Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 1
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta
nummer 5/2012 Augustus 2012 Een uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen Elektronische voortzetting van het maandblad Delta, 48 ste jaargang Verschijnt als het past Elke auteur is verantwoordelijk voor zijn bijdrage
Het eerste woord Vooraf gezegd, toen wij dit Eerste Woord schreven waren wij nog niet in de gelegenheid om de paperback De aanval op de natiestaat van de juist gepromoveerde heer Thierry Baudet (Leiden) te lezen. Daardoor moesten wij ons steunen op wat wij er over lazen in Knack van 20 juni en in het Katholiek Nieuwsblad van 29 van dezelfde maand. Moest echter blijken dat wij voor onze beurt gesproken hebben, gelieve ons dan daarvoor te verontschuldigen. Al blijkt dat niet het geval te zijn, tenminste te oordelen naar de talrijke negatieve reacties op het boek in de NRC-Handelsblad van 30 juni.
Wij hebben beide voornoemde artikels met veel belangstelling gelezen, maar kunnen ons jammer genoeg niet akkoord verklaren met de zienswijze van de heer Baudet en met zijn scherpe uithaal naar de EU.
Weliswaar kunnen wij begrip opbrengen voor een aantal van zijn stellingen. Mr: wij kunnen ze zelfs onderschrijven. Maar in zijn anti-EU houding gaat hij o.i. te ver. Alsof er ons nog een alternatief zou resten!
Het heeft er de schijn van weg dat Thierry Baudet wil terug keren naar vr-oorlogse verhoudingen, toen elke Europese grootmacht meende op eigen houtje wel zijn eigen vooraanstaande rol op het wereldforum te kunnen en te mogen spelen, en daar bovendien nog voor een stuk in slaagde ook. Als er ergens verzet kwam stuurde men wel een kanonneerboot en de zaak was opgelost! Tot wat deze politiek van de natiestaat ons gebracht heeft hebben wij, althans de ouderen onder ons Baudet schijnt ons daarvoor te jong (1983) aan den lijve ondervonden. Reden waarom wij thans niet meer kunnen spreken over grootmachten, maar alleen nog maar over gewezen grootmachten.
Jammer genoeg beantwoorden de oplossingen van toen niet meer aan de realiteiten in de wereld van deze nog prille 21 ste eeuw. Baudet redeneert alsof er sindsdien niet een en ander veranderd is. En hoe! Alsof er sindsdien geen nieuwe continenten en subcontinenten op het wereldtoneel zijn verschenen, continenten met een miljardenbevolking van veelal nog jonge mensen. Wat in schril contrast staat met ons vergrijsde (hopelijk nog niet verdorde) Europa. En net alsof Europa niet heeft af te rekenen met een crisis van zijn oude beschaving die haar gelijke in het verleden niet kent. Bovendien nog versterkt door een op hol geslagen kapitalistisch systeem.
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 2
Wij pleiten bijgevolg voor het behoud van de EU, nogmaals: omdat er geen alternatief bestaat, maar wel mits een aantal aanpassingen, verbeteringen en koerswijzigingen, die wij verfijningen zouden durven noemen.
Want wij loochenen natuurlijk niet dat er momenteel heel wat verkeerd dreigt te lopen, de dagdagelijkse feiten tonen het voldoende aan. De EU dreigt zich o.m. te ontwikkelen tot een reusachtig bureaucratische moloch, die er van nature op uit is zich steeds verder uit te breiden en die haar bestaansreden bij zichzelf zoekt. Zij wordt daardoor een lastige en overal verfoeide schoonmoeder die gaat opleggen Baudet somt enkele voorbeelden op hoe hard bijvoorbeeld het geluid van onze grasmachines mag klinken. Anders gezegd er dient aan de EU een flinke scheut subsidiariteit toegevoegd, die er borg dient voor te staan dat wij onze identiteit niet verliezen. Maar nogmaals: men dient het kind niet met het badwater weg te gooien.
Mogen wij trouwens aan zijn stellingen enkele bemerkingen toevoegen? Vooreerst: de EU is een reusachtige bureaucratie, zegt Baudet. Misschien is dit wel waar, maar de EU heeft dan toch nog altijd minder personeel in dienst dan de stad Amsterdam!
En een moeial die aan alle landen zijn regelgeving oplegt? Kan zijn, maar wij dienen wel voor ogen te houden dat de schuld daarvan dikwijls bij de natiestaat zelf ligt. Wanneer sommige partijen een regelgeving willen doordrukken die hen bij hun bevolking niet bepaald sympathiek maakt, laten zij die regelgeving niet zelden door Brussel opleggen. Dan is het: het moet van Europa en kunnen zij hun handen in onschuld wassen.
Nationale belangen geven dikwijls de doorslag. Het was bijvoorbeeld niet Europa, maar wel Nederland dat er op aandrong dat er een Europese regeling kwam betreffende de kwaliteit van het water. Het land had daar immers met zijn vele rivieren begrijpelijk - alle belang bij. Maar toen die regelgeving er was, klonk het bij de nationale politici: waar moeit Brussel zich mee?
Dikwijls zijn het ook priv (winst-)belangen die aan de bron liggen van inmenging van Europa. Bij Thalys is men maar al te blij dat zoveel ambtenaren dagelijks de trein naar Brussel dienen te nemen! Hoe meer Europa, hoe liever. Erst das Fresen, denn die Moral, niet?
Soms zijn bepaalde Europese maatregelingen meer een gevolg van lobbying dan van hardwerkende Europese ambtenaren: wilt u uw concurrent de pas afsnijden, probeer dan de EC te overtuigen dat uw methode, uw techniek de beste is of dat de producten van de andere ongezond of gevaarlijk zijn. En probeer door het afdwingen van bepaalde Europese maatregelen die concurrent uit te schakelen. Bij landbouwproducten is dat al meermaals het geval geweest. Er lopen in Brussel meer lobbyisten rond dan ambtenaren! Zo zien wij dat nationale belangen dikwijls de Europese regelgeving benvloeden, in weerwil van de o zo geprezen subsidiariteit.
Uit dit alles blijkt dat Baudet niet behoort tot de generatie die Wereldoorlog ll heeft meegemaakt, hij is een kind van zijn tijd. Daardoor bekijkt hij de EU enkel als een (nog) slechtlopende wij ontkennen dat niet politieke constructie, maar niet in termen waartoe deze constructie in de toekomst nog moet dienen. Diegenen die na de oorlog aan de wieg stonden van dat Europa dat zou leiden naar de EU wisten dat wel. Zij wisten dat wij in Europa in hetzelfde huis zouden wonen, dan wel sterven onder dezelfde ruines.
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 3
Zoals Jean-Claude Juncker het nog onlangs zegde: La vrit cest quen Europe nous gagnerons ensemble ou nous perdrons ensemble.
Wij vragen ons dan ook af hoe het mogelijk is dat Baudet met dergelijke stellingen kon promoveren.
Als wij een slotbedenking mogen maken, die verfijningen waarover wij spraken, hoeven wij niet te verwachten van de gewezen grootmachten. Toen het erop aan kwam bij het Verdrag van Maastricht (1992) te komen tot de euro, waren het Frankrijk, samen met de Duitse minister Hans-Dietrich Genscher, die besloten om het (Nederlandse!) voorstel van een Europese politieke unie te torpederen. En om dezelfde reden weigert de Franse minister Pierre Moscovici nu nog altijd dat woord in de mond te nemen en heeft hij het alleen over een bankunie en een economische unie. Juist nu, nu iedereen beseft dat een politieke unie absoluut nodig is wil Europa overleven op het wereldtoneel om zijn unieke beschaving te doen uitstralen.
Wordt het dan niet hoog tijd dat de kleine en middelgrote landen van Europa, en hierbij denken wij in eerste instantie aan onze Benelux, de handen in elkaar slagen om als feitelijke deelfederatie van de EU een tegengewicht in de schaal te leggen tegenover de grote landen die enkel aan hun eigenbelang denken, zij kennen immers geen vrienden, alleen belangen. Onze unieke geopolitieke ligging als poort van de zee aan een der drukst bevaren zeen ter wereld dwingt ons daartoe. Wij hebben overigens enorme troeven in handen. Alleen, over troeven beschikken volstaat niet. Men moet ze ook nog op het gepaste moment kunnen uitspelen. Met kleine dorpspolitici die slechts de politique politicienne bedrijven, die alleen belang hechten aan het persoonlijk of het partijbelang zal het niet lukken. Onze politiek behoeft een supplment dme.
More brains als u wilt.
V.E
Feiten en Beschouwingen 1 De Nederlanden, een verhaal van gemiste kansen
Bron: Klapgat-Echo 262-63 april-sept. 2002
Inleiding Als je de geschiedenis bekijkt, dan sta je eerder verwonderd over het feit dat die sterke Heel-Nederlandse staat er niet is gekomen: hij kreeg herhaalde kansen. De politiek van Filips II (1527-1598) zit er zeker voor veel tussen, maar hij was beslist niet de enige die uiteindelijk de vorming van een machtig Nederlands rijk heeft verhinderd. Ook het optreden van de Oranjes was niet altijd even gelukkig, achteraf gezien dan toch. Het had anders kunnen lopen. Het is natuurlijk gemakkelijk en eigenlijk oneerlij k de geschiedenis van achteren naar voren te schrijven en dan te vertellen hoe het had gemoeten, een bezigheid die in onze tijd met ijver beoefend wordt. Deze bijdrage wil dan ook niet beschuldigen maar constateren.
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 4
Opbouw van de Nederlanden in de 15 de eeuw In de 15 de eeuw had vooral de Bourgondische hertog Filips de Goede (1396-1467) geduldig de bouwstenen bijeengebracht van een stevig middenrijk tussen het Franse en het Duitse. Tevens had hij behendig een centraal gezag uitgebouwd terwijl hij de steden en de adel toch voldoende macht en vooral machtsillusie liet. Zijn zoon en opvolger Karel de Stoute (1433-1477) beschikte helaas niet over de diplomatieke talenten van zijn vader. Zijn steile ambities en zijn drieste optreden maakten dat hij overal zijn krediet verspeelde en naast de begeerde koningskroon greep Hij stond wellicht ook onder sterkere druk want hij kreeg maar geen mannelijke erfgenaam. Dat hing als een molensteen rond de hals van Karel de Stoute want de Franse koning Jan II had destijds het hertogdom Bourgondi aan zijn vierde zoon Filips de Stoute in apanage gegeven en dat ging telkens verder op de mannelijke lijn. Toen de gevreesde en gehate heerser in 1477 sneuvelde en zijn 20-jarige dochter Maria van Bourgondi als enige erfgename achterliet, begon het Bourgondische rijk te wankelen. De steden eisten prompt hun vrijheden weer en de Franse koning scheurde het hertogdom Bourgondi los. Door het huwelijk van Maria met de Habsburger Maximiliaan van Oostenrijk nog in datzelfde jaar 1477 werden de Nederlanden gered maar uiteindelijk ging het stamland Bourgondi verloren.
Karel V en Filips II De 16 de eeuw is die van Karel V en Filips II. Ze hield aanvankelijk veel beloften in voor de Nederlanden maar eindigde dramatisch. Een verhaal van gemiste kansen. Karel V (1500-1558) zette de kroon op het werk dat zijn voorgangers waren begonnen. Hij verenigde de Zeventien Provincin van Friesland en Groningen tot Artesi en Picardi. Met de pragmatieke sanctie van 1549, bekrachtigd door de Provinciale Staten, werden de Nederlanden voortaan een ondeelbaar geheel. In datzelfde jaar 1549 volgde zijn zoon Filips II (1527-1598) hem op in de Nederlanden. Zowel Karel als Filips zagen het als hun heilige taak een grote centraal gedirigeerde katholieke staat tot stand te brengen, maar de gelijkenis tussen beiden houdt daar ongeveer op. Karel was in Gent geboren en vooral in Mechelen opgegroeid in de Bourgondische hoftraditie. In vele opzichten was hij een Nederlander. Zijn zoon was aan het strenge Spaanse hof opgevoed in de Spaanse tradities. Filips was een Spanjaard, een vreemde, zonder gevoeligheid voor wat in de Nederlanden leefde. Karel was op zich geen minder absoluut heerser dan zijn zoon, maar hij ging veel diplomatischer te werk en hij schuwde geen slinkse middelen om zijn doel te bereiken. Filips, van nature een twijfelaar, was op zijn manier heel eerlijk en rechtlijnig. Hij had een groot plichtsgevoel en wilde alles zelf regelen, tot de kleinste details. Zo was hij onder meer een nachtmerrie voor de bouwers van het Escoriaal. Zijn onevenwichtige zoon Don Carlos, die aan een tragisch einde zou komen, maakte ophef met een boekje over zijn vader vol bijtende ironie De grote en bewonderenswaardige reizen van koning Filips. Op de eerste bladzijde stond: Van Madrid naar het Prado, van het Prado naar het Escoriaal, van het Escoriaal naar Aranjuez, van Aranjuez naar Segovia en van Segovia naar Madrid. De andere bladzijden waren blanco Karel en Filips heersten over een wereldrijk maar Karel moest rekening houden met sterke buitenlandse tegenspelers. De Franse koning Frans I en de Engelse Hendrik VIII waren uit hetzelfde hout als de Habsburger gesneden. Karel had er dus belang bij de Nederlandse steden en staten te ontzien, al aarzelde Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 5
hij niet om zijn geboortestad zwaar aan te pakken. Filips had althans tijdens zijn eerste regeerperiode veel minder buitenlands weerwerk want Frankrijk was door innerlijke twisten verscheurd.
