You are on page 1of 20

PERSOONLIJK LEIDERSCHAP

DEEL 1: Ontdek je authentieke leiderschap

Module Levensbeschouwing in de bovenbouw


Varendonck College
2022-2023
Studiewijzer Persoonlijk Leiderschap

Weeknummer Inhoud Opdrachten


1 Introductie Persoonlijk Leiderschap 1 t/m 8
Je ontwikkeling als authentiek leider
2 Leiderschap en je levensverhaal 1 t/m 9
3 Zelfkennis 1 t/m 6
4 Je waarden en principes in de praktijk brengen 1 t/m 8
5 Wat motiveert je om een leider te zijn? 1 t/m 7
6 Je supportersteam opbouwen 1 t/m 4
7 Stevig in het leven staan 1 t/m 6
8 Jouw ontwikkelingsplan voor persoonlijk Schrijven essay persoonlijk
leiderschap leiderschap
9 Jouw ontwikkelingsplan voor persoonlijk Schrijven en inleveren essay
leiderschap persoonlijk leiderschap

Berekening beoordeling PL

Je beoordeling wordt vastgesteld aan de hand van de ingeleverde opdrachten en het geschreven
essay. Voor de opdrachten geldt dat deze ingeleverd moeten zijn voor zondagavond 23:30 uur van
die week. Alleen op die manier kun je daar punten voor krijgen. Het essay moet worden ingeleverd
op de vrijdag voor de toetsweek. De weging is als volgt:

Opdracht Weging (in


procenten
van totaal)
Periode 1
Week 1: Inleiding Leiderschap 5%
Week 2: Leiderschap je levensverhaal 10 %
Week 3: Zelfkennis
Week 4: Je waarden en principes 10 %
Week 5: Motivatie
Week 6: Je supportersteam 10 %
Week 7: Stevig in je leven staan
Week 8 en 9: Essay over persoonlijk leiderschap 15 %

Periode 2
Groepsopdracht 30 %
Presentatie 20 %

! Totaal 100 %
Let op! Dit is je eindcijfer voor het vak Levensbeschouwing. Het eindcijfer zal
meetellen voor je examen!
Week 1: Jouw ontwikkeling als authentiek leider

Lees voordat je met de opdrachten begint:

-Voorwoord van de uitgever (blz 9 t/m 12)

-Voorwoord van David Gergen (blz 13 t/m 17)

-Inleiding – Vaar je eigen koers (blz 19 t/m 33)

Opdrachten:

Oefeningen bij de inleiding: je ontwikkeling als authentiek leider.

Wanneer dan eens na over de basis van je leiderschap en het proces dat je wilt volgen om een
authentiek leider te worden. De volgende oefeningen helpen je daarbij op weg.

