Professional Documents
Culture Documents
Levende dieren
Langzaam aan kwamen er steeds meer
‘plantjes’. Door …………………… en
door verandering in de omgeving
veranderden deze plantjes. (Dit veranderen
heet EVOLUTIE) Sommige cellen werden
een soort ‘diertjes’.(600 miljoen jaar
geleden) Zo leefden er 500 miljoen jaar
geleden de tri…………………………. .
Daarna ontstonden de vissen en gewervelden (450 milj); landplanten (430 milj) en eerste
landdieren; amfibieën (350 milj) en insecten en planten met wortels!
Ammonieten
De reptielen (dino’s) leefden hier tussen 300 en 200 miljoen jaar geleden. Zo liepen er 250
miljoen jaar geleden reusachtige .…………………………………en …………………………
…………. rond.
Zoogdieren
De dino’s verdwenen door een ……………………………………..en zoogdieren kregen kans
zich te ontwikkelen. (nog steeds door ‘gunstige foutjes’) Zoogdieren kunnen zelf hun ………
…………………………. regelen en ……………………………… jongen ter wereld
brengen, die dan gezoogd worden.
Fossielen
Alles wat we van vroegere tijden weten, komt, doordat we veel fossielen hebben gevonden.
Fossielen zijn …………………………….. in …………………………………. van plantjes
en dieren.
Doordat ze in verschillende ………………………………….. boven elkaar zijn gevonden,
weten we ook, wat het eerst heeft geleefd.
De eerste mensen
De eerste mensen, die er ongeveer uitzagen zoals wij nu, waren er pas vele miljoenen jaren
later. Ook dezen ontwikkelden zich langzaam. Van fruitzoekers werden ze later jagers,
verzamelaars en landbouwers.
In Spanje en Frankrijk heeft men op de wanden van grotten ………………………………
gevonden. Hierdoor weten we dat er toen daar ……
………………………. leefden.
Van veel latere mensen heeft men in ………………
………….. veel potten, sieraden en wapens
gevonden.
De Steentijd