Professional Documents
Culture Documents
Aesthetiek en Oorsprong Der Hindoe-Kunst Op Java
Aesthetiek en Oorsprong Der Hindoe-Kunst Op Java
C. P. WÖLFF SCHOEMAKER
AESTHETIEK EN OORSPRONG
DOOR
C. P. WOLFF SCHOEMAKER
1924
VOORWOORD
met een
grootere waardeering van Java’s bewoners.
ieder, die op
het gebied van Javaansche kultnurkennis
liefde sociale
en
drang naar
gelijkstelling, verlangen de
onderzoekers met
van
deOud-Javaanschekultuurresten
ding van alle heterogene rassen ten Oosten van Europa door
over één kam scheren van die zoo geheel verschillend geaarde
te kunnen innemen.
standpunt Oevoels-subjectivismeen
berustende
geestes uitingen ‘van dit volk waaronder
wel is waar
enkelingen van gemengden bloede in be-
Bewondering voor
ziellooze, handwerkmatige voort-
bewoners in onzen
archipel, als bijvoorbeeld Bataks,
doe-monumenten op Java.
in Voor-Indië.
hunne de afhankelijkheid
vormen, ontwikkeling, van
doen voorkomen op
de bewering „de Javaan presteert
niet te
verdedigen, maar is alleen uit verschillende, el-
maar
complementair van aard, beschouw ik als essentieel.
en
sympathieke gemoedseigenschappen, maar acht het
aan, dat de ik
neem
lezer, waarvoor
geschreven heb, met
WOLFF SCHOEMAKER
AESTHETIEK EN OORSPRONG
heven kunstuiting?
kunstvoortbrengselen op Java.
1
der Godheden,
beeldhouwkunst, de verschijningsvormen
toont Dr.
geweest zijn, kan worden toegeschreven”,
voorschriften in de
kunstwerken en eenige
Javaansche
Deze Manasara
is een bijzonder gezaghebbende Cüpa-
beschikt, dat
heidkundige Dienst getuigen er van, op
Kawi
Eerst in later tijd ontstaat het Oud-Javaansche
heeft
letterschrift, waaruit zich het modern-Javaansch
ontwikkeld ')•
wordt vertoonen
tijd door het Javaansche vervangen,
Kunst”
1) Zie Dr. Krom, „Inleiding Hindoe-Javaansche
2
doorgaan, zoodat het denkbeeld, dat Javanen in den
bij de Javanen, in de de
vroegere Javanen scheppers
te mogen zien van de, Hindoe-Javaansche kunst-
3
vens, en te dikwijls veronderstellingen als feiten gegeven.
is conclusies, die in
De hypothese gebaseerd op
hoofdzaak op
het volgende neerkomen:
Hindoe-werk-
1. Een vestiging van een groote kolonie
schreven.
gastra’s.
4
meerderen rijkdom der Bnddhistische beeldvoorstel-
Java.
toegeschreven ?
5. Aan de dat de
omstandigheid, hedendaagsche
en geen
„ spoor van genialiteit of maar het geringste
mag
in dit verband geen gewicht worden gehecht.
volkomen onbeteekenendheid
terug zooals de wereld-
leggen.
5
Ad. 1 Vestiging van een gtoote kolonie Hindoe-werklie-
te waarschijnlijker uit te
geven en naar een
hypothese
6
van de spreektaal, mijn niet
naar
leekenoordeel, zoo
werkt.
ausgetilgt werden”.
7
in tegenstelling met de typische prognathie en
stand,
en de
type
meer
dominer d
GELATSPROFIN.
en
bloedsmngi Hindoe-vlkspantig
profiel
Java het
op
het waarbij
vrouwen. geven
Kauksiche vroeg re
JAV NSCHE overganspofiel,
eene
profiel n
Links mondpartij.
op
van
wijst
volgen
Rechts
meest voruitgebowd Daarop verlopt.
De
8
Baraboedoer ontdekte steeninscripties voor inheemsche
weergegeven.
den steen geteekend werd, zal zeker wel toevertrouwd zijn geweest
9
Hindoe kuituur op Java grootendeels over zich heen
en
gebruiksvoorwerpen in de reiief-voorstellingen kan
zen
grimmigen vreemdeling was.
