Professional Documents
Culture Documents
Installatie- en
bedieningshandleiding
Installatiehandleiding
Lees dit eerst
ScanFront 330
De ScanFront 330 is een netwerkscanner die u kunt gebruiken zonder hem te hoeven aan te sluiten op een computer.
De gegevens van een gescande afbeelding kunnen met de ScanFront 330 naar een gedeelde map op een server-pc of client-pc op
het netwerk, naar een FTP-server*, naar een printer** voor afdrukken of via e-mail of internetfaxservice naar een externe locatie
worden verzonden. Als de scanner niet in een netwerkomgeving wordt gebruikt kunnen de afbeeldingen ook in een USB-geheugen
worden opgeslagen.
* Voor het verzenden van afbeeldingsbestanden naar een gedeelde map op een computer in een ander segment van het netwerk is installatie van
de meegeleverde software ScanFront Service op een computer in het netwerk vereist.
** Voor het verzenden van afbeeldingsbestanden naar een printer is installatie van de meegeleverde software ScanFront Service op een computer
in het netwerk vereist.
Gedeelde map
(server, client-pc)
Netwerk
Printer
Bestand opslaan
ScanFront
USB-geheugen
1
❏ Handleidingen voor de scanner ❏ In deze handleiding gebruikte symbolen
De volgende handleidingen worden meegeleverd met de De volgende symbolen worden in deze handleiding gebruikt
Canon ScanFront 330. Lees deze handleidingen grondig om procedures, beperkingen, voorzorgsmaatregelen bij het
door voordat u de scanner gaat gebruiken. gebruik en veiligheidsaanwijzingen toe te lichten.
Installatie- en bedieningshandleiding
WAARSCHUWING
(Deze handleiding)*
Duidt op een waarschuwing voor handelingen die, indien
Installatiehandleiding
niet correct uitgevoerd, de dood of ernstig persoonlijk
Hierin wordt beschreven hoe u de scanner installeert.
letsel tot gevolg kunnen hebben. Als u de scanner veilig
Installeer de ScanFront volgens de aanwijzingen in de
wilt gebruiken, dient u altijd deze waarschuwingen ter
installatiehandleiding. Voor nadere gegevens over de
harte te nemen.
ScanFront raadpleegt u de Bedieningshandleiding en de
ScanFront 300/300P/330 INSTRUCTIES (elektronische
handleidingen). LET OP
Bedieningshandleiding Duidt op een waarschuwing voor handelingen die, indien
Hierin vindt u een overzicht van de functies van de niet correct uitgevoerd, persoonlijk letsel of schade aan
scanner. Ook worden de handelingen beschreven die u eigendommen tot gevolg kunnen hebben . Als u de scanner
moet verrichten om de ScanFront te gebruiken. Nadere veilig wilt gebruiken, dient u altijd deze waarschuwingen
gegevens over de instellingen van de ScanFront vindt u in ter harte te nemen.
de ScanFront 300/300P/330 INSTRUCTIES
(elektronische handleiding).
ATTENTIE
* De gedrukte versie van de Installatie- en bedieningshandleiding
kan variëren, afhankelijk van uw woongebied. PDF-bestanden Geeft belangrijke informatie aan over de bediening van de
van de Installatie- en bedieningshandleiding in andere talen apparatuur. Lees deze informatie grondig door zodat u de
vindt u op de schijf met toepassingen. scanner correct kunt bedienen en schade aan de scanner
wordt voorkomen.
INSTRUCTIES: Elektronische handleiding
Hierin leest u hoe u de scanner moet gebruiken, en vindt u
aanwijzingen voor het configureren van de Wenk
scannerinstellingen. Ook vindt u hier informatie over het Geeft aan dat er aanvullende informatie volgt over de
gebruik, het onderhoud en het oplossen van problemen. bediening of over een procedure. Wij raden u nadrukkelijk
Deze handleiding is opgeslagen als PDF-bestand op de aan om deze opmerkingen te lezen.
meegeleverde schijf met toepassingen. U hebt Adobe
Reader nodig om dit bestand te openen. (U kunt Adobe
Reader downloaden van de website van Adobe.)
2
Belangrijke veiligheidsinstructies
Lees voor een veilig gebruik van de scanner de onderstaande veiligheidsrichtlijnen en -maatregelen.
3
● Gebruik het netsnoer niet als het in de knoop zit. ■ Gebruik nooit alcohol, benzeen, verfverdunner,
● Trek niet rechtstreeks aan het netsnoer. Houd het spuitbussen of andere licht ontvlambare
snoer bij de stekker vast wanneer u het uit het materialen in de buurt van de scanner.
stopcontact haalt. ■ Zorg ervoor dat u het netsnoer of de
● Plaats geen voorwerpen in de buurt van de stekker wisselstroomadapter nooit doorsnijdt, beschadigt
zodat u in noodgevallen bij het stopcontact kunt of wijzigt. Plaats geen zware voorwerpen op het
om de stekker eruit te halen. netsnoer of de wisselstroomadapter. Trek niet aan
● Gebruik alleen de wisselstroomadapter die bij de het snoer en maak er geen overbodige lussen in.
scanner is meegeleverd. Gebruik de ■ Sluit het netsnoer nooit aan met natte handen.
wisselstroomadapter ook niet voor andere ■ Sluit de scanner niet aan op een stekkerdoos.
apparaten dan deze scanner. ■ Vermijd knopen en kronkelingen in het netsnoer
Model: MG1-4558 omdat deze kunnen leiden tot brand of elektrische
● Als u vragen heeft over de netvoeding, neem dan schokken. Zorg ervoor dat wanneer u het netsnoer
contact op met uw erkende Canon-leverancier of aansluit, u de stekker helemaal in het stopcontact
serviceafdeling voor verdere informatie. steekt.
■ Gebruik alleen het netsnoer en de
❏ Verplaatsen van de scanner wisselstroomadapter die bij deze scanner zijn
● Wanneer u de scanner verplaatst, houd het meegeleverd.
apparaat dan altijd met beide handen vast zodat ■ Probeer de scanner niet uit elkaar te halen of op
het niet kan vallen. De scanner weegt ongeveer een of andere wijze te wijzigen.
3,6 kg. ■ Probeer nooit de wisselstroomadapter uit elkaar te
● Voordat u de scanner verplaatst dient u ervoor te halen of op een of andere wijze te wijzigen; dit is
zorgen dat de documentlade is gesloten en dat de gevaarlijk en kan leiden tot brand en elektrische
verbindingskabel en het netsnoer zijn schokken.
losgekoppeld. Als u de scanner vervoert terwijl de ■ Gebruik geen spuitbussen met brandbare inhoud
verbindingskabel en het netsnoer nog zijn in de buurt van de scanner.
aangesloten, kunnen de stekkers en aansluitingen ■ Wanneer u de scanner reinigt, zorg er dan voor dat
mogelijk worden beschadigd door stoten tijdens u eerst het apparaat uitzet en de stekker uit het
transport. stopcontact trekt.
■ Reinig de scanner met een licht bevochtigde, goed
❏ Gebruik uitgewrongen doek. Gebruik nooit alcohol,
WAARSCHUWING benzeen, verfverdunner of andere brandbare
stoffen.
Let op de volgende voorzorgsmaatregelen bij het
gebruik van de scanner. Houdt u zich aan deze
voorschriften om brandgevaar en elektrische
schokken te voorkomen.
4
■ Als de scanner vreemde geluiden maakt, vreemd ■ Plaats de scanner niet in een stoffige of vochtige
ruikt, rook afgeeft of heet wordt, of als het apparaat omgeving. Dit kan brandgevaar en elektrische
helemaal niet meer werkt of afwijkend gedrag schokken veroorzaken.
vertoont, schakel de scanner dan onmiddellijk uit ■ Plaats geen objecten boven op de scanner. Deze
en trek de stekker uit het stopcontact. Neem kunnen (om)vallen met persoonlijk letsel tot
vervolgens contact op met uw plaatselijke Canon- gevolg.
leverancier of serviceafdeling voor advies. ■ Gebruik de scanner alleen met een netvoeding
■ Laat de scanner niet vallen en stel hem niet bloot van 220 - 240 V wisselstroom. Anders kunnen
aan botsingen of heftige schokken. Als de scanner brand en elektrische schokken ontstaan.
ooit beschadigd mocht raken, schakel het ■ Trek het netsnoer altijd aan de stekker uit het
apparaat dan onmiddellijk uit en trek de stekker uit stopcontact. Trek niet direct aan het netsnoer
het stopcontact. Neem vervolgens contact op met omdat hierdoor het snoer of de binnenbedrading
uw plaatselijke Canon-leverancier of van de stekker beschadigd kunnen worden, wat
serviceafdeling en laat de scanner nakijken. kan leiden tot brand en elektrische schokken.
■ Schakel voordat u de scanner verplaatst het ■ Zorg voor voldoende ruimte rond de stekker zodat
apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact. u deze eenvoudig uit het stopcontact kunt trekken.
Als u voorwerpen plaatst rond de stekker, kunt u bij
LET OP een noodgeval niet bij de stekker om deze uit het
■ Plaats de scanner niet op een wankel of hellend stopcontact te trekken.
oppervlak, of in een omgeving met hevige trillingen ■ Zorg dat er geen water of brandbare stoffen
omdat hierdoor de scanner kan vallen waardoor u (alcohol, verfverdunner, benzeen, etc.)
letsel kunt oplopen of de scanner kunt terechtkomen in de scanner omdat dit kan leiden
beschadigen. tot brand of elektrische schokken.
■ Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet ■ Schakel voor de veiligheid de scanner uit wanneer
worden geblokkeerd. Dit kan oververhitting van de u het apparaat enige tijd niet gebruikt, bijvoorbeeld
scanner veroorzaken waardoor brandgevaar ’s nachts. Zet voor de veiligheid het apparaat ook
ontstaat. uit, koppel de wisselstroomadapter los en trek het
■ Leg geen kleine metalen voorwerpen op de netsnoer uit het stopcontact wanneer u de eenheid
scanner, zoals nietjes, paperclips of juwelen. Deze voor een langere tijd niet gebruikt, bijvoorbeeld
voorwerpen kunnen in de scanner vallen en brand tijdens vakanties.
of elektrische schokken veroorzaken. Als
dergelijke voorwerpen in de scanner
terechtkomen, schakel het apparaat dan
onmiddellijk uit en trek de stekker uit het
stopcontact. Neem vervolgens contact op met uw
plaatselijke Canon-leverancier of serviceafdeling
en laat de scanner nakijken.
5
■ Draag tijdens het gebruik van de scanner geen
loshangende kleren of juwelen die in de scanner
terecht kunnen komen. Dit kan leiden tot
persoonlijk letsel. Wees extra voorzichtig wanneer
u een stropdas draagt of lang haar hebt. Als er iets
in de scanner vast komt te zitten, trek dan
onmiddellijk de stekker uit het stopcontact om de
scanner te stoppen.
■ Wees voorzichtig bij het plaatsen van papier in de
scanner en wanneer u vastgelopen papier
verwijdert. U kunt uw hand openhalen aan de rand
van een vel papier.
6
Het installeren van de ScanFront
Installeer de ScanFront volgens onderstaande aanwijzingen.
7
1. De toebehoren controleren
Nadat u de scanner hebt uitgepakt, controleert u of de volgende toebehoren zijn meegeleverd. In het onwaarschijnlijke geval dat er
toebehoren missen of beschadigd zijn, neemt u contact op met uw plaatselijke officiële Canon-leverancier.
Netsnoer*
(Kabellengte: 1 m)
ScanFront
De vorm van de netsnoerstekker verschilt
van land tot land.
Installatie- en bedieningshandleiding
(deze handleiding)
Invoerroller
De gedrukte versie van de Installatie- en
De invoerroller moet op de scanner worden bedieningshandleiding kan variëren,
bevestigd tijdens de installatie. (Zie afhankelijk van uw woongebied. PDF-
pag. 9.) bestanden van de Installatie- en
bedieningshandleiding in andere talen
vindt u op de schijf met toepassingen.
8
2. Het verpakkingsmateriaal verwijderen en de invoerrol bevestigen
Verwijder al het verpakkingsmateriaal dat de scanner beschermt en bevestig de meegeleverde invoerroller.
Vergrendelingsh
endel
9
5. Open de rollerbehuizing voor de invoerroller. 8. Schuif de vergrendelingshendel in de richting van de
pijl, en schuif hem dan in het gat van de invoerroller.
10
11. Sluit het paneelgedeelte voorzichtig. Druk op beide
zijden van de eenheid totdat u een klik hoort ten
teken dat de eenheid vergrendeld is.
11
3. De scanner installeren en aansluiten op een netwerk
Voordat u de scanner gaat installeren, dient u hem op de plek van gebruik te plaatsen, en de wisselstroomadapter en netwerkkabel
aan te sluiten.
ATTENTIE
Zie pagina 3 voor nadere gevens over installatieveiligheid.
❏ De wisselstroomadapter aansluiten
Volg onderstaande stappen om de wisselstroomadapter aan te sluiten.
LET OP
Gebruik uitsluitend de meegeleverde wisselstroomadapter en het meegeleverde netsnoer.
❏ De netwerkkabel aansluiten
Steek de netwerkkabelsteker (RJ-45) in de LAN-poort.
12
4. De stroom aan- en uitzetten
Zet de scanner aan met de stroomschakelaar, en zet hem uit met de knop [Uitschakelen] die wordt weergegeven op het
bedieningspaneel.
ATTENTIE
• Het duurt ongeveer 40 seconden voordat het startscherm
verschijnt nadat u de stroomschakelaar hebt ingedrukt.
• Als er gebruikers zijn geregistreerd, verschijnt het ATTENTIE
aanmeldscherm. (Raadpleeg "Aanmeldscherm" in • Wanneer u vervolgens de scanner opnieuw wilt aanzetten,
Hoofdstuk 5 van de ScanFront 300/300P/330 dan moet u tenminste 5 seconden wachten nadat hij is
INSTRUCTIES.) uitgeschakeld.
• Wanneer de aan-/uitindicator oplicht, maar er niets verschijnt • Als de scanner niet meer reageert, houdt dan de
op het paneel, dan is het paneel uitgeschakeld. U kunt het stroomschakelaar ingedrukt. Het systeem wordt afgesloten.
paneel weer aanzetten door het aan te raken. (Raadpleeg Druk dan opnieuw op de stroomschakelaar om de scanner
"Weergave uit" in Hoofdstuk 6 van de ScanFront 300/300P/ weer aan te zetten. In dergelijke gevallen kunnen instellingen
330 INSTRUCTIES.) die kort voor het afsluiten zijn geconfigureerd, verloren zijn
gegaan.
13
5. De scannerinstellingen configureren
Om de scanner in te stellen moet u de onderdelen onder [Netwerkinstelling] configureren onder [Beheerdersinstellingen] op de
scanner, en instellingen configureren in het webmenu (beheerdersmodus).
In deze paragraaf worden de netwerkinstellingen beschreven onder [Beheerdersinstellingen] op de scanner (zie pag. 15), het
configureren van datum, tijd en tijdzone in het webmenu (beheerdersmodus) (zie pag. 17), en de mailserverinstellingen voor het
verzenden van e-mail (zie pag. 18).
Voor nadere gegevens over de overige instellingen raadpleegt u de ScanFront 300/300P/330 INSTRUCTIES op de schijf met
toepassingen.
De volgende onderdelen zijn slechts een paar van de beschikbare instellingen. De noodzakelijke configuratie verschilt afhankelijk
van de schaal van de netwerkomgeving waarin u de scanner wilt gaan gebruiken. Als minimum om de scanner te kunnen gebruiken,
dient u adressen in het gedeelde adresboek te registreren en de onderdelen onder [Netwerkinstellingen] te configureren.
Webmenu
Instelling Beschrijving Beheerdersinstellingen
(beheerdersmodus)
Netwerkinstellingen Stel apparaatnaam en IP-adres in. Ja Nee
Stel het wachtwoord in dat vereist is om u aan te melden
Beheerderswachtwoord Ja Ja
bij [Beheerdersinstellingen] en het webmenu.
