Professional Documents
Culture Documents
In deze reeks zullen we aandacht schenken aan het leven en de moord op de hoogste
vrouw in de geschiedenis van Islam: De dochter van de laatste Boodschapper van
Allah, genaamd Fatima Al-Zahra (s.a). De profeet gaf haar de meest uitzonderlijke
status en respect. Zij is zonder twijfel de beste voorbeeld voor de vrouwen van alle
werelden. Desondanks heeft deze heilige vrouw veel onderdrukking en leed moeten
doorstaan, wat uiteindelijk resulteerde in haar martelaarschap. In het eerste deel van
deze reeks zullen we jullie eerst kennis laten maken met Fatima en hoe gezegend zij
is. In de nakomende delen zullen jullie kennismaken met haar martelaarschap, wat
tevens een onderwerp is dat onbesproken is gebleven en graag verborgen wordt
gehouden.
Veel leesplezier!
Abu Al-Walid overlevert van Ibn Uyaina van Amr Ibn Dinar van Ibn Abi Mulaika van
Al-Meswar Ibn Al-Makhrama die zei: "De profeet zei: 'Fatima is een deel van
mij, dus wie haar boos maakt, maakt mij boos."
Bukhari heeft in dit hoofdstuk gezegd dat zij de dochter is van de profeet, en haar
moeder is Khadija. Zij is geboren in Islam en sommigen zeggen dat zij ervóór geboren
is. Imam Ali trouwde met haar in het tweede jaar na de Hijra tijdens het gevecht van
Badr. Ze gaf geboorte aan kinderen en stierf in het elfde jaar na de Hijra, 6 maanden
na de dood van de profeet. Deze Hadith is via Aisha en het is authentiek. Het is ook
wel gezegd dat zij 8 maanden, 3 maanden, 2 maanden of zelfs 1 maand na de profeet
is overleden. Ze stierf toen zij 24 was. Het is ook gezegd dat zij stierf op haar 21e, 25e,
26e of 30e. De deugden van Fatima zullen genoemd worden in de biografie van haar
moeder Khadija, in 'Sirat an-Nabawiyyah.' En de meest sterke bewijs voor haar
superioriteit over alle vrouwen van haar tijd én erna, is dat de profeet zei dat zij de
meesteres is van alle vrouwen van de werelden behalve van Maryam (moeder van
Isa).*
*Volgens de geloofsleer van de Shia is het juist zo dat Fatima ook de meesteres is van
Maryam. Fatima is werkelijk de allerhoogste van alle vrouwen.
Overlevert door Hussain Ibn Mohammad van Isra'eel van Maysara Ibn Habib van Al-Menhal
Ibn Amr van Zer Ibn Hoyaish van Hudhaifa die zei: "Mijn moeder vroeg mij: 'Hoe lang is het
al sinds je de profeet hebt gezien?' Ik zei: 'Sinds zo en zo lang, dus werd ze boos en vervloekte
mij. Dus ik zei tegen haar: 'Laat me gaan naar de profeet en ik zal Maghrib met hem bidden,
en ik zal hem niet verlaten voordat hij vergiffenis vraagt voor jou en mij.' Dus ik ging naar de
profeet en ik bad Maghrib met hem, toen bleef de profeet bidden tot Isha. Ik stond op en ik
liep naar hem toe, en er kwam iemand naar de profeet toe en sprak met hem, en vervolgens
ging die persoon weer weg. Dus ik bleef naar de profeet toe lopen, daarna zag hij mij en
hoorde mij en hij zei: "Wie is dat?" Ik zei: "Ik ben Hudhaifa." Hij vroeg: "Wat is er?" Dus ik
vertelde hem het verhaal en vervolgens zei de profeet: "Moge Allah jou en jouw moeder
vergeven." En vervolgens zei de profeet: "Zag je die persoon die net met mij
sprak?" Ik zei: "Ja." Hij (profeet) zei: "Dat was een engel, die nooit eerder naar
de aarde is gekomen tot deze nacht. Hij vroeg Allah om naar beneden te komen
om mij te begroeten en om mij het goede bericht te geven dat Imam Hassan en
Imam Hussein de meesters zijn van de jeugdigen* in het paradijs, en dat Bibi
Fatima de leider is van alle vrouwen in het paradijs."
*Er bestaat een gefabriceerde Hadith waarin staat dat Abu Bakr en Umar de leiders
zullen zijn van de ouderen in de Hemel. Wat duidelijk moet worden gemaakt is dat
iedereen een jeugdige is in de Hemel. Iedereen heeft dezelfde leeftijd en zal een
jeugdige zijn. Dus dit betekent dat Hassan en Hussein de leiders van iedereen zullen
zijn (aangezien iedereen een jeugdige zal zijn in de hemel). De fabriceerders van de
Hadith over Abu Bakr en Umar hebben dit belangrijke punt over het hoofd gezien,
want kennelijk dachten zij dat er ook ouderen in de Hemel zullen zijn..
Overlevert door Abul-Abbas Mohammad Ibn Ya'qub van Al-Hassan Ibn Ali Ibn Affan Al-
Ameri van As'haq Ibn Mansoor Al-Salooli van Isra'eel van Maysara Ibn Habib van Al-Menhal
Ibn Amr van Zer Ibn Habish van Hudhaifa die zei dat de profeet zei: "Een engel is
vanuit de Hemel gekomen en Allah liet hem mij begroeten. Hij is nog nooit
eerder naar beneden gekomen en hij bracht mij het goede bericht dat Bibi
Fatima de leider is van de vrouwen van de Hemel."
Al-Hakim: "Dit is ook overlevert via Abu Merri Al-Ansari van Al-Menhal."
Overlevert door Ali Ibn Abdul Rahman Ibn Isa van Al-Hussain Ibn Al-Hakim Al-Jizi
van Al-Hassan Ibn Al-Hussain Al-Arani van Abu Merri Al-Ansari van Al-Menhal Ibn
Amr van Zer Ibn Habish van Hudhaifa van de profeet die zei: "Een engel is
vanuit de Hemel gekomen en Allah liet hem mij begroeten. Hij is nog nooit
eerder naar beneden gekomen en hij bracht mij het goede bericht dat Bibi
Fatima de leider is van de vrouwen van de Hemel."
Al-Hakim: "De keten van deze Hadith is Sahih en zij (Bukhari en Muslim) hebben
het niet overlevert."
