Professional Documents
Culture Documents
pueblo bonito
Sunken courtyards
American University
merino schaap
mangh
wall house
badgir
malqaf
onderzoeksdocument_Klimaat campus
RAvB, januari 2012 kasper Zoet
inhoudsopgave:
Algemene verkenning.................................................................05
positionering klimaat overzichtskaarten Nederland CO2 Nederlandse energiehuishouding Isolatie en energie verbruik Wind en de effecten op de mens Passieve windenergie Warmte overdracht
Welbehagen................................................................................23
Sensorische beleving temperatuur temperatuur zones luchtvochtigheid luchsnelheid en tocht kleding licht
Locale omstandigheden..............................................................35
Rotterdam zonstudie Rotterdam windcondities Rotterdam studie watertemperatuur Maas locatie onderzoek massastudie Rotterdam
Referentie projecten....................................................................79
Introductie:
Mijn afstudeeropdracht voor de Academie van de Bouwkunst is het ontwerpen van een klimaatcampus. In deze opdracht staat het klimaat als instrument centraal. De opgave behelst een ontwerp waarin onderzocht wordt hoe klimaatinvloeden (luchttemperatuur, zonneschijn, wind, neerslag en vocht) kunnen worden ingezet als architectonisch instrument. De opgave begeeft zich op het spanningsveld tussen techniek en emotie, tussen de hard-facts en de soft-facts. Hoe gaat de architectuur om met de vraag naar het sensorische element? De opgave is erop gericht om meer inzicht te krijgen in de verschillende vormen van de sensorische belevingen van de klimatologische elementen in de architectuur. De vraag die ik hierbij stel is hoe de architectuur kan bijdragen aan de ervaring van de klimatologische elementen, maar ook hoe de klimatologische elementen kunnen bijdragen aan de ervaring van de architectuur. Vormen ze samen naast de afzonderlijke kwaliteiten ook nog een extra kwaliteit welke zonder samenkomst nooit had kunnen plaatsvinden? Dit onderzoeksdocument is een bundeling van de door mij onderzochte aspecten. De resultaten van dit onderzoek zijn de grondslag voor de verdere uitwerking van mijn afstudeeropdracht.
Algemene verkenning:
Het eerste deel van mijn onderzoek richt zich op het afbakenen van de opgave. Tevens bevat dit onderdeel een verkenning naar het klimaat, het toepassen van het klimaat in de architectuur en het vergroten van kennis op het gebied van duurzaamheid en klimaat.
Energie
Koelen Ventilatie watergebruik
trad i t i
Wind / lucht
Klimaat
te c h
ont
klimaat als architectonisch instrument: Dit schema geeft de positie van het klimaat
in mijn opgave weer. In plaats van aan de behoeften te voldoen via de traditionele weg, is het klimaat leidend. Het klimaat kan op twee manieren worden ingezet, namelijk de technische en ontwerpende manier. De nadruk in mijn opgave ligt op de ontwerpende kant.
n isch
Verwarmen
on
eel
werp e
nd
bi n
n enk li
maat
ventilatie warmte- koude accumulatie koelen, bevochtigen gebruik van grijswater verwarmen daglichttoetreding zonwering binnenklimaat efficient gebouw (compact) reduceren mechanisch transport vorm optimalisatie
uitwerking
bew
ust w o
r di n g
HARD FACTS:
Wind
be
nutte
ontwerpend
Beschermen
e
rvar e
n
SOFT FACTS:
(klimaat in het gebouw ervaren)
Klimaat Campus
mgeving die zich aanpast aan de behoefte van de gebruiker: rmte wanneer het koud is, voor koeling als het warm is, voor licht donker is en zorgt voor stilte wanneer dit nodig is.
Wind (voelen, horen, zien): koelen, geluidsproductie, beweging Aarde (voelen): koelen, beschermen Water (voelen horen zien): koelen, geluidsproductie, reflectie, getij Zon (voelen, zien): warmte, licht, luchtstroming
De opgave is erop gericht om meer inzicht te krijgen in de verschillende vormen van de sensorische belevingen van de klimatologische elementen in de architectuur. De vraag die ik hierbij stel is hoe de architectuur kan bijdragen aan de ervaring van de klimatologische elementen, maar ook hoe de klimatologische elementen kunnen bijdragen aan de ervaring van de architectuur. Vormen ze samen naast de afzonderlijke kwaliteiten ook nog een extra kwaliteit welke zonder samenkomst nooit had kunnen plaatsvinden?
Het ontwerp begeeft zich op het spanningsveld tussen techniek (optimalisatie) en ervaarbaarheid. Tussen de hard-fact en de soft-facts.
