You are on page 1of 80

Griekenland 2003

Leen en Danny, 10 tot 24 juni

Islandhopping

Mykonos
Tinos
Syros
Santorini
Mykonos
Ook de beruchte pelikanen hebben het warm en nemen een frisse duik in het water.
Ondertussen geniet Leen van het zonnetje aan de haven van Mykonos city.
Dat doet ze ‘s anderendaags ook maar dan op de
binnenkoer van het Ano Mera klooster…
..terwijl Danny uiteindelijk ontdekt waar de klepel
hangt.
Nog een laatste blik op de kloosterkerk.
Een wandeling in de omgeving leidt ons langs één van de vele kapelletjes die, in tegenstelling tot de andere
Cycladen-eilanden, roodgeverfde daken hebben in plaats van blauwe.
Wat heeft Danny toch met klokken ?
Mykonos stad is niet veel groter dan de Gentse
kuip maar met een wirwar van dergelijke straatjes
raak je er steevast de weg kwijt.
Het bekendste zichtje van Mykonos, de Venetiaanse windmolens…
…met daar tegenover ‘klein Venetië’.
We bezoeken het folkloremuseum waar naast veel ouwe brol ook nog attributen van een gestrande piraat
liggen.In dit huisje rechtover het museetse heeft hij nog gewoond.
Een dag later varen we met de boot van 9 uur naar het nabijgelegen eilandje Delos.
We wandelen er o.a. langs de ruïnes van het huis van
Cleopatra, niet de Egyptische koningin maar gewoon
de bewoonster van het huis waarvan links haar
onthoofd beeld.
De restanten van een ondergronds waterreservoir, Aquafin avant la lettre …
Even genieten van het prachtige zicht….
…van deze immens grote site.
Een lange afdaling leidt ons naar…
…het paleis van Letho, de moeder van Apollo en
Artemis.
We ontdekken er een prachtige mozaiekvloer, wie zich geroepen voelt mag ons de vertaling bezorgen.
In het plaatselijke museum mag er niet gefotografeerd worden. Delos en het
museum kan je virtueel bezoeken.
Aan de ingang van het museum hangt een briefje waarop staat dat de laatste
boot naar Mykonos om 12 in plaats van om 15 uur vertrekt.
We bezoeken het museum in een ijltempo waar we o.a. vijf beelden van
leeuwen zien…
…waarvan we onderweg naar de haven de kopieën tegenkomen.
De steeds aanwezige wind neemt in snelheid toe en dat is dan ook de reden
waarom we vroegtijdig moeten terugvaren.
Jammer want in plaats van 5 hebben we maar 3 uur tijd om Delos, het centrum
van de Griekse cultuur, te bezoeken.
De terugvaart is indrukwekkend, een klein bootje opgeworpen door huizenhoge
golven, gelukkig heeft iedereen een sterke maag.
Terug in Mykonos stad wandelen we naar het hoogste gedeelte voor het panorama.
Gelukkig houdt Leen me vast, ‘t is moeilijk fotograferen bij zeven Beaufort !
Een laatste zichtje vanop ons balkon, morgen vertrekken we om 14 uur met de ferry naar Tinos.
Laatste dag in Mykonos, in de voormiddag kuieren we wat rond in het stadje.
Iets na 13 uur staan we klaar in de haven voor de boot van 14 uur. Om 14h30
zien we uiteindelijk de « Aphrodite » Mykonos naderen maar in plaats van aan te
meren vaart de ferry door naar de drie kilometer verder gelegen nieuwe haven.
Een inderhaast gecharterde K-TEL bus (de Griekse versie van De Lijn) brengt
ons naar « new port » waar we te horen krijgen dat de ferry motorpanne heeft en
niet meer uitvaart. Met hetzelfde ticket kunnen we de boot van 19h30 (slik)
nemen. We springen nog snel op de bus terug naar de stad want in de nieuwe
haven is er niets te beleven.
Om 19 uur stappen we op de, zo denken wij, beloofde gratis bus naar de nieuwe
haven. We rijden 50 meter en lap…’t spel begint. Het is een gewone lijnbus (de
rederij heeft helemaal geen bus voorzien) niemand van de passagiers, allemaal
mensen die om 14 uur zouden vertrekken wil het ticketje van 90 eurocent betalen,
da ‘s dan wel buiten de Griekse koppigheid gerekend, betalen of te voet is de
boodschap. De muiterij duurt zo ‘n 15 minuten waarna iedereen, behalve één