Al-Albaani:
Overlevert van Hudhaifa van de profeet, die zei: "Een engel die nog nooit naar mij is
gekomen, is naar mij gekomen met het goede bericht dat Hassan en Hussein de
meesters zijn van de jouegdigen in het paradijs en dat Fatima de leider is van
alle vrouwen in het paradijs."
Het is overlevert door Al-Nasa'i met een authentieke overleveringsketen van Ibn
Abbas dat: "De beste vrouwen van het paradijs zijn Bibi Khadijah (s.a),
Bibi Fatima (s.a), Bibi Maryam (s.a) en Bibi Asiya (s.a)." En het is ook
overlevert door Al-Tirmidhi via een authentieke keten van Anas dat: "De meest
excellente van alle vrouwen zijn..." en noemde hen vervolgens op. En Al-Hakim
overleverde via Hudhaifa dat: "Een engel kwam naar de profeet met het goede nieuws
dat Bibi Fatima de meesteres is van alle vrouwen in de Hemel."
Overlevert door Younis van Dawud Ibn Abi Al-Furat van Elbaa van Ikrimah van Ibn
Abbas die zei: "De profeet tekende 4 lijnen op de grond en zei: "Weten jullie wat dit
is?" Zij zeiden: "Allah en Zijn boodschapper weten het beste." Toen zei de profeet:
"De beste van alle vrouwen in de Hemel zijn Bibi Khadija (s.a) dochter
van Khuwaylid, Bibi Fatima (s.a) dochter van Mohammad (saw), Bibi
Asiya (s.a) dochter van Mozahim, vrouw van Fir'aun (de farao), en Bibi
Maryam (s.a) dochter van Imran (a.s)."
Note: Ahmad bin Hanbal zegt: "De keten is Sahih, de overlevers zijn Thiqah
(betrouwbaar)."
Overlevert door Mohammad Ibn Al-Fazl van Dawud Ibn Abi Al-Fuat van Alba Ibn Ahmar
van Ikrimah van Ibn Abbas, die zei: "De profeet tekende 4 lijnen op de grond en zei:
"Weten jullie wat dit is?" Zij zeiden: "Allah en Zijn boodschapper weten het beste."
Toen zei de profeet: "De beste van alle vrouwen in de Hemel zijn Bibi
Khadija (s.a) dochter van Khuwaylid, Bibi Fatima (s.a) dochter van
Mohammad (saw), Bibi Asiya (s.a) dochter van Mozahim, vrouw van
Fir'aun, en Bibi Maryam (s.a) dochter van Imran (a.s)."
Overlevert door Ibraheem Ibn Abi Dawud van Uthman Al-Laheqi Al-Basri van Dawud Ibn
Abi Al-Furat van Alba Ibn Ahmar van Ikrimah van Ibn Abbas, die zei: "De profeet tekende
4 lijnen op de grond en zei: "Weten jullie wat dit is?" Zij zeiden: "Allah en Zijn
boodschapper weten het beste." Toen zei de profeet: "De beste van alle vrouwen
in de Hemel zij Bibi Khadija (s.a) dochter van Khuwaylid, Bibi Fatima
(s.a) dochter van Mohammad (saw), Bibi Asiya (s.a) dochter van
Mozahim, vrouw van Fir'aun, en Bibi Maryam (s.a) dochter van Imran
(a.s)."
Overlevert door Al-Hassan Ibn Sufyan van Ahmad Ibn Sufyan Abu Sufyan en Ubaidallah Ibn
Fadhala Aboq van Mu'ammar van Qutada van Anas, die zei dat de profeet zei: "Van alle
vrouwen in het universum zuller er 4 genoeg zijn; Bibi Maryam (s.a) dochter
van Imran, Bibi Khadijah (s.a) dochter van Khuwaylid, Bibi Fatima (s.a) dochter
van Mohammad (saw) en Bibi Asiya (s.a) vrouw van Fir'aun."
Note: "De keten is Sahih, de overlevers zijn betrouwbaar, het zijn overlevers van de
Sheikhs." (i.e. Bukhari en Muslim).
Overlevert door Abdul Razzaq van Mu'ammar van Qutada van Anas, die zei dat de profeet
zei: "Van alle vrouwen in het universum zuller er 4 genoeg zijn; Bibi Maryam
(s.a) dochter van Imran, Bibi Khadijah (s.a) dochter van Khuwaylid, Bibi Fatima
(s.a) dochter van Mohammad (saw) en Bibi Asiya (s.a) vrouw van Fir'aun."
Note: "De keten is Sahih, de overlevers zijn betrouwbaar, het zijn overlevers van de
Sheikhs."
Overlevert door Abu Bakr Al-Qatifi van de deugden van Ahlalbait van schriften van Abi
Abdullah Ahmad Ibn Hanbal, overlevert door Abdullah Ibn Ahmad Ibn Hanbal die zei dat
mijn vader overlevert van Abdul Razzaq van Mu'ammar van Al-Zuhri van Anas Ibn Malik, die
zei dat de profeet zei: "Van alle vrouwen in het universum zuller er 4 genoeg zijn;
Bibi Maryam (s.a) dochter van Imran, Bibi Khadijah (s.a) dochter van
Khuwaylid, Bibi Fatima (s.a) dochter van Mohammad (saw) en Bibi Asiya (s.a)
vrouw van Fir'aun."
Al-Hakim: "Deze Hadith is Sahih volgens de criteria van de twee Sheikhs, maar zij hebben
het niet overlevert op deze manier; 'van alle vrouwen in het universum zuller er 4 genoeg
zijn."
Overlevert door Mohammad Ibn Mahdi van Abdul Razzaq van Mu'ammar van
Qutada van Anas, die zei dat de profeet zei: "Van alle vrouwen in het universum
zuller er 4 genoeg zijn; Bibi Maryam (s.a) dochter van Imran, Bibi Khadijah
(s.a) dochter van Khuwaylid, Bibi Fatima (s.a) dochter van Mohammad (saw) en
Bibi Asiya (s.a) vrouw van Fir'aun."
Overlevert door Ali Ibn Abdul Rahman Ibn Mohammad Al-Moghira Abul-Hasan van Yahya
Ibn Mo'een van Abdul Razzaq van Mu'ammar van Qutada van Anas, die zei dat de
profeet zei: "Van alle vrouwen in het universum zuller er 4 genoeg zijn; Bibi
Maryam (s.a) dochter van Imran, Bibi Khadijah (s.a) dochter van Khuwaylid,
Bibi Fatima (s.a) dochter van Mohammad (saw) en Bibi Asiya (s.a) vrouw van
Fir'aun."
