You are on page 1of 6

ALEX

KINNET

P. de Conincklaan 8 B 8200 Brugge Tel/fax: 00/32/50/315741 E-mail: alex.kinnet@telenet.be

Iconen
De mens gemaakt naar Gods beeld en gelijkenis. Maar helaas ook : menselijke beelden van de goddelijke Werkelijkheid, gemaakt naar ons menselijk beeld en behoeften.
1. Inleiding: Dit artikel is de uitgewerkte tekst van de tweedelige voordracht gehouden gedurende de vieringen van De Lier * in Brugge. Aanleiding was de vraag of ik, als niet commercieel werkende iconenschilder/restaurateur de icoon als religieus fenomeen, bijzonder in zijn huidige actualiteit, zou willen toelichten. 2. Maar wat is een icoon? De icoon is een typische blikvanger van de Byzantijnse/ Russische / Orthodoxe traditie. Het is een beschilderd paneel gemaakt in een bepaalde traditie en volgens een eigen beeldentaal en symboliek. Twee dimensionaal, geschreven zoals het officieel omschreven wordt, hoeft men enkel een houten plank, krijt, dierlijke lijm, pigmenten, een ei en penselen. Daarnaast uiteraard een kennis door vorming en praktijk van de grammatica en taaleigen van een icoon. De icoon is tenslotte een cultusvoorwerp, in de Byzantijnse traditie zelfs sacrament benoemt, met een eigen liturgische en persoonlijke devotionele , spirituele functie. Het is ook een weerspiegeling van de opvattingen, behoeften, verwachtingen van hun ontstaanstijd en plaats ; ze is aldus steeds tijdgebonden . Een perfecte weerspiegeling van de geloofsinhoud en spiritualiteit van haar ontstaanstijd. Ze actualiseert wel steeds een relatie, de essentie van een religie, en moet aldus steeds een dialoog tussen afgebeelde en betrachter mogelijk maken. Hierdoor zijn er toch bepaalde karakteristieken ontstaan zoals bv. de grote ogen en de frontale weergave, het omgekeerde perspectief, het theoretisch vermijden van een naturalistische weergave. Het verklaart ook de fascinatie van bepaalde iconen die de essentie van de communicatie en het esthetisch aanvoelen steeds door de eeuwen heen hebben kunnen behouden. 3. Hoe sta ik tegenover de icoon? Wat is zij voor mezelf? Bij deze vraag kwam mij de icoon voor ogen die in de sacristie hangt van de kapel St. Leo college te Brugge waar de zondagsdiensten plaats vinden. Een mooie 19 eeuwse icoon van Christus, maar gebarsten, gekliefd in twee delen, door de spanning van de achteraan bevestigde klassieke dwarslatten. Een symbool van mijn verhouding en haar evolutie met de icoon als religieus medium/communicatie dat openbaart en tegelijkertijd verhult en bevraagt.

