale Erasmusstudenten. Deze hebben allemaal verschillende achtergronden. De
cursus moet dus op zo een niveau gemaakt zijn dat zelfs studenten zonder enige
geschiedkundige achtergrond het kunnen begrijpen.

Door uitgebreide gesprekken met mijn medestudenten in Santander ben ik op enkele


belangrijke criteria beland.

Criteria Erasmusstudenten:

• Allesomvattend
• Context
• Duidelijkheid (Chronologie)
• Afgebakend
• Uitleg geschiedkundige termen
• Leuke weetjes over hun Erasmusland
• Uitgewerkte oefeningen om hun kennis te testen

Criteria secundair onderwijs:

• Gekoppeld aan de leerplannen


• Taal op niveau van het tweede middelbaar
• Visualisatie door bruikbare afbeeldingen
• Bruikbaar in de klas
• Aansluitend op voorkennis
• Indien Engelse termen, aangepast aan studenten niveau
• Kritische ingesteldheid

5
Ontwerpfase:
Het ontwerp van de cursus werd gebaseerd op de gekregen presentatie uit de lessen.
Vanuit deze PowerPoint ben ik vertrokken.

Het eerste wat aangepast moest worden was de chronologie en structuur. In de PowerPoint
liep alles door elkaar. Soms werd er gesproken over het Iberisch Schiereiland en twee
regels verder in de slide werd er dan weer gesproken over de gehele klassieke oudheid.
Dit was zeer moeilijk om te volgen.

Als oplossing heb ik de cursus opgedeeld in hoofdstukken. Deze hoofdstukken bevatten


belangrijke thema’s (Religie, Punische oorlogen, …). In deze hoofdstukken maakte ik
subhoofdstukken, deze behandelden specifieke thema’s of gebeurtenissen op het Iberisch
Schiereiland.

Als tweede stap voegde ik meer beschrijvingen toe. In de verkregen PowerPoint stond
relatief weinig tekst. Hierdoor was het vaak nodig om zelf opzoekingswerk te doen.

Dit opzoekingswerk heb ik nu al voor de studenten gedaan. Ik heb op basis van de


mondelinge toelichting tijdens de lessen en extra bronnen de puntjes meer uitgeschreven.
Deze lezen vlotter in de cursus en geven vaak meer context. In de cursus duidde ik ook
woorden aan die belangrijk waren. Historische termen duidde ik aan en beschreef ze in
voetnoten.

Afbeeldingen konden ook niet ontbreken in de cursus, hiervoor heb ik gebruikt gemaakt
van de afbeeldingen die al in de PowerPoint stonden. Door dezelfde afbeeldingen te
gebruiken kunnen de PowerPoint en cursus naast elkaar gebruikt worden om te studeren.
In de tekst zijn ook extra afbeeldingen gebruikt om meer duiding te geven bij bepaalde
thema’s.

Met bovenstaande stappen was het skelet van mijn cursus af. Desondanks de meerwaarde
van de inhoudelijke uitwerking wou ik toch nog meer toevoegingen doen om het leerproces
aangenamer te maken. Dit deed ik door middel van extra kaders met opmerkingen, deze
opmerkingen gaven vaak context. Vaak werden er eigenschappen of acties “als normaal”
gezien voor historici, met deze opmerkingen worden deze toegelicht. (Bv: Adoptie tijdens
de Romeinse tijd was heel anders als adoptie vandaag, het verschil tussen een Feniciër en
een Carthager,…) Doorheen de PowerPoint heb ik ook meerdere “wist je dat” kadertjes
geplaatst, deze geven leuke weetjes. Deze weetjes geven vaak onbelangrijke maar wel
leuke informatie mee, dit maakt het leren vaak luchtiger.( Bv: Hoe werd er omgegaan met
homoseksualiteit, waar komt de naam Andalusië vandaan,…)

Ten slotte werkte ik de cursus af door chronologie mee te geven door middel van een
tijdlijn. Chronologie werd vaak over het hoofd gezien tijdens de lessen in Spanje. Om de
chronologie te verduidelijken voegde ik ook steeds v.C. (voor christus) en n.C. (na christus)
toe aan de dateringen. Dit doe ik omdat er internationaal verschillende manieren zijn om
tijd aan te duiden. (1000 v.C., 1000 jaar geleden, 1000 BCE (before commen era), …)

Met de afgewerkte cursustekst focuste ik me op de evaluatie. Om de studenten klaar te


stomen voor het examen voegde ik nog enkele oefeningen toe. Deze werden steeds aan
een hoofdthema gekoppeld. Deze oefeningen waren divers. (Inzichtoefeningen,
bronnenoefeningen, multipel choice) Er werd vooral gefocust op kennis en inzichtvragen.
Slechts weinig bronoefeningen werden verwerkt, de reden hiervoor was de afwezigheid
van diepgang op personen en motivaties in de geschiedenislessen.