10
Klimaat:
Welke factoren bepalen het klimaat? niet meteorologische factoren: - Locatie (geograsche ligging) - terrein omstandigheden - bodem - aanwezige natuurlijke elementen - microklimaat op de locatie - makroklimaat op de locatie meteorologische factoren: - Zon - regen - wind Conclusies: - Orientatie van het ontwerp - vorm - gevelopeningen - schaduwbehoefte
11
regen
wi
nd
zon
zon
regen
wind
licht
Meteorologische invloeden: en de impact op ons doen en laten (bron: Climate and Architecture, School of Architecture, Copenhagen
Zon
Regen
Wind
wind
Ervaren / beleven
water
voelen, horen, zien, proeven, ruiken
12
Leeuwarden Groningen
Zwolle AMSTERDAM Enschede Amersfoort Utrecht Arnhem Rotterdam Dordrecht Den Bosch Breda Middelburg Tilburg Eindhoven
7,5 m/s
3,5 m/s
Maastricht
NNW NW
NNO NO NW
NNW
NNO NO NW
NNW
NNO NO
WNW
ONO
WNW
ONO
WNW
ONO
WZW
OZO
WZW
OZO
WZW
OZO
ZW ZZW ZZO
ZO
ZW ZZW ZZO
ZO
ZW ZZW ZZO
ZO
70mm
15 m/s
15 m/s
70mm
15 m/s
50mm
10 m/s
10 m/s
50mm
10 m/s
30mm
5 m/s
5 m/s
30mm
5 m/s
windsnelheid
neerslag
windrichting windrichting windrichting
f m a m j
a s o n d maand
f m a m j
a s o n d maand
f m a m j
a s o n d maand
Rotterdam Airport
13
Leeuwarden Groningen
Zwolle AMSTERDAM Enschede Amersfoort Utrecht Arnhem Rotterdam Dordrecht Den Bosch Breda Middelburg Tilburg Eindhoven
975mm
750mm
Maastricht
NNW NW
NNO NO NW
NNW
NNO NO NW
NNW
NNO NO
WNW
ONO
WNW
ONO
WNW
ONO
WZW
OZO
WZW
OZO
WZW
OZO
ZW ZZW ZZO
ZO
ZW ZZW ZZO
ZO
ZW ZZW ZZO
ZO
70mm
15 m/s
15 m/s
70mm
15 m/s
50mm
10 m/s
10 m/s
50mm
10 m/s
30mm
5 m/s
5 m/s
30mm
5 m/s
windrichting
windrichting
windrichting
j f m a m j Schiphol
a s o n d maand
j f m a m j IJmuiden
a s o n d maand
j f m a m j Utrecht
a s o n d maand
14
Leeuwarden Groningen
Zwolle AMSTERDAM Enschede Amersfoort Utrecht Arnhem Rotterdam Dordrecht Den Bosch Breda Middelburg Tilburg Eindhoven
385000
345000
Maastricht
15
i jul
Oost
t aar r/m be em pt se
er emb dec
Zuid
Noord
West
dec
aug
temp. max temp. min jan 0C 5C 10C 15C 20C feb juni juli
16
Januari
Februari
maart
4 - 9 Kj/cm2
10 - 19 Kj/cm2
20 - 29 Kj/cm2
N 0
00 10 20
N zonazimuth
00 10 20
N zonazimuth
00 10 20
zonshoogte
zonshoogte
30 40 05.00 50 60 70 07.00 zon onder 18.55 08.00 0 06.00 0 19.00 20.00 uur (wintertijd)
zonshoogte
19.00
70
18.00
18.00 08.00
W
270
17.00 16.00 15.00 14.00 13.00 12.00 10.00 11.00 09.00
O
90
W
270
17.00 16.00 15.00 zon onder 17.08 10.00 09.00 0
O
90
W
270
O
90
zon op 07.49
zon op 08.38
180
180
180
Z
Zonnebaan 20 20 januari Zonnebaanjanuari
Z
Zonnebaan 21 maart Zonnebaan 21 maart
Zonnebaan 19 februari Zonnebaan 19 februari Gemiddelde maandelijkse hoeveelheid globale straling augustus augustus
Gemiddelde maandelijkse hoeveelheid globale straling
50 - 60 Kj/cm2
40 - 49 Kj/cm2
30 - 39 Kj/cm2
N zonazimuth
00 10 20
N zonazimuth
00 10 20
N zonazimuth
00 10 20
zonshoogte
zonshoogte
30 40
zon op 05.48
zonshoogte
20.00
70
70 zon onder 19.37 09.00 18.00 17.00 16.00 15.00 14.00 13.00 11.00 12.00 10.00
19.00
19.00 09.00
19.00 18.00 17.00 16.00 15.00 14.00 13.00 11.00 12.00 10.00
W
270
18.00 17.00 16.00 15.00 14.00 13.00 11.00 12.00 10.00
O
90
W
270
O
90
W
270
O
90
180
180
180
Z
Zonnebaan 23 23 Zonnebaanjuli juli
17
mei
40 - 50 Kj/cm2
50 - 60 Kj/cm2
50 - 60 Kj/cm2
N zonazimuth
00 10 20
N zonazimuth
00 10 20
N zonazimuth
00 10 20 zon onder 22.09 zon op 05.38 06.00 21.00 uur (zomertijd) 07.00 20.00 08.00
zonshoogte
zonshoogte
zonshoogte
30 40 05.00 50 60 06.00 zon op 06.33 20.00 07.00 21.00 uur (zomertijd) zon onder 21.37
30 40 50 60 70
30 40
zon op 05.19
70
18.00
19.00 08.00
19.00 09.00
W
270
17.00 16.00 15.00 10.00 09.00 0
O
90
W
270
18.00 17.00 16.00 15.00 14.00 13.00 11.00 12.00 10.00
O
90
W W
270
09.00 18.00 17.00 16.00 15.00 14.00 13.00 11.00 12.00 10.00
O
90
180
180
180
Z
Zonnebaan 20 20 Zonnebaanapril april
Z
Zonnebaan 22 22 Zonnebaan juni juni
Zonnebaan 21 mei Zonnebaan 21 mei Gemiddelde maandelijkse hoeveelheid globale straling november november
Gemiddelde maandelijkse hoeveelheid globale straling
10 - 19 Kj/cm2
4 - 9 Kj/cm2
4 - 9 Kj/cm2
N zonazimuth
00 10 20
N zonazimuth
00 10 20
N zonazimuth
00 10 20
zonshoogte
zonshoogte
zonshoogte
20.00
70
19.00
189.00 09.00
18.00 08.00
W
270
18.00 17.00 16.00 15.00 zon onder 18.30 14.00 13.00 11.00 12.00 10.00
O
90
W
270
17.00 16.00 15.00 14.00 10.00 13.00 12.00 11.00 09.00
O
90
W
270
17.00 16.00 15.00 14.00 13.00 12.00 10.00 11.00 09.00
08.00
O
90
zon op 08.19
180
180
180
Z
Zonnebaan 22 22 oktober Zonnebaanoktober Zonnebaan 22 november Zonnebaan 22 november
18
In een aantal West-Europese landen, waaronder Belgi, wordt netto meer dan 30 procent van de totale CO2-uitstoot gemporteerd emissies die volgens de gangbare berekeningsmethode niet in de binnenlandse statistieken vervat zitten. Made in.... De landen die netto het grootste aandeel CO2 exporteren, zijn niet verrassend die landen die ook afgedrukt staan op de verpakkingen van veel van onze producten: Maleisi (- 63,8 procent), Thailand (- 32,5 procent), China (- 29 procent) en Taiwan (- 28,1 procent).
19
Kijken we naar de cijfers per hoofd van de bevolking, dan zijn de grootste netto importeurs (dus ook rekening houdend met de export) de Luxemburgers (10,3 ton CO2 per persoon per jaar), gevolgd door de inwoners van Hong Kong (9,2 t), Singapore (8,2 t), Ijsland en Liechtenstein (7,7 t), Zwitserland (6,4 t), Belgi (5,0 t), Oostenrijk (4,7 t), Denemarken (4,5 t), Zweden (4,5 t) en het VK (4,3 t).
grootste exporteurs (blauw) en importeurs (rood) van CO2 als gevolg van internationale handel.