Luther en Calvin Een groot verschil ten slotte was de ketterij waarmee beiden te maken kregen. Onder Karel kwam het Lutheranisme op maar Filips had vooral af te rekenen met het calvinisme. Dat wordt vaak in eenzelfde protestantse zak gestopt. Nochtans is er een groot verschil tussen beide. Luthers keert zich o.m. tegen het supranationaal gezag van de paus en heft de kloosters op, maar hij raakt niet aan het gezag zelf, integendeel. Eigenlijk is dat veel vorsten welgevallig. De macht van Rome en de kloosters breken, speelt eerder in hun kaart. Calvijn daarentegen erkent geen enkel werelds gezag. Een heerser die het calvinisme steunt, zaagt eigenlijk de poten van onder zijn eigen troon. Het is daarom heel begrijpelijk dat het calvinisme daar waar het doordringt (in enkele Zwitserse kantons en in Noord-Nederland) tot een republikeinse staatsvorm leidt: de republiek der Verenigde Nederlanden.
De Beeldenstorm en de gevolgen ervan De Beeldenstorm van 1566 was het werk van calvinisten, die vooral aanhang vonden bij de lagere middenklasse en de ambachten. Die mensen waren het ergst getroffen door de achteruitgang van de economie te wijten aan de geldverslindende oorlogen die vooral Karel V voerde. De Beeldenstorm ligt aan de basis van het drama dat zich zal afspelen en dat zo vermijdbaar was. In Madrid werd reeds lang argwanend gekeken naar de ontwikkelingen in de Nederlanden. Aan het hof waren er twee partijen die we met moderne termen als haviken en duiven kunnen betitelen. Het bericht van de Beeldenstorm sloeg in als een bom en gaf de haviken gelijk: met de ketters is geen land te bezeilen. Na lang aarzelen besloot Filips de havik Don Fernando Alvarez de Toledo y Pimentel, de derde hertog van Alva, met een leger van 10 000 man naar de Nederlanden te sturen om de orde te herstellen.
De hertog van Alva Alva (1507-1582) was een onverschrokken soldaat, een groot veldheer en een onvoorwaardelijk dienaar van zijn vorst. Hij was niet zomaar een houwdegen. Hij had een degelijke humanistische opvoeding genoten. Zijn kasteel te Alba de Tormes in Oud-Castilli was een trefpunt van kunstenaars en grote geesten. Als hij de opdracht van Filips aanvaardde was hij 60, een oud man die slechts met veel moeite in het zadel zat, maar met een ijzeren wil zijn troepen leidde.
Alva grijpt in Als hij in de Nederlanden aankwam was zijn taak eigenlijk al gedaan. De inlandse edelen inclusief Willem van Oranje (1533-1584) hadden de orde hersteld. Maar Alva wou eens en voorgoed afkomst maken met alle ongeregeldheden. Hij richtte de Raad van Beroerte op, spoedig Bloedraad genoemd. Onder meer Egmont en Horne werden gehalsrecht en dat onder miskenning van het recht dat zij als Vliesridders hadden om uitsluitend door de Orde te worden berecht. Bovendien voerde Alva de nieuwe richtlijnen van het concilie van Trente uit en reorganiseerde de kerkelijke overheid. Door het harde optreden van Alva groeide het ongenoegen tegen Spanje en werd de godsdienstkloof groter. Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 6
Eerste inval van Willem De Zwijger In 1568 viel Willem van Oranje vanuit Duitsland met een huurlingenleger de Nederlanden binnen. Enerzijds was dat een goed moment omwille van de onvrede tegen Alva en Spanje. Oranje rekende dus op de sympathie van de bevolking. Anderzijds had hij geen slechter moment kunnen kiezen want hij leverde daardoor het bewijs dat Alva en zijn huurlingenleger in de Nederlanden noodzakelijk waren, op een ogenblik dat de terugtrekking ervan in Madrid ernstig overwogen werd. De inval van Oranje mislukte uiteindelijk en Alva bleef. Daardoor was die inval vanuit het standpunt van de Nederlandse eenheid geen goede zaak, zomin als de Beeldenstorm van 1566. Opnieuw dus een gemiste kans temeer omdat het aanleiding gaf tot verdere verharding van Alvas beleid.
Alvas antwoord Er kwam wel een algemeen pardon maar Alva voerde een reeks maatregelen in die de macht van de steden en de inlandse adel aan banden legde. De oprichting van een door de koning benoemde rekenkamer controleerde de financin van de steden. Criminele rechtbanken, eveneens met centraal benoemde rechters, degradeerden de bestaande schepenbanken. Die centralisatiepolitiek was helemaal niet typisch voor Filips maar het was een algemeen verschijnsel, dat reeds eeuwen aan de gang was en dat onder de Zonnekoning Lodewijk XIV (1643-1715) wellicht zijn absolute hoogtepunt bereikte. De situatie in de Nederlanden was echter in zoverre verschillend dat in de eerste plaats de steden daar zulke macht hadden uitgebouwd dat de vorst er wel rekening moest mee houden. De Nederlandse staat is trouwens gevormd door een samengroeien van onderdelen, een federatie of confederatie, niet door verovering vanuit een centraal punt. De druppel die de beker deed overlopen was de Tiende Penning, een belasting van 10%. Dat was niet eens zulke zware last maar het was wel een omwenteling. Er bestonden namelijk geen rechtstreekse belastingen en als de vorst extra geld nodig had, bijv. om oorlog te voeren, moest hij aan de staten vragen of ze wilden bijdragen, de zogenaamde beden. Hij kreeg over het algemeen wel wat hij vroeg, maar de geldschieters maakten van de situatie gebruik om privileges af te dwingen of wensen ingewilligd te zien. De Tiende Penning betekende dus een zware inbreuk op de gewoonten, en een gevoelige versterking van de vorstelijke macht
Tweede inval van Oranje Alva had nu zowat iedereen tegen zich in het harnas gejaagd. De hoge clerus en de adel zagen hoe meer en meer Spanjaarden of instellingen en (s)pionnen van de koning (kardinaal Granvelle bijvoorbeeld, de eerste aartsbisschop) de plaatsen innamen die zij vroeger bekleedden en hoe hun macht systematisch werd ondergraven. De bevolking leed onder de lasten van de krijgsverrichtingen en keerde zich tegen de ongenadige vervolging van de ketters. De tijd was rijp voor een tweede inval van Oranje. Die kwam er in 1572 dit keer vanuit Frankrijk. Aanvankelijk verliep hij succesvol; veel steden liepen over. Alva nam wraak. De eerste stad die de Spaanse furie te verduren kreeg was Mechelen, andere volgden. Die nodeloze brutaliteit had echter een omgekeerd effect en leidde tot grotere weerstand en weerbaarheid. Misschien had De Zwijger toen de hele Nederlanden kunnen veroveren maar het werd een nieuwe gemiste kans. In de Bartholomeusnacht van 23 op 24 augustus 1572 werden de Hugenoten, die Oranje steunden, Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 7
afgeslacht en Oranjes basis in Frankrijk stortte in elkaar. De inval stagneerde. De Nederlanden bleven voor het grootste gedeelte in handen van Alva, en voor een klein deel in handen van Willem de Zwijger. Hiermee was de aanzet tot de scheuring van de Nederlanden ingezet, maar er was nog altijd niets onherroepelijks gebeurd.
Requesens Intussen was het in Madrid duidelijk geworden dat het harde optreden van Alva gefaald had. Hij werd teruggeroepen in 1573 en vervangen door Luis Requesens, een duif. Eigenlijk kwam die te laat want de zaak zat op dat moment al in een escalatiespiraal. Requesens vaardigde een pardon uit, schafte de Raad van Beroerten en de Tiende Penning af maar zijn redelijkheid werd beschouwd als zwakheid. Bovendien mocht hij geen toegevingen doen inzake godsdienst of de macht van de Staten. Er kwam dus geen vrede maar voortzetting van de oorlog ondanks de onderhandelingen met afgevaardigden van Oranje te Breda 1575. Of Requesens toch zou zijn geslaagd, blijft een onbeantwoorde vraag want hij stierf onverwacht op 5 maart 1576.
Interregnum van de Staten-Generaal Zijn dood verraste Madrid en Filips was vanzelf niet de man van vlugge beslissingen. Er stond niet direct een opvolger klaar en volgens de geldende voorschriften werd het landsbestuur overgenomen door de Staten-Generaal. Intussen was het slecht betaalde Spaanse huurlingenleger aan het muiten geslagen. Plunderingen en brandschatting werden een ware plaag en deden de afkeer van de bevolking nog toenemen. Oranje werd ter hulp geroepen. Steunend op een bepaling dat de hertog van Brabant (Filips II dus) geen niet-Brabantse troepen mocht lichten zonder toestemming van de Staten-Generaal van Brabant, eisten deze de terugroeping van de Spaanse troepen en lichtten zelf een leger. Op 4 november 1576 kwam het tot een bloedig treffen met het Spaanse garnizoen in Antwerpen, de Spaanse furie.
De Pacificatie van Gent Mede door de Spaanse furie werd op 6 november 1576 de Pacificatie van Gent afgesloten tussen de loyale (koningstrouwe) staten enerzijds en Oranje, Holland en Zeeland anderzijds. Een nieuwe grote kans. Men is het erover eens dat de Spaanse troepen uit de Nederlanden weg moesten, dat het calvinisme de godsdienst van Holland en Zeeland zou worden en dat in de andere 15 provincies niets mocht worden ondernomen tegen de katholieken. De plakkaten tegen de ketters worden geschorst.
Don Juan Intussen had Filips zijn halfbroer Don Juan als gouverneur-generaal afgevaardigd en die kwam einde 1576 in de Nederlanden aan. Na moeizame onderhandelingen met gedeputeerden van zijn onderdanen kwam in 1577 het Eeuwig Edict tot stand. De Pacificatie van Gent werd erkend in die zin dat de Spaanse troepen zouden worden teruggetrokken maar de katholieke godsdienst moest overal, dus ook in Holland en Zeeland, worden gehandhaafd of hersteld. Maar nu tekende Willem van Oranje niet want het calvinisme wou zijn positie in Holland en Zeeland niet kwijtspelen Daardoor kwamen scheuren in het Nederlands blok. Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 8
Don Juan zag het Eeuwig Edict verworpen, ronselde een leger en veroverde bij verrassing Namen. Het einde van een nieuwe kans. Dezelfde Don Juan die in de slag van Lepanto onsterflijke roem had vergaard, stierf als een ontgoocheld man te Bouge bij Namen op 1 oktober 1578. Hij was nauwelijks 31 jaar oud.
Farnese Zijn opvolger als gouverneur-generaal van de Nederlanden werd zijn vroegere luitenant Alexander Farnese, een kleinzoon van Karel V via diens verhouding met Johanna Van der Gheynst. Farnese was een briljant veldheer en diplomaat. Als Italiaan kende hij de macht en de gevoeligheden van steden maar ook hun onderlinge wedijver. Hij slaagde erin een wig te drijven tussen calvinisten en katholieken, geholpen door het optreden van de extremistische calvinisten dat minstens even onverdraagzaam was als dat van de harde katholieken.
De Unie van Atrecht en de Unie van Utrecht Mede onder impuls van Farnese sloten de rooms-katholieke Waalse gewesten op 6 januari 1579 de Unie van Atrecht af waarin ze hun trouw aan de koning en de rooms-katholieke godsdienst bevestigden en hun privileges behielden. Het antwoord volgde op 23 januari 1576 met de Unie van Utrecht. De voornaamste deelnemers waren Holland, Zeeland, Utrecht en Groningen maar veel Zuid-Nederlandse steden sloten zich erbij aan: Gent, Ieper, Antwerpen, Brugge, Lier, Breda, Venlo, Mechelen. Dit laatste zou spoedig daarna naar de Unie van Atrecht overstappen wat aanleiding gaf tot de Engelse furie, Britse huurlingen in dienst van de Staatsen. De Unie van Utrecht bevestigde de solidariteit in de strijd tegen de koning. Inzake religie werd bepaald dat in Holland en Zeeland alleen de gereformeerde godsdienst werd toegelaten en dat de andere gewesten vrij waren in de keuze van een godsdienst mits niemand om zijn geloof werd vervolgd.
Farneses opmars en stilstand Intussen zette Farnese geduldig zijn veroveringswerk voort. De val van Antwerpen in 1585 betekende een belangrijk keerpunt. Farnese heroverde voor de Spaanse kroon het grootste gedeelte van de Nederlanden. Weer lag de weg naar hereniging van de Nederlanden open maar Farnese kon het werk niet afmaken. In 1588 moest hij zijn troepen aan de Noordzee samentrekken als ruggesteun voor de aanval van de Invincible armada (de onoverwinnelijke vloot) op Engeland. Zoals bekend werd dit een deerlijke mislukking vooral te wijten aan slechte planning en slechte uitvoering, in combinatie met tegenvallend weer. Het mislukte Engeland-avontuur betekende echter niet dat Farnese de handen weer vrij kreeg want vanaf 1589 moest hij zijn strijdmacht gedeeltelijk inzetten in de Franse burgeroorlog. Hij overleed op 2 december 1592 te Atrecht. Op dat ogenblik waren de Nederlanden, op Holland en Zeeland na, nog vrij intact in het bezit van de koning. En er was nog geen sprake van een kloof tussen Noord en Zuid.
