You are on page 1of 6

ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent

Educatieve bachelor lager onderwijs

Naam student: Julie Van Dender Leergroep OLO2D1


Naam mentor: Kim Bourguillioen Klas 5B Aantal lln.: 24
School: Stedelijke basisschool Spoele

WOENSDAG 16/12/2020 Handtekening mentor + datum:

Van 9u15 tot 10u05


Leergebied(onderdeel): Nederlands: begrijpend lezen
Lesonderwerp: Reclameslogans

Leerplandoelen: Leerplan: ZILL – OVSG – GO! – andere


 NL-LEZ-TV-02-04 De leerlingen kunnen reclameteksten onderscheiden van andere teksten.
 NL-LEZ-TV-02-08 De leerlingen kunnen een kritische houding aannemen tegenover reclame
en advertenties die voor hen bestemd zijn. Ze kunnen de impliciet vermelde argumenten
aanduiden indien het gaat om suggesties, geruststellingen, verrassingen of beloften.
 WO-MAA-SCV-14 De leerlingen ervaren dat taakverdelend werken of samenwerken zinvol kan
zijn en kunnen de positieve gevolgen daarvan verwoorden.

Leerinhoud:
 Een reclameslogan = een korte en krachtige zin die ervoor zorgt dat dit merk goed verkoopt.
 Ik stel me deze vragen bij het zien van een reclameboodschap:
1. Waarvoor wordt er reclame gemaakt?
2. Wat wordt er beloofd?
3. Wat is de slogan?
4. Wat is er zo leuk aan de slogan?
5. Hoe heeft de reclamemaker ervoor gezorgd dat ook kinderen de reclame bekijken?
6. Kan deze reclame je overtuigen? Waarom wel/waarom niet?
7. Als we dan zo naar bovenstaande vragen kijken, is de reclame dan betrouwbaar?
 Samenwerken om een gemeenschappelijk doel te bereiken:
Wanneer ik in een groep samenwerk, let ik er altijd op dat alle groepsleden aan bod komen in
het gesprek, want andere kinderen kunnen ook nog nieuwe informatie delen met de rest van de
groep.

Lesdoelen:
De leerlingen kunnen...
1. Verwoorden wat een reclameslogan is.
(NL-LEZ-TV-02-04)
2. Reclame onderscheiden van andere tekstsoorten.
(NL-LEZ-TV-02-04)
3. zich de vraag stellen of de reclameboodschap betrouwbaar en representatief is.
(NL-LEZ-TV-02-08)
4. bij het samenwerken informatie delen met elkaar op een respectvolle manier.
(WO-MAA-SCV-14)

Beginsituatie specifiek voor deze les:


Situering in het leerproces: aanbrengen inoefenen

1
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Waarop bouwt deze les verder?


 …
 …
Leerling specifieke gegevens + acties:
 Nog eens navragen

Bronnen: volgens de APA-normen


 Handleiding:
Dobbeleers, D., Wouters, G., Laurijssens, B., & Steyaert, P. (2013). Handleiding Tijd voor Taal
accent Taal 5A - Thema 3 Strips en chips (eerste druk, Vol. 1). Geraadpleegd op 17/11/20 via
https://www.bingel.be/teacher/my-methods/grade/5/yearbooks/E19939CD-DE6C-4B08-A410-
D50CADB2730E/manuals/887383bc-bdb6-4a25-ad95-9b5777224f1f

Bijlagen: bordschema, ingevulde werkbladen, teksten …


 Bijlage 1: nummers bij de leerlingen
 Bijlage 2: plickerquiz
 Bijlage 3: bordplan lesfase 3
 Bijlage 4: ingevulde werkbladeren

Materiaal / locatiewijziging:
 Gsm (app plickers)
 Plickerkaartjes
 Classroomscreen

Lesopbouw
Wanneer kinderen aan het werk zijn, zet ik “classroomscreen” aan. Hier zet ik dan een timer op zodat
de kinderen weten hoeveel tijd voor deze opdrachten nog rest.

Tussen de lessen door: kort tussendoortje galgië


oriënteren verwerven verwerken afronden

Als KIK ga ik hier aan de slag met galgië. In dit interactieve spel laat ik 1 kind naar voor komen. (kies ik
door middel van een stokje te trekken) De andere mogen letters zeggen en zo raden ze zelf het
woord. Het woord dat zal verschijnen is “reclameslogan”. Dit is dan al een kleine vooruitblik naar wat
nog te gebeuren staat. Wanneer ik hier geen tijd meer voor heb, gebruik ik de oriëntatiefase als KIK.

1. Plickers: opfrissen van reclameslogans (’10)


oriënteren verwerven verwerken afronden
Lesdoel 1: verwoorden wat een reclameslogan is.
Organisatie:

2
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

De uitdelers van de week laat ik de kaarten uitdelen hoe ze op mijn bord staan geordend. 1 hoort dus
bij Ahren, 2 bij Aiden enzovoort. Wanneer dat dit gebeurt, zorg ik ervoor dat mijn app van plickers
openstaat en dat ik de beamer op freeze zet zodat ik de plickersset kan klaarzetten zonder dat de
kinderen dit zien.