10
De Javaan werkend
zou, naar teekeningen of naar
de eigen aanschouwde
natuurwerkelijkheid, figuren en
Als wij de in
ons afvragen, waarvan de reliefs af-
gejavaniseerde Hindoe’s,
gebieden.
11
gepaste vormen en manieren van ornamentbehandeling
te hebben ingevoerd.
steld wordt.
de hem menschen
van
omringende zeer vertrouwd was,
geen bewijs zou zien, als niet tevens de wijze van uit-
12
Deze Indiërs javaniseerden i),
langzamerhand niet
Wat is
voor gezegd over taalverwantschap is ook bedoeld
1) door en idiovariatie.
para-
13
Typen uit de Barabudur Reliefs
14
Ad. 2 Tot dusver is in Indië geen bouwwerk aangewe-
15
Dr. Bosch een krachtig argument om de aanname te
zoo is zijne
overweging
„Men mag voorop stellen, dat de
Hindoe-kunstenaars,
die
volgens de hypothese de
leiding bij den bouw der
op Java overnieuw
begonnen zijn en hier een gloed-
nieuwen stijl hebben uitgedacht”.
en kunst”.
Niet de
vormnabootsing, maar de wijze van
uitvoering,
16
de lijnbuiging, het modelé, geven
het stijlkriterium voor
beeldwerken.
De in deze factoren te
verwantschap onderkennen, daar
nament zóó
gebeiteld, uiteenloopend van
karakter, dat
van de bedehuizen?
17
hun ras. De vitaliteit van de hartstochtelijk denkende
en
geestelijk vooruitstrevende rassen uit zich in vor-
geëvenaard.
uitnemend
kunstgehalte als die, welke ontstonden
18
opgevoerd machtsbewustzijn, in het middelpunt waar-
onaannemelijk!
brachten.
J
van elders meegebrachte architectuur” ). Dit is dan
19
gevoel voor maat en
toon, dat alles moest zich
wijzigen
in een
architectuur, zoo geheel vrij van statische wetten
en modulaire
verhoudingen, een kunst van zoo groote
vormenweelde en de
zoo
innig met natuur ver-
bonden.
lui correspond”.
ras, het
voorvaderlijk kunstbewustzijn eeuwenlang het
Welke
gevolgtrekkingen men ook moge maken op
20
beeldhouwers kunnen geweest zijn der Midden-Java re-
liëfs.
pingsvermogen, technische De
wat een vaardigheid!
Javaan zou
op
kunsthistorisch gebied de meest merk-
manier.
kenmerkend blijven.
Men zich
geve rekenschap van buiging, diepte en
kennen.
21
plans. Vergelijk het stuk met snijwerk uit Java of Bali.
Het oude werk uit Bali is wel krachtig, vol leven; rijk
van
vorm, maar hoe geheel anders is de planbehande-
en
in uitvoering al de kenmerken
dadelijk van een zóó
buiten
van
ingevoerd en
gesteund, een autochthone
worden
aangenomen.
Van zoodanige
een
zelfontwikkeling der beeldhouw-
de evolutie der
beeldhouwkunst, is ongegrond. Het
kunnen
minderwaardige maaksels zijn van eenvoudige
handwerkslieden, i)
22
Het is immers volstrekt niet uitgesloten, dat Javanen,
J
elke kunstperiode, zijn bijzondere neigingen. ).
in 2
) gebleven, kon daar-
neigingen geheel Indonesiër en
door
lijk eigen typen en eigen vormopvattingen, wordt geillustreerd
23
der Hindoe
dynastieën op Java, dat, zoo inderdaad de
en
verwording der vormen in architectuur kunnen in
beginselen.
24
Wat vindingrijkheid daarbuiten!
een
veelzijdigheid en
onomstootelijk is rasverschil.
Indiërs geen bewijs voor
in
Het stijlprobleem is de Hindoe-kunstzeer ingewikkeld
sing te benaderen.
dak-silhouet op
bizarre wijze verlevendigen, en een
ten?
