You are on page 1of 42

Opbouw PV-systeem

PV-module
1,6 m2
PV-module
Opbrengst PV-module
Opbrengst PV-module

P A

MPP = Maximum Power Point

Pmax  Vpm  I pm 


dus
171,47W  27,26V  6,29 A

V
Invloed van temperatuur
Toepassing micro-inverters
DC

AC
 Geen DC-installatie
 Minder brandgevaar
DC
 MPP-tracking per module
 Minder last van verliezen
AC
door schaduw
DC

AC
Opbouw PV-systeem

I (A)

U (V)
Maximale spanning

 PV-modules kunnen in serie zijn geschakeld tot aan


de maximaal toegelaten bedrijfsspanning van de PV-
modules (UOC STC van de PV-strengen) en de PV-
omvormer, afhankelijk van welke de laagste is.
Begrippen UOC max ISC max

𝑈𝑂𝐶 𝑚𝑎𝑥 = 𝐾𝑈 ∙ 𝑈𝑂𝐶 𝑆𝑇𝐶

𝑈𝑂𝐶
𝐾𝑈 = 1 + (𝛼 ∙ ) ∙ (𝑇𝑚𝑖𝑛 − 25)
100
𝐼𝑆𝐶 𝑚𝑎𝑥 = 𝐾𝐼 ∙ 𝐼𝑆𝐶 𝑆𝑇𝐶

Maal het aantal modules in serie


Maal het aantal strings parallel
Spanningsverlies in PV installatie

 Aandacht gevraagd voor spanningsverlies in PV- installatie


 Spanningsverlies betekent in feite spanningsopdrijving
 Inverters moeten afschakelen bij te hoge spanning
 +10% van 230V

 Oude inverters staan soms nog op +6% van 230V


Berekening van spanning- en energieverliezen

 Algemene formules:
UV  I  R  cos   I  X  sin  PV  I 2  R
 Spanningsverlies DC:
l 
UV  2  I  R  2 
A
 Spanningsverlies AC:
l 
UV  2  I  R  2 
A

Probeer verliezen te beperken <1%


Opbouw systeem met 1 string
I SC max
Beveiliging van modules in string

 Beveiliging als 1,35I MOD _ MAX _ OCPR  ( N S  1) I SCmax

Overcurrent
Protection
Rating

Alle strings
dezelfde
spanning
Beveiliging van modules in string

 Beveiliging als 1,35I MOD _ MAX _ OCPR  ( N S  1) I SCmax

Overcurrent
Protection
Rating

 Als beveiliging nodig is: 1,1I SCmax string  I n  I MOD _ MAX _ OCPR
Beveiliging van een string-kabel

I SC max  I Z

( N S  1) I SC max  I Z

In  IZ
Beveiliging van een array-kabel

I SC max array  I Z

( N a  1) I SCmax array  I Z

1,1I SCmax array  I n  I Z

Beide zijden beveiligd


Beveiliging van de hoofd DC-kabel

I SC MAX generator  I Z
NEN 1010

 Rubriek 712
 Aanvulling op teksten in andere rubrieken
Opbouw NEN 1010 (1)

 1: Onderwerp, toepassingsgebied..
 2: Definities
 3: Algemene kenmerken
 4: Beschermingsmaatregelen
 5: Elektrisch materieel
 6: Inspectie
 7: Aanvullende en bijzondere rubrieken
Opbouw NEN 1010 (3)

Opbouw NEN 1010 Algemeen Opbouw rubriek 712 PV-systemen

Rubriek 11: Onderwerp en toepassingsgebied 712.1: Onderwerp en toepassingsgebied

Hoofdstuk 2 Definities 712.2 Definities PV

Hoofdstuk 4: Beschermingsmaatregelen 712.4 : Beschermingsmaatregelen

Rubriek 41: Bescherming tegen elektrische schok 712.41: Bescherming tegen elektrische schok

Hoofdstuk 5: Keuze van elektrisch materieel 712.5: Keuze van elektrisch materieel
Bescherming tegen elektrische schok

Basisbescherming Foutbescherming Totale bescherming

Fundamentele isolatie

of Aut. uitschakeling 411: Aut. uitschakeling

Afschermingen/omhulsels

Dubbele/versterkte isolatie 412: Versterkte isolatie

Elektrische scheiding 413: Elektrische scheiding

415: Aanv. bescherming


414: SELV- en PELV
PV-systeem zonder PE aan DC-kant

TL (transformatorloze toepassing) mogelijk


DC kant niet galvanisch gescheiden

 Geen functionele aarde aan DC-kant (FE)


