You are on page 1of 20

verschijnt maandelijks, uitgez. juli en aug.

afgiftekantoor 2099 antwerpen X erkenning: p303221

tijdschrift - toelating gesloten verpakking 2099 antwerpen X n bc 6379 Pb-nr. b-4883

t i jdschrif t va n de k u l eu v en

2 9 f e br ua r i 2 0 12 | nr 6 | 2 3 s t e j a a r g a ng | w w w. k ul e u v e n . be / c k /

Kulak-katern
sPeciale bijl age [Paginas 9 tot 13]

Ik ben een allesvreter


le ven na leuven: gerManist en journalist anDr verMeulen [14]

Eerste Leuven International Forum


sterrenbeeld
Ze hebben het er warm van gekregen: de leden van de groep Training Coaching en Dans zijn verkozen tot huiskunstenaars van de faculteit bewegings- en revalidatiewetenschappen. na een grondige selectieprocedure maakte de Dienst cultuur eind februari de namen van nog twaalf andere faculty stars bekend. Zij worden elk het artistieke gezicht van hun faculteit. Maak alvast kennis met deze dansers, een celliste en een beeldend kunstenaar op p. 18.
( ku leuven | rob stevens)

Ze ven ereDoctor aten, onDer Meer voor herMan van roMPuy en jacques rogge [5]

Gedaan met Spelen


Doctor a at: wa aroM k waM er een einDe a an De griekse atle tieksPelen? [7]

Iedereen toegang tot alle onderzoek


De KU Leuven start een campagne om vrije toegang tot onderzoeksresultaten te promoten. Wetenschap heeft de bedoeling problemen op te lossen. Dat kan alleen als die oplossingen ook toegankelijk gemaakt worden. Via Open Access kan dat, zegt vicerector Onderzoeksbeleid Peter Marynen.
ludo Meyvis Het principe van Open Access snelle en vrije toegang tot onderzoeksresultaten wordt niet door n specifieke instantie gedragen, maar maakt steeds meer opgang in de belangrijkste wetenschappelijke kringen. Ook de KU Leuven is Open Access zeer genegen, en heeft inmiddels een infrastructuur uitgebouwd waardoor die vrije toegang beter mogelijk wordt, aldus hoofdbibliothecaris Mel Collier. Open Access is geen nieuw concept. Al in 2007 ondertekende onze universiteit de zogenaamde Conventie van Berlijn, waarin wetenschappelijke instellingen toezeggen bij te dragen tot de uitbouw van Open Access. Vorig jaar werd in de schoot van de LERU (League of European Research Universities) een roadmap uitgetekend, met hetzelfde doel. En ons universiteitsbestuur heeft zich rond diezelfde tijd actief achter het project geschaard. Naar aanleiding van het LERUinitiatief blokletterde de Frankfurter Allgemeine: Es wird Zeit, alle alles lesen zu lassen. Zon vaart loopt het misschien niet, maar Open Access heeft niettemin zeer ambitieuze doelstellingen. Het wil onderzoeksresultaten snel verspreiden en zo toegankelijk mogelijk maken via het internet. Dat is een maatschappelijke verplichting, aldus Peter Marynen. Onze onderzoekers werken met gemeenschapsgeld, en de samenleving heeft het recht om te weten wat we met dat geld doen. Verder heeft wetenschap de bedoeling problemen op te lossen. Dat kan alleen als de toegang tot die oplossingen ook effectief bestt. Nu zijn wetenschappelijke tijdschriften vaak enorm duur, tot enkele tienduizenden euro voor n jaargang. Praktische, financile en ruimtelijke beperkingen staan vrije toegang in de weg. Daardoor mist bijvoorbeeld het maatschappelijk middenveld toegang tot wetenschappelijke collecties, om van universiteiten in de Derde Wereld maar te zwijgen. Aan dergelijke noden wil Open Access tegemoet komen. pagina 4

Woonwerkverkeer op het goede spoor


fiets en trein winnen terrein [8]

Oefenen op Dr. Bibber


vernieuwD va arDigheiDscentruM voor stuDenten geneeskunDe a an kul ak [11]

Niemand kiest voor de straat


De r a aD: Drie e XPerts over De DakloZenProbleMatiek [17]
nr. 8 2 Mei 2012 nr. 9 1 juni 2012 nr. 10 27 juni 2012

verschijningsdata caMpuskrant jaargang 23

nr. 7 28 Ma a 2012

2 Nieuws
colofon
Campuskrant
maandelijks tijdschrift van de ku Leuven

campuskrant

hoofdredaCtie
sigrid somers reiner Van hove

Virtuele sneeuw verzacht pijn van brandwondenpatinten


Brandwondenpatintjes voelen minder pijn tijdens de behandeling als ze via een masker een virtualrealityspel in een winters decor spelen. Het Brandwondencentrum van UZ Leuven wil het systeem tegen de zomer in gebruik nemen.
Bij de behandeling van brandwonden dient de wonde gereinigd te worden, dood weefsel verwijderd om infecties en littekenweefsel te voorkomen en de huid uitgerekt om het herstel te verbeteren. Zorgverleners zijn voortdurend op zoek naar manieren om de pijn tot een minimum te beperken, zeker omdat ruim de helft van de brandwondenpatinten jonger dan vijf is. Elke kans om hun pijn te verzachten, moeten we aangrijpen, zei dokter Michel Van Brussel, brandwondenchirurg in UZ Leuven, in De Standaard. Virtual reality is daarin een volgende stap. Via een masker met ingebouwde beeldschermen en luidsprekers dompelt het virtualrealityspel SnowWorld de patintjes onder in een poollandschap, inclusief sneeuwmannen, ijsberen en pinguns beelden die zo ver mogelijk af liggen van vuur. Het spel

redaCtie
ilse frederickx, Christoph meeussen, Ludo meyvis, Julia nienaber, emmeline schelfhaut, rob stevens, Jos stroobants, ine Van houdenhove, Wouter Verbeylen

redaCtieadres
oude markt 13 bus 5005 3000 Leuven 016 32 40 13 campuskrant@kuleuven.be

adresWiJzigingen
alumni Lovanienses naamsestraat 63 - bus 5601 3000 Leuven erik.gobin@alum.kuleuven.be

medeWerkers
Jaak poot, katrien steyaert

grafisCh ontWerp
Catapult, antwerpen

het ijzige landschap in het virtualrealityspel SnowWorld

( hunter hoffman)

Lay-out en zetWerk
Wouter Verbeylen

fotografie
rob stevens

leidt de patinten af van wat er tijdens de verzorging gebeurt, te meer omdat ze ook zelf actie moeten ondernemen, zoals sneeuwballen gooien en ontwijken.

Cartoons
Joris snaet

pijn beconcurreren
SnowWorld werd bedacht door Hunter Hoffman, een cognitief psycholoog aan de Universiteit van Washington in Seattle. Pijn heeft je aandacht nodig en het spel concurreert met die aandacht, was zijn redenering. Het is in die zin vergelijkbaar met wat

reCLameregie
inge Verbruggen t 016 32 40 15 inge.Verbruggen@dcom. kuleuven.be

hypnose of muziek doet, zegt dokter Van Brussel. Alleen is het effect bij virtual reality sterker. In het brandwondencentrum van het Groningse Martini Ziekenhuis bleek het systeem bijzonder succesvol en inderdaad doeltreffender dan afleiding via tv of muziek. Dertien van de negentien patinten hadden minstens 33 procent minder pijn. Degenen met de meeste pijnverlichting dachten bovendien dat het schoonmaken van hun wonden korter duurde dan werkelijk

het geval was. Een jongetje dat aan beide onderbenen verbrand was, wist niet eens welk been behandeld werd. Tegen de zomer hoopt ook Michel Van Brussel het virtualrealitymasker in gebruik te kunnen nemen in het brandwondencentrum van Gasthuisberg. Het systeem is duur zon 50.000 euro maar de vzw Help Brandwonden Kids steunt en financiert het initiatief. www.helpbrandwondenkids.be

opLage
37.500 ex.

drukWerk
eco print Center, Lokeren

Joris steekt de draak

Campuskrant wordt gedrukt met milieuvriendelijke waterloze druktechnologie.

VerantWoordeLiJke uitgeVer
pieter knapen oude markt 13 - bus 5005 3000 Leuven

Copyright artikeLs
artikels kunnen overgenomen worden mits toestemming.

lees campuskrant op uw ipad


installeer de app via www.kuleuven.be/ck/ipad Wilt u meteen uw papieren abonnement opzeggen? www.kuleuven.be/ck/ campuskrantopzeggen

Global change en de watervlo: lees het artikel op pagina 11.

29 februari 2012

Nieuws 3
Geciteerd
Rood voor Roodkapje
Het laatste nieuws, 15.2.2012

Volgens een recente Britse enqute weigert liefst n ouder op de vijf om nog de verhalen van hans en grietje of roodkapje voor te lezen, omdat ze te gruwelijk zijn. fout, vindt professor emeritus Volkskunde stefaan top. ouders onderschatten het incasseringsvermogen van kinderen, meent hij. dat sprookjes net een sterk educatief karakter hebben, wordt te snel vergeten. in elk verhaal zit een moraal: oppassen voor vreemden, nooit opgeven, verder zien dan uw neus lang is... alles gebeurt wel in extremen. Wie in de fout gaat, wordt bijvoorbeeld opgevreten of verminkt. maar omdat het zo pkt, blijft de boodschap hangen. sprookjes zijn bijzonder leerzaam. goed voor de creativiteit van kinderen en hun inlevingsvermogen. ze gaan ze uitbeelden, leren nieuwe woorden en gaan mogelijk zelf oplossingen zoeken voor het probleem van het hoofdpersonage.

Ambitieus project moet Leuven klimaatneutraal maken


De netto uitstoot van broeikasgassen zoals CO2 en methaangas in Leuven tot nul procent herleiden. Dat is de doelstelling van het ambitieuze project Leuven Klimaatneutraal 2030 dat de KU Leuven en de stad lanceren, samen met een aantal Leuvense bedrijven en instellingen. Een studiegroep stelt dit jaar een stappenplan op met mogelijke scenarios om dat doel te bereiken. Daarna volgen concrete acties.
Jaak poot Peter Tom Jones IOF-onderzoeksmanager en transitiedeskundige aan het Departement Metaalkunde en Toegepaste Materiaalkunde pleitte al in 2010 voor dit project: Toen ik het idee lanceerde tijdens een aantal lezingen, werd er aanvankelijk met scepsis gereageerd. Tot ik de top van onze universiteit kon overtuigen. Dat was de trigger om ook schepen van leefmilieu Mohamed Ridouani achter het idee te krijgen om Leuven een voortrekkersrol te geven in de strijd tegen de klimaatopwarming. Zo werden stad en universiteit gangmakers van het project. Ze kregen de steun van een aantal grote Leuvense bedrijven en instellingen, zoals AB-Inbev, IMEC, Interleuven, UZ Leuven, De Lijn en Voka. Met andere zijn onderhandelingen bezig. We werken voor een deel top-down met een G20 van zwaargewichten uit stadsbestuur, universiteit, bedrijven en middenveld, zegt projectmanager Jones. Maar het kan alleen lukken als we ook bottom-up een breed draagvlak creren. We zetten een denkgroep in van negen wetenschappers van de KU Leuven. Ze komen uit uiteenlopende vakgebieden, van economie over sociologie tot architectuur en ingenieurswetenschappen. Daarnaast organiseren we via het Netwerk Duurzaam Leuven twee rondetafelconferenties over de transitiescenarios.

Trappist op het veld


Gazet van antwerpen, 20.2.2012

nulmeting
Het is natuurlijk een heel ambitieus plan, zegt dr. Han Vandevyvere (Departement Architectuur, Stedenbouw en Ruimtelijke Ordening), wetenschappelijk coordinator van het project. Over het kernidee is geen discussie. De Britse econoom Nicholas Stern becijferde dat business as usual ons tien keer meer kan kosten dan nu investeren in maatregelen om de klimaatverandering te stoppen. Natuurlijk zit je met een massa variabelen die je niet in de hand hebt. Nationale en

aantal stromen bekijken. Er zijn de directe emissies van schadelijke gassen op eigen grondgebied door transport, gebouwen of energieproductie. Je moet ook rekening houden met de uitstoot die je binnenhaalt via energieaanvoer, zoals elektriciteit. Een derde factor is de import die vasthangt aan goederen en diensten denk maar aan de sappige steaks die we uit Argentini invoeren. Om de uitstoot aan te pakken rekent Vandevyvere niet alleen op lokale energie-ingrepen, maar

Klimaatneutraliteit is een middel om de veerkracht van de stad te vergroten.


internationale factoren kunnen het proces versnellen of vertragen. Lokaal vraagt het veel inzet om burgers, scholen, organisaties en bedrijven te motiveren om mee aan de kar te trekken. Daarom nemen we eerst een jaar de tijd voor een grondige studie. Een nulmeting moet vastleggen wat de huidige uitstoot is. Daarna willen we een aantal scenarios uitschrijven die ons naar een reductie van die uitstoot tot nul procent brengen. In 2013 starten we met concrete acties. Bij de studie moeten we een ook op grote projecten buiten de stad, zoals windparken op zee en elektriciteit uit massaproductie van zonne-energie in de Sahara.

Veerkracht
Het project krijgt de expliciete ruggensteun van algemeen beheerder Koen Debackere: Toekomstgerichte steden zullen duurzaam zijn of niet zijn. Een stad die zich wil blijven onderscheiden, moet beseffen dat leefbaarheid en duurzaamheid twee kanten van eenzelfde munt zijn. Als universiteit waren we

dan ook onmiddellijk gewonnen om samen met deze partners onze schouders onder dit initiatief te zetten. We kijken uit naar de resultaten en effecten van dit project. Ik vind het belangrijk dat we een positieve boodschap brengen: klimaatneutraliteit is een middel om de veerkracht van de stad te verhogen, zegt Jones. Leuven zal bijvoorbeeld beter kunnen omgaan met extreme temperaturen en regenval. Het wordt een veiligere, gezondere en aangenamere stad. Een volledig autoluwe binnenstad zou daar ook aan kunnen bijdragen. Werken naar een klimaatneutraal Leuven creert ook een pak banen en drukt de energiefactuur. De stad Gent en de provincie Limburg werken ook aan plannen voor klimaatneutraliteit. Han Vandevyvere: Leuven is natuurlijk een speciale stad. Je zit procentueel met veel hoogopgeleide burgers en een sterke kenniseconomie. Je mag dus op een gemiddeld hogere interesse voor de problematiek rekenen. Precies daarom willen we bij de voorlopers zijn. 2030 is de symbolische streefdatum: technologisch haalbaar, volgens Jones, maar vanuit economisch standpunt te ambitieus. Tegen 2030 moeten we alleszins wel een eind over de 50% reductie zitten. En 100% moet zeker haalbaar zijn tegen 2050. Het projectvoorstel en een presentatie zijn te vinden op www.leuven.be/klimaatneutraal

het voorbije seizoen werd de enorme populariteit van het veldrijden in ons land nogmaals bewezen. overal ter wereld zijn er lokale sporten die razend populair zijn, zegt sportsocioloog Bart Vanreusel. hij vergelijkt het veldrijden met Westvleteren. het is een klein streekproduct. maar het staat wel bekend als het lekkerste bier ter wereld. mondiale sporten als voetbal of tennis vergelijk ik wel eens met massapils. met heineken. en een Westvleteren wordt beter gesmaakt dan een heineken. een factor die de populariteit van de lokale sporten verklaart, is het feit dat de toeschouwers vlak bij de helden staan en dat ze zich met hen kunnen identificeren. Bij het veldrijden worden we bijvoorbeeld geconfronteerd met noeste, harde werkers die zich zwetend en kreunend een weg naar de finish banen. zij staan symbool voor de noeste, hardwerkende Vlaming. en laat het net die Vlaming zijn met wie wij onszelf zo graag identificeren.

Varkenspleziertjes
tertio, 22.2.2012

de overheid moet investeren in Bruto nationaal geluk in plaats van zich blind te staren op het Bruto nationaal product (Bnp), vindt de Britse econoom richard Layard. in angelsaksische landen is het idee om samenlevingen zo gelukkig mogelijk te maken de jongste jaren sterk opgekomen, bevestigt filosoof en econoom Luc Van Liedekerke, directeur van het Centrum voor economie en ethiek. in feite is hier het 18de-eeuwse Britse utilitarisme van Jeremy Bentham en John stuart mill opnieuw boven water gekomen. zij verkondigden het utilitarisme als ideologie om zoveel mogelijk mensen zoveel mogelijk pleasures pleziertjes te geven. Volgens de toenmalige critici leidde dat tot een society of pigs varkens, die alleen hedonistische effecten najagen. Van Liedekerke is blij met de comeback van het debat omdat het de obsessie van het Bnp doorbreekt. () Welvaart is niet alleen een zaak van inkomen en groei. We missen de helft van het verhaal. alsof een dokter alleen maar de koorts meet en niet naar de patint zelf kijkt.

