Inleveropgave 3

June 13, 2023

a. Bewijs de volgende bewering:

√
pq is irrationaal voor elk tweetal verschillende positieve priemgetallen p en q.

Voor dit bewijs heb ik gebruik gemaakt van een bewijs uit het ongerijmde. Neem
√
aan dat pq = ab waarbij gcd(a, b) = 1

√ a
pq = =⇒
b
a2
pq = 2 =⇒
b
pqb = a2
2

Lemma 1. Zij m, n ∈ Z en p een priemgetal. Als p | mn, dan moet ook gelden dat
p | m ∨ p | n.

Met behulp van deze lemma kunnen we het volgende concluderen:

Als pq | a2 , dan moet ook gelden dat pq | a.
Hieruit volgt dat a = cpq, c ∈ Z. Waaruit volgt:

pqb2 = c2 p2 q 2 =⇒ b2 = c2 pq

We zien dus dus nu dat volgens de lemma pq | b en pq | a.

Dit leidt tot een tegenspraak, we stellen namelijk dat je ab niet verder kunt vereenvoudigen.
Conclusie:
√
pq ̸∈ Q

b. Geldt de bewering ook nog als de voorwaarde dat p en q priem zijn wordt weggelaten
(maar ze nog altijd twee verschillende positieve gehele getallen moeten zijn)?
Nee, de bewering geldt dan niet meer: Laat a = 4, b = 16.
√ √ √
4 · 16 = 64 = 8, =⇒ ab ∈ N.

Dus klopt de bewering niet altijd voor twee verschillende positieve gehele getallen.