 Bij een aardfout aan de DC-kant:
 Inverter afschakelen van AC of

 Het defecte deel van de DC-zijde afschakelen van inverter

 Verder altijd aardfout signaleren


PV-systeem met PE aan DC-kant

Afhankelijk van type module


Aarding actieve geleider DC

 Alleen bij galvanische scheiding (functionele aarding


toegestaan)
 Gebruik van transformator
 Geen aarding bij transformator aan inverter-kant
 Op een punt, dicht bij of in de inverter
 Directe aarding: fout signaleren
 Inverter afschakelen of
 Afschakelen functionele aarde
 Aarding via weerstand of geen aarding:
isolatiebeveiliging
 Verder altijd aardfout signaleren
Bescherming bij normaal bedrijf

 Geen bescherming door hindernissen


 Geen bescherming door “buiten handbereik”

 Aan de DC-kant
 SELV of PELV keten

U OC max  120V

DC-kant blijft spanning voeren!


Bescherming bij fout in de installatie

 Geen bescherming door niet-geleidende omgeving


 Geen bescherming door PU-leidingen
 Geen bescherming door beschermingstransformator
bij meerdere toestellen

 Aan de DC-kant
 Klasse II

 SELV of PELV keten U OC max  120V


Beveiliging van de AC-kabel

 Maximale AC-bedrijfstroom van de inverter


 Of 1,1 maal de In inverter

 Kortsluitbeveiliging volgens NEN 1010


Relatie beveiliging/IZ

1,1 In inverter IB  IN  IZ
I 2  1,45  I Z

B, C en D-automaten
Kiezen doorsnede

 Bepalen van IZtabel

I Z ( nodig)
I Z (tabel) 
reductiefa ctoren
 Kiezen van de doorsnede uit tabel
 Kijken naar maximale lengte
Gevolgen voor leidingdoorsnede

 Correctiefactor voor belastbaarheid


Aansluiten op bestaande groep

IB  IN  IZ
I 2  I PV  1,45  I Z

Toestellen <2,25A
Aardlekbeveiliging

 Bij trafoloze inverters


 Type B-toepassen vanwege mogelijke DC-stromen
 Kan in inverters geplaatst zijn
 Of type A waarvan werking niet beinvloedt wordt
door DC-component
De PV-installatie
Potentiaalvereffening

 Voorkomt lading op metalen deel module


 Metalen delen verbinden met vereffeningsleidingen
 Doorsnede 6 mm2
 Aandacht schenken aan verbinding Al-frame en
koperen vereffeningsleiding (corrosie)
 Kan ook deel uitmaken van bliksembeveiliging
Beveiliging tegen bliksem/overspanningen

 Om spanningen die door


blikseminslag worden
veroorzaakt tot een
minimum te beperken,
moet het oppervlak van + -

alle bedradingslussen zo L
=

klein mogelijk zijn N


~
gehouden. PE
Overspanningsbeveiliging

 Overspanningsbeveiliging tussen + en –
 Overspanningsbeveiliging tussen + en PE
 Overspanningsbeveiliging tussen – en PE

 Minimale waarde bliksemstroom die kan worden


gevoerd 5kA
Overspanningsbeveiliging

 Keuze van overspanningsbeveiliging


 Beschermingsniveau Up (max. spanning)
 Up is lager dan 80% van Uw
Plaatsing overspanningsbeveiliging

 Aan DC-kant zo dicht mogelijk bij inverter


 Aan AC-kant plaatsen als er grote afstand is tussen
verdeelinrichting en inverter (plaatsen bij inverter)
 Afstand tussen AC en DC
overspanningsbeveiligingen kort houden
 Voor klasse II overspanningsbeveiliging min. 6 mm2
 Voor klasse I overspanningsbeveiliging min. 16 mm2
Bereikbaarheid en identificatie

 Bereikbaarheid voor onderhoud


 Aanwezigheid van PV moet duidelijk zijn:
 Bij het begin van de installatie
 Bij de meter
 Bij de schakel- en verdeelinrichting waarop de
inverter is aangesloten
 Aan bereikbare delen DC-kant melding
dat DC spanning kan blijven staan
 Inverter moet vermelden dat zowel AC-
en DC- moeten worden afgeschakeld voor
onderhoud gepleegd wordt

You might also like