4 Nieuws

campuskrant

Iedereen toegang tot alle onderzoek


pagina 1

Gouden en groene wegen


Collier: Open Access bestaat in twee gedaanten, die nogal lyrisch de Golden Road en de Green Road genoemd worden. De Green Road betekent dat de onderzoeker zelf zijn artikel stockeert in een zogenaamde repository, een publiek toegankelijke digitale verzameling, vaak georganiseerd door zijn universiteit. Het gaat om wat men de finale auteursversie noemt, de tekst n peer review maar vr lay-out en publicatie in een tijdschrift. Steeds meer commercile uitgeverijen staan toe dat een auteur zijn tekst op die manier aanbiedt, al dan niet met bepaalde restricties op het vlak van copyright. De Golden Road is iets heel anders. Die weg betekent dat er speciale en publiek toegankelijke Open Access-tijdschriften gemaakt worden, buiten elke deelname van de uitgeverswereld om. Marynen: De expertise van de uitgeverijen op het vlak van logistiek, de organisatie van peer review en distributie mag niet onderschat worden, en je zou er dus niet verstandig aan doen die overboord te gooien, wat het geval is met de Golden Road. De KU Leuven opteert voor de Green Road, die we vormgeven in Lirias, ons eigen archiveringssysteem, dat inmiddels op wereldvlak tot de top hoort. Collier: Open Access slaat aan. vol multinationale uitgeverijen we moeten onze infrastructuur De repositories groeien snel. Ar- zullen nog wel even blijven be- en ondersteuning voor Open AcXiv voor wis- en natuurkundige staan. En Open Access leidt aan- cess uitbouwen. Maar de mogepublicaties en PubMed voor biomedische wetenschappen bevatten al miljoenen teksten. Ook in de uitgeverswereld heeft men die snelle groei opgemerkt. Ik kan het niet bewijzen, maar ik vermoed dat het succes een temperende invloed heeft op de razendsnelle stijging van de abonnementsprijzen die we vele jaren lang gekend hebben.

visibiliteit, individueel en als instelling. Maar de eenvoudige wereldwijde toegang is de belangrijkste reden om Open Access alle steun te verlenen. Collier: Voorlopig blijven we rekenen op de vrijwillige inzet van onze onderzoekers om hun teksten in Lirias te archiveren als het tijdschrift waarin ze hun resultaten willen opnemen dat tenminste toelaat. Wie daarover vragen heeft, bijvoorbeeld over auteursrechtelijke kwesties, kan terecht op het nieuwe Open AcNieuwe kijk cess-aanspreekpunt. We maken Marynen: We moeten natuurlijk vankelijk zelfs tot een meerkost: lijkheden van Open Access recht- de toegang tot Lirias ook wat hanrealistisch blijven: de bestaande we moeten immers de bestaande vaardigen dat. Via zon repository diger, en we bouwen expertise uit quasi-monopolies van een hand- publicaties blijven opvolgen, n vergroot je ook je internationale in de snel groeiende Open Access-

Via zon publiek toegankelijke repository vergroot je ook je internationale visibiliteit.

gemeenschap. Marynen: Er zijn zeker nog wat hindernissen, en er bestaan verschillen tussen de grote wetenschapsdomeinen. Dat neemt niet weg dat Open Access een schitterend instrument is, dat we bij onze eigen onderzoekers zeker met veel nadruk willen aanbevelen. We hopen dat het systeem zoveel vanzelfsprekende baten zal opleveren dat het succes van Lirias nog aanzienlijk zal toenemen. lirias.kuleuven.be/ bib.kuleuven.be/ub/ doelgroep-onderzoek/open-access

AdverteNtie

VOOR STUDENTEN EN DOCENTEN

EXCLUSIEF AANBOD
39% KORTING, slechts 35 per trimester + 4 weken GRATIS + WELKOMSTGESCHENK Eastpak rugzak of Philips headphone
KNACK, UW BAGAGE VOOR DE TOEKOMST

www.knack.be

Openbaar toilet is straks een kiesthema


Hebben @VincentVQ en co. meer macht? #durfttevragen

ALLE DAGEN ZONDAG


DEPRESSIE BIJ KINDEREN

KINDERMODE

ZO HERKEN JE DE SIGNALEN

Twitterclub van de Wetstraat


Johan Van Overtveldt en Mark Eyskens over de eurocrisis in 2012 Kadastraal inkomen Arbitrair en onrechtvaardig
HOORT BIJ HET WEEKBLAD KNACK NR. 3 VAN 18 TOT 24 JANUARI 2012 - KNACK WEEKEND, ELKE WEEK SAMEN MET KNACK EN KNACK FOCUS ISSN.0772294X

De

EI
ZALIGE BRUNCHRECEPTEN

ZOT VAN

ONTWERPSTER SOPHIE LACHAERT

PORTRET

Elke woensdag actualiteit


F I L M M U Z I E K T E L E V I S I E G A M E S S T R I P S E X P O T H E AT E R L I T E R AT U U R
WWW.KNACKFOCUS.BE

Elke woensdag lifestyle


EXTRA
25 jaar Erasmus
Het einddoel van Europa

OF

Jeremy Irons

MARGIN CALL

NA DE CRISIS

CINEMA Ai Weiwei
ZE IS SLAVIN EN MEESTERES TEGELIJK

Elke student op Erasmus De postErasmusdepressie


Wat na het beste jaar uit je nog prille leven?

JULIA LEIGH

SLEEPING BEAUTY

OB51613

Abonneer u nu via http://www.promotie.abonnementen.be en vul de volgende actiecode in: 1A12YSB

HOORT BIJ HET WEEKBLAD KNACK NR.3 VAN 18 TOT 24 JANUARI 2012 3 ELKE WEEK SAMEN MET KNACK EN KNACK WEEKEND - ISSN.2031-664X 2 6

GRATIS

HET EMMY-EFFECT

Wat studenten in den vreemde leren

Elke woensdag cultuur & entertainment

18 x themanumer

KNACK EXTRA (JAARGANG 4 NR. 2) IS EEN EXTRA UITGAVE VAN KNACK . HOORT BIJ HET WEEKBLAD KNACK NR. 3 VAN 18 JANUARI 2012 - ISSN. 2032-5339

BART CANNAERTS

Academische verrijking of lange citytrip?

29 februari 2012

Nieuws 5

Zeven eredoctoraten tijdens eerste Leuven International Forum


Op 1 juni organiseren de KU Leuven, de stad Leuven, de provincie Vlaams-Brabant en Voka Kamer van Koophandel Vlaams-Brabant voor het eerst Leuven International Forum: Networking for knowledge and society. Het gaat om een forum voor netwerking, dat het internationale karakter van Leuven en de regio in de verf moet zetten. Vertegenwoordigers uit de hoogste kringen van de diplomatie, uit de internationale instellingen in ons land en uit de politieke en bedrijfswereld vinden er elkaar samen met de eredoctores van de KU Leuven van de afgelopen jaren. Onze universiteit grijpt de gelegenheid aan om eredoctoraten uit te reiken aan zeven personen die zich op wetenschappelijk, maatschappelijk of cultureel vlak internationaal onderscheiden hebben.
Ludo meyvis

Herman van rompuy

( rS)

Herman Van Rompuy is sinds 1 januari 2010 de permanente Voorzitter van de Europese Raad. Hij werd geboren op 31 oktober 1947 en studeerde economische wetenschappen aan onze universiteit. Na een loopbaan in diverse ministerile kabinetten maakte hij carrire in de CVP/CD&V. Hij werd minister van begroting, vicepremier en in 2008 premier. Zijn huidige positie brengt hem in het centrum van de wereldpolitiek, en hij speelt een toonaangevende rol in de manier waarop Europa omgaat met de economische crisis. Zijn leiderschapsstijl, gekenmerkt door rustige vastheid, heeft hem in brede kring groot respect opgeleverd. In daadkracht en verantwoordelijkheid de verbinding maken tussen de verschillende expressies van de Europese Unie als project, proces en product, is de cruciale bijdrage van Herman van Rompuy aan de Europese integratie in een tijd waarin deze in haar grondvesten wordt uitgedaagd.

Naties. Als Zuid-Afrikaanse met Tamil-achtergrond was zij de eerste niet-blanke vrouw die zetelde in het Hooggerechtshof van ZuidAfrika. Daarnaast was zij ook rechter in het Internationaal Strafhof en voorzitter van het Rwanda-tribunaal. In deze laatste hoedanigheid was ze sterk begaan met de juridische behandeling van genocide: ze ijverde ervoor verkrachting niet te beschouwen als spoils of war, maar als een oorlogsmisdaad. Pillay zorgde voor de eerste aanwezigheid van een tak van het Office of the United Nations High Commissioner for Human Rights in een Noord-Afrikaanse staat, met name in Tunesi. De onophoudelijke strijd voor de verdediging, implementatie en verspreiding van de mensenrechten is een rode draad in haar leven.

en kunde in uitgevoerde kunst om te zetten. De bijval die hij in brede kringen geniet, is evenredig met de gedrevenheid die hij in en door zijn mtier reveleert. Hij dialogeert met het verleden, maar laat er zich niet door inperken. Oenoloog Aubert de Villaine is uitgegroeid tot de emblematische figuur van de wijncultuur zoals die in Bourgondi, n van de belangrijkste en meest prestigieuze wijnstreken ter wereld, vorm krijgt. Hij is eigenaar van het domein Romane-Conti, die een haast legendarische topwijn produceert. Aubert de Villaine verdedigt de biodynamische teeltwijze en het belang van het bewaren van het terroir, het ge-

James Utterback

( ingez.)

Helga Nowotny ( ingezonden)

Jacques rogge ( ingezonden)

Navanethem Pillay

( ingez.)

Navanethem Pillay werd geboren op 23 september 1941. Zij is sinds 2008 de Hoge Commissaris voor Mensenrechten van de Verenigde

Dr. Jacques Rogge geniet wereldwijde bekendheid als voorzitter van het Internationaal Olympisch Comit, de functie die hij sinds 2001 vervult. Daarmee is hij op wereldvlak een van onze meest toonaangevende landgenoten. Zijn discrete maar efficinte en onkreukbare manier van leiden en hervormen van het IOC draagt ertoe bij dat de mondiale sport een beter imago gekregen heeft. Zijn medische achtergrond hij werd orthopedisch chirurg aan de UGent maakt hem de ideale persoon om, vanuit zijn hoge positie, de oorlog te verklaren aan doping in de sport. Zijn natuurlijke autoriteit en diplomatiek talent hebben hem ook in de moeilijkste dossiers resultaat doen boeken. Zijn werk als manager van een wereldwijde organisatie met een zeer hoge visibiliteit voor alle lagen van de maatschappij geeft hem een internationaal erkende voorbeeldfunctie.

Professor James (Jim) Utterback is n van de pioniers van het onderzoek naar innovatie in en door spin-offbedrijven. Sinds het begin van de jaren 80 publiceerde hij uitgebreid over het fenomeen van academische spin-offs. Zijn onderzoek op dat terrein behoort tot het meest geciteerde in het vakgebied van innovatie en technologietransfer. Later onderzocht hij de manier waarop nieuwe wetenschappelijke inzichten zich transformeren tot technologische toepassingen die vervolgens hun weg vinden naar markt en bedrijf. Hij werd zo n van de pioniers van de Technology & Innovation Management onderzoeksgroep aan het Massachusetts Institute of Technology (MIT). Zijn werk heeft sterke invloed uitgeoefend op het onderzoek rond technologietransfer en innovatie dat zich de laatste vijftien jaar aan de KU Leuven ontwikkeld heeft. Hij wist zijn inzichten bovendien te vertalen naar concrete acties. In de jaren 80 lag hij mee aan de basis van het MIT Industrial Liaison Office, dat intussen een internationaal rolmodel geworden is inzake samenwerking tussen universiteit en bedrijfsleven. Dat inspireerde ook de ontwikkeling van Leuven Research & Development.

juriste (Wenen), met een PhD in de sociologie van Columbia University. Via haar leidende rol in de ERC en de onderzoeksfinanciering in Europa heeft professor Nowotny bijzonder veel bijgedragen tot de ontplooiing van de wetenschap in Europa. Tal van wetenschappelijke loopbanen hebben door haar omkaderend werk meer kansen gekregen, in de meest uiteenlopende onderzoeksdomeinen. Christian Thielemann werd in 1959 in Berlijn geboren. Hij studeerde er altviool, piano en directie. Hij bekleedde diverse functies in de top van de Europese muziekwereld. Vanaf seizoen 20122013 wordt hij chefdirigent bij de Staatskapelle Dresden en vanaf 2013 van de Salzburger Osterfestspiele. In zijn repertoire neemt de Duitse romantiek een bijzondere plaats in. Maestro Thielemann is een fijnzinnig lezer en interpretator van de taal der componisten, en weet die taal met gezag

Aubert de villaine

( ingezonden)

heel van de lokale factoren die wijn en wijnstok kunnen benvloeden. Hij verenigt een rigoureus streven naar uitmuntendheid met een dynamisch contact tussen moderne praktijk en rijke traditie. Zijn werk is een onmiskenbare bijdrage aan de bredere culturele ontplooiing van de streek, wat onder meer blijkt uit zijn inzet voor de erkenning van de Bourgondische wijnstreek als Unesco-werelderfgoed.

Professor Helga Nowotny is de voorzitter van de wetenschappelijke raad van de European Research Council (ERC). Ze is emeritus hoogleraar van de ETH Zrich. Haar eigen onderzoek evolueerde van macrosociologie en methodologie naar de sociologische studie van wetenschap en technologie. Nowotny vervulde tal van mandaten in de sfeer van het nationale en Europese wetenschapsbeleid. Van opleiding is ze Christian thielemann

( Matthias Creutziger)

6 Onderzoek
Wetenschap In strOOmversnellIng

campuskrant

De pepmiddelen van de biologie


Zelfs een simpele worm met ongeveer 300 zenuwcellen herbergt zon 250 peptiden: kleine eiwitten die als chemische boodschappertjes fungeren en een enorm potentieel hebben voor de geneeskunde. We weten niet wat eerst gedaan, zegt biologe Liliane Schoofs.
Ilse FrederIckx Binnen de Afdeling Dierenfysiologie en Neurobiologie leidt professor Liliane Schoofs de onderzoeksgroep Functionele Genomics en Proteomics. Het team bestudeert de verzameling genen het genoom en de verzameling eiwitten het proteoom van een organisme. De laatste jaren worden er veel nieuwe peptiden ontdekt. Wat doen ze eigenlijk? Een peptide wordt als het ware geknipt uit een eiwit een proteine en bestaat zelf uit een kleine keten aminozuren. Peptiden zorgen voor de chemische communicatie tussen cellen in alle levende organismen. Op die manier reguleren neuropeptiden peptiden gemaakt in het centraal zenuwstelsel de meeste fysiologische processen in ons lichaam: voortplanting, spijsvertering, bloeddruk, waterhuishouding, enzovoort. Vermoedelijk zijn peptiden tijdens de evolutie van het leven ontstaan als verdedigingsmechanisme: zelfs eencelligen scheiden peptiden af, die vaak giftig zijn of een antimicrobile werking hebben. Bij meercellige dieren zijn de neuropeptiden n van de belangrijkste boodschappers tussen cellen. De ontdekking ervan heeft een belangrijke revolutie in het hersenonderzoek teweeggebracht: als onze hersencellen communiceren met de rest van het lichaam, worden er neuropeptiden uitgestuurd via hun uitlopers of via de bloedbaan. De best gekende peptiden zijn hormonen, zoals insuline. Maar er worden continu nieuwe peptiden ontdekt en van vele kennen we de functie nog niet. Wat maakt het dan zo moeilijk? Bij Caenorhabditis elegans, een minuscule worm van 1 millimeter met exact 302 zenuwcellen, hebben we niet minder dan 250 neuropeptiden gedentificeerd. Onze hersenen bevatten miljarden cellen. Het is niet evident om neuronale communicatie te bestuderen tussen miljarden hersencellen met biljarden connecties. Daarom maken we gebruik van de worm om de functies van neuropeptiden te achterhalen. Welke rol kunnen peptiden spelen in de geneeskunde? Het onderzoek naar antimicrobile peptiden kan nieuwe antibiotica opleveren, maar er is meer. Neuropeptiden kunnen bijvoorbeeld gebruikt worden voor diagnose: bij sommige tumoren worden er bijvoorbeeld te veel peptiden geproduceerd. Omdat peptiden in lage concentraties kunnen worden opgespoord, kunnen ze een tumor in een vroeg stadium aanduiden. Peptiden kunnen ook synthetisch aangemaakt worden en vervolgens ingezet als therapie. Het voordeel is dat peptiden zeer specifiek op hun doelwit inwerken, net zoals n sleutel past op een slot. Daardoor hebben ze relatief weinig neveneffecten. Sommige peptiden zijn helaas niet stabiel:

Professor Liliane Schoofs

( KU Leuven | Rob Stevens)

omdat het eiwitten zijn, worden ze afgebroken in ons darmkanaal vooraleer ze hun doelwit bereiken. Je kan peptiden dus moeilijk in een pilletje stoppen. Al is dat probleem wel te omzeilen door het peptide chemisch aan te passen of door het op een andere manier toe te dienen. Denk bijvoorbeeld maar aan de vele diabetespatinten die zichzelf meermaals per dag injecteren met insuline. De synthese en toedieningsmethoden van therapeutische stoffen verbeteren met de dag. Peptiden zijn bijna zo oud als het leven zelf. Waarom boomt het onderzoek naar peptiden dan nu? Dat komt omdat we nu relatief snel de structuur van peptiden kunnen bepalen. Biologische activiteit van een neuropeptide werd voor het eerst waargenomen in 1931. Om de peptidenstructuur de volgorde van de aminozuren te bepalen moest men eerst beschikken over het peptide in zuivere vorm. Pas in de jaren 70-80 werden verschillende neuropep-

tiden zij het met mondjesmaat opgezuiverd en gesequencet. In die tijd was er ontzettend veel startmateriaal een paar ton hersenen van schapen of varkens! nodig voor de zuivering van een neuropeptide: zo heb ik in die tijd verschillende neuropeptiden opgezuiverd uit de hersenen van niet minder dan 10.000 sprinkhanen. Dat was bovendien een werk van meerdere jaren. Dankzij nieuwe ontwikkelingen in de massaspectrometrie een methode om zeer accuraat de massa van een stof te bepalen gecombineerd met bioinformatica-analyses van het genoom hebben we hier in Leuven de peptidomics-technologie ontwikkeld. Die herleidt de duur van de identificatie van jaren tot enkele dagen, een enorme tijdswinst. Hoe ziet u de toekomst in uw vakgebied? De identificatie van peptiden zal nog vlotter verlopen, met steeds minder materiaal. Maar om de functies van al de nieuw ont-

dekte peptiden te achterhalen, weten we niet wat eerst gedaan. We gebruiken hiervoor genetische technieken die het peptide uitschakelen en we kijken welk effect dit teweegbrengt in het organisme. Er zit ook toekomst in het vergelijken van peptidenprofielen tussen bijvoorbeeld zieke en gezonde weefsels. Zo kunnen we peptiden vinden die gebruikt kunnen worden als biomerker: een voorbode of signaal van een ziekte. Een nieuwe ontdekking is dat neuropeptiden niet enkel fysiologische processen reguleren, maar ook gedragingen. Het hormoon oxytocine, bijvoorbeeld, speelt een belangrijke rol bij de bevalling en bij borstvoeding, maar evengoed bij sociale herkenning en emotionele binding. Neuropeptiden zijn misschien wel de chemische weerspiegeling van onze gedachten en emoties. We leggen nu dus de link met de psychologie, en dat is enorm boeiend.