toeriste die nog liever te voet met haar valies de 3 km aflegt, het ticketje betaalt.
Na meer dan zes uur wachten en 35 minuten varen worden we verwelkomd door
Sharon, een Amerikaanse die 18 jaar geleden Philadelphia verliet om zich op dit
rustige eilandje te vestigen met een reisbureautje, die ons ook voorstelt aan Jack
(da ‘s wel een héél Griekse naam was Danny’s reactie) de pensionuitbater die ons
met zijn busje naar het 50 meter verder gelegen « Hotel Leandros » voert.
De volgende morgen gaan we Sharon opzoeken met het doel een wagen te huren.
« Bad Luck » Het is hier, een week later dan bij ons, pinksterweekend en Tinos is
een bedevaartsoord, een beetje de Griekse versie van Lourdes, en alle wagens zijn
verhuurd. Optimisten als we zijn schuimen we toch de autoverhuurders af en….
BINGO al na drie kantoortjes hebben we de allerlaatste auto te pakken, een iets
duurdere Suzuki jeep weliswaar maar die zal ons later nog goed van pas komen.
Eindelijk kunnen we starten aan onze verkenningstocht door….
Tinos
De tocht voert ons langs het marmeren strand van Agios Ioannis.
Triantaros.
De vuurtoren van Papargyros.
In de buurt van Livada stoppen we om één van de massaal aanwezige duiventillen te fotograferen, wij dachten
dat duivenmelken een typisch Vlaamse sport was maar niets is minder waar (grapje). In de tijd van de
Venetiaanse bezetting werden er massaal duiven gekweekt omdat zij dat een lekkernij vonden.
In Falatados…
…en in Exobourgo, op de hoogste berg van het eiland, laat Danny zich weer verleiden tot het fotograferen
van kerken, het lijkt wel een obsessie die kerken en klokken !
Idem voor panorama’s zoals deze vanop de Exobourgo
In Volax gaan we lunchen in taverne Rokos, waar we naast het mooie uitzicht en het lekkere eten, genieten
van de gastvrijheid. Leen wordt door de uitbater aangesproken met « my lovely » en Danny met « my
friend ». We zijn dan ook zijn enige klanten. Vanop het terras zie je het amfitheater en in de omgeving liggen
de akkers bezaaid met grote rotsblokken alsof een reus ermee gegooid heeft zoals een boer met te kleine
patatjes.
Vandaar gaat de tocht naar Agapi, een langgerekt dorp gebouwd op de oevers van een veel dieper gelegen
riviertje en volledig begroeid met Oleander. Wanneer we door een oud vrouwtje vanop haar balkon luid
begroet worden met « yasas », wat hallo of dag betekent, springt Danny een gat in de lucht van het
verschieten. Op de Griekse eilanden wordt je constant begroet door de bevolking maar deze keer had Danny
het vrouwtje niet op voorhand opgemerkt. Sindsdien is Danny op zijn hoede voor al te enthousiaste oude
vrouwtjes.
Vanop ons balkon genieten we ‘s avonds van het zicht op « Tinos city by night ».
De volgende dag gaan we off road en rijden we tot aan…
…de straat van Andros, het eilandje op de achtergrond.
In deze woestenij is er geen mens te bespeuren, dus ook geen oudjes om ons te begroeten. Een berggeit neemt
hier de honneurs waar.
We rijden terug naar de bewoonde wereld en belanden in Pyrgos…
…waar Leen even bekomt van de
oncomfortabele rit.
Op de terugweg naar Tinos stad bezoeken we nog enkele plaatsjes zoals Panormos.
Tinos is een bedevaartsoord die elke katholieke
Griek minstens één maal in zijn leven bezoekt. De
meesten gaan vanaf het voorplein van de Agia
Ioanniskerk (H.Johannes) op de knieën tot in de
kerk.
De echte « die hards » doen het zoals het hoort en
leggen het 800 meter lange traject van de oude
haven (of 4 km van de nieuwe) naar de kerk op
handen en knieën af waarbij ze om de 10 meter
stoppen om kort te bidden. Sommige mensen
doen er een hele dag over.
Nog een laatste shot van « het leven zoals het is…Tinos ». Morgen vertrekken we naar…
Syros
Deze maal belanden we niet in de
hoofdstad maar logeren we in het