CO2-emmissie op als factor van het BNP (verschil tussen CO2 productie en CO2 consumptie)
Als eindpunt van hun studie berekenden de onderzoekers de CO2-uitstoot van een land op basis van de consumptie in plaats van de productie (dus binnenlandse emissies plus import en minus export van CO2). De Verenigde Staten blijven niet verrassend de grootste producenten van CO2, gevolgd door China, Japan, India, Rusland en Duitsland. Logischerwijze is dit ook min of meer de rangschikking van de grootste economien.
bron: wetenschappelijke tijdschrift PNAS (Consumption-based accounting of CO2 emissions) Steven J. Davis1 and Ken Caldeira
20
Landbouw
overige rafnaderijen en indsutrie energie sector 0 CO2-emissie in Nederland per sector in over de verschillende jaren. 10 20 30 40 50
mld kg Co2
21
8.000 Verenigde Staten 6.000 Nederland 4.000 Duitsland Denemarken 2.000 Portugal China 0 1970 1980 1990 2000 2010 India
120.000 100.000 80.000 GWh gas geothermie, wind, zon biomassa kernenergie
60.000 40.000
0 1970
1980
1990
2000
2010
22
05 februari 2011
http://www.lowtechmagazine. be/2011/02/thermisch-ondergoedisoleert-het-lichaam.html
23
24
0-2 bft
3-5 bft
2-3 bft
5-7 bft
schema van verschillende welke kunnen plaats vinden bij de verschillende windomstandigheden.
wind zorgt voor stevig wind, voetgangers in stormschade verwoesting door verkoeling, ideaal uitwaaien aan de stedelijke omgev- door omgewaaide wind voor een terrasje zee. ing krijgen het bomen moeilijk
25
h H
w W
0,20 0,20
L
0,25 0,25
1 1 2 2 4 4
2 2
3 3
4 4
l/h
l/h
26
5xh
cross ventilatie
stack effect
5xh
+ + +
Passieve windenergie: Naast de directe omzetting van windenergie in mechanische energie (actieve windenergie) kan de energie van de wind ook direct gebruikt worden voor koeling en ventilatie (passieve windenergie). Passieve windenergie maakt gebruik van dezelfde natuurkundige principes als waar windmolens en vliegtuigen gebruik van maken, namelijk windzuiging en winddruk. Windzuiging en winddruk ontstaan doordat een luchtstroming wordt verstoord door een object. Aan de windzijde (loefzijde) van het object heerst een overdruk terwijl er aan de achterzijde (lijzijde) een onderdruk heerst waar windzuiging plaatsvindt. Passieve windenergie wordt in de Perzische architectuur al eeuwen lang gebruikt voor koeling en ventilatie. Voorbeelden hiervan zijn badgirs in Iran, malquafs in Egypte en manghs India. De systemen zijn onder te verdelen in twee systemen, namelijk de windvangers en een systeem wat gebruik maakt van de windzuiging. Malquaf, een malquaf is in de basis een opbouw welke aan n zijde is geopend. De open zijde is gericht op de heersende windrichtig en bedoeld om de wind te vangen. De gevangen wind wordt naar beneden geleid waardoor er een luchtstroom op gang komt welke een koelend effect heeft. Badgir, bestaat in de basis uit een toren. In tegenstelling tot de malquaf is de badgir echter vaak meerzijdig en kunnen de ope-
Techniek:
27
ningen worden geopend of worden gesloten. Er bestaan twee uitvoeringen van badgirs, de eerste werkt net als de malquaf op winddruk. De opening aan de loefzijde (windzijde) is geopend en vangt de wind, een verkoelende luchtstroom is het gevolg. De tweede uitvoering maakt gebruik van windzuiging. Door de badgir aan de lijzijde te openen ontstaat er een onderdruk. Door luchtdicht te bouwen kan het drukverschil worden benut om verse lucht van buiten het gebouw aan te trekken. De verse maar warme buitenlucht wordt veelal langs een quanat (ondergronds kanaal) geleid. Zowel de aarde als het water koelen de lucht af. De gekoelde vochtigde lucht zorgt vervolgens voor een aangenaam binnenklimaat. Mangh, Het mangh systeem uit India maakt ook gebuik van de winddruk, met schermen wordt de ochtend bries gevangen en de huizen in geleid. De mangh (windvangers) zijn zelf te reguleren door middel van het openen of sluiten van kleppen. s Zomers worden de kleppen s ochtends geopend, de koele bries uit het noorden wordt gebruikt om de ruimtes te koelen. In de winter komt de wind altijd uit het zuiden. De mangh wordt vervuld met zon in plaats van wind en verwarmt zo de woning.
Malqaf Egypte
Moderne windvangers
maken gebruik van precies dezelfde principes die bij de Indirs en Iranirs al eeuwen bekend zijn. Door gebruik te maken van windvangers is het mogelijk gebouwen volledig te ventileren op een passieve manier. Voorbeelden van dergelijke projecten zijn: Bleuwater shopping mall in Kent, waar windvangers worden gebruikt om vuile lucht af te voeren. Het Metropole Zentih venue in SaintEtienne is zo vormgegeven dat het functioneert als een enorme windscoop waardoor de gehele luchttoevoer op natuurlijke wijze plaats kan vinden.
Mangh, Hyderabad India
Saint-Etienne Mtropole
Badgir, Iran
28
Warmte overdracht:
Warmteoverdracht door convectie: Bij convectie wordt de warmte getransporteerd via een stromend medium. Deze overdrachtsvorm kan uiteraard niet plaatsvinden in een vaste stof, maar slechts in vloeistoffen en gassen, zoals lucht. Een voorbeeld hiervan is de werking van een convectorput. De warme lucht is lichter dan koude lucht en zal daarom stijgen. Koude lucht neemt de plaats in van de warme lucht en op deze wijze vindt via de lucht een transport van energie (warmte) plaats. De warme lucht verliest de warmte aan een koud oppervlak, koelt daardoor af, etc Warmteoverdracht door straling: Onder straling wordt verstaan het transport van energie door lucht en gassen in de vorm van elektromagnetische trillingen. Er zijn verschillende soorten straling, zoals lichtstraling, rntgenstraling en infraroodstraling. Warmteoverdracht vindt voornamelijk plaats via infraroodstraling. Elk materiaal geeft warmtestraling af. De mate waarin wordt niet alleen bepaald door de temperatuur van het oppervlak, maar ook door het materiaal zelf. Warmteoverdracht door geleiding: Bij geleiding vindt het warmtetransport plaats via een vaste stof. Dit betekent dat de energie van molecuul op molecuul wordt doorgegeven. De mate waarin dit energietransport plaatsvindt, verschilt per materiaal.