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 9
Maurits van Oranje Na de moord op Willem van Oranje (1584, door Filips II gesponsord) volgde zijn tweede zoon Maurits hem op. Maurits (1567-1625) was een bekwaam veldheer maar de breeddenkendheid en de verdraagzaamheid van zijn vader was hem vreemd. Met koning Hendrik IV, die in 1589 op de troon kwam, had Frankrijk de eenheid hersteld. De Fransen werden weer een geduchte speler op het internationale schaakbord. Dat viel samen met een verzwakking van het Spaanse rijk dat de rust in de Nederlanden niet hersteld kreeg en zijn aanval op Engeland mislukt zag. Gebruik makend van die situatie zwengelde Maurits de oorlog weer aan en veroverde in de jaren 1592-98 Oost-Nederland en Zeeuws-Vlaanderen. Nu kregen we wel een splitsing Noord-Zuid maar volgens een erg willekeurige grens, bepaald door de krijgsverrichtingen. Die grens liep (en loopt) dwars door Vlaanderen, Brabant en Limburg. Pas in 1629 zouden Breda en s-Hertogenbosch door de Staatse troepen worden ingenomen.
Albrecht en Isabella En toch was er wellicht nog een ultieme kans tot herstel van de natie onder Albrecht en Isabella (1598- 1621-1633). Ze mochten autonoom over de Nederlanden regeren en kregen de kans om een derde Habsburgs rijk (naast het Oostenrijkse en het Spaanse) op te bouwen. Albrecht was een klaarkijkend en verdraagzaam man die over een geloofsgemengd rijk had kunnen heersen. Hij bewerkte mede het Twaalfjarig Bestand (1609-1621). Zijn overlijden in 1621 betekende echter meteen het einde van de laatste kans, enerzijds omdat was bepaald dat de Nederlanden terug naar de Spaanse kroon gingen als Albrecht en Isabella kinderloos bleven, maar anderzijds ook omdat Maurits van Nassau, die een eigen rijk wilde vestigen, de wapens weer opnam. Dat eigen rijk was voor hem belangrijker dan de eenheid van de Nederlanden. Maurits was overigens nooit gelukkig geweest met het 12-jarig bestand. Een voorstander van de vrede als Johan van Oldenbarnevelt was in 1619 op het schavot geindigd.
De vrede van Westfalen: scheiding van Noord en Zuid De scheiding van Noord en Zuid werd in 1648 bezegeld bij de Vrede van Westfalen (of van Mnster waar het verdrag afgesloten werd). De scheiding had grote gevolgen. Mede door de massale immigratie van veel ondernemende lieden uit de Zuidelijke Nederlanden ontwikkelde het Noorden zich in de 17 de eeuw tot de eerste zee- en handelsmogendheid van de westerse wereld. Het Zuiden zonk weg. Uiteindelijk moesten de Noord- Nederlanders de duimen leggen voor de Engelsen gewoon omdat ze niet talrijk genoeg waren. Met hun 2 miljoen kwamen ze volk te kort voor de uitbouw van een imperium. Hetzelfde geldt overigens voor de Portugezen. De 3 miljoen Engelsen bereikten net genoeg kritische massa om het met een moderne term te zeggen. Men kan slechts dagdromen over wat een Nederlandse natie van 5 miljoen (3 miljoen in het zuiden) had kunnen betekenen. Nieuw Amsterdam zou geen New York zijn geworden en de Verenigde Staten wellicht Nederlands In elk geval zou heel de verdere geschiedenis er anders hebben uitgezien. In 1815 kregen we een nieuwe kans: Het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. We hadden toen weliswaar niet meer dezelfde troeven als in de 16 de eeuw maar ook dan nog konden we een wereldmacht worden die niet in de schaduw van de groten moest gaan staan. De geschiedenis van de 19 de en de 20 ste
eeuw zou anders verlopen zijn, vreedzamer wellicht. Maar dat is natuurlijk koffiedik kijken. De feiten zijn Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 10
wat ze zijn. De grote historische kansen zijn voorbij en als er ooit nog komen dan zullen het steeds kleinere zijn. Maar zelfs die lijken erg ver weg.
Jan Verhaverbeke
Feiten en Beschouwingen 2 Zeeuws-Vlaanderen, scharnier tussen Zeeland en Vlaanderen
In Neerlandia nr. 2/2012 lazen we een interessant artikel van de hand van de historicus Jan Lockefeer over verleden en toekomst van Zeeuws-Vlaanderen. Artikel dat wij onze lezers niet willen onthouden. Wij bloemlezen voor u:
Zeeuws-Vlaanderen, product van de treurigste periode uit de geschiedenis van de Nederlanden: de Tachtigjarige Oorlog. Die lange periode van oorlog, burgerstrijd en geestelijke verwarring eindigde met de Vrede van Munster in 1948. Een vrede die tot stand kwam drie jaar na de laatste verovering van Frederik Hendrik: de inname van Hulst. Met die verovering was de Republiek der Zeven Provincin heer en meester over de zuidelijke oever van de Honte of Westerschelde. De controle over die zeearm was nu compleet. Anders gezegd: de controle over de verbinding van Antwerpen met de zee Ooster-en Westerschelde was geheel in handen gekomen van de Republiek. Nu kon voor de Amsterdamse kooplui de oorlog beindigd worden. Immers verdere veroveringen van Frederik Hendrik en zijn Oranjefamilie zouden kunnen leiden tot een verovering van Antwerpen met alle economische gevolgen van dien voor Amsterdam. Maar dat mocht dus niet gebeuren. Vandaar dat Amsterdam stopte met financile bijdragen aan een oorlogvoering met een mogelijke verovering (in feite her-overing, N.v.Delta) van Antwerpen. Aangezien Amsterdam de grootste geldschieter van het gewest Holland was en Holland op zijn beurt van de Zeven Provincin, betekende de weigerende houding van Amsterdam het einde van de oorlogshandelingen en een intensivering van de vredesbesprekingen met Spanje. () De ironie van het verhaal is dat een deel van die Amsterdamse kooplui direct afstamde van uitgewekenen uit Vlaanderen en Brabant, vooral uit Antwerpen na de val van de stad in 1585. De stad aan het IJ was hun nieuwe woon- en werkterrein, de stad aan de Schelde was uit het oog en het hart verdwenen.
En onze beschouwing: Het waren inderdaad de gewesten Holland, Zeeland en Utrecht die de grootste bijdragen (lees: belastingen) leverden voor de oorlogvoering. Daar waren overigens ook de grootste steden, de meeste havens en koopvaardij te vinden en woonden de meeste mensen. Deze gewesten hadden er bijgevolg ook het meeste voordeel bij dat de bevrijdingsoorlog zo spoedig mogelijk beindigd werd en zij hun handelsactiviteiten konden verder zetten. Dit zou leiden tot een diepgaand conflict tussen de Oranjes (en de overige gewesten) met Holland en Zeeland, op de koop toe verhevigd door de godsdienstige twisten tussen Remonstranten en Contraremonstranten. De affaire Oldenbarnevelt dient trouwens in dat licht bekeken. Al bij al heeft eens te meer ons diepgeworteld particularisme, onze drang naar materieel voordeel ons hier de das omgedaan. Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 11
Wat een les voor het heden!
De auteur gaat dan verder:
Met de vrede van Munster ontstond Staats-Vlaanderen, het stukje Noord-Vlaanderen dat in de loop van de Tachtigjarige Oorlog door de Republiek beetje bij beetje definitief was veroverd: Biervliet in 1573, Axel en omgeving in 1586, Sluis met Aardenburg en IJzendijke in 1604, Sas van Gent in 1644, Hulst en omgeving in 1645. Terwijl in Holland en Zeeland de gouden eeuw was aangebroken, begonnen toen donkere eeuwen voor dit stukje Vlaanderen. Politiek geregeerd door de Staten-Generaal vanuit Den Haag, een instituut dat helemaal niet gericht was op binnenlands bestuur, maar slechts op gemene zaken van de provincin betreffende buitenlandse politiek en oorlog. Voor zover er bestuurders naar deze uithoek werden gezonden, waren die vooral uit op zelfverrijking en niet op verhoging van het welzijn van de bevolking.
De auteur schetst dan bondig de sombere toestand in dit landsdeel, economisch en bijgevolg ook demografisch, maar besluit met te zeggen dat de toestand gevoelig verbeterde tijdens het Franse bestuur en die van het Verenigd Koninkrijk, toen het behoorde resp. tot het departement van de Leie (West- Vlaanderen) en dat van de Schelde (Oost-Vlaanderen) en in het Verenigd Koninkrijk tot de provincie Zeeland. De streek maakte een voorzichtige economische groei door en zag zijn bevolkingsaantal langzaam groeien. En speciale vermelding dixit de auteur - verdient het initiatief van koning Willem ll tot de aanleg van het kanaal van Gent naar Terneuzen, toen en nu de motor van de Zeeuws-Vlaamse vooruitgang.
Helaas kwam in het voorbije decennium in deze ontwikkeling, vooral door de laatste economische recessies, een stagnatie. Een indicator hiervan is het dalende bevolkingsaantal. De stagnatie verleidde beleidsmakers ertoe Zeeuws-Vlaanderen als krimpregio te betitelen. Een volstrekt negatieve benadering die de kansen van de streek in zijn natuurlijke omgeving negeert en nog steeds uitgaat van de oude opvatting dat het een uithoek van Nederland is.
Daarom zegt de auteur, en wij citeren hem opnieuw:
Moet men de streek niet beschouwen als een appendix van de Hollandse Randstad maar als een deel van een regio met een grote potentie, namelijk de REGIO SCHELDEMONDING, bestaande uit Zeeland en het Vlaanderen vanaf Zeebrugge tot en met Antwerpen. Ook op Walcheren en de Bevelanden zullen beleidsmakers de knop moeten omdraaien en inzien dat geheel Zeeland gebaat is bij een nauwe aansluiting bij Vlaanderen. Gent en Antwerpen zijn dichterbij dan Rotterdam: Middelburg-Gent 69 km; Middelburg-Antwerpen 82 km; Middelburg-Rotterdam 112 km; Goes-Gent 69 km; Goes-Antwerpen 62 km; Goes-Rotterdam 84 km.
Deze stelling herinnert ons aan een gesprek dat wij ooit hadden met enkele bestuursleden van de Stichting Marnix van Sint-Aldegonde uit West-Souburg (Vlissingen). Zij maakten er ons toen op attent dat Walcheren heel wat meer gemeenschappelijks had met Antwerpen dan wel met Rotterdam. En zij pleitten toen voor de oprichting van een nieuw gewest nieuw gewest in die zin. Wij beweren niet dat dit d oplossing zou zijn, maar menen wel dat het de moeite loont om hierover na te denken. Wij hebben eerbied voor het verleden, dus voor onze oude gewesten, maar zijn er niet in vast gekluisterd. Wie in het verleden blijft steken, verrot ook daar, wie zegde het ooit weer?
V.E. Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 12
Activiteiten + Vanzelfsprekend was onze Werkgemeenschap vertegenwoordigd bij de inhuldiging van de beelden van de Prins van Oranje en Marnix van Sint-Aldegonde te Antwerpen op 6 juli. Onze Werkgemeenschap heeft daarvoor de heer Ph. Heylen, Schepen van Cultuur, schriftelijk van harte geluk gewenst.
+ Er bestaat een comit onder de naam van 1815-2015. De Nederlanden verenigd. Doel is de 200 ste
verjaardag te herdenken van de (al te) kortstondige vereniging van Noord en Zuid. Wij werden verzocht ons daarbij aan te sluiten. Uit de Beginselverklaring blijkt echter duidelijk dat het hier gaat alsof het hier een hereniging betrof van Nederland en het huidige Vlaanderen, waarbij men opkomt voor separatisme. Vanzelfsprekend zijn wij op die uitnodiging niet ingegaan. Meer: op onze vraag om hierover een gesprek aan te gaan werd nooit geantwoord. Het is verheugend dat deze 200 ste verjaardag niet onopgemerkt voorbij gaat. Tot op heden kunnen wij ons vertrouwen schenken aan twee initiatieven, n.l. het Comit 1815-2015. Willem l bedankt, waarover wij al vroeger bericht hebben en dat beoogt in Gent een standbeeld ter ere van koning Willem l op te richten, alsmede de Werkgroep Verenigd Koninkrijk der Nederlanden dat de periode 1815-18/30 nader wil bestuderen en daartoe al een hele reeks initiatieven nam. Daar behoort het eerstgenoemde comit dus duidelijk niet bij.
Forum
Naar aanleiding van de problemen rondom Sharia4Belgium wordt gepleit voor een verbod op deze en andere extremistische verenigingen. Begrijpelijk. Maar wel een gevaarlijk verbod. Want men kan natuurlijk geen wet invoeren die uitsluitend gericht is tegen deze vereniging. Het moet dan een algemene wet zijn, gericht tegen alle extremistische verenigingen. Maar wat is extremisme? Waar begint het en houdt het op? Of een wet die elke vereniging verbiedt die de grondslagen van de democratische staat bedreigt of ontkent. En ook hier, wanneer bedreigt men de democratie? Dergelijke wet kan gemakkelijk leiden tot een verbod tegen elke vorm van oppositie, zou kunnen leiden tot een verbod van, we zeggen zo maar wat, bijvoorbeeld onze Werkgemeenschap. Bedreigen wij dan de democratie? Natuurlijk niet, wij zouden zelfs zeggen dat wij ze juist verdedigen. Maar of de particratie daar ook zo over denkt? Onze jonge medewerker Erik Langerock ontleedt in onderstaande bijdrage uitvoerig het probleem.
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 13
Verenigingsverbod: erger dan de kwaal of noodzakelijk ?