Overlevert door Abu Al-Abbas Mohammad Ibn Ya'qub overlevert door Al-Abbas Ibn
Mohmmad Al-Doori van Shazan Ibn Al-Aswad Ibn Amr van Ja'far Ibn Ziad Al-Ahmar
van Abdullah Ibn Ata van Abdullah Ibn Buraida van zijn vader die zei: "Van de
vrouwen was Bibi Fatima de meeste geliefde van de profeet, en van de
mannen was Ali de meest geliefde van de profeet."
Note: Al-Hakim: "Deze Hadith is Sahih, (Bukhari and Muslim) hebben het niet
overlevert." Al-Dhahabi: "Het is Sahih!"
Bron: Al-Mustadrak Ala Sahihain, Vol. 3, Blz. 155
Al-Haithami:
Overlevert door Nu'man Ibn Bashir: "Abu Bakr vroeg om toestemming van de profeet
om zijn huis binnen te treden, vervolgens hoorde hij de stem van Aisha luidop
en zij zei: "Wollah! Ik weet dat jij meer van Ali en Fatima houdt dan van
mij en mijn vader!" - 2 of 3 keer. Dus Abu Bakr vroeg om toestemming en toen hij
binnenkwam ging hij naar haar en zei: "O dochter! Verhef niet je stem boven de stem
van de profeet."
Note: Haithami: "Abu Dawud heeft het overlevert zonder Ali en Fatima erin te
noemen. Ahmad heeft het overlevert met Sahih-overlevers!"
Overlevert door Ahmad via een keten met authentieke overlevers van Nu'man
ibn Bashir die zei: Abu Bakr vroeg om toestemming van de profeet om zijn huis
binnen te treden, vervolgens hoorde hij de stem van Aisha luidop en zij zei:
"Wollah! Ik weet dat jij meer van Ali en Fatima houdt dan van mij en mijn
vader!" - 2 of 3 keer. Dus Abu Bakr vroeg om toestemming en toen hij binnenkwam
ging hij naar haar en zei: "O dochter! Verhef niet je stem boven de stem van de
profeet."
Overlevert door Ali van Al-Hassan Ibn Shawkar van Isma'eel Ibn Ja'far van Isra'il
van Maisara Ibn Habib van Al-Minhal Ibn Amr van Aisha Bint Talha van Aisha die
zei: De overlevering is exact hetzelfde als hierboven (met een klein beetje
variatie).
Overlevert door Mohammad Ibn Bashar van Uthman Ibn Umar van Isra'eel van Maysara Ibn
Habib van Al-Menhal Ibn Amr van Aisha bint Talha van Aisha, die zei: De
overlevering is exact hetzelfde als hierboven (met een klein beetje variatie).
ِ س أَ ْه َل ا ْلبَ ْي
ت َويُطَ ِّه َر ُك ْم َ إِنَّ َما يُ ِري ُد هَّللا ُ لِيُ ْذ ِه
ِّ ب َعن ُك ُم
َ الر ْج
تَ ْط ِهي ًرا
"Allah wenst alleen onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten
(Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te maken."
Overlevert door Abu Bakr Ibn Abi Shaiba en Mohammad Ibn Abdullah Ibn Nomair
die zei: overlevert door Mohammad Ibn Bishr van Zakaria van Mos'hab Ibn Shaiba
van Safia Bint Shaiba dat Aisha zei: De profeet ging een keer naar buiten met
een gestreepte mantel. Toen kwam Hassan en hij stopte hem onder die
mantel. Daarna kwam Hussein en hij stopte hem ook daaronder. Daarna
kwamen Fatima en Ali en hij stopte hen ook onder die mantel. Vervolgens
zei de profeet: "Allah wenst alleen onreinheid van u te verwijderen, O
huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te maken."
Eerste overlevering: Overlevert door Ibn Abi Hatam van zijn vader van Soraij Ibn
Yunus Abu Al-Harith van Mohammad Ibn Yazid van Al-Awam (Ibn Aushab) van zijn
oom, die zei: "Ik en mijn vader gingen naar Aisha en vroegen haar over Ali. Zij zei: "Je
vraagt me over een man die het meest geliefd was van de profeet. Imam Ali was de
echtgenoot van de profeet's dochter en zijn dochter was de meest geliefde bij hem. Ik
zag de profeet een keer dat hij Imam Ali, Bibi Fatima, Hassan en Hussein
bijeenriep en hij bedekte hen met een mantel, en zei: "O mijn Heer, dit
zijn mijn Ahlalbait, dus houdt iedere onreinheid bij hen vandaan en
reinig hen met een grondige reiniging." Aisha zei: "Ik nam een stukje van
die mantel en zei: "O profeet, ben ik ook van jouw Ahlalbait?" De profeet
zei: "Ga weg, maar je bent wel in het goede."
Tweede overlevering: Overlevert door Ibn Jarir van Al-Muthanna van Bikr Ibn Yahya
Ibn Zabban Al-Anazi van Mendal van Al-Ahmash van Atiyya van Abi Said (Al-
Khudri), die zei dat de profeet zei: "Deze vers is geopenbaard over 5
personen; Ik, Imam Ali, Imam Hassan, Imam Hussein en Bibi Fatima.
{Allah wenst alleen onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten
(Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te maken.}"
En Fadhil Ibn Marzooq heeft ook hetzelfde overlevert van Atiyya van Abi Said van
Umm Salama. En Ibn Abi Hatam heeft overlevert via Harun Ibn Sa'd Al-Ejli van
Atiyya van Abi Said, Allah weet het beter.
Derde overlevering: Ibn Jarir zei: Overlevert door Ibn Al-Muthanna van Abu Bakr Al-
Hanafi van Bokair Ibn Mesmar die zei dat hij hoorde dat Sa'd zei: Toen de
openbaring kwam, nam de profeet Imam Ali, zijn twee zonen en Fatima,
en bedekte hen met een mantel en zei: "O Allah, dit zijn mijn Ahlalbait."
Overlevert door Yahya Ibn Adam van Ibn Abi Zahida van zijn vader van Mos'hab Ibn
Shaiba van Safia Bint Shaiba van Aisha die zei: De profeet ging een keer naar
buiten met een gestreepte mantel. Toen kwam Hassan en hij stopte hem
onder die mantel. Daarna kwam Hussein en hij stopte hem ook
daaronder. Daarna kwamen Fatima en Ali en hij stopte hen ook onder die
mantel. Vervolgens zei de profeet: "Allah wenst alleen onreinheid van u
te verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te
maken."