Onderzoek kort
Als mensen en apen tijdens een hersenscan naar de spaghettiwestern The Good, the Bad and the Ugly kijken, vertoont hun hersenactiviteit veel overeenkomsten maar ook verrassende verschillen. Dat blijkt uit een studie van neurofysioloog Wim Vanduffel van de KU Leuven en Harvard Medical School in samenwerking met een team van Italiaanse en Amerikaanse onderzoekers. Tijdens een functionele hersenscan keken en luisterden zowel apen als mensen naar identieke fragmenten uit de filmklassieker van Sergio Le-

one. Zowel bij apen als bij mensen werden delen van de hersenschors actief die de eerste verwerking van visuele en auditieve informatie voor zich nemen. Daarna wordt de informatie doorgestuurd naar hoger gelegen gebieden in de hersenen: bij die hirarchisch hogere gebieden werden duidelijke verschillen vastgesteld tussen mensen en apen onverwachte verschillen, op basis van de anatomie. Volgens professor Vanduffel toont dat aan dat mensenhersenen niet simpelweg een grotere versie zijn van apenhersenen. De verschillen in de activiteit van de hersenen bij mensen en apen kunnen gedeeltelijk verklaard worden door het feit dat mensen ook taal verwerken, de plot van een film interpreteren en de film ook in een context plaatsen of met an-

dere zaken associren. Bijkomend onderzoek met meer specifieke en gecontroleerde stimuli is nodig om te bepalen in hoeverre bepaalde

functies van hersendelen tijdens de evolutie van onze primaat-voorouders naar mens verschoven zijn, veranderden of verloren gingen, en

De hersenactiviteit van mensen en apen tijdens het kijken naar The Good, the Bad and the Ugly vertoont verrassende verschillen.

of totaal nieuwe gebieden ontstaan zouden zijn. *** Autosleutels, telefoons en medische implantaten zijn maar enkele van de vele toestellen die elektronisch beveiligd moeten worden. Dat kan met een encryptiemethode, die de gegevens op de toestellen omzet in een code die alleen maar ontcijferd kan worden met het juiste paswoord. Het probleem met de bestaande methoden is dat ze moeilijk te gebruiken zijn op dergelijke kleine toestelletjes omdat ze niet veel mogen kosten en omdat de batterijruimte beperkt is. Onderzoeker Andrey Bogdanov van de KU Leuven heeft nu samen met collegas van Orange Labs (Frankrijk), de Ruhr Universitt Bochum (Duitsland) en de Technische Universiteit van Denemarken een

29 FebruarI 2012

Onderzoek 7

De dood van de Olympische gedachte


Na een bestaan van meer dan duizend jaar in het hele gebied rond de Middellandse Zee verdwenen rond 400 na Christus de oude Olympische Spelen en vele andere atletiekspelen. Over het waarom en wanneer van die teloorgang was tot nu toe weinig geweten. Terwijl de sportwereld zich opwarmt voor de moderne Olympische Spelen in Londen, dook doctoranda Sofie Remijsen de papyrusrollen in om het verdwijnen van de antieke spelen te verklaren.
Ilse FrederIckx Het bekendst zijn de Olympische Spelen in de heilige Griekse stad Olympia en de Pythische Spelen in orakelplaats Delphi, maar daarnaast werden nog honderden spelen georganiseerd in zowat elke belangrijke stad in wat we nu kennen als Griekenland, Syri, Turkije, Egypte, Itali, NoordAfrika en zelfs Zuid-Frankrijk. Zo ontstond een internationaal circuit van spelen, vertelt Sofie Remijsen van de Faculteit Letteren: Goede sporters reisden van de ene stad naar de andere, zoals tennissers dat nu doen. Het was de sporters zeker niet alleen om de eer en de krans te doen: er was wel degelijk prijzengeld. Winnaars kregen in hun thuisstad ook privileges, zoals een atletenpensioen. Een sportcarrire kon een springplank voor een politieke carrire zijn. Het ging er dan ook heel competitief aan toe. Deelnemen is belangrijker dan winnen is geen uitspraak van Griekse oorsprong; over mijn lijk was meer van toepassing. Remijsen onderscheidt de atletiekspelen naar Grieks model wel duidelijk van Romeinse spelen: Bij Griekse spelen ging het om hardlopen, vijfkamp, gevechtsporten, paardenrennen en vaak ook nog wedstrijden voor acteurs en muzikanten. Het waren dus echte wedstrijden, terwijl de Romeinse spelen gladiatorengevechten en circus vooral het publiek moesten entertainen. Deelnemers van Griekse spelen waren ook eerder van rijke afkomst en hechtten belang aan het prestige dat de sport met zich meebracht. Maar na duizend jaar gingen de antieke Griekse spelen teloor. De klassieke geschiedenisboeken verklaren dat meestal door de rol van de Romeinse keizer en de christenen: onder Theodosius I werd het christendom verheven tot staatsgodsdienst en werden de spelen gezien als een heidens feest. Theodosius zou de spelen uiteindelijk verboden hebben in 393 na Christus. Maar daar klopt weinig van, legt Remijsen uit: Er werd toen een wet uitgevaardigd die heidense offers verbood, maar op de spelen werd er toen al zon vijftig jaar niet meer geofferd aan de goden. De spelen verdwenen ook pas echt in het begin van de vijfde eeuw. Vanaf 300 na Christus zijn er wel minder stenen opschriften over winnaars van de atletiekspelen terug te vinden: de gewoonte om mensen te eren met stenen opschriften, raakte in

onbruik. Vanaf dan moeten on- Het verval van de spelen speelde derzoekers terugvallen op andere zich eerder af op stadsniveau: In bronnen en dat werd tot nu toe de vierde eeuw begon de Romeinse overheid te centraliseren, en weinig gedaan. het leger groeide. De lokale stadsDomino-effect raden konden daardoor minder In haar doctoraat onder be- politieke initiatieven ontwikkegeleiding van professor Willy len en hadden minder financile Clarysse zocht Remijsen in pa- armslag. Grotere spelen werden pyrusteksten, literaire teksten, meestal gefinancierd door de opwetteksten en bij archeologische brengst van pachtlanden. Spelen opgravingen van stadia naar aan- met weinig structurele financiewijzingen over de spelen en hun ring kwamen in de problemen. teloorgang. Remijsen ontdekte Doordat daar geen spelen meer dat de keizer positief stond te- georganiseerd werden, ontstond genover de spelen: De keizer er een domino-effect in bepaalde stimuleerde zelfs spelen: het was regios en viel uiteindelijk het ingoed voor de moraal n econo- ternationale circuit stil. misch interessant. De keizer had Dat kaderde ook in een mentalihet overzicht over het hele circuit teitswijziging: De elite had minen bemiddelde tussen atleten en der interesse om Griekse spelen steden bijvoorbeeld om de ti- te organiseren of om hun kindeming van de spelen op elkaar af ren te laten deelnemen. Dat de te stemmen. christenen het naakt sporten niet

zouden goedkeuren, heeft daar weinig mee te maken: naakt was in die tijd doodgewoon. Wel veranderde het idee over sport, zowel bij christenen als heidenen. Waar sport vroeger geassocieerd werd met respect voor het lichaam en zelfcontrole, veranderde dat in een eerder negatief beeld van ijdelheid. Vergelijk het met hoe wij kijken naar joggers versus bodybuilders. De manier om naar sport te kijken werd meer Romeins: er werd meer entertainment verwacht. Het einde van de spelen was een symptoom van het einde van de typisch Griekse cultuur. ancientolympics.arts.kuleuven.be/ Een overzicht van alle actuele doctoraatsverdedigingen vindt u op www.kuleuven.be/ doctoraatsverdediging

nieuw encryptiealgoritme op maat van kleine apparaten ontworpen. De methode, bekend onder de naam PRESENT, is n van de kleinste ooit ontworpen. PRESENT gebruikt slechts een fractie van de schakelingen die nodig zijn voor de AES (Advanced Encryption Standard), de meest gebruikte encryptiemethode op het internet. Hierdoor blijven er op de chips meer schakelingen en energie over voor de nuttige toepassingen van het toestel. De Internationale Organisatie voor Standaardisatie en de Internationale Elektrotechnische Commissie (ISO/IEC) zullen PRESENT opnemen in een nieuwe wereldwijde standaard voor cryptografische methoden die weinig schakelingen en energie gebruiken. *** Het aantal letsels in het belgisch voetbal is de afgelopen tien jaar gedaald met 21%. Dat blijkt uit een grootschalig onderzoek van UZ Leuven in samenwerking met de

Koninklijke Belgische Voetbalbond. De studie vergelijkt het aantal letsels en de ernst ervan tussen het seizoen 1999-2000 en het seizoen 2009-2010. Vooral het aantal letsels tijdens de wintermaanden daalde sterk, met 40 procent. Dat is mogelijk te verklaren door het toegenomen aantal afgelaste wedstrijden in de winterperiode. Het herspelen van deze wedstrijden in de lente veroorzaakte nauwelijks

een toename in kwetsuren. Het aandeel zware kwetsuren breuken en ontwrichtingen nam de laatste tien jaar wel licht toe, met 3%. In tegenstelling tot de klassieke veronderstelling lopen voetballers aan het begin van het seizoen meer blessures op dan aan het einde. Dat kan te wijten zijn aan een te agressieve voorbereiding na de zomerstop. Spelers uit provinciale en geweste-

( ingezonden)

lijke competities hebben 73% meer kans op een letsel dan spelers uit de nationale competities. In het jeugdvoetbal is het risico op blessures ongeveer de helft van het risico in het volwassen voetbal. Wel ligt het aandeel ernstige blessures er hoger. In het damesvoetbal is de evolutie gelijklopend met die in het mannenvoetbal: een afname van het aantal blessures met 20%. Het risico op blessures ligt in het vrouwenvoetbal 24% lager dan in het mannenvoetbal, maar het aantal ernstige blessures is er lichtjes hoger. *** Een team onderzoekers van het Centrum voor Menselijke Erfelijkheid van de KU Leuven onder leiding van professor Joris Vermeesch heeft de genetische oorzaak gedentificeerd van het NicolaidesBaraitser syndroom, een zeldzame ontwikkelingsstoornis. Het onderzoek is verschenen in het befaamde wetenschappelijke tijd-

schrift Nature Genetics. Patinten met het NicolaidesBaraitser-syndroom hebben een verstandelijke handicap en een bijzonder gelaat met weinig haargroei. Bovendien vertonen ze epilepsie en hebben ze een taalachterstand. De oorzaak blijkt een fout in SMARCA2 te zijn, een gen dat mee zorgt voor de goede vorm van de chromosomen. Opmerkelijk is dat wijzigingen in ditzelfde gen ook een rol spelen in bepaalde tumoren. De Leuvense onderzoekers maakten als eersten in Belgi gebruik van de nieuwste sequencingtechnologie om de oorzaak van de aandoening te identificeren. Die technologie maakt het mogelijk om het volledige genoom van een individu te analyseren in n week tijd, iets wat tot nog toe jaren kostte. De ontwikkeling en implementatie van deze technologie betekent een doorbraak in het onderzoek naar de oorzaken van zeldzame ziekten en ontwikkelingsstoornissen.

8 Onderzoek
Het percentage personeelsleden dat gebruikmaakt van fiets of trein voor het w o on w er k v er ke er is de voorbije jaren licht gestegen, en bedraagt het dubbel van het Vlaamse gemiddelde. Dat blijkt uit de resultaten van de mobiliteitsenqute bij het personeel.
Ludo meyvis De federale overheid verplicht bedrijven en openbare instellingen met meer dan 100 werknemers om driejaarlijks gegevens over het woonwerkverkeer te bezorgen. Interessant, want dat maakt ook vergelijkingen mogelijk, weet mobiliteitscordinator Jan Paesen: Gemiddeld neemt ongeveer 70 procent van de Vlaamse werknemers de wagen; aan de KU Leuven is dat heel wat minder: ongeveer 43 procent. Het percentage fietsen treingebruikers is zelfs meer dan het dubbel van het Vlaamse gemiddelde: 27 procent komt met de fiets en 19 procent met de trein. Die cijfers zijn nog met enkele percenten gestegen sinds de vorige bevraging in 2008. Het succes van de bedrijfsfietsen vorig jaar werd de drieduizendste in gebruik genomen heeft daar ongetwijfeld toe bijgedragen. Verder wandelt 5 procent van de personeelsleden naar het werk, 4 procent neemt de bus, en 0,8 procent komt met bromfiets of moto.

campuskrant

Een pendelaar met vouwfiets wacht op haar trein in het station van Leuven.

( KU Leuven | Rob Stevens)

Fiets en trein winnen veld in woonwerkverkeer


verband: 28 procent van de werknemers woont op minder dan 5 kilometer van kantoor, ongeveer 53 procent op minder dan 20 kilometer, en 13 procent woont verder dan 50 kilometer van Leuven. Ook de plaats van tewerkstelling geeft relevante verschillen te zien. Wie in de stad werkt, komt vooral met de fiets en de trein. In Heverlee vind je relatief het meeste fietsers, en werknemers op Gasthuisberg komen vooral met de auto en de bus. Er zijn ook interessante verbanden tussen de leeftijd en het gebruikte vervoermiddel. Jongeren tot 30 jaar gebruiken vooral de fiets en de trein. Slechts 20 procent komt met de auto, terwijl dat bij 40-plussers 68 procent is. Wie kinderen heeft, komt het vaakst met de auto naar kantoor 54 procent, tegenover 43 procent bij personeelsleden zonder kinderen. Het valt op dat dit percentage daalt: in 2008 kwam nog 60 procent van de personeelsleden met kinderen met de auto naar het werk. Ook tussen de personeelscategorien zijn er verschillen op te tekenen: Het ZAP (Zelfstandig Academisch Personeel) gebruikt het vaakst de auto ongeveer 63 procent. Dat is meer dan het ATP (Administratief en Technisch Personeel), met 52 procent, en heel wat meer dan het AAP en het BAP (Assisterend / Bijzonder Academisch Personeel), met respectievelijk 30 en 24 procent. De cijfers voor treingebruikers: 12 procent bij het ZAP, 14 bij het ATP, 30 bij het AAP en 26 bij het BAP. Naar tewerkstellingspercentage blijkt dat deeltijdse werknemers vaker de wagen gebruiken dan voltijdse werknemers: 48 tegenover 40 procent. In vergelijking met de gemiddelden in Vlaanderen doet de KU Leuven het duidelijk goed, besluit Paesen. We stellen vast dat het mobiliteitsgedrag van onze personeelsleden blijft evolueren in de goede richting: globaal gesproken wordt er wat meer gebruik gemaakt van fysieke beweging en het openbaar vervoer. Deze cijfers zijn natuurlijk van groot belang voor het uitstippelen van een adequaat, mens- en milieuvriendelijk mobiliteitsbeleid. www.kuleuven.be/mobiliteit/ mobiliteitsbevraging-2011 zoet ben. Ook de vele contacten die ik heb kunnen leggen, maken dat mijn verblijf hier absoluut de moeite waard was. Hoe beviel het dagelijkse leven in Parijs? Ik vond het eigenlijk heel fijn om er mijn draai te leren vinden en om een grootstad als Parijs als werkende mens te ervaren. Ik fietste elke dag drie kwartier van en naar het Maison des Belges op de universiteitscampus waar ik logeerde, en zo leer je een stad echt van een andere kant kennen. Een detail dat me is bijgebleven: de versgebakken baguettes die je zelfs om acht uur s avonds nog op elke straathoek kan ruiken. Anderzijds had ik soms de indruk dat er van leven als God in Frankrijk geen sprake is, of althans niet voor de werknemers van de OESO: bij een vergadering is er nooit koffie, laat staan een koekje; zelfs buitenlandse delegaties moeten zelf voor hun lunch zorgen. De organisatie wil heel bewust met haar budgetten omspringen, maar voor een bourgondische Belg is dat toch even wennen (lacht).