/opt/scribd/conversion/tmp/scratch11086/63052440.doc

Een sterk gevolueerde, ambivalente verhouding die sterk gevolueerd is maar die de icoon nog steeds voor mij het lichamelijke , het in de materie werkende en verschijnende Zijnde vertegenwoordigt, dus werkend sacrament is ; tevens het enorm paradoxale karakter van ons christelijk geloof blijft belichamen. Het verloopt parallel met groei uit een simplistische wetenschap zoals die nog bestond enkele decennia geleden tot de huidige wetenschapsovertuiging die niet meer dualistisch werkt ( ofwel waar ofwel onwaar), maar die de on-metendheid, onvatbaarheid, complexiteit en het paradoxale( en positief en negatief, en materie en energie ) heeft leren onderkennen en die steeds meer erkent en ook beseft dat zij ook met paradigma en beschrijvingen werkt en zeker een holistische benadering van de grijpbare realiteit niet kan omvatten. Het is gegroeid vanuit starre dogmatische en traditionele opvattingen naar een aanvaarden van het Mysterie en het beleven/ realiseren van een relatie en groei erin. Het aanvaarden dat de Zijnde zich ontledigde, zich machteloos opstelde en in de schepping zijn voltooiing blijkbaar ziet en niet aarzelde zich bloot te geven in een mensengedaante. Gekomen tot de Orthodoxie vanuit de fascinatie van en voor de icoon groeide dit uit tot een passie. Na studie van de betekenissen en geschiedenis van de icoon als weerspiegeling van de evolutie in het gedachtegoed en praktijk van de christelijke tradities werd ik amateur iconograaf, verzamelaar van iconen en uiteindelijk na mijnberoepsleven, restaurateur van iconen. Mijn decennia lange en intense ommegang met de iconen over gans de wereld in en door diverse religieuze gemeenschappen, mogelijk gemaakt door mijn veelvuldige reizen, gaf me beter inzicht in de veelvormigheid van de verering en het menselijke, ja zelfs politiek misbruik van de icoon als cultusvoorwerp. Uiteraard had dit ook een persoonlijke impact en zaaide dit in mijn geest een ambivalentie. Dit heeft uiteraard te maken dat ik levend in de post moderne 21 e eeuw weliswaar streef steeds meer christen te worden maar dit wens te doen op een relevante wijze, wel staande in de Traditie maar in onze huidige, grondig verschillende context, begrippenwereld en uiteraard naar actuele behoeften en inzichten. Moeizaam proces voor diegene komende uit de klassieke , XX eeuwse moderniteit en een strikt dogmatische kerk. Samen het huidig inzicht dat wetenschappen ook werken met paradigma, vertrekkend vanuit vertrouwen in andere theorien en of andere wetenschappers, met andere woorden dat vertrouwen wezenlijk is zowel in religie als in wetenschappen is mijn huidige geloofsbasis weer sterk onderbouwd geworden. Hiermede stel ik niet dat de wetenschappen een godsbewijs leveren, wetenschappen zijn en moeten neutraal zijn en enkel waarneembare materile fenomenen/processen bestuderen, meten en beschrijven/omschrijven. Religie zoekt zin en een holistische perspectief. Maar de oude dogmatische zekerheden zijn er wel onderdoorgegaan en uitgehold van iedere relevantie en aanspreekbaarheid. Uiteindelijk is , aldus mijn persoonlijke verhouding er ambivalenter en moeilijker op geworden, zijn de oude dagen van zekerheid en kinderlijk vertrouwen voorbij al blijft er een kleine nostalgische hang naar de goede oude tijd. . Het werd er wel boeiender door, uitdagender en zinvoller.

/opt/scribd/conversion/tmp/scratch11086/63052440.doc

Uiteraard heeft mijn huidige houding ook te maken met mijn verlaten van bepaalde devoties en of oude praktijken zoals de, overdreven verering en aanroeping van de Moeder Gods en of heiligen. Hierdoor heeft de icoon ook een andere inhoud en duiding gekregen en is mijn kijk erop en wat de icoon bij mij oproept wel ingrijpend veranderd. Zo is de beate idealisering en adoratie van de icoon mij nu vreemd geworden. Bewust weiger ik bv. het klassieke kussen van de aanwezige iconen en of het beaat aansteken van een kaars voor een icoon. Zo zijn bepaalde afbeeldingen mij vreemd geworden, zoals bepaalde illustrerende iconen ( bv Intrede Moeder Gods in de tempel), De fascinatie is wel gebleven; niet meer de wild enthousiaste fascinatie van weleer, nu wel een gedragen en dragende diepere en hechtere relatie. De klassieke, neo Platonische patristieke omkadering, met de icoon als beeld van het ( ideale spirituele )Oerbeeld waarmede de gelovige meestal wat te vlug vat meende te krijgen op de afgebeelde persoon en aldus ook het misbruik in de hand werkte, werkt helaas nog gedeeltelijk sterk door.. Hierdoor zijn de donkere kanten van de icoon en haar gebruik helaas ook nog steeds volop aanwezig. De icoon zelf heeft wezenlijk bijgedragen tot het maken van afgodbeelden. Typisch is hier bv. de nefaste rol die de afbeelding van de God de Vader in de nieuw Testamentische Triniteitsvoorstelling. God als Oude van Dagen zetelend in de Hemel- heeft uitgeoefend en helaas nog steeds God versluiert en neerhaalt tot een farce en een God die de moderne mens met recht afwijst. Zoals een kerkgemeenschap vlug kan veranderen in een pure cultische gemeenschap, zo is de icoon ook zeer dikwijls tot zuiver cultisch voorwerp verworden. De barst nu in de icoon St Leo college staat symbool voor de bast in mijn beeldvorming en concepten. De vele kleine barstjes in de verflaag staan symbool voor onze barstjes en wonden die nu eenmaal tot ons mens-zijn horen. En hier ook hoe ouder hoe meer barstjes. Kan dit kwaad? Een beetje (weer)barstigheid, ontstaan door de barstjes n het gezond verstand gebruiken kan trouwens nooit kwaad, zelfs niet in religie. Maar die grote barst was wel bij de wording ervan een pijnlijke kloof. 3. Maar wat betekent de icoon voor mij nu uiteindelijk? Het illustreert en houdt de paradoxale benadering van de christelijke traditie hoog : het mysterie als paradoxe werkelijkheid dat ons verstand te boven gaat maar dat ons gevoel, onze relatienood oproept en bevredigt Het roept steeds de vraag op: wie ben ik? Wie of wat is God? Is Jezus? Het bevestigt in mij het in ons mens-zijn geschapen verlangen naar dit Mysterie, bron en drager van ons bestaan. Het confronteert me met enkel fragmentarische en korte ervaringsmomenten, maar dezen zijn de dragende momenten in mijn leven. Het blijft onbeantwoorde vragen stellen en uiteindelijk verwondering ,awe(Vreze Gods) oproepen. Het is soms een ongemakkelijke situatie, maar het is steeds ook een bemoediging en geeft hoe dan ook een communicatie ervaring. Het gaat hier over een menselijke/goddelijke relatie met eeuwigheidswaarde.