1. Welke leiders uit het heden of verleden bewonder je?


a. Wat bewonder je in hen?
b. Welke van deze leiders beschouw je als authentieke leiders?
c. Wat kun jij van hun leiderschap leren?
2. Ook al ben je nog niet volwassen, je hebt in je leven al wel leiderschapservaringen opgedaan.
Denk bijvoorbeeld aan het zorgen voor broertjes of zusjes, oppassen, training geven,
klassenvertegenwoordiger zijn, je oriënteren op je vervolgstudie, etc.. Eigenlijk alle
ervaringen waarbij je verantwoordelijkheid nam voor jezelf of voor anderen. Als je
terugdenkt aan alle leiderschapservaringen in je leven, op welke ben je dan het meest trots?
3. Denk na over de basis van jouw leiderschap en het soort leider dat je zou willen zijn en
beantwoord deze vragen:
a. Welke eigenschappen gebruik je voor jouw leiderschap? (bijvoorbeeld je
intelligentie, betrouwbaarheid, goed kunnen luisteren, eerlijk zeggen wat je van iets
vindt, moedig zijn, etc.)
b. Welke leiderschapskwaliteiten zou je verder willen ontwikkelen?
4.
a. Weet je wat je doel is?
b. Breng je jouw waarden in de praktijk? Welke waarden zijn dat?
c. Leid je met je hart?
d. Bouw je relaties op?
e. Heb je zelfdiscipline?
5. Wat bedoelt David Gergen met de zin: “Tjonge, wat moest ik nog veel leren!” (blz 13, eerste
alinea).
6. Leg de volgende zin uit: “Karakter zonder capaciteiten betekent meestal dat een leider zwak
is, maar een leider met capaciteiten zonder karakter is gevaarlijk.” (blz 17, eerste alinea).
7. In de Inleiding staat het volgende geschreven: “De wereld heeft misschien wel heel andere
verwachtingen van jou en je leiderschap dan jij zelf hebt. (…) Je wordt onder druk gezet door
krachten van buitenaf om in hun behoeftes te voorzien en je wordt verleid door beloningen
als je aan deze wensen tegemoetkomt. De druk en verlokkingen kunnen je van je koers
afbrengen. Wanneer je te ver van je koers afwijkt, zal je innerlijke kompas je vertellen dat er
iets niet klopt en dat je je opnieuw moet oriënteren. Er zijn moed en vastberadenheid voor
nodig om niet toe te geven aan de voortdurende druk waarmee je te maken krijgt en om in
te grijpen wanneer het nodig is.”(blz 19-20).
a. Noemen voorbeelden van mensen die andere verwachtingen van jou en je
leiderschap hebben dan jezelf?
b. Met welke beloningen proberen ze jou te verleiden?
c. Hoe ga jij hiermee om?
d. Herken jij het gevoel van het innerlijk kompas in jezelf dat aangeeft als er iets niet
klopt? Zo ja, beschrijf dit aan de hand van een voorbeeld.
8. Waarom kunnen volgens de schrijver academische onderzoeken niet met het profiel van een
ideale leider komen? (blz 24).
Week 2: Leiderschap en je levensverhaal

Lees voordat je met de opdrachten begint:

Deel 1: Leiderschap is een reis. 1 De reis naar authentiek leiderschap (blz 37-64)

Nadat je hoofdstuk 1 hebt gelezen, is het belangrijk dat je je levensverhaal en


leiderschapservaring tot nu toe onderzoekt, waarbij je de nadruk legt op de invloeden uit je
jeugd en je eerste leiderschapservaringen.

Ontdek je leiderschap in je levensverhaal


1. Welke mensen hebben in je jeugd de meeste invloed op je gehad?
2. Als je denkt aan je eerste herinneringen, welke ervaringen zijn dan echte keerpunten in
je leven geweest?
3. Ga opzoek naar momenten in je jeugd dat je je helemaal jezelf voelde. Je was met iets
bezig en vergat alles om je heen. Vol concentratie en energie was je ermee bezig.
Beschrijf deze ervaring.
4. Welke mensen, bezigheden, dingen, dieren geven jou energie? Wat maakt dat zij jou
energie geven?
5. Welke mensen, bezigheden, dingen, dieren kosten jou energie? Wat maakt dat zij jou
energie kosten?
6. Is er in je leven ooit een moment geweest waarop je je slachtoffer voelde? Beschrijf dit
moment in je eigen woorden.
7. Teken een geluksdiagram. Geef bij alle toppen en dalen aan wat er toen gebeurde.
8. Voel je je ook in je huidige leven nog belemmerd door mislukkingen of teleurstellingen
die je eerder in je leven hebt meegemaakt of heb je geleerd ze te relativeren als
leerzame ervaringen?
9. De schrijver geeft in zijn boek aan dat het kennen van je eigen levensverhaal voor alle
succesvolle leiders de basis vormt voor hun leiderschap. Nu kun je zeggen: Iedereen
heeft toch een levensverhaal? Maar niet iedereen is een succesvol leider! Wat is volgens
de schrijver het verschil tussen succesvolle leiders en niet succesvolle leiders? (blz 50-
51).
Week 3: Zelfkennis
Lees voordat je met de opdrachten begint:

-Deel 2: Ontdek je authentieke leiderschap. H4 Zelfkennis. (blz. 109 t/m 130)

Als je hoofdstuk 4 hebt gelezen, kan oefening 1 je helpen je zelfkennis te ontwikkelen door je
leiderschapskwaliteiten, je tekortkomingen en je ontwikkelbehoeften te onderzoeken.