Op het goede spoor


Vooral voor langere afstanden tussen thuis en kantoor gebruiken we de trein. Paesen: Treingebruikers wonen gemiddeld op 48 km van Leuven, autogebruikers op 24 km, fietsers op 4 kilometer, en wandelaars op 1,4 kilometer. Nog interessant om weten in dit

Buiten de zone
In deze rubriek jagen we de telefoonrekening van de KU Leuven schaamteloos de hoogte in. Maar wl met een achtenswaardig journalistiek doel: achterhalen waar onze professoren, onderzoekers en studenten in het buitenland zich zoal mee bezighouden. In deze aflevering professor Sarah Gielen (Subfaculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Kulak).
ine van HoudenHove Waar zit u ergens? Ik ben in Parijs om met een groep studenten onderwijskunde een bezoek te brengen aan de OESO (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling red.). Ik heb het eerste semester hier doorgebracht en heb zo een aantal interessante lezingen en ontmoetingen voor hen kunnen regelen; ook Yves Leterme is even langsgeweest. De studenten schrokken een beetje van de strenge securitymaatregelen, te vergelijken met de controle op luchthavens. Tijdens deze twee dagen hangen we ook een beetje de toerist uit, dat heb ik in die zes maanden dat ik hier was niet echt gedaan. Wat was precies de bedoeling van uw verblijf aan de OESO? Ik ben vorig academiejaar gestart als nieuwe docent. Om vast benoemd te worden, moet je een periode in het buitenland verblijven. Voor een onderwijskundige die zich bezighoudt met zowel onderwijsbeleid als onderwijseffectiviteit en -evaluatie, zoals ik, is de OESO daarvoor een uitgelezen plek: het is een instantie die

Sarah Gielen voor een gebouw van de OESO

( ingezonden)

internationaal enorme invloed uitoefent op het nationale onderwijsbeleid, onder meer via effectiviteitsstudies, zoals bijvoorbeeld het bekende PISA-onderzoek (driejarig onderzoek naar de prestaties van leerlingen in een hele reeks landen red.). Het heeft me vooraf heel wat hoofdbrekens gekost om alles geregeld te krijgen, zowel in Parijs als voor de achterblijvers op het werk en thuis. Maar ik moet zeggen: het is een enorm verrij-

kende ervaring geweest. Ik ben blij dat ik deze kans gekregen heb en dat collegas mijn lesopdracht hebben willen overnemen. Concreet heb ik gewerkt aan een internationaal vergelijkend onderzoek naar de werkomstandigheden voor leraren en de leeromgevingen die zij creren. Ik heb nu ook toegang tot datasets en achtergrondinformatie die ik anders veel moeilijker zou vast krijgen en waarmee ik wel even

Kulak-katern
sp ec i a L e Bi jL age k uL a k | w w w. K UL E U v E n - K UL a K .BE

w w w. f a c E BOOK .c Om / K UL E U v E nK UL a K

Kulak is een habitat


Kulak heeft de afgelopen jaren een mooi parcours gereden. Het studentenaantal stijgt gestaag, de onderzoeksactiviteiten nemen gevoelig toe, het onderwijsaanbod groeit snel, de plaats in de lokale en ruimere samenleving is solide. Campusrector Jan Beirlant geeft graag wat duiding bij het succesverhaal.
Ludo meyvis Kulak is aantrekkelijk voor studenten. Niet omdat ik dat zeg, maar omdat de studenten het zo ervaren. Het profiel van de campus spreekt het huidige studentenpubliek blijkbaar heel goed aan. Erg belangrijk is het gevoel van cohesie, bij de studenten onderling, bij de staf en bij de alumni. Als lesgever vol je dat je met een hechte groep te maken hebt, en dat zorgt voor een heel aparte dynamiek. Kulak is een habitat geworden, waar het leven een eigen signatuur heeft. In Leuven woon je in de stad, aan Kulak vertoef je het meest op de campus. Dat is het verschil. Ook het eigen onderwijsconcept van Kulak is heel wat studenten kennelijk op het lijf geschreven. Van een hoofdzakelijk als opstapcampus bedoelde onderwijsinstelling opstap richting Leuven dan evolueren we naar campusrector Jan Beirlant tussen zijn studenten een bachelorcampus. Uiteraard heeft Kulak een bevoorrechte relatie met Leuven, en we hopen dat zoveel mogelijk van onze ba- schalig blijven al stijgt ons sturen aan op een vlot contact chelors hun studies voortzetten studentenaantal al twee jaar tussen student en docent. Door in Leuven, maar Kulak heeft ook na elkaar met tien procent. We die kleinschaligheid kunnen we vrij snel nieuwe dingen realiseeen eigen identiteit als onderren. Neem bijvoorbeeld onze wijsverstrekker. We hebben nu Honours Class, met interdiscipliook volledige bachelorprogramnaire seminaries en workshops mas in wetenschappen en biovoor onze beste studenten. De medische wetenschappen. We realisatie daarvan in de schoot hopen dat er eerstdaags enkele van de Universit Mtropolitaine, volledige bacheloropleidingen een samenwerking met Bergen uit de humane wetenschappen en Lille, heeft welgeteld n jaar aan toegevoegd worden. Als de gevraagd. Neem maar van me wet en het materile kader het aan: dat is snel. toelaten, hopen we snel zoveel Onze bachelors zijn breed gemogelijk volledige bachelors aan concipieerd. Dat betekent dat er te kunnen bieden. heel wat activiteiten in vervat zitBrede bachelors ten die het klassieke les volgen Het Kortrijkse onderwijs wordt ruim overstijgen. Ik denk bijgekenmerkt door een aanpak voorbeeld aan stages in bedrijdie meer op het individu gericht ven of onderzoeksinstellingen, is. Dat kan doordat we kleinaan studeren in het buitenland

campusrector jan BeirLant:

KULaK in ciJfERS
1.392 studenten, 655 jongens & 737 meisjes 24 studierichtingen, doorstroomopties inbegrepen

252 studentenkamers verspreid over 3 residenties


op de campus verkochte maaltijden en verkochte broodjes in studentenrestaurant alma in 2011

35.585

11.978

de zwevende verbindingsgang die de ruggengraat van de campus vormt

198 meter lang is de Spina,

196.753 boeken in 125.861

de campusbibliotheek bibliotheekbezoeken in 2011

( KU Leuven | Rob Stevens)

51 residerende professoren, 151 professoren die


pendelen tussen Kortrijk en Leuven, doctorandi, residerende onderzoekers en projectmedewerkers, administratieve en technische personeelsleden

60

We zijn volop aan het evolueren naar een bachelorcampus.

of aan colleges door buitenlandse docenten. (zie artikel op p. 12 red.) Natuurlijk is niet alles perfect. Er is bijvoorbeeld zeker nog groei mogelijk in de samenhang tussen de campus en de stad. Hierbij speelt mobiliteit uiteraard een rol, en daar wordt ook aan gewerkt. De samenwerking met de stad is overigens prima. Onlangs werd er gepleit voor een fuifzaal in de stad. Wel, de plannen zijn er al. De bottomline is dat Kulak het goed doet. Onze onderzoekers tellen mee en ons onderwijs zorgt voor sterk gemotiveerde studenten die het elders, en met name in Leuven, goed doen. Mag ik daar heel even trots op zijn?

196

86

Postacademische vorming in 2010-2011: activiteiten, uren opleiding, gevolgd door deelnemers

1.423

127

7.271 1965

in ging het eerste academiejaar aan Kulak van start

Studenten in residentie De corona De hoofdingang van de campus De Spina, ruggengraat van de campus

( KU Leuven | Rob Stevens)

10 Kulak-katern

campuskrant

Kulak-bibliotheek blijft groeien


EmmElinE schElfhaut Tussen 2009 en 2011 steeg het jaarlijkse aantal bezoeken aan de Kulak-bibliotheek van ongeveer 78.000 tot 125.000. Die toename heeft volgens mij onder meer te maken met het sociale aspect van samen studeren. Studenten verkiezen een manier van studeren waarbij ze van elkaar leren en indien nodig een beroep kunnen doen op elkaar, vertelt campusbibliothecaris Frederic Vandoolaeghe. Studenten onderwijskunde Liese Piepers en Elise Castel zitten samen over een opdracht gebogen: We werken liever hier in de bibliotheek, weg van alle afleidingen. Het helpt om gemotiveerd te blijven. Om aan de noden van de studenten tegemoet te komen, biedt de bibliotheek heel wat faciliteiten. We willen een bibliotheek die het kloppend hart is van leren en studeren op de campus, verklaart Frederic Vandoolaeghe. In Californi bezocht ik de undergraduate libraries waar niet het boek, maar de student centraal staat. De afgelopen jaren hebben wij onze Liese Piepers en Elise Castel met enkele collegas in een groepswerklokaal ( KU Leuven | Rob Stevens) bibliotheek aangepast naar dat voorbeeld: ze is meer een leercentrum geworden, een dynami- nodige computers en presenta- blokkende studenten. Alle hand- van de bibliotheek opgenomen. sche ruimte met aparte groeps- tieschermen. Daarnaast is er een boeken die aan Kulak worden Dinsdag is Bibdag: dan is de biwerklokalen en voorzien van de afzonderlijke stille ruimte voor gebruikt, werden in de collectie bliotheek open tot half tien s

Het aantal bezoekers van de bibliotheek van Kulak kende de voorbije twee jaar een opmerkelijke toename. Kulak wil inspelen op die groei en op de evolutie van bibliotheken naar leercentra: niet het boek, maar de student staat centraal.

avonds en kunnen aan de balie broodjes worden besteld. Op die manier hoeven de studenten de bibliotheek in principe pas s avonds te verlaten.

Flexibele leerzone
De populariteit van de bibliotheek brengt echter een tekort aan ruimte met zich mee. Er zijn te weinig groepswerkruimtes. Bovendien zit de bibliotheek tijdens de blokperiode vol, waardoor we tijdelijk andere lokalen moeten inpalmen als studieruimte. Daarom plannen we een uitbreiding, die een meer permanente oplossing zal bieden. De opzet van het project is om op verdieping -1 de oppervlakte te verdubbelen. Die extra ruimte zal dienen als interdisciplinaire flexibele leerzone. We denken onder meer aan flexibel meubilair, draagbare ICT-infrastructuur en interactieve multimedia. De ruimte moet volledig in functie van de student en het studeren staan. De zone zal verbonden zijn aan de bibliotheek, maar zal er ook los van kunnen functioneren en apart toegankelijk zijn. Dit project wordt door het campusbestuur als een prioriteit beschouwd. www.kuleuven-kulak.be/nl/ bibliotheek

Onze fotograaf Rob StEvEnS richt zijn lens op de mens achter de actualiteit aan de universiteit, en vuurt vrank en vrij vragen af.

uitgElicht
Het Lot is niet altijd wreed, en leidt me tijdens een Kortrijks bezoek naar vijf Dames In Rode Jurk. En van hen heet Emilie Arts (centraal op de foto) maar studeert taalen letterkunde. Elke faculteit krijgt tijdens het jaar de gelegenheid om zichzelf in de schijnwerpers te zetten, vertelt ze, en deze week is het onze beurt. Er worden allerhande activiteiten georganiseerd. We hebben al twee avonden in caf De Cantor, een karaokeavond en een cantus achter de rug. En een English high tea, vullen de aanwezige dames aan. vanavond organiseren we de rode fuif, waarbij iedereen die rood draagt korting krijgt op de toegangsprijs. Eigenlijk gewoon voor de gezelligheid en het mooie zicht. We zijn trouwens benieuwd of er veel jongens rood zullen kleuren. Het is niet echt de bedoeling om winst te maken, maar als dat toch gebeurt, is het mooi meegenomen. Dan gaan we er eens lekker van eten of zo. En wellicht geven we ook een deel door aan de eerstejaars. Die ondersteunen ons nu, maar volgend jaar moeten ze de week zelf organiseren. Wij zijn dit jaar van nul moeten beginnen en dan moet je toch heel wat wafel-, pannenkoeken jeneveracties op touw zetten om aan een startkapitaaltje te raken. De week is in ieder geval al een succes geweest, zo bevestigen de vriendinnen, en Emilie heeft haar leiderschap goed vervuld. volgend jaar gaan we naar Leuven, daar hebben we wel zin in, ook al is het hier fijn. Uiteraard staan we open voor nieuwe mensen, maar ik vermoed dat deze kliek ook daar flink zal blijven samenhangen. Ik geloof het graag.

( KU Leuven | Rob Stevens)

Kinderuniversiteit Labo tromboseonderzoek Studentenrestaurant Alma

( KU Leuven | Rob Stevens)

29 fEbruari 2012

Kulak-katern 11

Bloed prikken vind ik het leukst


Studenten geneeskunde kunnen aan Kulak medische handelingen trainen in een vaardigheidscentrum dat daartoe is uitgerust met onder meer reanimatiepoppen en prikbillen.
EmmElinE schElfhaut Als voorbereiding op hun loopbaan als arts moeten geneeskundestudenten een heel aantal praktische handelingen in de vingers krijgen. Die kunnen ze aanleren en oefenen in het Vaardigheidscentrum dat Kulak sinds een paar jaar in gebruik heeft. Studenten van de eerste bachelor worden onder meer getraind in een aantal EHBO-handelingen: wonden verbinden, het Heimlichmanoeuvre uitvoeren en reanimeren. Voor dat laatste hebben we sinds kort het Laerdal Skills Station, aldus Eva De Wasch, cordinator van het Vaardigheidscentrum. Dat is een computerprogramma dat aangesloten is op de reanimatiepop en onmiddellijke feedback geeft op de handelingen van de student, zodat ze ook zonder begeleiding kunnen oefenen. Stephanie Quaghebeur, student tweede bachelor: We leren ook werken met de AED, de automatische externe defibrillator. De docent kan met een druk op de knop hartritmestoornissen signaleren of aangeven dat de batterijen van het toestel leeg zijn. Het is dan aan ons om kalm te blijven en een oplossing te zoeken.

Dr. Bibber
Daarnaast zijn er in het Vaardigheidscentrum werkzittingen anatomie en kunnen studenten zich voorbereiden op hun verpleegstage door handelingen als bloed afnemen, een infuus aanleggen, een inspuiting geven in te oefenen op speciale poppen. De prikbil geeft met een geluidsignaal geheel in Dr. Bibber-stijl aan wanneer de prik verkeerd is gezet, en de prikarm is zo ingesteld dat er geen bloed komt als je verkeerd prikt. Bloed prikken vind ik trouwens het leukst; dat blijft toch telkens weer een uitdaging, aldus Stephanie. Als we een oefening een aantal keer correct hebben uitgevoerd, mo-

Studenten oefenen wondverzorging op een pop.

( KU Leuven | Rob Stevens)

gen we die ook uitproberen op elkaar, onder toezicht welteverstaan. De Wasch: Tijdens het griepseizoen konden alle studenten van Kulak hier bijvoorbeeld ook een vaccinatie toegediend krijgen door medestudenten, uiteraard ook onder begeleiding van een arts.

Sinds dit jaar kunnen studenten tweede bachelor ook worden opgeleid tot studentopleiders, die worden ingeschakeld om studenten bij te staan tijdens momenten waarop vrij geoefend wordt. Dankzij de studentopleiders kunnen we het aantal oefenmomenten uitbreiden, zegt De

Wasch. Bovendien doen ze zelf nuttige didactische ervaring op. Ook Stephanie volgt de opleiding tot studentopleider: Ik ben zowel in geneeskunde als in onderwijs genteresseerd. Uitleg geven aan medestudenten zal me ook helpen om de leerstof zelf beter te beheersen.