Overlevert door Qutaiba Ibn Said van Mohammad Ibn Sulaiman Ibn Al-Asbahani
van Yahya Ibn Obaid van Ata Ibn Abi Riyah van Umar Ibn Abi Salama; stiefzoon van
de profeet, die over deze vers {Allah wenst alleen onreinheid van u te
verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te
maken} het volgende zei: "Het is geopenbaard in het huis van Umm
Salama. Dus de profeet riep Bibi Fatima, Hassan, Hussein, en hij
wikkelde hen in een stuk kleed, terwijl Imam Ali achter hen stond. Dus de
profeet deed de kleed over hen en zei: "Allah wenst alleen onreinheid van
u te verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te
maken." Umm Salama zei: "En behoor ik ook bij hen?" De profeet zei: "Jij bent in
jouw plaats, en jij zit in het goede."
Overlevert dor Qutaiba Ibn Said en Hisham Ibn Ammar die zeiden: overlevert door
ons Hatam van Bokair Ibn Mesmar van Amr Ibn Sa'd Ibn Abi Waqqas (van zijn
vader ) die zei: Muawiya orderde Sa'd om naar hem te komen en zei: "Wat houdt jou
tegen om Abu Turab (Imam Ali) te vervloeken?" Waarop hij zei: "Het is vanwege drie
dingen die de profeet heeft gezegd over hem, waardoor ik hem niet zal vervloeken, en
als ik één van deze drie dingen zou bezitten, dan zou het meer dierbaar zijn voor mij
dan rode kamelen. Ik hoorde de profeet iets over Imam Ali zeggen, toen hij hem
achterliet tijdens Tabuk. Imam Ali zei: "O profeet, laat je me achter met vrouwen en
kinderen?" Waarop de profeet antwoordde: "Hoe vindt je het dat jij voor mij bent
zoals Harun voor Musa was, met de uitzondering dat er geen profeet na mij zal
komen?" Ik hoorde de profeet op de dag van Khaybar ook zeggen: "Ik zal deze
standaard geven aan een persoon die van Allah en Zijn boodschapper houdt, en Allah
en Zijn boodschapper houden ook van hem." We waren ongeduldig aan het wachten,
en toen zei de profeet: "Roep Ali naar mij." Hij (Ali) werd geroepen en zijn ogen
waren rood. De profeet blies in zijn ogen en overhandigde de standaard aan hem, en
Allah gaf hem (Ali) de overwinning. En toen deze vers werd geopenbaard
{Allah wenst alleen onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten
(Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te maken} riep de profeet om Imam
Ali, Bibi Fatima, Hassan en Hussein, en hij (profeet) zei: "O Allah, zij zijn
mijn familie!"
Al-Hassan en Al-Hussain waren van de besten van zijn Ahlalbait, specifiek voor hem, want
het is duidelijk in de Sahih dat de profeet zijn mantel over Imam Ali, Bibi Fatima,
Hassan en Hussein deed en vervolgens zei: {Allah wenst alleen onreinheid van u te
verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te maken.}
Overlevert door Mohammad Ibn Mos'ab van Al-Auzahi van Shaddad Abi Ammar die zei: "Ik
ging naar Wathila Ibn Al-Aqsa en er waren een paar mensen met hem, en zij spraken over
Imam Ali. Toen zij vertrokken, zei hij tegen mij: "Wil je niet dat ik je vertel over wat ik zag
van de profeet?" Ik zei: "Jawel!" Hij zei: "Ik ging naar Bibi Fatima en ik vroeg haar om Imam
Ali, en zij zei: "Hij is gegaan naar de profeet." Dus ik zat en wachtte totdat de profeet opeens
kwam met Imam Ali, Hassan en Hussein, en allen van hen hielden zijn hand vast. Hij
bracht Imam Ali en Bibi Fatima en hij liet ze tegenover hem zitten, en hij liet
Hassan en Hussein zitten op zijn schoot. Vervolgens bedekte hij hen met een
mantel en reciteerde deze vers: "Allah wenst alleen onreinheid van u te
verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te
maken. O Allah, dit zijn mijn Ahlalbait en mijn Ahlalbait verdienen het meest."
Overlevert door Abu Bakr Ahmad Ibn Salman Al-Faqeeh en Abul Abbas Mohammad Ibn
Ya'qub die beiden zeiden: overlevert door Al-Hassan Ibn Mokrem Al-Bazzar van Uthman Ibn
Umar van Abdul Rahman Ibn Abdullah Ibn Dinar van Shareek Ibn Abi Nomair van Ata Ibn
Yasser van Umm Salama die zei: "In mijn huis werd de vers over de reiniging
geopenbaard. Toen riep de profeet om Imam Ali, Fatima, Hassan en Hussein en
hij zei: "O Allah, dit is mijn Ahl (familie)."
Al-Hakim: "Deze Hadith is Sahih, onder de voorwaarden van Bukhari en Muslim, maar zij
hebben het niet overlevert."
Overlevert door Abul-Abbas Mohammad Ibn Ya'qub van Al-Rabih Ibn Sulaiman Al-Moradi
en Bahr Ibn Nasr Al-Khawlani die beiden zeiden: overlevert naar ons door Bushr Ibn Bakr en
Al-Auzahi van Abu Ammar van Wathila Ibn Al-Aqsa die zei: "Ik kwam op zoek naar Imam
Ali, maar ik vond hem niet, dus zei Fatima: "Hij is weg met de profeet." Vervolgens kwam hij
terug met de profeet en zij gingen allebei naar binnen en ik ook. De profeet riep
vervolgens om Al-Hassan (a.s) en Al-Hussein (a.s) en hij liet ze beiden op zijn
schoot zitten. Daarna bracht hij Fatima uit haar kamer en bracht haar
echtgenoot (Ali) en hij omwikkelde hen met een mantel, en hij zei: " Allah
wenst alleen onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait),
en om u schoon en zuiver te maken. O Allah, dit zijn mijn Ahlalbait en mijn
Ahlalbait verdienen het meest."
Al-Hakim: "Deze Hadith is Sahih, volgens de criteria van Bukhari en Muslim, maar
zij hebben het niet overlevert."