Inleiding Anno 2012 kent ongeveer iedere Belg n man: Belkacem. De man achter de Belgische vertakking van Shariah4Belgium zit bij het schrijven van dit artikel nog in de gevangenis voor andere feiten dan deze waaraan hij zijn bekendheid ontleent. Samengevat, nadat een moslima zich fysiek verzette toen politieagenten haar identiteit wilden controleren, werd zij meegenomen naar het politiebureau, waar kort daarna tientallen uitzinnige moslims protesteerden met alle gevolgen van dien. De aanstoker van dit alles zou Shariah4Belgium geweest zijn, waarbij wordt verwezen naar een mededeling die het geweld tegen de politie goedpraatte en mensen aanspoorde om te beletten dat zulke praktijken nog eens zouden plaatsvinden. Een paar dagen daarna arriveert een Parijse moslim in Brussel en komt hij in aanvaring met de politie die hij verwondde met messteken. Deze man zou hiertoe zijn aangezet door de boodschappen van Shariah4Belgium en Belkacem in het bijzonder.
Verdeeldheid in de commissie De politiek sprong onmiddellijk op deze gebeurtenissen, met minister Milquet op kop die een eigen wetsvoorstel wou doordrukken via de ministerraad. Uiteindelijk zou ze haar plannen moeten uitstellen en het wetgevend optreden aan de wetgevende macht, het parlement, overlaten. Ondertussen houdt de commissie van Binnenlandse Zaken zich bezig om een oplossing te vinden voor dit hectische en zeer politiek geladen probleem. De commissievergadering van Binnenlandse Zaken 1 van 4 juli 2012 loog er dan ook niet om. Hoewel iedereen het erover eens was dat wat Sharia4Belgium gedaan heeft/zou gedaan hebben niet door de beugel kon, waren er twee strekkingen op te merken. De ene strekking meende dat er in feite geen nieuwe wetgeving moet komen omdat de bestaande wetgeving volstaat voor zulke problemen en dat integendeel de mogelijkheid invoeren tot het verbieden van verenigingen of groeperingen eerder een remedie is die erger is dan de kwaal. 2 Deze strekking vroeg zich tevens af of het praktisch haalbaar was om zulke verenigingen te verbieden. 3 Men verwees hiervoor naar de meerdere hoorzittingen die voor dit onderwerp werden georganiseerd met onder meer de Staatsveiligheid, het CGKR, etc. die zulke wetgeving niet genegen waren. De andere strekking maakt er geen geheim van dat zij radicale organisaties zoals Sharia4Belgium aanzien als maatschappelijk van het ergste gif dat de maatschappij heeft meegemaakt en dat dit dus ook moet worden vernietigd. 4 Deze strekking wil het radicalisme op het terrein effectief uitroeien 5 en hiervoor zijn de nodige verdelgingsmiddelen nodig. Het antwoord van de minister in voormelde commissievergadering lijkt zich meer te situeren in het laatste kamp. Niet alleen wil de minister een verbod invoeren op radicale groeperingen (zoals Sharia4Belgium),
1 Voluit de Commissie voor de Binnenlandse Zaken, de Algemene Zaken en het Openbaar Ambt 2 Jan Van Esbroeck (N-VA) in Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, COM 532, p. 30 3 Rachid Madrane (PS) in Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, COM 532, p. 28 4 Het letterlijke citaat van Michel Doomst (CD&V) : Ook wij beseffen duidelijk dat dit (Sharia4Belgium, eigen aanduiding) geen clubje als een ander is. Dit is maatschappelijk van het ergste gif dat wij al hebben meegemaakt. Dit moet worden uitgeroeid. Michel Doomst (CD&V) in Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, COM 532, p. 36 5 Het moet worden kapot gemaakt. Michel Doomst (CD&V) in Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, COM 532, p. 36 Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 14
maar tevens de mogelijkheden onderzoeken om de toegang tot gevaarlijke sites te blokkeren en het internet verder te monitoren. Verder pleitte de minister voor een antwoord op Europees en zelfs op wereldvlak tegen dit soort radicalisme. Deze radicale groeperingen wordt verder door de minister omschreven als gewelddadige en gevaarlijke organisaties die de democratische beginselen ondermijnen waarvan de mensen door hun optreden gevaarlijke handelingen teweegbrengen. Op het einde van de commissievergadering werd door Jan Van Esbroeck een motie van aanbeveling ingediend aan de regering waar onder meer werd gevraagd om, indien toch een nieuwe wet zou worden goedgekeurd, minstens de fundamentele grondrechten en vrijheden niet worden onderuitgehaald. Een blik op de parlementaire voorbereidingswerken maakt al n en ander duidelijk. Het wetsvoorstel en de verscheidenen amendementen Het wetsvoorstel Het wetgevend kader is al een tijdje in de steigers. Naar aanleiding van voormelde incidenten werd een wetsvoorstel van een paar jaren terug gerecycleerd om deze alsnog door te kunnen drukken. Dit wetsvoorstel van 2010 6 diende in de eerste plaats om neonazistische verenigingen te verbieden en dit door groeperingen van private personen te verbieden die een gevaar betekenen voor de democratie omwille van daden of activiteiten van terrorisme, negationisme of racisme. De concrete wijzigingen houden in dat de titel van 29 juli 1934 zou vervangen worden door de wet waarbij de private milities en ondemocratische groeperingen verboden worden waarbij niet alleen zulke verenigingen verboden werden maar ook het houden van of deelnemen van activiteiten van zulke verenigingen strafbaar wordt gesteld. 7 De indieners waren oorspronkelijk Peter Vanvelthoven en David Geerts (beiden SP.A) maar later sloten later sloten Rachid Madrane en Laurent Devin zich aan als mede-indieners. 8
De amendementen Op het laatste wetsvoorstel werden evenwel tal van amendementen ingediend, zelfs door de indieners van het eigenlijke wetsvoorstel. Deze amendementen doen het oorspronkelijke wetsvoorstel als het ware verbleken. Het FDF-voorstel gaat bijvoorbeeld voluit voor een verenigingsverbod, genspireerd op het Franse voorbeeld van 1973. 9 Concreet willen de indieners groeperingen van private personen verbieden die: 1. aanzetten tot discriminatie, haat of geweld jegens een persoon of groep personen op grond van: nationaliteit een vermeend 10 ras de huidskleur de afkomst dan wel de nationale of etnische afstamming 2. ideen of theorien verspreiden waarmee die discriminatie, die haat of dat geweld: wordt gerechtvaardigd of wordt aangemoedigd
6 Wat op zich een gerecycleerd wetsvoorstel inhoudt van het wetsvoorstel van 8 mei 2008 toen er twee Hitlerherdenkingen werden gehouden door Blood and Honour Parl. St., 2 e zitting, 52 e zittingsperiode, nr. 1147/001 7 Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, nr. 0809/001 8 Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, nr. 0809/002 9 De wijziging betreft artikel 1 van de Franse wet van 10/01/1936 met betrekking tot strijdgroepen en privmilities (eigen vertaling, gelet dat geen vertaling wordt meegedeeld in het amendement) 10 Wat met vermeend bedoeld wordt, wordt niet verder uitgelegd. Vermoedelijk dient dit verklaard te worden op basis van de gewone betekenis, zijnde ten onrechte beschouwd als (Van Dale) Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 15
Met dit amendement wil men dus aanzetten tot haat en negationisme of geweld gelijkstellen met het verspreiden van ideen of zelfs het intellectueel verdedigen van die ideen. Dat onderscheid werd tijdens de commissievergadering van 4 juni 2012 nog fel verdedigd door commissielid Rachid Madrane (PS). Zij zou het problematisch vinden wanneer mensen niet voor hun daden maar voor hun uitspraken of de boodschap die ze uitdragen worden veroordeeld. 11
Nochtans is het FDF-amendement niet het enige dat de gelijkschakeling tussen aanzetten tot haat en verspreiden van ideen van haat wenst in te voeren. Zo willen de heren FONCK en DALLEMAGNE (beiden CDH) 12 verenigingen verbieden dit ook 13 in hun amendement en willen ze een wet creren waarbij de private milities en bepaalde extremistische verenigingen worden verboden. 14 Daarnaast, en verdergaand dan het FDF-voorstel, willen de indieners ook de private personen strafbaar stellen die: zon verboden organisatie oprichten, hun medewerking verlenen of er deel van uitmaken een optreden dat aanleiding kan geven tot geweld of discriminatie organiseren, of eraan deelnemen, er hun medewerking aan verlenen of dit aanmoedigen deelnemen aan het behoud of de heroprichting (al dan niet heimelijk) van een ontbonden vereniging of groepering Hier worden dus niet alleen de leden van de organisatie geviseerd, maar iedereen die ook maar enige sympathie tegen zulke verenigingen of hun activiteiten zou geuit hebben. Dat is de enige betekenis die men kan geven aan dit aanmoedigen. Het MR-voorstel 15 volgt qua inhoud grotendeels het FDF-voorstel 16 maar wil hiervoor een nieuw hoofdstuk in het Strafwetboek opnemen, getiteld Schending door particulieren van door de Grondwet gewaarborgde rechten. Ook gaat men, in tegenstelling tot het FDF-voorstel, zich specifiek richten tot de private personen en de vereniging achter zich laten 17 . Ook wordt een extra intentionele voorwaarde opgenomen alvorens men strafbaar kan gesteld worden, namelijk dat men de bedoeling moet hebben gehad om de door de Staat gewaarborgde fundamentele rechten en vrijheden te schaden. Met de door de Staat gewaarborgde fundamentele rechten en vrijheden worden bedoeld: vrijheid van eredienst het gelijkheidsbeginsel alsook non-discriminatie genoemd (met inbegrip van gelijkheid tussen man en vrouw) scheiding der machten scheiding tussen Kerk en Staat
11 Rachid Madrane (PS) in Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, COM 532, p. 35-36 12 Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, nr. 0809/004 13 Voor een concreet voorbeeld voor het aanzetten tot geweld wordt verwezen naar het veroorzaken van gewapende betogingen in de straat. Nochtans moet men opletten het werkwoord veroorzaken omdat het EHRM recent beslist heeft dat het loutere risico dat een betoging verstoringen veroorzaakt niet volstaat om het verbod ervan te rechtvaardigen. EHRM (1 e afd.), nr. 4916/07, 25924/08, 14599/09, 21 oktober 2010 (Alekeseyev / Rusland), JDE 2010 (samenvatting), afl. 174, 317 14 Het opschrift van de wet van 29 juli 1934 zou dan vervangen worden door de Wet waarbij de private milities en bepaalde extremistische verenigingen of feitelijke groeperingen verboden worden. 15 Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, nr. 0809/005 Indieners: de heren Deucarme en Bacquelaine 16 Vreemd genoeg wordt ook gesproken van discriminatie op basis van de leeftijd, een handicap en de seksuele geaardheid maar worden ze niet opgenomen in het amendement, minstens kan men deze niet categoriseren in de vermelde criteria. 17 Gelet op het recht van vereniging en vergadering, in diezelfde Grondwet opgenomen. Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 16
Net zoals het CDH-voorstel worden ook voldoende bepalingen opgenomen die ervoor zorgen dat wordt voorkomen dat de persoon deze misdrijven opnieuw gaat plegen. De indieners denken concreet aan een soort van beroepsverbod dat ook in de jaren 30 werd gentroduceerd, maar nu met betrekking tot het hebben van enige officile band 18 met een rechtspersoon of vereniging die bovengenoemde misdrijven pleegt. Men laat met andere woorden de structuur van de vereniging met rust maar gaat voorkomen dat de vereniging actief wordt door personen die er zich mee associren te verbieden om er officieel aan deel te nemen. Dit amendement is ook interessant omdat tenminste een poging wordt gedaan om aansporing tot haat, geweld en discriminatie nader te definiren. De indieners stellen dat deze verschillende dimensies aanneemt naar gelang de context waarin zij plaatsvindt. Samengevat komt het op volgende opsomming neer in graad van een groter effect tot echte navolging van de aansporing: 1. Men richt zich tot een onvrijwillig publiek, zijnde een publiek dat ertoe gedwongen wordt om die boodschappen te aanhoren waar het niet om vraagt. In dat geval is het effect laag. 2. Men richt zich tot een vrijwillig publiek, zijnde een publiek dat deze boodschappen wil horen 3. Men richt zich tot een bijzonder kwetsbaar publiek, zijnde een publiek dat zo kwetsbaar is dat men er misbruik van maakt om dat publiek 19 van de gerechtvaardigdheid van de vertolkte ideen te overtuigen. In dat geval is het effect het hoogst en kan men spreken van het aanwakkeren van de wrok en de haat tegen de rechtstaat.