/opt/scribd/conversion/tmp/scratch11086/63052440.doc

Het is bij uitstek de ervaring van de Onbenoembare in een materile verschijning ( epiphanie). Het wijst me steeds erop dat het gaat over een relatie, communicatie en het leven nu in al zijn materialiteit en dagdagelijksheid. Maar het is ook steeds een appel de afgebeelde niet gelijk te stellen met de Werkelijkheid die wij vermoeden, die ons zeer nabij is maar toch nog steeds overstijgt. Het is een uitnodigende , bevragende, ja liefdevolle blik. Uitnodigen kan men enkel diegene die een vrijheid heeft te beslissen hoe en wanneer hij de blik gaat beantwoorden. Het laat me in mijn persoonlijke en menselijke waarde, reikt me een goddelijke zijn participatie aan en geeft me hiertoe Zijn geest van sterkte, liefde, geduld en hoopvolle verwachting. Daarom is de icoon van het Mandylion het mij meest aansprekende en vertellend beeld. Het Licht van de Wereld. Een ontstoken licht voor de icoon is dan ook betekenisvol. Dit waren persoonlijke gedachten en aanvoelingen, zeker gedragen en ontstaan uit de christelijke traditie van het Christelijk Oosten en de Russische spiritualiteit. Het christendom is tenslotte geen wereldvreemde, gnostische opvatting van mens en materie. We zijn wel gemaakt uit het stof der sterren maar tevens een unieke bezielde materie. We zijn personen, die rationele, emotionele ervaring en communicatie mogelijkheden hebben en tevens medeschepper zijn geworden. We zijn in vrijheid geschapen en geroepen om de Volkomenheid mede te realiseren; het Rijk Gods, zoals we dat zo graag traditioneel omschrijven, niet in leerstellingen maar in aanbidding en handeling. 4. Menselijke godsbeelden: Ontelbaar zijn de godconcepten en voorstelling/beelden: godsbeelden, afgodsbeelden, politiek nuttige godsbeelden, goden in functie van onze eigen dagdagelijkse noden en menselijke excuses. Allen menselijke maaksels omdat we nu eenmaal de volkomen Andere enkel met ons eigen beelden en talen kunnen duiden. Kijken we naar de Bijbel die bol staat van het misbruik van het godsbeeld en het maken van eigen afgodsbeelden en of ideen. De Bijbel is n aanklacht tegen dit eeuwig misbruik. Vanaf de profeten en zeker door Jezus is hier striemend tegen opgetreden elk in hun eigen tijd en wijze. Ook de icoon heeft een grondige metamorfose doorgemaakt. Tegen de gangbare opinie in is zij geen starre uitbeelding, een automatisch reproduceren van een vastgelegde genormeerde afbeelding (voortekening). Zo zijn de iconen van Jezus de Christus in de tijd zo sterk veranderd dat men soms de vraag moet stellen: hebben we het hier over dezelfde persoonlijkheid? Jezus als filosoof, Jezus als strijder met zwaard in de hand, Jezus als de wereldheerser, Jezus als de Hogepriester, Jezus als de gekruisigde, Jezus als de zachtmoedige preker, Jezus als wonderdoener, Jezus als kindvriend, Jezus als rechter, Jezus in glorie, Jezus als revolutionair, etc, etc. De icoon van Christus door de eeuwen heen weerspiegelt aldus de fundamenteel sterk veranderende spirituele en dogmatische opvattingen.