Overlevert door Abul-Abbas Mohammad ibn Ya'qub van Al-Rabih Ibn Sulaiman Al-
Moradi en Bahr Ibn Nasr Al-Khawlani die zeiden: overlevert door Boshr Ibn Ahmad
Al-Mahbubi in Marw van Said Ibn Mas'ud van Ubaidullah Ibn Musa van Zakaria Ibn
Abi Zahida van Mos'ab Ibn Shaiba van Safia Bint Shaiba die zei dat het aan haar is
overlevert door Aisha, die zei: "De profeet ging een keer naar buiten met een
gestreepte mantel. Toen kwam Hassan en hij stopte hem onder die
mantel. Daarna kwam Hussein en hij stopte hem ook daaronder. Daarna
kwamen Fatima en Ali en hij stopte hen ook onder die mantel. Vervolgens
zei de profeet: "Allah wenst alleen onreinheid van u te verwijderen, O
huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te maken."
Overlevert door Mahmood Ibn Ghailan van Abu Ahmad Al-Zobairi van Sufyan van
Zobaid van Shahr Ibn Hawshab van Umm Salamah die zei: "De profeet
bedekte Hassan, Hussein, Fatima en Imam Ali met zijn mantel, en zei: "O
Allah, dit zijn mijn Ahlalbait en mijn verkozenen! Houdt alle soorten
onreinheden bij hen vandaan en reinig hen met een grondige reiniging."
Umm Salama (s.a) zei: "Ik vroeg de profeet: 'O profeet, behoor ik ook tot
hen?' Hij antwoordde: "Jij bent in het goede (maar behoort niet tot hen)."
Al-Albaani: "Sahih!"
Overlevert door Abdullah Ibn Nomair van Abdulmalik Ibn Abi Sulaiman van Ata Ibn
Abi Ribah van degenen die hoorden van Umm Salama dat de profeet in haar huis zat,
en dat Fatima met een pot eten kwam dat zij had bereid. Ze kwam ermee bij de
profeet en hij vertelde haar: "Roep jouw echtgenoot en jouw twee zonen." Umm
Salama (sa) zei: "Toen kwamen Ali, Hassan en Hussein en zij zaten en aten van het
voedsel. De profeet zat in zijn pyjama, bedekt met de mantel van Khaybar, en ik was
aan het bidden in de andere kamer. Toen openbaarde Allah deze vers {Allah
wenst alleen onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait),
en om u schoon en zuiver te maken.}
Toen wikkelde de profeet hen met zijn mantel, hij bracht zijn hand naar
de lucht en zei: "O Allah, dit zijn mijn Ahlalbait, en mijn verkozenen.
Houdt alle onreinheden bij hen vandaan en reinig hen met een grondige
reiniging." Umm Salama (sa) zei: "Toen kwam ik binnen in de kamer, en ik vroeg:
'O profeet, behoor ik ook bij jou?" Hij antwoordde: "Jij zal goed eindigen, jij zal goed
eindigen."
Abdulmalik zei: Overlevert aan mij door Abu Laila van Umm Salama; een andere
overlevering zoals die van Ata. Abdulmalik zei ook: Overlevert aan mij door Dawud
Ibn Abi Auf Abi Al-Jihaf van Hawshab van Umm Salama zoals deze in een andere
overlevering.
Overlevert door Abi Jamilah: Toen Ali vermoord werd, volgde Hassan hem op. Hij was
maandenlang ziek en gaf vervolgens een preek: "O mensen van Irak, vrees Allah
voor ons, want wij zijn jullie leiders en jullie gasten, en wij zijn de Ahlalbait over
wie Allah zei: {Allah wenst alleen onreinheid van u te verwijderen, O
huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te maken} ." Zijn speech
raakte de mensen zo erg dat je niemand kon zien die niet aan het huilen was.
Overlevert door Aswad Ibn Amr van Hemad Ibn Salama van Ali Ibn Zaid van Anas
Ibn Malik die zei: "Zes maanden lang stond de profeet altijd bij de deur van Bibi
Fatima wanneer hij kwam voor het ochtendgebed, en hij zei: "Allah wenst alleen
onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en zuiver
te maken."
Note: De keten is aannemelijk, deze Hadith is ook overlevert door Al-Tirmidhi en zei:
Het is aannemelijk en zeldzaam Hadith. Al-Hakim heeft deze Hadith ge-
authenticeerd en Al-Dhahabi bevestigde het.
Al-Hakim:
Overlevert door Abu Bakr Mohammad Ibn Abdullah Al-Hafid van Al-Hussein Ibn Al-
Fazl Al-Bajali van Affan Ibn Muslim van Hemad Ibn Salama van Hamid en Ali Ibn
Zaid van Anas Ibn Malik die zei: "Zes maanden lang stond de profeet altijd bij de deur
van Bibi Fatima wanneer hij kwam voor het ochtendgebed, en hij zei: "Allah wenst
alleen onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en
zuiver te maken."
Al-Hakim: "Deze Hadith is Sahih, volgens de criteria van Bukhari en Muslim, maar zij
(i.e. Bukhari en Muslim) hebben het niet overlevert."
Note: Al-Dhahabi zwijgt over deze Hadith in zijn 'Al-Talkhees.'
Abul-Hamra, hij is een metgezel, overleverde van Abu Hasim van Hebad Abi Yahya
van Abu Dawud van Abil-Hamra: Ik vergezelde de profeet zes maanden lang, en
iedere ochtend ging hij naar het het huis van Ali en Fatima, en zei: "Vrede zij met
jullie, O Ahlalbait. Allah wenst alleen onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten
(Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te maken."
Overlevert door Ibn Abi Shaiba, Ahmad, Al-Tirmidhi en zeiden dat het aannemelijk
is, en Ibn Jarir, Ibn Mundhir, Al-Tabarani, Al-Hakim heeft het ge-authenticeerd, en
Ibn Mardawaih overlevert van Anas Ibn Malik die zei: "Zes maanden lang stond
de profeet altijd bij de deur van Bibi Fatima wanneer hij kwam voor het
ochtendgebed, en hij zei: "Allah wenst alleen onreinheid van u te
verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te
maken."
Overlevert door Ibn Mardawaih van Abi Said Al-Khudri die zei: "De profeet kwam 40
ochtenden naar de deur van Fatima en zei: "Asalaamu Alaikum O Ahlalbayt wa
Rahmatullahi wa Barakatuh, moge Allah zijn genade over jullie zenden. Allah wenst
alleen onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en
zuiver te maken. Ik ben in oorlog met degenen die in oorlog zijn met jullie,
en ik ben in vrede met degenen die in vrede zijn met jullie."