Global change en de watervlo


De watervlo is een cruciale schakel in het evenwicht van bepaalde ecosystemen. Wat als zijn natuurlijke omgeving onder grote druk komt te staan door toedoen van de mens?
WoutEr VErbEylEn de gastheer past zich aan om de schade door de parasiet te beperken, de parasiet evolueert vervolgens op zijn beurt om zo efficint mogelijk in de gastheer aanwezig te blijven. Ik ontdekte dat de watervlooien zich erg vlot, na twee tot vier jaar, aanpassen aan de veranderende parasiet. Maar hoewel er op korte termijn dus veel verandert, trappelen vlo en parasiet ten opzichte van elkaar ter plaatse. De bacterile infectie door de parasiet blijft op lange termijn constant. zoek van Decaestecker en haar collegas speelt zich af binnen de stress-ecologie, die onderzoekt hoe organismen reageren op natuurlijke of menselijke ingrepen in hun leefomgeving: In de bredere context van klimaatveranderingen en global change is het van groot belang dat we ontrafelen hoe infectieziekten en hun gastheren reageren op veranderingen in hun ecosysteem. Wanneer geraakt dat systeem uit evenwicht, wanneer vergroot het gevaar op infectieziekten voor mens en dier? We hebben dat bij de watervlo en haar bacterile parasiet willen onderzoeken. En van de belangrijkste oorzaken van wijzigingen in een aquatisch ecosysteem in plassen of meren is oververzadiging door voedsel. Door grote hoeveelheden stikstof en fosfor in het water ontstaat een bloei van algen, die heel vaak giftig zijn. Watervlooien zijn een cruciale schakel in het evenwicht van dit soort ecosystemen: in stabiel, helder water filteren zij de schadelijke algen weg. Maar wat gebeurt er als er plots veel meer algengroei komt en er dus veel meer voedsel voor de vlooien voorhanden is? We hebben in onze proefvijvers op het ECOLAB in Kortrijk fosfor en stikstof toegevoegd en de verhouding tussen beide gemanipuleerd, en we bestuderen nu de gevolgen. Er ontstonden onder meer hotspots van co-evolutie: plaatsen waar de infectiedynamiek de bacterile wapenwedloop van hierboven enorm toeneemt: er zijn meer vlooien n er zijn meer infectieziekten. Anderzijds hebben we ontdekt dat de watervlooien niet per se zwakker worden als ze extra veel giftige algen moeten filteren, wat je zou kunnen verwachten. De algen hebben eerder een rechtstreeks negatief effect op de parasieten dan op de vlooien. We moeten nu verder in kaart brengen wat al die bewegingen betekenen. Het is zeker nog te vroeg om conclusies te trekken over de algehele stabiliteit van het ecosysteem. Watervlooien spelen zoals gezegd een sleutelrol in de stabiliteit van ecosystemen in zoetwater. Maar daarnaast zijn ze ook een perfect model om de dynamiek van andere infectieziekten te bestuderen en te doorgronden. Decaestecker: Je kan de conclusies voor onze watervlooien doortrekken naar gelijkaardige infectiesystemen als de ziekte van Lyme. Of denk bijvoorbeeld aan antibiotica-resistentie: bacterin worden resistent voor antibiotica, waardoor de gastheer de mens naar straffere antibiotica op zoek moet: ook dat is een systeem van co-evolutie tussen gastheer en parasiet.

Biologe Ellen Decaestecker is verbonden aan het Laboratorium voor Aquatische Ecologie en Evolutionaire Biologie en de Subfaculteit Wetenschappen van Kulak, en doet al jaren onderzoek naar de watervlo Daphnia Magna. In 2009 ontving ze de Prijs van de Onderzoeksraad van de KU Leuven voor het ontrafelen van het evolutionaire steekspel tussen de vlo en haar bacterile parasiet. Decaestecker: Watervlooien zijn in zogenaamde co-evolutie met hun parasieten. Dat moet je Hotspots zien als een soort wapenwedloop: Een nieuwe stap in het onder-

nieuwbouw IRF Life Sciences tijdens de les Studenten in Hal A

( KU Leuven | Rob Stevens)

12 Kulak-katern

campuskrant

De bachelor als breedbeeld


De onderdompeling van studenten in buitenlandse inhoud is in Kortrijk veel beter geconcretiseerd dan pakweg in Londen of Cambridge. Dat zegt de Britse professor en Kulak-ervaringsdeskundige Sarah Worthington. Het is maar n van de manieren waarop Kulak haar bacheloropleidingen een brede invulling geeft. Studenten trekken ook zelf de grenzen over of doen ervaring op in de bedrijfswereld.
Sarah Worthington

Ik verwacht veel van deze Honours Class


In Lille startte recent de Honours Class, een eerste concrete realisatie van de Universit Mtropolitaine, een samenwerkingsverband tussen Kulak en de universiteiten van Lille en Bergen. Bachelorstudenten volgen er colleges over medische, juridische en economische onderwerpen, en werken een onderzoeksvraag uit. De 23-jarige Laura Vanneste is een van de geselecteerde studenten. Na een professionele bachelor in toerisme en recreatiemanagement volgt ze momenteel een schakelprogramma aan Kulak en bereidt ze zich voor op een

Laura Vanneste

( KU Leuven | Rob Stevens)

Master of Science in de Accountancy en het Revisoraat aan de KU Leuven. Laura: Die Honours Class leek mij een interessante aanvulling op mijn studie. Ik krijg niet alleen economische maar ook medische en juridische onderwerpen voorgeschoteld. En vooral: ik kan mijn Frans blijven oefenen. Vorig jaar liep ik stage bij de luchtvaartmaatschappij Royal Jordanian in Brussel. Op kantoor was Frans de werktaal en ik wil daar vlot in blijven. Midden februari vond de eerste avond plaats, met enkele medische lezingen. De eerste ging over risicoanalyse, met een vrij statistische invalshoek. Dat viel wel mee. De tweede ging over diabetes en cardiovasculaire aandoeningen. Dat vakjargon was moeilijker te volgen, maar de Franse taal op zich is geen drempel.

We werden in drie werkgroepen ingedeeld waar we ons toespitsen op een onderzoeksvraag. Wij hebben als thema: de European Grouping of Territorial Cooperation (EGTC), waarvan de Eurometropool Kortrijk-Lille-Bergen een voorbeeld is. We maken een inventaris van de bestaande EGTCs, vergelijken ze en analyseren hun werking. Dan moeten we, vanuit onze verschillende invalshoeken, op zoek naar ingrepen die de samenwerkingsverbanden nog kunnen verbeteren. In mijn groep zitten studenten uit heel verschillende opleidingen: rechten, geschiedenis, communicatie, economie, farmacie. Ik verwacht heel veel van de Honours Class. Allicht helpt die horizonverruiming mij persoonlijk om preciezer te bepalen welke weg ik uit wil met studie en werk. (jp)

tussen kortrijk en cambridge


De Britse professor Sarah Worthington steekt geregeld het Kanaal over om in Kortrijk te doceren. Worthington is niet de eerste de beste: eerst was ze veertien jaar hoogleraar aan de London School of Economics, en sinds vorig jaar bekleedt ze het Downing Professorship of the Laws of England aan de universiteit van Cambridge. In 20082009 bekleedde ze de Francquileerstoel aan Kulak, en na haar recente derde langdurig bezoek aan de Kortrijkse campus voelt ze zich er nog beter thuis. Sarah Worthington doceerde Introduction to the Common Law in de tweede bachelor van de Subfaculteit Rechtsgeleerdheid. De Kortrijkse studenten zijn marvellous, zegt ze, verstandig en genteresseerd, en enthousiast. Is dat veranderd in de loop der jaren? Ja, het is alleen maar beter geworden. Mijn colleges in Kortrijk pasten in de duidelijke keuze voor internationalisering van Kulak. Dat kan je op verschillende manieren bereiken. Contact met een grote groep buitenlandse studenten krijg je in Londen of Cambridge wellicht beter geregeld, maar de heel duidelijke keuze voor onderdompeling van studenten in buitenlandse inhoud is in Kortrijk veel beter geconcretiseerd dan pakweg in Londen of Cambridge. Ik vind dat een schitterende verrijking van het onderwijsaanbod. In Engeland is het veeleer uitzonderlijk dat studenten zich vertrouwd maken met overzeese inhoud, in mijn vakgebied toch. Dat heeft te maken met de onderwijsopbouw: onze studenten kunnen in de praktijk vaak alleen naar het buitenland door een jaar langer te studeren, en dat is niet voor iedereen weggelegd. Ik zie wel wat in de Kortrijkse methode. Daar kunnen de studenten, zonder hun studieduur uit te breiden, wl naar het buitenland, als ze dat willen, en bovendien krijgen ze in hun eigen thuisbasis ook nog eens buitenlandse input. Het resultaat van die aanpak lijkt me een heel sterk pluspunt. (lm)

Goedgevulde zomers
Kortrijkzaan Otto Debals woont in de buurt van Kulak, startte daar een paar jaar geleden een bachelor of science in wiskunde, en studeert nu wiskundige ingenieurstechnieken in Leuven. In zijn Kortrijkse jaren deed Otto al heel wat werkervaring op, zo vertelt hij: Ik kreeg in het eerste bachelorjaar college van professor Herbert De Gersem. Hij vroeg me of ik genteresseerd was in een zomerproject. Ik heb toen een aantal weken gewerkt aan een onderzoeksproject van professor Ellen Decaestecker van biologie. Dat ging over de groei van kolonies van bacterin: ik werkte aan numerieke simulaties van een model dat

Otto Debals

( KU Leuven | Rob Stevens)

voorspelt hoe een bepaalde bacterie in een petrischaaltje groeit. Na zijn tweede bachelorjaar ging Otto voor professor De Gersem zelf aan de slag, in een project rond elektromagnetisme waarbij software ontwikkeld wordt om magnetische velden te karakteriseren: Bij de productie van cilindervormige magneten, bijvoorbeeld, is het moeilijk te testen of de magnetisatie perfect loodrecht is gebeurd. De bedoeling is om met software de magnetisatie te bepalen, voor verschillende vormen van magneten. Afgelopen zomer volgde er nog een studentenjob in het team van De Gersem; deze keer in samenwerking met de Nederlandse chipproducent ASML, die software wilde om sneller en efficinter elektromagnetische velden in speci-

fieke motoren te simuleren. Otto geeft een voorbeeld: Als je een metalen implantaat hebt en je komt in een magnetisch veld, dan wordt er een magnetische kracht op uitgeoefend. Ook al is die zeer klein, misschien wil je die toch kennen. Die kracht kan je berekenen, maar de methodes van vandaag hebben daar nogal wat moeite mee. In het project ontwikkelden we een betere techniek. Geen klassiek lopendebandwerk, maar Otto ziet zijn zomerse ervaringen in Kortrijk vooral als een interessante leerschool: Ik heb enorm veel bijgeleerd, niet alleen inhoudelijk maar ook over onderzoek en projectmanagement. Ook de weken van de volgende zomer zijn volgeboekt: dan gaat Otto aan de slag in een consultancybedrijf. (if)

Onderzoek in IRF Life Sciences Studenten in de campusbib Biljarten in het studentenhuis

( KU Leuven | Rob Stevens)

29 februarI 2012

Kulak-katern 13

burGemeester stefaan De clerck over De toekomst van sIte HooG-kortrIjk

Kulak nog dichter bij Kortrijk


luDo meyvIs Er zijn twee uitdagingen, begint De Clerck. Je moet ervoor zorgen dat alle partners die in Hoog-Kortrijk gevestigd zijn, hun eigenheid kunnen blijven ontplooien. Tegelijk moet je ook het vele verkeer dat daarvoor noodzakelijk is, in goede banen leiden. Anderzijds moet Hoog-Kortrijk sterker verbonden worden met het stadscentrum. Eind januari werd in de schoot van Intercommunale Leiedal een workshop georganiseerd rond deze problematiek. We hebben internationale ontwerpers en urbanisten gevraagd om een week lang hun ideen rond de site te presenteren. Het geheel werd geleid door professor Bruno De Meulder van de KU Leuven. Met zijn medewerkers heeft hij gezorgd voor een synthese die van het strafste is wat ik op het vlak van urbanisatie en verkeersplanning al onder ogen gekregen heb, werkelijk visionair. bus kunnen, maar ook met een tram of zelfs met een futuristische people mover, een nieuw vervoermiddel zonder chauffeur: alle pistes liggen open. Natuurlijk zou het vernieuwde Hoog-Kortrijk erg groen zijn, met veel open ruimtes, esplanades enzovoort. Het spreekt vanzelf dat een dergelijk financieel veeleisend dossier op Vlaams niveau bestudeerd moet worden, met minister van Mobiliteit Crevits, met De Lijn, en natuurlijk met de betrokken partners in Hoog-Kortrijk.

Kortrijk studentstad
We spreken over een termijn van vele jaren, maar het is duidelijk dat een dergelijke input ook relevant is voor de discussies op korte termijn. We beschikken nu over een groot kader, en dat werkt beter dan telkens weer kleine ingrepen of aanpassingen. Specifiek voor Kulak heeft dit project vanzelfsprekend groot belang. Het zou met name een positieve invloed hebben op een betere aansluiting tussen de stad en de campus. Kortrijk heeft ongeveer 10.000 studenten en mag zich dus terecht een studentenstad noemen. Kulak speelt daar een grote rol in. De campus moet natuurlijk de campus blijven, met zijn eigen sfeer, maar ik zie nog heel wat groeiruimte voor een beter contact met de binnenstad. Dat heeft dan weer gevolgen op het vlak van infrastructuur en de programmatie van sport, cultuur, enzovoort. Het lijkt me alleszins een uitgelezen kans om de stad nog meer op de kaart te zetten.

Stefaan De Clerck geflankeerd door rector Mark Waer (links) en campusrector Jan Beirlant tijdens de opening van het academiejaar in Kortrijk

( Patrick Holderbeke)

Bus, tram of people mover?


Hoog-Kortrijk ligt vlak naast de E17. Dat is prima voor de bereikbaarheid, maar het leidt er ook toe dat iedereen er met de auto naartoe wil, met aanzienlijke parkeerproblemen als gevolg. Anderzijds is de ontsluiting vanuit het centrum van de stad, waar het station ligt, niet optimaal. De groep rond professor De Meulder heeft nu een hele reeks suggesties geformuleerd, vaak heel concreet, die een nieuwe horizon in het debat gebracht hebben. Uiteraard denken ook de diverse

Kulak ligt op t Hoge, of Hoog-Kortrijk. Kulak groeit, maar niet alleen Kulak: ook AZ Groeninge n van de grootste ziekenhuizen van Vlaanderen heeft expansieplannen, hogeschool Katho breidt uit, Barco bloeit, de Expo trekt tienduizenden bezoekers. Hoog-Kortrijk explodeert, zegt burgemeester Stefaan De Clerck. En dan moet je gaan nadenken.
instellingen die op de site geves- zullen putten uit deze studie. tigd zijn aan de toekomst, maar Het gaat om een megaproject ik ben ervan overtuigd dat ook op lange termijn, met soms zeer hun plannen heel wat inspiratie gedurfde ideen. Ik verwijs bijvoorbeeld naar het voorstel om mensen snel vanuit het hart van de stad ter plaatse te brengen. Dat zou met een speciaal soort

De ambassadeurs en senatoren van Kulak


In april 2011 startte Kulak met een campagne voor fondsenwerving. Een jaar later begint het initiatief volop vruchten af te werpen. Schenkers kunnen investeren in het nieuwe onderwijsproject met driejarige bacheloropleidingen. Daarbij ligt de focus op een breder vormingsproject met maatschappelijk georinteerde of interdisciplinaire modules, op de internationale mobiliteit van studenten en op hun engagement in regionaal en internationaal onderzoek. Een schenker zorgt er dus voor dat meer studenten in het buitenland kunnen studeren of op stage kunnen gaan. Hij of zij kan er bovendien voor kiezen om Kulak-ambassadeur of -senator te worden, en zo voor een periode van minimum drie jaar de universiteit te steunen. Momenteel zijn er, naast vele andere schenkers, vier senatoren en veertien ambassadeurs die het project van Kulak financieel sterken. Jo Libeer, gedelegeerd bestuurder bij Voka, is n van hen: Mijn leven is zowat begonnen aan Kulak, zegt hij. Dit beschouw ik als een erg zinvolle manier om iets terug te geven. Patrick Vanden Avenne, voorzitter van Voka West-Vlaanderen, onderstreept het belang voor de regio: De fondsenwerving is een manier om een brug te slaan tussen de universiteit en de ondernemingen. Hoe sterker Kulak staat, hoe beter dat dus ook voor ons, West-Vlaamse ondernemers, is. www.kuleuven-kulak.be/funding

Eerste editie van Kulakconnectie


Al wie tussen 1965 en 1991 aan Kulak studeerde, is op vrijdag 16 maart vanaf 19u van harte welkom op de campus. De eerste editie van Kulakconnectie wil alumni samenbrengen van de oudste subfaculteiten van de KU Leuven in Kortrijk: Wijsbegeerte & Letteren, Geneeskunde, Wetenschappen en Rechten. Kulakconnectie laat de alumni kennismaken met de universiteit van vandaag en biedt per subfaculteit een boeiend avondprogramma aan, met sprekers als Rundskopregisseur Michal R. Roskam, Kortrijks burgemeester Stefaan De Clerck en wereldvermaard stamcelonderzoekster Catherine Verfaillie. Aansluitend volgt een gezamenlijke feestelijke receptie met retrospectieve fototentoonstelling en muziek van toen, n krijgen de alumni een persoonlijk foto-aandenken. Het volledige programma en een inschrijvingsformulier is te vinden op de website, via www.kuleuven-kulak.be

Taallabo Studenten grasduinen in een studiegids Practicum probleemoplossen en ontwerpen

( KU Leuven | Rob Stevens)

14 Leven na Leuven
germanist en journalist

campuskrant

andr Vermeulen
De jonge Andr Vermeulen wilde bloemist worden, maar guerrillapaters en het Songfestival van 1967 beslisten er anders over. Een studie Germaanse talen niet te na gesproken wees alles in de richting van Zuid-Amerika en de mediterrane landen. Daar zijn mensen vaker tevreden met wat ze hebben en maken ze van het leven een feest. Dat raakt me soms meer dan mijn werk over de groten der aarde.