In datzelfde amendement worden ook concrete voorbeelden gegeven onder wat men verstaat onder bijzonder kwetsbaar publiek 20 , aanspoorders 21 en theorie of idee 22 . Tot slot vinden de indieners dat in het Strafwetboek een ander hoofdstuk dient te worden ingevoegd, zijnde Raadpleging van internetsites die aanzetten tot haat, geweld of discriminatie, wat inhoudt dat zij die gewoonlijk en zonder wettige reden internetsites raadpleegt die aanzetten tot wat supra werd opgesomd, een gevangenisstraf riskeren van 1 tot 3 jaar, inclusief een geldboete van 500 tot 2.000. Met wettige reden wordt bedoeld zij die deze websites bezoeken voor de normale uitoefening van hun beroep dat ertoe strekt het publiek voor te lichten, wetenschappelijk onderzoek uitvoeren of bewijsvoering verzamelen in het kader van een gerechtelijke of strafprocedure. Eenzelfde regel geldt voor websites die terroristische daden promoten. Hier ontbreekt een noodzakelijke omschrijving van de gehanteerde criteria. Zo wordt gewoonlijk zonder verdere uitleg opgenomen in de wet, terwijl dit nochtans een grote bron van discussie zal zijn. Gelet op de weergegeven wettige redenen zijn minstens de politici, de wetenschappers en academici, alsook de Staatsveiligheid en de advocaten vrijgepleit. Het laatste wetsvoorstel is van een gemengde SP.A, PS en CD&V inbreng 23 en afkomstig van onder meer zij die achter het oorspronkelijke wetsvoorstel stonden. Ze wensen echter de nodige wijzigingen door te
18 Zijnde als vrijwillig lid, vast benoemd personeelslid dan wel personeelslid met een arbeidsovereenkomst of als lid van bestuurs- of beheersorganen die deel van deze rechtspersoon of vereniging uitmaken. 19 Zijnde personen die zich in een slachtofferrol geduwd voelen en de maatschappij daarvoor verantwoordelijk achten. 20 Bvb. het publiek dat werkloos en in armoede leeft en wordt genformeerd op de faciliteiten die mensen van een vreemde oorsprong genieten 21 Bvb. de tweedegeneratiemigranten die aanvoeren dat Belgi hun etnische en culturele oorsprong miskent en dat die rechtsstaat dan ook moet worden omvergeworpen 22 Bvb. migrantenjongeren die onmiskenbaar worden aangespoord op hun eigen gemeenschap terug te vallen en zich niet te integreren, maar tegelijkertijd wel te profiteren van de structuren van het gastland (zijnde de sociale uitkeringen) 23 Indieners: Peter Vanvelthoven (Sp.a), Laurent Devin (PS), Michel Doomst (CD&V) Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 17
voeren na meerdere hoorzittingen georganiseerd te hebben met diverse experts (supra). Vooral het verenigingsverbod dat oorspronkelijk aan bod kwam, wordt nu herleid tot een verenigingsverbod light wat impliceert dat, net als bij het MR en CDH-voorstel dat niet de verenigingen op zich worden verboden, gelet op de vrijheid van vereniging en vergadering, maar wel de personen die erachter zitten. Ook wordt geopteerd om het oorspronkelijke opschrift en democratische groeperingen te vervangen door en verenigingen die aanzetten tot geweld. Het verspreiden van ideen en theorien wordt ook niet strafbaar gesteld, gezien volgens de indieners de tolerantie van de democratie pas stopt waar het geweld begint. Enkel het aanzetten tot geweld tegen perso(o)n(en) omwille van enig welk kenmerk 24 dat zou kunnen gemaakt worden tussen personen. Belangrijk is wel dat het oorspronkelijke criterium van 1934 wordt uitgebreid tot handelingen die verenigingen uitoefenen die op zich niet gewelddadig zijn maar wel derden kunnen aanzetten tot het plegen van geweld. Shariah4Belgium wordt hiervoor aangehaald gezien zij als vereniging geen gewelddaden hebben gepleegd maar wel hebben aangezet tot gewelddadige betogingen. Dit ligt in de lijn van het voorbeeld van het CDH-voorstel (supra). Kortom, de indieners willen met dit amendement ervoor zorgen dat verenigingen die derden aanzetten tot geweld kunnen verboden worden. Hoewel de indieners duidelijk willen maken dat er niet wordt aangezet tot het verbieden van opinies, wordt wel het voorbeeld aangehaald van de Parijse moslim die 2 Brusselse agenten aanviel en dit omdat hij hiertoe zou aangespoord zijn door Shariah4Belgium. Dat wordt gezien als een reden om een vereniging als dusdanig te ontbinden. Uiteraard zet dit de deuren wagenwijd open voor het verbieden van verenigingen die bijvoorbeeld protestmarsen organiseren of vreedzame bezettingen organiseren tegen een bepaalde groep, maar die op een bepaald moment uitlopen tot geweld. Als voorbeeld kan de bezetting van de Blandijn worden aangehaald waarbij 7 studentenverenigingen, verenigd onder de groepering STER (Studenten Tegen Racisme) een door de NSV (Nationalistische Studentenvereniging) georganiseerde en door de rector toegelaten debat saboteerden door de Blandijn over te nemen en NSV-studenten op te sluiten in een auditorium. In een interview op Indymedia.be wordt hierover volgende verklaring afgelegd: 25
Vele studenten hebben kritiek op het gedrag van sommige betogers binnen de Blandijn: gemaskerd rondlopen, archiefkasten gebruiken om doorgangen te blokkeren, NSV provoceren... "Zonder links protest was er geen geweld geweest." Vind je die kritiek terecht? "Het klopt natuurlijk dat er zonder linkse protest geen schermutselingen waren geweest. Er zou daarentegen wel een extreemrechtse organisatie van het ergste soort toegelaten zijn in de UGent. Hun palmares is er n van racistische uitlatingen, fascistische vormingen en gewelddadige uitspattingen. Nooit eerder kon de NSV een activiteit organiseren aan de UGent en dat is maar logisch ook. We wilden een gevaarlijk precedent vermijden. Ik wil het dan ook duidelijk stellen dat wij niet diegenen waren die kwamen aanrukken met wapens en milities. De mensen die waren afgekomen op onze protestactie waren hoofdzakelijk studenten. Op een bepaald moment werd de NSV inderdaad in een auditorium geblokkeerd en vastgezet. Dit was echter nadat zij met wapens enkele actievoerders hadden geslagen. Het leek ons bijgevolg een betere optie, om verder geweld te vermijden, hen een tijdje in dat auditorium vast te houden. Uiteindelijk hebben ze een politie-escorte naar buiten gekregen en vielen er geen verdere gewonden." (eigen onderlijning)
Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, nr. 0809/006 24 Zo wordt ook seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, politieke overtuiging, syndicale overtuiging, taal, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, een fysieke of genetische eigenschap en sociale afkomst erin opgenomen. 25 Indymedia, 9 oktober 2008, http://www.indymedia.be/index.html%3Fq=node%252F29832.html, geconsulteerd op 23/07/2012 Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 18
Zulke verenigingen kunnen dus maar beter oppassen met verklaringen dat ze geweld goedkeuren om een groter doel te kunnen bereiken, wanneer dit wetsvoorstel (al dan niet geamendeerd) zijn intreden zal vinden. Hoe deze strafbaarstellingen in de praktijk moet worden uitgeoefend, is bij de meeste amendementen onbekend. Het CDH-voorstel daarentegen gaat daarop in. De procedure die hiervoor dient te worden gevoerd is uiterst kort. Indien een verantwoordelijke voor de geviseerde vereniging of groepering bekend is, zal deze door de minister van binnenlandse zaken via een aangetekend schrijven uitgenodigd worden om zich te verdedigen binnen een termijn van 15 dagen 26 en dit door middel van schriftelijke of mondelinge opmerkingen. Hiervoor kan de verantwoordelijke zich laten bijstaan door een raadsman 27 of een mandataris van zijn keuze. Indien er geen verantwoordelijke bekend is of in geval van uiterste hoogdringendheid, 28 dient geen rekening gehouden te worden met bovenstaande en kan de regering beslissen om, na overleg in de Ministerraad en na advies van de Staatsveiligheid, de federale politie, de OCAD en het Federaal parket de verenigingen of groeperingen ontbinden. 29
Het zal dus niet aan de rechter zijn maar aan de regering om te beslissen om de vereniging te ontbinden. Nochtans was de minister wel voorstander dat deze beslissing aan de rechterlijke macht wel gedelegeerd, op voorwaarde dat dat efficint kan gebeuren. 30
Besluit Het is duidelijk dat de wetgevingsfase nog in volle gang is, maar de amendementen spreken boekdelen. Een nieuwe wet lijkt een feit tenzij het, net zoals de eerdere wetsvoorstellen na Blood & Honour, een stille dood zal sterven. Nu heeft men er echter teveel tijd in genvesteerd om de procedure zomaar te laten verzanden. Het EHRM heeft onlangs ook het verbieden van een islamitische vereniging 31 en gesteld dat het onmogelijk is (op basis van artikel 17 EVRM, rechtsmisbruik) om zich te beroepen op het EVRM wanneer men activiteiten beoogt die de vernietiging van de rechten opgenomen in het EVRM inhouden. Om die reden kon de islamitische vereniging zich dus niet beroepen op artikel 11 EVRM, ofwel de vrijheid van vergadering en van vereniging. 32 Dat mocht ook de Nederlandse SGP 33 ondervinden toen het EHRM besliste dat de SGP geen recht had om vrouwen uit te sluiten op hun kieslijsten. 34 Het EHRM stelt duidelijk dat iedere politieke partij (ook al gebaseerd op een godsdienst) zijn politieke doelstellingen kan nastreven mits twee voorwaarden zijn vervuld: ten eerste dat de middelen om tot die doelstellingen te komen wettelijk toegelaten en democratisch zijn en ten tweede dat de voorgestelde veranderingen moeten op zichzelf compatibel zijn de fundamentele democratische principes. 35 Het is dus afwachten of de uiteindelijk gestemde wetgeving compatibel zal zijn met deze Europese rechtspraak.
26 Na ontvangst van het aangetekend schrijven. 27 Voor sommige commissieleden wel heel verregaand, gelet dat Jan Van Esbroeck fulmineerde tegen het feit dat dhr. Belkacem toch zo goed het recht kende en zo tijd kocht. Jan Van Esbroeck (N-VA) in Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, COM 532, p. 29-30 28 Waarmee bedoeld wordt als gevolg van dringende reden van openbare veiligheid. 29 Het overleg en de adviezen zijn uiteraard ook vereist wanneer er wel een verantwoordelijke zou bekend zijn. 30 Minister Milquet (CDH) in Parl. St., 3 e zitting, 53 e zittingsperiode, COM 532, p. 33 31 Hizb ut-Tahrir dat de omverwerpingen van niet-islamitische regeringen en de oprichting van een islamitisch kalifaat beoogt. 32 Besl. EHRM (5 e afd.) nr. 31098/08, 12 juni 2012 (Hizb ut-Tahrir e.a. / Duitsland), Juristenkrant 2012 (weergave WEIS, K.), afl. 252, 20 33 Staatkundig Gereformeerde Partij 34 De klacht van de SGP werd beoordeeld als kennelijk ongegrond. 35 Besl. EHRM (3 e afd.) nr. 58369/10, 10 juli 2012 (Staatkundig Gereformeerde Partij / Nederland), http://www.sgp.nl/Media/download/27327/Uitspraak%20EHRM.pdf, geconsulteerd op 23/07/2012 Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 19
Belgi en de Benelux DE KEUZE TUSSEN VOORUITGANG EN VERBROKKELING
Kritische Beschouwingen bij een stuk van Luc VAN DOORSLAER
In een opiniestuk (Une critique de la Belgique, DS 23.07.12, p. 16-17) formuleert Luc van Doorslaer een aantal kritische bedenkingen bij Belgi. Volgens de schrijver zijn er een aantal krachten die de vooruitgang in Belgi structureel tegenwerken. Maar die bedenkingen zijn allemaal schatplichtig aan het Vlaams-nationalisme. En laat nu net dat nationalisme een kracht zijn die Belgi op zijn zachtst gezegd tegenwerkt.
Wrok en verlies
Zo zou Belgi wrok en verlies genereren voor beide taalgroepen van ons land (quid met de Duitstaligen?). Allereerst omdat de Franstaligen elke staatshervorming als een verlies aan invloed zouden ervaren in vergelijking met het oorspronkelijke idee van een eentalig Frans Belgi. Deze redenering is onjuist en wel om drie redenen: 1) Belgi is nooit een volledig eentalig Franse staat geweest, noch bestond daar ooit een plan toe. Zelfs in 1830 waren nkel het leger, het hoger onderwijs en het centrale bestuur eentalig Frans. De verfransing die van later dateerde ging niet zozeer uit van de staat, dan wel van de burgerlijke elites en dit in alle delen van Belgi (ook in Walloni t.o.v. het Waals). Ja, we weten wel dat de verfransing veel onrecht meebracht op sociaal vlak, maar we weten ook dat dit in een ver verleden gebeurde. We kunnen niet eeuwig blijven stilstaan bij de fouten van eertijds (welk land is overigens zonder fouten?); 2) de auteur maakt hier een bewust amalgaam tussen de Franstaligen en de Franstalige partijen; 3) de staatshervormingen zijn helemaal geen verwijdering, zoals van Doorslaer het uitdrukt, van een Franstalig Belgi, dat overigens door geen enkele Franstalige partij gewenst wordt (anders zouden ze trouwens in hl Belgi lijsten neerleggen). De taalgrens ligt bovendien al bijna vijftig jaar vast.
Hetzelfde fenomeen wrok en verlies zou zich voordoen bij de Vlamingen ook hier bedoelt de auteur de Vlaamse partijen. Die zouden de staatshervorming zien als een verdere vergrendeling van hun meerderheid. Nochtans is er geen enkele Vlaamse partij die ijvert voor een afschaffing van de grendelgrondwet, hetgeen zijn stelling niet echt geloofwaardig maakt. Integendeel, de Vlaamse partijen kiezen zlf voor mr defederaliseringen en dus voor nog meer coperatief federalisme, waardoor niet de democratische meerderheid speelt, maar wel diplomatieke samenwerking (en dus blokkeringen) tussen de deelstaten....