25
jectiviteit en mist goed
even
bewijskracht, als het zien
van
wezensverwantschap en het onderkennen van ge-
lijke kunstinstincten.
zelfs elke leek geen gelijkenis ziet, dit gemis van over-
pie identiek te De
noemen. moeilijkheid is juist gele-
De hoe
vraag is, de oorspronkelijke vormgeving ge-
weest moet of
zijn, liever, welke vormgeving de oor-
verklaren zich de
afwijkingen? Zijn deze vanzelf ont-
kunstvoorschriften en daarin
geïllustreerde vormen? i)
Dit zal ad 3 onderzocht worden.
Door de essentieele
verwantschap van de kunstwer-
Hindoesche.
26
Dat Dr. Bosch het echte Hindoe karakter der Ja-
in verkeerde richting.
doorslag geven”
behulp de
in het vergeefs opsporen, met van gastra’s,
tusschen Javaansche
van verwantschapsbetrekkingen
architectuur-uitingen, die in
Wel kunnen natuurlijk
hebben de Hindoe’s
Geschreven schoonheidsregels
27
om-der-kunst-wille beoefend. De
verhoudingen van
Maar hieruit
mag afgeleid worden, dat zij zich van
ten
beschouwing gelaten worden, zooals Dr. Bosch
meent?
gen, ontleenen
voortbrengselen van beeldende kunst
sluitend
morphologische beschouwing van beeldwerken
dienste gesteld de
van
Godsgedachte, mag daarom kunst
gelegd zijn?
flagranten strijd”.
„Zijn kunstenaars in
er
geslaagd de wanstaltige
monsters met torens van
hoofden, met bossen armen
heid te laat
vormen”, hij in tegenspraak met zijn eigen
voering is alles \
De groote beeldhouwer
Rodin, begrijpend hoe verkeerd
28
een leek meestal tegenover een beeldwerk staat, zegt
dan ook:
als de is
nig op aan, opgave om, zooals hier, de
beauté”.
zake doet.
29
schappen. Een apodictische uitspraak in de beschouwing
Van Erp, die den kijk heeft van een kunstenaar, en die
30
Indien”) blijkt evenwel het bestaan, vanaf de vroegste
uit af te leiden.
schilderkunst.
kunst spreekt.
geweest!
31
Even verkeerd als het is de kunstvorsching in te
maken van
subjectief aesthetisch inzicht, wanneer het
oordeeling misplaatst.
32
Ad. 3 De Hindoe-kunst te verklaren
op Java is eenvoudig
plexen op Java.
Hindoe’s.
dienaangaande aangegeven,
zoomede op het feit, dat de
Buddhistische meest
iconographie het rijkst en gevarieerd
waaronder Java.
33
schriften Java
op stipter navolging vonden, voor zoover
vermoeden.
Aan te nemen
„dat de Javanen, steunend op eigen
hebben” voortreffelijke
van zoo
hoedanigheden, zoo
aanleg van
tempel-complexen en bij de vervaardiging
van beelden met hun verwarrende verscheidenheid
alléén van
bekeerlingen een zoo
strenge gehoorzaam-
land en
bij vervaging der herinneringsbeelden meer
34
dan in eigen land de gilpagastra’s geraadpleegd kun
nen hebben?
nadruk te eerbiedigen?
in
Zou niet de Godsdienstijver, hoog opgevoerd
dan in
kunnen hebben kwistiger te zijn en stipter
overschat.
ook door
Benaderende academische kunstregels zijn
grond uit-
schrijvers in alle tijden opgemaakt op van
35
Hindoe-Javaansche Bouwprofileering
GEBRUIKTE BENAMINGEN
Stambha of
romp zuilschacht,
Prastara
kroonlijst
Kantha rechtstand.
den onderrand.
werken. Maar groot kunstenaar heeft zich
gevoerde geen
en zwakkeren.
geledingen blijkt.
vormenschema. ’)
Hindoe karakter.
uitgesproken
and Ceylon”:
subject”.
De schitterende
volgt niet noodzakelijk gebrek aan belangstelling.