6
Evaluatiefase:
Bij een ontwerponderzoek wordt ervan uitgegaan dat er een evaluatiefase plaats vindt.
Deze is bedoeld om te controleren of het werk voldoet aan de criteria en zijn doel heeft
bereikt. In het geval van dit onderzoek zou dit het uittesten van de cursus zijn in de
praktijklessen. Door externe factoren (Covid-19) is de echter niet mogelijk. (Leemans,
2016)

Wat wel kan gedaan worden is een eigen kritische evaluatie van dit werk. Tijdens het
maken van de cursustekst stootte ik op enkele moeilijkheden die relevant kunnen zijn voor
eventueel gelijkaardige onderzoeken.

Onmiddellijk kwam ik bij het probleem dat ik bij een PowerPoint een cursus moet schrijven.
Dit is omgekeerd werk, wat niet veel gedaan wordt in het secundair onderwijs. Hierdoor
was ik gedwongen om mij specifiek te houden aan de uitgekozen stukken die mijn
professor op haar PowerPoint had gezet. Wat ervoor zorgde dat ik mee moest gaan in haar
verhaal. Dit verhaal was goed uitgewerkt, maar het limiteerde mij ook steeds om alleen
maar bronnen te zoeken over de door haar uitgewerkte stukken. Hier en daar kon ik zelf
wel kleine dingen aanpassen of aanvullen, maar het eindresultaat moest overeenkomen
met de presentatie zodat deze samen met de cursus kunnen aangeboden worden.

Een tweede grote moeilijkheid was dat ik mijn cursus moest baseren op een Engelse
PowerPoint. Doordat professor Sol Jimenez haar reguliere lessen in het Spaans worden
gegeven betekende dit dat veel interessante kaarten in het Spaans waren. De bronnen die
gebruikt werden voor de PowerPoint zijn ook overwegend Spaans.
Doordat ik een Nederlandse cursustekst moest maken op basis van deze tekst betekende
het dat er veel vertaalwerk aan te pas kwam. Wat soms zorgde voor Engelse uitdrukkingen
die vertaald moesten worden en hierdoor een andere “impact” hadden in het Nederlands.
(“Barca Family” -> De familie met achternaam Barkas)

De oorspronkelijke bronnen waren allemaal in het Spaans, hierdoor moest ik mijn eigen
bronnenonderzoek doen. Dit bleek echter enorm moeilijk. De bronnen over het Iberisch
Schiereiland zijn overweldigend in het Spaans, de tweede grote groep is in het Engels.
Nederlandse bronnen over deze regio zijn moeilijk te vinden. Hierdoor moest ik informatie
en vooral kaarten vertalen.

Dit probleem van anderstalige bronnen komt wel vaker voor bij historisch onderzoek. We
hebben vaker bronnen uit de taal van een bepaalde regio. Wat normaal is doordat
geschiedschrijving ontstaan is als een onderzoek naar het politieke verleden van het eigen
land of regio. In de huidige tijd wordt er ook meer onderzoek gedaan over de landgrenzen
heen, maar het nationalistische gevoel blijft nog sterk aanwezig. (Horlings, 2019)

De laatste hindernis ondervond ik met het onderwerp zelf. Doordat de cursus specifiek
gefocust is op de rol van het Iberisch Schiereiland in de klassieke oudheid krijg je
moeilijkheden qua context. Iberië was in deze tijdsperiode vaak een deel van het ene of
andere rijk (Keltische stammen, Carthago, Rome, Germaanse stammen). Maar door de
beperking van de tijd om de lessen te geven kan je deze rijken/volkeren niet in detail
bestuderen. Dit zorgt ervoor dat je een groot deel van de context verliest.
Bij het onderdeel over de Romeinse geschiedenis valt dit het hardste op. Hier probeer ik
context te geven over wat er gebeurt over het gehele Romeinse Rijk en hoe dit zich
reflecteert op het Iberisch Schiereiland. Dit is echter nog steeds moeilijk en kan zonder
extra informatie of PowerPoint zelf verwarrend zijn.

7
Conclusie:

Als we kijken naar de gecreëerde cursus, kunnen we concluderen dat deze geschikt is voor
zowel Erasmusstudenten als leerlingen van het tweede middelbaar. De structuur van de
cursus is specifiek opgebouwd rond een PowerPoint, dit zorgt voor enkele beperkingen bij
het gebruik van een autonome les. Toch denk ik dat deze cursus een meerwaarde kan zijn
bij lessen over het Iberisch Schiereiland. Informatie om lessen te geven over dit thema is
moeilijk te vinden, deze cursus kan al zeker als een didactisch hulpmiddel ingezet worden.
Het proces was ook vaak zoeken. Een eigen creatie maken die moet matchen met een
werk van iemand anders brengt toch wat uitdagingen met zich mee. Ook het vertalen van
werken uit een andere talen (Engels) laat zien dat je moet oppassen dat je de context en
structuur niet verliest.