Ik kick niet op sterren


katrien steyaert Een groot feest was de jeugd van Andr Vermeulen (56) niet. De naar Torhout uitgeweken Bruggeling was de oudste in een gezin van vijf. Vader was tuinder, noeste arbeid het credo. De dag van mijn laatste examen stond ik s namiddags alweer in de serres. Echt niet leuk. Ik wist niet wat vakantie was, want mijn ouders hebben nooit gereisd. Voor hun 25ste huwelijksverjaardag wilden ze wel naar Lourdes, maar mijn vader is net ervoor gestorven. Veel te jong, pas 53. Ik was net afgestudeerd. Ik vermoed dat mijn vader dacht dat hij nog een tijd zou meekunnen en daarom niet naar zijn oudste maar jongste zoon keek als opvolger. Ik leerde goed zoals ze dat zeggen en werd daarin gestimuleerd, ook op school. Toen ik in het zesde studiejaar zei dat ik bloemist wilde worden, verklaarde het PMS me gek. Jij kunt veel meer, zeiden ze. Alsof bloemist minder is. Hij haalt universitaire studies, maar zelfs dan is de zelfonderschatting nog niet helemaal verdwenen. Ik was genteresseerd in taal en literatuur, maar voelde me zekerder met Engels en Nederlands dan met Frans en Spaans. Nochtans had ik al voor de unief avondlessen Spaans gevolgd. Later maakt Italiaans het plaatje compleet. Ja, na Germaanse heb ik mezelf een beetje heruitgevonden. besefte ik dat ik er eigenlijk weinig kon doen. Mensen moeten het in de eerste plaats zelf doen en ls ze hulp van buitenaf vragen is dat vooral in gebieden waarin ik niet thuis ben landbouw, financin, industrie. Later heb ik er wel nog reportages gemaakt. In het leven moet je kiezen voor wat in het verlengde van je persoonlijkheid ligt.

Jongetje van elf


Starten in Kortrijk samen met onder meer Martine Tanghe is Vermeulen meer op het lijf geschreven dan direct starten in Leuven. Kulak was een soort tussenstap tussen het middelbaar en de echte universiteit in Leuven. Je werd er meer gevolgd en dat had ik toen nog nodig. Ik zat wel op kot, maar achteraf bekeken was het niet slecht dat de campus buiten de stad lag, ver van de cafs. Zon begin was goed voor mij. In Leuven waar Kristien Hemmerechts en Jan Hautekiet het lijstje van bekende jaargenoten compleet maken kon hij zich meer permitteren, vindt hij. Uitspattingen kan hij zich niet meer voor de geest halen; de vele concert- en cinemabezoeken wel. In Vorst Nationaal zag ik David Bowie, Roxy Music en Neil Young. En in Leuven ging ik soms drie keer per dag naar de film. Bergman, Fellini, ik heb ze allemaal gezien. Toch doet het visuele me minder dan muziek. Dat is nog altijd zo. Er is niets dat me zo raakt als mooie klanken. Ik heb altijd naar heel veel genres geluisterd. Op dat vlak ben ik een allesvreter. Ik kan ook genieten van muziek waarvan ik de woorden niet begrijp. Dat staat misschien haaks op het feit dat ik nogal wat talen onder de knie probeer te krijgen, maar het hindert me niet om van muziek te genieten. Daarom fascineerde het Songfestival me meteen. Op n avond hoorde je wel vijftien talen. Je moet het je voorstellen: het is de lente van 1967. Andr is elf en is op vakantie bij zijn tante in Brugge, die al een tv had, een paar
( KU Leuven | Rob Stevens)

maanden voor het gezin Vermeulen. Hij mag opblijven tot middernacht en kijkt ademloos naar Sandie Shaw die wint met Puppet on a String. Ik begon naar de radio te luisteren om dat lied opnieuw te horen en zo leerde ik andere muziek kennen. Er ging een hele wereld voor me open. Intussen ben ik al geconfronteerd met gebeurtenissen die wat van mijn idealisme en naviteit afvijlden, maar ik hoop dat ik dat jongetje van elf

geen middelen meer te hebben om Vermeulen te laten afreizen. Vandaag wil hij het daar liever niet meer over hebben. Ik blijf de formule van een muzikale ontmoeting tussen landen interessant vinden. Dat muziekkenners niet hoog oplopen met Eurovisie deert hem niet. Ik geef ze zelfs gelijk. Sommige inzendingen vind ik ook maar niks. Maar elk jaar zijn er nog parels, echt goeie nummers. En het songfestival is

en ik ben zelfs live gegaan in Het Journaal, met dank aan buitenlandse collegas. Dat hoort bij het vak: op tafel kloppen om aandacht te krijgen voor dingen die jij belangrijk vindt.

Castro en McCartney
Pas op, nieuws is nieuws. Het meeste van wat ik gedaan heb, was verbonden met het moment zelf en heeft daarna nog weinig waarde. Toch hebben sommige dingen me echt geraakt: de aanslagen in Madrid, de aardbeving in Hati, mijn werk in El Salvador in de jaren 80. We kregen toen heel eenzijdige informatie, gefilterd door de Amerikanen. Het was goed daar iets tegenover te kunnen stellen waarin de gewone mensen aan het woord kwamen. Tot mijn eigen verrassing was ik in die burgeroorlog niet bang, wellicht omdat ik wilde blijven functioneren. Maar ik mis dat soort werk of adrenaline niet. In Latijns-Amerika is de tijd van grote, gewapende conflicten voorbij gelukkig maar. Ik trek binnenkort wel nog eens naar Cuba tijdens het pausbezoek. In 2001 en 2005 ontmoette Vermeulen Fidel Castro. Dat blijft speciaal, omdat ik als het ware oog in oog stond met de geschiedenis van de 20ste eeuw. Op zijn erelijstje staan ook Paul McCartney, Bruce Springsteen, Madonna en Roy Orbison. Je zou de indruk kunnen krijgen dat deze vaste VRT-verslaggever van de vedetten,

Toen ik zei dat ik bloemist wilde worden, verklaarde het PMS me gek.
nog altijd in mij heb. Dat jongetje als tv-programma natuurlijk ook dat zich kan laten verrassen, ook meer dan de som van de onderdelen. al is het maar door een liedje. Vermeulen wil de sfeer ter Op tafel kloppen plekke opsnuiven, desnoods op Vandaag is Vermeulen aan de eigen kosten. Mijn vrije tijd en Reyerslaan niet minder dan Mr. professionele bezigheden lopen Eurovision. De man met een naar vaak door elkaar. Laatst was ik verluidt encyclopedische ken- in Milaan voor een muziekbeurs nis van winnaars en verliezers, en heb ik aangeboden door te anekdotes en melodien. De man reizen naar Turijn voor het Eterdie er altijd bij is geweest sinds nitproces. De redactie vond het Clouseau in 1991 onze eer verde- geen prioriteit en stuurde geen digde. In 2009 moet hij een bit- cameraploeg. Maar de gevangetere pil slikken als de VRT zegt nisstraffen werden groot nieuws

SOS
De interesse voor Zuid-Amerika ontkiemt rond zijn veertiende. Priesters van onze school werkten in El Salvador en sommigen kozen bewust voor een leven bij de guerrilla. Het was niet het avontuur dat me aansprak dat is aan mij niet besteed maar het feit dat zij tegen onrecht vochten. Ik heb een redelijk groot rechtvaardigheidsgevoel. Mijn eerste en enige job voor ik in 1984 bij de VRT begon, was bij SOS Wereldhandel, nu Fair Trade. Tijdens een reis naar Nicaragua

29 februari 2012

In beeld 15

koningen en pausen van deze wereld het liefst in de buurt van de groten der aarde vertoeft. Maar ik kick helemaal niet op sterren. Ik ben er ingerold. Zo volg ik nu het Vaticaan omdat ik Italiaans spreek en mijn katholieke opvoeding me helpt rituelen en jargon te begrijpen. Het Vaticaan en de koningshuizen hebben trouwens een hoog showbizzgehalte. Ook in Latijns-Amerika en Itali uiten mensen zich met meer gevoel voor drama. Het spreekt me aan dat de mensen er vaker dan wij een feest van maken, ook al hebben ze dikwijls minder.

Sterf nu maar
Feest voor Vermeulen, dat is Italiaans eten of muziek. Ik ben waarschijnlijk de enige Vlaming die dat doet, maar ik heb vrij genomen om elke avond live naar het Festival van San Remo te kunnen kijken. Dat is een Italiaans liedjesfestival dat sinds 1951 georganiseerd wordt en waar alle grote Italiaanse sterren van Zucchero tot Laura Pausini naam gemaakt hebben. Er is ook ruimte voor mensen als Adriano Celentano, een artiest-filosoof die dit jaar een uur zendtijd kreeg en zich onder meer uitsprak tegen het verbieden van een referendum waarvoor meer dan een miljoen handtekeningen waren verzameld. Het festival heeft te maken met wat er leeft in Itali. Daar wil ik voeling mee houden. Het klinkt bizar, maar zelfs bij rampen wil ik erbij zijn. Bij een aardbeving in de gebieden die ik volg, leef ik mee met die mensen. Ik zou het erg vinden mocht er een collega gaan. Vermeulen heeft ook quasi het alleenrecht op in memoriams van artiesten. Ik voel me een archeoloog van muziek. Ik speur het archief af naar goed materiaal voor de laatste eer. Die wil ik niet per se aan alle artiesten betuigen, maar ik spot er niet mee. Ik weet dat je er fans van die artiest mee raakt. Mijn werk wordt natuurlijk beperkt door wat we in ons eigen archief hebben en dat is soms bedroevend weinig. Hij doet het pijnlijke relaas van opnames die lang geleden gewist zijn, om banden te hergebruiken of erger: om het bestaan van bepaalde mensen uit te wissen. Tv is hier veel te lang gezien als een wegwerpproduct, of zoals Karel Hemmerechts het zei, een stamelende kleuter. Gelukkig is dat nu anders. Bij het digitaliseren doen we onverwachte ontdekkingen. Soms zijn het fragmenten waarvan ik denk: Voor die mensen ik noem geen namen kan ik nu eindelijk een waardig in memoriam maken. Ze mogen sterven.

Bollenspel, Maldegem, 1952

( Jos Halsberghe)

centrum Voor agrarische geschiedenis Viert jubileum met boek en tentoonstelling

Aardbeienpluksters, Meer, 1951

( Jos Halsberghe)

Het boerenleven in de fifties


Ter gelegenheid van zijn tienjarig bestaan brengt het Centrum voor Agrarische Geschiedenis (CAG) het Vlaamse platteland in de jaren vijftig weer tot leven met een boek en een bijbehorende fototentoonstelling.
emmeline schelfhaut Het CAG bestudeert de geschiedenis van landbouw, platteland en voeding, in samenwerking met het Interfacultaire Centrum voor Agrarische Geschiedenis (ICAG) van de KU Leuven, en ontsluit deze kennis voor een groot publiek. Dat gebeurt voornamelijk via Het Virtuele Land, een online erfgoedbank die afbeeldingen en verhalen verzamelt, maar ook door publicaties en tentoonstellingen. Zo wil het centrum het publiek sensibiliseren voor het agrarisch erfgoed. In 2011 werd het CAG door de Vlaamse regering opnieuw erkend als expertisecentrum. Cordinator professor Yves Segers: Daardoor kunnen we de komende vijf jaar meer aandacht schenken aan een aantal werkvelden, waaronder immaterieel cultureel erfgoed: we willen onder meer tradities en productietechnieken, zoals van bepaalde streekgebonden landbouwproducten, in kaart brengen. Daarnaast willen we een nog actievere rol spelen op internationaal vlak, hoewel we nu al een van de meest prominente centra van Europa zijn. Ter gelegenheid van het jubileum publiceert het CAG Het Vlaamse Platteland in de fifties, een boek met fotos van Jos Halsberghe. De verzameling toont het Vlaamse platteland in de overgang tussen de schaarste van de naoorlogse periode en de luxe van de Golden Sixties. 350 fotos zijn opgedeeld in themas het boerenleven, sport en ontspanning, landschap, en gaan vergezeld van teksten die de transformaties van die tijd beschrijven. De tentoonstelling toont een selectie van 50 fotos. Sarah Luyten en Yves Segers, red.: Het Vlaamse platteland in de fifties, Centrum voor Agrarische Geschiedenis / Davidsfonds Tentoonstelling van 8-29 maart in de KBC-toren Antwerpen, en op 22 april in s Gravenwezel. Info: www.cagnet.be en www.hetvirtueleland.be

Dorpsplein met Sint-Niklaaskerk, Dessel, 1952

( Jos Halsberghe)

Ontdek jezelf. Begin bij de Bachelorbeurs.


D infobeurs waar je een overzicht krijgt van alle bacheloropleidingen.

Leuven en Kortrijk, zaterdag 5 mei 2012 www.kuleuven.be/bachelorbeurs

16 Universiteitsfonds
Telex Alumni
*** World champion consultant in everything temporarily specialized in relationship management. Zo presenteert alumnus burgerlijk ingenieur materiaalkunde en cabaretier Arnout Van den Bossche zichzelf op zijn website. In 2009 schreef hij Humos Comedy Cup op zijn naam en recent toonde ook de jury van het prestigieuze Leids Cabaret Festival zich onder de indruk van zijn materiaal n kunde: Het ligt bijna voor de hand vast te stellen dat zijn optreden iets typisch Vlaams uitstraalt. Dat wil zeggen: een charmante, droogkomische rijkdom aan taalvondsten. Van den Bossches parodie op de relatieconsulent kreeg een plaats in de finale van het festival, op 11 februari. Daarin moest hij wel de duimen leggen voor zijn Nederlands-Marokkaanse collega Omar Ahaddaf. Van den Bossche kon het competitieve element gelukkig goed relativeren: Het verloopt allemaal heel gemoedelijk. Het is geen missverkiezing waarbij we elkaars lippenstift stelen.

campuskrant

agenda alumni
chemici leuVen Voorjaarslezing Dopinganalyse anno 2012 door de ogen van een analytisch chemicus door professor Peter Van Eenoo 23 maart, 16-18u, Auditorium 00.06, Celestijnenlaan 200 G, Heverlee Info: wim.dehaen@chem.kuleuven.be, (t) 016 32 74 39 Werkgroep kennis en maatschappij Voordracht Beethoven. De weg van een muzikaal genie door professor Jan Caeyers 19 maart, 19u30, Universiteitshal, Promotiezaal, Naamsestraat 22, Leuven Info en inschrijvingen (voor 14/3): activiteiten@alum.kuleuven.be, (t) 016 32 40 01 alum.kuleuven.be/Kennis.html ekonomika-alumni Seminarie over het wijzigende juridische en fiscale kader voor ondernemingen 6 maart, 15u45-22u, Kulak, Gebouw B, Zaal B504, E. Sabbelaan 53, Kortrijk 8 maart, 15u45-22u, Auditorium Kasteel Arenberg, Heverlee Lezing Beer: the real social network? The value of real and personal interactions in virtual Facebook times door Chris Burggraeve, Chief Marketing Officer ABInBev 9 maart, 18u30-22u, Hogenheuvelcollege, lokaal hog 02.28, Naamsestraat 69, Leuven Lezing Enterprise architectuur als aanpak voor een strategisch ICT masterplan, ook in een grillig economisch klimaat door Johan Cattersel, CEO inno.com 16 maart, 18u30-22u, Hogenheuvelcollege, lokaal hog 02.28, Naamsestraat 69, Leuven Info en inschrijvingen: regina.wolfs@econ.kuleuven.be, (t) 016 32 66 90 www.ekonomika-alumni.be nos iungit academia Causerie over trappistenbier (met proeverij) door bierexpert Jef Van den Steen 16 maart, 20u45, clublokaal, Koning Leopold I-straat 18, Leuven Info: Johny.Hermans@skynet. be, (t) 016 60 09 00 www.niaclub.be FarmaleuVen Farmacologische dag over multiculturele uitdagingen in de gezondheidszorg 17 maart, 14u-18u, Campus Gasthuisberg, O&N 2, Auditorium BMW 6, Herestraat 49, Leuven Info: Veerle.Foulon@pharm. kuleuven.be, (t) 016 32 34 64 alum.kuleuven.be/farmaleuven/fd VilV Forumavond: Welke auto zal ik morgen kopen? 17 april, 19u30, Thermotechnisch Instituut, Aula van de Tweede Hoofdwet, Kardinaal Mercierlaan 41, Leuven Info en inschrijvingen: bart. vanbuggenhout@gmail.com, (t) 0473 97 45 11 www.vtk.be/alumni/ activiteiten/forumavonden

Vlnr: Chantal Van Audenhove, Karel Hoppenbrouwers, Jan Toye, rector Mark Waer en Marc Vande Gucht ( KU Leuven | RS)

Preventie van depressie bij jongeren: wat werkt?