Overlevert door Ibn Jarir en Ibn Mardawaih van Abi Al-Hamra die zei: "Ik herinner
de 8 maanden in Medina, dat de profeet iedere ochtend uit zijn huis kwam voor het
ochtendgebed, en geen één keer heeft hij overgeslagen om naar de deur van Ali's huis
te gaan. Hij plaatste dan zijn hand op de deur en zei: "Gebed, gebed! Allah wenst
alleen onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en
zuiver te maken."
Overlevert van Ibn Mardawaih van Ibn Abbas die zei: "We zagen de profeet 9
maanden lang dat hij iedere dag vóór het ochtendgebed naar de deur van Ali Ibn Abi
Talib kwam, en zei: "Asalaamu Alaikum wa Rahmatullahi wa Barakatuh O Ahlalbait.
Allah wenst alleen onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om
u schoon en zuiver te maken. Gebed! Moge Allah zijn genade over jullie zenden."
Iedere dag, 5 keer!
Overlevert door Al-Tabarani van Abi Al-Hamra die zei: "Zes maanden lang zag ik de
profeet naar de deur van Ali en Fatima komen, en reciteerde: "Allah wenst alleen
onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten (Ahlalbait), en om u schoon en zuiver
te maken."
Al-Hakim zei: Overlevert door Abu Bakr Mohammad Ibn Abdullah Al-Hafid van Al-
Hussain Ibn Al-Fazl Al-Bajali van Affan Ibn Muslim van Hemad Ibn Salama van
Hamid en Ali Ibn Zaid van Anas Ibn Malik die zei: "Zes maanden lang stond de
profeet altijd bij de deur van Bibi Fatima wanneer hij kwam voor het ochtendgebed,
en hij zei: "Allah wenst alleen onreinheid van u te verwijderen, O huisgenoten
(Ahlalbait), en om u schoon en zuiver te maken."
Note: "Deze Hadith is Sahih onder voorwaarden van Muslim, maar zij (i.e. Bukhari
and Muslim) hebben het niet overlevert. Al-Dhahabi bevestigde het."
Overlevert door Al-Tabari via een aannemelijke keten van Qutada die zei: "Zij zijn
de Ahlalbait, die Allah heeft gereinigd van Kwaad, en Hij schonk Zijn
genade exclusief aan hen."
Bron: Tafsir Al-Sahih Al-Masboor Min Al-Tafsir Bil-Ma'thur, Vol. 4, Blz.
126
De vijand van Fatima is vervloekt,
een hypocriet, en helgebonden
Heilige Koran 3:61 - De vers van Mubahila
ساء ُك ْم َوأَنفُ َ
سنَا ساءنَا َونِ َ ع أَ ْبنَاءنَا َوأَ ْبنَاء ُك ْ?م َونِ َ فَقُ ْل تَ َعالَ ْو ْا نَ ْد ُ
وأَنفُ َ
س ُك ْ?م ثُ َّم نَ ْبتَ ِه ْل فَنَ ْج َعل لَّ ْعنَةَ هّللا ِ َعلَى ا ْل َكا ِذبِ َ
ين
Zeg (tegen hen); "Kom, laten wij onze zonen en uw zonen, onze vrouwen
en uw vrouwen, onszelf en julliezelven roepen, laten we daarna vurig
bidden en de vloek van Allah roepen over degenen die liegen."
Overlevert door Qutaiba Ibn Said en Mohammad Ibn Hebad (met dezelfde
bewoording) die zei: overlevert door Hatam Ibn Isma'il van Bokair Ibn Mesmar van
Amr Ibn Sa'd Ibn Abi Waqas die op de autoriteit van zijn vader overleverde dat
Muawiya ibn Abi Sufyan aan Sa'd vroeg: "Wat houdt jou tegen om Abu Turab (Imam
Ali) te vervloeken? Waarop hij zei: "Het is vanwege drie dingen die de profeet heeft
gezegd over hem, waardoor ik hem niet zal vervloeken, en als ik één van deze drie
dingen zou bezitten, dan zou het meer dierbaar zijn voor mij dan rode kamelen. Ik
hoorde de profeet iets over Imam Ali zeggen, toen hij hem achterliet tijdens Tabuk.
Imam Ali zei: "O profeet, laat je me achter met vrouwen en kinderen?" Waarop de
profeet antwoordde: "Hoe vindt je het dat jij voor mij bent zoals Harun voor Musa
was, met de exceptie dat er geen profeet na mij zal komen?" Ik hoorde de profeet op
de dag van Khaybar ook zeggen: "Ik zal deze standaard geven aan een persoon die van
Allah en Zijn boodschapper houdt, en Allah en Zijn boodschapper houden ook van
hem." We waren ongeduldig aan het wachten, en toen zei de profeet: "Roep Ali naar
mij." Hij (Ali) werd geroepen en zijn ogen waren rood. De profeet blies in zijn ogen
en overhandigde de standaard aan hem, en Allah gaf hem (Ali) de overwinning. En
toen deze vers werd geopenbaard {kom, laten wij onze zonen en uw
zonen roepen} riep de profeet om Imam Ali, Bibi Fatima, Hassan en
Hussein, en hij (profeet) zei: O Allah, zij zijn mijn familie!"
Overlevert door Qutaiba Ibn Said: overlevert door Hatam Ibn Isma'il van Bokair Ibn
Mesmar van Amr Ibn Sa'd van zijn vader (Sa'd) die zei: "Ik hoorde de profeet iets over
Imam Ali zeggen, toen hij hem achterliet tijdens Tabuk. Imam Ali zei: "O profeet, laat
je me achter met vrouwen en kinderen?" Waarop de profeet antwoordde: "Hoe vindt
je het dat jij voor mij bent zoals Harun voor Musa was, met de exceptie dat er geen
profeet na mij zal komen?" Ik hoorde de profeet op de dag van Khaybar ook zeggen:
"Ik zal deze standaard geven aan een persoon die van Allah en Zijn boodschapper
houdt, en Allah en Zijn boodschapper houden ook van hem." We waren ongeduldig
aan het wachten, en toen zei de profeet: "Roep Ali naar mij." Hij (Ali) werd geroepen
en zijn ogen waren rood. De profeet blies in zijn ogen en overhandigde de standaard
aan hem, en Allah gaf hem (Ali) de overwinning. En toen deze vers werd
geopenbaard {kom, laten wij onze zonen en uw zonen roepen} riep de
profeet om Imam Ali, Bibi Fatima, Hassan en Hussein, en hij (profeet)
zei: O Allah, zij zijn mijn familie!"