Laten we even het enge veld van de dualistische partijpolitiek verlaten en ons afvragen welke wrok en verlies de vernietiging van Belgi bij de gewone burgers niet zou teweeg brengen. Van Doorslaer heeft het Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 20
amper over hen. Misschien vindt hij ze niet belangrijk genoeg en tellen enkel de regios, alsof dat levende organen zouden zijn...
Tweeledige visie
Wat in het opiniestuk opvalt, is de hoge graad van zwart-witdenken, een eigenschap die de auteur uitgerekend ... aan Belgi toeschrijft. Belgi product van separatisme bestaat volgens hem uit twee grote bevolkingsgroepen die in een eentalig Franse staat tegenover elkaar werden gezet in een pre- democratisch Europa. De Belgische geschiedenis is volgens de schrijver net daarom er dan ook n van verbittering en vooroordelen tussen Vlamingen en Walen.
Welnu, in 1830 bestonden er Vlamingen (tenzij in zijn historische betekenis als inwoners van het graafschap) noch Walen. Het is waar dat het Koninkrijk Belgi door zich af te scheiden van Noord- Nederland tot stand kwam. Maar de Belgische staat (=Belgium) zelf is uiteraard ouder en is (ten dele) de voorzetting van de middeleeuwse Bourgondische staat.Een eeuw geleden al, merkte de eminente Nederlandse historicus Huizinga terecht op: De Zuidelijke Nederlanden [lees: Belgi] werden in bijna alle opzichten de echte, maar aan weerszijden gesnoeide uitgroei van de Bourgondische staat (J. HUIZINGA, Uit de voorgeschiedenis van ons nationaal besef, De Gids, 1 ste deel, jg. 76, 1912, p. 487). We zien bovendien niet goed in hoe de zogenaamde Belgische constructie bedoeld wordt het Koninkrijk in een pre-democratische context tot stand kwam... Belgi was in 1830 het meest liberale en democratische land van Europa. Voor zo ver dit woord in die tijd al toepasselijk was, de democratie werd grotendeels bepaald door de kapitaalkrachtigen.
Dit gezegd zijnde, klopt de vaststelling van de auteur dat het huidige unitarisme het separatisme van 1830 was. Juist, maar we leven nu niet meer in 1830 en het separatisme van toen doortrekken tot Vlaanderen en Walloni is gewoonweg onzinnig. Is dat het signaal dat de Belgen aan Europa en de wereld willen geven? Dat van nog mr versnippering en verdeeldheid? Of willen wij politieke eenheid op Belgisch vlak n op het vlak van de historische Nederlanden?
Het getuigt voorts van een historisch reductionisme en zelfs een revisionisme om de Belgische geschiedenis te willen verengen tot een Vlaams-Waalse strijd.
Zorgwekkender (of revelerender?) is echter volgende verklaring: Plaats twee grote groepen tegenover elkaar in n land en je zaait de kiemen voor confrontatie. Deze redenering gaat ongetwijfeld ook op voor Belgen en allochtonen. In dat geval zijn diegenen die pleiten voor een gedwongen terugkeer (of... een deportatie?) van vreemdelingen de grote verzoeners ze nemen immers zogezegd de bron van elk conflict weg en zij die voor tolerantie en wederzijds respect opkomen de vervelende en ongewenste ruziestokers. Dit snijdt natuurlijk geen hout. Maar het is juist dat wij het zogenaamde dualisme van ons land verwerpen
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 21
In de Verenigde Staten zijn er overigens ook twee grote partijen die het land diep verdelen. Wellicht moeten die ook verboden worden? Of benodigen die tevens een thuisland? Dat er in de hoofden van sommigen een tegenstelling bestaat tussen Vlaanderen en Belgi is het product van Vlaams- nationalistische propaganda, die haar oorsprong vindt in de Duitse bezettingspolitiek tijdens de Eerste Wereldoorlog. De separatisten zullen het niet graag horen, maar ton is het anti-Belgische Vlaams- nationalisme geschapen. Weliswaar in de hand gewerkt door de ongelukkige omstandigheden aan het IJzerfront.
Ten gronde is Belgi zovl meer dan Vlamingen en Walen. Het gaat om 11 miljoen burgers, 10 provincies, 586 gemeenten, subregionale identiteiten, mannen en vrouwen, jongeren en ouderen, stads- en plattelandbewoners, arbeiders en patroons, universitairen en laaggeschoolden, meerdere talen en dialecten (die soms pretenderen een taal te zijn, zoals het Gaumais, het Champenois, het Ripuarisch- Limburgs, het Picardisch). Elke maatschappij kent (grote) verschillen. Democratie bestaat net omwille van die verschillen. Een land opsplitsen omwille van eenzijdige en opgeblazen verschillen getuigt van een beschavingsdeficit. Het dualistische denken is slechts een politiek gecultiveerd beeld, in de hand gewerkt door splitsingen zoals die van media en onderwijs die door politici bewerkstelligd zijn. Het is een enge, eenzijdige, nationalistische en te gronde foutieve visie die de mens verengt tot zijn toevallige moedertaal.
Warrige redeneringen
Volgens de auteur is de Belgische context ook schuldig voor de zwakke verkiezingsuitslagen van links in Vlaanderen. Een nogal vreemde redenering: een politieke stroming zou het niet goed doen, dus het land moet maar verdwijnen. Is Belgi dan ook verantwoordelijk voor de monsterscore van ene Steve Stevaert (sp.a) in 2003? (Laten wij zelfs niet teruggaan tot de periode vlak n de oorlog toen in Vlaanderen linkse partijen 35 40% van de stemmen haalden). Is Belgi ook verantwoordelijk voor de neergang van de christendemocratie sinds 1945, of meer recent voor de slechte scores van OpenVLD?
Belgi, zo gaat de auteur voort, genereert nationalismen dat vindt hij blijkbaar een kwalijke zaak en daarom ... moet het land afgeschaft worden. Dus het nationalisme moet volledig triomferen om de nationalismen weg te gommen? Zulk een redenering intellectueel oneerlijk noemen, is beslist niet overdreven. Van Doorslaer merkt voorts terecht op dat de staatshervormingen een Brussels nationalisme genereren. Natuurlijk, de gewesten en de gemeenschappen zijn dragers van subnationalismen en gedragen zich steeds meer als egostische staten-binnen-een-staat!
Een totale ontbinding van de staat zal dit nationalisme uiteraard niet stoppen, wel integendeel. Ook soevereine staten stellen zich nationalistisch op. Kijk maar naar het Europese niveau waar er sterke nationalismen spelen, o.a. bij de terughoudendheid en zelfs weigerachtigheid om geld aan noodlijdende landen te geven.
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 22
Het is overigens vreemd om te zien dat de auteur terloops voor de Benelux pleit. Wat op Belgisch vlak niet kan, kan dus blijkbaar wel in grotere meertalige politieke gehelen, met nog mr taalgroepen. Wie Belgi wil afschaffen, kan en mot integendeel pleiten om niet alleen de Benelux, maar zeker ook de even meertalige EU (23 talen, drie alfabetten en immense verschillen) op te heffen. Van Doorslaer doet dit niet, zijn betoog is dus incoherent. Aan de lezer trouwens om te oordelen hoe vooruitstrevend en zinvol dit scenario is in een geglobaliseerde wereld.
Een positieve toekomstvisie
Is het tenslotte niet veel toekomstgerichter om te werken aan wat de auteur een modern open land noemt, met structuren die niet-taalgebonden zijn? Want het politieke fundament van Belgi daarin heeft de schrijver gelijk, tenminste in zoverre hij het taalfederalisme (en de gesplitste partijen) bedoelt is erg zwak.
Als het zo conservatief is om voor een verenigd, Belgi te pleiten, dan is het Vlaams Belang (of de N-VA) trouwens de meest progressieve partij van ons land, ... quod non. Een modern land zegt Van Doorslaer, moet over de grenzen kijken. Juist! Waar wachten we nog op om het meertalige Belgi in te bedden in een politiek eengemaakte Benelux, dat overigens in grote mate het territorium bestrijkt van het historische Belgi? Belgi is ook zovl meer dan het Belgi-van-1830, dat slechts n uitdrukkingsvorm (en niet eens een van de grootste!) is van het Bourgondische erfgoed. En kan (kunnen) dat/die (grotere) Belgi/Lage Landen-bij-de-Zee/Nederlanden dan niet sterk gedecentraliseerd of gefederaliseerd worden op basis van taalneutrale entiteiten, zoals de historische provincies?
Tot slot nog deze bedenking. Wat Van Doorslaer niet opmerkt (hetgeen ergerlijk is), is dat de Belgen waar ze ook wonen helemaal geen splitsing van hun land wensen, integendeel. Het is een euvel dat steeds weer terugkeert in dit soort teksten en n dat volgens ons de terechte indrukt versterkt dat de splitsing van Belgi voornamelijk gewenst is door partijen en door sommige invloedrijke opiniemakers. Het zou ook verklaren waarom er alleen in Belgi separatistische partijen ter wereld bestaan, die tegen een referendum zijn en het liefst zo weinig mogelijk over hun bestaansreden hebben...
Bruno Yammine
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 23
Ter overweging
Op 24 februari 1995, zo lang geleden is het inderdaad al, ook al lijkt het pas van gisteren, overleed te Turnhout onze goede vriend, de geboren Kempenaar Frans Wuyts.
Uit zijn gedachtenisprentje drukken wij onderstaande tekst af, die hij zelf luttele dagen voor zijn dood heeft geschreven. Waarom? Omdat het zulke schitterende weergave is van een levensstijl die wij onze volgelingen, vooral de jongeren onder ons, trachten in te prenten.
Want het is ons inderdaad niet louter te doen om de bundeling van alle Nederlanden dat is slechts een begin van het titanenwerk dat wij ondernomen hebben maar omdat zonder het scheppen van een bepaald mensentype, dat leeft vanuit een innerlijke overtuiging, niets, maar dan ook helemaal niets, bereikt is voor dit volk.
Lees en overweeg met ons:
+++
Niemand moet om mij treuren. Want ik zal graag sterven, zoals ik graag geleefd heb. Het leven is mooi, al kost het tijd en moeite om dat te leren. Ik heb het gekregen, ik had het sommige dagen beter kunnen benutten dan ik gedaan heb; maar toen ik eenmaal wist welk kostbaar geschenk onze Lieve Heer mij heeft aangeboden, heb ik er Hem alle dagen verder om bedankt, en ik heb getracht, vandaag eens beter en gisteren eens slechter, mij terug te geven Elke dag opnieuw heb ik gezegd Ik leg mij in Uw handen. En daarom is leven of sterven niet belangrijk: mijn leven is hoe dan ook voor Hem, die alles gemaakt en gegeven heeft. Dood zijn is alleen maar dichter bij God blijven dan ooit een levend mens beseffen kan. In afwachting van de gelukkige dood die eens komen zal, tracht ik te doen wat God wil. Als ik daarbij fouten maak, wil ik daarom al wie ik misdoe, vergiffenis vragen. Ik bid voor al wie God schiep. Waar ik kan zal ik werken voor nheid en voor liefde en ik ben er van overtuigd dat God voor ons allen zorgt.
Frans Wuyts
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 24
Een verre echo uit het Noorden
Van boven de Moerdijk kwam volgende echo tot ons naar aanleiding van de Tweede Kamerverkiezingen van 12 september Een Nederlandse burger schrijft ons:
De val van het kabinet en de verkiezingen staan hier in het teken van Europa en meer bepaald de begrotingsdiscipline: hoeveel financile pijn kan/wil de burger verdragen voor Europa? Want er zal moeten worden bezuinigd, de vraag is alleen waarop en hoeveel? Het zijn daarbij de radicale partijen van links en rechts die de toon bepalen geen cent meer voor Brussel. De traditionele middenpartijen spreken de burgers nauwelijks meer aan. Van de 150 zetels gaan er virtueel amper 15 naar de Christendemocraten (slechts 10%!) en de sociaaldemocraten doen het met net iets minder dan 20 zetels nauwelijks beter. Nederland lijkt hierdoor zowaar een liberaal land te worden met liberale partijen als PVV, VVD en D66 in de lift. Maar ook op de linkerflank doet de SP het goed.
PVV en SP staan als radicale partijen weliswaar lijnrecht tegenover elkaar maar vinden een gemeenschappelijke basis in hun kritiek op Europa. Er is een concensus dat de gemeenschappelijke markt een goede idee is, maar de politieke en vooral monetaire samenwerking ligt zwaar onder vuur. Mensen hebben kritiek op de wijze waarop Brussel zijn macht uitbreidt: de Europese Commissie kan per decreet regeren, het Hof in Straatsburg maakt van alles een mensenrecht en de Europese Centrale Bank lijkt met het reddingspakket een soort super-centrale bank te worden. Kritiek op de exortbitante salarissen, zoals onlangs op Ter Zake, wordt door Eurocraten uiterst slecht geaccepteerd. De burger moet echter de broeksriem aanhalen, terwijl men in Brussel belastingvrije salarissen verdient.
Waar het allemaal op neerkomt is of de verkiezingen op 12 september eigenlijk nog wat uitmaken. Uiteindelijk lijkt alles al beslist in Brussel: het miljarden-reddingspakket voor de euro, de begrotingregels voor de euro-landen, de regelgeving en jurisprudentie vanuit Europese instellingen ondergraven de nationale instituties, zonder dat er gelijkwaardige Europese instituties bestaan die op het zelfde niveau van vertrouwen kunnen rekenen. Overal in Europa groeit daarom het wantrouwen jegens de Europese instellingen en daarmee ook het succes van de eurokritische partijen, waardoor er een kloof ontstaat tussen de Euro-elite en het merendeel van de Europese bevolking. De politiek schijnt er niet wakker van te liggen!