29
In spring and autumn, the air gap at the edge of the roof prevents condensation.The external wall acts as a heat sink, stabilizing internal temperatures.
Warmteoverdracht door geleiding als instrument in de architectuur: A thick semicircular gabion wall made from crude local stone supports a at glass roof. The wall is capable of accumulating heat. Because of that, it evens out the temperature change between day and night, a well known principle that has been applied for thousands of years.
In summer, blinds prevent direct sunlight from causing overheating. Evaporation cools the wall, producing cold radiation which improves internal comfort. (visitor centre at Terrasson)
30
31
Welbehagen
Factoren
temperatuur luchtvochtigheid luchtverplaatsing luchtdruk luchtkwaliteit elektromagnetische straling akoestiek visuele aspecten
condities
mate van activiteit kleding mogelijkheid tot persoonlijke temperatuurregeling bezetting van de ruimte leefttijd sekse conditie gebouwontwerp
32
de oorsprong van de zenuwen welke verantwoordelijk zijn voor de verwerking motorische(rood) en senorische(blauw) waarnemingen.
Sensorische Informatieverwerking: Sensorisch betekent zintuiglijk. Onze zintuigen geven informatie die wij nodig hebben om te kunnen overleven en te kunnen functioneren in het dagelijkse leven. We moeten ons veilig voelen en ons kunnen aanpassen aan de steeds wisselende omstandigheden. De zintuigen ontvangen informatie van zowel binnen als buiten ons lichaam. Als we het over zintuigen hebben denken we meestal aan de ogen, de oren, de reuk en smaak, de tastzin. Heel belangrijk zijn echter ook onze verborgen zintuigen: het evenwichtsorgaan, het gevoel uit de spieren en gewrichten en het gevoel vanuit onze inwendige organen. Bij activiteiten gebruiken we diverse zintuigen tegelijkertijd. De informatie die via de zintuigen binnenkomt komt samen in het zenuwstelsel en dit zorgt er voor dat de informatie goed wordt verwerkt. Zo weten we steeds wat er in ons lichaam en in de omgeving aan de hand is, en kunnen we daar adequaat op reageren. Een voorbeeld: als je het stoplicht op groen ziet springen stap je weer op de ets om door te rijden; je gaat naar de wc als je voelt dat je een volle blaas hebt. De zintuigen spelen ook een belangrijke rol in het regelen van de activatie en alertheid.
33
Voel de zachtheid van textiel uit hout Zie hoe oorspronkelijk vlas wordt gebruikt voor touwlampen of als alternatieve versteviging van autodeuren... Beleef de opmars van kunststoffen opgebouwd uit mais voor hoogwaardig kledingtextiel...
Sensorische activatie en alertheid. Voor iedere activiteit die we doen hebben we een
bepaald niveau van activatie nodig, passend bij die activiteit. Via zintuigprikkels kunnen we invloed hebben op de activatie. Iedereen kent zintuiglijke prikkels die rustig maken, of juist actief, of die er voor zorgen dat wij op essentile momenten niet in slaap vallen. Een voorbeeld is het naar huis rijden na een vermoeiende dag. Iemand die in de auto in slaap dreigt te vallen zet de radio hard aan (gehoor), snuift een scheutje eau de cologne (reuk), neemt kauwgom (beweging, mondactiviteit), zuurballen (smaak) of stopt om even ink te bewegen. Ieder mens heeft zijn eigen voorkeur voor het gebruik van zintuiglijke informatie in het regelen van de activatie en alertheid.
34
Fig. B 1.1 Skin surface temperature of a person during low activity levels and with a surrounding environmental temperature of 26 C
Fig. B 1.2 Skin surface temperature of a person during high activity levels and with a surrounding environmental temperature of 26 C
35
WALKING 230 WATTS energy production by the human body for the different activities
for the conclusion that thermal comfort can only be obtained whenever surface temperatures of room envelope surfaces are adjusted to human need. A ceiling that is too warm inside a heated room, for instance, prevents heat emission in the head region and quickly leads to headaches. Likewise, cold oors elevate heat loss levels via the feet and increase surface temperature differences of the human body (Figure B1.3). The work performance level of a person and the required work efciency level have risen in recent years, especially in industrial nations, on account of global competition. Building owners and tenants have recognized by now that comfortable indoor climate levels are a decisive factor when it comes to upholding productivity levels. If, for instance, a company suffers from an unacceptable indoor climate for 10% of work time, this leads to a more or less noticeable decrease in work performance levels, spread over 200 hours or 25 days per annum per staff member. Figure B1.4 shows physical and mental performance capacity as it relates to room temperature and was determined by past research. It shows that, from room temperatures of about 25C to 26C upwards, performance capacity noticeably decreases. From 28 to 29C onwards, work efciency clearly decreases.
Fig. B 1.3 Heat emission rates for a person as it relates to surrounding environmental temperature.From a temperature of 34C, the body can exclusively emit heat via evaporation (sweating), since the surface temperature of the human skin is also 34 C. Mental performance Physical performance Perceived performance
36
Fig. B 1.5 Comfortable room temperature range in winter, with matching clothing (light sweater). High surface temperatures balance cooler outside temperatures.
Fig. B 1.6 Comfortable room temperature range in summer, with matching clothing (shortsleeved shirt). Low surface temperatures balance warmer outside temperatures.
Prof. P.O. Fanger of the University of Denmarkat Copenhagen, undertook some research into how precisely the level of wellbeing of people indoors is perceived under different thermal conditions. The basis for the research was the essential inuential factors of man on thermal body balance: activity level and type, clothing, air and radiation temperature, air velocity and air humidity levels. Research results were interpreted in such a manner as to allow calculation of prospective and subjective heat sensation, so long as the above-mentioned factors can be determined. They also show that it is impossible to please everyone, on account of the individuality of man. A study with more than 1300 human subjects has shown that at least 5% of the subjects will perceive the indoor climate as being of an uncomfortable level. For heat sensation, according to valid and current international and European standards, three different categories of thermal comfort have been dened: Category A, the highest (very good) has a probability of 6% dissatised, the medium category B (good) has 10% dissatised and in category C (acceptable) there is a high probability of the presence of about 15% dissatised people. Temperature is the decisive factor for subjective thermal comfort. Depending on mood, duration of stay and locale, the same situation is being perceived differently by the same person. Direct solar radiation on the body, for instance, can be perceived as pleasant when it happens during relaxation in ones own living room. In stress situations, however, the same heat supply source is perceived as uncomfortable.