Oefening 1: Een onderzoek naar je basiszelfkennis

Met behulp van de volgende vragen kun je je zelfevaluatie vergelijken met hoe anderen jou zien.
Geef jezelf een score van 1 tot 10 (waarbij 10 ‘ja’, 5 ‘soms wel’ en 1 ‘nee’ betekent). Werk vervolgens
je onderzoek verder uit door alle vragen te beantwoorden. Kies daarna twee mensen uit die jou goed
kennen en laat hen jou beoordelen aan de hand van dezelfde vragen. Geef aan wie je feedback heeft
gegeven.

Vraag Jouw score Feedback Feedback


(1-10) score 1 (1-10) score 2 (1-10)
Ben je zelfverzekerd?
Ben je je bewust van je gemoedstoestand en je
emoties?
Kun je je stemming reguleren om de invloed ervan
op andere mensen tot een minimum te beperken?
Wanneer je met situaties wordt geconfronteerd
die je niet prettig vindt, kun je dan de tijd nemen
om goed na te denken voordat je reageert?
Wanneer je kritische feedback van anderen krijgt,
kun je die dan verwerken en op een constructieve
manier reageren zonder in de verdediging te
schieten?
Begrijp je de emoties en behoeften van anderen?
Ben je gevoelig voor de behoeften van anderen en
kun je hen daarbij helpen?
Kun je goed langdurige relaties opbouwen?
Kun je teams leiden?
Zijn anderen bereid je vrijwillig te volgen?
Kun je anderen van jullie wederzijds belang
overtuigen?

2. Als je de feedback hebt verwerkt, in hoeverre zie je jezelf dan zoals de anderen jou zien? Hoe sterk
is je basiszelfkennis op dit moment?

3. Sterke punten en ontwikkelgebieden

a. Wat zijn je sterkste vermogens of talenten?

b. Wat zijn je sterkste eigenschappen als leider?

c. Waaraan heb je het meest behoeften om je als leider te kunnen ontwikkelen?

4. Je authentieke zelf

a. Wat zijn je zwakke plekken, je blinde vlekken en je schaduwkanten?


b. In hoeverre gebruik je verdedigingsmechanismen om te voorkomen dat je je kwetsbaar
opstelt naar anderen?

c. Hoe zou je je meer op je gemak kunnen voelen als je je kwetsbaarheden aan anderen laat
zien?

d. In hoeverre ben je op dit moment tevreden met jezelf?

5. Log in op de dedecaan.net en maak de opdracht Kwaliteiten. Voeg je top 5 bij je weektaak. Als je
deze opdracht al eerder gemaakt hebt hoef je enkel je top 5 toe te voegen.

6. In het hoofdstuk worden 5 redenen genoemd waarom zelfkennis zo belangrijk is. Noem deze vijf
redenen. Welke van deze 5 redenen is voor jou het meest belangrijk? Waarom?

7. Zelfkennis maakt zelfacceptatie makkelijker. En als je jezelf kan accepteren (je goede en je slechte
kanten), wordt het veel gemakkelijker om jezelf en je gevoelens in de hand te houden. Je wordt
minder snel boos, agressief of gekwetst. Hoever ben jij op het pad van zelfacceptatie?