Kies het scherm dat verschijnt wanneer gebruikers zich
Type aanmelding Ja Ja
aanmelden.
Registreer de gebruikers die de ScanFront gaan
Registreer gebruiker Nee Ja
gebruiken.
Registreer het gedeelde Registreer onderdelen in het gedeelde adresboek dat
Nee Ja
adresboek beschikbaar is voor alle gebruikers.
Registreer gedeelde Registreer de gedeelde opdrachtknop die beschikbaar is
Nee Ja
opdrachtknop voor alle gebruikers.
Stel de basishandelingen in op de ScanFront (inclusief
Apparaatconfiguratie Nee Ja
netwerkinstellingen).
Registreer de SMTP-server waarmee e-mail wordt
E-mailserverinstellingen Nee Ja
verstuurd.
Registreer een domeinserver waar gebruikers kunnen
Verificatieserverinstellingen Nee Ja
worden gezocht met Active Directory.
Registreer een LDAP-server waar e-mailadresboeken
Adresboekserverinstellingen Nee Ja
kunnen worden doorzocht.
14
❏ Netwerkinstellingen 2. Druk op [OK] om het scherm [Beheerderinstellingen]
Volg onderstaande stappen om de apparaatnaam en IP-adres weer te geven.
te controleren en te configureren; deze zijn nodig om met de Standaard is er geen beheerderswachtwoord ingesteld.
scanner verbinding te maken met een netwerk.
ATTENTIE
• De apparaatnaam is de naam die wordt gebruikt om de
scanner op het netwerk te identificeren. Standaard is deze
ingesteld op de 14 alfanumerieke tekens die het SF+MAC-
adres vormen. Wanneer u deze instelling wijzigt, dan dient u
ervoor te zorgen dat de naam uniek is, d.w.z. dat hij
verschillend is van alle andere apparaatnamen op het
netwerk.
• Standaard wordt het IP-adres automatisch toegewezen door
de DHCP-server. Wanneer u geen DHCP-server gebruikt,
dan maakt u het aankruisvakje [DHCP-server inschakelen]
leeg en voert u een vast IP-adres in. Neem voor nadere 3. Druk op [Netwerkinstellingen].
informatie contact op met uw netwerkbeheerder.
• Wanneer u het webmenu gaat gebruiken, dan voert de
apparaatnaam of het IP-adres in als webadres. Schrijf zowel
de apparaatnaam als het IP-adres ergens op zodat u ze niet
kunt vergeten.
1. Druk op [Beheerdersinstellingen].
15
4. Controleer [Apparaatnaam] en [IP-adres].
16
9. Druk op [Uitschakelen] om de scanner opnieuw te Wenk
starten.
Als het webmenu niet in de gewenste taal verschijnt, selecteert
u de gewenste taal in het vak [Language]. De weergave van het
❏ De datum en tijd instellen en de tijdzone webmenu wordt aangepast.
controleren
Wanneer u de netwerkinstellingen hebt geconfigureerd, meldt
u zich aan bij het webmenu om de datum en tijd in te stellen
en om de tijdzone te controleren.
Voor nadere gegevens over de overige instellingen raadpleegt
u de Bedieningshandleiding en de ScanFront 300/300P/330
INSTRUCTIES op de schijf met toepassingen.
ATTENTIE
5. Klik op [Aanmelden] om u aan te melden bij het
Controleer of de tijdzone is ingesteld op de regio waar het
webmenu (beheerdersmodus).
apparaat gebruikt wordt. Als de tijdzone op de verkeerde regio
is ingesteld, dan zullen de opgeslagen verzendtijden en de Wenk
tijdstempels voor afbeeldingsbestanden niet overeenkomen Standaard is er geen beheerderswachtwoord ingesteld. Als u
met de tijdinstelling op de scanner. een wachtwoord hebt ingesteld onder de
beheerdersinstellingen, voer dan het wachtwoord in om u aan
1. Zet de scanner aan.
te melden. (Zie pag. 14.)
2. Meld u aan bij [Beheerdersinstellingen] op de
ScanFront, open de netwerkinstellingen en
controleer het IP-adres. (Zie "Netwerkinstellingen" op
pag. 15.)
3. Start de webbrowser op de computer.
4. Voer de apparaatnaam of het IP-adres in als
webadres; het webmenu opent.
Vb.: http://scanfront als de apparaatnaam ScanFront is, of
http://172.19.xxx.xxx voor het IP-adres. 6. Klik op [Apparaatconfiguratie].
17
7. Controleer de instelling [Taal/tijdzone]. ATTENTIE
• Als de tijdzone niet correct is ingesteld, dan zullen de tijdcodes
die worden opgeslagen als verzendtijd van e-mail en
opgeslagen bestanden foutief zijn.
• Wanneer de zomertijdfunctie is ingeschakeld, wordt mogelijk
niet de juiste tijd weergegeven. Stel in dit geval de juiste tijd in.
❏ Mailserverinstellingen
Wilt u afbeeldingen verzenden per e-mail, open dan het
scherm Serverinstellingen vanuit het webmenu en
registreer een mailserver. Voor nadere gegevens
raadpleegt u "Serverinstellingen" in Hoofdstuk 6 van de
ScanFront 300/300P/330 INSTRUCTIES op de schijf met
toepassingen.
Wenk
Wilt u de instelling veranderen, klik dan op [Taal/tijdzone] of op
[Instelling].
18
6. Scanprocedure
In deze paragraaf vindt u een overzicht van hoe u gescande afbeeldingen verstuurt vanaf het startscherm. Voor nadere gegevens
raadpleegt u de Bedieningshandleiding of de ScanFront 300/300P/330 INSTRUCTIES op de schijf met toepassingen.
1. Plaats een document in de scanner. Wenk
2. Selecteer een bestemming door op een • U kunt de bestemming wijzigen door het [Adrestype] te
bestemmingsknop te drukken. wijzigen.
• De volgende pictogrammen worden gebruikt om de typen
adressen aan te duiden.
:E-mail :Gedeelde map :Fax
:FTP :Groep
• Wanneer u op een adres drukt, wordt een vinkje ( ) bij het
pictogram gezet en is het adres geselecteerd. Drukt u
nogmaals op een geselecteerd adres, dan wordt de selectie
ongedaan gemaakt.
• Door op de e-mail- of groepspictogrammen te drukken,
bladert u door de verzendingsmogelijkheden (Aan, Cc, Bcc).
:Aan :Cc :Bcc
:Selectie ongedaan gemaakt
ATTENTIE
Het adresselectiescherm verschijnt. Als een adres een gekleurde achtergrond heeft, maar geen
vinkje, dan is het niet geselecteerd.
Wenk
U kunt de bestemming wijzigen vanuit het scherm 4. Als er geen adressen zijn geregistreerd in het
[Adresselectie]. adresboek, druk dan op [Bewerken] en registreer de
3. Selecteer een weergegeven adres door erop te adressen.
drukken.
19
Wenk
Als het adres dat u wilt registreren alleen voor persoonlijk
gebruik bedoeld is, registreer het dan in het persoonlijke
adresboek. Voor nadere gegevens raadpleegt u Adressen
"registreren en bewerken" in Hoofdstuk 3 van de
Bedieningshandleiding.
5. Controleer of het geselecteerde adres een vinkje
heeft en druk op [Volgende].
20
: Vergroot de afbeelding. 9. Druk op [Versturen].
: Verklein de afbeelding.
Wenk
Wanneer het voorbeeld vergroot wordt weergegeven, kunt u
met uw vinger het beeld verslepen.
21
7. Meegeleverde toepassingen
De volgende toepassingen zijn te vinden op de meegeleverde schijf met toepassingen (instructies en hulpmiddelen).
22
ScanFront 330
Bedieningshandleiding
ScanFront 330
De ScanFront 330 is een netwerkscanner die u kunt gebruiken zonder hem te hoeven aan te sluiten op een computer.
De gegevens van een gescande afbeelding kunnen met de ScanFront 330 naar een gedeelde map op een server-pc of client-pc op
het netwerk, naar een FTP-server*, naar een printer** voor afdrukken of via e-mail of internetfaxservice naar een externe locatie
worden verzonden. Als de scanner niet in een netwerkomgeving wordt gebruikt kunnen de afbeeldingen ook in een USB-geheugen
worden opgeslagen.
* Voor het verzenden van afbeeldingsbestanden naar een gedeelde map op een computer in een ander segment van het netwerk is installatie van
de meegeleverde software ScanFront Service op een computer in het netwerk vereist.
** Voor het verzenden van afbeeldingsbestanden naar een printer is installatie van de meegeleverde software ScanFront Service op een computer
in het netwerk vereist.
Gedeelde map
(server, client-pc)
Netwerk
Printer
Bestand opslaan
ScanFront
USB-geheugen
i
❏ Handleidingen voor de scanner ❏ In deze handleiding gebruikte symbolen
De volgende handleidingen worden meegeleverd met de De volgende symbolen worden in deze handleiding
Canon ScanFront 330. Lees deze handleidingen grondig gebruikt om procedures, beperkingen,
door voordat u de scanner gaat gebruiken. voorzorgsmaatregelen bij het gebruik en
veiligheidsaanwijzingen toe te lichten.
Installatie- en bedieningshandleiding
(Deze handleiding)*
WAARSCHUWING
Installatiehandleiding
Duidt op een waarschuwing voor handelingen die, indien
Hierin wordt beschreven hoe u de scanner installeert.
niet correct uitgevoerd, de dood of ernstig persoonlijk
Installeer de ScanFront volgens de aanwijzingen in de
letsel tot gevolg kunnen hebben. Als u de scanner veilig
installatiehandleiding. Voor nadere gegevens over de
wilt gebruiken, dient u altijd deze waarschuwingen ter
ScanFront raadpleegt u de Bedieningshandleiding en de
harte te nemen.
ScanFront 300/300P/330 INSTRUCTIES (elektronische
handleidingen).
Bedieningshandleiding LET OP
Hierin vindt u een overzicht van de functies van de Duidt op een waarschuwing voor handelingen die, indien
scanner. Ook worden de handelingen beschreven die u niet correct uitgevoerd, persoonlijk letsel of schade aan
moet verrichten om de ScanFront te gebruiken. Nadere eigendommen tot gevolg kunnen hebben . Als u de scanner
gegevens over de instellingen van de ScanFront vindt u in veilig wilt gebruiken, dient u altijd deze waarschuwingen
de ScanFront 300/300P/330 INSTRUCTIES ter harte te nemen.
(elektronische handleiding).
* De gedrukte versie van de Installatie- en bedieningshandleiding
kan variëren, afhankelijk van uw woongebied. PDF-bestanden ATTENTIE
van de Installatie- en bedieningshandleiding in andere talen Geeft belangrijke informatie aan over de bediening van de
vindt u op de schijf met toepassingen. apparatuur. Lees deze informatie grondig door zodat u de
scanner correct kunt bedienen en schade aan de scanner
INSTRUCTIES: Elektronische handleiding wordt voorkomen.
Hierin leest u hoe u de scanner moet gebruiken, en vindt u
aanwijzingen voor het configureren van de
scannerinstellingen. Ook vindt u hier informatie over het Wenk
gebruik, het onderhoud en het oplossen van problemen. Geeft aan dat er aanvullende informatie volgt over de
Deze handleiding is opgeslagen als PDF-bestand op de bediening of over een procedure. Wij raden u nadrukkelijk
meegeleverde schijf met toepassingen. U hebt Adobe aan om deze opmerkingen te lezen.
Reader nodig om dit bestand te openen. (U kunt Adobe
Reader downloaden van de website van Adobe.)
ii
❏ Indeling van deze handleiding
Deze handleiding bestaat uit de volgende hoofdstukken.
Hoofdstuk 2 Gebruik
Dit hoofdstuk bevat beschrijvingen van de soorten
documenten die gescand kunnen worden, en de
basisfuncties van de scanner.
Hoofdstuk 3 Bediening
Dit hoofdstuk bevat beschrijvingen van de procedures
voor het gebruik van de scanner.
Hoofdstuk 6 Index
iii
❏ Inhoudsopgave Hoofdstuk 3 Bediening
1. Werkwijze bij het gebruik van de scanner ........ 3-2
Inleiding .................................................................... i 2. De stroom aan- en uitzetten .............................3-3
Handleidingen voor de scanner................................ii De stroom aan- en uitzetten ................................. 3-3
In deze handleiding gebruikte symbolen .................. ii De stroom uitzetten .............................................. 3-3
Indeling van deze handleiding ................................. iii 3. Aanmeldscherm ............................................... 3-4
Hoofdstuk 1 Voordat u het apparaat gaat Typen aanmeldscherm ......................................... 3-4
gebruiken Bij gebruik van serververificatie............................ 3-4
Aanmelden met lijst .............................................. 3-5
1. Belangrijke veiligheidsinstructies......................1-2
Aanmelden met invoer.......................................... 3-6
Installatieplek........................................................ 1-2
4. Weergegeven scherm na aanmelden .............. 3-7
Stroom .................................................................. 1-2
Startscherm .......................................................... 3-7
Verplaatsen van de scanner................................. 1-3
Opdrachtknoppenscherm ..................................... 3-7
Gebruik ................................................................. 1-3
5. Gebruikersinstellingenscherm .......................... 3-8
Het apparaat afvoeren.......................................... 1-5
Wijzig wachtwoord................................................ 3-8
2. Namen en functies van onderdelen..................1-6
6. Scanmethodes ................................................. 3-9
Voorzijde, documentinvoer en uitvoerladen ......... 1-6
Scannen vanaf het startscherm............................ 3-9
Zijkant en achterkant ............................................ 1-7
Scannen vanaf het opdrachtknoppenscherm ..... 3-10
Hoofdstuk 2 Gebruik Adresselectiescherm .......................................... 3-11
1. Documenten .....................................................2-2 Het USB-geheugenscherm................................. 3-13
Gewoon papier ..................................................... 2-2 Venster met printerinstellingen ........................... 3-14
Visitekaartjes ........................................................ 2-2 Scannen ............................................................. 3-15
Kaartjes ................................................................ 2-3 7. Adressen registreren en bewerken ................ 3-19
2. De scanner voorbereiden .................................2-4 Een nieuw adres registreren............................... 3-19
De documentinvoerlade en -uitvoerlade Een adres wijzigen ............................................. 3-21
voorbereiden......................................................... 2-4 Een adres kopiëren ............................................ 3-22
Invoerselectiehendel............................................. 2-5 8. Scan-/afleveropties......................................... 3-24
USB-poort............................................................. 2-5 Scaninstellingen ................................................. 3-25
3. Documenten plaatsen.......................................2-6 Bestandsindelingen ............................................ 3-29
Een document plaatsen........................................ 2-6 Beveiligingsinstellingen voor PDF-bestanden .... 3-30
Gevouwen documenten plaatsen ......................... 2-7 Afleveropties....................................................... 3-31
Een lang document plaatsen ................................ 2-8
Een kaartje plaatsen............................................. 2-8
4. Wat te doen bij een papierstoring of
dubbele invoer ..................................................2-9
iv
Hoofdstuk 4 Webmenu (gebruikersmodus)
1. Het webmenu - overzicht ................................. 4-2
2. Aanmelden bij het webmenu ............................ 4-3
3. Instellingen gebruikers ..................................... 4-4
Gebruikersinstellingen .......................................... 4-5
4. Adresboekinstellingen ...................................... 4-9
Nieuwe adressen registreren.............................. 4-11
Adressen kopiëren.............................................. 4-14
Adresboeken exporteren en importeren ............. 4-14
5. Opdrachtknopinstellingen............................... 4-16
Nieuwe opdrachtknoppen registreren................. 4-18
De scaninstellingen ............................................ 4-19
Opdrachtknoppen kopiëren ................................ 4-24
Opdrachten bewerken ........................................ 4-24
Opdrachtknoppen exporteren en importeren...... 4-25
v
Hoofdstuk 1 Voordat u het apparaat gaat gebruiken
1-2
● Gebruik het netsnoer niet als het in de knoop zit. ❏ Gebruik
● Trek niet rechtstreeks aan het netsnoer. Houd het
snoer bij de stekker vast wanneer u het uit het WAARSCHUWING 1
stopcontact haalt. Let op de volgende voorzorgsmaatregelen bij het
● Plaats geen voorwerpen in de buurt van de stekker gebruik van de scanner. Houdt u zich aan deze
1-3
■ Reinig de scanner met een licht bevochtigde, goed ■ Leg geen kleine metalen voorwerpen op de
uitgewrongen doek. Gebruik nooit alcohol, scanner, zoals nietjes, paperclips of juwelen. Deze
benzeen, verfverdunner of andere brandbare voorwerpen kunnen in de scanner vallen en brand
stoffen. of elektrische schokken veroorzaken. Als
■ Als de scanner vreemde geluiden maakt, vreemd dergelijke voorwerpen in de scanner
ruikt, rook afgeeft of heet wordt, of als het apparaat terechtkomen, schakel het apparaat dan
helemaal niet meer werkt of afwijkend gedrag onmiddellijk uit en trek de stekker uit het
vertoont, schakel de scanner dan onmiddellijk uit stopcontact. Neem vervolgens contact op met uw
en trek de stekker uit het stopcontact. Neem plaatselijke Canon-leverancier of serviceafdeling
vervolgens contact op met uw plaatselijke Canon- en laat de scanner nakijken.