37
Typen van
Profileering der Hindoe-
Monumenten in
Midden-Java.
behoud traditioneele
van
lijstelementen, door boeiende
licht-en-donker werking de
architectuurgeleding te
doen spreken.
ontaarden.
beelden uit
vroeger eeuwen, hebben zich bier aangepast
kening.
dat de Hindoe-Javaansche bouwmeesters
kelijk blijkt,
vast-
zich méér dan hun kunstbroeders in Indië hebben
Opbouw en kolom.
die evenals
De gastra geeft een bouwgeleding aan,
d.i. rechtstandsvlak of
de Manasara door een kantha,
Een sokkel
Maar hierin zie ik niets merkwaardigs!
lichaam of rechtstandsvlak te
behoort normaal een
Profileering.
conventioneele
van een verkeerde interpretatie van een
of „chhaja”, beneden-
de Zuid-lndische 'prastara een
is identieke Indische
verkeerde navolging, maar van
motieven afgeleid.
hoe zelfs
Uit deze interpretatie door Dr. Bosch blijkt moeilijk
t)
wel met foto’s te verifieeren
die nog
qetr. goede teekeningen nu
39
Schetsen Hindoe
van
kapiteelen.
Uit
samenstelling en
profileering der kapiteelen is op-
om vermoedelijk het
oorspronkelijk type meer
nabij
blijven dan de
Midden-Javaansche kapiteelen. Deze zijn
voorschriftmatigheid.
telijk aesthetische
naar
werking streefden, zich eigenlijk
niet kunstbewust wordt
waren, overtuigend weerlegd
Zonder
kunstkritiek, zonder artistiek
bewustzijn, zon-
hoedanigheden te begrijpen.
Dat de in de Manasara genoemde profielen overi-
gens alle
behalve de in Indie algemeen voorkomende
Daarover straks.
Kolom.
is.”
41
de traditie al of niet geschreven moet hebben vastge-
houden.
eigenaardige profileeringen.
Javaanschen vorm.
toegepast?)
Kroonlijst.
kroonlijst is een
gebruikelijk standaarddeel maar wèl
Relatieve maten.
met kleine
een bepaalde maateenheid volgt nog niet
volgd is.
42
iets anders dan toeval, of beter, een bepaald verhou-
in
houding meerdere gelijksoortige bouwwerken is
aangetoond.
Andere bijzonderheden.
zal wel
vormen en
deuren, voor Indië even goed
dan in Indië.
Het tempelcomplex.
In
zijn hypothese vestigt Dr. Bosch er de aan-
zelve”.
de Indiërs in kan
aanmerking genomen, worden
regelmatig van
aanleg was. Hiervan geeft het tempel-
voorbeeld.
43
Links Een onvoltooide benedenbouw in graniet van
niet-monoliethen.
de grandiose bouwgedachten
van nog levende, der
de bewering van
sommige oudheidkundigen.
in kaasstolp
een
verdwijnen; de grootsche baksteen-
door een
onregelmatig geheel ontstond, i)
zijn.
Gopura.
verscheidene
uitbeeldingen van poortgebouwen voor-
komen”.
De op
bedoelde basreliëfs uitgebeelde poortgebouw-
ken van
bouwresten, en
gelet op de aanlegwijze van
machtige ruïnes in
Ceylon gezien heeft, zal men zich zeker van
arbeid in architectonische
en stoutmoedigheid.
45
Vergelijkende Schetsen van Hindoe-
Soubasementen en Plinten.
gen een
gebogen lijnbeloop, waarvan het liggende-of
volgens de in 15
ware
teruggeschoven aangegeven
Mandapa.
gebouwd.
steenen
geen mandapa’s gebouwd zijn in directe aan-
dat deze van invloed zijn geweest, waaraan uit den aard
eerst in !
weging begint de Vlle. eeuw. )
India.
47
ben dat thans verdwenen
gegeven en
Noordelijke bouw-
waarschijnlijk.
Ellora
(Vllle. eeuw) en met de tempels te Pattadakal
Badami in de domeinen
en
Chalukya van omstreeks
denzelfden tijd. 2
)
achtig.
gehad.
Noord-lndië.
India.
gemeenschapstrekken.