8. Bij zelfkennis hoort ook de rol die je in een groep inneemt. Doe de test op:
https://www.123test.nl/groepsrollentest/ en zie welke rol het beste bij jou past. Noteer de rol in je
weekopdracht.
Week 4: Je waarden en principes in de praktijk brengen
Lees voordat je met de opdrachten begint:

Deel 2: Ontdek je authentieke leiderschap. H 5 Je waarden en principes in de praktijk brengen


( blz 131 t/m 151)

1. Doe online de Barrett Values Test (link:


https://www.valuescentre.com/our-products/products-individuals/personal- values-
assessment-pva). Print de uitkomsten en voeg het digitale bestand toe aan je portfolio.
2. Bestudeer de uitkomsten van de test. Herken je jezelf erin? Wat is verrassend?
3. Log in op de dedecaan.net en maak de opdracht Waardevol. Voeg je top 5 bij je weektaak.
Als je deze opdracht al eerder gemaakt hebt hoef je enkel je top 5 toe te voegen.
4. Je kunt de uitkomsten van de test gebruiken bij de volgende vragen.
a. Orden je 10 waarden van meest belangrijk naar minst belangrijk.
b. Welke waarden zijn onaantastbaar?
c. Welke waarden zijn gewenst, maar niet verplicht?
d. Zijn er waarden bij die afhangen van de situatie waarin je je bevindt?
5. Denk terug aan een situatie waarin je waarden met elkaar botsten. (Als je niet goed weet wat
botsende waarden zijn lees dan het voorbeeld van Keith Krach vanaf pagina 136)
a. Hoe heb je dat conflict opgelost?
b. Hoe tevreden was je over het resultaat?
c.
6. Maak een lijst van de leiderschapsprincipes die je gebruikt of wilt gebruiken. Kijk er dan
opnieuw naar en orden ze naargelang hun belang voor jou. (blz 132-133)
7. Som de ethische grenzen op die je niet wilt overschrijden. Zet ze vervolgens in volgorde van
belangrijkheid. (blz 132-133 en blz 148-149)
8. Lees voordat je deze opdracht maakt het voorbeeld van Jon Huntsman vanaf pagina 138.
Denk eens terug aan een situatie waarin je van je koers en je waarden afweek om je doelen
te kunnen bereiken.
a. Hoe zul je in de toekomst met zo’n situatie omgaan?
b. Hoe kun je het ‘glad ijs’ van kleine afwijkingen die later tot grote afwijkingen leiden,
zien aankomen?
c. Wanneer je merkt dat je van je koers afraakt, hoe kun je dan weer terugkomen?
Week 5: Wat motiveert je om een leider te zijn?
Lees voordat je met de opdrachten begint:

Deel 2: Ontdek je authentieke leiderschap. H 6 Wat motiveert je om een leider te zijn? (blz
153 t/m 167)

Met de volgende opdrachten krijg je inzicht in je drijfveren. Nadat je de gedeeltes over motivatie hebt
afgerond, kun je onderzoeken hoe je je drijfveren en vermogens optimaal kunt combineren en
waarvoor je het meest gemotiveerd bent. Deze thuishaven kan je waardevolle inzichten geven over je
loopbaan en de keuzes in je leven.

1. Wat motiveert je om een leider te zijn? Als je geen leider wilt worden dan schrijf je op wat je
wel wilt worden. Wat motiveert je om dit beroep te willen uitvoeren?
2. Wat zijn je externe drijfveren? Vink ze op het volgende overzicht aan. Als je de lijst hebt
afgerond, zet ze dan op volgorde van belangrijkheid (van 1 tot 5, te beginnen met de
grootste externe drijfveer).

Mijn externe drijfveren Ja/nee Rangorde


Geld
Macht
Een titel hebben
Publieke erkenning
Sociale status
Van anderen winnen
Iets willen leren voor een goed punt
Geassocieerd worden met prestigieuze instituties
Anders namelijk:

3. Wat zijn je interne drijfveren? Vink ze op het volgende overzicht aan. Als je dit gedaan hebt,
zet ze dan op volgorde van belangrijkheid.