leverancier of serviceafdeling voor advies. ■ Plaats de scanner niet in een stoffige of vochtige
■ Laat de scanner niet vallen en stel hem niet bloot omgeving. Dit kan brandgevaar en elektrische
aan botsingen of heftige schokken. Als de scanner schokken veroorzaken.
ooit beschadigd mocht raken, schakel het ■ Plaats geen objecten boven op de scanner. Deze
apparaat dan onmiddellijk uit en trek de stekker uit kunnen (om)vallen met persoonlijk letsel tot
het stopcontact. Neem vervolgens contact op met gevolg.
uw plaatselijke Canon-leverancier of ■ Gebruik de scanner alleen met een netvoeding
serviceafdeling en laat de scanner nakijken. van 220 - 240 V wisselstroom. Anders kunnen
■ Schakel voordat u de scanner verplaatst het brand en elektrische schokken ontstaan.
apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact. ■ Trek het netsnoer altijd aan de stekker uit het
stopcontact. Trek niet direct aan het netsnoer
LET OP omdat hierdoor het snoer of de binnenbedrading
■ Plaats de scanner niet op een wankel of hellend van de stekker beschadigd kunnen worden, wat
oppervlak, of in een omgeving met hevige trillingen kan leiden tot brand en elektrische schokken.
omdat hierdoor de scanner kan vallen waardoor u ■ Zorg voor voldoende ruimte rond de stekker zodat
letsel kunt oplopen of de scanner kunt u deze eenvoudig uit het stopcontact kunt trekken.
beschadigen. Als u voorwerpen plaatst rond de stekker, kunt u bij
■ Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet een noodgeval niet bij de stekker om deze uit het
worden geblokkeerd. Dit kan oververhitting van de stopcontact te trekken.
scanner veroorzaken waardoor brandgevaar ■ Zorg dat er geen water of brandbare stoffen
ontstaat. (alcohol, verfverdunner, benzeen, etc.)
terechtkomen in de scanner omdat dit kan leiden
tot brand of elektrische schokken.
1-4
■ Schakel voor de veiligheid de scanner uit wanneer
u het apparaat enige tijd niet gebruikt, bijvoorbeeld
’s nachts. Zet voor de veiligheid het apparaat ook 1
uit, koppel de wisselstroomadapter los en trek het
netsnoer uit het stopcontact wanneer u de eenheid
1-5
2. Namen en functies van onderdelen
De namen en functies van de onderdelen van de ScanFront worden hieronder weergegeven.
1-6
❏ Zijkant en achterkant
q USB-poort (rechtsachter)
Hier sluit u een USB 1.1/Hi-Speed- of USB 2.0- 1
compatibel USB-geheugenapparaat, USB-toetsenbord of
USB-muis aan.
l USB-poort (linksachter)
Hier sluit u een USB 1.1/Hi-Speed- of USB 2.0-
compatibel USB-geheugenapparaat, USB-toetsenbord of
USB-muis aan.
m Netstroomaansluiting (24 V gelijkstroom)
Hier sluit u de meegeleverde wisselstroomadapter aan.
n Kensingtonslot
Dit is een gleuf waar u bijvoorbeeld een ketting of slot kunt
vastmaken om diefstal te voorkomen.
o Onderhoudsschakelaar
Dit is een schakelaar voor onderhoud. Steek geen
voorwerpen in dit gat.
p LAN-poort (RJ-45)
Hier sluit u een RJ-45-compatibele (10Base-T / 100Base-
TX) netwerkkabel aan.
1-7
1-8
Hoofdstuk 2 Gebruik
1. Documenten..................................................... 2-2
Gewoon papier......................................................2-2
Visitekaartjes.........................................................2-2
Kaartjes .................................................................2-3
2. De scanner voorbereiden................................. 2-4
De documentinvoerlade en -uitvoerlade
voorbereiden .........................................................2-4
Invoerselectiehendel .............................................2-5
USB-poort .............................................................2-5
3. Documenten plaatsen ...................................... 2-6
Een document plaatsen ........................................2-6
Gevouwen documenten plaatsen..........................2-7
Een lang document plaatsen.................................2-8
Een kaartje plaatsen .............................................2-8
4. Wat te doen bij een papierstoring of
dubbele invoer ................................................. 2-9
1. Documenten
Met de ScanFront kunt u documenten scannen in allerlei formaten, variërend van visitekaartjes tot A4/Legal-documenten.
U kunt documenten invoeren met de volgende formaten en diktes, afhankelijk van de gebruikte invoermethode.
❏ Gewoon papier • Merk op dat het scannen van de volgende typen documenten
kan leiden tot vastlopen van papier en storingen. Als u een
Formaat dergelijk document wilt scannen, maakt u eerst een fotokopie
Breedte: 50,8 mm tot 216 mm van het document en scant u vervolgens de kopie.
Lengte: 53,9 mm tot 355,6 mm Gekreukte of
(tot 1000 mm in Lang documentmodus) gevouwen Carbonpapier
documenten
Dikte voor paginascheiding ON Papier met een
52 g/m2 tot 209 g/m2 (0,06 mm tot 0,25 mm) Gekrulde documenten beschermingslaag
(gecoat papier)
Dikte voor paginascheiding OFF Documenten met Extreem dun,
40 g/m2 tot 209 g/m2 (0,05 mm tot 0,25 mm) scheuren doorschijnend papier
Documenten met Documenten met
paperclips of nietjes vierkante perforaties
ATTENTIE
Een document moet aan de volgende criteria voldoen om te
kunnen worden gescand:
❏ Visitekaartjes
• Wanneer u een document met meerdere pagina's gaat Formaat
scannen, moet u pagina's met dezelfde grootte, dikte en Breedte: 50,8 mm en groter
gewicht samen scannen. Wanneer u verschillende typen Lengte: 53,9 mm en groter
papier tegelijkertijd scant, kan het papier vastlopen.
• Let erop dat de inkt van een document droog is voordat u het Dikte
gaat scannen. Als u documenten scant waarvan de inkt nog 300 g/m2 (0,35 mm) en minder
niet droog is, raken de rollers en de glasplaat vuil. Hierdoor
verschijnen er strepen of vegen op de afbeeldingen; ook
kunnen andere documenten vuil worden. ATTENTIE
• Wanneer u een document hebt gescand dat met potlood is • Als de stapel visitekaartjes die u hebt geplaatst niet goed
geschreven, moet u altijd de rollers of het scanglas ingevoerd wordt, plaats dan minder visitekaartjes.
schoonmaken. Als u documenten scant die met potlood zijn • Visitekaartjes kunnen soms bij uitvoer in de verkeerde
geschreven, raken de rollers en de glasplaat vuil. Hierdoor volgorde worden gestapeld. Dit is afhankelijk van het formaat
verschijnen er strepen op de afbeeldingen; ook kunnen en de dikte van de visitekaartjes en van de richting waarin ze
andere documenten vuil worden. zijn ingevoerd.
• Wanneer u een tweezijdig afgedrukt document scant dat op
dun papier is afgedrukt, dan kan de achterzijde van de pagina
doorschijnen. Pas de helderheid aan in de scaninstellingen
voordat u het document gaat scannen.
2-2
❏ Kaartjes
Formaat
53,9 × 85,5 mm (conform de ISO-standaard)
Dikte
0,76 mm en minder
Positionering bij invoer
Horizontaal
2
ATTENTIE
Gebruik
• Plaats de kaarten een voor een.
• Zorg dat de kaarten niet worden beschadigd tijdens het
plaatsen.
2-3
2. De scanner voorbereiden
Wanneer u een document in de scanner wilt plaatsen, trekt u de documentuitvoerlade zo ver uit dat het document er goed in past.
Vervolgens zet u de invoerselectiehendel in de positie die hoort bij de gewenste invoermethode (Paginascheiding ON of OFF).
Wenk
Open het centrale ladeverlengstuk wanneer u denkt dat U plaatst de uitvoerlade als volgt terug: Steek de uitsteeksels
uitgevoerde documenten van de lade af kunnen vallen. aan beide zijden van de lade in de gaten op de scanner.
2-4
❏ Invoerselectiehendel ❏ USB-poort
Met de invoerselectiehendel bepaalt u de invoermethode U kunt een USB-geheugenapparaat insteken om
van het document. afbeeldingsbestanden op te slaan.
Paginascheiding ON
Duw de hendel omlaag als u een stapel documenten één
voor één wilt invoeren zonder stoppen.
Paginascheiding OFF
2
Duw de hendel omhoog als u een document wilt scannen
Gebruik
dat bestaat uit meerdere pagina's die aan elkaar zitten,
zoals facturen; deze worden dan in één keer gescand USB-geheugen
zonder dat de pagina's gescheiden worden.
Paginascheiding
OFF
Invoerselectiehendel
ATTENTIE
Wanneer u de hendel omhoog zet (Paginascheiding OFF) en ATTENTIE
vervolgens een stapel documenten gaat scannen, worden er • De scanner start niet als deze wordt ingeschakeld terwijl er
meerdere pagina's tegelijk ingevoerd. een USB-geheugen is geplaatst. Plaats het USB-
geheugenapparaat nadat de scanner is opgestart en het
startscherm is verschenen.
• Gebruik USB-geheugen dat niet tegen schrijven beveiligd is.
Als het USB-geheugen tegen schrijven beveiligd is, kunnen er
geen gegevens naar het USB-geheugen worden geschreven.
• Deze scanner ondersteunt geen USB-geheugen dat voorzien
is van wachtwoordbeveiliging, gegevensversleuteling of
andere functies dan gegevensopslag.
• Let erop dat het USB-geheugen genoeg ruimte heeft om de
afbeeldingen op te slaan.
2-5
3. Documenten plaatsen
Wanneer u documenten in de scanner plaatst, leg ze dan ondersteboven in de scanner, met de bovenrand naar de onderkant van de
lade.
2-6
ATTENTIE
Zorg dat de stapel documenten in de invoerlade niet uitsteekt
voorbij de documentgeleiders.
Gebruik
Merkteken
ATTENTIE
Het aantal vellen dat tegelijk in de scanner kan worden • Wanneer u het document vouwt, legt u linker- en rechterzijde
geplaatst is als volgt afhankelijk van het papierformaat. op elkaar, en zorgt u voor een scherpe, rechte vouw. Anders
A4/Legal of kleiner: kan het document vastlopen of wordt het beeld niet netjes
uitgelijnd.
50 vellen (stapel van 5 mm dik) of minder
• De vouwlijn zelf wordt niet gescand. Let hierop wanneer de
Formaten groter dan A4/Legal: vouw door foto's, grafieken of tekst loopt.
30 vellen (stapel van 3 mm dik) of minder • Bij het gebruik van de Folio-functie kunt u alleen de
Paginascheiding OFF gebruiken. Plaats documenten één
❏ Gevouwen documenten plaatsen voor één.
• Pas de documentgeleiders aan de breedte van het document
Met de functie Folio kunt u documenten scannen die groter aan. Anders kan het beeld scheef of verschoven gescand
zijn dan A4/Legal en daardoor niet in de invoerlade worden.
passen. (Het maximumformaat is A3.) Als u deze functie
Wenk
wilt gebruiken, vouwt u het document middendoor in
• Zet de invoerselectiehendel in de stand (OFF) wanneer u
lengterichting en plaatst u het in de invoerlade. De
gevouwen documenten scant. (Zie pag. 2-5.)
ScanFront scant beide zijden en combineert de scans tot • Plaats gevouwen documenten met de vouw naar rechts in de
één enkel beeld. scanner. De zijde van het gevouwen document die naar u is
gericht, wordt de rechterzijde van het gecombineerde beeld.
• Wanneer u een document scant dat dubbel is gevouwen, stel
dan [Te scannen zijde] in op [Folio].
• De gecombineerde afbeelding heeft als maximumformaat A3.
Wanneer u een dubbelgevouwen document met afwijkend
formaat gaat scannen, stelt u [Paginagrootte] in op
[Automatisch formaat].
• Stel bij het scannen van een document dat in tweeën is
gevouwen de [resolutie (dpi)] in op 300 dpi of minder.
• Wanneer u een document scant dat is dubbelgevouwen, stel
dan [Te scannen zijde] in op [Folio].
2-7
❏ Een lang document plaatsen 3. Plaats de kaart met de voorkant omlaag en met de
U kunt documenten scannen tot 1000 mm lang. bovenkant onderin de lade.
ATTENTIE
• Wanneer u een lang document scant, stel dan [Paginagrootte]
in op [Auto afmeting (lang)].
• Wanneer u een lang document scant, stel dan [Resolutie
(dpi)] in op 200 dpi of minder.
• U kunt [Te scannen zijde] niet instellen op [Folio] wanneer u
een lang document scant.
Vergrendelingshendel
2-8
4. Wat te doen bij een papierstoring of dubbele invoer
Wanneer er een papierstoring of dubbele invoer wordt gedetecteerd, dan stopt de invoer en stopt het scannen.
1. Lees wat er op het scherm wordt weergegeven. Als het papier vastloopt of dubbel wordt ingevoerd midden
Als het papier vastloopt of dubbel wordt ingevoerd bij de in een document, verschijnt de volgende melding.
eerste pagina van een document, verschijnt de volgende
melding.
2
Gebruik
Wenk
• Als u op [Afbreken] klikt, worden de gescande afbeeldingen
Wenk geannuleerd en keert de weergave terug naar het vorige
• Als u op [Voltooien] klikt, keert de weergave terug naar het scherm.
vorige scherm. • Als u door wilt gaan met scannen, verwijder dan eerst het
• Als u door wilt gaan met scannen, stel dan eerst het document document voordat u het scherm aanraakt. Nadat u het
terug voordat u doorgaat met bewerkingen op het scherm. verwijderde document opnieuw hebt geplaatst, drukt u op de
Druk op [Doorgaan] om het scannen te hervatten. knop [Doorgaan] om door te gaan met scannen.
2-9
• Als u op [Voltooien] klikt, worden de afbeeldingen opgeslagen 4. Trek het vastgelopen document los in de richting die
die zijn gescand totdat de storing optrad. Het scannen stopt. het eenvoudigst lijkt.
De weergave schakelt over naar het verzendscherm.
ATTENTIE
Wanneer bovenstaande melding verschijnt en de scanner
overschakelt op de spaarstand, worden alle tot dan gescande
gegevens gewist. (Zie pag. 3-3.)
2. Verwijder de gescande documenten uit de
uitvoerlade en alle documenten die eventueel nog in
de invoerlade liggen.
3. Trek de vergrendelingshendel naar u toe en open het
paneelgedeelte volledig. 5. Sluit het paneelgedeelte en plaats het document
opnieuw.
