Ten eerste verhuizen jonge gezinnen massaal naar de Vinexlocaties buiten de stad en ten tweede staan veel woningen boven winkels leeg. Dit heeft grote economi- sche gevolgen voor de stad en resulteert bovendien in een leeg straatbeeld in de binnensteden na sluitings- tijd. Het concept ‘woondaken’ gaat beide punten com- bineren in een nieuwe visie over kindvriendelijk wonen in de stad.
Vandaag de dag zijn betaalbare woonruimte, eigen bui- tenruimte, veilige speelmogelijkheden en voor de deur parkeren de meest genoemde redenen voor de verhui- zing naar een Vinexlocatie. Goede voorzieningen zoals winkels, kinderdagverblijven en scholen zijn verder ar- gumenten voor de keuze van de woonplaats. Voor het behoud van gezinnen in binnensteden moet de woonkwaliteit van Vinexwijken de stad binnen gehaald worden. Dan maar boven op! Er wordt een 2e maaiveld- nivo geïntroduceerd boven op de daken van de bestaande stad. Via het nieuwe maaiveld worden zowel nieuwe als bestaande woningen boven winkels ontsloten, zodat de maximale winkelruimte op straatnivo behouden wordt. Hierdoor kan een grote variatie aan woningtypes aange- boden worden met als doel een mix van bewoners aan te spreken. Er zullen eengezinswoningen, twee onder een kappers, rijtjes en appartementen ontstaan, ieder met zijn eigen voordeur aan de openbare ruimte. De openbare weg wordt vanaf straatnivo langzaam om- hoog gevoerd en verspreidt zich als een rode loper over de bestaande daken. De binnenstraat van Le Corbusier wordt een buitenstraat, waar mensen elkaar in de bui- tenlucht ontmoeten en kinderen veilig kunnen spelen. De rode loper is een variant op het dakterras van de Unité d’Habitatation, maar is wel degelijk geworteld in zijn omgeving. In de binnensteden bieden braakliggende stukken grond of leegstaande panden de mogelijkheid voor de ver- ticale ontsluiting. Een in hoogte variabele woontoren zal de landmark voor de entree van het hoger gelegen maaiveld kunnen vormen en aan de verdichting van de stad bijdragen. De openbare weg voert ook hier openlijk doorheen en omhoog. Zelfs in deze ‘entreetoren’ is het zo mogelijk dat elk bewoner een eigen voordeur aan de openbare weg heeft. Het concept is zo flexibel dat het bijna in elke stad toe- gepast kan worden. Braakliggende stukken grond in de binnenstad of lang leegstaande panden zijn de start- punt voor de rode loper. De nieuwe woningen gaan via deze loper een verbinding aan met de omgeving zodat ontmoeting en uitwisseling maximaal gestimuleerd wor- den. Woondaken 1. Unité d’Habitation, Marseille