Mijn interne drijfveren Ja/nee Rangorde


Persoonlijke groei en ontwikkeling
De voldoening van een goede baan
Anderen helpen
Anderen leiden en organiseren
Iets willen leren omdat je het wil begrijpen
Geassocieerd worden met mensen die je dierbaar zijn
Betekenis halen uit je inspanningen
Trouw zijn aan je overtuigingen
Een verschil voor de wereld maken
Invloed op anderen hebben
Anders namelijk:
4. Je drijfveren in volgorde van belangrijkheid. Voeg de lijsten van je externe en interne
drijfveren samen en maak een top 5 van je drijfveren.

Rangnummer: Drijfveer (belangrijkste Interne of externe


eerst) drijfveer?
1.
2.
3.
4.
5.
5. Maak een top 5 van je vermogens of sterke punten.

Rangnummer: Vermogen/sterk punt:


1.
2.
3.
4.
5.
6. Maak een lijst van je gemotiveerde vermogens. De gebieden waarop je zowel zeer
gemotiveerd als zeer vaardig bent.

Voorbeeld:…

7. Gebruik je gemotiveerde vermogens. Maak een lijst van toekomstige situaties waarvan je je
kunt voorstellen dat je je gemotiveerde vermogens erop kan toepassen. Met andere
woorden, stel je een situatie voor waarin jij het beste zou kunnen werken in de toekomst. In
die situatie ben jij bezig met de dingen die jij heel erg leuk vind en waar je heel goed in bent.
Hoe ziet die (werk)omgeving eruit? Zet ze vervolgens in een volgorde van 1 tot 5, waarbij 1
staat voor de beste manier waarop je je gemotiveerde vermogens kunt toepassen.

Rangnumme Situatie waarin ik mijn gemotiveerde vermogens kan toepassen


r
1.
2.
3.
4.
5.

8. Log in op de dedecaan.net en maak de opdracht Interesses. Voeg je top 5 bij je weektaak. Als
je deze opdracht al eerder gemaakt hebt hoef je enkel je top 5 toe te voegen.
Kwaliteiten (waar ben ik goed in?):
Zwaktes (dingen waar ik niet zo goed in

Je ‘Gemotiveerde vermogens’ (sweet spot) verwerk je in opdracht 6 en 7 van


week 5. Het ingevulde schema voeg je toe aan je verslag van week 5.

Extrinsieke motivatie die voor mij belangr


Intrinsieke motivatie die voor mij belangrijk is:
Week 6: Je supportersteam opbouwen
Lees voordat je met de opdrachten begint:

Deel 2: Ontdek je authentieke leiderschap. H 7 Je supportersteam opbouwen? (blz 169 t/m


185)

Als je hoofdstuk 7 hebt gelezen, kun je met deze oefening kijken welke relaties op dit moment
belangrijk voor je zijn en onderzoeken hoe je supportersteam eruit moet zien.

1. Relaties in het heden en verleden.


a. Maak een lijst van de belangrijkste relaties in je leven, op dit moment en in het
verleden.
b. Wat is je belangrijkste relatie?
c. Waarom is deze persoon belangrijk voor je? Op welke manieren richt je je op deze
persoon voor ondersteuning?
2. Het gezin waarin je opgroeit.
a. Maak een genogram van je gezin. Gebruik hiervoor een online programma om een
genogram te bouwen (bv: https://www.smartdraw.com/genogram/genogram-
maker.htm)
b. Wat heb jij van thuis uit meegekregen waar je blij mee bent? Met andere woorden:
wat heb jij thuis geleerd wat je vooral wilt behouden?
c. Wat heb je van thuis uit meegekregen waar je minder blij mee bent? Met andere
woorden: wat heb jij thuis geleerd waar je liever vanaf wilt?
3. Leraren, mentoren, trainers of coaches (binnen of buiten school).
a. Welke leraren, mentoren, trainers of coaches zijn voor jou belangrijk geweest?
b. Op welke manier hebben zij je geholpen je te ontwikkelen?
c. Hoe heb jij deze personen geholpen en een relatie van tweerichtingsverkeer
opgebouwd?
4. Vrienden.
a. Hoe hebben je vrienden je geholpen om een nog betere leider te worden?
b. Op welke vrienden heb je kunnen bouwen als het je allemaal tegenzat?
c. Heb je vrienden met wie je openlijk over je problemen kunt praten? Kunnen jullie
elkaar eerlijke feedback geven?
d. Beschrijf een vriendschap die gedurende langere tijd wederzijds gunstig is geweest
voor jou. Wat heb jij gedaan zodat deze vriendschap zo waardevol en duurzaam
werd?
e. Beschrijf een relatie die voor jou niet goed werkte, waarvoor je je zelf ook enigszins
verantwoordelijk voelt. Wat zou je anders doen als je de kans had om het over te
doen?
Week 7: Stevig in je schoenen staan
Lees voordat je met de opdrachten begint:

