Telefoneren: op het werk (FORMEEL)

A: Goeiemorgen, u spreekt met … van de dienst personeelszaken. Kan ik u helpen?

B: Ik bel voor An de Jong, is zij aanwezig?

A: Ik zal kijken of ze aanwezig is.

Het spijt me, maar An de Jong is momenteel niet aanwezig. Ze heeft pauze. Kunt u over 10
minuten terugbellen?

B: Ja geen probleem. Ik bel over 10 minuten terug.

A: Wat is uw naam alstublieft? B: Mijn naam is …..

A: Oké, ik heb uw naam genoteerd. Tot ziens!

B: Bedankt. Tot ziens!

…………………..
A: Goeiedag met An de Jong. Hoe kan ik u van dienst zijn?

B: Goeiedag mevrouw de Jong, u spreekt met … . Ik bel u om te laten weten dat ik vandaag
niet kom werken. Ik heb buikgriep.

A: Geen probleem, ik geef het door. Bedankt om ons te verwittigen en veel beterschap!

B: Bedankt!

A: Tot ziens!

Telefoneren: een afspraak maken met een vriend (INFORMEEL)

A: Hallo, met …
B: Hallo/Dag … met … Hoe gaat het?
A: Goed! En met jou?
B: Met mij ook! Heb je zin om zaterdagavond af te spreken?
A: Ja graag. Ik kijk in mijn agenda.
Zaterdagavond heb ik geen tijd, maar ’s middags wel. Ben je dan vrij?
B: Ah nee, zaterdagmiddag kan ik niet, dan ga ik sporten.
A: Geen probleem! Ben je volgende week zaterdag nog vrij?
B: Volgende week kan ik! Spreken we af om 18u in Sint-Niklaas?
A: Dat is goed. Tot dan!
Taalchecklist (FORMEEL)
Jezelf voorstellen
- Goedemorgen/-middag/-avond, u spreekt met _____ (naam) van ______ (firma)
- Hallo, u spreekt met____ (naam)
- Hallo, mijn naam is ______ ik werk bij ______ op de afdeling (personeelszaken/financiën/productie)

Vragen hoe je iemand kan helpen

- Kan ik u helpen?
- Waarmee kan ik u helpen?
- Hoe kan ik u van dienst zijn?
- Wat kan ik voor u doen?

Vragen naar iemand

- Ik bel voor _______ is hij/zij aanwezig?
- Ik ben op zoek naar________ is hij/zij er?
- Is meneer/mevrouw________ er vandaag?
- Kunt u mij doorverbinden met_______?

Zeggen dat u een afspraak wilt maken

- Ik wil graag een afspraak maken met_____

Zeggen dat je iemand gaat doorverbinden

- Een momentje, ik verbind u door.

Zeggen dat u iets zult doorgeven

- Ik zal doorgeven dat u gebeld heeft.
- Ik zal zeggen dat u gebeld heeft.

Zeggen dat iemand niet aan de telefoon kan komen

- Het spijt me/sorry maar _____ is momenteel niet aanwezig
- ze heeft pauze / ze zit in een vergadering /ze werkt niet vandaag
- Het spijt me/ sorry maar ______ neemt haar telefoon niet op.
- Helaas _____ (dag) is haar/zijn vrije dag.

Vragen of iemand wil wachten

- Een momentje alstublieft.
- Heeft u een ogenblikje?

Vragen of iemand kan worden teruggebeld

- Ik zal vragen of hij/zij u terugbelt.
- Kan ik u later terugbellen?

Vragen of iemand wil terugbellen

- Kunt u over ________ (tijd) terugbellen?
- Kunt u om ______ (tijd) terugbellen?

Zeggen dat u later terugbelt

- Ik bel over ___ (tijd) terug.
- Over ____ (tijd) bel ik terug
Taalchecklist (INFORMEEL)
Je neemt de telefoon op
- Hallo, met (naam)
- Goedemiddag/Goedemorgen/Goedenavond/Goeiedag, met …

Vragen hoe het gaat Antwoorden Als het niet goed gaat

- Hoe gaat het? Goed, en met jou? Niet zo goed, en met jou?
- Hoe gaat het met jou? Goed, en met jou? Het gaat wel, en met jou?

- Alles goed? Ja hoor, met jou? Niet echt, en met jou?

Je wilt een afspraak maken

- Wanneer ben je vrij?
- Ben je op __(dag/datum) (nog) vrij?
- Heb je op__(dag/datum) (nog) tijd?
- Heb je zin om ___ (dag/datum) te ___ (activiteit)
- Heb je zin om ___(dag/datum) af te spreken?

Negatief antwoord Antwoord

- Sorry, op ____ (dag/datum) ga ik ___ (activiteit) Geen probleem!

- Sorry, ik heb dan geen tijd. Dat snap ik.

- Eigenlijk niet, ______ (reden) Jammer.
- Op ____(datum/dag) kan ik niet.

Positief antwoord
- Ja, daar heb ik zin in!
- Ja, dan ben ik vrij!
- Ik kom graag mee.

Het gesprek afsluiten

- Dat is dan geregeld. Tot dan!
- Oké tot dan!
- Tot ziens!
- Tot _________ (tijd van afspraak)
Huis zoeken (woonbureau)

A: Goedemiddag, ik kom even informeren of u een appartement/huis met … slaapkamers te

huur hebt.

B: We zullen eens kijken. In welke gemeente/regio wilt u het liefst wonen?

A: Ik zou graag in Beveren/Sint-Niklaas/Antwerpen/… wonen.

B: Welke huurprijs mag het zijn?

A: Tussen de €500 en €750.

B: Oké, ik heb hier een appartement/huis met … slaapkamers in Sint-Niklaas. Wat is uw

inkomen?

A: Ik ben nog maar enkele maanden in België. Aanvaardt de huisbaas waarborg en huur van
het OCMW totdat ik werk gevonden heb?

B: Ja, dat kan ik bespreken.

A: Oké bedankt, is er een bezichtigingsmoment?

B: Ja, maandagavond tussen 16u en 19u kan u het appartement/huis gaan bekijken.

A: Oké, kunt u mij het adres bezorgen? Ik zal zeker aanwezig zijn.

B: Ik schrijf het adres even op.

A: Oké, bedankt!

B: Geen probleem, u hoort nog van mij.