De SU na Stalin

Leerboek:
Economie: lb ‘Na de tweede wereldoorlog’: p. 62-64
Politiek: zie powerpoint + kopie
A. De periode van het collectieve leiderschap
(1953-1985
1. In 1953 kwam een einde aan het lange Stalintijdperk. Hoe?
• De dictatuur van één man werd vervangen door een collectieve
leiding van enkele vooraanstaande partijfiguren, onder wie
CHROETSJOV meer en meer op de voorgrond trad. Hij begon een
openlijke aanval tegen Stalin en zijn despotisch bewind (=
destalinisatie).
• Toch werden ook onder zijn regering opstanden bloedig onderdrukt.
• Tegenover het Westen voerde hij een politiek van “vreedzame
coëxistentie”. In 1964 verdween hij van het politieke toneel.
2. Leonid BREZJNEV (1964-1982)

Brezjnev voerde weinig wijzigingen door en zag er streng op toe dat

het orthodoxe communisme zowel in eigen land als in de
volksdemocratieën gevrijwaard bleef. Hij kondigde zelfs het
interventierecht van de troepen van het Warschaupact af, zo in één
van de satellietstaten een liberalisering werd doorgevoerd (= de
Brezjnevdoctrine).
3. Overgangsperiode (1982-1985)
• Na de dood van Brezjnev in 1982 kwam een einde aan de periode van
stagnatie en bureaucratische verstarring. Zijn opvolger Joeri
ANDROPOV was gewonnen voor meer openheid en hervormingen
maar kon gedurende zijn korte bewindsperiode slechts weinig
veranderen. In 1984 werd hij opgevolgd door Konstantin TSJERNENKO
die reeds een jaar later overleed.
• In 1985 werd de jonge Michael GORBATSJOV nummer 1 in het
Kremlin. Met hem begon een heel nieuw tijdperk.
B. De hervormingen van Michael Gorbatsjov
(1985-1991) en het uiteenvallen van de SU

Zie kopie