Eén laatste conclusie die getrokken kan worden is hoe weinig bronnen er beschikbaar zijn
over deze regio (Iberisch Schiereiland). Nog steeds zien we dat het moeilijk is om bronnen
in onze eigen taal te vinden over andere landen. Dit kan als een verrijking dienen, maar
maakt informatie juist overbrengen (zeker in het onderwijs) soms zeer moeilijk.

Tot slot wil ik nog wat aanbevelingen geven voor eventueel gelijkaardige onderzoeken. Ik
denk dat de kennis van de taal in elk geval zeer belangrijk is. Niet alleen het letterlijk
kunnen vertalen maar ook voeling hebben met de taal. Zo zal het makkelijker zijn om de
essentie ergens uit een anderstalig werk te halen. Het is ook zeer belangrijk dat je steeds
je doelpubliek voor ogen houdt, sommige termen of woorden zullen vanzelfsprekend lijken.
Toch kan het geen kwaad om iets meer uitleg te geven, dit kan veel individuele
leerlingen/studenten helpen bij het leren en verwerken van deze inhouden.

Een laatste aanbeveling zou zijn dat je verder bouwt op één algemeen historisch handboek.
Hierdoor kan je verder werken op een bestaande structuur. Dit zal het ook makkelijker
maken om context te geven. Indien leerlingen vragen hebben of meer informatie nodig
hebben kan je altijd teruggrijpen naar dit algemeen handboek.

Desondanks de vermeldde uitdagingen ben ik tevreden over mijn werk en ben ik ervan
overtuigd dat het cursusmateriaal in bijlage een meerwaarde is. In de les kan de
presentatie de rode draad visualiseren en het ontworpen cursusmateriaal geeft meer
achtergrondinformatie tijdens het studeren.

8
Bibliografie

Onderzoeksverslag:

Horlings, A. (2019, oktober 19). Historisch besef ontdekking van de 19e eeuw.
Opgehaald van www.historiek.net: https://historiek.net/historisch-besef-
ontdekking-van-de-19e-eeuw/39576/

Jimenez, E. S. (2020). PowerPoint ancient history. University of Cantabria , Santander,


Spanje .

Leemans, J. (2016). Onderzoekende leraren. Tielt: Lannoocampus .

Cursustekst:

De hoofdbron van dit werk is:

Jimenez, E. S. (2020). PowerPoint ancient history. University of Cantabria , Santander,


Spanje .

Websites

A&E Television Networks. (2019, augustus 21). ancient-rome. Retrieved from


www.history.com: https://www.history.com/topics/ancient-rome/ancient-rome

Horlings, A. (2019, oktober 19). Historisch besef ontdekking van de 19e eeuw. Retrieved
from www.historiek.net: https://historiek.net/historisch-besef-ontdekking-van-de-
19e-eeuw/39576/

IsGeschiedenis. (2011-2020). feniciers-kolonisten-in-de-middellandse-zee. Retrieved


from isgeschiedenis.nl: https://isgeschiedenis.nl/nieuws/feniciers-kolonisten-in-
de-middellandse-zee

Jimenez, E. S. (2020). PowerPoint ancient history. University of Cantabria , Santander,


Spanje .

K. Vandorpe, L. M. (2014). Geschiedenis van Rome. Leuven: Acco.

Klassiekekuikens. (2017-2020). punische-oorlogen. Retrieved from


www.klassiekekuikens.nl: https://www.klassiekekuikens.nl/klassieke-
culturen/geschiedenis/romeinen/punische-oorlogen/

Knack. (2016). KNACK Wereldgeschiedenis Boek 2. Roeselare: Roularta Books NV.

Leemans, J. (2016). Onderzoekende leraren. Tielt: Lannoocampus .

Ricketts, C. (2018, augustus 09). the-growth-of-christianity-in-the-roman-empire.


Retrieved from www.historyhit.com: https://www.historyhit.com/the-growth-of-
christianity-in-the-roman-empire/

9
Spain then and now. (z.d.). roman-conquest-of-hispania. Retrieved from
www.spainthenandnow.com: http://www.spainthenandnow.com/spanish-
history/roman-conquest-of-hispania

UNRV. (z.d.). Hispania. Retrieved from www.unrv.com:


https://www.unrv.com/provinces/hispania.php

Wikipedia. (2020, mei 09 ). Ancient_Carthage. Retrieved from en.wikipedia.org:


https://en.wikipedia.org/wiki/Ancient_Carthage

Wikipedia. (2020, mei 07). Hispania. Retrieved from en.wikipedia.org :


https://en.wikipedia.org/wiki/Hispania

10

You might also like