R.B., Flevoland
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 25
Die Librije Hoer noch slavin. Vrouwen en islam Van Dermeersch (Anke) Uitgeverij Egmont, Brussel, 2012 177 pag. Als een politica een boek schrijft over de islam kan je allerminst een objectieve academische analyse schrijven. Laat staan van een Vlaams Belangster. Toch mag ik zeggen dat Anke Van Dermeersch in haar opzet is geslaagd. Namelijk een degelijk boek schrijven over het spanningsveld tussen islam vrouw. Een strijdveld dat helaas in overgrote mate wordt verloren door het vrouwelijke geslacht. De voorbeelden in het boek zijn talrijk, doch confronterend en soms pijnlijk realistisch. Wie van opinie is dat de aangehaalde voorbeelden kunnen worden geclassificeerd als islamofobe propaganda slaat de bal spijtig genoeg mis. Enkele maanden geleden moest immers de volksjury in een assisenproces te Charleroi oordelen over de strafmaat van een vader en zijn zoon die hun dochter/zus hadden vermoord omwille van de eer. Ja, eer! De jongedame van Pakistaanse herkomst wou immers trouwen met een blanke Belg en dit was in strijd met de zeden en gewoonten van de familie. Dus ze moest sterven. En dat dit geen uniek geval is, is immers af te leiden uit een ander assisenproces te Brussel waarin diverse moslims werden veroordeeld wegens de organisatie van een duivelsuitdrijving van een Moslima. Wie dacht dat we eindelijk van deze obscure vormen van godsdienstwaanzin waren verlost, komt van een kale reis terug. Het boek van Van Dermeersch is op te delen in 5 grote hoofdstukken. Elk hoofdstuk wordt ingeleid door een persoonlijk getuigenis van een vrouw die vertelt over haar persoonlijke ervaringen met de Islam. Dat deze getuigenissen structureel van negatieve toon zijn staat buiten kijf. In het eerste hoofdstuk wordt vooral aandacht besteed tussen de kloof tussen de islam enerzijds en anderzijds dierenwelzijn, vrouwen-, mensenrechten Dit wordt o.a. gellustreerd door diverse verzen uit de koran. Het volgende hoofdstuk gaat dieper in op het familierecht in de islam. Hier wordt de ongelijkheid tussen man en vrouw in onder meer het huwelijk, ouderschap, echtscheiding, erven en de rechtspraak behandeld. Ook wordt de nodige pagina gewijd aan islamitisch genspireerd geweld tegenover jonge meisjes en vrouwen. Zo is huiselijk geweld in deze context de jongste jaren aanzienlijk toegenomen. Een boek over het onderwerp islam versus vrouw zou onvolledig zijn zonder een hoofdstuk te besteden aan het hoofddoekenverbod. Zeker gezien de auteur de spreekwoordelijke moeder is achter dit verbod. Deze problematiek komt ruimschoots aan bod in het vierde hoofdstuk. Tenslotte wordt in het laatste deel ingegaan op het multiculturalisme. Volgens de auteur worden de met bloed, zweet en tranen verworven gelijke rechten van de vrouwen acuut bedreigt door de islam. Na het lezen van dit boek kan men enkel maar besluiten dat een gewaarschuwde vrouw er twee waard is. Hiermee willen wij evenwel de islam als godsdienst niet verwerpen. In de naam van god zijn immers vele eeuwen moorden gerechtvaardigd en hebben vele mannen hun vrouwen misbruikt als een oude stofvod. Nu vrouwen eindelijk aan het begin van de 21 ste eeuw hun gelijke rechten hebben verworven, is het onze taak om ervoor te zorgen dat deze ook worden gerespecteerd. Stijn Polfliet
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 26
De Boom van goed en kwaad De boom van goed en kwaad *Gemeenteverkiezingen. Dat gemeentelijke verkiezingen altijd al een grote dosis dorpspolitiek bevatten is een eeuwenoude waarheid. Maar wij hebben de indruk dat het ditmaal meer dan ooit de spuigaten uitloopt. In Brugge: Van den Driessche die door een diep dal moest gaan (alsof hij dat dal niet zelf opgezocht had); in Antwerpen: OpenVLD die het onmogelijke doet om haar lijst toch maar te kruiden met allerhande bekende namen, waarbij schoonheid (?) Phaedra Hoste zonder slag of stoot een plaats op de lijst krijgt; Karin Heremans, sinds lang bekend om haar uitgesproken socialistische sympathie, die zich plots ontpopt tot een donkerblauwe liberaal; Chris Morel, vader van, die de N-VA-lijst gaat duwen. Is dat soms geen misbruik maken van de nagedachtenis aan een te jong gestorven moeder? Aan conjunctuurridders klaarblijkelijk geen gebrek. En toppunt: op diverse plaatsen in Limburg trekken kiespanelen van N-VA de aandacht met daarop de foto van Bart De Wever. En wij simpele zielen die dachten dat die man in Antwerpen zijn kandidatuur gesteld had! Ach, wij zouden het lijstje nog lang kunnen voort zetten. En dan wenst men dat wij dit alles nog ernstig zouden nemen! *Lifestyle. De bekende Prof. Anton van der Geld heeft een boek geschreven: Je lifestyle vanuit hart en ziel en dat boek werd voorgesteld alsof het iets unieks betreft. Uiteraard in een selecte omgeving, het Brussels Hoofdstedelijk Parlement en voor een nog meer select gezelschap van aandachtig en eerbiedig luisterende toehoorders: televisiemakers, (ex-) politici, bedrijfsleiders, (ere-)ambassadeurs, etc. EU- president Herman Van Rompuy mocht het eerste exemplaar in ontvangst nemen. Van der Gelds Lifestyle gaat, wat dacht u, over levensstijl (een kenmerkende manier van leven, denken en doen). Maar levensstijl is volgens onze professor een oude term en daarom werd het Lifestyle! En het is een maatschappelijk verschijnsel, als u dat soms nog niet wist. Wij hebben moeten glimlachen bij de vaststelling dat al die elitaire heren en dames daarvoor een geleerd boek nodig hebben. Ach, al die geleerde raadgevingen van onze brave professor hebben wij, simpele jongens - niet zelden afkomstig uit een arbeidersmilieu heel wat jaren geleden al meegekregen in de jeugdbeweging! Zonder boek dan, namelijk toen ons een Leefregel werd opgelegd. *Werk. Dit land telt in totaal vijf, zegge en schrijve VIJF ministers van Arbeid. Zij kwamen voor het eerst in 3 jaar samen om te onderzoeken wie met wat bezig is. Zo wilden zij vermijden dat zij in elkaars vaarwater komen. Een beter voorbeeld van een niet-geslaagd federalisme is nauwelijks denkbaar. Maar hoeveel kost die klucht aan de eenvoudige werkende man/vrouw? *Latere pensioenleeftijd? Om ons pensioenstelsel betaalbaar te houden dienen er maatregelen getroffen, daar hebben wij begrip voor. Niets doen zou onverantwoord zijn. Wij stellen ons echter de vraag of een lineaire maatregel voor heel Europa, zoals onlangs voorgesteld, wel een goede oplossing is. Stel je voor: een dakwerker van 70-jaar: is dat de ideale oplossing? Wij mogen bovendien niet vergeten dat de gestegen algemene levensverwachting, die aanleiding zou geven tot dat later werken, in alle EU-landen helemaal niet dezelfde is (in Slowakije is die momenteel niet eens 70 jaar!). Zelfs binnen n en hetzelfde land bestaan er verschillen. Dit en andere elementen dienen mee te tellen. Een goede oplossing ware wellicht de pensioenleeftijd per sector te bepalen. Wij kunnen ons voorstellen dat een bediende op 65- jarige leeftijd nog beter kan meedraaien in een bedrijf (hoewel) dan een bouwvakker op deze leeftijd. En men moet beslist rekening houden met het aantal jaren dat de werknemer gewerkt heeft, dus zijn beroepsloopbaan. In elk geval wensen wij dat de Europese landen in toepassing van het subsidiariteitsbeginsel - daarover zelf mogen beslissen en zich, binnen bepaalde grenzen uiteraard, niet dienen neer te leggen bij de oekazes van Brussel, door mensen die wellicht nooit van dichtbij een arbeider hebben gezien, nooit n voet in een coron hebben gezet.
*Protest dat uiteraard niets zal uithalen. Maar toch wensen wij niet te zwijgen naar aanleiding van het afschaffen of verminderen van de subsidies aan een aantal culturele verenigingen, de laatste stunt van Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 27
Vlaams minister Schauvliege. Om slechts twee voorbeelden aan te halen: het barokensemble La petite Bande van Sigiswald Kuijken, dat een wereldreputatie geniet en als richtinggevend op dit gebied wordt beschouwd verliest zijn subsidies. Kuijken wordt, val niet om!, als te weinig vernieuwend beschouwd. Was het misschien daarom dat het Royal College of Music hem destijds naar Londen haalde? En dan is er ook nog het bekende Le Concert Olympique van Jan Caeyers (die voorheen de Beethoven Academie leidde en daarvoor wereldwijd bejubeld werd), ook hij verliest zijn toelage, wat niet meer of niet minder dan hun verdwijning betekent. Wij noemen dit een schande voor onze cultuur en een bewijs van willekeur en incompetentie, waarbij de alom bekende vetpottenpolitiek eens te meer de doorslag heeft gegeven. In welk land bestaat dat nog? En dat terwijl er klaarblijkelijk wl geld is voor een totaal nutteloos en overbodig Tweede Ketnet voor kinderen (waarvan opvoeders getuigen dat ze te veel voor de TV zitten). *Derde wereld. De bekende Amerikaanse journalist Michael Lewis schreef zo pas een boek met als titel Boomerang, travels in the new third World, waarin hij vaststelt dat Europa geen model voor de mensheid meer is. China en Rusland zijn thans de twee grootmachten, zegt hij, die daarin nieuwe kansen in zien om aan economische, strategische en politieke invloed te winnen. De financile crisis die Europa doormaakt heeft overigens ook tot gevolg dat de slagkracht van de NATO verzwakt. Het budget werd met niet minder dan 45 miljard dollar verminderd, wat Karl Lamers, voorzitter van de parlementaire assemblee van de NATO, er toe brengt te zeggen dat thans een kritisch punt bereikt is. De Nederlander Rob van Wijk, schrijft in World Europe (wij citeren het in het Frans, de taal waarin het bericht ons bereikte): Le dclin de lEurope indique quelle ne peut plus tre un modle de dveloppement. Les Etats-membres de lUE ne peuvent plus dfendre efficacement leur scurit et la prosprit dans un monde de plus en plus multipolaire. Anders gezegd: Europa, het is vijf voor twaalf! *11 juli was zoals altijd een buitenkansje om zich bij middel van stoere uitlatingen te doen opmerken. Dit jaar was het de Vlaamse minister-president zelf die dergelijke eer opeiste door te verklaren: Vlaanderen wil rechtstreeks vertegenwoordigd zijn op alle vergaderingen van de Europese bestuursorganen. Iedereen weet dat dit in realiteit niet kan, want als Vlaanderen daar mag aanschuiven, dan natuurlijk Walloni ook en niet alleen dat, maar dan hebben ook de 16 Lnder van de Duitse Bondsrepubliek, de 9 deelstaten van Oostenrijk, die van Spanje, enz. daar het recht toe. Of denkt Peeters dat men voor Vlaanderen een uitzondering gaat maken? Dat ze dan maar al beginnen met zetels bij te bestellen! En het gaat nu, met 27, al zo moeilijk, wat wordt het dan? Zou de oplossing niet eerder liggen in het beperken, bij middel van deelfederaties, van het aantal deelnemers, dan wel door het uitbreiden? *SGP. De Nederlandse Sociaal Gereformeerde Partij, zoals geweten van streng calvinistische strekking, weigert op Bijbelse gronden vrouwen op haar kieslijsten te plaatsen. De EU verzette zich daartegen, waarop de SGP klacht indiende. Maar die klacht werd afgewezen door het Europees Hof in Straatsburg. De SGP mot bijgevolg vrouwen aanvaarden. Nu zijn wij absoluut niet van mening dat de SGP gelijk heeft en haar standpunt noemen wij achterhaald en onzinnig in deze 21 ste eeuw. Toch vinden wij het oordeel van het Hof een aantasting van de vrijheid. Als de SGP meent dat vrouwen niet in de politiek thuishoren is dat haar recht en moet zij daar maar de gevolgen van dragen. Tenslotte bestaat er een recht op vrije meningsuiting en een recht van vereniging. Onze democratie is een harmonie van verschillen. Of is Brave New World al werkelijkheid? *Olympiade. wij moeten daar toch ook iets over zeggen, tenslotte krijgen wij maar eens om de vier jaar daartoe de kans. Onze Laaglandse vertegenwoordiging wist 23 medailles te behalen, maar dit danken wij grotendeels aan Nederland dat er 20 behaalde. Belgi bleef achter met een povere drie stuks, waarbij niet eens goud. Daarmee staan wij in de worldranking op de 60ste plaats, samen met landen als Finland (niet eens de helft van de bevolking van Belgi) en Armeni (niet eens drie miljoen). Er zullen natuurlijk weer heel wat geleerde analyses gemaakt worden en er zal ijverig gezocht worden naar de oorzaken van die miskleun. Wel n van de redenen is dat de politici de kleine sporten, genre: volleybal, zwemmen, hockey en noem maar op, verplicht hebben zich te splitsen in een (kleine) Vlaamse en een (nog kleinere) Waalse bond om subsidies te bekomen voor professionele begeleiding. Subsidie die vanzelfsprekend veel te klein is. Bovendien wordt er in dit land geen modern sportbeleid gevoerd, noch voor topsport, noch voor de algemene lichaamsontwikkeling van onze jeugd. Men zegt wel dat topsport geen belang heeft, de algemene gezondheid en fitheid van het volk daarentegen wl. Dit is slechts ten dele correct, want topsport draag wel degelijk bij tot het imago van een natie. Waarom zouden landen als de USA, China en Rusland Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 28
er anders zoveel belang aan hechten? Bovendien is het een vals probleem. Een volk dat fit en gezond is, zal automatisch topatleten voortbrengen. Men klaagt dat onze jongeren te veel uren voor TV en PC verslijten, maar er wordt weinig of niets aan gedaan. Ook de ouders zijn daaraan schuldig. Als ik zie dat mijn buurtjongetjes (9 en 10 jaar) elke morgen per auto naar school gevoerd en gehaald worden (een afstand van nauwelijks... 500 meter), dan weet men het wel. De fysieke toestand van de jeugd is rampzalig (ook bij het leger!). Gemeentebesturen schijnen meer aandacht te hebben voor.. festivals dan voor sportbeoefening! En een laatste beschouwing: zou het hele Olympiadegebeuren niet opnieuw wat eenvoudiger en minder geldverslindend worden? Zou dat soms niet meer in overeenstemming zijn met de Olympische gedachte?