37
inspanningswaarde (met)
behaagelijkheid bij de verschillende activiteiten, uitgaande van een luchtvochtogheid van 50% en een luchtsnelheid van 0,50 m/s
4,0 3,0 2,0 - 4,0 1,6 - 2,0 1,4 1,2 1,0 0,8 24C 18C 12C
-3
-2
-1
+1
+2
+3
koud
neutraal
heet
Thermische sensatie volgens ASHRAE als behaagelijk ervaren temperatuur bij de verschillende activiteiten en luchtsnelheden m/s
1,4 relatieve luchtsnelheid 1,2 timmeren 1,0 typen 0,8 0,6 slapen 0,4 0,2 0,0 5C 10C 15C 20C luchttemperatuur=stralingstemperatuur 25C 30C
38
donker
koud
warm
licht
zitten
slapen
Zoals beschreven door Reyner Banham. Het verschil in de manieren waarop de mogelijkheden die de omgeving biedt worden benut. De structural solution en de power operated solution. Hoe in het westen vooral gebruik wordt gemaakt van de structural solution door grote bouwwerken op te trekken ter bescherming tegen de elementen. Hier tegen over staan de beschavingen waar dit niet gebeurt en waar de activiteiten zich meer concentreren rondom een centraalpunt (waterput, de schaduw van een boom of een kampvuur), waar de grens tussen binnen en buiten niet duidelijk is gemarkeerd en veranderbaar naar behoefte. Een voorbeeld is het kampvuur waarbij de warmte en licht opbrengst zorgt voor een zonering. Warmte en licht nabij het vuur, koel en donker op afstand. Activiteiten zijn afhankelijk van de behoefte, slapen aan de buitenzijde en activiteiten waarvoor zicht en warmte benodigd zijn in de nabijheid van het vuur.
Temperatuur zones 1:
39
10C
22C
standaard overgang met dubbel glas en minimale spouw
Temperatuur zones 2: Normaal gesproken is er in Nederland sprake van de bovenste situatie. De scheiding tussen binnen en buiten wordt gerealiseerd met behulp van verschillende lagen glas welke dicht op elkaar zijn geplaatst. Per laag vindt er een temperatuurovergang plaats. Door nu de verschillende lagen uitelkaar te trekken ontstaan er ruimtes met verschillende klimatologische omstandigheden. Aan de hand van de omstandigheden kunnen de verschillende activiteiten in het gebouwontwerp worden ondergebracht. Ruimtes waarin activiteiten plaats vinden in de kouderandzones en de ruimtes waar men stilzit in de warme zones.
10C d bb l l
15C l l f i t
22C
overgang met met spouw als leefruimte, activiteiten ingedeeld naar temperatuur
40
Fig. B 1.18 Amount of required utilization hours (Monday to Friday, 8 am to 6 pm) for the dehumidication of added outside air in order to obtain a relative room humidity level of 60 %
Fig. B 1.17 Amount of required utilization hours (Monday to Friday, 8 am to 6 pm) for the humidication of added outside air in order to obtain a relative room humidity level of 35 %
41
Fig. B 1.21 Comfortable air velocities at an even ow level (turbulence degree: 10%), dependent on air temperature
Fig. B 1.22 Comfortable air velocities with turbulent ow (turbulence degree: 50%), dependent on air temperature
42
comfortable
good
acceptable
Fig. B 1.24 Inuence of activity level on thermal comfort when wearing a suit
Fig. B 1.25 Inuence of activity level on thermal comfort when wearing summer sportive clothing (short-sleeved shirt and short pants)
43
Illuminance in lx
Overcast
5.000 -20.000
44
Rotterdam 1880
45
Lokale omstandigheden:
In dit deel van het onderzoek wordt een geschikte locatie voor de Klimaatcampus gezocht. Zoals blijkt uit het vorige hoofdstuk, springt er op basis van de klimatologische feiten in Nederland niet direct een locatie uit waar het klimaat op alle aspecten maximaal aanwezig is. De functie van de klimaatcampus is daarom leidend geworden bij de bepaling van de locatie. De doorslaggevende factor is hierbij de doelgroep: een locatie waar veel bedrijven in de regio gebruik kunnen maken van de kennis en de faciliteiten. Dit heeft geleid tot Rotterdam als keuze voor de locatie. Dit hoofdstuk omvat daarom tevens een algemene studie naar het klimaat in Rotterdam, welke studie zal worden gebruikt bij de verdere uitwerking van de opgave.
46
luchtvervuiling in Europa
bron: IUP Heidelberg
De regio Rotterdam is verantwoordelijk voor 16% van de CO2 productie in Nederland. Naast deze twijfelachtige eer is het echter ook de stad waar het klimaat een belangrijk onderwerp is op de politieke agenda. Geen andere stad in Nederland heeft een klimaatdoelstelling welke zo ambiteus is als die van Rotterdam (50% CO2 reductie tov 1990 in 2025)
Waarom Rotterdam?
47
48
noord- zuidorientatie
07.00 08.00 09.00 10.00 11.00 12.00 13.00 14.00 15.00 16.00 17.00
oost- westorientatie
noord- zuidorientatie
07.00 08.00 09.00 10.00 11.00 12.00 13.00 14.00 15.00 16.00 17.00
oost- westorientatie
noord- zuidorientatie
07.00 08.00 09.00 10.00 11.00 12.00 13.00 14.00 15.00 16.00 17.00
oost- westorientatie
noord- zuidorientatie
07.00 08.00 09.00 10.00 11.00 12.00 13.00 14.00 15.00 16.00 17.00
oost- westorientatie
49
W/m2
N gevel
NW gevel
NO gevel
W gevel
O gevel
j f ma m j j a s o n d N
j f ma m j j a s o n d platdak
maanden
Directe zoninstraling voor acht verschillende gevelorintaties en een platdak op 520 NB (bron: Vitale architectuur. Intergraal ontwerpen, Jn Kristinsson).
Lente W N O Z Zomer Herfst Winter mate van directe zoninstraling op de verschillende gevels door het jaar heen.