48
werken bij vergelijking met Zuid-Indische tractaten. Deze
ken. Integendeel!
methodisch te werk
onderzoekingen naar verwantschap
is gegaan.
vermoedelijke ontwik-
teekeningen, gerangschikt naar
het
en verveelvuldiging
der oorspronkelijke vormen
49
De
Hindoe-Javaartsche lijstprofileering neemt motie-
ven daaruit is in
over, omlijning meer
gebroken, de
leden meer
uitgeperst en liet
liggend ojief (sima con-
De
kernachtige gebogen „kapota” is ook meestal ver-
De vrije en zelfzekere in
vormgeving Midden-Java
met profielen afwijkend van de Indische
traditie, kan niet
verklaard worden uit Indische bouwvoorschriften, wijl de
teristieke
„kapota en het daarvan afgeleide steil neer-
1) De enkele
lijstsamenstellingen uit de Manasara, in de hypothese
van Dr. Bosch
weergegeven, moeten later zijn ontstaan, uitge-
zonderd de
rechthoekig geteekende upapitha. Zij zijn daarom voor
50
brachte motieven, bijna „en ronde bosse” gebeeldhouwd,
aangewezen op
minder kunstvaardige handwerkslieden.
de in
Maar als tegenwicht voor beperking plastische
zouden zijn, ging hij er toe over het lijstwerk een sier-
beeldhouwers op,
het steenvlak te breken en te hullen in
de neutrale velden.
ten, en van hooge, verzonken reliefs in
51
de omlijning der Indische tempels, hun uit de steenmassa
diep gekloofd.
Deze
beperking in plastischen zin, deze door de
om-
Reliëfwerk en ornament is
grootendeels voor de bouwsamen-
stelling, de structureele of
organische functie der
versierde deelen
niet
indicatief, al verduidelijken zij door tonaliteit de bouwgeleding.
Een vrij opklimmende bladrank in een neutraal
tusschenveld
of in een pilaster aangebracht, is een statisch indifferente
versiering
houdt met
en de constructieve gedachte niet het minste verband.
In een liggend veld
beweegt zich een
bladrank hörizontaal. Even-
min hebben
guirlandes, rozetten, e. a.
op een dragenden platten
52
van de Midden-Java tempels de indruk wordt
bepaald
door groote vormen, duidelijke vlakken en door de
De is
massa-werking daardoor meer gesloten dan
de Indische
van
bouwwerken, waarvan vooral de la-
de
aan
Midden-Java monumenten een aesthetische su-
niet
ven een
functioneele o! tectonische illusie.
sterkoppen onder
de zware kroonlijst, uitspringende, stijlvol ge-
ten in de structuurmassa’s.
In de
beoordeeling van de ruwere, maar architectonisch voor-
53
Tjandi Pawon, Midden-Java
(Gerestaureerd).
onderscheiden.
heidsgehalte
numenten en hun architectuurkarakter te
zijn
dities de omstandigheden
wegens gedeeltelijk moesten
Het raffinement de
en
prachtige afgewogenheid in
ontwikkelling en de
merkwaardige ctijlverwantschap met
55
Ad. 4 Java kon, voordat het Hindoe invloed onder-
worden toegeschreven?
56
Alweer wordt der voornaamste en meest betrouw-
een
ter
bare wetenschappelijke hulpmiddelen bepaling van
rassensamenstelling, ik bedoel
rassenverschuivingen en
den Archi-
Azië en van nabij gelegen eilandgroepen naar
pel en omgekeerd!
verschillende mengrassen
in Achter-lndië, den Archipel,
komen actieve
Onder de rassen van
dit
groote gebied
zwerfrassen voor,
die zich bijna overal geënt hebben.
gekruisd.
inheemsch
rassen in het tegenwoordig gebied waren,
ontwarren.
Me-
schen Archipel met zijn Maleische-, Polynesische-,
hoe
lanesische- en andere rasvermengingen blijkt,
l'oofd-
moeilijk het is de herkomst van de gemengde
van belang.
57
Hindoe-Javaansche beschaving niets, of hoogstens zeer
vroegere bewoners de
van
eilanden, staande op zeer
Is deze
vaststelling van de afkomst der Javanen wel
de juiste?