Vergrendelingshendel
2-10
Hoofdstuk 3 Bediening
1. Werkwijze bij het gebruik van de scanner ........3-2 7. Adressen registreren en bewerken ................ 3-19
2. De stroom aan- en uitzetten .............................3-3 Een nieuw adres registreren............................... 3-19
De stroom aan- en uitzetten ................................. 3-3 Een adres wijzigen ............................................. 3-21
De stroom uitzetten .............................................. 3-3 Een adres kopiëren ............................................ 3-22
3. Aanmeldscherm................................................3-4 8. Scan-/afleveropties......................................... 3-24
Typen aanmeldscherm ......................................... 3-4 Scaninstellingen ................................................. 3-25
Bij gebruik van serververificatie............................ 3-4 Bestandsindelingen ............................................ 3-29
Aanmelden met lijst .............................................. 3-5 Beveiligingsinstellingen voor PDF-bestanden .... 3-30
Aanmelden met invoer.......................................... 3-6 Afleveropties....................................................... 3-31
4. Weergegeven scherm na aanmelden...............3-7
Startscherm .......................................................... 3-7
Opdrachtknoppenscherm ..................................... 3-7
5. Gebruikersinstellingenscherm ..........................3-8
Wijzig wachtwoord................................................ 3-8
6. Scanmethodes..................................................3-9
Scannen vanaf het startscherm............................ 3-9
Scannen vanaf het opdrachtknoppenscherm ..... 3-10
Adresselectiescherm .......................................... 3-11
Het USB-geheugenscherm................................. 3-13
Venster met printerinstellingen ........................... 3-14
Scannen ............................................................. 3-15
1. Werkwijze bij het gebruik van de scanner
De werkwijze en de schermen, vanaf het aanzetten van de scanner tot het verzenden van een afbeeldingsbestand, zijn als volgt. Voor
beschrijvingen van de verschillende instellingen raadpleegt u de desbetreffende naslagpagina's.
3-2
2. De stroom aan- en uitzetten
Zet de scanner aan met de stroomschakelaar, en zet hem uit met de knop [Uitschakelen] die wordt weergegeven op het
bedieningspaneel.
Startscherm
Stroomschakelaar
Aan-/
3
uitindicator
Bediening
ATTENTIE
• Wanneer u vervolgens de scanner opnieuw wilt aanzetten,
dan moet u tenminste 5 seconden wachten nadat hij is
uitgeschakeld.
Wenk • Als de scanner niet meer reageert, houdt dan de
• Het duurt ongeveer 40 seconden voordat het startscherm stroomschakelaar ingedrukt. Het systeem wordt afgesloten.
verschijnt nadat u de stroomschakelaar hebt ingedrukt. Druk dan opnieuw op de stroomschakelaar om de scanner
• Als er gebruikers zijn geregistreerd, verschijnt het weer aan te zetten. In dergelijke gevallen kunnen instellingen
aanmeldscherm. (Zie "Aanmeldscherm" op pag. 3-4.) die kort voor het afsluiten zijn geconfigureerd, verloren zijn
• Wanneer de aan-/uitindicator oplicht, maar er niets verschijnt gegaan.
op het paneel, dan is het paneel uitgeschakeld. U kunt het
paneel weer aanzetten door het aan te raken.
• Wanneer de aan-/uitindicator oplicht, maar er niets verschijnt
op het paneel, dan is de spaarstand in werking getreden en is
de scanner tijdelijk uitgeschakeld. Wilt u het apparaat uit
slaapstand halen, druk dan op de aan/uitknop of raak het
aanraakscherm aan.
• Voor nadere gegevens over de instellingen met betrekking tot
het uitschakelen van het scherm en de spaarstand neemt u
contact op met de beheerder van de ScanFront.
3-3
3. Aanmeldscherm
Het aanmeldscherm verschijnt wanneer de scanner wordt aangezet.
ATTENTIE
Wanneer u serververificatie gebruikt om u aan te melden, wordt
u geregistreerd als nieuwe gebruiker van serververificatie.
3-4
❏ Aanmelden met lijst 3. Voer een wachtwoord in en druk op [OK].
Volg onderstaande stappen om u aan te melden bij
Aanmelden met lijst.
1. Selecteer de gebruiker die u wilt aanmelden in de lijst
en druk op [Volgende].
Bediening
ATTENTIE
Wachtwoorden zijn hoofdlettergevoelig. Zorg ervoor dat u het
wachtwoord correct invoert.
4. Druk op [Aanmelden] om u aan te melden bij de
Het wachtwoordscherm wordt weergegeven. scanner.
2. Druk op [Wachtwoord].
3-5
❏ Aanmelden met invoer 3. Druk op [Aanmelden] om u aan te melden bij de
In het invoeraanmeldscherm meldt u zich aan met uw scanner.
gebruikersnaam en wachtwoord.
1. Druk op [Gebruikersnaam] ([Wachtwoord]).
ATTENTIE
• Gebruikersnamen en wachtwoorden zijn hoofdlettergevoelig.
Zorg ervoor dat u de gebruikersnaam en het wachtwoord die
zijn geregistreerd bij de apparaatverificatie correct invoert.
• Als u niet weet welke gebruikersnaam en wachtwoord u moet
invoeren voor de serververificatie, neemt u contact op met de
domeinserverbeheerder.
3-6
4. Weergegeven scherm na aanmelden
U kunt het scherm (startscherm of opdrachtknoppenscherm) instellen dat moet verschijnen na aanmelding. (Zie pag. 4-4.)
❏ Startscherm ❏ Opdrachtknoppenscherm
In dit scherm kunt u een opdrachtknop selecteren waarmee
u kunt scannen met de voorwaarden die zijn geregistreerd
voor de opdrachtknop; daarna wordt het
afbeeldingsbestand verzonden. (Zie "Scanmethodes" op
pag. 3-9.)
a 3
Bediening
b c
3-7
5. Gebruikersinstellingenscherm
In het scherm met gebruikersinstellingen kunt u het gebruikerswachtwoord wijzigen.
❏ Wijzig wachtwoord
U kunt een nieuw gebruikerswachtwoord invoeren of een
al via het webmenu geregistreerd wachtwoord wijzigen.
Wenk
U hoeft niet eerst het oude wachtwoord in te voeren om een
wachtwoord te wijzigen. Het nieuwe wachtwoord dat u invoert
wordt geregistreerd.
3-8
6. Scanmethodes
U kunt scannen vanaf het startscherm of vanaf het opdrachtknoppenscherm.
Bediening
Als u een adres selecteert en vervolgens op [Volgende]
drukt, dan verschijnt het scherm met scan- en
Wanneer u op de bestemmingsknop USB-geheugen drukt, afleveropties. Stel de scanvoorwaarden in en start het
moet u op [Omlaag] drukken en de map opgeven op het scannen.
USB-geheugenapparaat waar u het afbeeldingsbestand
wilt opslaan.
3-9
❏ Scannen vanaf het
opdrachtknoppenscherm
Als u op een opdrachtknop drukt verschijnt het scherm met
scan- en afleveropties. Controleer het adres en de
scaninstellingen die zijn geregistreerd voor de
opdrachtknop en start het scannen.
Voor nadere informatie over het scannen leest u door vanaf
het instellen van de scanvoorwaarden in stap 5.
ATTENTIE
• Het instellingenscherm en het scherm dat verschijnt na het
scannen zijn afhankelijk van de instellingen van de
opdrachtknop. Nadere informatie over de algehele werkwijze
vanaf het configureren van instellingen tot aan het verzenden
van een afbeeldingsbestand vindt u bij zie "Werkwijze bij het
gebruik van de scanner" op pag. 3-2.
• Opdrachtknoppen kunnen niet worden gebruikt voor het
opslaan van afbeeldingsbestanden op een USB-geheugen of
voor het verzenden naar printers voor afdrukken.
3-10
❏ Adresselectiescherm
In het adresselectiescherm kunt u het adres selecteren waarheen u het afbeeldingsbestand wilt verzenden, en kunt u adressen
registreren.
b
a
c h
e
3
f
d
Bediening
g
a Type adresboek • Wanneer u op een adres drukt, wordt een vinkje ( ) bij het
Selecteer een type adresboek (gedeeld adresboek of pictogram gezet en is het adres geselecteerd. Drukt u
nogmaals op een geselecteerd adres, dan wordt de selectie
persoonlijk adresboek). Als de instelling voor
ongedaan gemaakt.
adresboekserver is ingeschakeld, is ook de optie • ls er geen vinkje bijstaat, is een adres niet geselecteerd als
[LDAP-adresboek] beschikbaar. adres, ook niet als de achtergrond gekleurd is en het adres
b Adrestype geselecteerd lijkt.
Als u het type adres (E-mail, Fax, Gedeelde map, FTP • Door op de e-mail- of groepspictogrammen te drukken,
bladert u door de verzendingsmogelijkheden (Aan, Cc, Bcc).
of Groep) selecteert dat u wilt laten weergeven in de
:Aan :Cc :Bcc
adressenlijst, dan worden adressen van het :Selectie ongedaan gemaakt
geselecteerde type weergegeven.
d Sprongtoetsen
c Adressenlijst
In deze lijst worden geregistreerde adressen
weergegeven. U kunt hier het adres selecteren
waarheen u het afbeeldingsbestand wilt laten
verzenden. Wanneer er veel adressen zijn en het adres dat u zoekt
niet wordt weergegeven in de adressenlijst, dan kunt u
Wenk met deze toetsen een sleutelwoord opgeven en zo het
• De volgende pictogrammen worden gebruikt om de typen adres opzoeken en weergeven.
adressen aan te duiden.
:E-mail :Gedeelde map :Fax e De knop [Alles wissen]
:FTP :Groep Hiermee worden alle selecties van adressen ongedaan
gemaakt.
3-11
f De knop [Bewerken]
Met deze knop kunt u nieuwe adressen registreren en
oude adressen bewerken.
g De knop [Informatie]
Met deze knop geeft u nadere gegevens weer voor het
adres.
h Mijn e-mailadres
Als "E-mail naar mijn mailbox" is ingeschakeld in de
gebruikersinstellingen van het webmenu, wordt het e-
mailadres van de aangemelde gebruiker weergegeven.
Wanneer rechtstreeks verzenden naar
faxmachines is ingeschakeld
Als u bent aangemeld als gebruiker waarvoor
"Toestemmen om rechtstreeks naar FAX sturen" is
ingeschakeld bij de functiebeperkingen in het webmenu
(beheerdersmodus), dan kunt u ook een fax sturen naar een
adres dat niet is geregistreerd in het adresboek door een
faxnummer rechtstreeks in te voeren in het
adreskeuzevenster.
3-12
❏ Het USB-geheugenscherm
In het USB-geheugenscherm kunt u opgeven in welke map op het USB-geheugenapparaat u het afbeeldingsbestand wilt opslaan.
c
b
d
e 3
f
Bediening
a Locatie c De knop [Omhoog]
Voer de maplocatie in van het USB-geheugen. U kunt Met deze knop gaat u naar een map een niveau hoger,
ook op [Omlaag] klikken en een map selecteren. wanneer u een map op een lager niveau in het geheugen
b USB-geheugenweergave had geselecteerd.
Deze geeft het ingestoken USB-geheugen weer. d De knop [Omlaag]
Met deze knop kunt u naar een map op een lager niveau
Wenk
in het USB-geheugen gaan.
• Als u twee of meer USB-geheugenapparaten insteekt, worden
er nummers toegekend aan de apparaten vanaf de tweede en e De knop [Bewerken]
zo verder. Het eerste ingestoken apparaat wordt Met deze knop kunt u nieuwe mappen registreren en
weergegeven als "USB memory", het tweede ingestoken oude mappen bewerken.
apparaat als "USB memory 2".
3-13
❏ Venster met printerinstellingen
In het venster met printerinstellingen kunt u de printer, papiergrootte en andere printerinstellingen opgeven.
a
b
c
d
e
f
g
3-14
❏ Scannen 2. Ga naar het adres waarheen u het
In deze paragraaf wordt beschreven hoe u kunt scannen. afbeeldingsbestand wilt verzenden met [Type
Wanneer u het afbeeldingsbestand wilt opslaan naar USB- adresboek] en [Adrestype].
geheugen, dient u in de stappen 2 t/m 4 op te geven in 3. Selecteer een weergegeven adres door erop te
welke map op het USB-geheugenapparaat u het drukken.
afbeeldingsbestand wilt opslaan. (Zie "Het USB- Er verschijnt een vinkje ( ) bij het pictogram van het
geheugenscherm" op pag. 3-13.) geselecteerde adres. Drukt u nogmaals op een geselecteerd
adres, dan wordt de selectie ongedaan gemaakt.
1. Kies een bestemming.
Selecteer een bestemming door op een bestemmingsknop
te drukken. 3
Bediening
ATTENTIE
Als er geen vinkje bijstaat, is een adres niet geselecteerd als
adres om gegevens naartoe te zenden, ook niet als de
Het adresselectiescherm verschijnt. achtergrond gekleurd is.
4. Controleer of het geselecteerde adres een vinkje
heeft en druk dan op [Volgende].
Wenk
Wanneer u een ander type adres hebt geselecteerd, kunt u het
geselecteerde adres controleren door te drukken op
[Geselecteerd adres] in de keuzelijst Adrestype.
3-15
• Als [Verstuur de bestanden direct na het scannen] is ingesteld
op [ON], dan eindigt het scannen zonder de bevestiging om
door te gaan met scannen uit stap 7 wordt weergegeven, en
verschijnt het adrescontrolescherm van stap 10.
• Als [Controleer adressen voor verzending] is ingesteld op
[OFF], dan wordt de afbeelding verzonden zonder dat het
adrescontrolescherm van stap 10 wordt weergegeven, en is
de procedure ten einde.
6. Druk op [Start] om het scannen te starten.
Het scannen stopt als het document is gescand.
ATTENTIE
• Als [Verstuur de bestanden direct na het scannen] is ingesteld
op [ON] in de afleveropties van het scan-/
5. Stel de scanvoorwaarden in. (Zie "Scan-/ afleveroptiesscherm, dan eindigt het scannen zonder dat de
bevestiging om door te gaan met scannen wordt
afleveropties" op pag. 3-24.)
weergegeven, en verschijnt het adrescontrolescherm van
ATTENTIE stap 10.
Wanneer u een opdrachtknop gebruikt om te scannen, hangt de • Wanneer de bevestigingsmelding links verschijnt en de
volgende procedure af van de instellingen van die scanner overschakelt op de spaarstand, worden alle tot dan
opdrachtknop. Voor nadere gegevens, zie zie "Nieuwe gescande gegevens gewist. (Zie pag. 3-3.)
opdrachtknoppen registreren" op pag. 4-18.
• Als [Indien u deze opdrachtknop selecteert] is ingesteld op
[Scherm met scaninstellingen overslaan] en u drukt op een
opdrachtknop, dan start het scannen zonder dat het scan-/
afleveroptiesscherm van stap 4 wordt weergegeven.
3-16
7. Controleer het document en ga door met de volgende : Vergroot de afbeelding.
stap. : Verklein de afbeelding.
Wenk
Wanneer het voorbeeld vergroot wordt weergegeven, kunt u
met uw vinger het beeld verslepen.
Bediening
• Druk op [Afbreken] om terug te keren naar het scan-/
afleveroptiesscherm.
• Druk op de knop [Doorgaan] om door te gaan met scannen.
• Druk op [Voltooien] om naar het verzendscherm te gaan.
8. Controleer de gescande afbeeldingen.
9. Druk op [Versturen].
3-17
Het adrescontrolescherm verschijnt.
ATTENTIE
Als [Controleer adressen voor verzending] is ingesteld op [OFF]
bij de afleveropties in het scan-/afleveroptiesscherm, dan wordt
de afbeelding verzonden zonder dat het adrescontrolescherm
wordt weergegeven, en is de procedure ten einde.
10. Controleer het adres en druk op [OK] om de
gescande afbeelding te verzenden.
ATTENTIE
Als er een foutmelding verschijnt, controleert u de
adresinstellingen en de bestemming en probeert u het opnieuw.