Instructie:
Nu we allemaal ongeveer klaar zijn met ons fruitje te eten, mogen de uitdelers al eens bij mij komen
en mogen jullie de kaarten met nummers geven aan de personen waaraan deze toebehoren. Je ziet
het overzicht op bord. Wanneer je je kaart krijgt, controleer dan nog eens goed of je wel de juiste
hebt gekregen. Anders komen straks jouw antwoorden bij een andere persoon terecht.

Verloop:
Ik zorg ervoor dat het tijdens dit kort introductiemoment vooruit blijft gaan en dat de kinderen rustig
blijven. Dit doe ik door de rustige leerlingen een compliment te geven. De andere willen dan ook
positieve bekrachtiging en daardoor zullen ze, normaal gezien, ook rustiger worden.

Nabespreking:
Richtvragen:
 Wat hebben we nu eigenlijk allemaal gezien? (reclame)
 En welk onderdeeltje van reclame, want we hebben geen filmpje gezien natuurlijk. Hoe
noemen we zo een zin? (een slogan)
 Voor wat dient dit dan eigenlijk? (promoot een merk/product)
 Hebben jullie nog voorbeelden? (eigen invulling)
 Over wat zou de les dan gaan vandaag? (over reclameslogans)
 Wat heeft dit dan te maken met ons nieuw thema? (we kijken naar reclame over voeding en
daardoor eten we die)
Inderdaad. We leren vandaag over reclameslogans en specifiek over hoe deze in elkaar zit.

2. Per 2: Genially over “Waar op letten bij reclame” (‘20)


oriënteren verwerven verwerken afronden
Lesdoel 2: Reclame onderscheiden van andere tekstsoorten.
Lesdoel 4: Bij het samenwerken informatie delen met elkaar op een respectvolle manier.

Organisatie:
Kinderen gaan via de ipad, per 2, naar mijn klaswebsite en kijken eerst het youtubefilmpje over
reclametechnieken. Daarna bekijken ze de genially.

Verloop:

3
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Op de genially staat waarop we moeten letten bij reclame. Dit omdat reclame heel misleidend kan
zijn. Ik maak dus een soort stappenplan.

3. Oefening 1 klassikaal (‘10)


oriënteren verwerven verwerken afronden
Lesdoel 2: Reclame onderscheiden van andere tekstsoorten.
Lesdoel 3: Zich de vraag stellen of de reclameboodschap betrouwbaar en representatief is.
Organisatie:
Kinderen nemen er hun taalboek en werkschrift van taal bij en lezen eerst op p70 in stilte al eens de
taalweter. Ook lezen ze al p 54 in hun taalboek en kijken ze op p 55 al eens naar de eerste
reclameboodschap. Dit zie je in bijlage 3 terugkeren op mijn bordplan.

Instructie:
Wat ik nu op bord schrijf, is de bedoeling dat jullie dit gaan uitvoeren binnen de 7 minuten. Ik denk
dat dit zeker moet volstaan om te lezen. Wanneer je klaar bent met de eerste stap en je ziet dat je
nog minder dan 2 minuten hebt, sla je stap 2 over en begin je aan stap 3.

Verloop:
Wanneer ik observeer bij de kinderen en ik zie dat er wat gegiecheld wordt, onderneem ik de actie
om me dicht bij deze kinderen op te stellen zodat de kalmte weer terugkeert.

Klassikaal oefening 1:
Ik laat de kinderen de opdracht voorlezen en neem een stokje om niemand te hoeven aanduiden
(veilig klasklimaat).

4. Oefening 2 individueel (’10)


oriënteren verwerven verwerken afronden
Lesdoel 2: Reclame onderscheiden van andere tekstsoorten.
Lesdoel 3: Zich de vraag stellen of de reclameboodschap betrouwbaar en representatief is.
Instructie:
Nu jullie een reclameboodschap samen met mij bekeken hebben, is het nu aan jullie. Je krijgt 10
minuten de tijd hiervoor dus besteedt ze goed door echt met jullie taak bezig te zijn. Wanneer de
timer afloopt, is het de bedoeling dat jullie oefening 2 ingevuld hebben en jullie boek open op mijn
bureau komt leggen zodat ik deze kan verbeteren.

5. Actief taalspel: klassikaal (’10)


oriënteren verwerven verwerken afronden
Lesdoel 1: verwoorden wat een reclameslogan is.
Nabespreking:
Richtvraag:
 Wat heb je geleerd over reclame?
Het is nu de bedoeling dat jullie, wanneer ik een slogan zeg, door ja-neevragen te stellen, te weten
komen voor welk product deze slogan is. “lekker voor vandaag, goed voor morgen”  yoghurt

Na het spel:

4
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Was dit nu gemakkelijk? Nee inderdaad. Het wordt veel eenvoudiger als er iets bijstaat dat je kan
zien.

Evaluatie: Evalueer hier je eigen pedagogisch, didactisch en/of organisatorisch handelen. Wat deed je goed en
waarom? Wat ging niet goed en waarom? (Denk aan voorbereiding en realisatie.) Doe een verbetervoorstel.

Bijlage 1:

Bijlage 2:

Bijlage 3:

5
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Bijlage 4:

You might also like