Overlevert door Qutaiba: overlevert door Hatam Ibn Isma'il van Bokair Ibn Mesmar
van Amr Ibn Sa'd Ibn Abi Waqqas van zijn vader (Sa'd) die zei: "Toen deze vers
werd geopenbaard {kom, laten wij onze zonen en uw zonen, onze
vrouwen en uw vrouwen roepen} riep de profeet om Imam Ali, Bibi
Fatima, Hassan en Hussein, en hij (profeet) zei: O Allah, zij zijn mijn
familie!"
Note: Al-Albaani zegt: "De keten is Sahih!" Abu Isa (Al-Tirmidhi) zegt: "Deze
overlevering is Hassan Gharib"
Overlevert door Ali Ibn Abdul Rahman Ibn Isa Al-Dehqan in Kufa van Al-Hussain
Ibn Al-Hakam Al-Hebri van Al-Hassan Ibn Al-Hussain Al-Ghurni van Hibban Ibn Ali
Al-Anazi van Al-Kalbi van Abi Salih van Ibn Abbas over de uitspraak van de
Almachtige: "Zeg (tegen hen); "Kom, laten wij onze zonen en uw zonen, onze
vrouwen en uw vrouwen, onszelf en julliezelven roepen... Het is geopenbaard
over de profeet, en Imam Ali als zijn ziel (onszelf), en onze vrouwen en
jullie vrouwen over Bibi Fatima, en onze zonen en jullie zonen over
Hassan en Hussein. En de innige roep om een vloek gaat over Al-Aqib en
Al-Seyd en Abdulmasih en hun kameraden."
Note: Al-Hakim zegt: "De overleveringen zijn er veel via Abdullah Ibn Abbas en de
anderen in de boeken van Tafsir, dat de profeet de hand van Ali, Hassan, Hussein en
Bibi Fatima pakte, en zei: "Dit zijn onze zonen, onszelven en onze vrouwen. Breng
julliezelven, jullie zonen en jullie vrouwen, en dan zullen we innig bidden voor een
vloek op de leugenaars."
De reden dat deze vers van 'Mubahila' werd geopenbaard, en ook wat ervóór vanaf
het begin van die Surah werd geopenbaard, was vanwege de christelijke delegatie van
Najran. Toen de christenen kwamen, begonnen zij te discussiëren en te claimen dat
Isa Goddelijk is en dat hij de zoon van God is. Allah openbaarde deze vers om hen te
weerleggen, zoals Imam Mohammad Ibn Ishaq Ibn Yasser en anderen ook hebben
gezegd.
En Abu Bakr Ibn Mardawaih zei: overlevert door Sulaiman Ibn Ahmad van Ahmad
Ibn Dawud Al-Makki van Boshr Ibn Mehran van Mohammad Ibn Dinar van Dawud
Ibn Abi Hind van Al-Shu'bi van Jabir Ibn Abdullah Al-Ansari die zei: "Al-Aqib en Al-
Tayyib kwamen naar de profeet (saw). (Vervolgens ná een lange discussie) nodigde de
profeet hen uit om de volgende morgen de vloek over elkaar te bidden. De profeet
pakte de hand van Imam Ali, Bibi Fatima, Hassan en Hussein en hij riep toen de
christenen om te komen. Maar de christenen weigerden. Jaber zei dat de profeet
vervolgens zei: "Ik zweer bij Degene die mij met de Waarheid heeft
gestuurd; als zij (de christenen) voor de vloek hadden gebeden, dan zou
de vallei vuur op hen regenen." Jaber zei: "Deze vers is over hen geopenbaard:
'Kom, laten wij onze zonen en uw zonen, onze vrouwen en uw vrouwen, onszelf en
julliezelven roepen." Jaber zei: "Onszelf en julliezelf zijn de profeet en Imam
Ali, onze zonen en jullie zonen zijn Hassan en Hussein, onze vrouwen en
jullie vrouwen is Bibi Fatima."
Note: "Zoiets is overlevert door Al-Hakim in zijn Al-Mustadrak via Ali Ibn Isa van
Ahmad Ibn Mohammad Al-Zuhri van Ali Ibn Hujr van Ali Ibn Mos'har van Dawud
Ibn Abi Hind van hem (Jabir). En dan zegt hij: 'Het is authentiek volgens de
criteria van Muslim, en zij hebben het niet overlevert.' Het is ook op deze manier
overlevert door Abu Dawud at-Tayalesi van Shu'ba van Al-Mughira van Al-Shu'bi
Mursal, en het is het meest correcte, en het is ook zo overlevert door Ibn Abbas en Al-
Bara."
Overlevert door Ja'far Ibn Nasir Al-Khuldi in Baghdad van Musa Ibn Aarun van
Qutaiba Ibn Said: overlevert door Hatam Ibn Isma'il van Bokair Ibn Mesmar van Amr
Ibn Sa'd Ibn Abi Waqqas van zijn vader (Sa'd) die zei: "Toen deze vers werd
geopenbaard {kom, laten wij onszelf en julliezelf, onze zonen en uw
zonen, onze vrouwen en uw vrouwen roepen} riep de profeet om Imam
Ali, Bibi Fatima, Hassan en Hussein, en hij (profeet) zei: O Allah, dit is
mijn familie!"
Note: Al-Hakim zegt: "Deze Hadith is Sahih volgens de criteria van de twee
Sheikhs (i.e. Bukhari and Muslim), en zij hebben het niet overlevert."
Het is overlevert dat toen zij (de christenen) werden uitgenodigd om voor de vloek te
bidden, zeiden ze: "We willen teruggaan en nadenken." Toen zij gingen, kwamen zij
bijeen en zij vroegen Al-Aqib, die hun meest kennisrijke was: "O Abdulmasih, wat
vindt jij?" Hij antwoordde: "Wollah! Jullie weten, O christenen dat Mohammad een
profeet en een boodschapper is. Hij heeft alles verklaard over jullie Meester (Jezus).