11. U keert terug naar het scherm dat is ingesteld als
[Scherm na verzending] bij de afleveropties in het
scan-/afleveroptiesscherm.
3-18
7. Adressen registreren en bewerken
Als een adres waarheen u een afbeeldingsbestand wilt verzenden niet is geregistreerd in het adresboek, of als de gegevens van een
geregistreerd adres verouderd zijn, kunt u met onderstaande stappen een nieuw adres registreren of een bestaand adres wijzigen in
het adresboek.
Bediening
Registratiescherm voor gedeelde map
3-19
• Maplocatie
Wenk
Voer het pad in naar de submap wanneer u een submap
Als u het pad naar de submap niet weet, kunt u de submap
opgeven door onderstaande stappen te volgen.
op de FTP-server wilt opgeven.
1. Voer de hostnaam, gebruikersnaam, wachtwoord en domein Wenk
in, en druck op de knop [Bladeren] om naar de computer te
Als u het pad naar de submap niet weet, kunt u de submap
gaan met de gedeelde map.
opgeven door onderstaande stappen te volgen.
2. Geef een submap op binnen de weergegeven map.
1. Nadat u serveradres, gebruikersnaam en wachtwoord hebt
3. Druk op [Omlaag] om naar een niveau lager dan de
ingevoerd, klikt u op de knop [Bladeren] en meldt u zich aan
geselecteerde map te gaan, of druk op [Bewerken] en [Maak
bij de FTP-server.
een nieuwe map] om een nieuwe map te maken.
2. Geef een submap op op het niveau van de weergegeven
• Gebruikersnaam / Wachtwoord map en klik dan op [OK].
Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in van een • Gebruikersnaam / Wachtwoord
account die schrijfrechten heeft op de gedeelde map. Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in waarmee
• Domein/werkgroep men zich bij de FTP-server moet aanmelden.
Als de computer die de gedeelde map bevat deel
uitmaakt van een domein, voer dan de domeinnaam in. ATTENTIE
• Wachtwoord opslaan Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in van een account
die schrijfrechten heeft op de FTP-server.
Hiermee slaat u het ingevoerde wachtwoord op.
• Poortnummer
Voer het poortnummer in. Het standaardpoortnummer is
FTP-registratiescherm 21.
• Wachtwoord opslaan
Hiermee slaat u het ingevoerde wachtwoord op.
• Gebruik passieve modus
Hiermee gebruikt u de passieve modus om gegevens te
verzenden naar de FTP-server.
ATTENTIE
Gebruik de passieve modus wanneer u op de normale manier
geen verbinding met de FTP-server kunt maken. Let er echter
op dat communicatie niet mogelijk is wanneer het netwerk niet
naar behoren functioneert.
• Naam
Voer de naam in die in het adresboek moet worden
weergegeven.
• FTP-server
Voer het adres van de FTP-server in.
3-20
Faxregistratievenster • De knop [Toevoegen]
Selecteer de adressen die u wilt registreren voor de groep
vanuit [Type adresboek] en [Adrestype]. De
geselecteerde adressen worden weergegeven in de lijst.
3
• Naam
Bediening
Voer de naam in die in het adresboek moet verschijnen.
• Faxnummer
Voer het faxnummer in van de ontvanger.
ATTENTIE
• Wanneer u gedeelde mappen toevoegt aan groepen, voeg
Groepregistratiescherm dan niet meerdere gedeelde mappen met verschillende
toegangsrechten toe.
• Wanneer u een groep gebruikt om tegelijkertijd te verzenden
naar gedeelde servers en dergelijke, en naar meerdere
gedeelde mappen met verschillende toegangsrechten,
kunnen er verzendfouten ontstaan.
3-21
❏ Een adres kopiëren
U kunt adressen kopiëren tussen het persoonlijke
adresboek en het gedeelde adresboek.
1. Selecteer het adres dat u wilt kopiëren.
2. Selecteer het adres, druk op [Bewerken] en dan op
[Kopiëren].
3-22
Er verschijnt een bevestigingsmelding.
3
4. Druk op [Nieuw] en plak het adres.
Bediening
Wenk
Als er in het adresboek al een adres bestaat met dezelfde
naam, dan verschijnt de volgende melding.
3-23
8. Scan-/afleveropties
In deze paragraaf worden de scaninstellingen en de verzendinstellingen van de scanner beschreven.
g De knop [Standaard]
c Met deze knop stelt u alle gewijzigde instellingen terug
naar de standaardwaarden van de scanner.
a
ATTENTIE
Als het scan-/afleveroptiesscherm is geopend vanaf een
opdrachtknop en u op de knop [Standaard] drukt, dan worden
b de instellingen niet teruggesteld naar de waarden die zijn
d
e ingesteld voor de opdrachtknop, maar naar de
standaardwaarden van de scanner.
i
j h De knop [Start]
f g Hiermee start u het scannen.
i De knop [Rechttrekken]
k h
Als de scanner, aan de hand van het gescande beeld,
detecteert dat het document scheef is ingevoerd, dan wordt
a Adresweergavegebied
de afbeelding rechtgezet.
Hier worden de adressen weergegeven die in het
adresselectiescherm zijn geselecteerd, of die voor de j De knop [Voorbeeldscan]
opdrachtknop geregistreerd zijn. Wanneer het scannen start, wordt de eerste pagina van het
document gescand en stopt het scannen. U kunt met behulp
b Informatie
van de afbeelding van de eerste pagina de helderheid en
Hier worden de gegevens weergegeven van het adres met
het contrast controleren en aanpassen, voordat u het hele
de gekleurde achtergrond.
document gaat scannen.
c Scaninstellingen
Stel de scanvoorwaarden in. (Zie "Scaninstellingen" op Wenk
pag. 3-25.) • Het scannen pauzeert nadat de eerste pagina is gescand, en
de afbeelding van de eerste pagina wordt weergegeven.
d Gedetailleerde instellingen
• Aan de hand van de weergegeven afbeelding kunt u
Configureer gedetailleerde instellingen voor de helderheid en contrast controleren en aanpassen. Als u op
scanvoorwaarden. (Zie "Gedetailleerde instellingen" op [Doorgaan] drukt, gaat het scannen door met de aangepaste
pag. 3-26.) helderheid en contrast voor de eerste afbeelding.
e Bestandsindeling k De knop [Terug]
Controleer de weergegeven bestandsindeling en druk op Met deze knop gaat u terug naar het vorige scherm.
de knop [Bestandsindeling] als u de instellingen wilt
configureren. (Zie "Bestandsindelingen" op pag. 3-29.)
f Afleveropties
Stel de verzendvoorwaarden in. (Zie "Afleveropties" op
pag. 3-31.)
3-24
❏ Scaninstellingen TIFF JPEG PDF
Tot de scaninstellingen horen basisinstellingen als
paginagrootte, modus, resolutie, scanzijde en helderheid,
en gedetailleerde instellingen.
Basisinstellingen
Papiergroott Modus Resolutie Scanzijde
• Wanneer [Tekstverbetering] is geselecteerd, wordt
[Doorschijnen verminderen] in het venster met gedetailleerde
instellingen grijs weergegeven en kan niet worden
geselecteerd.
• De functie [Automatische kleurdetectie] kan niet tegelijkertijd
3
gebruikt worden met de functies Uitvalkleur of Voorbeeldscan.
Bediening
• De scansnelheid kan lager worden wanneer u de functie
Automatische kleurdetectie gebruikt.
Resolutie
Selecteer de scanresolutie.
Papiergrootte ATTENTIE
Selecteer de grootte van het te scannen document. • Wanneer [Auto afmeting (lang)] is geselecteerd bij
[Paginagrootte], kunt u geen resolutie van meer dan [300 dpi]
Wenk instellen.
• Met de optie [Automatisch formaat] wordt de grootte van het • Wanneer [Folio] is geselecteerd voor [Te scannen zijde], kunt
te scannen document automatisch gedetecteerd. u geen resolutie van meer dan [400 dpi] instellen.
• Wanneer u een lang document scant, selecteer dan [Auto • Wanneer u de scanner gebruikt in webapplicatiemodus
afmeting (lang)] (alleen ScanFront 330), kunt u [Resolutie] niet instellen op
[600 dpi] wanneer [Modus] is ingesteld op [Kleur].
ATTENTIE
Scanzijde
Wanneer [Auto afmeting (lang)] is geselecteerd, kunt u geen
resolutie van meer dan [300 dpi] instellen. Selecteer hoe het document gescand moet worden
(enkelzijdig, dubbelzijdig, lege pagina overslaan)
Modus
Selecteer de scanmodus. Wenk
• Met de optie Lege pagina overslaan worden beide zijden van
ATTENTIE een document gescand; het opslaan wordt overgeslagen als
• Welke modi u kunt selecteren, hangt af van de ingestelde de scanner vaststelt dat het een blanco pagina betreft.
bestandsindeling (zie pag. 3-29). • Wanneer u de optie Lege pagina overslaan selecteert, komt
de instelling voor lege pagina's overslaan bij de gedetailleerde
instellingen beschikbaar. (Zie "Overslaan lege pagina" op
pag. 3-27.)
3-25
• Wanneer u Folio selecteert, kunnen documenten die
dubbelgevouwen zijn en aan twee kanten gescand worden,
als één enkel beeld worden gescand.
ATTENTIE
• De scansnelheid kan lager worden wanneer u [Blanco pagina
overslaan] selecteert.
• Wanneer [Folio] is geselecteerd, kunt u geen resolutie van
meer dan [400 dpi] instellen. Bovendien is [Dubbele
invoerdetectie met ultrasoon geluid] grijs weergegeven en kan
niet worden geselecteerd.
Helderheid
Pas de helderheid aan de helderheid van het document aan.
Wenk
Dubbele invoerdetectie met ultrasoon geluid
Als u beide zijden wilt scannen van een document dat zijden
(alleen beschikbaar bij de ScanFront 330)
met verschillende helderheid heeft, dan kunt u de helderheid De scanner gebruikt een ultrageluidssensor om te
voor voor- en achterzijde apart instellen bij de gedetailleerde detecteren of twee of meer documenten tegelijkertijd
instellingen. worden ingevoerd, en stopt met invoeren wanneer dubbele
invoer wordt gedetecteerd.
Gedetailleerde instellingen
ATTENTIE
Druk op de knop [Gedetailleerde instellingen] om het • Deze methode werkt goed wanneer documenten meer dan
scherm met gedetailleerde instellingen te openen. 50 mm overlappen. Hij werkt niet als de documenten maar
een klein stukje overlappen.
• Wanneer [Te scannen zijde] is ingesteld op [Folio], is
[Dubbele invoerdetectie met ultrasoon geluid] grijs
weergegeven en kan niet worden geselecteerd.
Dubbele invoerdetectie op lengte
De scanner gebruikt de lengte van het document om te
detecteren of twee of meer documenten tegelijkertijd
worden ingevoerd, en stopt met invoeren wanneer dubbele
invoer wordt gedetecteerd.
ATTENTIE
• Met de lengte van het eerste document als standaard,
detecteert de scanner dubbele invoer als een volgende
pagina 35 mm of meer langer of korter is.
• Stel [Dubbele invoerdetectie op lengte] in op [OFF] wanneer u
documenten scant met pagina's van verschillende lengte.
3-26
Overslaan lege pagina Hiermee wordt de gescande afbeelding over een bepaalde
hoek gedraaid.
Wenk
Wanneer u [Automatisch] selecteert, dan wordt de
tekstoriëntatie binnenin het document gedetecteerd, en wordt
de afbeelding zo geroteerd dat de tekstoriëntatie correct is.
ATTENTIE
De scansnelheid kan lager worden wanneer u [Automatisch]
selecteert.
Wanneer u [Lege pagina overslaan] selecteert bij de Rechttrekken
instellingen voor scanzijde, dan is deze optie beschikbaar
en kunt u de gevoeligheid instellen voor het overslaan van
3
blanco pagina's.
Bediening
Wenk
• De startwaarde voor de optie Lege pagina overslaan is "90".
• Als u de waarde lager maakt dan de standaardwaarde, dan
wordt het waarschijnlijker dat pagina's met tekst worden
overgeslagen.
• Als u de waarde hoger maakt dan de standaardwaarde, dan
wordt het waarschijnlijker dat pagina's zonder tekst worden Als de scanner, aan de hand van het gescande beeld,
gescand. detecteert dat het document scheef is ingevoerd, dan wordt
ATTENTIE de afbeelding rechtgezet.
• Als u de waarde voor Blanco pagina overslaan verlaagt ten
• Voorkeur voor kwaliteit
opzichte van de standaardinstelling, kunnen De afbeelding wordt nabewerkt zodat het verlies aan
documentpagina's met tekst vaker overgeslagen worden. kwaliteit wordt geminimaliseerd, als de afbeelding
• Als u de waarde voor Blanco pagina overslaan verhoogt ten slechter is geworden door het rechtzetten.
opzichte van de standaardinstelling, kunnen blanco • Voorkeur voor snelheid
documentpagina's minder vaak overgeslagen worden. De afbeelding wordt iets slechter door het rechtzetten.
Documentrichting
ATTENTIE
Als u [Voorkeur voor kwaliteit] selecteert, dan vermindert de
scansnelheid. Als u een groot aantal pagina's gaat scannen,
kunt u het beste [Voorkeur voor snelheid] kiezen, anders wordt
de scansnelheid verminderd.
3-27
Doorschijnen verminderen Helderheid/contrast achterzijde
Hiermee wordt doorschijnen voorkomen; daarbij schijnen Deze optie is beschikbaar wanneer u beide zijden van een
afbeeldingen op de achterkant van een gescand document document scant; u gebruikt hem wanneer helderheid en
door naar de voorzijde, bijvoorbeeld wanneer u dunne contrast van voor- en achterzijde verschillend zijn. Als u
documenten scant met tekst of afbeeldingen aan beide een vinkje zet bij [Gebruik helderheid/contrast
zijden. achterzijde], dan kunt u de instellingen voor helderheid en
contrast voor voor- en achterzijde apart van elkaar
ATTENTIE
wijzigen.
Doorschijnen verminderen kan niet ingesteld worden als de
modus [Tekstverbetering] is geselecteerd. Uitvalkleur voorzijde (achterzijde)
Wenk
Bij gebruik van Doorschijnen verminderen, kunt u het
reductieniveau aanpassen aan het type document.
Contrast
3-28
Instellingen voor automatische kleurdetectie TIFF-indeling
Bediening
• Modus voor binair om elke zijde van elke pagina op te slaan als een apart
Geef de scanmodus op voor als een zwart-witdocument afbeeldingsbestand, [Enkele pagina (Voor/achter in één
wordt gedetecteerd. bestand)] om elke pagina op te slaan als een apart
• Drempelintensiteit om het document als kleur te afbeeldingsbestand of [Meerdere pagina's] om één
beoordelen afbeeldingsbestand met meerdere pagina's op te slaan
Hiermee past u de gevoeligheid voor kleur in een wanneer u meerdere pagina's scant.
document aan.
JPEG-indeling
• Gebiedsgrootte om het document als kleur te
beoordelen
Hiermee geeft u het aandeel gekleurde gebieden in een
document aan.
ATTENTIE
• De functie [Automatische kleurdetectie] kan niet tegelijkertijd
gebruikt worden met de functies Uitvalkleur of Voorbeeldscan.
• De scansnelheid kan lager worden wanneer u de functie
Automatische kleurdetectie gebruikt.
❏ Bestandsindelingen
U kunt kiezen uit de drie bestandsindelingen TIFF, JPEG
en PDF. De scanmodi die beschikbaar zijn, zijn Kies de gewenste compressiegraad voor JPEG-bestanden.
afhankelijk van de bestandsindeling die u kiest. (Zie
"Modus" op pag. 3-25.)
3-29
PDF-indeling • Versleuteling (Beveiliging)
Als u versleuteling inschakelt en vervolgens op de knop
[Beveiligingsinstellingen] klikt, dan verschijnt het
scherm met beveiligingsinstellingen en kunt u de
beveiligingsinstellingen voor het PDF-bestand
configureren. Voor nadere gegevens, zie zie
"Beveiligingsinstellingen voor PDF-bestanden" op pag.