50
windsnelheid (m/S)
septmeber
november
< 2,9
relatief lage windsnelheden
3,0 - 5,9
6,0 - 8,9
> 9,0
maanden met de meeste wind, wat opvalt is dat de harde wind vaak uit het zuiden en het zuidwesten komt
20% 10%
10%
20%
20% 10%
10%
januari
februari
maart
april
20% 10%
20% 10%
20%
mei
N N
juni
N
juli
N
augustus
20% 10%
20%
10%
20%
september
oktober
november
december
windstil
51
december
20%
augustus
februari
oktober
januari
maart
april
mei
juni
juli
20% 10%
mees t vo
ork
o me nd
ric ind
htin
jaar
52
53
Lokatie: AMMSL
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04
Lokatie: GROOTAMVSBSD
12 9 6 3 0 -3
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04 12 9 6 3 0 -3
Lokatie: KINDDLKOVR
Lokatie: DEMTPCPBSD
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04 12 9 6 3 0 -3
Lokatie: WIELDRTOVR
Lokatie: ALBSDRTOVR
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04 12 9 6 3 0 -3
Lokatie: KRIMPADIJSLK
Lokatie: BRIENOBRTOVR
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04 12 9 6 3 0 -3
Lokatie: BRIENOD
Lokatie: LEKHVRTOVR
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04 12 9 6 3 0 -3
Lokatie: MAASSS
Lokatie: HOEKVHLRTOVR
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04
jul/01
jan/02
jul/02
jan/03
jul/03
jan/04
54
55
5,0 00 0,0 10,0 15,0 20,0 25,0 10,0 15,0 20,0 25,0 5,0 1 jan 88 n 8 jan 88 n 15 jan 88 n 22 jan 88 n 29 jan 88 n 5 feb 88 b 12 feb 88 b 19 feb 88 b 26 feb 88 b 4 mrt 88 t 11 mrt 88 t 18 mrt 88 t 25 mrt 88 t 1 apr 88 r 8 apr 88 r 15 apr 88 r 22 apr 88 r 29 apr 88 r i 6 mei 88 i 13 mei 88 i 20 mei 88 i 27 mei 88 3 jun 88 n 10 jun 88 n 17 jun 88 n 24 jun 88 n
0,0 watertemperatuur
5,0
jan
feb
mrt
apr
mei
gem. Watertemp.
jun
temp. gem.
1 jul 88 l l 8 jul 88 l 15 jul 88 l 22 jul 88 l 29 jul 88 5 aug 88 g 12 aug 88 g 19 aug 88 g 26 aug 88 g 2 sep 88 p 9 sep 88 p 16 sep 88 p 23 sep 88 p 30 sep 88 p 7 okt 88 t 14 okt 88 t 21 okt 88 t 28 okt 88 t 4 nov 88 v 11 nov 88 v 18 nov 88 v 25 nov 88 v 2 dec 88 c 9 dec 88 c 16 dec 88 c 23 dec 88 c 30 dec 88 c
jul
aug
sep
okt
nov
dec
56
Opengebied in de regio Rotterdam: staande in de oranje gekleurde gebieden is het mogelijk om meer dan 500ha is te overzien.
Rotterdam open plekken in de stad: Hoe open is het stedelijke weefsel van Rotterdam?
Met 620.000 inwoners is Rotterdam wat inwonersaantal betreft de tweede stad van Nederland, niet vreemd dus dat het aantal grote open plekken beperkt is. Op de twee kaarten is in oranje aangegeven op welke plekken in de regio en in de stad een gebied van 500 hectare te overzien is. Onderlegger voor de kaarten is een onderzoek van Alterra waarbij is gekeken hoever je kunt kijken vanuit een gebied van 100x100 meter. Van het betreffende gebied is bekeken wat de maximale open ruimte is die je van uit dat gebied kunt zien, waarbij rekening is gehouden met hellingen, bebouwing en begroeiing. De linkerkaart laat de regio Rotterdam ziet waarbij in het Noorden duidelijk als opengebied zichtbaar is Midden-Deland en het vliegveld Rotterdam the Hague Airport. Daarnaast valt op dat met name rond de grote verkeersaders (spoor, weg en water)
Bereikbaarheid van katendrecht wanneer gebruik wordt gemaak van het OV en een reistijd in acht wordt genomen van 30 en 90 minuten.
57
relatief weinige zicht belemmerende obstakels aanwezig zijn. De rechter kaart is verder ingezoomd op het centrum van Rotterdam hieruit is op te maken dat voor open plekken in Rotterdam je het beste kan zoeken in de havens en de oevers van de Maas.
Opengebied in de stad Rotterdam: staande in de oranje gekleurde gebieden is het mogelijk om meer dan 500ha is te overzien.
Bereikbaarheid van Katendrecht wanneer gebruik wordt gemaak van de auto en een reistijd in acht wordt genomen van 30 en 90 minuten.
58
59
60
61
62
63
64
65
66
Opzet van een alles omvattende campus zoals die veel is toegepast in de jaren 50 en 60
67
TNO Rijswijk DSM IHE Institute for Water Education EON Electrabel Caldic Abengoa bio energie Westland Greenport campus
Gemeente Rotterdam Hogeschool Rotterdam Linde gas Air Liquide DSM Huntsman Akzo wbr universiteiten Belgie Rotterdam innovation centre RDM campus Shell Deltalinqs Vopak Eneco
AVR
KlImaat campus
Tue Eindhoven
Instanties en bedrijven actief in de regio Rotterdam welke onderdeel kunnen zijn aan het netwerk van de klimaar campus.
door de opkomst van kennisdeling en het digitale netwerk is de noodzaak om je als wetenschappelijke instelling te vestigen op een afgesloten universiteitssterrein verdwenen. Om de maatschappelijke functie van de klimaat campus (creren van bewustwording bij het publiek) te kunnen bewerkstelligen is een plek in de stad een vereiste.
innovatiebedrijf of instelling minder van belang is. Hierdoor kunnen met name de universitaire instellingen de maatschappelijke functie die ze in het verleden vervulden (het maatschappelijke debat) weer op pakken. Dit is dan ook n van de functie die de klimaatcampus moet gaan vervullen. Niet op een voor de burger gesloten terrein buiten de stad een onderzoek doen en publiceren in een artikel. Maar als instelling je proleren in de stad! Dus onderzoek doen op een locatie in de stad en de maatschappij actief betrekken en informeren.
schematische weergave van een netwerk campus waarbinnen gebruik wordt gemaakt van elkaars kennis en infrastructurele voorzieningen.