Deel 2: Ontdek je authentieke leiderschap. H 8 Stevig in het leven staan: de onderdelen van
je leven integreren (blz 187 t/m 204)

In deze oefeningen onderzoek je hoe je alle onderdelen van je leven kunt samenvoegen tot een
geïntegreerd geheel, zodat je je leven op een integere manier kunt leiden. De onderlinge overtuiging
is in dit geval dat je door alle onderdelen van je leven samen te brengen tot een geïntegreerd geheel,
je een effectievere leider zult zijn en meer voldoening en bevrediging in je leven zult hebben.

Gebruik de volgende oefening om je emmers te vullen.

1. Privéleven ( dingen die je voor jezelf doet waar je van geniet)


a. Wat is voor jou het belangrijkst in je privéleven?
b. Op welke manier reserveer je hiervoor tijd?
c. Hoeveel tijd per week besteedt je hieraan?
d. Ben je hierover tevreden? Zou je hier meer/minder tijd aan willen besteden?
2. Gezinsleven
a. Wat is voor jou belangrijk in jullie gezin?
b. Hoe zorg je ervoor dat dit (je antwoorden bij a) gebeurt?
c. Hoeveel tijd per week besteedt je hieraan?
d. Ben je hierover tevreden? Zou je hier meer/minder tijd aan willen besteden?
3. Je vriendschappen (en vriendengroepen)
a. Benoem je vriendschappen en vriendengroepen.
b. Op welke manier reserveer je hiervoor tijd?
c. Hoeveel tijd per week besteedt je hieraan?
d. Ben je hierover tevreden? Zou je hier meer/minder tijd aan willen besteden?
4. Je schoolleven
a. Wat is voor jou belangrijk in je schoolleven?
b. OP welke manier reserveer je hiervoor tijd?
c. Hoeveel tijd per week besteedt je hieraan?
d. Ben je hierover tevreden? Zou je hier meer/minder tijd aan willen besteden?
5. Noteer in elke emmer enkele kenmerken die voor jou bij die emmer passen en vul hem voor
zover jij voelt dat de emmer vol zit.
6. Stel je je leven als een huis voor, met een slaapkamer voor je privéleven, een werkkamer
voor je schoolleven, een woonkeuken voor je gezinsleven en een huiskamer om met je
vrienden te delen.
a. Vul in de verschillende kamers in welke eigenschappen op dat moment bij jou
passen. Wat krijgen de mensen in de verschillende ruimtes van jou te zien?
b. Kun je de muren tussen die kamers wegbreken en toch in elke kamer dezelfde
persoon zijn?
c. Kun je dezelfde authentieke persoon zijn in elke omgeving, of gedraag je je anders op
school dan thuis, met je vrienden of op de sportclub/muziekvereniging, etc.?
Week 8 en 9: Jouw ontwikkelingsplan voor persoonlijk leiderschap
EINDOPDRACHT: Het schrijven van een essay – hoe doe je dat nu?
We verwachten dat jullie aan het einde van de periode een essay schrijven van hetgeen je hebt
geleerd. Het zou zomaar eens kunnen zijn dat dit de eerste keer is dat je een essay moet schrijven.
Om die reden leggen we hier uit wat een essay is en waar je essay aan moet voldoen. Je essay
voldoet ten minste aan de volgende criteria:

- Juiste opbouw (inleiding, kern, slot)


- Titelpagina met daarop je naam, de titel van je essay, je klas en datum
- Verantwoording van opvattingen (leg uit hoe je tot bepaalde standpunten komt)
- Opmaak (gebruik alinea’s, schrijf in correct Nederlands)
- 2500 woorden

Inleiding, kern, slot

Het is belangrijk dat je je essay zo opbouwt dat er een duidelijke structuur in zit. Daarvoor is het
bijvoorbeeld handig om met een samenvatting van je essay te beginnen. Doe dat zo helder en zo kort
mogelijk (stel jezelf het doel dit in 250 woorden te doen!). Je introduceert in de inleiding kort wat je
gaat vertellen in de rest van de tekst. Daarna schrijf je de kern van je test. Wat er in de kern komt
staat onder het kopje ‘Inhoud van het essay’. Je eindigt met een conclusie. In dit essay schrijf je wat
over jouw eigen ‘True North’. Beschrijf wat voor een soort leider je bent of wilt zijn. Dit doe je op
basis van alles wat je deze periode hebt geleerd.

Citaten

Gebruik citaten alleen als ze nodig zijn, bijvoorbeeld om een bepaalde interpretatie die jij van een
auteur geeft, te ondersteunen, of als het citaat de mening van een auteur of het karakter van een
probleem precies en bondig weergeeft. Geef van alle citaten aan waar je ze gevonden hebt, en ook
van beweringen over wat anderen gezegd zouden hebben.

Inhoud van het essay

Om je op weg te helpen hebben we vooraf voor je bepaald welke onderdelen je ten minste
behandelt in je essay. Je behandelt de volgende onderwerpen in ieder geval:

- Weergave van de theorie. Benoem bij ieder onderdeel van het kompas waar het over gaat.
o Week 1: Welke leiders bewonder je en waarom?
o Week 2: Levensverhaal in beeld. Welke gebeurtenissen (positief/ negatief) zijn
belangrijk voor jou geweest?
o Week 3: Zelfkennis. Hoe goed ken je jezelf? Heb je zicht op je schaduwkanten en/ of
verborgen kanten?
o Week 4: Waarden en principes. Welke waarden zijn voor jou belangrijk en hoe ga je
ermee om als deze onder druk komen te staan?
o Week 5: Motivaties. Welke motivaties zijn voor jou belangrijk. Welke sterke punten
heb je? Wat zijn je gemotiveerde vermogens? Beschrijf je werkomgeving waarin je je
gemotiveerde vermogens kan toepassen.
o Week 6: Support team. Hoe ziet je supportteam eruit? Naar wie ga je om welke hulp?
o Week 7: Wat zijn kenmerken van jou in verschillende omstandigheden (privé, werk/
school, gezin, vrienden).
- Reflectie op je eigen proces. We hebben het kompas als het ware ‘gevuld’ met eigen
ervaringen en eigen interpretaties van dat wat waardevol voor je is. In je essay reflecteer je
over het geheel: wat heb je geleerd, waar ben je achter gekomen? Heb je bijvoorbeeld veel
zelfkennis of was de feedback van klasgenoten soms verrassend? Hoe zit het met de balans
tussen intrinsieke en extrinsieke motivaties bij jou? Als je nu het geheel overziet, zijn er dan
bepaalde patronen te herkennen, thema’s die terugkomen? Welke zijn dat en wat kan dat
voor jouw toekomst betekenen (m.a.w. wat zijn je leerpunten, waar kun je in investeren?).
Bijlage A: Lijst met beroemde leiders