3-30.
3-30
ATTENTIE ❏ Afleveropties
Zorg er dus voor dat u het wachtwoord niet vergeet. Als u het
wachtwoord vergeet, kunt u het document niet meer openen.
Gebruik permissiewachtwoord om het
wijzigen van beveiligingsinstellingen te
beperken
De volgende rechten kunnen beveiligd worden met een
wachtwoord.
• Afdrukken toegestaan
Hiermee is het afdrukken van het PDF-bestand op een
printer toegestaan.
• Wijzigingen toegestaan
3
Hiermee kan het PDF-bestand bewerkt worden,
E-mailinstellingen (onderwerp, bericht)
Bediening
bijvoorbeeld door pagina's toe te voegen of te
Stel het onderwerp en de berichttekst in voor verzending
verwijderen.
per e-mail.
• Kopiëren van tekst en afbeeldingen en
toegankelijkheidsfuncties toegestaan Bestandsnaam
Hiermee wordt het mogelijk om tekstinformatie die Specificeer een naam voor de afbeelding die moet worden
d.m.v. OCR-software is ingevoegd te kopiëren, en kan verzonden.
het PDF-bestand voorgelezen worden door tekst-naar- Automatische bestandsnaam
spraaksoftware De scanner voegt 17 cijfers die de datum en tijd aangeven
ATTENTIE
toe aan de bestandsnaam van de te verzenden afbeelding.
Vb.: 14 mei 2013, 15:40:30
• Het beveiligen van rechten van het PDF-bestand wordt
aanbevolen wanneer de rechten zijn beperkt. JJJJMMTT: Bestandsnaam + 20130514154030123
• In een toepassing waarmee PDF-bestanden kunnen worden MMTTJJJJ: Bestandsnaam + 05142013154030123
bewerkt (zoals Adobe Acrobat) kunt u voor een beveiligd TTMMJJJJ: Bestandsnaam + 14052013154030123
PDF-bestand de toegangsrechten wijzigen en de * De laatste drie cijfers geven het aantal milliseconden
wachtwoordbeveiliging annuleren. aan.
Wanneer u aangepaste bestandsnamen configureert in het
webmenu, kunt u [Aangepast] selecteren om de
aangepaste bestandsnaam toe te voegen aan de
bestandsnaam van het gescande beeld (zie pag. 4-6).
ATTENTIE
• Stel altijd ofwel [Bestandsnaam] ofwel [Automatische
bestandsnaam] in. Als u geen bestandsnaam invoert en
vervolgens [Automatische bestandsnaam] instelt op [Geen],
verschijnt een foutmelding.
3-31
• Als u [Enkele pagina] selecteert bij TIFF-indeling, of als u Scherm na verzending
JPEG-indeling kiest, dan wordt automatisch een 4-cijferig Selecteer het scherm dat moet worden weergegeven nadat
volgnummer (te beginnen met "0001") toegevoegd achter de
de afbeeldingen zijn verzonden.
bestandsnaam.
• De volgende tekens mogen niet in de aangepaste • Startscherm (Opdrachtknoppenscherm)
bestandsnaam voorkomen: Geef het startscherm (opdrachtknoppenscherm) weer na
/:?*"<>| verzending van de afbeeldingen.
Actie indien dezelfde bestandsnaam bestaat ATTENTIE
Selecteer de actie die moet worden ondernomen wanneer • De instelling [Scherm na aanmelden] die door de gebruiker is
een bestand met dezelfde naam al bestaat op de ingesteld via het webmenu heeft betrekking op het
bestemmingslocatie. startscherm (opdrachtknoppenscherm).
• Geef een bericht weer • Het opdrachtknoppenscherm wordt weergegeven wanneer
een gebruiker zich aanmeldt voor wie gebruik van het
Er verschijnt een melding dat u het overschrijven van het
startscherm is verboden door de beheerder van de
bestand moet bevestigen. ScanFront.
• Annuleer verzending
Het verzenden wordt geannuleerd. • Afmelden
• Overschrijf het bestand De gebruiker wordt afgemeld na verzending van de
Het bestand op de bestemmingslocatie wordt afbeeldingen.
overschreven. • Selecteer scherm na verzending
Geef na verzending van de afbeeldingen een
dialoogvenster weer waarin u het scherm kunt selecteren.
Wenk
Wanneer er geen gebruiker is geregistreerd, verschijnt de optie
Afmelden niet.
Verzend registerbestand
Geef op of u registerbestanden (metagegevens) wilt
verzenden met de gescande beelden.
Wanneer u registerbestanden wilt verzenden, voer dan een
registerreeks in.
Registerbestanden worden gemaakt volgens de
instellingen die in het webmenu zijn geconfigureerd (zie
Verstuur de bestanden direct na het scannen pag. 4-7).
Verzend de bestanden direct na het scannen, zonder ze
eerst te controleren. ATTENTIE
De volgende tekens mogen niet in de tekenreeksen in het
Controleer adressen voor verzending
indexbestand voorkomen:
Controleer de adressen na het scannen, voordat de &"'<>
bestanden verzonden worden.
3-32
Hoofdstuk 4 Webmenu (gebruikersmodus)
Computer (webmenu)
Instellingen
Netwerk
ScanFront 300
ATTENTIE
• Gebruik als webbrowser Microsoft Internet Explorer 6.0 of later of Firefox 3.5 of later.
• In sommige gevallen kunnen instellingen niet worden gewijzigd vanuit het webmenu, wanneer de beheerder of een andere gebruiker is
aangemeld op de scanner.
• Gebruik de apparaatnaam of het IP-adres dat is toegewezen aan de scanner als webadres voor het webmenu. (Zie pag. 4-3.)
• Als het Web Menu wordt geopend verschijnt een SSL-certificaatwaarschuwing. U kunt echter doorgaan en het Web Menu veilig openen.
Webmenu (gebruikersmodus)
c Opdrachtknopinstellingen (Zie
"Opdrachtknopinstellingen" op pag. 4-16)
Hiermee registreert en beheert u de gedeelde
a
b opdrachtknop en de persoonlijke opdrachtknop die
c beschikbaar is per gebruiker.
4-2
2. Aanmelden bij het webmenu
U kunt op de volgende manier aanmelden bij het webmenu.
Wenk
Gebruik de apparaatnaam of het IP-adres dat is toegewezen aan de scanner als webadres voor het webmenu. Vraag de beheerder van de
ScanFront om de apparaatnaam en het IP-adres.
Webmenu (gebruikersmodus)
5. Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in
Wenk
waarmee u zich bij het webmenu moet aanmelden.
Als het webmenu de beheerdersmodus weergeeft, klikt u op
[Naar gebruikersmodus].
ATTENTIE
Gebruikersnamen en wachtwoorden zijn hoofdlettergevoelig.
Zorg ervoor dat u ze correct invoert.
4-3
3. Instellingen gebruikers
Vanuit het scherm met gebruikersinstellingen kunt u de informatie wijzigen van een gebruiker die is aangemeld via
apparaatverificatie.
4-4
❏ Gebruikersinstellingen • Het kan zijn dat er geen e-mailadres is geregistreerd voor
een gebruiker die is aangemeld via serververificatie. Neem
Klik op [Instellingen] als u de informatie van de gebruiker voor meer informatie over e-mailinstellingen contact op met
wilt wijzigen. de beheerder van de ScanFront.
Gebruikersinstellingen • Scherm na aanmelden
Kies of na aanmelding het startscherm of het
opdrachtknoppenscherm als eerste verschijnt.
Startscherm
• Gebruikersnaam
Voer een nieuwe gebruikersnaam in. 4
• Wijzig wachtwoord
Selecteer het aankruisvakje [Wijzig wachtwoord] en
Webmenu (gebruikersmodus)
voer dan een nieuw wachtwoord in, en bevestig dit.
• Postadres (kan niet gewijzigd worden) Opdrachtknoppenscherm
Als u het e-mailadres wilt wijzigen, neem dan contact op
met de beheerder van de ScanFront.
• SMTP/POP-voor-SMTP-verificatie
Verschijnt als [Verif.methode] door de beheerder in de
mailserverinstellingen anders is geconfigureerd dan
[SMTP]. Voer hier de [Gebruikersnaam] en het
[Wachtwoord] in die voor mailserververificatie worden
gebruikt.
ATTENTIE
• Vink vóór het invoeren van een [Wachtwoord] het
selectievakje [Wijzig wachtwoord] aan.
• [Wijzig wachtwoord] werkt de in de scanner opgeslagen
wachtwoordgegevens bij, maar wijzigt het wachtwoord op ATTENTIE
de server niet. • De instelling voor het weergegeven scherm na aanmelding is
• Voor gebruikers die zijn aangemeld via serververificatie kunt ook van invloed op welk scherm verschijnt nadat een
u alleen een instelling voor [Scherm na aanmelden] gescande afbeelding is verzonden. (Zie "Afleveropties" op
selecteren. pag. 4-18.)
4-5
• Wanneer de beheerder van de ScanFront gebruik van het
startscherm heeft beperkt, dan is alleen
[Opdrachtknoppenscherm] beschikbaar als instelling voor
[Scherm na aanmelden]. Neem voor meer informatie contact
op met de beheerder van de ScanFront.
• Scherm standaardadresboek
Selecteer "Persoonlijk adresboek" of "Gedeeld
adresboek" als type adresboek wanneer het
adreskeuzevenster wordt weergegeven vanuit het
startscherm.
• Scherm standaardjobknop
Selecteer "Persoonlijke jobknop" of "Gedeelde jobknop"
ATTENTIE
voor het type opdrachtknop wanneer het
opdrachtknopvenster wordt weergegeven na De volgende tekens mogen niet in de aangepaste
bestandsnaam voorkomen:
aanmelding.
/:?*"<>|
• E-mail naar mijn mailbox • Scheidingsblad
Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om het e- Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om een
mailadres van de aangemelde gebruiker weer te geven in scheidingsteken op te nemen tussen de tekens in de
het adresboek. bestandsnaam en selecteer het teken dat u als
Als er geen e-mailadres is ingesteld voor de gebruiker, scheidingsteken wilt gebruiken in de lijst.
wordt het e-mailadres van de gebruiker weergegeven, • Reeks
ook al is het niet geregistreerd in het adresboek. Geef een tekenreeks op die in de bestandsnaam moet
Het e-mailadres van de gebruiker wordt helemaal voorkomen.
bovenaan de adressenlijst weergegeven. • Gebruikersnaam
Aangepaste bestandsnaaminstellingen Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om de
Geef de manier op waarop bestandsnamen worden gebruikersnaam in de bestandsnaam op te nemen.
gemaakt voor opgeslagen gescande beelden. Als u kiest • Datum
voor het gebruik van aangepaste bestandsnamen tijdens Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om de datum
een scanprocedure worden de afbeeldingsbestanden in de bestandsnaam op te nemen en selecteer een
opgeslagen met namen die worden bepaald door de eerder datumindeling in de lijst.
geconfigureerde instellingen. Componenten van de • Tijd
aangepaste bestandsnaam worden toegepast in de volgorde Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om de tijd in
waarop ze in dit scherm worden weergegeven. de bestandsnaam op te nemen en selecteer een
tijdsindeling in de lijst.
• Apparaatnaam
Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om de
apparaatnaam in de bestandsnaam op te nemen.
4-6
• Teller/Startnummer/Aantal cijfers • Gebruikersnaam
Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om een teller Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om de
in de bestandsnaam op te nemen. Wanneer dit is gebruikersnaam in het registerbestand op te nemen. U
ingeschakeld, kunt u de startwaarde en het aantal cijfers kunt de standaardveldnaam ("Gebruiker") zo nodig
opgeven voor de teller. wijzigen.
Registerinstellingen • Datum
Geef de inhoud van registerbestanden (metagegevens) op Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om de datum
die aan de gescande beeldbestanden worden gehangen. in het registerbestand op te nemen en selecteer een
Componenten van het indexbestand worden toegepast in datumindeling in de lijst [Formatteren]. U kunt de
de volgorde waarop ze op dit scherm worden standaardveldnaam ("Datum") zo nodig wijzigen.
weergegeven. • Tijd
Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om de tijd in
het registerbestand op te nemen en selecteer een
tijdsindeling in de lijst [Formatteren]. U kunt de
standaardveldnaam ("Tijd") zo nodig wijzigen.
• Apparaatnaam
Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om de
4
apparaatnaam in het registerbestand op te nemen. U kunt
Webmenu (gebruikersmodus)
de standaardveldnaam ("Apparaat") zo nodig wijzigen.
• Teller/Startnummer/Aantal cijfers
Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om een teller
in het registerbestand op te nemen. Wanneer dit is
ingeschakeld, kunt u de startwaarde en het aantal cijfers
opgeven voor de teller. U kunt de standaardveldnaam
("Teller") zo nodig wijzigen.
• Bestandsnaam
Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om de
bestandsnaam in het registerbestand op te nemen. U kunt
de standaardveldnaam ("FileName") zo nodig wijzigen.
• Bestandsgrootte
ATTENTIE Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om de
De volgende tekens mogen niet in de tekenreeksen in het bestandsgrootte in het registerbestand op te nemen. U
indexbestand voorkomen: kunt de standaardveldnaam ("FileSize") zo nodig
&"'<> wijzigen.
• Registerreeks/Veldnaam • Aantal pagina's
Voer een tekenreeks in voor het register. U kunt de Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om het aantal
standaardveldnaam ("Reeks") zo nodig wijzigen. pagina's in het gescande beeld op te nemen in het
registerbestand. U kunt de standaardveldnaam
("PageNumber") zo nodig wijzigen.
4-7
• Doelpad
Selecteer het aankruisvakje [Inschakelen] om het
doelpad in het registerbestand op te nemen. U kunt de
standaardveldnaam ("Map") zo nodig wijzigen.
• Registerbestandsformaat
Geef een bestandsindeling op voor de registerbestanden.
De knop [OK]
Hiermee wordt de gebruikersinformatie bijgewerkt met de
gewijzigde instellingen.
4-8
4. Adresboekinstellingen
Vanuit het scherm met adresboekinstellingen kunt u onderdelen registreren in het gedeelde adresboek dat beschikbaar is voor alle
gebruikers.
Webmenu (gebruikersmodus)
Hiermee selecteert u het adresboek (gedeeld adresboek of
persoonlijk adresboek) dat u wilt bewerken. i De knop [Verwijderen]
Als de adresboekserverinstellingen zijn ingeschakeld en Hiermee verwijdert u het geselecteerde adres. Alleen
de gebruiker toestemming heeft om het LDAP-adresboek beschikbaar wanneer u een adres hebt geselecteerd.
te gebruiken, kunt u ook het LDAP-adresboek selecteren. j Adressenlijst
Wanneer u het LDAP-adresboek selecteert, wordt het Hier worden de geregistreerde adressen weergegeven.
adrestype ingesteld op [E-mail]. • Aankruisvakje: Zet hier een vinkje als u het adres wilt
b Exporteer vanaf ScanFront selecteren.
Hiermee exporteert u de adresboekgegevens naar een • Adrestype (pictogram)
bestand in CSV-indeling. (Zie "Adresboeken exporteren : FTP
en importeren" op pag. 4-14.) : Gedeelde map
c Importeer naar ScanFront : E-mail
Hiermee kunt u een eerder geëxporteerd : Fax
adresboekgegevensbestand importeren. (Zie : Groep
"Adresboeken exporteren en importeren" op pag. 4-14.) • Bewerken: Klik hier om het adres te bewerken.
d Adrestype
Hiermee selecteert u het type adressen (E-mail, FTP-
server, Gedeelde map, Groep of Alle) dat wordt
weergegeven.
4-9
ATTENTIE
Als de beheerder van de ScanFront het bewerken van adresboeken heeft beperkt, dan gelden de volgende instellingen voor het adresboek.
Neem voor meer informatie contact op met de beheerder van de ScanFront.