/opt/scribd/conversion/tmp/scratch11086/63052440.doc

De mens heeft ten slotte een volkomen vrijheid en mogelijkheid van de icoon te maken wat hij wil; protest en banbliksems komen er toch niet van Hem uit de hemel gevallen. Ook hier is God als de onmachtige, de vervolgde en misbruikte. Daar de icoon steeds bedoeld was als afbeelding van een persoon in goddelijk dimensie vertoevend is de notitie van portret hier niet zonder belang en heeft dit het mogelijk gemaakt dat bv. een Jezus icoon als dusdanig zal herkend worden door iedereen, in alle tijden en culturen. 5. Christelijke iconen spiritualiteit: God die een menselijk gezicht heeft aangenomen en ons in Jezus heeft getoond wat menselijkerwijze mogelijk is om te laten en kunnen ervaren wie Hij is en wie wij zijn. Die onze blik zoekt en vraagt om ons wederwoord en ons engagement/ liefdesdaad. Niet in gnostische spirituele vervoeringen en bespiegelingen maar door en in de materie en onze menselijke waardigheid en materialiteit. De icoon als epiphanie van de Zijnde op onze weg van ons leven, steeds aanwezig, steeds bevragend en bemoedigend. God als diegene die ons aankijkt en vraagt wie zeg jij dat ik ben? Wat ben ik voor jou? Het is zoals de kus, de streling, de blik die wij onze geliefde toewerpen, of die we krijgen en die onze relatie steeds weer even actueel, actief maakt. Het delen van die blik is als delen van het brood en wijn. Het schept een band, verrijkt en geeft ons de kracht verder de weg op te gaan om dat proberen te realiseren wat wij bewust of onbewust als onze opdracht, doel ervaren. Het maakt ons ook bewust dat we ontvanger zijn, dat wat we zijn als persoon ontvangen hebben van onze ouders en omgeving. Dat enkel in relatie met de Andere en anderen wij onze opdracht kunnen vervullen. Een icoon kan ook concretisering zijn van een eigen specifieke instelling, behoefte, verlangen. Aldus roept ze sentimentele, gevoelsmatige capaciteiten in ons op. Naast de rationele, dus verstandmatige aspecten die het in ons wakker maakt blijven deze gevoelsmatige aspecten soms belangrijker, maar steeds zeker ook complementair in onze relatie met de icoon. Het een soms tegenin het andere, ja zelfs ondanks het andere. Dit verklaart de veelvormigheid van de benadering van de icoon als fenomeen. Een Andere, God zoals wij die noemen, die we in stilte en in de leegheid van tijd en materie moeten zoeken en aanbidden. Een God die niet gevangen zit in de icoon maar die er wel door aanwezig gesteld wordt om zo communicatie mogelijk te maken. Hier komt weer het paradoxale in onze traditie naar voren. Immers wordt ook gesteld dat we God in waarheid en geest moeten zoeken. God die bron en einddoel is van het geschapene en die al het materile, alle schoonheid omvat maar ook er niet door gevangen en of omschreven wordt. 6. Icoon als esthetisch element:

/opt/scribd/conversion/tmp/scratch11086/63052440.doc

Een belangrijk element bleef onbesproken, namelijk de icoon als esthetisch element, als schoonheid in beeld, als een materieel gerealiseerd menselijke herschepping die ons esthetisch bevredigd, minstens aanspreekt. Dit element van schoonheid wordt in de christelijke traditie dan ook graag gebruikt naast de esthetische beleving van de geurgenoegens door bv. wierook, het luistergenot door samenzang en liturgisch muziek, de visuele, harmonische elementen door een mooie regie en opstelling in het liturgisch gebeuren zelf. Daarnaast de inhoudgevende of oproepende liturgische gebaren en houdingen. Helaas niet meer door de archasche, hoog theologische beschrijvende taalgebruik. Staande voor de Zijnde wordt de communicatie gerealiseerd in een zo breed mogelijke schoonheidservaring met een liturgisch ingebedde , hopelijk nieuw gevonden potische taal/verwoording van alles wat we voor de Zijnde willen neerleggen. De icoon is dan ook deel van onze christelijke traditie, een element dat steeds moet hernieuwd, geduid en bevraagd worden. Dat ook voorwerp van kritische benadering mag en moet zijn. Immers is de icoon bij uitstek een liturgisch gebeuren en moet ze als dusdanig door de christelijke gemeenschappen aanvaard worden wil ze sacramenteel worden. Een sacrament is wat haar rol is. Alex Kinnet Brugge 13-3-2011

/opt/scribd/conversion/tmp/scratch11086/63052440.doc

You might also like