68
69
uitganspunt is het klimaat als bepalende factor in de architectuur. Dit betekent dat de aanwezigheid van alle klimatologische factoren een must is als het gaat om de locatie keuze. De open plekken in het landschap markeren de plaatsen waar de elementen volop aanwezig zijn.
70
Mogelijke locaties gebaseerd op openheid stedelijk weefsel, relatie tot de stad en ervaring van de plek.
M M
M M
71
M M M M M
M M M
B
M
A
M
72
Locatie: Katendrecht, waarom Katendrecht en niet een andere locatie? De keuze voor Katendrecht komt voort uit een nauwkeurige afweging van diverse factoren. De belangrijkste zijn: de aanwezige klimatologische omstandigheden, de potentie om een belangrijke maatschappelijke postitie in te nemen (relatie tot de stad) en als laatste de ervaring op de plek. Wanneer enkel geken wordt naar de twee eerste factoren zijn er een locaties welke mogelijk zijn. Dit zijn onder andere de Rijnhaven, Noordereiland en de plek van het huidige zwembad Tropicana.
73
74
eze
alge e e r e : e re expos e / o va gs r al e caf / res a ra o le e opslagr e A d or l o heek s d ece r verkeersr e perso eel: werkr e vergaderr e c voorz e g pa ze r e erg g arch ef o le e verkeersr e lesr e : la college zaal prak jkr e werkr e verkeersr e Parkere : a o's e se lade losse war gekleed jas
g ac v e
kled g
e pera
15C 15C 21C 20C 15C 12C 21C 20C 21C 15C 21C 21C 12C 20C 12C 12C 15C 15C 18C 21C 18C 20C 15C
r ve
l ch gekleed r
s ls aa
s aa de ac
75
la e
dag l ch
zo
or e a e rela e
v e
wa dele
z e de ac v e
76
Andrea Palladio
1:1
2:3
3:4
publiek
prive
Als je in een huis van Palladio bent, weet je altijd precies waar je je bevindt. In de troonzaal, de sala, de nevengeschikte vertrekken, die kleiner worden naarmate hun publieke functie afneemt. Tot de keukens, de slaapkamers. En als je ergens je hoofd stoot, weet je zeker dat je in de dienstbodevertrekken bent aangeland. (Bob Witman 2 januari 2003 / de Volkskrant)
Klimaat campus
Waar in de villas van Palladio de vertrekken zich op een natuurlijke manier zich aanpassen aan de functie van de ruimte door te spelen met de verhouding moeten in de klimaat campus de functies van de ruimten voelbaar zijn door de mate waarop de zintuigen worden geprikkeld.
Sensorisch Programma:
77
horen
algemene ruimten: entre exposi e / ontvangst balie caf / restaurant toile en opslagruimte auditorium bibliotheek studiecentrum verkeersruimten personeel: werkruimten vergaderruimten ict voorziening pauzeruimte berging archief toile en verkeersruimten lesruimten: lab collegezaal prak jkruimte werkruimten verkeersruimten Parkeren: auto's etsen laden lossen
zien
voelen
ruiken
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
78
zaterdag zondag
lezing/congres
Programma: Door het analyseren van diverse programmas van universiteiten en hogescholen en postaccademische opleidingen ben ik gekomen tot een programma dat naar mijn idee goed overeenkomt met de wensen van een instituut als de klimaat campus. Wel zal voor de verdere uitwerking een nog specieker programma moeten worden vastgesteld met daarin ook de vierkante meters. Naar aanleiding van mijn bevindingen in mijn onderzoek naar het welbehagen van de mens door de invloed van verschillende klimatologische en/of fysieke omstandigheden heb ik het programma verder onderzocht. Hierin zijn een aantal aspecten naar voren gekomen welke voor mij interessant zijn. Dit zijn: de kleding die iemand in een bepaalde ruimte onder normale omstandigheden draagt, de mate van activiteit in de ruimte, de hoeveelheid mensen die gelijktijdig in de ruimte aanwezig zijn, de behoefte aan daglicht en directe zoninstraling, de gewenste ventilatie, de orientatie en de hoeveelheid geluid die wordt geproduceerd. Aan de hand van deze analyse is het mogelijk om ruimtes aan elkaar te koppelen op basis van het welbehagen van de gebruikers. In het ontwerp kunnen verschillende clusters worden gevormd met elk hun eigen micro klimaat, hiermee ontstaat er een gebouw waarin het welbehagen van de gebruikers centraal staat.
79
21C
werkruimten
studiecentrum lab
verkeersruimten
college zaal
20C
verkeersruimten
18C
prak jkruimte
toile en
Auditorium
15C
Temperatuur: En van de van de meest opvallende aspecten is de relatief lage temperatuur in de ruimtes. Door het specieke gebruik van de ruimtes valt het op dat een groot deel van de tijd gebruike hema is het programma vertaald naar een ruimtelijke weergave aan de hand van de verschillende temperaturen. Hierbij is gebruik gemaakt van het idee van temperatuurzones (zie onderzoek). De ruimtes met de hoogste temperatuur bevinden zich in het hart van het gebouw hier omheen bevinden zich de ruimtes met lagere temperaturen. Een tweede benadering is het gebruik maken van convectie door te werken met hoogte verschillen zullen de gebruikers andere temperaturen ervaren.