Kemal Atatürk

Sitting Bull

Napoleon Bonaparte

Winston Churchill

Adolf Hitler

Franklin Delano Roosevelt

Karl Marx

Djengis Khan

Lodewijk IVX

Tsaar Peter de Grote

Koningin Elizabeth I

Koningin Victoria

Barack Obama

Jozef Stalin

Che Guevara
Bijlage B: De teamrollen van Belbin

Rol Beschrijving Toelaatbare Niet toelaatbare


zwakheden zwakheden
Plant Creatief, grote Let niet op details. Gaat Houdt ideeën voor
verbeeldingskracht, zozeer in zijn werk op zichzelf terwijl
onorthodox, lost moeilijke dat hij niet kan samenwerken voor
problemen op communiceren betere resultaten zou
leiden
Brononderzoeker Extrovert, enthousiast, Te optimistisch. Verliest Komt afspraken niet
communicatief sterk, interesse als eerste volledig na
onderzoek nieuwe enthousiasme gezakt is
mogelijkheden, leg
contacten
Voorzitter Volwassen, veel Heeft iets Schrijft prestaties van
zelfvertrouwen, een geode manipulerends. team toe aan zichzelf,
voorzitter. Verheldert Delegeert zijn eigen alsof het zijn eigen
doelstellingen, versnelt werk prestatie is
besluitvorming, kan goed
delegeren
Vormer Uitdagend, dynamisch, Kan anderen Kan uit de hand gelopen
functioneert het best provoceren. Kwets de situaties niet redden
onder druk, heeft gevoelens van mensen,
gedrevenheid en moed die doet kwetsende
nodig zijn om obstakels te uitspraken
overwinnen
Monitor Nuchter, strategisch Mist gedrevenheid en Cynisch zonder reden
inzicht, goed het vermogen anderen
onderscheidingsvermogen, te motiveren. Te
ziet alle opties, scherp kritisch.
beoordelingsvermogen
Groepswerker Coöperatief, mild, Besluiteloos in moeilijke Gaat stressvolle
opmerkzaam, diplomatiek, situaties. Laat zich situaties uit de weg
luistert, is opbouwend, makkelijk beïnvloeden
voorkomt wrijving, brengt
rust in de tent
Bedrijfsman Gedisciplineerd, Niet erg flexibel. Houdt veranderingen
betrouwbaar, behoudend Reageert traag wanneer tegen
en efficiënt, zet ideeën om zich nieuwe
in praktische handelingen mogelijkheden
voordoen
Zorgdrager Nauwgezet, gewetensvol, Geneigd zich onnodig Geobsedeerd gedrag
gespannen. Is alert op zorgen te maken
vergissingen, zorgt dat Delegeert niet graag
dingen op tijd gebeuren Muggenzifter
Specialist Doelbewust, initiatiefrijk, Zijn inbreng is beperkt Negeert factoren die
toegewijd. Voorziet in tot klein gebied. Blijft te buiten de eigen kennis
kennis en vaardigheden lang stilstaan bij details. liggen
waar een tekort aan is. Geen oog voor geheel.
Rol Werkt goed samen met Werkt niet goed samen met
Plant Voorzitter, Brononderzoeker, Bedrijfsman, Vormer, Monitor
Groepswerker
Brononderzoeker Bedrijfsman, Groepswerker Zorgdrager, Specialist
Voorzitter Plant, Bedrijfsman Vormer, groepswerker,
Vormer Voorzitter, Monitor, Bedrijfsman, Plant
Brononderzoeker, Groepswerker,
Zorgdrager
Monitor Voorzitter, Bedrijfsman Monitor, Vormer, Zorgdrager
Groepswerker Plant, Groepswerker, Specialist Vormer
Bedrijfsman Vormer, Plant, Zorgdrager, Bedrijfsman, Plant
Voorzitter, Monitors,
Brononderzoeker, Specialisten
Zorgdrager Plant, Vormer, Bedrijfsman Brononderzoeker
Specialist Bedrijfsman, Groepswerker, Brononderzoeker, Vormer, Plant
Voorzitter
Bijlage C:

You might also like