Het is de vraag of de
zeer
oorspronkelijke bevolking,
die Dr. Krom als kultuur-factor te recht wil uitscha-
Javanen grond
op van
taalkundige en historische docu-
menten eenig oordeel te
vormen, is het
noodzakelijk
de
rassendiagnose op betere gronden te baseeren.
De
rassensamenstelling van een volk, welke alleen
Euo. Fischer
zegt:
en verder;
Achter-Indië
afkomstig, maar dan toch, evenals de „Javaansche”
nakomers, in tijden, waarin dat stamland door een
nog menschen-
58
vererb-
„Dasz der Rassefaktor,also speziell die geisfigen
da tritt wieder
immer klarer erkannt. Und gerade mm
hervor.”
dat in den
onderzoekers aan,
Gezaghebbende nemen
overheer-
schillende en oorspronkelijke grondelementen
de die
schen, namelijk de „Indonesiërs” en „Maleiers ,
bewonen.
senen.
nen,
die de Mindoe’s in den archipel aantroffen, niet de
59
Boven
Normaal type van echt
een
Javaansch meisje
(gipsmasker door Dr. L Balner.)
Midden —
Beneden—Europeesch oermensch
(Neandertaler), welke
ik reconstrueerde om de overeenkomst
van bouw te
doen uitkomen.
openingen.
In hoever men hier te doen heeft met een
voor
Een
vergelijkende studie der
kultuurvermogens
van
verschillende rassen, zooals die tot
uiting
komen in
hunne ontwikkelings geschiedenis, be-
schouwd in verband met hunne anthropologische
kenmerken en
eigenschappen, is te dien aanzien
leerzaam.
taal gedragen”.
is toch aanvechtbaar.
uitlegt.
lijke bevolking.
misschien te verklaren.
aanmerkelijk veranderd!
1) Dr. Krom —
Het oude Java en zijn Kunst.
61
nant; en het is een anthropologisch uitgemaakte zaak,
2
basis is af „gemendeld” ).
initiatief, originaliteit en
verbeeldingsvermogen”, eigenschappen,
die hij wel bij andere Indonesische rassen aantrof, vooral bij de
door Dr. Balner afgedrukt, van een man en een vrouw op Java,
en van een reconstructie van een man uit het oude steentijdperk,
62
en misschien Arabieren —en ontstonden dus eerst in
den na-Hindoetijd.
de verdere
Tegen bewijsvoering der hypothese, waarin
63
monumentale in staat. Zij toonen zich
geen uitingen
meesters.
Krom merkt in de
Dit is teekenend! Dr. bespreking
J
var; de afkomst der Midden-Javaansche Kunst ) op:
tot hoe
„Wanneer wij ons nu rekenschap geven
gedoemd was”.
architec-
De aanname van een
gunstigen aanleg (voor
64
deze eerst dan vast staan, als uitge-
immers aanleg zou
de beantwoording daarvan is de
gaat! Voor opmer-
niet te loer en
inspireerende beginselen gegaan mag
raties.
65
Het eertijds aanwezige Hindoebloed door
was het
machteloosheid gedoemd.
monumentale ruimten!
en
verkwijnend, de oude kunsttradities.
een zoo
weinig monumentalen scheppingsdrang en zoo
van uitdrukking en
voortreffelijkheid van
uitvoering!
Dr. Bosch die in den
echter, Javaan een geboren
66
dat de Javanen, steunend op eigen aanlegen capaciteiten
aannemelijk te maken.
denkt zijn veronderstelling
is”. >)
rasbegaafdheden en
geestelijke eigenschappen leert: „Es
67
übung das Menschengeschlecht dauernd heben zu wol-
— der Menschen
len”, en: „Die geistige Veranlagung
(Fritz Lenz.)
vaan,
evenmin als bij andere half-kultuur volken, maar
voorgeslachten ontwikkeld.
68
nadrukte hebben doen uitkomen, dat van welken kant
die in
eindigen, maar de denkbeelden en opvattingen,
twijfelen kan
of men, deze uitspraak aanvaardend, „nog
Dr.
Neen, inderdaad dan niet; alle uitspraken van
Bosch dit! —
meer kunsthistorisch en
op
Java monumenten.