« belangrijkste » strandvakantieplaatsje
van het eiland, Galissas.
Onterecht vrezen we dat we in een soort Benidorm gaan belanden, het blijkt een rustig en aangenaam plaatsje
te zijn. We beslissen dan ook om hier enkele dagen strandvakantie te houden. Zonnen, boekje lezen en
plonsje duik doen.
Om een of andere reden denken ze hier dat we Fransen zijn, we worden constant in het Frans aangesproken en
de reisorganisatie boekt voor ons het toepasselijke hotel Françoise.
Reeds de eerste avond ontdekken we restaurant Socrates, héél lekker eten aan schappelijke prijzen. We gaan
er dan ook elke avond eten. Ook hier worden we in het Frans aangesproken en na ons gerecht krijgen we
telkens een likeurtje of een dessertje « pour la maison ».
Na twee dagen zijn we het zonnen beu, en ook een beetje verbrand door de zon, en bezoeken we de hoofdstad
Hermoupoli. We bezoeken er een kerkje en ontdekken er een recent gevonden vroeg werk van El Greco,
slecht(s) beveiligd door een glasplaat bevestigd door acht schroeven. De plaatselijke pope was héél
enthousiast om ons het werk te laten zien.
Iets verderop vinden we een mini kopie van de scala van Milaan, onbekende plaatsjes hebben toch wel hun
verrassingen.
Ondanks de verzengende hitte beslissen we om het hoger gelegen Anos Syros te bezoeken, de oude
hoofdstad...
…waar we genieten van de pittoreske straatjes.
De volgende dag nemen we afscheid van Syros en varen we naar…
Santorini
De caldera (gezonken vulkaan) van Santorini binnenvaren is al een spektakel op zich.
Zoals verwacht logeren we in
het plaatsje Kamari.
Deze keer heeft de organistor Kamari tours, vandaar dat we al vermoedden dat we in Kamari zouden logeren,
hotel Santa Elena uitgekozen, alweer een familiezaakje waar we zelfs onmiddellijk de sleutel van de
buitendeur krijgen. Doorgaans is er niemand van het hotel aanwezig en zelfs overdag gaat de deur op slot.
Leen is gevleid met de keuze, heilig Leentje.
De dag na aankomst huren we een wagen bij een Griek die wel twintig vrienden heeft in Gent en Evergem,
allemaal flikken. Onze eerste bestemming is de prehistorische site van Akrotiri, een Minoische nederzetting
uit de 17e eeuw voor Christus. Heel opmerkelijk voor deze periode is dat er reeds huizen met verdiepingen
gebouwd werden. Er werden hier heel wat schitterende fresco’s gevonden waarvan de meeste naar Athene
zijn overgebracht, sommigen zijn hier in Thira, de hoofdstad, te bezichtigen.
De rest van de dag gaan we cruisen, zo komen we in
Akrotiri waar we geen slapende honden wakker
maken…
…Emporio, een oud piratennest…
…Vlychada, waar we bij het binnenrijden enthousiast worden begroet door de kelners van restaurant Dimitris.
Onze regel is dat we nooit eten waar kelners ons willen binnenlokken en dus eten we in een verder gelegen
taverne. Nadien lezen we in de gidsen dat Dimitris een aanrader is.
We sluiten de dag af in Megalochori wat letterlijk
grote stad betekent.
De volgende dag bezoeken we Thira, de
hoofdstad van Santorini. In het prehistorisch
museum vinden we enkele van de fresco’s
uit de oude nederzetting van Akrotiri zoals
de « blauwe apen »…
…en het vrouwenhuis.
Onderweg naar Oia passeren we een vissersdorpje waar we lekkere inktvis en Griekse salade smullen.
Oia (ieja uitgesproken) is gebouwd op de binnenwand van de caldera, het dak van het onderliggende huis is er
de patio van het bovenliggende.
Het is één van de meest gefotografeerde plaatsen in Griekenland, o.a. de cover van Lonely Planet Greece is
hier op pelicule vastgelegd.
Op de terugweg naar Kamari bezoeken we nog snel
Pyrgos waar de plaatselijke bevolking haar
zelfgemaakte wijn aan de toeristen probeert te
slijten…
Met een typisch beeld van de Cycladische dorpjes
nemen we afscheid.

You might also like