• Als het bewerken alleen is beperkt voor één adresboek (ofwel het persoonlijke adresboek ofwel het gedeelde adresboek), dan kunnen
gebruikers alleen adressen kopiëren vanuit het beperkte adresboek en deze plakken in het niet-beperkte adresboek.
• Als bewerken van zowel het persoonlijke adresboek als het gedeelde adresboek is beperkt, dan kunnen gebruikers de adresgegevens alleen
bekijken.
4-10
❏ Nieuwe adressen registreren Adrestype: FTP-server
Selecteer het type adresboek (gedeeld adresboek of Met deze optie registreert u een netwerk-FTP-server.
persoonlijk adresboek) en klik op [Nieuw adres] om een ATTENTIE
nieuw adres te registreren.
FTP-servers waarvoor firewallinstellingen nodig zijn, kunnen
Wenk niet worden geregistreerd.
• U kunt in het gedeelde adresboek (persoonlijke adresboek)
maximaal 1000 adressen registreren, inclusief het totale
aantal adressen dat hoort bij de gedeelde opdrachtknop
(persoonlijke opdrachtknop).
• Bij het berekenen van het genoemde aantal, telt een groep als
het aantal adressen dat geregistreerd is binnen de groep
(maximaal 99) plus de groepsnaam; een groep met 99
adressen telt dus voor 100 adressen.
• De instellingen die beschikbaar zijn, hangen af van het type
adres (E-mail, FTP-server, Gedeelde map, Fax of Groep).
Webmenu (gebruikersmodus)
FTP-server
Voer het IP-adres of de hostnaam van de FTP-server in.
Maplocatie
Als u een submap op de FTP-server wilt opgeven, voert u
het pad in naar de submap.
Naam
Voer de naam in die op de scanner moet worden Wenk
weergegeven. Als u het pad naar de submap niet kent, kunt u de submap als
volgt opgeven:
E-mailadres 1. Nadat u [FTP-server], [Gebruikersnaam] en [Wachtwoord]
Voer het e-mailadres in. hebt ingevoerd, klikt u op de knop [Bladeren] en meldt u zich
aan bij de FTP-server.
De knop [OK]
2. In de map die verschijnt, geeft u een submap op; klik op [OK].
Hiermee registreert u een nieuw e-mailadres met de
opgegeven parameters. Gebruikersnaam / Wachtwoord
Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in waarmee
men zich bij de FTP-server moet aanmelden.
ATTENTIE
Zorg ervoor dat u de gebruikersnaam en het wachtwoord
gebruikt van een account die schrijfrechten heeft op de FTP-
server.
4-11
Poortnummer Computernaam (hostnaam)
Voer het poortnummer in. Het standaardpoortnummer is Voer de naam in van de computer waarop de gedeelde map
21. te vinden is. Wanneer de ScanFront Service is
Wachtwoord opslaan ingeschakeld, kunt u het IP-adres invoeren in plaats van
Hiermee slaat u het ingevoerde wachtwoord op. een hostnaam.
Passieve modus Maplocatie
Hiermee gebruikt u de passieve modus om gegevens te Voer het pad in naar de submap die u wilt registreren als
verzenden naar de FTP-server. naam van de gedeelde map.
De knop [Bladeren]
ATTENTIE
Hiermee kunt u een hiërarchische weergave oproepen van
Gebruik de passieve modus wanneer u op de normale manier
geen verbinding met de FTP-server kunt maken. Let er echter
de computers die op het netwerk zijn aangesloten, zodat u
op dat communicatie niet mogelijk is wanneer het netwerk niet een gedeelde map kunt opgeven.
naar behoren functioneert.
Wenk
De knop [OK] U kunt op de volgende manier de gedeelde mappen
Hiermee registreert u een nieuwe FTP-server met de weergeven.
opgegeven parameters. 1. Nadat u computernaam, gebruikersnaam, wachtwoord en
domein/werkgroep hebt opgegeven, klikt u op de knop
[Bladeren]. Ga naar de computer waar de gedeelde map te
Adrestype: Gedeelde map vinden is.
Met deze optie registreert u een map die gedeeld wordt op 2. Geef een submap op op de weergegeven computer en klik op
het netwerk. [OK].
ATTENTIE
• Als u op de knop [Bladeren] klikt zonder de
gebruikersaccountinformatie in te voeren, verschijnen alleen
werkgroepen en computer binnen hetzelfde netwerkadres.
• Wanneer u werkgroepen weergeeft die geen deel uitmaken
van een domein, dan kunt u geen computers of werkgroepen
weergeven met andere netwerkadressen.
• Niet alle werkgroepen en computers binnen het netwerk
kunnen onmiddellijk worden weergegeven wanneer u de
ScanFront aanzet. Als bepaalde werkgroepen of computers
niet worden weergegeven, dan wacht u een paar minuten en
Naam drukt u dan op [Bladeren].
Voer de naam in die op de scanner moet worden • Via het webmenu kunt u geen nieuwe map maken binnen een
opgegeven map. Als u een nieuwe map wilt maken, gebruikt
weergegeven.
u de computer die als FTP-server is ingesteld of de
adresbewerkingsfuncties van de ScanFront en maakt u vooraf
een map.
4-12
Gebruikersnaam / Wachtwoord Adrestype: Groep
Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in van een Met deze optie registreert u verschillende geregistreerde
account die schrijfrechten heeft op de gedeelde map. adressen als een groep.
Domein/werkgroep Wenk
Als de computer die de gedeelde map bevat deel uitmaakt
U kunt verschillende typen adressen (bijv. e-mail of gedeelde
van een domein, voer dan de domeinnaam in. map) registreren als een groep. Een groep kan 99 adressen
ATTENTIE bevatten.
Webmenu (gebruikersmodus)
ATTENTIE
weergegeven.
Als u het wachtwoord niet opslaat, dient u elke keer dat u wilt
verzenden het wachtwoord opnieuw in te voeren. Toevoegen uit adresboek
Hiermee kunt een adres selecteren vanuit een adresboek,
De knop [OK]
het aan de groep toevoegen en het in de lijst weergeven.
Hiermee registreert u een nieuwe gedeelde map met de
opgegeven parameters. De knop [OK]
Hiermee registreert u een nieuwe groep met de opgegeven
Adrestype: Fax parameters.
Deze optie registreert een faxbestemming.
Faxnummer
Voer het faxnummer in voor de bestemming.
Knop [OK]
Registreert een nieuwe faxbestemming met de opgegeven
parameters.
4-13
❏ Adressen kopiëren 4. Controleer het gekopieerde adres.
U kunt een adres kopiëren en dit registreren als nieuw
adres. U kunt ook adressen kopiëren van een adresboek
naar een ander.
Als voorbeeld vindt u hier een beschrijving van hoe u een
adres kopieert vanuit het gedeelde adresboek naar het ❏ Adresboeken exporteren en importeren
persoonlijke adresboek.
U kunt reservekopieën maken van uw adresboeken in
Wenk CSV-indeling, en deze adresboekgegevens op een andere
Gebruik deze functie wanneer u een adressen wilt kopiëren ScanFront importeren.
tussen het gedeelde adresboek en het persoonlijke adresboek,
of wanneer u een adres wilt registreren als ander adres nadat u Wenk
enkele instellingen hebt gewijzigd. Als u over meerdere ScanFronts beschikt, dan kunt u op
allemaal dezelfde adresboeken gebruiken door het
1. Selecteer Gedeeld adresboek onder [Type adresboekinstellingenbestand dat op één ScanFront is
adresboek]. geregistreerd te importeren op de andere ScanFronts.
2. Zet een vinkje in het aankruisvakje van het adres dat
u wilt kopiëren en klik op [Kopiëren]. Exporteren vanuit de scanner
Met deze optie slaat u het adresboek op in een opgegeven
map.
1. Klik op [Exporteer vanaf ScanFront].
4-14
• U kunt de structuur van een CSV-bestand dat in een ander
postprogramma is gemaakt aanpassen aan die van een CSV- Wenk
bestand dat is opgeslagen op een ScanFront. U kunt dan dat Wanneer het importeren voltooid is, verschijnt het
adresboek van dat andere postprogramma importeren en onderstaande bericht. Klik op [OK] om terug te keren naar de
gebruiken op de ScanFront. adresboekinstellingen en controleer de geïmporteerde
adresgegevens.
Importeren op de scanner
Met deze optie importeert u eerder geëxporteerde
adresboekgegevens op de scanner.
1. Klik op [Importeer naar ScanFront].
Webmenu (gebruikersmodus)
importeren van het adresboekgegevensbestand.
• Alle gegevens vervangen: Hiermee wist u alle
bestaande geregistreerde adresboekgegevens en
overschrijft u ze met de geïmporteerde
adresboekgegevens.
• Gegevens toevoegen: Hiermee voegt u de
geïmporteerde adresboekgegevens toe aan het
geregistreerde adresboek.
4. Klik op [Uitvoeren].
Bevestig de melding die verschijnt, en klik op [OK] om de
gegevens te importeren.
4-15
5. Opdrachtknopinstellingen
Vanuit het scherm opdrachtknopinstellingen kunt u de gedeelde opdrachtknop registreren die beschikbaar is voor alle gebruikers.
b c
a
d
e f g h
i
4-16
ATTENTIE
Als de beheerder van de ScanFront het bewerken van opdrachtknoppen heeft beperkt, dan gelden de volgende instellingen voor de
opdrachtknoppen. Neem voor meer informatie contact op met de beheerder van de ScanFront.
• Als het bewerken alleen is beperkt voor één set opdrachtknoppen (ofwel de persoonlijke opdrachtknoppen ofwel de gedeelde
opdrachtknoppen), dan kunnen gebruikers alleen opdrachtknoppen kopiëren vanuit de beperkte set opdrachtknoppen en deze plakken in de
niet-beperkte set.
Webmenu (gebruikersmodus)
• Als bewerken van zowel de persoonlijke opdrachtknop als de gedeelde opdrachtknop is beperkt, dan kunnen gebruikers de
opdrachtknopgegevens alleen bekijken.
4-17
❏ Nieuwe opdrachtknoppen registreren Adres
Klik op de knop [Nieuwe opdrachtknop] om een nieuwe
opdrachtknop te registreren.
4-18
Actie indien dezelfde bestandsnaam bestaat • Selecteer scherm na verzending
Selecteer de actie die moet worden ondernomen wanneer Hiermee wordt een dialoogvenster weergegeven, waarin
een bestand met dezelfde naam al bestaat op de de gebruiker kan kiezen uit bovenstaande acties nadat de
bestemmingslocatie. afbeeldingen zijn verzonden.
• Geef een bericht weer
Hiermee wordt een melding weergegeven dat het bestand Registerinstellingen
overschreven gaat worden. Geef op of u metagegevens (registerbestanden) wilt
• Annuleer verzending aanhangen aan de gescande beelden.
Het verzenden wordt geannuleerd.
• Overschrijf het bestand
Het bestand met dezelfde naam wordt overschreven,
zonder dat er een bevestigingsbericht wordt
weergegeven.
Verstuur de bestanden direct na het scannen
❏ De scaninstellingen
• ON
Zodra het scannen voltooid is, worden de bestanden Onder de scaninstellingen vindt u basisinstellingen en
gedetailleerde instellingen voor de scanparameters en
4
verzonden.
• OFF individuele instellingen per bestandsindeling.
Webmenu (gebruikersmodus)
Pas nadat u de afbeelding hebt gecontroleerd, wordt het
bestand verzonden. Scaninstellingen
Controleer adressen voor verzending
• ON
Hiermee wordt het adrescontrolescherm weergegeven.
Het verzenden start nadat u het adres hebt gecontroleerd.
• OFF
Hiermee wordt de afbeelding verzonden zonder dat het
adres wordt gecontroleerd.
Scherm na verzending
Selecteer het scherm dat moet worden weergegeven nadat
een afbeelding is verzonden.
• Startscherm Paginaformaat
Hiermee keert u terug naar het startscherm dat is Selecteer de paginagrootte van het te scannen document
opgegeven bij [Scherm na aanmelden] in de uit de lijst.
gebruikersinstellingen.
Wenk
• Afmelden
• Met de optie [Automatisch formaat] wordt de grootte van het
Hiermee wordt de gebruiker afgemeld na verzending van te scannen document automatisch gedetecteerd tijdens het
de afbeeldingen. scannen.
4-19
• Wanneer u een lang document scant, selecteer dan [Auto • Afhankelijk van de gekozen modus kunnen er minder
afmeting (lang)] bestandsindelingen voor opslag beschikbaar zijn. Wanneer
een onmogelijke combinatie wordt gekozen, verschijnt een
ATTENTIE waarschuwing.
Wanneer [Auto afmeting (lang)] is geselecteerd, kunt u geen
resolutie van meer dan [300 dpi] instellen. TIFF JPEG PDF
4-20
ATTENTIE
Bestandsindeling
• De scansnelheid kan lager worden wanneer u [Blanco pagina Selecteer een bestandsindeling voor het
overslaan] selecteert. afbeeldingsbestand, en configureer de bijbehorende
• Wanneer [Folio] is geselecteerd, kunt u geen resolutie van instellingen.
meer dan [400 dpi] instellen. Bovendien kan [Dubbele
invoerdetectie met ultrasoon geluid] niet geselecteerd
TIFF: Instellingen voor meerdere pagina's
worden.
Voorbeeldscan
Hiermee kunt u een afbeelding van de eerste pagina van
het document controleren voordat u het hele document Selecteer [Enkele pagina (Voor/achter in apart bestand)]
gaat scannen. om elke zijde van elke pagina op te slaan als een apart
afbeeldingsbestand, [Enkele pagina (Voor/achter in één
Wenk bestand)] om elke pagina op te slaan als een apart
• Het scannen pauzeert nadat de eerste pagina is gescand, en afbeeldingsbestand of [Meerdere pagina's] om één
de afbeelding van de eerste pagina wordt weergegeven.
afbeeldingsbestand met meerdere pagina's op te slaan
• Aan de hand van de weergegeven afbeelding kunt u
helderheid en contrast controleren en aanpassen. Als u op
wanneer u meerdere pagina's scant. 4
[Doorgaan] drukt, gaat het scannen door met de aangepaste JPEG: Compressie
helderheid en contrast voor de eerste afbeelding.
Webmenu (gebruikersmodus)
Bestandsnaam
Specificeer een naam voor de afbeelding die moet worden
verzonden.
Datum aan bestandsnaam toevoegen
De scanner voegt 17 cijfers die de datum en tijd aangeven Selecteer een compressieverhouding voor afbeeldingen
toe aan de bestandsnaam van de te verzenden afbeelding. die u opslaat in JPEG-indeling.
Vb.: 14 mei 2013, 15:40:30
PDF:
JJJJMMTT: Bestandsnaam + 20130514154030123
Configureer de instellingen voor compressieverhouding,
MMTTJJJJ: Bestandsnaam + 05142013154030123
meerdere pagina's, OCR (Optical Character Recognition -
TTMMJJJJ: Bestandsnaam + 14052013154030123
* De laatste drie cijfers geven het aantal milliseconden
optische lettertekenherkenning) en beveiliging.
aan.
U kunt [Aangepast] selecteren om extra
bestandsnaaminstellingen te configureren. De extra
instellingen zijn identiek aan die onder "Aangepaste
bestandsnaaminstellingen" op pag. 4-6.
Indien u deze opdrachtknop selecteert
Geef op of het venster voor bestandsnaaminvoer verschijnt
wanneer u het scannen start met de opdrachtknop.
4-21
Beveilig permissie
De rechten voor het afdrukken en bewerken van het PDF-
bestand worden beveiligd met een wachtwoord.
Afdrukken toegestaan
Het PDF-bestand mag worden afgedrukt op een printer.
Wijzigingen toegestaan
Het PDF-bestand mag bewerkt worden, bijvoorbeeld door
pagina's toe te voegen of te verwijderen.
Kopiëren van tekst en afbeeldingen en
toegankelijkheidsfuncties toegestaan
Tekstinformatie die is ingevoegd door OCR kan worden
gekopieerd en het PDF-bestand kan worden voorgelezen
Compressiemethode door tekst-naar-spraak-software.