*Immaterieel erfgoed. 2012 is uitgeroepen tot het jaar van het immaterieel erfgoed. Het is maar goed ook dat we daar eens wat extra aandacht aan besteden. Wij doen al het mogelijke om het stoffelijke erfgoed, dode gebouwen en dergelijke meer, te bewaren, gelukkig maar. Maar het levende erfgoed, het meest intieme erfgoed laten we schromelijk onderbelicht. Hoeveel schatten zitten er niet in de vergeetputten die men rusthuizen noemt? Het zijn schatkamers van weggewaaide verhalen. Als straks die generatie ook verdwenen zal zijn, kan niemand meer die verhalen optekenen.
Van stroom tot stroom tot aan de zee Antwerpen
Op vrijdag, 6 juli vond in Antwerpen de inhuldiging plaats van de beeldengroep die Willem van Oranje en Marnix van Sint-Aldegonde voorstelt, omkaderd door 17 zuilen (wie sprak er ooit over zuiltjes?), waarvan het symbool voor onze lezers ongetwijfeld niet nader dient verklaard. De zuilen, n voor elke provincie, vertonen bovendien opmerkelijke historische teksten. Bij de onthulling, bijgewoond door enkele honderden aanwezigen, waren tal van prominenten uit Noord en Zuid vertegenwoordigd, evenals een aantal Nederlandse volksgenoten in typische klederdracht. Schepen Philippe Heylen, aan wie wij eigenlijk het ganse initiatief danken (hij is dan ook niet voor niets getrouwd met een Zeeuwse!) sprak het voortreffelijke inleidende dankwoord uit, waarna de hh. Prof. dr. C.A. Tamse, voorzitter van de Willem de Eerste Herinneringsstichting (stichting die financieel aan de verwezenlijking bijdroeg) en Henk Schurer, buitengewoon en gevolmachtigde ambassadeur van Nederland kort het woord namen. De heer Kris Peeters, minister-president van Vlaanderen, sprak het slotwoord uit dat hij een beetje voor eigen winkel sprak, n.l. de samenwerking tussen Vlaanderen en Nederland, en daarbij de Benelux vergat viel te verwachten. Maar dit in de marge. Nadien volgde de onthulling van de beelden door de dochter van de (overleden) beeldhouwer (zie onder Dijleland). De ganse plechtigheid verliep in alle sereniteit. Een marginale organisatie, die de zaak van ons volk al meermaals een slechte dienst heeft bewezen, had ditmaal het weinige verstand dat ze bezit gebruikt en was thuis gebleven. Wij hopen dat de beelden en hun betekenisvolle zuilen van vandalisme mogen gespaard blijven. Wij houden ons hart vast!
Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 29
Durme- en Scheldeland
Dit jaar is het juist 50 jaar geleden dat Filip De Pillecyn overleden is. De Pillecyn was onmiskenbaar een van onze grootste moderne schrijvers. Wij zouden hem klasseren als een volbloed neoromanticus. Jammer genoeg heeft de polemiek over zijn oorlogsverleden hij engageerde zich in de collaboratie een serene beoordeling van zijn werk lang in de weg gestaan. Dat hij die noodlottige stap heeft gezet, betreuren wij, maar wij hebben er gezien zijn verleden als Vlaams frontsoldaat aan de IJzer, wel begrip voor. Het kon haast niet anders verlopen! Laten wij vooreerst recht doen aan zijn litterair werk. De Pillecyn heeft zijn geboortestreek aan de samenvloeiing van Durme en Schelde geschilderd met een unieke fijngevoeligheid, waar niemand ongevoelig mag en kan voor blijven. Hij was een lyricus van zeer groot gehalte en wij bevelen zijn boeken ook nu nog van harte aan bij alle jonge mensen. De Soldaat Johan, Vaandrig Antoon Serjacobs, Monsieur Hawarden, Jan Tervaert (allemaal opvallend tragische figuren), Pieter Fard, Hans van Malmedy, Mensen achter de dijk (zijn beste werk?) en nog zo veel anders. Vanuit de gevangenis van Sint-Gillis schreef hij ooit: ik verlang meer naar de aarde dan naar de mensen. Het klinkt wrang, maar wij begrijpen hem. Zijn woorden doen ons denken aan die zin van Otto von Bismarck, die ooit schreef: ich habe mehr mit Bame zu tun, wie mit Menschen. Laten wij deze grote kunstenaar niet vergeten.
Henegouwen
Zoals dat in de Republiek der kameraden gaat, hebben we bij het overlijden van Guy Dieu Spitaels weinig of geen kritiek op de arme man gelezen. Zijn tegenstrevers van toen wisten allemaal wel wat lovends over hem te vertellen. Dat hij in de jaren 70-80 van vorige eeuw de Belgische staatsschuld tot duizelingwekkende hoogten liet oplopen (in 1981 bedroeg de staatsschuld 81,6% van het bbp, in 1990 was dat opgelopen tot 126% en in 1994 tot 134%), dat hij de uitvinder was van tal van nepstatuten, de vader van een enorme verstaatsing en de schepper van het brugpensioen, dat ons nu de das dreigt om te doen, allemaal vergeten.
Brabant
De Nederlandse fotograaf Erwin Olaf creerde op vraag van het Kasteel van Gaasbeek een hedendaags tableau vivant naar het bekende schilderij van Louis Gallait De laatste hulde aan de graven van Egmont en Hoorn uit 1851. De graaf van Egmont was immers ooit eigenaar van het kasteel en groeide tijdens de romantiek uit tot een nationale held van het jonge Belgi, om vervolgens Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 30
gerecupereerd te worden door de Vlaamse Beweging, al had hij daar in feite natuurlijk geen uitstaans mee. In het tafereel van Gallait worden zij na hun onthoofding begroet door de leden van de Brusselse kruisboogschuttersgilde. Dit bekende romantische doek behoort tot de iconen van onze historische schilderkunst en getuigt van de dramatische smaak van het publiek uit de tweede helft van de 19 de eeuw. Wij bevelen een bezoek van harte aan.
Dijleland
Wij vernemen ietwat laattijdig het overlijden op 14 april, op bijna 81-jarige leeftijd (19 juni 1931) van de Mechelse beeldhouwer Jean-Paul Laenen. Hij was de beeldhouwer die de bronzen beeldengroep maakte waarover u elders in dit nummer onder Antwerpen verslag vindt. Uit contacten die wij met hem hadden kunnen wij onze lezers verzekeren dat Jean-Paul Laenen ook ideel achter dit werk stond. Het was niet zo maar een opdracht als alle anderen voor hem. Jean-Paul Laenen was een stijlvol kunstenaar, beslist niet van de minste onder onze beeldhouwers. Wij kennen van hem talrijke beelden, o.a. het Beeld van Ludwig van Beethoven met zijn grootvader - zoals geweten was Ludwigs grootvader afkomstig uit het Mechelse (zeg daarom nooit: Beethoven, en zeker niet von Beethoven, maar altijd VAN Beethoven!). Jean-Paul Laenen maakte ook het laatste Belgische 5-frank stuk met de beeltenis van koning Boudewijn. In de Brusselse Belliardstraat overspant zijn draad van Ariadne de straat, terwijl in Luik van hem een beeld van Maurice Maeterlinck prijkt. Wij zullen zijn nagedachtenis eerbiedig bewaren.
Saksisch Nederland (Gelderland en Overijssel)
Er wordt gewerkt aan een muziekfestival dat deze winter (of is het voorjaar 2013?) zal doorgaan onder het thema de Hanze, te houden in de 7 Nederlandse Hanzesteden: Doesburg, Zutphen, Deventer, Olst/Wijhe, Haitten, Hasselt en Kampen. Organisator is Wieland Eggermont, zoon van Vik.
Limburg/Luik
De kranten hebben natuurlijk uitgebreid bericht over het feit dat een KSJ-groep uit het Limburgse Mopertingen geweigerd werd een Vlaamse leeuwenvlag op haar kamp te hijsen. Wij zouden zeggen: dom, aartsdom. Laat die leeuwenvlag lustig wapperen in de Luikse wind en er kraait geen (Waalse) haan naar. Nu geeft men enkel voedsel aan de intolerantie en het extremisme. Anderzijds begrijpen wij ook de reactie van de Waalse mens die jarenlang gezegd wordt: bol het af, wij willen scheiden, wij hebben met u niks te Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 31
maken, jullie zijn profiteurs en luiaarden en Walen buiten! Dan kweekt men een vijandige sfeer met alle gevolgen vandien, zoals men nu kon vaststellen. Wij raden onze jonge vrienden uit Mopertingen aan voortaan die leeuw rustig in zijn kooi te laten en onze oude Prinsenvlag te hijsen. Je weet wel, die met het zwaard, de kroon en de zeventien pijlen. Daar kan niemand iets tegen op hebben en ze is heel wat waardevoller dan die Vlaamse leeuw.
Picardi
In onze vorige brief hebben wij al gewaarschuwd dat de aanleg van het kanaal Seine-Nord - het kanaal dat het bekken van de Seine moet verbinden met de Noord-Europese waterwegen en waarop Delta al bijna twee jaar geleden de aandacht vestigde - het gevaar loopt geschrapt te worden. Een van onze Picardische vrienden vestigt er onze aandacht op dat ook de Courrier picard van 21 augustus hierover schreef. Hoewel het kanaal al gedeeltelijk in uitvoering is en een uitstekende alternatieve vervoerweg per spoor en te water zou bieden voor het steeds toenemende transport over de weg. Directeur J.P. Legrand schrijft in de Courrier dan ook terecht: labandon de Seine-Nord serait dramatique pour lemploi et la croissance de la rgion picarde. De aanleg van het kanaal voorziet overigens ook in de uitdieping met 4 m. van de Oise tussen Creil en Compigne. Noteer dat men al een aanzienlijke som gespendeerd heeft aan de verlaging van de autoweg A29 in de omgeving van Pronne, verlaging die dan elke zin zou verliezen.
Citaten van de maand
Tout passe, sauf le pass Van Aelst, schrijver van tientallen liedjes in het Waals.
In een samenleving die doordrenkt is van het geloof in de markt, is het publieke belang iets virtueels fijn om over te praten, fijn om er anderen aan te herinneren, zonder dat het een weerslag in je eigen leven krijgt (). Het confronteert je met weinig of geen lastige dilemmas in je eigen omgeving. Waar ligt de grens van je betrokkenheid? Bas Heijne, in NRC, 2 juni 2012 Brief uit de Rijn-, Maas-, Schelde-delta Uitgave van de Werkgemeenschap De Lage Landen
Nummer 2012-5 Pagina 32
In Noord-Frankrijk, waar het Vlaams zich volgens de cijfers geleidelijk terugtrok voor de vloedgolf van het Frans, wilden veel Franssprekenden net zo graag als de Vlaamssprekenden de tweede taal leren. In stadjes en steden aan de grenzen van het Vlaams gebied Lille, Douai, Cambrai en Avesnes was bijna iedereen tweetalig. In het departement Lys, dat in 1795 werd gevormd uit een deel van Belgi, was al in de tijd voor de Revolutie een taal-leerprogramma opgezet. Boeren en kooplieden besteedden hun kinderen aan elkaar uit als ze tussen de 8 en de 10 jaar oud waren. Het doel is om de ene groep kinderen vertrouwd te maken met het Frans en de andere met het Vlaams. Die emigratie duurt maar een paar jaar, waarna ieder kind naar zijn eigen land terugkeert. Deze praktijk kwam naar verluidt na de Revolutie ook in de Elzas en Lotharingen voor. Graham Robb, vert. uit The discovery of France
La faiblesse humaine est le talon dAchille de la dmocratie, car cest au mensonge quelle donne raison et aux convictions quelle reste sourde. Pascal de Roubaix in Le Beffroi dd. 26 juni 2012
Elke oorlog wordt gewonnen door soldaten die op verloren posten strijden. Joris van Severen
Europa heeft geen keuze: het moet veel meer een federale constructie worden Karel Lannoo, CEO van het Centre for European Policy studies Een verenigd Europa zal een utopia blijven als wij in Belgi niet het bewijs leveren dat het mogelijk is. Prof. Philippe Van Parijs