69
jectieve smaakuiting, en om de artistieke hoedanig-
stijlen in kunstwerken.
door te dringen.
ling te vergelijken.
indruk bepaalden.
70
de opvallend welige ontwikkeling van het Java ornament.
laatbaar is.
der Javanen.
* *
*
71
De verklaring nu geeft het ornament weer zelf, en
volken.
wording beheerscht.
De
noodgedwongen toepassing door de Indiërs van
het
vereenvoudigd procédé op Java bleek te zijn „a bless-
voornamer en pakkender de
verschijning.
Dit geldt de
evenzeer voor
groote stijlhoedanig-
heden in massagroepeering hunner bouw-
en geleding
In de kleine Srikandi
Tjandi kan ik dan ook niet
72
De vastheid in teekening, de artistieke kracht der
de omstandigheden.
tectuur is kloek en
getuigt van een zelfstandigen,
geschoolden kunstenaarsgeest.
reidend.
hebben Hin-
een bijzondere school gevormd moet van
73
doe misschien Hindoe-Javaansche kunstenaars om
gemaakt.
Het kan zijn, dat een aantal reliefs (zij zijn niet alle
even goed) en
ornament, vooral uit later tijd, gedeeltelijk
verdorrend zonder
en meer en
blijk van
vindingrijk-
de kunst
Hindoe-Javaansche niet verklaren.
74
worden is daarom meer overbluffend
toegeschreven?”
dan logisch.
75
Ad. 5 Aan de
omstandigheid, dat de hedendaagsche
Javanen „met de schamelste
woningen tevreden
het
geringste streven naar
oorspronkelijkheid aan
volkomen onbeteekenendheid
terug, zooals de wereld-
de groote
graag krijgsondernemingen aan.
voor, en
daarbij verlieze men niet uit het oog, dat Ja-
volkt de
waarvan politiek Hindoe’s en
Hindoe-Javanen
overheerschten en waarvan
waarschijnlik gejavaniseerde
en ondernemende kust-Maleiers een actief zeevarend ele-
geduld, welke
sommigen met begaafdheid verwarren.
76
Het is dus de welke de
vraag van rassen op Java
Zich beroepend in de
op analoge gevallen wereld-
hunne voorvaderen”!
77
Maar weet Dr. Bosch dan dat
niet, de Hellenen als
78
dat de groote kunstontwik-
Ik merk hiertegen op,
gelijk is?
79
anders dan wij; en
wij zullen de dingen anders weergeven
tuurwerkelijkheid af staan.
„Wat zijn geest ziet, zijn handen maken” zou beter ge-
zegd zijn dan: „Wat zijn oogen zien, zijn handen maken”.
aan het uiterlijk aspect der dingen. „Het doel der schil-
80
het mij mocht gelukken hem het kantige modelé, als
geestvermogen heeft.
geoefend
proces).
81
Vreemde kunstwerken
getrouw copieeren of imitee-
de
Midden-Java reliefs met hun
weloverwogen composi-
echte Hindoesche
en
kunsthoedanigheden. >)
de met
naar geest-gesteldheid behulp van platen, toegepast bij
Hindoetijd, te onderkennen
om en voorstellingen te associeeren,
is daarin dóór het licht
proeven aan
gebracht op een
wijze, die
vakkundige medici.
82
Voor een kunstkritische behandeling van het voor-
fundamenteele argumenten in de
Alle hypothese van
83
Mijn verzet tegen de stelling, dat de Javanen de
op kultuurgebied te ontzenuwen.
gevoelens van
waarachtige sympathie, toch wel zeggen,
staat was.
Wil men dit een vooroordeel noemen, mij wel.
kunnen uitoefenen.
kunstgeest.
84
Maar de Midden-Java tempels zijn zoo nauw aan el-
gevonden inscriptie —
in 778, een interessante architec-
in algemeen in de lijnen
type en stijlprincipes volgens
gelijk de lijstprofileeringen).
gewerkt.