Geef een compressieniveau op door te kiezen voor ATTENTIE
[Standaard] of voor [Hoge compressie].
• Het beveiligen van rechten van het PDF-bestand wordt
OCR aanbevolen wanneer de rechten zijn beperkt.
Wanneer OCR aan staat, dan voert de scanner • In een toepassing waarmee PDF-bestanden kunnen worden
lettertekenherkenning uit op de tekstgedeelten van het bewerkt (zoals Adobe Acrobat) kunt u voor een beveiligd
PDF-bestand de toegangsrechten wijzigen en de
document, en voegt de gedetecteerde lettertekens als
wachtwoordbeveiliging annuleren.
bewerkbare tekstinformatie in in het PDF-bestand.
Wenk Gedetailleerde instellingen
Wanneer u OCR aanzet, selecteer dan ook de OCR-taal die
past bij de documenttekst.
Versleuteling
Pas beveiliging toe op het PDF-bestand.
ATTENTIE
Het instellingsniveau Hoog (128-bit RC4) is aanbevolen. Het
instellingsniveau Laag (40-bit RC4) is minder veilig.
Beveilig document
Weergave van het document wordt beveiligd door middel
van een wachtwoord.
ATTENTIE
Zorg er dus voor dat u het wachtwoord niet vergeet. Als u het
wachtwoord vergeet, kunt u het document niet meer openen.
4-22
Helderheid (voor) ATTENTIE
Hiermee past u de helderheid van te scannen afbeelding
• Met de lengte van het eerste document als standaard,
aan. detecteert de scanner dubbele invoer als een volgende
Helderheid (achter) pagina 35 mm of meer langer of korter is.
Beschikbaar bij dubbelzijdig scannen. Gebruik deze optie • Stel [Dubbele doorvoer detectie op lengte] in op [OFF]
wanneer u documenten scant met pagina's van verschillende
wanneer de voor- en achterzijde van een document een
lengte.
verschillend karakter hebben. Als u de
helderheidsinstellingen voor voor- en achterkant wilt Documentrichting
instellen, moet u het aankruisvakje [Gelijk aan voorzijde] Hiermee wordt het gescande beeld geroteerd over de
leegmaken. opgegeven draaihoek.
Contrast (voor) Wenk
Hiermee past u het contrast van te scannen afbeelding aan. Wanneer u [Automatisch] selecteert, dan detecteert de scanner
de tekstoriëntatie binnenin het document en roteert de
Contrast (achter) afbeelding zo, dat de tekstoriëntatie correct is.
Beschikbaar bij dubbelzijdig scannen. Gebruik deze optie
wanneer de voor- en achterzijde van een document een
verschillend karakter hebben. Als u de contrastinstellingen
ATTENTIE
De scansnelheid kan lager worden wanneer u [Automatisch]
4
voor voor- en achterkant wilt instellen, moet u het selecteert.
Webmenu (gebruikersmodus)
aankruisvakje [Gelijk aan voorzijde] leegmaken. Rechttrekken
Dubbele invoerdetectie met ultrasoon geluid Hiermee wordt gedetecteerd of een document scheef is
(alleen beschikbaar bij de ScanFront 330) ingevoerd, en wordt de afbeelding rechtgezet.
• Voorkeur voor kwaliteit
De scanner gebruikt een ultrageluidssensor om te
De afbeelding wordt nabewerkt zodat het verlies aan
detecteren of twee of meer documenten tegelijkertijd
worden ingevoerd, en stopt met invoeren wanneer dubbele kwaliteit wordt geminimaliseerd, als de afbeelding
slechter is geworden door het rechtzetten.
invoer wordt gedetecteerd.
• Voorkeur voor snelheid
ATTENTIE De afbeelding wordt iets slechter door het rechtzetten.
• Deze methode werkt goed wanneer documenten meer dan
50 mm overlappen. Hij werkt niet als de documenten maar
ATTENTIE
een klein stukje overlappen. Als u [Voorkeur voor kwaliteit] selecteert, dan vermindert de
• Wanneer [Te scannen zijde] is ingesteld op [Folio] kan scansnelheid. Als u een groot aantal pagina's gaat scannen,
[Dubbele invoerdetectie met ultrasoon geluid] niet worden kunt u het beste [Voorkeur voor snelheid] kiezen, anders wordt
geselecteerd. de scansnelheid verminderd.
4-23
ATTENTIE
2. Selecteer de opdrachtknop die u wilt kopiëren en klik
op [Kopiëren].
Doorschijnen verminderen is uitgeschakeld als de scanmodus
[Tekstverbetering] actief is.
Wenk
Bij gebruik van Doorschijnen verminderen, kunt u het
reductieniveau aanpassen aan het type document.
Uitvalkleur
De functie Uitvalkleur kent een "uitval"effect waarbij een
bepaalde kleur (rood, groen of blauw) wordt weggelaten
bij het scannen, en een "kleurversterkings"effect waarbij
3. Selecteer de persoonlijke opdrachtknoppen als doel
een opgegeven kleur benadrukt wordt.
en klik op [OK].
ATTENTIE
De instelling Uitvalkleur is niet beschikbaar in de modus [Kleur].
Wenk
De OCR-herkenning verbetert soms door gekleurde lijnen en
andere objecten te verwijderen met de functie Uitvalkleur.
❏ Opdrachtknoppen kopiëren
U kunt de instellingen van een opdrachtknop kopiëren en 4. Controleer de gekopieerde opdrachtknop.
registreren als nieuw opdrachtknop.
Als voorbeeld vindt u hier een beschrijving van hoe u een
opdrachtknop kopieert vanuit de gedeelde
opdrachtknoppen naar de persoonlijke opdrachtknoppen.
Wenk
Gebruik deze functie wanneer u een opdrachtknop wilt kopiëren
tussen de gedeelde opdrachtknoppen en de persoonlijke
opdrachtknoppen, of als u deze wilt registreren als andere
opdrachtknop nadat u enkele instellingen hebt gewijzigd. ❏ Opdrachten bewerken
1. Selecteer Gedeelde opdrachtknop onder [Type U kunt de instellingen van een geregistreerde opdracht
opdrachtknop]. bewerken door op [Bewerken] te klikken in de lijst met
opdrachtknoppen. De instellingen die bewerkt kunnen
worden, zijn identiek aan die onder "Nieuwe
opdrachtknoppen registreren" op pag. 4-18.
4-24
❏ Opdrachtknoppen exporteren en 2. Geef een eerder geëxporteerd
importeren opdrachtknopgegevensbestand op.
U kunt reservekopieën maken van uw opdrachtknoppen in 3. Selecteer een verwerkingsmethode voor het
DAT-indeling, en deze opdrachtknopgegevens op een importeren van het opdrachtknopgegevensbestand.
andere ScanFront importeren. • Alle gegevens vervangen: Hiermee worden alle
geregistreerde opdrachtknoppen gewist en overschreven
Wenk
met de geïmporteerde opdrachtknoppen.
Als u over meerdere ScanFronts beschikt, dan kunt u op • Gegevens toevoegen: Hiermee voegt u de
allemaal dezelfde opdrachtknoppen gebruiken door het
geïmporteerde opdrachtknoppen toe aan de
opdrachtknopinstellingenbestand dat op één ScanFront is
geregistreerd te importeren op de andere ScanFronts. geregistreerde opdrachtknoppen.
4. Klik op [Uitvoeren].
Exporteren vanuit de scanner Bevestig de melding die verschijnt, en klik op [OK] om de
Met deze optie slaat u de opdrachtknopinstellingen op in gegevens te importeren.
een opgegeven map.
1. Klik op [Exporteer vanaf ScanFront]. 4
Webmenu (gebruikersmodus)
Wenk
Wanneer het importeren voltooid is, verschijnt het
onderstaande bericht. Klik op [OK] om terug te keren naar de
opdrachtknopinstellingen en controleer de geïmporteerde
opdrachtknopgegevens.
2. Klik op [Opslaan], geef een opslaglocatie op en sla
de opdrachtknopgegevens op.
Importeren op de scanner
Met deze optie importeert u eerder geëxporteerde
opdrachtknopgegevens op de scanner.
1. Klik op [Importeer naar ScanFront].
4-25
4-26
Hoofdstuk 5 Problemen oplossen
Netwerk/Webmenu
Kan niet aanmelden bij het Oorzaak JavaScript is uitgeschakeld in de webbrowser.
webmenu Oplossing Schakel JavaScript in
Kan geen LDAP-adresboek Oorzaak De beheerder heeft beperkingen gesteld aan gebruikersfuncties.
gebruiken (alleen bepaalde
gebruikers) Oplossing Neem contact op met de beheerder van de ScanFront.
U kunt alleen bepaalde Oorzaak De beheerder heeft beperkingen gesteld aan gebruikersfuncties.
bestemmingen selecteren.
Bijvoorbeeld, u kunt alleen
gedeelde mappen selecteren Oplossing Neem contact op met de beheerder van de ScanFront.
(alleen bepaalde gebruikers)
5-2
U kunt geen verbinding maken De scanner kan geen verbinding maken met een FTP-server waarvoor
Oorzaak
met een FTP-server die firewallinstellingen moeten worden geconfigureerd.
toegankelijk is van buiten het Gebruik een FTP-server waarvoor geen firewallinstellingen hoeven te
bedrijf Oplossing
worden geconfigureerd.
(1) De datum- en tijdinstellingen zijn onjuist. (2) De tijdzone is
Oorzaak
E-mailberichten geven een ingesteld op een ander land.
verkeerde verzendtijd weer. Neem contact op met de beheerder, en controleer de instellingen voor
Oplossing
[Taal/tijdzone]
Het adres van de verzender Het e-mailadres van de gebruiker en de beheerder zijn niet
Oorzaak
wordt niet weergegeven in e- geregistreerd.
mailberichten Oplossing Neem contact op met de beheerder en registreer de e-mailadressen.
U kunt geen verbinding maken Oorzaak Het IP-adres dat is ingesteld, is al in gebruik door een ander apparaat.
met het netwerk (IP- Neem contact op met de systeembeheerder van het netwerk en wijzig de
adresconflict) Oplossing
IP-adresinstelling.
U kunt geen verbinding maken Oorzaak De LAN-kabel is niet correct aangesloten.
met het netwerk (probleem met
LAN-kabelaansluiting) Oplossing Controleer de aansluitingen van de LAN-kabel.
Oorzaak
De apparaatnaam die is ingesteld, is al in gebruik door een ander
apparaat.
5
U kunt geen verbinding maken
met het netwerk Neem contact op met de systeembeheerder van het netwerk en wijzig de
Problemen oplossen
(apparaatnaamconflict) Oplossing apparaatnaam. Wanneer u twee of meer ScanFront-scanners installeert,
moet u goed opletten dat u geen dubbele apparaatnamen instelt.
Oorzaak Er zijn gegevens opgeslagen in de map.
Oplossing Neem contact op met de beheerder van de gedeelde map.
U kunt een map niet verwijderen Er zijn geen wijzigingsrechten voor de gedeelde map toegekend voor de
Oorzaak
gebruikersnaam en het wachtwoord die u hebt ingevoerd.
Oplossing Neem contact op met de beheerder van de gedeelde map.
U kunt niet scannen vanuit het Oorzaak De beheerder heeft beperkingen gesteld aan gebruikersfuncties.
startscherm (alleen bepaalde
gebruikers) Oplossing Neem contact op met de beheerder van de ScanFront.
5-3
U probeert in een folder te bladeren op een computer die werkt met het
Kan niet bladeren in gedeelde Oorzaak
besturingssysteem Windows 7 of Windows server 2008 R2.
map tijdens adresregistratie.
Oplossing Voer het volledige pad naar de gedeelde map handmatig in.
Er bestaat geen ScanFront Service Server op het netwerk. (Er is geen
Oorzaak
ScanFront Service Server geconfigureerd of actief.)
Kan geen afbeeldingsbestanden
naar apparatuur en mappen in Installeer de ScanFront Service op een computer in hetzelfde netwerk
verschillende segmenten van als de ScanFront. Als er een ScanFront Service Server is
het netwerk versturen. Oplossing geïmplementeerd, controleer dan de vereiste instellingen. Bovendien
moet om de ScanFront-service te gebruiken, de ScanFront Service
Server worden gestart, alvorens de ScanFront in te schakelen.
Scannen
Oorzaak De glasplaat is vuil.
5-4
Het scannen start onmiddellijk Zo horen de opdrachtknoppen te werken. Zie "Scherm met
Oorzaak
nadat u op een opdrachtknop scaninstellingen overslaan" op pag. 4-18.
drukt (alleen bepaalde
gebruikers) Oplossing Plaats het document en druk dan pas op een opdrachtknop.
Hardware
De wisselstroomadapter is niet goed aangesloten of de stekker zit niet in
Oorzaak
het stopcontact.
U kunt het apparaat niet Controleer of de wisselstroomadapter en het netsnoer goed zijn
aanzetten aangesloten. Als het probleem na controle van de aansluitingen nog
Oplossing
steeds bestaat, neem dan contact op met uw plaatselijke officiële
Canon-leverancier.
De scanner schakelt niet in als Oorzaak Er is een USB-geheugen in de scanner geplaatst.
de stroomschakelaar wordt
ingedrukt. Oplossing Verwijder het USB-geheugen en start de scanner opnieuw.
Problemen oplossen
5-5
5-6
Hoofdstuk 6 Index
6-2
P
Papierstoring ................................................................. 2-9
Placing a Long Document ............................................ 2-8
Problemen oplossen ...................................................... 5-2
R
Registerinstellingen ............................................. 4-7, 4-19
S
Scan-/afleveropties ..................................................... 3-24
Scaninstellingen ................................................. 3-25, 4-19
Basisinstellingen ................................................... 3-25
Gedetailleerde instellingen ................................... 3-26
Scannen ....................................................................... 3-15
Schematische weergave van de ScanFront ........................i
Serververificatie ..................................................... 3-4, 4-3
Startscherm ................................................................... 3-7
U
Uitvoerlade ................................................................... 2-4
USB-geheugen ............................................................ 3-13
USB-poort ..................................................................... 2-5
V
Veiligheidsinstructies ................................................... 1-2
Vergrendelingshendel ................................................. 2-10
Verplaatsen van de scanner .......................................... 1-3
W
Webmenu
6
Gebruikersmodus .................................................... 4-2
Index
Werkwijze tot aan het verzenden van een
afbeeldingsbestand ........................................................ 3-2
Wisselstroomadapter ..................................................... 1-7
6-3
CANON ELECTRONICS INC.
1248, SHIMOKAGEMORI, CHICHIBU-SHI, SAITAMA 369-1892, JAPAN
CANON U.S.A. INC.
ONE CANON PARK, MELVILLE, NY 11747, U.S.A.
CANON CANADA INC.
6390 DIXIE ROAD, MISSISSAUGA, ONTARIO L5T 1P7, CANADA
CANON EUROPA N.V.
BOVENKERKERWEG 59, 1185 XB AMSTELVEEN, THE NETHERLANDS
CANON LATIN AMERICA, INC.
703 WATERFORD WAY, SUITE 400 MIAMI, FLORIDA 33126, U.S.A.
CANON AUSTRALIA PTY. LTD.
1 THOMAS HOLT DRIVE, NORTH RYDE, SYDNEY. N.S.W, 2113. AUSTRALIA
CANON SINGAPORE PTE. LTD.
1 HARBOUR FRONT AVENUE #04-01, KEPPEL BAY TOWER, SINGAPORE 098632
CANON HONGKONG COMPANY LTD.
19TH FLOOR, THE METROPOLIS TOWER, 10 METROPOLIS DRIVE, HUNGHOM, KOWLOON, HONG KONG.
CANON KOREA BUSINESS SOLUTIONS INC.
168-12 SAMSEONG-DONG, GANGNAM-GU, SEOUL, KOREA
CANON INDIA PVT. LTD
7TH FLOOR, TOWER B DLF CYBER TERRACES DLF PHASE III GURGAON - 122002 HARYANA, INDIA