Vlaanderen legt een bar slecht rapport voor als het om zelfmoordcijfers gaat. Op woensdag 22 februari werden twee leerstoelen aan de KU Leuven ingehuldigd van Ga voor Geluk, een stichting en vzw die de preventie van depressie en sucide bij jongeren ondersteunt.
Wouter Verbeylen Jan Toye, voorzitter van de Stichting Ga voor Geluk, verloor zelf een zoon door zelfdoding. Ik heb de signalen niet gezien bij onze zoon, vertelt hij. Het is niet omdat jonge mensen sociaal meedraaien, dat alles in orde is. Onze maatschappij legt de lat hoog voor jongeren, en ze hebben het sowieso al moeilijk in de jaren dat ze op zoek zijn naar wie ze zijn. Het zijn de groeipijnen van de jeugd, maar we herkennen ze niet altijd. Empathie is een kwaliteit die de wereld te weinig heeft. Jan Toye kwam in contact met Marc Vande Gucht, die zijn dochter verloor, en samen richtten ze de stichting en de vzw op. Toye: Met de stichting willen we een katalysator zijn tot meer beleidsondersteunend onderzoek voor preventie van depressie en sucide, en met de vzw willen we de implementatie van bewezen goede praktijken versnellen. De beste preventie is primaire preventie: ervoor zorgen dat het niet tot een depressie komt. Bij Ga voor Geluk ligt de klemtoon in de eerste plaats op de jeugd: op jongeren, maar ook op de allerkleinsten. Een project waar wij bijzonder trots op zijn is het Toverbos, een methode om beter om te gaan met de emoties van kleuters, in samenwerking met kinderpsychiater Peter Adriaenssens. Geluk een project dat nu omgevormd werd tot een leerstoel aan de KU Leuven, rond hoogbegaafdheid en welbevinden bij jongeren. De zoon van voorzitter Jan Toye was zelf hoogbegaafd. Dat is geen cadeau, vertelt hij. Onze zoon was ook hooggevoelig, perfectionistisch en introvert, en dat leidde tot een psychische pijn die ondraaglijk was. Professor Karel Hoppenbrouwers van de Dienst Jeugdgezondheidszorg leidt het onderzoek naar hoogbegaafdheid en welbevinden, in samenwerking met professor Karine Verschueren van de Dienst Schoolpsychologie. De cruciale vraag is of jongeren die wij hoogbegaafd noemen, meer risico lopen op psychische problemen, zoals depressie en sucide. Sommige ouders voelen dat inderdaad zo aan, maar er is nog gebrek aan goed opgezet wetenschappelijk onderzoek dat aantoont dat dit effectief ook klopt. Hoogbegaafdheid en welbevinden zijn begrippen die je niet makkelijk eenduidig kan omschrijte aspecten. Die studie wordt over twee jaar afgerond. De resultaten daarvan kunnen ook rechtstreeks bijdragen aan preventie: moeten bijvoorbeeld Centra voor Leerlingenbegeleiding begaafdheidskenmerken als een risicofactor voor depressie of andere psychische problemen zien of niet?

Warme steden
De andere Ga voor Geluk-Leerstoel wordt gecordineerd door professor Chantal Van Audenhove van LUCAS, centrum voor zorgonderzoek en consultancy. Van Audenhove: De sucidecijfers in Vlaanderen zijn erg hoog in vergelijking met gelijkaardige regios als Nederland. Vlamingen zijn binnenvetters: ze houden hun problemen voor zich, in tegenstelling tot de spreekcultuur in Nederland. Maar hoe ga je die angstwekkende statistieken omzetten in instrumenten voor preventie? Wij gaan fundamenteel onderzoek doen naar wat er nu precies werkt in de preventie van depressie en sucide. Jongeren zijn bijvoorbeeld van nature minder geneigd om naar een therapeut te stappen. Een mogelijke oplossing zijn zelfhulpmodules op het internet: die zijn laagdrempelig en kunnen op hun maat gemaakt worden. Maar in hoeverre werken die webmodules wel echt? In het project Predi-Nu wordt zon programma in een internationale samenwerking ontwikkeld. Wij gaan dat met de steun van Ga voor Geluk evalueren. Bovendien zullen we nu ook een Vlaamse versie kunnen ontwikkelen. Verder zal LUCAS de reeds bestaande goede praktijken doorlichten en vergelijken met wetenschappelijke kennis over werkzame factoren in de zorg en hulpverlening. Een heel mooi project is Warme steden. Dat brengt per stad in kaart wat men al allemaal doet voor het welbevinden van jongeren. Want er gebeurt al erg veel, maar ook erg versnipperd. We zijn nu met een pilootproject in Antwerpen gestart, en bij succes wordt het naar andere steden overgeplant. www.gavoorgeluk.be

*** Ik heb veel respect en bewondering voor stand-upcomedians, maar het is geenszins mijn intentie of ambitie om in die mensen hun voetsporen te treden. Wij danken licentiate lichamelijke opvoeding Sonja Kimpen (foto Rob Stevens) voor het mooie bruggetje. Na een reeks succesvolle boeken en tv-programmas stapt de onvermoeibare voedings- en bewegingscoach nu ook op het podium om een gezonde levensstijl te promoten. De titel van haar theatershow doet toch een btje denken aan een bekende Belgische stand-upcomedian, die zijn naam ook wel eens durft te combineren met een eenlettergrepig werkwoord: Sonja Kimpen bruist! *** De titel De Tuin van Tito zal sommigen dan weer doen denken aan tv-programmas genre Groene Vingers, maar het gaat om een literair non-fictieboek over het recente verleden van ex-Joegoslavi. Oud-student geschiedenis en internationale politiek Korneel De Rynck reisde langs de spoorlijn van Belgrado naar Sarajevo om na te gaan wat er vijftien jaar na het einde van de oorlog veranderd is. De ver-van-mijn-bedshow van de Balkan komt zo een eind dichter bij huis, schreef De Standaard in een viersterrenrecensie. En ook lezers weten De Ryncks aanpak duidelijk te smaken: begin februari mocht hij de publieksprijs van boekhandel De Groene Waterman in ontvangst nemen. Met zijn thesis over Ostalgie sleepte De Rynck destijds al de Vlaamse Scriptieprijs in de wacht. (rvh)

Empathie is een kwaliteit die de wereld te weinig heeft.

ven. Bij hoogbegaafdheid denkt men meteen aan het IQ. Maar IQ meet niet alle mogelijke aspecten van de begaafdheid, je moet ook kijken naar zaken als creativiteit, muzikaliteit, sociale competenties en schoolvoorsprong. We hebben sinds twee jaar een grote studie lopen waarin we meer dan drieduizend 6- en 12-jarigen volgen en allerlei factoren van welbevinden en begaafdheid bekijken. Zon algemene studie maakt het mogelijk het etiket hoogbeHoogbegaafdheid gaafdheid los te laten, en op zoek Sinds twee jaar financiert Ga voor te gaan naar alle mogelijk relevan-

29 Februari 2012

Maatschappij 17

de raad
een actueel vraagstuk belicht vanuit drie expertises

In brand gestoken worden terwijl je ligt te slapen of op kerstavond een emmer koud water over je heen krijgen aan de ingang van een supermarkt. Het leven van een dakloze is keihard en daar hoeft het niet eens min twintig voor te zijn. We zien slechts het topje van de ijsberg.

Niemand kiest voor de straat


ine Van houdenhoVe | Fotos rob steVens gen dat housing first zo snel mogelijk een eigen woonplek geven beter werkt en goedkoper is dan het traditionele staircasemodel, waarbij vaak voorwaarden worden gekoppeld aan de opvang, zoals in therapie gaan voor een verslaving. Het probleem bij housing first zijn de ellenlange wachtlijsten in de sociale huisvesting. Door de recente afbouw van bedden in de psychiatrie komen er nu wel middelen vrij voor ambulante begeleiding waarvan er internationaal ook overtuigend bewijs is dat het werkt om mensen weer van de straat te krijgen. Wat in Vlaanderen ontbreekt is een sense of urgency en een globaal plan. Zodra de temperaturen onder nul zakken, maakt iedereen zich druk om de daklozen, maar daarna worden ze weer een heel jaar vergeten. Zo zijn er in de winter in Leuven tien extra plaatsen voor nachtopvang, maar die worden in de lente weer opgedoekt. In Nederland werken de vier grootste steden al enige tijd met succes samen om de dakloosheid en de bijbehorende overlast te bestrijden. Het is noodzakelijk dat dat in overleg gebeurt zodat er geen race to the bottom ontstaat: wie nachtopvang aanbiedt met de bijbehorende overlast overdag creert immers een aanzuigeffect. Jammer genoeg zijn het vaak net dit soort initiatieven die worden stopgezet in tijden van besparingen. Uit het thema dakloosheid valt niet veel winst te halen. Daklozen roepen zelfs veel negativiteit op bij de publieke opinie: we hebben geen officile cijfers over het geweld tegen daklozen in Belgi, maar recente incidenten zo werd in Leuven een dakloze door een groepje jongeren in brand gestoken illustreren dat het om een ernstig probleem gaat. Leven op straat is ook al om die reden het hardste bestaan dat je je kan voorstellen de levensverwachting van deze groep is dan ook slechts 43 jaar.

chris kesteloot sociaal geograaF


Anno 1970 wren er in onze contreien nagenoeg geen daklozen meer; landlopers waren een vooroorlogs fenomeen. Vandaag schat men het aantal mensen zonder thuis in Belgi tussen de tien- en de dertigduizend asielzoekers met hun specifieke problematiek niet meegerekend. Er zijn een aantal structurele elementen die maken dat de kans om op straat te belanden toegenomen is. Zo is de arbeidsmarkt veel moeilijker toegankelijk dan vroeger. En wie niet aan een job geraakt, heeft een rele kans om weg te glijden in een spiraal van miserie. In 74 werd het bestaansminimum in het leven geroepen als het sluitstuk van een reeks sociale vangnetten, maar dat

koen hermans socioloog lucas


Een dakloze is niet altijd een oudere man met een fles op een bank in het park: een op drie thuislozen in Brussel is bijvoorbeeld een kind. Zij verblijven meestal in een vorm van tijdelijke opvang. We weten niet hoeveel mensen er letterlijk op straat leven, maar wel dat we enkel het topje van de ijsberg zien. Wie loopt risico om op straat te belanden? Mensen die een psychiatrische instelling of de gevangenis verlaten en niet kunnen terugvallen op een net-

recht op een basisinkomen wordt steeds meer gekoppeld aan allerlei voorwaarden, waaraan eenvoudigweg niet iedereen kan voldoen. De arbeidsmarkt is ook veel instabieler geworden. Samen met de toename van het aantal eenpersoonshuishoudens in Brussel een op twee maakt dat veel meer mensen kwetsbaar: een alleenstaande die werkloos of ziek wordt, heeft een veel kleiner vangnet. De toename van het aantal een-

KANS OM OP STRAAT TE BELANDEN IS TOEGENOMEN


persoonshuishoudens zorgt, tegelijk met de stijgende immigratie, ook voor een toenemende druk op de woningmarkt. Daardoor, en door het fenomeen van grondproblemen: materile en administratieve, maar ook problemen met relaties, geestelijke gezondheid, verslaving ... Bestrijding van de daklozenproblematiek is daarom steeds een meersporenbeleid, zowel op macro-, meso- als microniveau, over sectoren heen. Dat maakt het er natuurlijk allemaal niet eenvoudiger op; je hebt te maken met een ingewikkeld kluwen van bevoegdheden. Wat hulpverlening betreft is het klassieke trio bed-bad-brood natuurlijk belangrijk, maar laten we ook betrokkenheid-begripbelangstelling niet vergeten. Het is belangrijk te kijken naar het

speculatie, stijgen de woonkosten veel sneller dan de lonen en de consumptieprijzen. De overheid heeft steeds minder middelen om corrigerend op te treden. Het aanbod in ons woonvoorzieningssyteem schiet te kort voor wie wegens ontoereikende middelen of capaciteiten uit de boot dreigt te vallen. Met 7% sociale woningen loopt Belgi ver achter op de gemiddeld 20% in de ons omringende landen in Nederland is dat zelfs 35%. Omdat het aandeel eigenaar-bewoners, net zoals elders in Europa, steeds toeneemt in Belgi inmiddels zon 70% worden er ook op de privverhuurmarkt steeds minder goede en betaalbare woningen aangeboden. Dat er hier desondanks niet mr daklozen zijn dan in onze buurlanden is te danken aan ons uitgebreide sociale vangnet. Toch vallen steeds meer mensen steeds sneller door de mazen van het net en ze vallen ook dieper. Tot ze in een neerwaartse spiraal terechtkomen waarin alleen al in leven blijven een dagtaak wordt. Heel belangrijk blijkt naast een stabiele en aangepaste huisvestingssituatie ook een vaste contactpersoon die in hen gelooft, en een zinvolle dagbesteding zoals vrijwilligerswerk, zodat mensen weer een gevoel van zelfwaarde opbouwen. De weg bergop is lang en ondersteuning voor langere tijd is nodig. Er zou ook veel meer moeten worden ingezet op outreaching, zodat je ook die mensen die het allermoeilijkst te bereiken zijn op een laagdrempelige manier kan benaderen. Preventie is uiteraard heel belangrijk. Dat er vandaag nog mensen uit hun huis worden gezet, vind ik onbegrijpelijk. Ook zouden jongeren die meerderjarig worden en een instelling verlaten, beter begeleid moeten worden; leren budgetteren bijvoorbeeld. Onze onderzoekers zagen dat automobilisten soms met opzet door de plassen reden bij het passeren van een dakloze. Die toenemende onverdraagzaamheid baart me zorgen. Er is een tendens van culpabilisering. Maar niemand kiest bewust voor een leven op straat. En als mensen uit de boot vallen, is er altijd sprake van een gedeelde verantwoordelijkheid.

UIT HET THEMA DAKLOOSHEID VALT WEINIG WINST TE HALEN


werk meer continuteit van de zorg zou daar al veel kunnen oplossen. Dan heb je huurders die wegens overlast of wanbetaling uit hun woning worden gezet dat gebeurt steeds vaker, in Vlaanderen alleen al in de sociale huisvestingssector zon 500 keer per jaar. En dan is er een groep waar preventie nauwelijks mogelijk is: mensen meestal mannen die na een echtscheiding, een overlijden, jobverlies of faillissement in een cascade van gebeurtenissen terechtkomen en uiteindelijk op straat belanden. Traditioneel worden daklozen eerst opgevangen in groep en dan via begeleid wonen naar zelfstandigheid geleid. Steeds meer zijn er aanwijzin-

tine Van regenmortel psychologe hiVa


D dakloze bestaat niet, hebben tientallen biografische interviews ons geleerd: iedere dakloze heeft zijn eigen verhaal. We kunnen wel twee groepen onderscheiden: enerzijds mensen die zich al vanaf hun geboorte in de kansarmoede bevinden en dan diegenen die nooit hadden verwacht op straat te belanden maar na een ingrijpende gebeurtenis op de dool zijn geraakt. Naast de huisvestingsproblematiek speelt daar ook een diepe ontankeringsproblematiek waarbij de banden worden losgelaten met familieleden, de maatschappij en ten slotte zichzelf: men verliest zijn gevoel van zelfwaarde en laat alle hoop varen. Dat proces kan behoorlijk snel gaan. Een opvallende rode draad in de levensverhalen is een eerder verblijf in een of andere instelling. Typisch is ook de cumulatie van

HET INDIVIDUELE VERHAAL IS BELANGRIJK


individuele levensverhaal en een oplossing op maat te bieden. Een opvang met allerlei regeltjes is niet altijd aangepast: op straat is het leven keihard maar wel vrij.