Wollah, geen enkel volk heeft ooit om een vloek geroepen op een profeet, want hun
ouderen zullen niet leven en hun jongeren zullen niet overleven. Als jullie de vloek
niet roepen en deze religie niet accepteren, laat deze man dan met rust en ga terug
naar jullie eigen land." Zij kwamen naar de profeet terwijl hij Hussein vasthield, en de
handen van Hassan en Fatima vasthield, terwijl Ali achter Fatima liep, en zij kwamen
bij de afgesproken plaats waar zij de Mubahila zouden verrichten. De profeet vertelde
zijn (Ahlalbait): "Wanneer ik bid, zeggen jullie Ameen!" De bisschop van Najran zei
tegen zijn mensen: "O christenen, ik zie gezichten dat als zij Allah zullen vragen om
een berg over jullie te gooien, dan zal Hij het doen voor hen. Dus bid niet om een
vloek, waardoor jullie zullen vergaan en geen christen zal nog overblijven tot de Dag
des Oordeels." Dus zeiden zij: "O Abu Al-Qasim (profeet Mohammad), we hebben
besloten om niet te bidden voor de vloek. We getuigen van jouw geloof, maar we
blijven op ons geloof." De profeet zei: "Als jullie niet voor de vloek willen bidden, dan
moeten jullie Islam omarmen, zodat alles wat van de moslims is, voor jullie zal zijn,
en wat van jullie is, van de moslims zal zijn." Zij weigerden. Hij zei: "Dan zullen we
tegen jullie vechten!" Zij zeiden: "We kunnen een gevecht tegen Arabieren niet aan,
maar we willen wel een vredesverdrag, zodat jullie ons niet aanvallen en ons niet
dwingen om ons geloof te verlaten. In ruil daarvoor zullen wij jullie ieder jaar betalen
met 2000 kledingstukken en 30.000 metalen harnassen." De profeet accepteerde
hun vredesverdrag en zei: "Ik zweer bij Degene die mijn ziel bezit; als zij
voor de vloek hadden gebeden, dan zouden zij zijn verandert in varkens
en apen, en de bergen van de vallei zouden vuur op hen regenen, en Allah
zou de mensen van Najran vernederen. En de situatie van alle christenen
zou niet zijn veranderd naar hoe het voorheen was, totdat ze allemaal
vergaan zijn."
صلُّوا َ ون َعلَى النَّبِ ِّي يَا أَيُّ َها الَّ ِذ
َ ين آ َمنُوا َ ُّصل
َ ُإِنَّ هَّللا َ َو َماَل ئِ َكتَهُ ي
ْ َسلِّ ُموا ت
سلِي ًما َ َعلَ ْي ِه َو
"Allah en Zijn engelen zenden zegeningen over de profeet. O, gij die
gelooft, zendt zegeningen over hem en wenst hem vrede met alle eerbied
toe."
Al-Bukhari:
Overlevert door Adam van Shu'ba van Al-Hakam die zei: Ik hoorde Abdul Rahman
Ibn Abi Laila zeggen: Ka'b Ibn Ujra ontmoette mij en zei: "Zal ik jou een cadeau
geven? Een keer kwam de profeet naar ons en wij zeiden: "O profeet! We weten hoe
we u moeten begroeten, maar hoe moeten wij (Allah) vragen om u te zegenen?" Hij
(profeet) zei: "Zeg; O Allah, zend Uw genade op Mohammad en de Familie
van Mohammad, zoals U genade op Ibraheem en op de Familie van
Ibraheem zend, voorwaar U bent de meest Prijzenswaardige, de meest
Glorieuze."
Overlevert door Abdullah Ibn Yusuf van Al-Laith van Ibn Al-Haad van Abdullah Ibn
Khabbab van Abi Said Al-Khudri die zei: We zeiden: "O profeet! We weten hoe we u
moeten begroeten, maar hoe moeten wij (Allah) vragen om u te zegenen?" Hij zei:
"Zeg; O Allah, zend Uw genade op Mohammad en de Familie van
Mohammad, zoals U genade op Ibraheem en op de Familie van Ibraheem
zend, voorwaar U bent de meest Prijzenswaardige, de meest Glorieuze."
Overlevert door Yahya Ibn Yahya Al-Tamimi overlevert door Malik van Nu'aim Ibn Abdullah
Al-Mujmar van Mohammad Ibn Abdullah Ibn Zaid Al-Ansari {en Abdullah Ibn Zaid - hij die
de Adhaan in zijn droom kreeg te zien} overlevert van Abi Mas'ud Al-Ansari die zei: "We
zaten in gezelschap van Sa'd Ibn Ubada toen de profeet naar ons kwam. Bashir Ibn Sa'd zei:
"Allah heeft ons bevolen om u te zegenen, O Boodschapper van Allah! Maar hoe moeten wij u
zegenen?" Hij (de overlever) zei: "De profeet bleef stil (en wij waren zo bezorgd vanwege zijn
stilte) dat we wensten dat we hem niets hadden gevraagd. De profeet zei toen: (Om mij
te zegenen) zeg: "O Allah, zegen Mohammad en de leden van zijn huishouden,
zoals u de leden van Ibraheem's huishouden heeft gezegend. Schenk aan
Mohammad en aan de leden van zijn huishouden, zoals U schonk aan de leden
van Ibraheem's huishouden. U bent werkelijk Prijzenswaardig en Glorieus."
Overlevert door Ka'b Ibn Ujra: We zeiden, of iemand zei: "We zijn bevolen om u te
zegenen en om u te begroeten. We weten hoe we u moeten begroeten, maar hoe
vragen we Allah om u te zegenen? Hij zei: "Zeg; 'O Allah, zend Uw genade op
Mohammad en de Familie van Mohammad, zoals U genade op Ibraheem
en op de Familie van Ibraheem zend, voorwaar U bent de meest
Prijzenswaardige, de meest Glorieuze. O Allah, zend Uw zegeningen op
Mohammad en de Familie van Mohammad, zoals U zegeningen op
Ibraheem en op de Familie van Ibraheem zend, voorwaar U bent de
meest Prijzenswaardige, de meest Glorieuze."
Overlevert door Ali Ibn Abi Talib die zei: "Iedere Dua zal worden geaccepteerd als je
Salawaat zend naar Mohammad en de Familie van Mohammad."
"Het is in een Hadeeth gezegd dat het zenden van Salawaat vóór Dua, de oorzaak zal
vormen dat de Dua geaccepteerd zal worden, en Imam Ali zei: 'Iedere Dua zal
worden geaccepteerd als je Salawaat zend naar Mohammad en de Familie van
Mohammad.'