berging archief opslagruimte ict voorziening entreeruimte toile en verkeersruimten lab prak jkruimte caf / restaurant bibliotheek pauze ruimte werkruimten balie Auditorium studiecentrum werkruimten vergaderruimten college zaal 12C 12C 12C 12C 15C 15C 15C 18C 18C 20C 20C 20C 20C 21C 21C 21C 21C 21C 21C
80
81
82
83
Paul de Ruiter
De Zuidkas
Renzo Piano
The Jean-Marie Tjibaou Cultural Center
FAR frohn&rojas
Wall house
VJAA Architects
Charles Hostler Center
84
85
86
C Living rooms 20 Bedrooms 16 to 18 living rooms 20 Bathrooms 22 Kitchens 18 to 20 Hallways, toilet 15 to 18 Staircases 12 Laundry room 12 Drying room 12
The Archimedes houses seek to establish an intrinsic relation between the house and the air, by spatially representing the functions of the home (sleeping, resting, bathing, etc) in the very matter of the air, in its density, its temperature, its movements. The house is organized according to the physiological needs of inhabitants, so as to relate to their bodily activity and their nudity. This vertical architecture is structured around the precise need for heat in each space. It must provide for the thermal comfort of the inhabitant and architecturally project the spaces in which the interior temperature is adapted to the activity and the clothing of the occupants. Modernity led to uniform, consistent spaces in which the temperature is regulated around 21 degrees. The aim here is to restore diversity to the relation that the body maintains with space, with its temperature, to allow seasonal movement within the house, migrations from downstairs to upstairs, from cold to warm, winter and summer, dressed and undressed. For people to feel comfortable in a heated room there must be equilibrium in the exchange of heat occurring via convection between their bodies and the surrounding air. This equilibrium is of course relative to clothing, from nudity in the bathroom, to the thermal protection of blankets, to light clothing worn in the living room. Today, confronted with the will to economize energy resources, the demand is to set up in each building, and even each room, a precisely calculated thermal capacity in order to expend only the energy that is strictly necessary. The Swiss construction norm SIA 3842 thus gives the following indicative values for ambient temperature:
archimedes house
87
The plan and the section of the house are therefore designed to follow the form taken by the air in the entire height of the house, in accordance with vertical air movements in relation to temperature, and the functions that are suggested as a result. Since warm air tends to rise, in a heated room it is typical to nd temperature differences from low to high, 21 degrees at 1 meter from the oor, 27 degrees at the ceiling. This difference clearly results in a waste of energy in relation to the desired temperature of 21 degrees. The principle that warm air ascends is linked to the principle of density. Warm air being less dense, it rises in altitude according to Archimedes' principle. For this reason, temperature differences are stratied in the height of the house, with a ground oor at 16 degrees, a second oor at 18 degrees, a third oor at 20 degrees and a top oor at 22 degrees. Next, various functions take their places in an obvious manner on this stratication from the coldest, below, to the warmest, at the top: the toilets and the laundry room on the ground oor, the bedroom on the 2nd oor, the living room and the kitchen on the 3rd oor, and the bathroom on the 4th oor. Our architecture is in consequence climatic. It does not follow any presupposed use or symbolism and is developed solely within its own medium. By not reecting any programmatic use or symbolic interpretation, it allows new modes of living in spaces that spring from the very language of architecture, in time and space.
88
89
strictly necessary. The Swiss construction norm SIA 3842 thus gives the following indicative values for ambient temperature: Instead of warming all the space at the good temperature around 20C, we propose to create in the house two sources of heat, like two different thermal poles creating a thermodynamic tension inside the all house: one pole is cold at 15 C and situated in the upper layers of air of the house. The opposite pole is warm, at 22C situated in the lower layers of the space. A movement of air will be generated by this difference of temperatures and positions in the space. With the help of thermal model software, we analyze the variation of temperature and his distribution in all the space and nd then places for activities, according to specic temperatures. The project process is thus reversed: a indoor climate is rst produced and after, functions are freely chosen anywhere in the space related to the thermal quality required depending of activities, clothes, personal desires. An ecologic and economic gain is obtained at the same time by creating in the whole house a low average of temperature at 18C instead of the 20C in a normal heating system. The oors and the open spaces are therefore designed to follow the form taken by the air in the entire height of the building, in accordance with vertical air movements in relation to temperature, and the functions that are suggested as a result. Next, various functions take their places in an obvious manner on this stratication from the coldest to the warmest.
Living rooms Bedrooms Bed/livingrooms Bathrooms Kitchens Hallways, toilet Staircases Laundry room Drying room TC 20 16 to 18 20 22 18 to 20 15 to 18 12 12 12
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
Charles Hostler Center VJAA Architects In 2009, the American University in Beiruts new student center was recognized as one of the American Institute of Architects Top Ten Green Buildings, the most prestigious profesional award for sustainability in the United States. The student center is sited at the foot of a steep hill overlooking the Mediterranean sea and extends down to the Beirut Corniche, the capitals grand waterfront boulevard. The $30 million project was designed by the Minneapolis based VJAA together with the Lebanon based Samir Khairallah & Partners. The Stuttgart based Transsolar and the San Francisco based Hargreaves were part of the design team as environmental consultants, and Landscape designers, respectively. Passive design Strategies In their approach to the centers basic building form, the design team preferred not to create a single massive building to hold the programs athletic and meeting facilities, and instead chose to develop a diverse complex that distributes the building volume. The building form was thus broken into a cluster of ve low rectilinear volumes, organized around a series of radial lines oriented toward the sea (gure 1). Together, these buildings create a continuous, layered eld of outdoor habitable spaces that include courtyards, gardens, occupied green roofs, paths, a cafe, and a number of lookouts facing the sea. This clustered form and scale helped create shaded
101
intermediate spaces for circulation and social interaction. These outdoor spaces are further moderated as the design directs sea breeze through them (gure 2), creating temperate microclimates around the center (images 2 and 3). According to the architects, inspirations for the centers scale and massing came from the campuss historic section as well as from lebanese traditional courtyard houses. The chosen scale and cluster forms allowed the architects to use a traditional shading technique of self-shading as buildings cast shadows on each other and on outdoor spaces and courtyards (Figure 3). The design was also inspired by traditional lebanese houses in its orientation to capture sea breeze for cool night time ventilation. Contrary to established rules of thumb, and contrary to the AUBs new masterplan which recommended orienting buildings along the east-west axis to reduce heat gain, the architects analysis of the shading properties of rectangular volumes at Beiruts latitude demonstrated that north-south oriented courtyards provided 40% more shade throughout the year. More importantly, this orientation enabled the courtyards and outdoor spaces to open up to prevailing sea breezes. As a result of this orientation decision, two thirds of interior spaces including those used most during daytime, offer natural ventilation through large operable openings on the north and south facades. Operable skylights were also used over the pool and gymnasium to enhance ventilation through stack effect (images 6 and 7).
102
103
water
stone
wind
104
Een aantal fotos van verschillende projecten, natuur en architectuur welke mij hebben geinspireerd. 1. invloed van een boom op het gedrag een kudde koeien. 2. ro-ad loopgraafbrug 3. James Turrel Hemels gewelf 4. Teshima art museum 5. Museum en park Kalkries, Osnabruck 6. blik in een windcatcher 7. Kolomba Houde, Zumthor 8. The Weather project, Olafur Eliasson 9. Igloo 10. mudbrick huizen 11. Malqaf, Egypte 12. Mud building
105
10
11
12
106