18 Cultuur

campuskrant

Faculteiten stellen dertien huiskunstenaars voor


Eind februari kwam er witte rook uit dertien faculteitsgebouwen tegelijk: de Dienst Cultuur stelde de huiskunstenaars voor waarnaar de faculteiten de afgelopen maanden samen met de dienst op zoek gingen. De geselecteerde Faculty STARs (Student Artists in Residence) krijgen nu de kans om hun talent te tonen en verder te exploreren. Campuskrant ging kennismaken met een muzikante, een beeldend kunstenaar en een dansgroep.
Jos stroobants / Fotos rob stevens

meer jongens zou ik wel leuk vinden


Ons team Training Coaching en Dans bestaat uit negen dansers, en samen vormen we de volledige gelijknamige vakklas binnen FaBeR. De meesten uit ons team zijn al vroeg met dansen begonnen. Zelf ben ik er al sinds mijn tweede leerjaar mee bezig, en ik geef ook dansles. Het project Faculty STARs werd ons voorgesteld in de les, en we zagen er allemaal onmiddellijk de mogelijkheden van in. We wilden een act maken waarin onze verschillende achtergronden van klassiek hedendaags tot hiphop en breakdance aan bod konden komen. De nodige inspiratie vonden we in het nummer Broken Sorrow van Nuttin But Stringz, met een zachte inleiding die uitloopt op een stevige beat. Het was mooi meegenomen dat we Jonas in onze ploeg hadden de enige jongen die het vak volgt zodat we er een liefdesverhaaltje in konden stoppen. Mr jongens zou ik overigens wel leuk vinden! Echt f was onze act nog niet, vonden we zelf, maar het filmpje moest op tijd binnen om te kunnen meedoen. Gelukkig slaagden we daarin. Het resultaat is wel helemaal van onszelf onze begeleidster Patricia Mortelmans heeft weinig moeten bijsturen. We hebben de act ook al voor publiek kunnen uittesten, tijdens het Sinterklaasfeest van de faculteit en tijdens Music for Life. We zijn natuurlijk heel blij met onze selectie en we hebben al een eerste gesprek gehad met onze meter, Griet Verstraelen van Kunstencentrum STUK. Nu kijken we allemaal gespannen uit naar het vervolg. Op 21 maart mogen we alvast samen naar de dansvoor-

Nathalie Heylen van Training Coaching en Dans (FaBeR)

Nathalie Heylen (achter midden) en haar teamleden van Training Coaching en Dans

stelling Angle in STUK, gevolgd door een nagesprek met danser en choreograaf Salva Sanchis, die bij Anne Teresa De Keersmaeker gestudeerd en gewerkt heeft. Verder volgen er zeker nog twee workshops waarin we ons klaarstomen voor een volledig nieuwe

act die we zullen opvoeren tijdens het slotmoment van de Faculty STARs op 10 mei. Wat er daarna gebeurt, weet ik niet. Het blijft in de eerste plaats een vak, maar ik zou het zelf wel prettig vinden als er meer uit zou groeien.

proper werk is niet aan mij besteed


Vanaf het vijfde middelbaar volgde ik in Gent avondschool aan Sint-Lucas: een initiatie in beeldende kunst. Dat vond ik geweldig: zoeken wat me lag, uitproberen. Ik hou er nog altijd van om veel uit te testen: materialen, manieren van werken, stijlen ... De laatste tijd ben ik bijvoorbeeld graag bezig met acryl: het heeft een zekere weerbarstigheid die me bevalt, het is voelbare materie. Ik werk ook nog vaak zoals op de ingezonden werken voor de Faculty STARs met inkt en bister, een geelbruin kleurpigment dat stroperige inkt oplevert. Mijn stijl is genspireerd door mensen als de Belgische schilder Sam Dillemans, of de fenomenale Engelsman Lucian Freud met zijn rauw realisme. Die manier van schilderen werkt goed op grotere formaten, en dat ligt me wel. Niet alle details hoeven voor mij in een beeld. Als Faculty STAR mag ik nu deelnemen aan de atelierwerking van museum M onder begeleiding van kunstenaar Wouter Feyaerts, en als meter krijg ik Lore Van Hees, die voor M werkt, toegewezen. Ik ben zeer benieuwd naar de sa-

Jean-Sbastien Bernaert (Ingenieurswetenschappen)

met de cello klikte het meteen


Mijn zus speelde viool, mijn moeder piano, en zelf begon ik al in de derde kleuterklas met muziek. Tussen de cello en mij klikte het meteen. Er werd thuis veel gemusiceerd, vooral pianotrios de ideale bezetting voor ons huisensemble maar vanaf een bepaald ogenblik begon iedereen zijn eigen weg te gaan, en alleen ik ben doorgegaan met muziek. En dat doe ik nog steeds; morgen heb ik examen kamermuziek in Brussel. We spelen er het geweldige derde strijkkwartet van Dmitri Sjostakovitsj. Nu ik tot Faculty STAR ben benoemd, krijg ik een peter: Edmond Saveniers, de dirigent van het Universitair Symfonisch Orkest, die ook in de jury zat. Hij heeft me al in contact gebracht met Bert Koch, een pianist die recent afstudeerde aan het Lemmensinstituut. Samen gaan we nu werken aan ons toonmoment in mei. Wat we gaan spelen, ligt nog niet vast. Op dit ogenblik werk ik aan de Fantasiestcke van Robert Schumann en de cellosonate van Frdric Chopin, twee werken voor cello en piano. Maar ik zou ook eens graag als solist met een orkest spelen, bijvoorbeeld in Schelomo, een prachtig, joods genspireerd werk van componist Ernest Bloch. Ik heb al mogen optreden tij-

Karen De Meyer (Sociale Wetenschappen)

menwerking en ik heb zelf al enkele ideen voor het toonmoment in mei. Als student architectuur voel ik veel voor de charme van oude huizen met hun hoekjes, kantjes en gangetjes. Misschien moet ik daar iets mee doen ik denk bijvoorbeeld aan werken met trompe-loeil-effecten. Beginnen aan een carrire in de kunst is natuurlijk niet voor de hand liggend, en ik wou een stevigere basis. Dat het architectuur is geworden, is wellicht niet zo verrassend: dat zit immers op de rand van techniek en creativiteit. Vroeger op het Sint-Barbaracollege in Gent hebben we ooit een tweejarig tentoonstellingsproject gehad waar ik een werk heb mogen hangen in een ruimte die door architect Stphane Beel onder handen was genomen en waar ook werk van Luc Tuymans hing. Dat vond ik natuurlijk geweldig: dat ik samen met Tuymans had gexposeerd! Mijn werk was toen door graffiti genspireerd. Ik hou van het onverwachte dat graffiti in een stad binnenbrengt. Ook een brutalistische architectuur spreekt mij trouwens erg aan. Proper werk is niet echt aan mij besteed.

Karen De Meyer

dens de nieuwjaarsreceptie van mijn faculteit en hopelijk komen er nog meer mogelijkheden, tijdens de laatstejaarspromoties in juli bijvoorbeeld. Als Faculty STAR krijg ik nu alvast een geweldige kans: van 10 tot 15 april mag ik in Keulen een masterclass volgen bij een van de allerbeste cellistes van het moment: Maria Kliegel. Daar kijk ik echt naar uit. Ik koos destijds voor politieke wetenschappen omdat ik iets wil betekenen voor de wereld. Ik kom uit een familie van juristen; misschien heb ik daardoor een sterk rechtvaardigheidsgevoel ontwikkeld. Wanneer ik mijn cellostudies afweeg tegenover de sociale wetenschappen, dan weet ik nog niet zo goed waar ik naartoe wil. Dat verandert van dag tot dag. Momenteel hou ik graag alle opties open, maar ik vermoed dat ik als het mogelijk zou blijken zou kiezen voor concerteren: ondanks de spanning voel ik me goed op het podium. Op www.facultystars.be kunt u kennismaken met de dertien Faculty STARs. Daar berichten ze via blogbijdragen ook over hun vorderingen in het traject. Op donderdag 10 mei vindt een groot slotevenement plaats. Dan tonen de dertien Faculty STARs hun werk in de Universiteitshal.

Jean-Sbastien Bernaert

29 Februari 2012

Personalia 19
Onze fotograaf gaat aan het werk tijdens de pauze.

De koFFiekamer

De nieuwkomer

( KU Leuven | Rob Stevens)

Naam: Karla Biebouw (35) Nieuw als: cordinator van het Interreg-project Universit Mtropole aan Kulak Sinds: 14 november Wat heb je hiervoor gedaan? Na mijn studie biologie heb ik onder meer in een zoo gewerkt. Vervolgens heb ik gedoctoreerd aan de Oxford Brookes University: ik bestudeerde een kleine nachtprimaat in Madagascar. Sinds mijn terugkeer naar Belgi in 2008 wil ik me meer richten op mijn gezin. Met een tweeling twee jongens van 19 maanden is onderzoek in het buitenland niet evident, en daarom ben ik overgestapt op meer administratief werk. Wat houdt je functie precies in? Ik werk mee aan het Interregproject Universit Mtropole, een samenwerking tussen Kulak, UCL Mons en PRES Universit Lille Nord de France, die de uitwisseling van studenten en onderzoekers bevordert. De cordinatie van de Honours Class (zie ook p. 12 red.), samen met mijn collegas in Mons en Lille, is op dit moment mijn belangrijkste taak. We zijn ook al volop bezig dat project uit te breiden tot een Honours College, met stagemogelijkheden, summer schools en dergelijke. Daarnaast ontwikkelen we mogelijke nieuwe projecten. Bij dat proces houden we zoveel mogelijk rekening met wat de docenten en studenten zelf willen. Het is niet praktisch om voor elke bespreking naar Bergen of Lille te gaan, dus de communicatie gebeurt meestal via mail of telefoon. Enkel als er knopen moeten worden doorgehakt, komen we allemaal samen. Bevalt het werk je? Ik kom in contact met tal van boeiende mensen uit verschillende vakgebieden. Daarnaast kan ik studenten en onderzoekers de kans geven om aan uitwisseling te doen. Als student vond ik dat zelf ook heel belangrijk. Ook de sfeer op de werkvloer is zeer aangenaam. Veel collegas zijn ook moeders, dus hebben we tijdens de lunch altijd iets om over te praten. (lacht) Zou je hier willen blijven werken? Absoluut. Het project loopt nog tot 2014. Ik weet niet of ik hier zal kunnen blijven, maar ik wil in ieder geval verdergaan met projecten rond internationalisering. Daarvoor zal ik hier aan Kulak alvast veel ervaring kunnen opdoen. (es)

op de koffie bij de medewerkers van kulak


Het vat het Kulak-gevoel wel samen: kunnen zeggen dat je naar d koffiekamer gaat (ok, die van geneeskunde hebben er wegens hun verblijf aan de grenzen van Kulak-land ook eentje, maar goed). In de met stemmig rode zetels gevulde ruimte druppelen diverse groepjes binnen. Ik maak live de samensmelting van Letteren en Wiskunde mee. De koffiepauzes verlopen enigszins per cohorte, zegt professor Lieven Dhulst van Letteren, dat is organisch gegroeid. Maar na de lunchpauze zit alles hier door elkaar. Dat bevestigt wiskundeprof Karel Dekimpe ook: Er heerst hier sowieso een grotere interdisciplinariteit dan in Leuven omdat je elkaar veel vaker tegenkomt. Zelfs in de koffiekamer: als er een krant ligt, wordt een artikel vaak vanuit de diverse achtergronden bediscussieerd. Prof Dhulst, met een lachje: Uiteraard praten we constant over intellectuele, professionele en culturele onderwerpen, alleen nu even niet. Wel als Chris er is (een priester professor emeritus, zo blijkt), die is in alles genteresseerd, zegt Marianne. Dan gaat het vaak over etymologie, vult Tine aan, maar we hebben het

( K.U.Leuven | Rob Stevens)

evengoed over muziek, de kwaliteit van de koffie en zoals vandaag over de pros en contras van de wasmagneet. Onder de dames worden er wel eens wat huishoudelijke tips uitgewisseld, ja. De wiskunde- en computerwetenschappenbank, volledig door het mannelijk geslacht bevolkt, bevestigt de academische samensmelting en de goede sfeer hier. Hoewel het niet altijd even makkelijk is om onderzoekers naar hier te krijgen, vaak liggen er in grotere universiteiten wat meer mogelijkheden open en kiest men daarvoor, zegt Tommy. Is er dan niks negatiefs te melden over de Kulak, probeer ik toch maar, ter evenwichtige berichtgeving. De nieuwe gebouwen zijn wel mooi, maar aan de binnenkant moeten nog wat mankementen weggewerkt worden. Wat, vrees ik, niet echt een exclusief Kortrijks probleem is. heeft uw dienst een bijzondere of gewoon gezellige koffiekamer? stuur een mailtje naar campuskrant@kuleuven.be

benoemD oF onDerscheiDen
Gie Deboutte, verbonden aan het Leuvens Instituut voor Criminologie, is benoemd tot vredesambassadeur bij Pax Christi Vlaanderen. De onderscheiding gaat elk jaar naar twee mensen die werken aan vrede, verzoening en respect voor de mensenrechten. De 53jarige Lummenaar voert al jaren strijd tegen pesten op school, onder andere als voorzitter van de organisatie Kies Kleur tegen Pesten. Deboutte wil de pestproblematiek ook meer bespreekbaar maken. Tijdens de voorstelling van de tijdslijn van Leuven in de kapel van de Romaanse Poort reikte Paul Reekmans, voorzitter van het Leuvens Historisch Genootschap (LHG), de LHG-oorkonde 2011 voor een verdienstelijke bijdrage uit aan professor marc Lodewijckx van de Afdeling Archeologie. Het LHG bekroont Lodewijckx voor zijn inzet rond het cultureel en bouwkundig patrimonium en in het bijzonder voor zijn bijdrage op het vlak van archeologie in de stad Leuven.

ADvERTENTIE

Onze lentecatalogus 2012 is er!


Surf naar www.upl.be en ontdek onze nieuwe en komende titels.

Leuven University Press

in memoriam
De universitaire gemeenschap neemt afscheid van:
Patrick Valvekens Administratief medewerker aan de Faculteit Theologie en Religiewetenschappen geboren op 26 mei 1956 en overleden op 12 februari 2012
Leuven University Press Minderbroedersstraat 4, box 5602 3000 Leuven Belgium www.lup.be

www.upl.be info@upers.kuleuven.be +32 (0)16 32 53 45

spring

12

20 Buitenkant

campuskrant

Lustrum lust bier


[eVOlutIeleer]

( Ku leuven | rob Stevens)

BIOS, de studentenkring van de biologen, bestaat 60 jaar en viert dat lustrum in de week van 27 februari tot 4 maart met een hele reeks activiteiten. De feestweek werd afgetrapt met een proffentap: voor n keer schonken professoren Filip Volckaert en Koen Geuten hun studenten bier in plaats van wijsheid. www.bios.student.kuleuven.be/lustrum

De enige constante is veranDering.


tijdenS de COntrArefOrmAtie komen veel katholieken uit protestantse landen naar leuven getuige de vele colleges. de positie als internationale topuniversiteit is op dat moment al overgenomen door leiden en dat zal zo blijven tot het einde van de 17de eeuw, waarna de fakkel wordt overgenomen door moderne universiteiten die ook colleges in de volkstaal aanbieden, zoals Halle en Gttingen. in de 19de en 20Ste eeuw zijn onze universiteiten onder meer populair bij Oost-europeanen. leuven trekt ook veel theologiestudenten uit de derde wereld aan. na wO ii wordt een systeem van beurzen uitgewerkt, vooral voor vluchtelingen, maar de aantallen buitenlandse studenten zijn niet spectaculair. in 1985 wordt het erasmusprogramma opgericht met als streefdoel een studentenmobiliteit van 10%. Vandaag stuurt de Ku leuven jaarlijks een paar duizend studenten naar het buitenland; meer dan zesduizend buitenlandse studenten vinden de weg naar hier, dankzij internationale uitwisselingsprogrammas als erasmus en tal van andere formules. (ivh) Met dank aan emeritus professor Hilde Symoens (UGent), Mark Derez (Universiteitsarchief) en Bart Hendrickx (directeur International Office).

over De grens
Studeren StAAt in de middeleeuwen lang gelijk aan in het buitenland studeren. Anno 1250 zijn er maar een handvol universiteiten, zodat ook inwoners van de lage landen naar Parijs of Bologna moeten voor een bul. eind 14de, begin 15de eeuw richten regionale heersers om economische redenen lokale universiteiten op; in 1425 ook in leuven. tot dan kwam een derde van alle studenten van de in 1388 gestichte universiteit in Keulen uit de lage landen na 1425 trekken Brabanders, Hollanders en Vlamingen naar leuven. in de eerSte Helft VAn de 16de eeuw is leuven een vooraanstaand humanistisch centrum dat met het Collegium trilingue en de aanwezigheid van erasmus in de stad aanzienlijke buitenlandse belangsteling trekt, tot uit Scandinavi en Oost-europa toe. na de godsdiensttwisten in de tweede helft van de 16de eeuw komen universiteiten meer onder druk van de kerk en nemen de wereldlijke heersers protectionistische maatregelen: zo kan je geen ambtenaar of stadarts worden met een buitenlands diploma. in 1570 wordt het studenten uit de lage landen zelfs verboden in het buitenland te studeren; tot in de 18de eeuw wordt die wet geregeld vernieuwd.

tekening in een collegedictaat, gemaakt door de Schotse student George lichton (1467) die aan de leuvense Artesfaculteit studeerde

Jaarlijks vinden meer dan 6.000 buitenlandse studenten de weg naar leuven. ( K.u.leuven | rob Stevens)

You might also like