85
wel dezelfde afstamming als de Hindoe’s
doe’s, en van
op Java.
bestaan zoovele
met de overige Midden-Java tempels
tot in
vanen na eeuwen van kunstbeoefening zoo wezen
raking stonden.
op
voortdurende onderlinge aanraking.
de
Op grond van voorgaande beschouwingen over
vat ik mijne
door Dr. Bosch opgeworpen stellingen
de is te willekeurig be-
De bewijsvoering in hypothese en
de de vormvergelijking, de stijl
heid, kunstgeschiedenis,
gemaakt
86
Na deze aanvallende kritiek voel ik behoefte te ver-
staat vast,
Op grond van archeologische gegevens
Zuid-Indi-
bestaat voor het in
gebruik geweest zijn van
sche tractaten.
stamden.
gelijken.
87
Deze afkomst van de Javaansche kunst in Indië met
Het
gebrek aan materiaal om de
kunstontwikkeling in
afbeeldingen.
Ganges delta-
88
indië grootendeels door kunstenaars uit het Noorden
gevormd werden.
in in het
eeuw Zuid-Indië, meer bijzonder de ratha’s ten
kelijk Z. Indisch.
stelling.
besproken.
89
In de Z. Indische bouwvoorschriften zal dan ook
eveneens voor.
als
op Java, in een vorm, die voor zoover mij bekend
de Mid-
De samenstelling van
kapiteel geleding van
Zuid-Indische.
gevestigd.
in deze
Bekijken wij nu andere bouwplaatsen, gelegen
te stellen heeft.
tegenover
kroonlijst in den
vorm (padma met platten band) der
90
zien wij deze profiellijn
Eerst later (ca. Xle. eeuw)
in Mysore toepassen.
de
schap kan hebben bestaan, terwijl duidelijk wordt, dat
hebben.
verstard de mis-
afgemeten van
gebaar, in beweging en
vallige pose,
het lenige modelévan het Java beeldhouw-
Dhamtari.
Indië; Elephanta, Ellora, Ajanta, Aihole, Sirpur,
sche trekken en
in ornamentiek is, met alle verschillen,
zekere kneedbaarheid of
treft bij de Java figuren een
91
Links boven —Barabudur relief. (Java 9de eeuw)
vroeg gedateerd).
Dit in graniet gehouwen meesterstuk zoowel
kan,
schap in
opvatting en artistieke behandeling. Let op
later is
datum) een ongehoordheid.
nen
in omstreeks denzelfden tijd alleen kunstenaars van
hebben.
voorden kunstenaarsgeest.
op zoo
merkwaardige wijze ontwikkelden, grooten
Java immigreerden!
93
Opmerkelijk is, dat ook de oude, uit de eerste eeuwen
tijdrekening daleerende
onzer
sculptures van
Ceylon,
toenmaals bewoond door een
hoog ontwikkeld kultuur-
tra andere
en
ondergeschikte streken. In al die streken
deling.
C. P. WOLFF SCHOEMAKER.
94
ERRATA
Voorwoord:
2 10e boven
» - » »
„ „ „
besliste, „
„ ~
3. 13e onder
» „ „ „
„ „
Javaan, een komma te plaatsen
3 12e
”
-
» » » » »
»
Indiê, „ „
4 16e
» - »
» „ „ „ „
worden, moet de komma vervallen
5. 14 boven
„ „ „
„ „ „
loodrechte, moet
„
vervallen
geweldigen koepelbouw
27. 13e regel onder staat: der de
„
van
rythme, lees; rytfime
32.
„
7e
„
„ „
fractuur „ factuur
34. le achter het woord
n >< „ >i herinneringsbeelden een
komma te plaatsen
41. 7e regel van onder achter het woord bouw, een komma te plaatsen
„
42 2e
”
•
» « „ „ ~ „ deelen, „ „ „
42 le
n - » » „
„ „ „ samen,
„ „ „ „
47 8e
n
-
» » „
t, „ „
gevolgtrekkingen, een komma
te plaatsen
„
50. 12e regel van boven achter het woord
bouwvoorschriften, een
62. 4e regel
» „ „
„ „ „ nomen, „ „ „
„
62. 6e
„ „ „ „ „
„ „
intelligente, een komma te
plaatsen
„
93. 13 regel van onder achter het woord grooten, een koppelteeken
te plaatsen.
DRUKKERIJ O. C T. VAN DORP & Co. -
BANDOENO