You are on page 1of 2

§1 Een nieuwe tijd, een nieuwe godsdienst.

Rond 1500 voor Christus hoorden alle inwoners van Europa bij één kerk. Aan het hoofd van de
Christenen stond de bisschop van Rome, de paus. Rooms van Rome en katholiek voor iedereen dus
rooms-katholiek want katholiek betekent algemeen of overal verspreid.

Hemel en hel.
Volgens het Christendom kon je in het hiernamaals naar de hemel (als je goed leefde) en naar de hel (als je
veel kwaad had gedaan). Zonden konden vergeven worden dat betekent dat god er niet meer naar kijkt. Zo
kon je toch in de hemel komen je moest er wel spijt van hebben en beterschap beloven.
In de 16e eeuw zeiden de priesters dat je vergeving kon krijgen van de kerk door een brief te kopen waarin
stond dat je zonden vergeven waren. Dat noemde je een aflaatbrief. Het werd gewoon een handeltje waar
de kerk heel veel aan kon verdienen. Niet iedereen was daar blij mee

Priesters als tussenpersoon.


Mensen moesten naar de kerkdiensten. Mensen begrepen niet wat daar gebeurde want de priesters spraken
Latijn. Priesters waren tussenpersoon tussen god en de gewone mensen. Gewone mensen waren dus van
priesters afhankelijk.

Erasmus en het humanisme.


Rond 1500 groeide de ontevredenheid over de rooms-katholieke priesters. Geleerden wilden niet meer
afhankelijk van hun zijn. Ze leerde de oude talen waarin de boeken geschreven waren: Grieks en
Hebreeuws. Ze kwamen erachter dat priesters dingen zeiden die helemaal niet in de bijbel stonden. Er
stond bijv niks in over aflaatbrieven en geld geven aan de kerk.
Ze noemde die geleerden humanisten, dat komt van humaan; menselijk. Ze vonden dat mensen zelfstandig
moesten zijn. Zodat mensen niets meer aan de priesters hoefde te vragen.

De kerkhervorming.
De Duitse Monnik Maarten Luther spijkerde in 1517 een papier aan de kerkduur in zijn woonplaats.
Daarop stond een lange lijst met zijn bezwaren tegen de kerk. Hij zei dat hij de paus niet langer zou
gehoorzamen als die de kerk niet wilde verbeteren. De Paus schrapte Luther van de kerklijst, daarom
begon hij zelf maar een nieuwe kerk. Ze werd protestants genoemd omdat het tegen de andere kerk was.
Protestanten zeiden dat Luther de kerk had hervormd. Er kwamen na Luther meerdere hervormers bijv.
Calvijn hij kreeg veel Nederlandse aanhangers die werden hervormden of gereformeerden genoemd.

Protestantse kerken
Protestanten wilden geen versieringen in de kerk want dat leidde de aandacht af van het belangerijkste
namelijk de uitleg van de bijvel. Het was een kerk in een taal die iedereen kon begrijpen. Ook de bijbel
werd in alle talen vertaald. Zo kon iedereen hem lezen.

Onverdraagzaamheid.
De paus en andere belangrijken mensen wilden een eind maken aan het protestantisme. Maar het geloof
verspreidde zich snel.
Sommige koningen kozen de kans van de protestanten in die landen werd het geloof verplicht. Mensen
dachten dat 2 Christelijke geloven niet kon en er dus 1 weg moest. De koning Filips II die over nederland
beslisten over Nederland was Rooms-katholiek, hij wilden geen protestanten in Nederland maar die waren
er wel.

De Renaissance.
Kunstenaars bestudeerden ook de cultuur van de Grieken en Romeinen Ze probeerden ze na te doen en te
verbeteren. Ze deden dus hun kunst na maar in een nieuw jasje. Dat werd de Renaissance genoemd, dat
betekent wedergeboorte.

You might also like